Een dagorder van den Fuhrer.
Het bombardement van de vlieg
velden van Parijs.
Een rede van Churchill.
Naar vernomen wordt, is het mogelijk,
De Italiaansche Ministerraad bijeen.
Amerikaansche embargo op onmisbare
oorlogsbenoodigdheden.
Japan In de eerste plaats getroffen.
Verplichting tot Inlevering van
ledige vaten.
Binnenland
Werkgelegenheid voor Nederland
sche arbeiders in Duitschland.
Bijkantoor Middelburg.
Ons Bijkantoor te Middel
burg, Boekh. J. J. FANOIJ,
is tijdelijk gevestigd:
Korte Delft 1.
Ook bereikbaar Noordweg 155.
Men spreke niet meer van
„verraad".
ZWIJGEN.
De terugkeer van Nederlandsche
krijgsgevangenen uit Duitschland.
Uit de Provincie
MIDDELBURG.
Het bedanken van Wethouder Boasson.
Hoofdkwartier van den FUhrer D.N.B.
De Fiihrer en Opperbevelhebber van
de Duitsche weermacht heeft de vol
gende dagorder uitgevaardigd:
Soldaten van het Westelijk front!
Duinkerken is gevallen. 40.000 Fran-
schen en Engelschen zijn als laatste rest
van een groot leger gevangen genomen.
Een onoverzienbare hoeveelheid mate
riaal is buitgemaakt.
Daarmede is de grootste slag der
wereldgeschiedenis ten einde.
Soldaten, mijn vertrouwen in u was
grenzenloos. Gy hebt mij niet teleur
gesteld. Het stoutste plan der oorlogs
geschiedenis is door uwe voorbeeldige
dapperheid, door uw kracht tot het
verdragen van de grootste inspanningen,
de zwaarste beproevingen en moeiten
verwezenlijkt.
Soldaten, in enkele weken tijds hebt
gij in den zwaren strijd tegen vaak bij
zonder dappere tegenstanders twee sta
ten tot capitulatie gedwongen, de beste
divisies van Frankrijk vernietigd, het
Britsche expeditiecorps verslagen, ge
vangen genomen of van het contingent
verdreven.
Alle eenheden van de weermacht te
land en in de lucht, zijn met elkander
een edelen wedijver aangegaan in den
strijd om ons volk in het groote Duit
sche rijk.
Dappere mannen van onze oorlogs
marine namen aan deze feiten deel.
Soldaten, velen van u hebben hun
strijd met hun leven bezegeld. Anderen
zijn gewond. De harten van ons volk
verwijlen in diepe dankbaarheid bij hen
en bij u. De plutocratische bestuurders
van Engeland en Frankrijk echter, die
gezworen hadden het opbloeien van een
nieuwe betere wereld met alle middelen
te verhinderen, wenschen de voortzet
ting van den oorlog. Hun wensch zal
in vervulling gaan.
Soldaten met den dag van heden be
gint de strijd aan het Westelijk front
opnieuw. Tallooze nieuwe divisies, die
voor de eerste maal den vijand zullen
zien en verslaan, trekken naar u toe.
De strijd om de vrijheid van ons volk,
ons zijn of niet zyn, voor thans en voor
de geheele toekomst, wordt daarmede
voortgezet tot aan de vernietiging van
die vijandelijke machthebbers in Londen
en Parijs, die ook thans nog gelooven
in den oorlog het beste middel te kun
nen zien om him aan de volkeren vij
andelijk gezinde plannen tot uitvoering
te brengen.
Hun historische voorlichting zal onze
overwinning zijn. Geheel Duitschland is
echter in den geest weer b\i u.
D.N.B. Honderden bommenwerpers op
weg naar Parijs! Het was een dag van
grooten strijd in den waren zin van het
woord, verklaarde een deelnemer aan
dezen grooten aanval van het Duit
sche luchtwapen op de vliegvelden in
en om Parijs. Zoover het oog reikte,
zagen wij eskaders, die allen hetzelfde
doel hadden. Ver aan den horizon glin
sterde de Seine. Wij naderden ons doel.
De spanning bereikte haar hoogtepunt.
De eerste rookwolken van de Fran-
sche luchtdoelartillerie werden voor de
vliegtuigen zichtbaar. Doch kalm stuur
den de Duitsche vliegtuigbestuurders de
bommenwerpers door den gordel van
vuur, waardoor wij minutenlang kruisten.
