Aan het werk voor den ophouw. Tot herstel van het vertronwen. OFFICIEËLE PUBLICATIËN. Dagblad voor de Provincie Zeeland Geen groente meer naar de mestvaalt. Bekendmaking voor het bezette gebied. BEKENDMAKING. Duitsch geld. VRIJDAG 24 MEI 1940 54e JAARGANG - No. 194 By contract Belangrijke korting Wat geoorloofd Is. De radiorede van Mr Van Sohaik. De spons over het verleden, een nieuw begin gemaakt. Geen souvenirs van vliegtuigen. Uitgave: N. V. Uitgevers - Maatschappij „Luctor et Emergo" ter exploitatie van het blad „De Zeeuw" Bureaux Lange Vorststraat 7 0, Goes Postrekening 44458 Telefoon 2438 Bijkantoor Middelburg: Fa. Boekhandel J. J. F A N O Y, Lange Burg 40. Telefoon 28 Directeur Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA ABBaaenienteprljs f2.60 per kwartaal Weekabonnementen voor Middelburg Goes en Vüsslngen f 0.10 Losse nummers 5 cent Advwtentlën 80 cent per regel Ingezonden mededeelingen 60 cent per regal Kleine Advertentien Dinsdags en Vrijdags f 0.78 MJ vooruitbetaling Atfvertentli'n onder letter of motto 10 Bij machtiging van den Opperbevel hebber van het Duitsche Leger maak ik bekend I. De Duitsche Weermacht waarborgt de inwoners volledige veiligheid van persoon en eigendom, Wie zich rustig en vreedzaam gedraagt, heeft niets te vree- zen. II. Gewelddaden en sabotage-akten worden met de zwaarste straffen be dreigd. Als sabotage wordt ook be schouwd: elke beschadiging of het ach terhouden van oogstprodukten, voorraden en installaties aller aard, die voor het bezettende leger van belang zijn, evenals het afscheuren of beschadigen van plak brieven of bekendmakingen. Onder bij zondere bescherming van de Duitsche Weermacht staan: gas-, water- en elec- triciteitswerken, spoorwegen en sluizen, evenals kunstwerken. III. De inlevering van wapens en oor logstuig is door bijzondere bekendma king bevolen. Voor herinneringswapens, buiten gebruik, is deze verordening niet van kracht. Jachtgeweren zijn onder op gave van naam, beroep en woonplaats van den eigenaar bij den burgemeester in te leveren, die voor de bewaring ver antwoordelijk is. IV. Door het krijgsgerecht wordt ge straft 1. Elke ondersteuning van niet-Duit- sche militairen in het bezette gebied. 2. Iedere hulp verleend aan burgers, welke het bezette gebied willen ontvluch ten. 3. Elke inlichting, verschaft aan perso nen of instellingen buiten het bezette ge bied, welke de Duitsche Weermacht of het Rijk zou kunnen schaden. 4. Elk verkeer met krijgsgevangenen. 5. Elke beleediging van de Duitsche Weermacht en van haar bevelhebbers. 6. Samenscholingen op de straat, het verspreiden van vlugschriften, het beleg gen van openbare vergaderingen en op tochten, welke niet van tevoren door een Duitsche bevelhebber toegelaten zijn, evenals elke andere Duitsch-vijandige be tooging. 7. Opruiing tot staking, het moedwil lig neerleggen van den arbeid, werksta king, en het verhinderen van werkwil lige elementen. V. De staats- en gemeentebesturen, politie en scholen zijn verplicht, op nor male wijze verder te werken. Hiermede wordt de eigen bevolking gediend. De lei ders dezer instellingen zijn voor loyale houding ten overstaan van de bezettende macht verantwoordelijk. De personen aangesteld in openbaren dienst zullen hunne wedde verder genieten. VI. Alle nijverheidsinstellingen, han delszaken en banken zijn in het belang der bevolking open te houden. De slui ting dezer zonder geldige reden wordt gestraft. VII. In het belang van een geordende en gelijkmatige bevoorrading der bevol king is het hamsteren van waren of van artikelen voor het dagelij ksch gebruik (elke overmatige bevoorrading) streng verboden. Elke handeling in strijd met deze wordt als sabotage beschouwd en bestraft. Het voor de dagelij ksche levens behoeften van de burgerbevolking noo- dige verkeer, bijzonder ook het marktver keer, zal, lnzooverre de militaire