- I ten verwaarloosd Landgoed Weekoverzicht. Staatkundige hervormingen in Ned.-Indië. ifWEEPE BLAD UMES 'i Kussen volgens een weloverwogen Biaa hunne pogingen voortzetten, om Jngerezend ue veruezen aan mensehen- ievena, het voortdnngen naar Vipuri (Viöorg) met de inname dier stad te bekronen. feuilleton Uit de Provincie Wijziging van de wet betreffende bescherming tegen luchtaanvallen. GOES. uitvoering o. k. k. ie zeeüw en afwerking. gevraagd: een JERSLEERLING ALFWAS. AMELINK, Slager, ruiningen. E bakkers- aankomende. JEN ENDE, Korte Middelburg. VAN VRIJDAG 1 MAART 1940. Nr 129. lf<w onzen militairen medewerker.) jjet belangrijkste oorlogsgebeuren der afgeioopen dagen vond wederom I op de ivareiisehe landengte piaats, waar Wiet om het bezit der stad als zoo danig, doch ais strategisch punt van bewugi waar aue spoor- en straatwe gen van Zuid-r'imand samenkomen, taarmeae zij zich ue poort naar de groote steden van Zuid-rmiand openen, aooh tevens den Finschen toevoer naar de troepen ten N.-Oosten van het La dogameer afsnijden. Vipuri zeif is tengevolge van weken lange beschieting met het Russische 2U o.M. geschut en door het 2b c.M. mannegesohut, gemonteerd op spoor wagens, nog siechts een puinhoop waar in iucii geen burgeroevoiking meer be vindt. nat de Finnen reeds rekening houden met een spoedig verlies van Vipuri be wijst wel een bericht, dat men reeds bezig is met evacuaties der bevolking van Sakkij&rvi, een kleine stad 10 K.M. ten westen van Vipuri. De Mannerheimlinie is nog steeds niet doorbroken. Het oostelijke deel tus- echen Unolameer en Taipaie (aan het Ladogameer) staat nog onwankelbaar, doch tengevolge van de wekenlange mo kerslagen op het Summafront, is het westelijke gedeelte, tusschen Muolameer en de Finsche Golf, welk gedeelte van af dat meer zuidwestwaarts liep, te ruggetrokken in een lijn, welke vanaf het Muolameer recht naar het westen loopt, naar de kust bij het plaatsje Rokkala. We hebben reeds eerder beschreven hoe of het Summafront afbrokkelde, doordat één voor één de kazematten werden veroverd door wegvallen van den zijdelingschen steun der neven ka zematten. Toen eenmaal de westelijke helft was teruggenomen op het front Muola-Rokkala bleef echter als dreiging tegen de Russen, het eiland Koivisto nog in handen der Finnen. Dit eiland was, dank zij veel artillerie, tot een ware vesting gemaakt, welke den Rus sen langs de westkust niet alleen in de flank beschoot en zoodoende belemmer de in hun verdere aanvallen op de tweede linie, doch vooral ook door voortdurend storende vuren op de naar Vipuri voerende wegen, den aanvoer in de war stuurde. Geen wonder, dat de Russen alles deden om het eiland te veroveren. Deze aanvallen over het ijs der Finsche Golf, uitgevoerd door Rus sische keurtroepen zouden toch nog niet spoedig gelukt zijn, als het ijs geen scheuren had gekregen aan de noordzijde van het eiland. Thans stond Maarschalk Mannerheim voor de keuze het eiland ontruimen met achterlating van alle wapenen, doch met behoud van de bezetting, óf alle ter plaatse laten verder strijden, wat ten slotte verlies "der bezetting zou hebben beteekend. Hij koos het eerste, wat een groote ver lichting voor de Russen bracht, doch te vens den val van Vipuri naderbij zal brengen. Thans zijn de Russen bezig met voor bereidingen voor den aanval op de stad zelf en hebben daartoe sterke krach ten verzameld op de landtong bij het plaatsje Katslakti. De val van Vipuri is een quaestie van tijd en daarmede zal de geheele Mannerheimlinie ont- ruimd moeten worden. Men denke echter niet dat daarmede Finland in Russisch bezit zal zijn geko- men. Waarschijnlijk zullen de Russen H) door AMY LE FEUVRE. alsdan zoo spoedig mogeiyk westwaarts doordringen en de groote steden van Zuid-Finland bezetten; z(j houden daar bij het boschrjjke merengebied op hun rechterflank, en wat dat zeggen wil met