Over het algemeen waren de schoten
van de Fransche luchtdoelartillerie goed
gericht, doch zij konden de Duitsche
gevechtsgroepen niet tot een koers
verandering dwingen.
Toen werd het doel zichtbaar: het
vliegveld van Villeneuve-Orly-Parijs. In
alle kalmte maakten onze bommenwer
pers zich gereed voor het loslaten van
de bommen. Daarop volgde een regen
van bommen van ieder kaliber. Steek
vlammen van 100 meter hoog schoten
van de aarde omhoog. De beide groote
hangars in het midden van het veld en
de drie hangars rondom het landings
terrein stonden in vuur en vlam.
Op het vliegveld was niets meer heel
gebleven. De vliegtuigen, die bij het
begin van den Duitschen aanval nog op
het landingsterrein stonden, waren ver
nietigd.
Naar het D.N.B. meldt heeft Chur
chill in het Engelsche Lagerhuis een
verklaring afgelegd over den oorlogs
toestand.
Hij beweerde, dat het aantal uit Vlaan
deren teruggehaalde Fransche en Brit
sche troepen 335,000 man bedraagt.
Wat de Engelsche verliezen aan man
schappen betreft, gaf Churchill slechts
toe, dat er 30.000 gevallen, gewond of
vermist zijn. Aan materiaal zqn 1000
Stukken geschut, transport- en pantser
wagens verloren gegaan.
Hetgeen in Frankrijk en België is ge
beurd, is echter, zoo ging spr. verder,
een geweldig ongeluk. Het Fransche
leger is verzwakt, België is verloren.
Alle kanaalhavens z.yn in handen van
Hitier.
Men moet aannemen, dat een verdere
slag tegen Engeland of Frankrijk direct
voor do deur staat.
Churchill verklaarde echter verder,
dat Engeland en Frankrijk zich willen
verdedigen en zich nooit overgeven.
dat het Lagerhuis de volgende week
Dinsdag in geheime zitting bijeenkomt
voor een debat over de reorganisatie
van het Britsche expeditiekorps na den
terugtocht in Vlaanderen.
RADIOREDE VAN DUFF COOPER.
Reuter meldt uit Londen:
Duff Cooper, de minister voor de in
lichtingen, heeft uit Parijs een radiorede
gericht tot de Britsche natie, waarin hij
verklaarde, dat na de conferentie, die
hij gehad heeft met Frossard, den Fran-
schen minister voor de inlichtingen, de
samenwerking tusschen de beide mini
steries in het vervolg veel nauwer zal
zijn. Hij voegde hieraan toe: „Zoolang
onze beide landen hecht aaneengesloten
blijven, is er geen reden voor vrees, in
dit kritieke uur van den veldslag kan
ieder zijn rol vervullen. Wij beleven een
der zeer groote uren van onze geschie
denis".
BRITSCHE TORPEDOJAGER
GEZONKEN.
Officieel wordt uit Londen medege
deeld, dat de Britsche torpedojager Ha-
vant na een luchtaanval is gezonken.
Acht opvarenden werden gedood en 20
gewond.
De Italiaansche ministerraad is onder
voorzitterschap van Mussolini bijeen
gekomen. Een aantal bestuurtechnische
besluiten werd aangenomen. Zoo werd
o.a. op voorstel van Mussolini een wets
ontwerp aangenomen, waardoor de staat
de voor militairen dienst opgeroepen
ambtenaren door vrouwelijk personeel
kan vervangen. Voorts werd een wets-
decreet goedgekeurd, waarbij de wet op
de organisatie van de natie in tijd van
oorlog wordt uitgebreid tot de overzee-
sche gebieden. Andere wetsontwerpen,
die aangenomen werden, betroffen de
strenge handhaving van de discipline in
alle voor de oorlogseconomie werkende
bedrijven; een niet nader aangeduide
verhooging van de begrooting van het
ministerie van marine voor het op sta
pel zetten van nieuwe schepen, het goed
keuren van een crediet ten bedrage van
400 millioen lire voor den bouw van
pakhuizen en magazijnen voor het op
slaan van landbouwproducten en tenslot-
:te maatregelen ter controle en voor
het uitwerken van een distributie der
voorraden levensmiddelen en goederen
voor dagelijksch gebruikt. (D. N. B.)