verhou dingen het toelaten, niet gehinderd wor den. Producenten en handelaars van le- vensnoodwendige artikelen zijn verplicht, hun bedrijf als voorheen uit te oefenen en hunne waren aan de verbruikers af te leveren. VIII. De verhooging van prijzen en vergoedingen van eiken aard evenals van loonen boven het peil, op den dag der bezetting vastgesteld, is verboden, ln zooverre geen uitzonderingen uitdrukke lijk toegelaten zijn. IX. De wisselkoers wordt als volgt vastgelegd: Voor Rijksnederland: 1 Gulden 1.50 Reichsmark. Voor België: 1 Belga 0.50 Reichs mark. De toepassing van een andere wissel koers wordt gestraft. Duitsche evenals inheemsche geldwaarden moeten aange nomen worden. X. De Weermacht en de personen daar toe behoorende, zullen hunne inkoopen contant betalen. Dit geldt eveneens voor de door de burgerbevolking geleverden arbeid. Slechts bij bedragen, hooger dan 500 Rijksmark, of een daarmee gelijk staand bedrag, zal de betaling door de Duitsche militaire overheden gebeuren op vertoon van bescheiden door de Duitsche Weermacht afgeleverd. De Opperbevelhebber der Legergroep. Ter regeling van het geheele auto- en motorverkeer in de Provincie Zeeland, wordt het volgende bevolen: 1. Het geheele auto- en motorverkeer in de Provincie Zeeland wordt met on middellijke in werkingtreding stilge legd. Bij een verder gebruik van auto- en motorrijtuigen, is met inbeslag name van het auto- of motorrijtuig en met bestraffing der bestuurders, respectievelijk eigenaars, rekening te houden. 2. De reeds door de Feldkommandanten verleende verklaringen tot het verder gebruik van auto- en motorrijtuigen, behouden tot wederopzegging hun geldigheid. 3. Het gebruik van auto- en motorrijtui gen is mogelijk in gevallen, dat het openbaar belang dit vordert. Hier onder vallen de noodzakelijke verzor ging der bevolking met levensmidde len en gebruiksvoorwerpen en vol strekt noodzakelijke auto- of motor- reizen tot bestuur der Provincie. Voor reizen, die met een openbaar vervoer middel of met een rijwiel gedaan kun nen worden, mag geen auto- of mo torrijtuig gebruikt worden. 4. Verzoeken voor nieuwe Ingebruik name van auto- of motorrijtuigen. In gevallen, waar het openbaar be lang verder gebruik van auto- of motorrijtuigen vordert, is een schrif telijke aanvrage met duidelijke rede nen tot den Burgemeester der betrok ken gemeente te richten. De Burge meester onderzoekt de aanvrage naar scherpe maatstaven en draagt de aanvrage met zijn goedkeuring aan de Feldkommandanten der Feldkom- mandantur 610 afdeeling Militair be stuur in Middelburg over. De Feld- kommandant besluit dan uiteindelijk over de aanvrage en stelt een ver klaring tot verder gebruik van het auto- of motorrijtuig op. 5. Toewijzing der bedrijfsbrandstof. De bedrjfsbrandstoffen kunnen slechts in geringe mate toegewezen worden, zoodat ook met de vrijgestel de auto- en motorrijtuigen slechts allernoodzakelijkste reizen gedaan kunnen worden. Voor toezicht op het auto- en motorverkeer, vindt een scherpe controle door de Feldgen- darmerie plaats. Als bewijs moet men de door de Feldkommandanten opge stelde verklaring tot het verder ge bruik van het auto- of motorrijtuig steeds bij zich dragen en op verlan gen toonen. De Feldkommandanten, gez. Frhr. VON BOTHMER, Major. Bevel van den Duitsohen Stade- commandant Middelburg. Alle Inwoners van de provincie Zee land zijn verplicht hunne adressen aan den Burgemeester van hun gemeente op te geven, indien zich munitie, schietwa pens, houw- en steekwapens, militaire kleeding en uitrusting in of in de om geving van hun woning bevinden. Het is ten strengste verboden boven staande goederen weg tb maken of te vernietigen. Niet opvolgen of niet nakomen dezer bevelen heeft de strengste straffen ten gevolge. De Duitsche Stadscommandant Middelburg. Bevel van den Duitschen Stads commandant Middelburg. De burgemeesters