tegenstanders, die getoond hebben geboren guerilla-strijders te z(jn, laat zich denken. Als in April de sneeuw smelt zullen de ski's worden opgebor gen en met rijwielen, of te paard, het bestoken der aanvoerwegen worden voortgezet. Wanneer de hulp door het buitenland verstrekt op niet te karige wijze wordt voortgezet en vooral mu nitie niet ontbreekt, kan men nog ver rassingen genoeg tegemoet zien. Zeker is, dat de Russen talrijke troepen voor de verdere onderwerping van dit moe dige volk zullen noodlg hebben, welke zij mogelijk binnenkort wel gaarne zou den willen benutten in het zuid-oosten bij den Kaukasus. Hierover later. De groote inspanning op de land engte heeft den Finnen belet krachtige acties in het oosten voort te zetten. Wel is er nog gestreden ten N.O. van het Ladogameer in den Pitkaranta- sector, waar het voordeel meestal aim de zijde der Finnen was; ook kwamen berichten uit den Kuhmo-sector, waar de Russen slechts defensief optraden, alles echter van weinig beteekenis. In de wespentaille verwachten we echter in het voorjaar weer opleving van den strijd, want afsnijding van den Zweed- schen toevoer langs den kustspoorweg wordt van groot belang als Zuid-Fin- land In handen der Russen valt. Ook bij Petsamo komt weer leven in de brouwerij. De Russen hebben de Fin nen uit Hoykenj&rvi, waar winterrust heerschte, teruggeworpen, thans bieden de Finnen 15 K.M. meer zuidwaarts bij Nautsi weerstand. Geruchten van groote luchtgevechten bij Petsamo moe ten nog bevestigd worden. Eveneens tast men nog in het duis ter, wat de berichten betreft, omtrent Britsche vlootdemonstraties voor de kust van Moermansk en Petsamo. Waar schijnlijk is de bedoeling controle op Duitsche scheepvaart. Op het Westfront eenige verlevendi ging van verkenningen op den grond, evenals ook in de lucht. Voorts weder- zijdsche luchtraids boven elkanders ge bied, Engelschen naar Berlijn, Praag en Weenen, Duitschers boven Parijs en Schotland, alles zonder bommenwer- perij. Thans richten de oogen zich naar Klein-Azië. Wat voert Generaal Wey- gand, de vroegere Fransche opperbevel hebber daar uit in Syrië en Egypte? Wat geschiedt er met de Australische troepen, die aldaar in de woestijn kam peeren. Wat beteekenen al die geruch ten betreffende Turkije? Lokt de pe troleum van Bakoe misschien naar den Kaukasus? Dus inval op Russisch ge bied? De toekomst zal het uitwijzen. VOOR DE IN STAAT VAN BELEG VERKLAARDE GEDEELTEN VAN HET GRONDGEBIED DES RIJKS. De opperbevelhebber van land- en zeemacht heeft voor de in staat van beleg verklaarde gedeelten van het grondgebied des rijks de navolgende wijziging van wet betreffende bescher ming tegen luchtaanvallen vastgesteld. Aan art. 12 dier wet, waarin de per soonlijke medewerking waartoe een ieder krachtens schriftelijke vordering of openbare bekendmaking van den bur gemeester verplicht is, is vastgelegd, wordt een nieuw lid toegevoegd, lui dende Bovendien is een i6der verplicht ge volg te geven aan de algemeene en bij zondere voorschriften, welke het mili tair gezag noodig zal oordeelen te ge ven, teneinde in tijden van oorlogsge vaar handelingen te voorkomen, welke, naar het oordeel van dat gezag, van nut kunnen zijn bjj de voorbereiding van luchtaanvallen, als in deze wet be doeld. Aan art. 14, regelende het opsporen van feiten, bij deze wet Btrafbaar ge steld, wordt eveneens een nieuw lid toegevoegd, luidende; Met betrekking tot de voorschriften, gegeven door het militair gezag, op grond van deze wet, zijn mede tot op sporen belast: le. de officieren en onderofficieren der Koninklijke land- en zeemacht en de daartoe behoorende andere militai ren, deze laatsten voor zoover zij deel uitmaken van wachten of patrouilles; 2e. het personeel van de militaire politie. FINLAND-AVOND. Adres: Mevrouw maansche Kaai »Als ik ja gezegd had, zou het alles 11 or<^e zijn geweest; alles als vanzelf gegaan