DE ZEEDW
Een verwaarloosd Landgoed
I n en
TWEEDE BLAD
ZEE-OORLOG.
Het Wetsontwerp
Winstbelasting.
I
dit blad
e prijzen!
„Walter"
Ifkoe
instbode
FEUILLETON
ZUID-BEVELAND.
WALCHEREN.
SCHOUWEN-DUIVELAND.
JFMACHINE1S,
modellen. Ook
bine's,
MACHINEHUIS
iorte Kerkstr. 2
- Goes.
kalf, 4869 K.G.
d.
•vezande.
maken bekend
dekking staan,
WOLF.
GEERTSE.
Grijpskerke.
ekening, bij
Kortgene.
Jienzaad, kiem-
Vandeerd, ƒ3.
valifnlium, gr.
lè, ƒ2.50 p. 100.
sgange's Kwee-
Telef. 2793.
tegenwoordige
ei.
LNJE,
|tat 11, Goes,
IBODE.
Iwegens ziekte
|n nette diénst-
kan werken.
P. Baarends,
Goes.
z. a. voor
kINO
Boekhandel W.
rdelande.
de „Simon
te Scheve
iet hem aan
is hij nog
L
VAN
DINSDAG 2 APRIL 1940. Nr 153.
(Van omen militairen medewerker.)
(Vervolg.)
De Duitschers passen bjj de blokkade
naast hunne duikbooten ook mijnen toe
als middel om de scheepvaartroutes on
veilig te maken.
De nieuwste soort mijnen, de magne
tische, worden door vliegtuigen gebracht
naar de havenuitgangen; dicht voor de
kust, waar de zee- of riviermond niet
meer dan 20 M. diep is, worden deze
mynen uitgeworpen, er ontplooit zich als
dan een parachute, waaraan de mijn,
hangende, langzaam daalt tot in het
water, waar de parachute vanzelf los
laat. De mijn komt zoodoende op den
zeebodem te rusten. Vaart er een groot
ijzeren schip overheen, dan springt door
de magnetische aantrekking van het
schip een pal in de mijn los en volgt
.ontsteking der springlading, waardoor
het schip tot zinken wordt gebracht.
Sinds men de werking dezer soort mij
nen kent, heeft men echter ook al weer
een tegenmiddel gevonden. Men spant
n.l. horizontaal om den romp van het
schip een electrischen kabel, welke onder
stroom kan worden gebracht, zoodra het
schip gaat varen; de electrische stroom
stelt het magnetisch veld van het schip
buiten werking, zoodat de mijn niet tot
ontploffing wordt gebracht. Deze soort
mijnen behoort tot de z.g. strooimijnen.
Zoowel de Britten als de Duitschers
hebben mijnvelden gelegd in volle zee,
op gedeelten, waar zij de doorvaart aan
den tegenstander willen beletten.
Dit zijn verankerde mijnen, welke aan
een ketting vastliggen, die aan een ijze
ren gewicht, rustend op den zeebodem,
is bevestigd. Deze mijnen drijven een
paar meter onder de watervlakte en
springen bfl aanvaring. De mijnen, welke
op onze kust aanspoelen, zijn van deze
soort, zi) zijn door storm van het anker
gewicht losgerukt.
Een derde middel, dat de Duitschers
voor de blokkade van Engeland benutten
is het vliegtuig. Stelselmatig worden de
scheepvaartroutes door bommenwerpers,
meestal vergezeld door jachtvliegtuigen,
afgezocht; schepen welke naar of van
Engelsche havens varen, worden met
bommen, torpedo's of mitrailleurvuur
aangevallen. De Engelschen verbieden
hunne handelsschepen op eigen gelegen
heid te varen en vormen konvooien, wel
ke door kruisers en torpedojagers wor
den voorafgegaan en omringd.