OPVOLGER VAN WEYGAND IN
BEIROET AANGEKOMEN
Generaal Mittelhauser, de opvolger
van generaal Weygand, is op 29 Mei in
Beiroet aangekomen. Mittelhauser zal
onmiddellijk het opperbevel over het
Fransche leger in het Naburige Oosten
op zich nemen.
Naar het Japansche persagentschap
Domei meldt, heeft het Amerikaansche
departement van buitenlandsche zaken
aan de Japansche ambassade te Was
hington medegedeeld, dat de Amerikaan
sche regeering den uitvoer van verschil
lende, voor de defensie noodige, goede
ren zal verbieden en dat deze maatregel
ook op andere landen in dezelfde mate
zal worden toegepast.
Men wijst er op, dat het embargo
onder meer betrekking zal hebben op
den uitvoer van machines, machine-on-
derdeelen, vliegtuigen, tin, rubber, ijzer,
mangaan, ijzerafval en chroom.
Domei merkt op, dat Japan waar
schijnlijk zeer binnenkort zijn standpunt
in deze kwestie zal bepalen.
Het Japansche blad „Asahi Sjimboen"
geeft den eersten commentaar op den
Amerikaanschen maatregel, welke, naar
het blad schrijft, te Tokio beschouwd
wordt als een in feite vérgaand embargo
dat ver uitgaat boven moreele sancties.
Blijkbaar heeft de Amerikaansche re
geering besloten twee vliegen in één klap
te vangen, door hun materiaalleveranties
aan de Westelijke mogendheden te ver-
gruotem en tegelijkertijd de levering van
oorlogsmateriaal naar Japan te beper
ken, teneinde de Japansche continentale
politiek te treffen.
Daarmede zijn nieuwe moeilijkheden te
verwachten in de Amerikaansch-Japan-
sche handelsbetrekkingen. De Japansche
regeering volgt de Amerikaansche hou
ding met groote aandacht. Japan over
weegt een protest-démarche en andere
effectieve maatregelen, zoodra Washing
ton zijnerzijds de aangekondigde maat
regelen bekend zal maken.
HITLER VERTOEFDE IN NOORD
FRANKRIJK.
Naar aanleiding van de van Canadee-
sche zijde geuite bewering, dat de Duit-
sehers het groote monument voor de
gesneuvelde Canadeezen op den heuvel
van Vimy vernield hebben, zjjn aan de
te Berlijn werkzame buitenlandsche
journalisten fotografieën getoond,
waarop men den Führer kan zien by de
bezichtiging van het volkomen onbe
schadigde monument. De Führer bracht
dit bezoek aan het monument tydens het
weekeinde, toen hy een reis maakte door
de oorlogszones in Noord-Frankryfe en
Vk-anteen,
Het departement van handel, nyver-
heid en scheepvaart mankt, in opdracht
van de Duitsche autoriteiten, het volgen
de bekend:
De burgemeesters moeten er oogen-
blikkelijk hun medewerking aan verlee
nen, dat alle in hun gemeente aanwezige
ledige benzine-vaten of andere voor het
vervoer van benzine geschikte vaten b.v.
.petroleumvaten naar de naastbij-gelegen
opslagplaatsen der benzine- en petro-
leummaatschappijen worden vervoerd.
Aan de benzine en petroleum-maat-
schappyen is opgedragen en voor zoo
ver zij nog niet bereikt kunnen worden,
wordt hun hierbij opgedragen hunne
krachtige medewerking te verleenen.
De aldus verkregen vaten moeten
oogenblikkelijk worden geïnventariseerd
en de cijfers telegrafisch door de eigena
ren van de opslagplaatsen worden door
gegeven aan den directeur van het rijks
bureau voor aardolieproducten te 's-Gra-
venhage, Zeestraat 100. Verwacht wordt
dat de eerste opgaven van het totale cij
fer uiterlijk 6 Juni, des namiddags 5 uur
in het bezit van voornoemden directeur
zullen zijn.
Vaten, die om technische redenen op
dit tijdstip nog niet ingeleverd kunnen
zijn, moeten nadien uiterlijk 8 Juni inge
leverd worden. Het aantal der betreffen
de vaten moet uiterlijk 8 Juni des na
middags 5 uur afzonderlijk van het op
6 Juni opgegeven aantal aan den di
recteur voornoemd telegrafisch worden
medegedeeld.