zijn; maar ik kan het niet doen. zou altijd vervolgd worden door Ber- ram. Men zegt, dat tijd verandering anbrengt, maar bij mij heeft de tijd i ®n. verandering aangebracht, behalve, ik mij eenzamer voel, en ellendiger nen "l'nder geschikt> om alleen te wo- Arme Vivian! Het leven leek haar op t oogenblik erg moeilijk; maar het w Aa deze donkere ure, dat zij zich .tot Hem, Dien zij was begonnen hebben en te dienen, en toen zij j r "art i°t Hem ophief in het gebed, u n£ »de vrede, die alle verstand te dnDetl faat" haar ziel weer binnen, om ar ook te blijven. u °®n zij aan de lunch kwam, verbaas- kniw rouw Fanshawe zich over de stm m 6n Seluk, die uit haar oogen lata, J maar ZÜ yroeg niets, en even «ter zei Vivian: Zeer groote belangstelling. Dat er een hartelijk meeleven wordt gevonden met het Finsche volk, dat in zoo grooten nood verkeert en onder niet te beschrijven omstandigheden moet strij den tegen den machtigen indringer, bleek ook gisteravond weer. De Groote kerk was gevuld met een groote schare be langstellenden, zoodat het van hét co mité juist gezien bleek, om dit kerkge bouw voor deze samenkomst aan te vra gen. Ds P. J. S t e i n z opende met gebed, waarna hij speciaal verwelkomde den heer A. T. v. d. Vlugt, consul-generaal voor Finland te 's-Gravenhage. De groote opkomst aldus spr. is een bewijs van het meeleven van Goes met het lij dende, gepijnigde Finsche volk. Ook wij kennen in de geschiedenis van ons volk perioden van dreiging en benauwdheid, waaruit God echter ons heeft willen hel pen en bevrijden. Finland wordt thans aangevallen door een macht, die het er om te doen is Thet Christendom te ver nietigen. Wij hopen en bidden dat het in dezen strijd niet ten onder gaat. Vervolgens sprak de heer van der „Ik heb een gezellig gesprek met me neer Hunter, ik bedoel met meneer De Burgh gehad, en hij zou graag willen, dat ik naar zijn tante toeging." „Die kon toch net zoo goed hier heen komen." „Hè, Prissy, je zegt dat bijna knor rig." „Ik begrijp ook niet, hoe dat alles nog af moet loopen'V zei juffrouw Fans hawe. Vivian lachte en veranderde van on derwerp. „O, juffrouw De Burgh, ik kom u even felieiteeren!" Vivian trad de zitkamer van juffrouw De Burgh vroolijk en glimlachend bin nen. Het was een stormachtige namiddag, met veel regen, maar zij had haar re genmantel aangetrokken, en toen juf frouw Fanshawe haar aangeraden had om thuis te blijven, had zij gezegd, dat zij te ongeduldig was, om te wachten. Juffrouw De Burgh heette haar har telijk welkom; maar toen zij haar kuste, leek het Vivian, alsof zij statiger dan gewoonlijk was en een beetje ge wichtig deed. i „Ik ben heel bij), dat je het nieuws Vlugt om het. een en ander mede ta deelen over het Finsche land en volk. Spr. las eerst voor een brief door hem ontvangen van een aanhanger van het Communisme. Daarin wordt het voorgesteld, alsof de Finnen de tbeschaving in den weg staan, die de Sovjet-Unie wil brengen 1 Wat een wereld van ver dwazing spreekt tut dien brief! Een andere wereld blijkt uit een brief van de echtgenoote van een vooraan staanden Fin. Daarin wordt ook in deze bange tijden getuigd van de liefde Gods voor Finland en van de bescherming Gods van het zwakke. Deze brief typeert het Finsche volk, dat het uit kan houden door zijn diep geworteld geloof, i Het was de bedoeling dat omstreeks dezen tijd propaganda zou worden ge maakt voor de Olympische spelen, die een gelegenheid zouden bieden aan de Finnen om bewijzen af te leggen van I hun prestaties op sportief, wetenschappe- lijk, cultureel, en ander gebied. Het is j tragisch, dat Finland thans om een ge- i heel andere reden in 't centrum der be- i langstelling staat. Thans is Finland slagveld geworden, j wat reeds eerder in de geschiedenis het geval is geweest, j Finland, aldus spr., is vrijwel geheel een Protestantsch-Luthersch land. De Finsche taal, zegt spr., staat