~Ak[:erïje GEID Dagblad voor de Provincie Zeeland Dombaas door de Duitsohers bezet? Rijtoer van het Prinselijk gezin. EERSTE BLAD. Belangrijkste Nieuws N.V. Financierings-Mij. „ZEEUNDIA"GOES WOENSDAG 1 MEI 1940 54e JAARGANG - No. 178 Spoorlijn Oslo-Drontheim in Duitsche handen - Twee Britsche duikbooten vermist - De houding van Italië - Enge land neemt zijn maatregelen. Oombaas bezet door de Duitsohers Dagorder van Hitier. Twee Britsche duikbooten vermist. Wat zal Italië doen? Neem'n beschikbaar 5 pCt. AUTOMOBIEL Ons land een bedreiging voor niemand en verbindt zich met niemand. Opwekking tot eenheid en waak zaamheid. Uitgave: N. V. Uitgevers-Maatschappij „Luctor et Emergo" ter exploitatie van het blad „De Zeeuw" Bureaux Lange Vorststraat 70, Goes Postrekening 44455 Telefoon 2438 Bijkantoor Middelburg: Pa. Boekhandel J. J. F A N O Y, Lange Burg 40. Telefoon 28 Directeur - Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA ABönnementsprija (2410 per kwartaal Weekabonnementen voor Middelburg Goes en VGssingen f 0.20 Losse nummers 5 cent Advertentiën 30 cent per regel Ingezonden medeaeeikigen 60 cent per regel Kleine Advertentiën Dinsdags en Vrijdags (0.75 bij vooruitbetaling Advertentiën onder letter ot motto 10 cent extra BI] contract belangrijke korting Het opperbevel van. de Duitsche weer macht deelt mede: Gistermiddag hebben de Duitsche troe pen, welke den terugtrekkenden vijand krachtig achtervolgden, in het Gud- brandsdal, het belangrijke knooppunt van spoor- en straatwegen Dombaas, be zet. Bij het oprukken langs de zijlijn Dront- heim-Dombaas werd Opdal ingenomen, zoodat thans de spoorlijn Oslo-Dront- heim ook in Duitsche handen is. In welingelichte kringen te Londen had men gisteravond geen bevestiging van de Duitsche berichten, volgens wel ke Dombaas en Stoeren z^jn gevallen. Van officieuze Duitsche zijde wordt opgemerkt, dat het feit, dat de Duitsche troepen, die uit Drontheim naar het zui den en van Oslo naar het noorden opruk ken, elkaar de hand hebben gereikt, van groote militaire beteekenis wordt geacht De in Drontheim staande Duitsche troe pen zijn nu niet meer alleen op de zee- en luchtverbindingen met Duitschland aangewezen, doch zy hebben een recht- streeksche verbinding met Oslo, waar alle verdere versterkingen en de geheele tros in ononderbroken volgorde aanko men. De United Press meldt uit Londen, dat men aldaar van oordeel is, dat de cam pagne der geallieerden in Zuid-Noorwe- gen in gevaar wordt gebracht tengevolge van Duitschlands „bliksemsnel voort- dringen", indien althans de berichten, welke in verantwoordelijke militaire kringen té Londen zijn ontvangen, wor den bevestigd. Het geheele geallieerde verbindingsstelsel in Zuid-Noorwegen is naar men gelooft gebaseerd op twee spoorwegknooppunten: Storen en Dom baas, waarlangs de voorraden en ver- sterWngen der Britten voor de troepen die in het gebied van Storen en Dombaas opereeren, moeten passeeren. Indien de bezetting is geschied door afdeelingen van de 5000 man, die Dront heim bezet houden, loopen de geallieer de troepen in het gebied van Storen ge vaar in de knel te geraken tusschen hen en de vliegende colonne, die zich vermoe delijk over Ulsberg naar Drontheim spoedt. In militaire kringen wordt er echter den nadruk op gelegd, dat de Duitsche positie zeer kwetsbaar is; zij staat bloot aan een vermetelen geconcentreerden aanval, daar de Duitsche colonnes zon der dekking over een uitgebreid gebied zijn verspreid en afhankelijk zijn van de snelle komst van versterkingen ingeval van een geallieerden tegenaanval op een bepaald punt of meer punten. De Duit sche strijdkrachten zijn bovendien in haar bewegingen belemmerd door de No ren, die bruggen en spoorwegtunnels in de lucht laten vliegen. De toestand in Zuid-Noorwegen is dan