Dit varen in konvooi is niet gemak
kelijk en bovendien tijdroovend door het
verzamelen der schepen; bij nacht wordt
met gedoofde lichten gevaren en hebben
er reeds verscheidene aanvaringen met
noodlottig gevolg plaats gehad. Heeft
er een aanval door vliegtuigen op hot
konvooi plaats, dan snellen de oorlogs
bodems toe en openen met luchtdoel
geschut en -mitrailleurs het vuur op de
aanvallers.
De statistiek wijst uit, dat het per
centage verliezen bij in konvooi varen
de schepen kleiner is dan bij alleen
varende.
De Engelschen benutten eveneens
vliegtuigen voor het patrouilleeren boven
zee; wordt een Duitsch schip ontdekt,
dan wordt het aangevallen, doch tevens
een radiobericht uitgezonden, waarop in
de buurt zijnde kruisers en jagers kun
nen te hulp snellen.
Er is dus een groot verschil tusschen
de Engelsche blokkade en de Duitsche.
De eerste sluit de zee hermetisch af
voor de scheepvaart, de tweede voert een
guerilla-strijd tegen de Engelsche zee
verbindingen. Aan hun overmachtige
slagvloten hebben de gealliëerden het te
danken, dat zij meester ter zee zijn, hoe
wel zij deze vloten slechts zelden kunnen
benutten.
We vragen thans wederom: kan de
actie ter zee dezen oorlog beëindigen en
tot eene overwinning van een der par
tijen voeren
We zouden ook kunnen vragen: kan
de blokkade een der partijen op de knie-
en brengen?
Engeland heeft reeds 10 van zijn
tankvloot verloren en de verliezen gaan
steeds voort. Hoe hoog zal het procent
verlies aan tonnage moeten worden,
voordat door gemis aan grondstoffen
zoodanig gebrek wordt geleden, dat de
bevolking zich tegen verdere oorlogvoe
ring gaat verzetten? Hoelang zal de
Engelsche schatkist f 50.000.000 per dag
kunnen blijven betalen voor dezen
oorlog
En Duitschland? Hoe zal de absolute
afsnijding van het zeeverkeer zich wre
ken op het economisch leven? Ten op
zichte van den vorigen oorlog verkeert
Duitschland in veel gunstiger condities,
want het heeft jarenlang dezen oorlog
kunnen voorzien en maatregelen kunnen
nemen tot opstapelen van die grond
stoffen, welke door blokkade zouden
worden afgesneden. Zijn geheele econo
mische stelsel (vierjarenplan enz.) is
reeds sedert jaren ingesteld op het voe
ren van een totalen oorlog. Bovendien
is thans zijn oostgrens niet geblokkeerd.
Wanneer de vrede het resultaat moet
zijn van de uitkomsten der beide blok
kaden, zoo vreezen we, dat hfl nog in
een zeer ver verschiet zal liggen, voor
al als op het westfront rust blijft heer-
schen, en de legers ook op geen andere
fronten uitkomst gaan zoeken, zoodat
de krijgsvoorraden blijven opgespaard.
HOTEL „BRITTANNIA" VERKOCHT.
Volgens de „Telegr." is het bekende
badhotel Brittannia door de Mij Zeeland
verkocht aan de hotelcombinatie, die el
ders in het land enkele kasteelen, zooals
de Hooge Vuursche (onlangs afgebrand)
en „Zilven" exploiteert.
Thans staat vast, dat Brittannia ver
kocht is en hoogstwaarschijnlijk tegen
De electrische tractie op den spoorweg ArnhemNijmegen is in tegenwoordigheid
van vele autoriteiten officieel in gebruik gesteld. Minister Ir. J. W. Albarda en
de Commissaris der Koningin in Gelderland, Mr S. baron van Heemstra,
arriveeren op het feestelijk versierde perron in Nijmegen.
eld bij het
bhtuitvoering
door AMY LE FEUVRE.