geheel apart. Er is een groot verschil tusschen het Finsch, het Zweedsch en het Rus sisch. De Finnen hebben geen verwantschap i met de Russen. Ze zijn in tegenstelling met de Russen, niet slaafsch, maar sterk individualistisch en oprecht geloovig. Zoo anders dus als Rusland, waar de godsdienst als opium voor het volk wordt beschouwd. Toen vorig jaar de Finsche onderhandelaars vertrokken om met de Russen te gaan onderhandelen, hieven de duizenden eerst het Finsche volkslied en daarna „Een vaste burg is onze God" aan. Spr. vertelde daarna het een en ander uit de geschiedenis van het eenvoudige Finsche volk, uit de worsteling der Fin nen om geen Russen en geen Zweden, maar Finnen te zijn. Finland putte groote voordeelen uit de electriciteit en de enorme houtvoorraden. Daardoor werd de levensstandaard ver hoogd en de ontwikkeling gestimuleerd, vooral na het midden der vorige eeuw. In betrekkelijk kort tijdsverloop is Fin- weet, kind", zei ze. „Ik heb een hekel aan geheimen, en waarom we het zoo lang stil hebben gehouden, weet ik eigenlijk niet; behalve dat Baldwin eerst een gelegenheid wilde afwachten, om je te spreken. Toen hij echter ge hoord had, dat er geen hoop voor hem was, heb ik tegen hem gezegd, dat hoe eer het nieuws verteld werd, hoe beter het was. Het werd hoog tijd, dat ieder een zou weten, dat hij mijn neef was; men zei al, dat wij trouwplannen had den. Stel je voor, op mijn leeftijd!" Juffrouw De Burgh sprak gehaast. Daarop liet zij Vivian bij den haard plaats nemen, en wachtte op wat zij zeggen zou. „Ik wou, dat u het ons eer verteld had", zei Vivian. „Neem mij niet kwalijk, dat ik het je vraag, maar zou het verschil gemaakt hebben in je antwoord aan myn neef?" „Neen", zei Vivian, terwijl zij hevig bloosde, „dat geloof ik niet. Het is de man zelf, waar het op aankomt, en ik acht meneer Hunter meer, dan ik zeg gen kan." „Je doet meer dan dat, je steunt op hem", zei juffrouw De Burgh haastig. „Je hebt dikwijls genoeg gezegd, dat je niet wist, wat je zonder hem zou moe- land er in geslaagd een enorme ontwik- keling te bereiken. Maar helaas in 1899 ging Rusland aan de rechten van Fin land tornen en aan dit land onredelijke eischen stellen, eischen, die echter wer den afgewezen. Dit had een ongehoorde terreur tot gevolg. Door een wonder (door den slechten afloop van den Russisch- Japanschen oorlog) werd Finland in 1903 gered. Maar na enkele jaren kwamen de Russische machthebbers weer met hun eischen. Ook toen reeds toonden de Fin nen hun karakter om niet toe te geven aan de Russen. De oorlog van 19141918 gaf vooral de jonge Finnen weer moed. De revolutie kwam in Rusland en in 1917 werd de onafhankelijkheid van Finland geproclameerd. Helaas werd nog door communistische troepen in samenwerking met enkele Finsche communisten een vreeselijke terreur ontketend. Toen trad Mannerheim naar voren. Hij wist te over winnen. Na 1918 kon het geruïneerde Finland aan den opbouw beginnen, een schijnbaar bovenmenschelijke taak. Maar het slaagde er in, dank zij zijn voortref felijke eigenschappen. Het was vrijwel het eenige land, dat aan Amerika rente en aflossing van zijn schulden betaalde. Behalve de economische dient ook de cultureele ontwikkeling genoemd te wor den, evenals die op muzikaal, weten schappelijk, sociaal en politiek gebied. Holaas, het Russische drama heeft zich weer voortgezet; Rusland wil Finland op de knieën krijgen. Maar de Finnen weten zich gedragen door hun geloof. Zij weten te strijden voor groote waarden, niet alleen voor hun eigen land, maar voor de geheele beschaving. Het gaat om de groote vraag of die beschaving in tal van landen al dan niet zal kunnen voortduren. Een zangkoor onder leiding van den hoer Adr. Kousemaker zong nu „Geluk kig is het land" van Valerius. Daarna werd een serie lichtbeelden over Fin land vertoond, waarbij de heer Van der Vlugt toelichting gaf. De