Voor zoover de benzine- en petroleum-
maatschappijen of de houders van vaten
niet in het bezit zijn van transportmate
riaal om de vaten naar de opslagplaat
sen te vervoeren, zullen de burgemees
ters de hiertoe noodige transportmidde
len in hun gemeente vorderen en eventu
eel de noodige motorbrandstof voor dit
vervoer ter beschikking stellen.
ZOOVEEL
MOGELIJK VERGUNNINGEN VOOR
BOUWWERKEN.
Voorraden spelen een rol.
Voor het aanvangen of voortzetten
van bouwwerken op allerlei gebied is na
17 Juni toèstemming noodig van den
rijkscommissaris voor den Wederopbouw.
Werken, welke vóór 17 Juni gereed kun
nen komen, behoeven dus een dergelijke
toestemming niet.
Wij hebben, zegt het „Vaderland", ge
ïnformeerd, welke richtlijnen in het al
gemeen zullen gelden voor het verlee
nen van een vergunning voor het aan
vangen of voorzetten van bouwwerken.
Men deelde ons mede, dat ieders bouw
werk hiertoe allereerst op zijn eigen me
rites moet worden onderzocht en dat er
voorts rekening moet worden gehouden
met den voorraad der benoodigde ma
terialen. De algemeene strekking hierbij
is, zooveel mogelijk vergunningen voor
bouwwerken te verleenen.
VOOR ALLE GESNEUVELDE
SOLDATEN BEGRAFENIS MET
MILITAIRE EER.
Reeds eerder is er op gewezen, dat
ieder, die het lijk van een Duitsch of
Nederlandsch soldaat aantreft, hiervan
ten spoedigste mededeeling doet aan de
dichtst-bijzijnde politiepost of wel aan 't
dichtst-bijzijnde Duitsche militaire com
mando. Men wordt verzocht hieraan
strikt de hand te houden.
Er is door de Duitsche militaire auto
riteiten thans een speciale afdeeling in
het leven geroepen, welke voor een eer
volle militaire begrafenis zorg draagt.
Men denke er dus wel aan, dat, door
geen melding te maken van het aan
treffen van een stoffelijk overschot, men
den overledene de laatste eer onthoudt.
ONZE GEZANT TE BERLIJN.
Jhr Mr H. M. van Haersma de With en
zijn staf uit Berlijn via Zwitserland naar
elders vertrokken.
Naar ons ter oore komt, zou Jhr Mr
H. M. van Haersma de With, eertijds
gezant te Berlijn, met zijn diplomat) eken
staf, het gezantsehapspersoneel en de ge
zinnen van allen, die tot het gezelschap
behoorden, in den nacht van 14 op 15
Mei per extra-trein uit de Duitsche
hoofdstad vertrokken zijn naar Frie-
drichshaven. Daar kwam het gezelschap
op 15 Mei aan, om er in het aan het
Bodenmeer gelegen Kurgartenhotel met
zijn fraaien tuin, verblijf te houden tot
20 Mei. Dien dag vond uit de haven van
Friedrichshaven het vertrek per stoom
boot naar 't reeds op Zwitsersch grond
gebied gelegen Romanshorn plaats.
Men mag aannemen, dat inmiddels de
gezant en zijn staf Zwitserland sinds
enkele dagen verlaten hebben.
STICHTING NOORD-BRABANT 1940.
Tot herstel van de aangerichte schade.
Zaterdag j.l. is te 's-Hertogenbosch
door den commissaris der koningin in
de provincie Noord-Brabant, den heer
Jhr Mr Dr A. van Ryckevorsel en den
voorzitter van, hot Economisch Techno
logisch Instituut voor Noord-Brabant,
den heer J. Asselbergs te Bergen op
Zoom opgericht de Stichting Noord-Bra
bant 1940. Deze heeft ten doel het her
stel der door den oorlog getroffen ge
meenten in die provincie. Zy tracht dit
doet te bereiken door het verleenen van
bouwcredietea op redelijke voorwaarde,
het verleenen van financieringscredieten
alsmede charitatieve credieten.
De beide instellers treden op als be
stuurders. Het bestuur is bevoegd een
of meer commissies van advies in te
stellen.
Gedurende de laatste jaren werden
vele Nederlandsche arbeiders in Duitsch
land geplaatst.