95.) o—
„Ja, dat is een groot voorrecht. Ik fe
liciteer je van harte. Wat zeggen je
ouders er van
„Moeder is natuurlijk erg teleurge
steld. Zij had gehoopt, dat ik een groot
huwelijk zou doen, maar ik heb haar om
gepraat. Vader heeft hem altijd mogen
lijden, en zegt, dat als ik liever de vrouw
van een geleerde wil zijn, dan van
iemand, die niets uitvoert, hij er niets te
gen kan zeggen.
Vader heeft voorgesteld, dat we zou
den gaan wonen in een klein landhuisje
van hem, zoowat een mijl of tien hier
vandaan. We zullen niet rijk zijn, maar
we kunnen toch heel goed levenen mis
schien zie je mij nog eens een boek
schrijven, samen met mijn man. In ieder
geval passen Olaf en ik uitstekend bij
elkaar, en ik verlang er naar, hem te
kunnen troosten en van die eenzame
boerderij weg te halen. Hij mist zijn zus
ter ontzettend. Hij is altijd gewend ge
weest, een vrouw om zich heen te heb
ben. Hij heeft zoo graag iemand, die hij
's avonds de schetsen en artikelen, die
hij schrijft, kan voorlezen, en ik wil ze
natuurlijk graag hooren
Vivian proestte het uit.
„Ik kan het mij niet voorstellen, dat
je daar zijn sokken zult zitten maken, en
met grooten ernst luisteren naar zijn ge
leerde stukken. O, Effie, wat zal dat
grappig zijn!"
Effie lachte vroolijk mee.
„Je denkt dat ik voor niets deug dan
voor sport, maar ik heb nog een andere
zijde. Olaf zegt, dat het niets dan een
kwestie van oefenen is, want dat ik goe
de hersenen heb, alleen heb ik ze nooit
gebruikt. Hij is ook het liefst in de open
lucht. Zomers kunnen we dus altijd bui
ten zitten en 's winters als een verliefd
paartje bij den haard kruipen. Ik zal mij
nooit vervelen met hem, daarvoor heeft
hij een te groot gevoel voor humor."
Zij hadden elkaar veel te vertellen.
BEZWAREN VAN IN HET BUITEN
LAND WERKENDE NEDERLAND-
SCHE HYPOTHEEKBANKEN.
Het bestuur van de vereeniging van
directeuren van in het buitenland
werkende Nederlandsche hypotheekban
ken heeft zich met een adres tot de
Tweede Kamer gewend naar aanleiding
van het wetsontwerp „Winstbelasting
1940".
Adr. is van meening dat het ontwerp
zooals het thans is geredigeerd, zeer
ernstige bezwaren met zich kan bren
gen, die tot grove onbillijkheden zouden
kunnen leiden.
Het eerste bezwaar richt zich tegen
het zesde lid van artikel 39 waarin de
termijn, gedurende welken oude verlie
zen mogen worden verrekend, vastge
steld is op slechts drie jaren.
De omvang van de verliezen, als
mede de daardoor ontstane schade, is
van dien aard dat het volkomen onmo
gelijk moet worden geacht, zelfs in het
gunstigste geval, die in den zoo korten
termijn van drie jaren, als genoemd in
het zesde lid van artikel 39, te compen-
seeren met winsten.
Nu bestaat, aldus adr., echter de mo
gelijkheid, dat in één of ander toekom
stig boekjaar, door bijzondere omstan
digheden, het zuivere vermogen onzer
instellingen toeneming toont. Adr.
denkt hierbij allereerst aan de mogelijk
heid van een nieuwe verandering in de
verhouding tusschen den gulden en de
vreemde munt.