aanwezigen konden zich, voor zoo ver zij de lichtbeelden konden zien, een voorstelling vormen van de producten der Finsche bouwkunst, van het natuur schoon en van de bronnen van bestaan in Finland. Helaas hebben de bommen der bescha ving brengende Russen reeds veel ver woest. Aan het slot van zijn toelichting sprak de heer Van der Vlugt woorden van dank en hulde aan het adres van H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana, die zulk een verheven voorbeeld van hulpverleening aan Finland gaven. Spr. wees er een en andermaal op, dat het ons onmogelijk is ook maar eeniger- mate een voorstelling te vormen van den geweldigen strijd, dien dat kleine volk niet alleen het leger, maar het volk in zijn geheel bij een onbeschrijfelijk lage temperatuur moet voeren. Nadat het zangkoor weer een lied ge zongen had, herdacht de heer J. A. Pie- terse, voorzitter van het Goesche comité het overleden comité-lid, den heer L. Dolle en dankte den heer Van der Vlugt voor zijn komst naar Goes, waarna de penningmeester, de heer De Kruijter, aan den heer Van der Vlugt een bedrag van ruim f 2100 overhandigde, dat te Goes was ingezameld, met verzoek dit te zen den aan de Finsche regeering. De bur gerij werd dank gebracht voor haar spon taan bijdragen, de collectanten voor hun activiteit, de kerkvoogdij voor het gratis afstaan van het kerkgebouw 'en den heer Kousemaker en het zangkoor voor de muziek en den zang. De loco-burgemeester, weth. de Roo, sprak het slotwoord. Spr. deelde mede, dat een dames-comité is opgericht, dat kleeding voor Finland zal inzamelen. Spr. beval die inzameling warm aan en vertrouwde, dat Goesche belangen daar onder niet zouden lijden. We hebben zoo veel reden tot dankbaarheid. Ten slotte dankte spr. den voorzitter van het comité voor zijn initiatief en ac tiviteit. Laten wij hopen en bidden, dat de ellende van het Finsche volk wordt weggenomen en dat ons de gruwel van den oorlog worde gespaard. Met het staande zingen van twee cou pletten van het Wilhelmus werd de bij eenkomst besloten. ten beginnen." „Dat is zoo, en daar wil ik ook niets van terugnemen, maar juffrouw De Burgh, ik heb het gevoel, alsof ik door mijn weduwschap als het ware afzon derlijk gesteld ben. Ik zal nooit eenigen man als een mogelijken echtgenoot be schouwen. Dat maakt dus een eind aan de zaak, nietwaar?" Juffrouw De Burgh zweeg een oogen blik, toen zei ze langzaam: „Als je nu trouwde, zou men natuur lijk zeggen, dat Baldwin geïnfluenceerd was geworden door de gedachte aan zijn ouderlijk huis. Misschien denk jij ook wel, dat dat er achterzat, toen hij je vroeg, maar ik kan je zeggen, dat dat niet het geval was. Hij had je harts tochtelijk lief, en dat jij de Abdij bezat, had er niets mee te maken." „Dat behoeft u mij niet eens te ver tellen", zei Vivian, terwijl haar oogen begonnen te fonkelen. „Ik ken meneer Hunter ik kan er nog maar niet om denken, om hem meneer De Burgh te noemen te goed, om niet te weten, diat hij nooit eenige bijbedoeling zou kunnen gehad hebben." Er volgden enkele oogenblikken van stilte, en toen zei Vivian „Ons beider positie is heel moeilik. Een overbodige en toch niet ongevaarlijke motie. De Tweede Kamer heeft zich de laat ste dagen onledig gehouden met de be handeling van de Indische begrooting. In den breede is hierbij gehandeld over de mogelijkheid en wenschelijkheid van staatkundige hervormingen. Het was de heer Stokvis (S.D.), die zich tot tolk had gemaakt van een aan tal vooruitstrevende groepen in Indië, die echter een zeer klein percentage van de bevolking vertegenwoordigen, en die niet minder vragen dan de instel ling van een geheel door ver kiezing samengesteld parle ment, waaraan de Indische regeering verantwoordelijk zou z ij n. Deze gedachte was door minister Wei ter met kracht bestreden. De regeering is evenals het overgroote deel van de volks, vertegenwoordiging