ook bewegelijk, met geen vaste fronten en betrekkelijk lichte strijdkrachten, zoodat onverwach te wendingen aan beide zijden kunnen worden verwacht. Wanneer de geallieerden zich uit het Zuiden moeten terugtrekken, zullen waarschijnlijk pogingen in het werk worden gesteld om zich te concentree- ren op Narvik, waar, naar uit betrouw bare bron verluidt, de Duitschers zou den zijn ingesloten. Noorsche militaire kringen ontkennen de Duitsche berichten, als zouden Duit sche krachten uit het Noorden contact hebben gekregen met die uit het Zui den, waardoor de spoorweg Dombaas Stoeren zou zijn afgesneden. Volgens Noorsche militaire kringen zouden de geallieerden nog steeds deze lijn in han den hebben. De geallieerden zouden troepen en ar tillerie langs de geheele spoorlijn ver zamelen van Dombaas uit in de richting van Stoeren. Ook zouden de Franschen Hjerkin hebben omsingeld. Men geeft toe, dat de Duitschers talrijke troepen verzamelen tusschen Tynset en Roeros, maar, van militair standpunt uit be schouwd, moeten deze posities van wei nig belang worden geacht. Ook meent men, dat de geallieerden zoowel uit het Noorden als van het Zuiden uit Drontheim zullen aanvallen. VLOOT-ACTIE IN HET SKAGERRAK. Uit Stockholm wordt door Havas ge meld, dat belangrijke vlootontmoetingen zich in den loop der laatste dagen zou- drni hebben voorgedaan in het Skager- ralt. Dit zou 't bewijs geven dat de geal lieerde vlootstrijdkrachten nauwlettend deze wateren bewaken en tusschenbeide komen om het vervoer van Duitsche troepen naar Oslo te verhinderen. DE ENGELSCHE LUCHTAANVAL OP FORNEBU. Er zyn thans bijzonderheden bekend geworden over den aanval van de Royal Air Force van gisternacht op Fornebu, dat de Duitschers thans gebruiken als basis voor troepentransporten uit Duitschland. Het was de vierde maal, dat Fornebu werd aangevallen door de R. A. F. en de aanval bestond uit eens reeks raids, j die kort na middernacht begonnen en ruim een uur duurden. De Engelsche I vliegtuigen, die afzonderlijk en na j elkander aanvielen, wierpen een groot aantal zwaar explosieve bommen op het vliegveld. De Engelsche toestellen ontmoetten een krachtig verweer van geschut, bat terijen en zoeklichten. Alle aanvallen werden echter doorgezet en men gelooft dat aanzienlijke schade is aangericht aan het vliegveld en aan de rondom ver spreide vliegtuigen. Een der Britsche toestellen is niet teruggekeerd. Voor de troepeneenheden, die deelne men aan de gevechten in Noorwegen heeft Hitier een dagorder uitgevaardigd, luidende „Soldaten van het Noorsche oorlogs- tooneel. In een onstuimig opdringen heb ben Duitsche troepen heden de verbin ding over land tusschen Oslo en Dron theim tot stand gebracht. Daarmede is het voornemen der westelijke mogend heden om Duitschland toch nog door een bezetting achteraf van Noorwegen op de knieën te kunnen krijgen, definitief mis lukt. „Eenheden van het leger, de marine en het luchtwapen hebben in voorbeeldi ge samenwerking een prestatie geleverd, die in haar koenheid de jonge Duitsche weermacht tot de hoogste eer strekt. Of ficieren, onderofficieren en manschap pen, gij hebt op het Noorsche oorlogs- tooneel ter zee, te land en in de lucht en tegen den weerstand van den vijand ge streden en de ontzaglijke taak, welke ik j u, geloovende in u en uw kracht, moest opdragen, vervuld. Ik ben trots op u. De natie spreekt u door mij haar dank uit. Als uiterlijk teeken van erkentelijkheid verleen ik den opperbevelhebber in Noor wegen, generaal von Falkenhorst, het ridderkruis van het IJzeren Kruis. Ik zal op voorstel van uw opperbevelhebber ook de dappersten onder u onderscheiden. Het hoogste loon voor u allen mag ech ter reeds thans de overtuiging zijn, dat gij in den zwaarsten strijd van het lot van ons volk om te zijn of niet te