Blijkens mededeeling van den Rijks
dienst der Werkloosheidsverzekering en
Arbeidsbemiddeling te 's-Gravenhage,
kunnen binnenkort wederom arbeiders,
behoorende tot verschillende beroepen,
voor plaatsing in aanmerking komen.
Onder meer bestaat er in Rijnland
groote vraag naar landarbeiders. Inwo
nend personeel, als melkknechten en
paardenknechten, kunnen gemakkelijk in
vaste of tijdelijke betrekkingen worden
geplaatst.
Seizoenarbeiders voor den landbouw
worden, evenals voorheen, alleen of in
ploegen geplaatst, waarbij, zooveel mo
gelijk, met de wenschen der betrokkenen
rekening wordt gehouden.
De loonen zijn gelijk aan die van de
Duitsche arbeiders, zooals tot dusverre
het geval was. Loonoverschotten kun
nen naar Nederland worden overge
maakt.
Arbeiders, die hiervoor in aanmerking
willen komen of inlichtingen wenschen
te vragen, kunnen zich vervoegen bij de
Arbeidsbeurs of het Agentschap der Ar
beidsbemiddeling in hun woonplaats.
UIT EEN PERSCONFERENTIE OP
DE DUITSCHE LEGATIE.
Allerlei oncontroleerbare verhalen zijn
gevaarlijk voor ons volk en grieven het
Duitsche leger.
Herhaaldelijk is van Duitsche zijde en
door den Duitschen Opperbevelhebber in
de Nederlanden er de nadruk op gelegd,
dat men den tegenstander c.q. den Ne-
derlandschen soldaat, na nederlegging
der wapenen, heeft te eeren.
Dit is van Duitsche zijde meer dan
eens geschied. Wij herinneren aan het
woord van den Rijkscommissaaris Rijks
minister Seyss Inquart bij de aanvaar
ding van zijn ambt; aan de talrijke
kransleggingen op graven van Neder
landsche soldaten en tenslotte aan de
proclamatie van den Führer.
De diepe zin daarvan is door de Ne
derlandsche militairen en door een groot
deel van het Nederlandsche volk begre
pen en gewaardeerd.
Het is daarom betreurenswaardig, dus
werd ter persconferentie medegedeeld,
dat onder ons volk nog steeds geruch
ten de ronde doen omtrent een gepleegd
verraad, waaruit volgen zou, dat het
Duitsche leger niet evenals het Ne
derlandsche eervol zou gestreden
hebben. Men voelt, dat daardoor op dat
leger een smaad geworpen wordt, welke
niet geduld kan worden.
Van dit verraad wordt met een één
zijdige licht te bevroeden tendenz go-
sproken. Nadrukkelijk werd ons ver
klaard, dat alle materiaal, dat op zulk
een verraad betrekking hebben zou,
wordt verzameld en dat deze aangele
genheid in onderzoek is en eventueel
streng tegen verspreiders van onware
geruchten zal opgetreden worden.
Over een zaak, die in onderzoek is,
wordt gezwegen, totdat de stukken op
tafel komen en inderdaad geoordeeld
kan worden.
Maar de methoden, waarvan sommi
gen onder ons volk zich bedienen, om
telkens verhalen over verraad in om
loop te brengen, kunnen noch mogen
langer getolereerd worden.
Omdat men daardoor èn het Duitsche
èn het Nederlandsche leger in hun
krygsmanseer aantast.
Omdat men daardoor noodeloos het
Nederlandsche volk in gevaar brengt.
Omdat men daardoor de normalisee
ring der betrekking tusschen Duit-
schers en Nederlanders in den weg
staat.
Men make de situatie niet ernstig.
Men spreke niet meer van verraad. Al
lerlei oncontroleerbare verhalen dien
aangaande zouden gevaarlijk kunnen
biyken voor ons volk.
Een ieder zy dus ernstig gewaar
schuwd.
Ds P. J. Molenaar, Ned. Herv. pred. te
's Gravenhage, schreef in de 's Graven-
haagsche Kerkbode een aardig stukje
onder den titel: „Leefregels voor iede-
ren dag", dat we hier gaarne verder
doorgeven.
In de eerste plaats: behoefte voor ons
allen, dat wq leeyen bidden.
Ten tweedeniet haastig oordee-
1 e nons oordeel opschorten.
Ten derdewq moeten leeren zwij
gen.
„Ik waarschuw nu tegen het teveel
praten in het algemeen.