der gemeenten in de provincie Zeeland zenden, de verzamel de adressen der inwoners, die munitie, schietwapens, houw- en steekwapens, militaire kleeding en uitrusting in of in de omgeving van hun woning hebben, naar den Commandant der Politietroe- pen, Molenwater no. 115, te Middelburg. Niet opvolgen of niet nakomen van dit bevel heeft de strengste straffen tenge volge. De Duitsche Stadscommandant Middelburg. De Duitsche militaire autoriteiten deelen ons het volgende mede Duitsche militairen mogen slechts „Reichskreditkassenscheine" en kleine Duitsche pasmunt of Nederlandsche gul dens of centen als betalingsmiddel ge bruiken. Betaling in „Reichsbanknoten" of „Rentenmark" is ten strengste verbo den. De inwoners worden er op attent ge maakt, dat het aannemen van deze bank noten niet geoorloofd is. De in Nederland geldige Duitsche banknoten zijn50 Reichspfennig, 1 Reichsmark, 2 R.M., 5 R.M., 10 R.M., 20 R.M., 50 R.M., 100 R.M. Deze banknoten dragen behalve de op gedrukte waarde de volgende woorden: „Ausgegeben auf Grund der Verordnung über Reichskreditkassen, Hautpverwal- tung der Reichskreditkassen". Maandagavond heeft de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, mr J. R. H. van Schaik, voor de micro foon een toespraak tot het Nederland sche volk gehouden. Hg zeide, zich ge drongen te voelen, een enkel woord tot zijn landgenooten te spreken. „In de allereerste plaats hoe kan het anders is dat woord gewijd aan hen, die met ontembaren moed en dapperheid en met weergalooze zelfopoffering hun leven en bloed voor het vaderland heb ben willen offeren. Hun heldhaftigheid en ongeëvenaarde burgerzin zullen als een onvergankelijke ster in de historie van het Nederlandsche volk bijven schit teren. Veel kostbare levens hebben in vijf dagen van verwoeden strijd in den heldendood hun einde gevonden. Talrijk zijt gij moeders, echtgenooten en kinde ren die uw zonen, uw mannen, uw va ders niet meer zult weerzien. Het slag veld heeft ze u voor goed ontnomen. Er blj'ft u slechts een groote troost. Zj, die het vaderland zoo roemrijk hebben gediend, hebben den krans der eeuwige belooning in hun graven medegedra gen. Het geheele Nederlandsche volk deelt in den smarteljken rouw, die over u en uw gezinnen is gekomen. Het is dankbaar en zal dankbaar bijven voor het geen de dierbare gevallenen voor ons allen hebben over gehad. Niet weinigen helaas uit onze burger bevolking zjn evenzeer slachtoffer ge worden van de verschrikkingen van den oorlog. Ook voor hen, die op deze wjze zwaar beproefd zjn in hun nabestaan den, in hun have en goed, gevoelen wj diepe deernis. De tranen van droefenis, die thans in zoo menig Nederlandsch huisgezin worden vergoten, zullen ech ter de levende bron worden voor nieuwe kracht en sterkte èn in de families der getroffenen en in gansch het volk. Onze gedachten gaan in deze uren te vens uit naar onze Koningin, die in Haar voortdurende zorg voor het hoog ste landsbelang thans, mede in overleg met den opperbevelhebber, heeft ge meend niet te mogen uit den weg gaan voor een beslissing, die Haar wel on- noemeljk zwaar moet zjn gevallen. Wj hadden Haar gaarne in ons midden ge houden. Men zal echter goed doen te be denken, dat het voorbarig schjnt reeds thans een oordeel te vellen, dat den toets der rechtvaardigheid en billjkheid niet kan doorstaan. Eerst de geschiede nis zal uitspraak kunnen doen over de vraag of bj de handhaving van de sou- vereiniteit van den staat de juiste weg is betreden. Daareven gewaagde ik van de uitwen dige rust, die in onze bevolking is terug gekeerd. Deze heeft haar inwendige kalmte nog niet ten volle herwonnen. Onze zenuwen zjn te sterk gespannen geweest. De vele, even onverwachte als schokkende gebeurtenissen zjn te diep ingeslagen dan dat ieder onzer na de on dergane ontroeringen reeds in staat zou zijn de algeheele zelfbeheersching te