Bij toeneming van het zuivere vermo
gen, tengevolge van de verhouding tus
schen gulden en vreemde munt, zouden
onze instellingen, aldus adr., althans na
de eerste drie jaren, aangeslagen wor
den in de „Winstbelasting 1940" zonder
eenig recht van restitutie in volgende
jaren. Dat dit een grove, ongetwijfeld
niet bedoelde, onbillijkheid zou zijn, be
hoeft wel geen nader betoog. Men zal
ook moeten erkennen, dat zulke boek
winsten voor onze instellingen in wezen
geen winsten zijn, daar zij eventueel
slechts oude verliezen zouden kunnen
compenseeren en overigens nog geens
zins definitief zijn-.
De hier genoemde boekwinsten ko
men, in het karakter van de getroffen
regelingen, dan ook nooit ten gunste
van aandeelhouders, doch verbeteren
uitsluitend de positie van de overgeble
ven pandbriefhouders.
Het tweede punt betreft het eerste lid
van artikel 38, waarin bepaald wordt,
dat binnen drie maanden na het inwer
king treden der wet aangifte moet wor
den gedaan van het zuivere vermogen
der vennootschap.
Gaarne erkent adr., dat in de Memo
rie van Antwoord een uitleg aan de be
palingen van het wetsvoorstel is gege
ven, die aan verschillende bezwaren ge
heel tegemoetkomt.
Indien het onzen vennootschappen,
zegt adr., inderdaad vry zal staan fis
cale vermogensopstellingen te maken,
waarbjj de schommelingen in de waar
deering harer activia, zooals die door
taxaties en beursnoteeringen worden
aangegeven, vóór de uiteindelijke reali
satie dier activia buiten beschouwing
mogen blijven, vervalt ons bezwaar te
gen den termijn van drie jaren, in art.
39, zesde lid, genoemd. En indien de fis
cale vermogensopstelling er anders uit
zal mogen zien dan de voor het publiek
bestemde, duchten wi(j geen moeilijkhe
den meer van den termijn van drie
maanden, die art. 38, eerste lid, voor
schrijft.
Nochtans zal men bij de toepassing
der wet alleen met haar eigen artikelen
te rade hebben te gaan. Van hoeveel be
lang de geschiedenis der wet ook moge
zijn, het zal den bevoegden instanties
toch vrij staan een interpretatie aan ar
tikelen te geven, die afwijkt van de op
vattingen in de Memorie van Toelich
ting of Memorie van Antwoord ont
vouwd. Adr. blijft er dan ook met klem
op aandringen, dat de hierboven ver
melde vrijheden, alsnog in de wet opge
nomen, aldaar voortaan zullen zijn te
vinden. Slechts het geldend recht bindt
nu eenmaal.
Pinksteren heropend wordt. Als directeur
treedt op dhr J. P. Tolhuizen, destijds
exploitant van hotel de Hooge Vuursche.
Kloetinge. Tegen Donderdag a.s. des
avonds 5,30 u. is een openbare vergade
ring van den gemeenteraad belegd. Op
de agenda komen o.a. de volgende pun
ten voor:
1. Benoeming ambtenaar van den Bur
gerlijken Stand. De aanbeveling luidt als
volgt: 1. Mr H. N. Baron Schimmelpen-
ninck van der Oye; 2. J. Straub.
2. Voorstel om den heer G. Houteka
mer met ingang van een door B. en W.
te bepalen datum eervol ontslag te ver-
leenen als Hoofd der Openbare Lagere
school, alhier.
3. Voorstel tot verhuring van 5 per-
ceelen tuingrond in het nieuwe bouw
plan.
4. Bespreking omtrent het aangaan
van een rekening-courant-overeenkomst
met de N.V. Bank voor Nederlandsche
gemeenten.
5. Vaststelling kohier hondenbelasting
voor 1940.
Rilland Bath. Het ongeluk op
den onbewaakten overweg.