bereid aan bevorde ring van meerdere zelfstandigheid mee te werken, maar hier dient met groote voorzichtigheid te werk te worden ge gaan. Men moet geen vruchten plukken die nog volstrekt niet rijp zijn. De heer Stokvis bleek het hierin met den minister wel eens te zijn. Want na zijn rede waarin ver-gaande eischen werden gesteld kwam hij met een zeer gematigde motie, waarin slechts het instellen van een onderzoek, naar de mogelijkheid werd gevraagd. De minister prees de gematigdheid van de motie. Maar toch moest hij de aanneming met ernst ontraden, In de eerste plaats omdat ze totaal overbodig is. Een onderzoek wordt reeds ingesteld. Maar dan ook, omdat do motie niet, los Is te maken van de rede die aan de indiening is voorafgegaan, en waarop ze heelemaal niet klopt. De berg, aldus de minister, heeft een be lachelijke muis gebaard. Toch zou aan neming van de motie een totaal verkeer den indruk in Tndië kunnen maken. Ver werping van de motie achtte spr. echter evenmin gewenscht, omdat daaruit zou kunnen worden geconcludeerd dat rui mere staatkundige bevoegdheid is uitge sloten, hetgeen in strijd is met de wer kelijkheid. De minister drong er daarom bij den heer Stokvis op aan de motie terug te nemen. Maar dat weigerde de heer Stokvis. Hoewel niemand kan ontkennen dat ze overbodig en niet ongevaarlijk was, bleef hij toch de motie handhaven. Daarmee werd de indruk gewekt, dat het niet meer ging om de zaak, maar dat we hier te doen hebben met een staal je van minder gewenschte poli tiek. Het resultaat was dat de motie werd verworpen, met 53 tegen 22 stemmen. Al leen de Chr. Democraten steunden de S. D. A. P. Gisteravond gaf de Chr. Gymnastiek vereniging O. K. K. een uitvoering in het Schuttershof, die vanavond herhaald zal worden. Het is voor de bezoekers steeds een genoegen de prestaties van de turnsters en turners te mogen zien. Deze vereeniging kan ook thans onder de zeer bekwame leiding van den heer Kooy, weer op een zeer goed geslaagden avond terugzien. De uitvoering van gis teravond zal ongetwijfeld voor de twee de van hedenavond voldoende reclame zijn, zoodat ook dan wel weer een volle zaal belangstellende en sportliefhebben- de bezoekers zich zal kunnen amuseeren. Wat we dezen eersten avond te zien kregen, was een kleine uitzondering daargelaten o.i. zeer goed te noemen. De waarn. voorzitter, de heer M. C. van Melle, heette verschillende personen in het bijzonder welkom, waarna de heer Bakker, leider der dames-afdeeling, doch thans op non-actief, wegens de mobili satie, een woord van dank sprak tot de leden der vereeniging voor de bewijzen van belangstelling en medeleven onder vonden bij zijn huwelijk. Verder wekte hij de aanwezige ouders op, om toch hun Het is moeilijk voor hem en moeilijk voor mij. Wat vindt u, dat het beste zou zijn, dat we deden?" „Ik vind, dat je een anderen rent meester moet nemen; het is niet ge schikt en evenmin noodig, dat hij bij je in betrekking zou blijven. Ik heb al tegen hem gezegd, dat hij en ik een poosje op reis konden gaan." „En heeft hij daar in toegestemd?" „Hij zal tenminste wel eindigen, met toe te geven. Een jongeman kan soms zoo vreemd zijn. Die voelt het penibele van een situatie niet zoo gauw, als een vrouw dat doet." „Ik geloof niet, dat ik een anderen rentmeester zal zoeken", zei Vivian. „Ik denk, dat u wel verlangen zal, om met uw neef terug te keeren naar uw oude huis, juffrouw De Burgh. Daar behoort u ook eigenlijk te zijn." Juffrouw De Burgh zuchtte. „Hij moet trouwen", zei ze en klemde haar lippen vast opeen. „Ik geloof niet, dat hij gelukkig zou kunnen zijn op de Abdij zonder een vrouw. Daarom juist zou ik willen, dat hij mee op reis ging. Wij ontmoeten dan misschien een aar dig meisje, waar hij zin in krijgt; en op het oogenblik is de Abdjj van jou en niet van ons." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1940 | | pagina 5