rug te vinden. Dat ik, landgenooten, mj met u in verbinding heb willen stellen, is dan ook niet in de laatste plaats ingegeven door de behoefte om in de moeiljke omstan digheden waaronder wj thans allen le ven u aan te sporen onze beste Neder landsche tradities te handhaven door als van ouds wilskracht, evenwichtigheid en kalmte te doen bijken. Dit zal te ge makkelijker vallen wanneer gij er u re kenschap van geeft hoeveel vruchtbare arbeid er in de eerste tjden in ons ge- In het stafkwartier van den Duitschen opperbevelhebber in Nederland is, in tegenwoordigheid van den heer Asch- mann, Duitsch gezant aan de legatie te 's-Gravenhage, een persconferentie ge houden, in welke verschillende mededee lingen zjn gedaan, welke met de tegen woordige situatie van Nederland verband hielden, In de eerste plaats gaf kapitein Frank, van het Duitsche opperbevel in Nederland, een uiteenzetting, welke op het volgende neerkwam: Het streven van het Duitsche opperbe vel in de Nederlanden is, het vertrouwen tusschen de Nederlanders en de Duit- schers te herstellen. „Ik weet", zei hj, „dat er in de afgeloopen maanden en weken vele harde woorden in de Neder landsche pers over Duitschland zjn ver schenen. Wj halen daar de spons over en maken van heden af een nieuw be gin." Verplichting tot groeten tusschen Duitsche en voormalige Neder landsche weermacht Refereerende aan de tusschen den Duitschen en den Nederlandschen opper bevelhebber geteekende overeenkomst, noemde hj als een van de belangrijkste daarin vastgelegde punten de wederzij d- sche verplichting tot het brengen van het militaire saluut tusschen de Duitsche en voormalige Nederlandsche weermacht. Het effect hiervan, zoo constateerde hij, was reeds gisteravond te merken. Deze overeenkomst met betrekking tot het groeten gaat niet om een uiterljkheid maar moet worden opgevat als een tee- ken, dat de Duitsche weermacht den Nederlandschen soldaat eert, waarbij zij verwacht, dat deze waardeering weder- zjdsch zal zjn. De Duitsche weermacht wenscht ook het vertrouwen van de bur gers te winnen, van wie wederkeerig het zelfde wordt verwacht Het Duitsche opperbevel heeft begrip vóór de situatie. Het hoopt, dat het Ne derlandsche publiek zijnerzijds niet on geduldig zal worden. Van dag tot dag zal worden nagegaan, welke verzachtingen eventueel kunnen worden aangebracht in de bij een. militaire bezetting nu een maal noodige maatregelen. Een eerlijke strijd. In de gevechten van de laatste dagen heeft het Duitsche leger de Nederland sche soldaten als dapper en eerljk loe ren waardeeren. Het verwacht, dat ook de Nederlandsche soldaten het Duitsche leger als eerljk zullen waardeeren. In dit verband legde kapitein Frank er den nadruk op, dat er van Duitsche zijde niets is gebeurd in strijd met het oorlogsrecht. Speciaal noemde hij het geen beweerd is iten aanzien van de parachutetroepen. Hierbij zjn bewuste of onbewuste leugens in het spel ge weest. De parachutetroepen hebben hun eigen uniform. Er is niet één enkele parachutespringer neergelaten, die niet in de voorgeschreven uniform gekleed was. Het Nederlandsche opperbevel is uitgenoodigd één geval aan te wjzen, waarin zulks zou zijn geschied; het heeft zoo'n geval niet genoemd. Met betrekking tot de luchtbombarde menten wees kapitein Frank er op, dat de Duitschers in tegenstelling met de Engelschen nooit bij nacht bombardee ren. Dit omdat men bij nacht niet goed kan mikken en dus ook geen onderscheid kan maken tusschen burgerlijke objec ten en militaire doelen. Bovendien zijn de Duitsche richtmiddelen voor bombar dementsvliegtuigen veel beter dan de Engelsche. De heer Janke, een van de vertegen woordigers van den Duitschen persdienst in Nederland, constateerde, dat er in breeden kring groote verbittering bestaat over het feit, dat de regeering zoo spoe dig mogeljk naar het buitenland is ver trokken. In dit