Zooals wij reeds meldden heeft Zon
dag avond een ongeluk plaats gehad op
een onder deze gemeente gelegen onbe
waakten overweg. De militair v. G. pas
seerde even na 10 uur den overweg te
voet. Door de duisternis struikelde hij
en hij kwam met zijn hoofd zoodanig op 1
de rails terecht, dat hij bewusteloos bleef j
liggen. Verscheidene minuten lag de man
zoo op de rails, zonder dat iemand hem
had opgemerkt. Vanuit de richting Ber
gen op Zoom naderde inmiddels een per
sonentrein. De locomotief zal op onge
veer een 500 m van bedoelden overweg
verwijderd zijn geweest, toen bij den man
het bewustzijn terug keerde. Hij hoorde
den trein naderen, zag ook de lichten al
meer en meer naderbij komen, doch was
niet in staat op te staan. Met veel moeite
slaagde de ongelukkige er in zijn lichaam
van de rails weg te werken. Hij had
echter nog geen kracht genoeg om ook
zijn handen van de rails te verwijderen,
zoodat de wielen van de locomotief hem
de vingers van de linkerhand totaal af
reden. Zoo heeft men den ongelukkige
later op den avond aangetroffen. De
plaatselijke dokter heeft hem voorloopig
behandeld en v. G. is daarna naar het
gasthuis te Middelburg overgebracht.
Zijn toestand is naar omstandigheden
redelijk wel.
Krabbendljke. Benoemd tot ontvanger
griffier van het Waterschap Maayspol-
der, Mej .L. Welleman.
St Laurens. Dhr H. A. de Boer, arts
alhier, is met ingang van 15 April a.s.
benoemd tot assistent-controleerend ge
neeskundige bij de Rijksverzekerings
bank. De praktijk wordt voortgezet door
den heer H. Doeleman, arts te Utrecht.
Loop der bevolking over de maand
Maart 1940.
Ingekomen: B. van den Broeke en ge
zin, landarbeider, uit Ritthem, n. Noord-
weg B 134. Wed. P. M. Vos, geb. du
Bois, z. b., uit Middelburg naar Noord-
weg B 192.
Vertrokken: C. J. de Vugst, analyste,
van Noordweg B 16, naar Rotterdam,
Willem Buijtewechstraat 206b. M. Sinke,
dienstbode, van Noordweg B 6, naar
Middelburg, Molenwater 85. W. A. Rijks
en gezin, limonadefabrikant, van Noord
weg B 53b, naar Middelburg,, Blauwen-
dijk 7. J. M. van Hamersveld en gezin,
huishoudster, van Noordweg B 53b, n.
Middelburg. Blauwendyk 7. A. C. M. So-
mers, z. b., en L. G. M. Somers, z.b., van
Nadorst B 1191, naar Middelburg, Ach
ter de Houttuinen 14. N. E. van Santé
en gezin, vertegenw. verz. Mij, v. Noord
weg B 90 a, naar Buurmalsen.
Domburg. Loop der bevolking over de
maand Maart 1940.
Ingekomen: Eevertje Hendriks, van
Middelburg naar D 63. Pieternella Janse
van Oostkapelle naar D 37. Catharina
van der Hage, van Amsterdam naar E
91. Max Cornelis van Koolwijk van Den
Haag naar A 54.
Vertrokken: Lucas Molenaar met ge
zin naar Middelburg van E 56. Marinus
Steijn naar Middelburg van E 183.
Zierikzee. Kind doodgereden.
Gisterenmorgen is op den hoek Krepel-
straatNieuwe Boogerdstraat het 5-ja
rig zoontje van dhr W. J. v. d. M. onder
een vrachtauto geraakt, tengevolge
waarvan 't kind bijna onmiddellijk over
leed. De vrachtauto kwam uit de Krepel»
straat rijden en koerste naar de Nieuwe
Boogerdstraat. Op den hoek zaten, op
de stoep voor het daar staande pand,
eenige kinderen te spelen. Toen de wa
gen voor het hoekhuis kwam, viel een
der kinderen en raakte met het hoofdje
onder de achterwielen, waardoor de dood
bijna onmiddellijk intrad. Dr van Hoorn
werd terstond gewaarschuwd, maar kon
keen hulp meer verleenen. Den chauffeur
treft geen schuld. (Z. Nsb.)