Ik denk nog niet in de eerste plaats
aan de moeiiykheden die er door kunnen
ontstaan. Maar vooral aan het moreele
nadeel, dat men er zich zelf mee berok
kent. Al dat oppervlakkig gepraat, dient
toch zeker niet om ons geloof te doen
groeien. Men oefene zich in het zwijgen."
„Eindelijk en daarin ligt al het an
dere besloten! wij moeten leeren
wachten op Go d".
Gisteren heeft men in ons blad reeds
een bericht kunnen lezen afkomstig uit
Oldenzaal over den terugkeer van de
Nederlandsche militairen, die zich in
Duitschland in krijgsgevangenschap be
vinden of hebben bevonden.
Ingevolge 't besluit van Hitier en den
Opperbevelhebber zullen zij, zooals eer
der is afgekondigd, evenzeer als de
krijgsgevangenen, die zich op Neder
landsch grondgebied bevinden, in de ge
legenheid gesteld worden naar hunne
haardsteden terug te keeren en zullen
alleen de beroepsmilitairen onder hen,
vooreerst in kazernes onderdak worden
gebracht.
Voor de vrijlating van de Nederland
sche krijgsgevangenen in Duitschland
gelden overeenkomstige voorschriften
als voor die hier te lande: om te begin
nen wordt aanstonds de helft vrijgelaten,
de andere helft volgt zoo spoedig moge
lijk, d.w.z. zoo spoedig als het economi
sche leven in ons land in staat is hen
op te nemen.
Hun aftocht uit Duitschland is thans
in vollen gang.
Wederzijds van de grens zijn uitge
breide maatregelen getroffen om de
transporten zoo snel mogelijk door te
zenden.
In deze gevallen, dat teruggekeerden
geen werk hebben, resp. kunnen vinden,
moeten zij zich, evenals zulks voor de
■naar huis gezonden krijgsgevangenen in
ons eigen land geldt, hij het depót van
hun onderdeel aanmelden.
Over hetgeen er met de beroepsmili
tairen zal geschieden is weldra een be
slissing te verwachten; men nam aan,
dat deze van bevredigenden aard voor
de betrokkenen zou zijn.
Gisteravond werd gemeld, dat de Ne
derlandsche krijgsgevangenen, van wie
verwacht werd, dat zij gisteren reeds te
Oldenzaal zouden aankomen, niet voor
vandaag aldaar werden verwacht.
De heer Boasson heeft zich met het
volgende schrijven tot den voorzitter
van den Gemeenteraad gericht:
Weledelachtbare Heer,
De ramp welke onze stad getroffen
heeft is ook niet onopgemerkt aan mq
voorbijgegaan. Alle gebouwen en voor
raden van mijn bedrijf zijn totaal vernie
tigd. Met het vaste voornemen bezield
weder tot herbouw van hetgeen verlo
ren ging over te gaan, ligt het voor de
hand, dat hiervoor alle krachtsinspan
ning vereischt wordt. In verband hier
mede zal het mij tot mijn leedwezen niet
meer mogelijk zijn mijn Wethouderschap
naar behooren te vervullen, waarom ik
mijn ontslag als wethouder der gemeen
te neem met beleefd verzoek om spoedig
in de vacature te voorzien.
De hoogst aangename verhouding wel
ke in het college van burgemeester en
wethouders heeft bestaan, de wijze
waarop men mij in den Raad steeds
heeft bejegend en de medewerking wel
ke ik van alle Gemeenteambtenaren heb
mogen ondervinden, zullen die periode
van mijn leven waarin ik mocht mede
werken aan de belangen van mijn Va
derland als een van de aangenaamste in
mijn herinnering doen voortleven.
Hooachtend,
Uw Dw.
w.g. M. H. BOASSON.
Zooals reeds gemeld, heeft de heer
Boasson geen ontslag genomen als lid
van den Raad.
Behalve mevr. Weyi, wier verbiyf-
plaats momenteel nog niet bekend is,
zijn alle leden van den gemeenteraad
thans in de stad.
GEVANGENISWEZEN.
Tot adjunct-directeur by de strafge
vangenis te Rotterdam werd benoemd
de heer A. M. Meenk, directeur van het
Huis van Bewaring alhier.
Tot directeur van het Huis van Be
waring alhier werd benoemd P. G. C.
Hogendyk, commies ter directie van het
Huis van Bewaring te Utrecht.