verband noemde hij het van het grootste belang, dat er verschil lende aan wijzigingen zijn, dat er reeds vóór het begin van de vijandelijkheden samenwerking bestond tusschen het Ne derlandsche leger en de geallieerden, o.a. het feit dat de leider van den Neder landschen inlichtingendienst van de Plassche tegelijk met de regeering naar Engeland is uitgeweken en dat de" goud voorraad naar Engeland is meegenomen. Van Engelsche hulp Is niets te merken geweest W|el heeft Engeland een ge deelte van de Nederlandsche luchtmacht, het grootste gedeelte van de Nederland sche marine en den Nederlandschen goudvoorraad in ontvangst genomen. Bovendien is een aantal van 850 Duit sche soldaten, die krijgsgevangen ge maakt waren, naar Engeland verscheept. Aan de Nederlandsche kust heeft het Duitsche bevel thans zoodanige maatrege len genomen, dat iedere aanval kan wor den afgeslagen. Voor Nederland is de oorlog thans de facto ten einde, en het belangrijkste gevaar voorbj. teisterde land te verrichten valt. Een der eerste voorwaarden om dat werk van herziening te kunnen tot stand brengen, is dat wj allen, met den blik vooruit, de dageljksche plichten van onzen staat opnieuw gaan vervullen, zulks in den ons kenmerkenden zin van orde en regelmaat en van stipte gehoor zaamheid aan onze overheden, daarbij eerbiedigend de voorschriften van den hoogsten en algemeen vertrouwen af- dwingenden vertegenwoordiger der re geering, den opperbevelhebber van land en zeemacht, berustend tevens in de maatregelen der Duitsche bezetting, maatregelen, waarvan wj ons overtuigd meenen te mogen houden, dat zij zullen stroken met de. eer van ons volk en zoo veel mogeljk rekening zullen houden met de belangen des lands. In de ver vulling van de op ons rustende taak zul len wj toonen, dat wj één zjn in een en dezelfde Nederlandsche gemeenschap. Indien er ooit een oogenblik is geweest,- waarop allen, die het land in trouw heb ben willen dienen, behooren te vergeten wat hen heeft verdeeld, dan is dat het oogenblik van vandaag." Wie er bezit, is verplicht die terug te brengen. De Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht, in overleg met den Duitschen bevelhebber in Nederland, maakt be kend, dat voorwerpen en onderdeelen, welke afkomstig zijn van niet-Neder- landsche vliegtuigen en als herinnering of anderszins werden medegenomen, on verwijld moeten worden ingeleverd bij de plaatselijke politie. Voor zoover zulks niet zou geschieden, zal dit medenemen strafrechtelijk vervolgd worden. GROOTE OPLEVING IN DEN TUINBOUW VERWACHT. Zooals wij reeds meldden, wordt thans in tuinbouwkringen een groote opleving in den Nederlandschen tuinbouw ver wacht. Duitschland vormde vroeger jaren altijd de belangrijkste klant van tuin- bouwend Nederland, doch de export van tuinbouwproducten naar dit land daalde enorm tengevolge van diverse handels- moeilijkhedon. Do huidige stand van zaken maakt opheffing van deze belem merende bepalingen zeer waarschijnlijk. De verwachting, dat de nieuwe toe stand ingrijpende wijzigingen voor den Nederlandschen tuinbouw met zich zou brengen, is reeds binnen enkele dagen in vervulling gegaan en het laat zich aan zien, dat deze veranderingen belangrijke verbeteringen zijn. Het telen voor de mestvaalt heeft een einde genomen: Reeds Maandag vond de geheele aanvoer van de Westlandsche veilingen koopers. De toestand is thans deze, dat de helft van den aanvoer, nog voor het product de klok gepasseerd is, door Duitschland uit de markt wordt genomen. De over blijvende helft wordt voor Nederland op de normale wijze geveild, en, mocht ook daarvan nog onverkocht blijven, dan neemt Duitschland ook dat overblijvende deel af. De voornaamste prijsgrenzen zijn niet ongunstig; zij liggen gemiddeld 50 pro cent boven het peil van het vorige jaar Mei.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1940 | | pagina 1