Generaal Gamelin inspecteerde tijdens zijn verblijf in Engeland een der afdee-
lingen van het Canadeesche expeditieleger, dat in de Britsche opleidingskam
pen wordt afgericht.
„Hoe vind je het wel, als je man lid
van het Parlement zal worden?" vroeg
Effie daarop. „Ik voor mij ben er zeker
van, dat hij gekozen wordt. De heele om
trek is op zijn hand. Heb je gehoord van
dien Snell? Hij stapte laatst op markt
dag, in Helmsbury op meneer De Burgh
toe en zei, dat hij hem veel geluk
wenschte als politicus. „U meent het
goed, en u handelt goed, tenminste naar
het licht, dat u heeft," zei hij tegen hem.
„Het is een goed ding, dat u het huis
weer op den ouden voet heeft ingericht,
want een leeg huis brengt geen werk aan
hen, die er van bestaan moeten. Ik had
niets meer te doen, toen de Abdij geslo
ten werd."
„Wat een eigenaardige toespraak", zei
Vivian, „van iemand die altijd predikt
dat men den rijken hun landgoederen
moest afnemen! Praat echter liever niet
meer over hem, Effie, het brengt mij dien
autorit weer voor den geest. Ik moet nog
altijd rillen, als ik er aan denk!"
Zij dronken samen thee en praatten
daarop nog eenigen tijd over allerlei.
Eindelijk vertrok Effie, en Vivian ging
zitten uitkijken naar haar man.
j De zon verguldde reeds de toppen der
boomen, toen ze hem de oprijlaan zag
opkomen.
Zij zette haar hoed op en ging hem te
gemoet.
„Is je vriendin weg?" vroeg hij, ter
wijl hij haar arm door den zijne trok.
„Ik ben bang, dat het niet veel op een
huwelijksreis lijkt; maar er is op het
oogenblik juist zooveel te doen."
„Ja, er is altijd genoeg te doen, maar
een bezig leven is een gelukkig leven.
Zeg, Baldwin, hoe vind je het, Effie is
geëngageerd met meneer Trenchard!"
„Ja, ik heb het gehoord, maar het is
zoo'n tragedie niet, dat je er zulke
groote oogen voor op hoeft te zetten."
„Maar hij is zooveel ouder, en heele-
maal geen man, waar ik dacht dat Ef
fie haar hart aan zou verliezen."
„Nu, zij zullen gerust wel weten, wat
ze doen. Er zijn menschen genoeg, die
niet begrepen, hoe je mij hebt kunnen
nemen. Ze vinden mij zoo'n Indischman
in uiterlijk en in mijn spreken, dat moet
ik dikwijls hooren."
Vivian sloeg weer haar beide handen
om zqn arm.
„Je bent een man", zei ze „een echte
man en ik zou geen haar van je hoofd
anders willen hebben!"
„Zelfs niet de grijze haren?"
„Je bent niet grijs."
„Ja, dat ben ik wel. Ik zou je er ver
scheidene kunnen laten zien."
Toen hield hij op, en zij staken het
gazon over onder de ceders.
„Het is een mooi erfgoed", zei hij,
terwijl hij droomerig voor zich uit staar
de; „laten we het als een toevertrouwd
pand beschouwen en ons rentmeester
schap met zorg waarnemen."
Vivians gedachten vlogen terug naar
den tijd, toen zij het voor het eerst ge
zien had, en zij slaakte een zucht van
geluk, toen zij de moeilijkheden, die zich
toen onmiddellijk voordeden, vergeleek
met het rustige bezit van nu.
Met een tevredenheid te groot voor
woorden, volgde zij daarop haar man
naar binnen.
EINDE.
f,