zijn een beslissende bijdrage hebt geleverd. Ik weet, dat gij de u gestelde taak ook verder zult vervullen. Leve ons Groot- Duitschland. Adolf Hitler." De Britsche admiraliteit deelt officieel mede, dat twee Britsche duikbooten, de „Tarpon" en de „Steriet", ver over tijd zijn en vermoedelijk verloren zijn ge gaan. De Britsche treilers „Bradman" en „Cape Siretoka" hebben schade geleden door een bom. Zij zijn later gezonken. In geen van beide gevallen wordt melding gemaakt van verlies aan menschenle- vens. De Britsche onderzeeërs „Tarpon" en „Steriet", welke als verloren worden be schouwd, hadden een bemanning van respectievelijk 53 en 40 man. Engeland is den oorlog begonnen met 57 onderzeeërs, waarvan er thans 7 zijn verloren gegaan. Eén is tengevolge van een ongeluk vergaan. In gezaghebbende Duitsche kringen daarentegen wordt beweerd, dat, buiten de twee of drie Engelsche onderzeeërs, die volgens de aankondiging van heden van 't Duitsche oppercommando vernie tigd zijn, in totaal reeds dertien Britsche onderzeeërs in het Skagerak tot zinken zijn gebracht. Naar Reuter nog uit Londen meldt, zal, naar uit gezaghebbende bron wordt vernomen, de wekelijksche opgave van de Britsche successen en verliezen ter zee voortaan eerst na een week wor den opgegeven. De ondervinding heeft namelijk uitge wezen, dat de publicatie na een kort ver loop van tijd het den vijand mogelijk heeft gemaakt, op tactisch en strate gisch terrein nuttige gevolgtrekkingen te maken. VOORZORGSMAATREGELEN VAN ENGELAND IN MIDDELLANDSCHE ZEE. In gezaghebbende kringen verneemt Reuter, dat de uitspraken van Italianen, die verantwoordelijke posities bekleeden, zoomede de houding der Italiaansche pers kortelings van zoodanigen aard zijn geweest, dat het noodig is geworden voor de Engelsche regeering zekere voorzorgsmaatregelen te nemen betref fende de Britsche schepen die onder nor male omstandigheden door de Middel- landsche Zee zouden varen. Zij is ech ter niet voornemens, deze voorzorgs maatregelen langer dan noodig te laten voortduren en hoopt, dat de omstandig heden haar in staat zullen stellen, ze in de naaste toekomst op te heffen. Reuter verneemt voorts nog, dat deze voorzorgsmaatregelen tot op zekere hoogte een routewijziging van Britsche schepen van en naar Britsch-lndië in houden, welke schepen dan niet meer via Suez, maar via Kaapstad varen. Het genomen besluit zal betrekking hebben op honderden schepen, zoowel mail- als vrachtschepen, die op Britsch- lndië en Australië varen. ENTHOUSIAST PUBLIEK LANGS DE WEGEN. Onder schitterende weersomstandig heden heeft het Prinselijk Gezin gister middag een autorit gemaakt ter gelegen heid van den verjaardag van H. K. H. Prinses Juliana. In een open auto gezeten vertrokken Prinses Juliana en Prins Bernhard de beide kleine prinsesjes Beatrix en Irene waren op den schoot van haar ouders gezeten om kwart voor vier van het door het zonbeschenen jonge groen om geven Huis Ten Bosch. De prinses was gekleed in een lila gewaad met zeegroe nen hoed en de Prins in uniform van ka pitein; de kleine prinsesjes waren in het wit gekleed. Reeds lang voor kwart voor vier, den tfld, waarop de rit zou aanvangen, had zich een talrijk publiek verzameld langs het voorplein van het paleis, hoofdzake lijk uit kinderen bestaande, die getooid waren met oranje vlaggen, strikken en sjerpen. Toen het Prinselijk gezin in de open hofauto plaats nam, steeg een luid gejuich en hoerageroep op uit het pu bliek. Overal langs de 10 K.M. lange route verdrong zich een dichte menigte, die niet ophield de Prinselijke familie toe te juichen. Men wist reeds vóór den oorlog, dat Engeland er op was voorbereid den weg om de Kaap te gaan bevaren, voor ge val Italië ooit de zijde van Duitschland zou kiezen. Vooral in de tweede helft van de vo rige week heeft Italië zulke dreigende woorden geuit, dat de Britsche vloot in de Middellandsche Zee zich op alle even tualiteiten moest voorbereiden. Tegelijk moest de vloot een deel van haar een heden ter beschikking stellen om con- vooien samen te stellen van schepen, die een voor een bijeengebracht moesten worden. De maatregelen, die genomen zijn, dateeren dan ook al van eenige dagen. Het doorgaande scheepsverkeer wordt nu via Kaap de Goede Hoop geleid en de scheepvaart naar havens aan de Middellandsche Zee wordt onder con- tróie gesteld van oorlogsschepen. Dit nummer bestaat uit 2 bladen. Binnenland. Rijtoer van het Prinselijk gezin. Stand van de landbouwgewassen. Het conflict aan de veiling te Middelburg. Buitenland. Dombaas door de Duitschers bezet? Spoorlijn OsloDrontheim in Duitsche handen? Twee Britsche duikbooten vermist. Wat zal Italië doen? Engeland neemt voorzorgsmaatregelen. Het Prinselijk Gezin met de Prinsesjes maakte Dinsdagmiddag in een open hofauto een rijtoer door Den Haag ter ge legenheid van den verjaardag van H.K.H. Prinses Juliana. Minzaam groet de Prinses de jubelende menigte. voor den aankoop van een Vraagt inlichtingen. Beestenmarkt 8, Tel. 2410 tot 17 uur. Stationsweg 33, Tel. 2017 na 17 uur. EIND DEZE WEEK VERKLARING VAN CHAMBERLAIN. Minister-president Chamberlain heeft in het Lagerhuis medegedeld, dat hij verwachtte een verklaring over Noor wegen te kunnen afleggen tegen het einde van deze week. Bij de viering van het 125-jarig be staan van de Kon. Mil. Willemsorde, heeft gisteren Minister de Geer aan een koffiemaaltijd in de „Witte- brug" te 's Gravenhage het woord ge voerd. In zijn rede wees de heer De Geer er o.m. op, dat deze orde en de daden waar aan zij herinnert, de zekerheid geeft, dat, mocht ooit het uur der beproeving weer slaan, ons oude Nederland zich daarbij niet slap en weerloos zal toonen, maar onze dierbare erve met vurigen geest en den hoogsten offerzin tegen alle schen dende hand zal verdedigen. In zoover komt dit jubileum in deze zorgvolle dagen juist van pas. Ons land is een bedreiging voor nie mand en verbindt zich met niemand. Het wil een vredesoase zijn temidden van de verschrikkingen, die over de wereld gaan. Maar aan de grenzen van die oase staan de mannen, die in de Ridders van de Militaire Willemsorde het lichtend voorbeeld hebben, van wat in de uren des gevaars hun plicht zal zijn, en die aan dat voorbeeld niet ontrouw willen wezen. HET GEVAAR VAN DE Z.G. „VIJFDE COLONNE". In een rede voor de Chr. Oranjever een. te Alkmaar, heeft de gewezen comman dant van het veldleger, gep. luit.-gene- raal Jhr W. Röell, de eenheid van ons volk met Oranje aan de hand der histo rie belicht. In het bijzonder prees hij de verdiensten der Oranjes voor de lands verdediging en ook de belangstel ling van H. M. de Koningin voor den op bouw onzer weermacht. In verband met het gevaar van de z.g. „vijfde colonne" spoorde spr. zijn gehoor aan, alle verdachte ver- schynselen ter kennis van de autoriteiten te bren gen. Het moet uit zijn met den gevaar leken geest van al te gemoedelijke ge zapigheid, welke de houding van ons volk tegenover binnen- en buitenlandsche gevaren maar al te lang heeft geken merkt. De ontwapeningsapostelen hebben nu wel afgedaan en men kan met vreugde overal den buitengewonen vooruitgang in parate weerbaarheid waarnemen. Ook wees generaal Röell er op, dat slechts dat volk de ontberingen van een onbarmhartigen totalen oorlog zal kun nen doorstaan, dat niet ondermijnd is door verslappende weelde en genotzucht, dat geleerd heeft sober en hard te zyn. „Finland was hiervan", aldus spr., „een schitterend voorbeeld, doch ik vrees, dat wy allen op dit moment er nog ver van af zijn".

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1940 | | pagina 1