BE ZEEUW tweede blal Een verwaarloosd Landgoed Lusteloos? (4 Ne-nAKKERTJE^ Sinds 1829-1830 niet zoo koud geweest. Vergadering Chr.-Hist. Statenkring Goti FEUILLETON Uit de Provincie MIDDELBURG. GOES. VAN MAANDAG 19.FEBR. 1940. Nr 118. REDE VAN Mr Dr A. A. VAN RHiJN. Zaterdagmiddag vergaderde de Chr. Hist. Statenkring „Goes" in het „Schut tershof" te Goes. Voorzitter Ds P. J. Steinz, welke na schriftlezing en gebed een ernstig ope ningswoord sprak. Het jaarverslag van den secretaris, den heer J. P. van Wel, was in een dank toon gesteld en meldde een groeiend le den- en stemmental. De penningmeester, de heer Filipse sloot zyn rekening af met een batig saldc van f 53.18. De aftredende bestuursleden M. de Looze, S. A. N. van Oeveren en J p, van Wel, werden herkozen. De voorzitter deelde mede, dat een ad viesbureau voor de leden beschikbaar is bestaande uit de heeren Mr Kousemaker, (recht), M. de Looze (economie) en B. C. de Mul (gemeenterecht). Na afdoe ning van eenige huish. zaken gaf de voor zitter het woord aan den heer Mr Dr A. A. van Rhijn, secretaris-generaal van het departement van economische zaken, met het onderwerp: „Nederland in de economische branding." Spr. behandelde drie punten: de voed selvoorziening, de distributie, en de prijs politiek. De voorraden voor de voedselvoorzie ning zijn op dit oogenblik niet onbevre digend. Ook de landbouwproductie in ons land wordt zooveel mogelijk aangemoe digd. Zoo werd het fabrieksaardappel areaal opgevoerd van 27.000 h.a. tot 36 duizend hectare, terwijl de suikerbieten- verbouw voor dit jaar met 25 pet. werd verhoogd. Daarentegen werd de produc tie van fijne zaden en haver beperkt. Te ver moet men hierbij evenwel niet gaan. Verschillende van die producten kunnen in het buitenland vermoedelijk tegen hooge prijzen worden afgezet en vormen daardoor een waardevolle versterking van onze betalingsbalans. Inzake het scheu'ren van g ras- land is geen scheurgebod opgenomen, omdat tal van gronden niet voor scheu ren geschikt zijn, terwijl ook vele vee houders de kennis en de outillage voor den akkerbouw missen. Een scheurpre- mie is o.a. ook op de kosten afgestuit. Wel is er een aanmoediging tot scheu ren toegepast door de verplichting tot inlevering van producten, op gescheurde gronden geteeld, te beperken. De distributie van een artikel kan in drie gevallen onmisbaar zijn. In de eerste plaats wanneer reeds een te kort aan een bepaald product aanwezig is en het noodig is ieder zijn portie te verzekeren. In de tweede plaats, wan neer, bijvoorbeeld door hamsteren, een tekort dreigt. En in de derde plaats, wanneer het verbruik van bepaalde arti kelen moet worden beperkt, teneinde te bevorderen, dat de productie zich meer op oorlogsdoeleinden richt. Wanneer een distributie eenmaal in be- teekenende mate wordt toegepast, heeft zij de tendenz, zich uit te breiden. Naar mate immers meer artikelen in de distri butie worden betrokken, neemt het ge vaar toe, dat de consument zich van de overblijvende artikelen extra hoeveelhe den zal willen aanschaffen. Ook heeft de distributie het bezwaar, dat moeilijk re kening kan worden gehouden met ver schillen in den omvang van het verbruik, door AMY LE FEUVRE. 66) _o_ Zij keek een beetje verlegen, toen zij binnentrad. „Ik stoor je toch niet?" vroeg zij. „Natuurlijk niet", zei juffrouw De urgh, wel wat kribbig. „Ga zitten, wat heb ik je in lang niet gezien." „Ik moet gaan", zei Baldwin en nam §auw afscheid. Juffrouw Fanshawe ging zitten en l eerde te kijken alsof zij zich volko- f ®n °P kaar gemak gevoelde. Zij en juf- np U\t Burgh waren oude vriendin- n. Nu was er echter een gevoel van gereserveerdheid tusschen haar. Zij P aatten over het weer en over een r zieke kinderen in het dorp; over dftimrucl?te.n en den o°gst; maar ein- Jk zei juffrouw Fanshawe lachend: zal"Sel?0^' da^ 'k maar liever ronduit ben erf en> waarom ik hier naar toe als men> en Je moet niet boos zijn, ie geen doekjes om wind. Weet de' «ri 4. heele dorP ket heeft over aen?e°r Hulfrn?"SChaP tUSSCheD J°U en voortspruitend uit verschil in plaatselij ke gewoonten, uit het verschil tusschen oudere en kleinere kinderen enz. Geluk kig behoefde de distributie in ons land tot nu toe slechts in beperkten omvang te worden toegepast. Wij hebben nu een beter apparaat tot onze beschikking dan tijdens de vorige mobilisatie. In de verschillende rijksbu- reaux werken de belanghebbenden mede, joodat het bedrijfsleven is ingeschakeld. De beruchte kettinghandel is onmogelijk gemaakt. Vele oorzaken hebben tot de p r ij s- verhoogingen van de laatste maanden bijgedragen. De prijzen van 3ommige artikelen op de wereldmarkt en de vruchten zijn gestegen. De vraag naar goederen is toegenomen o.a. door de vrees voor prijsstijgingen en tekorten en voorts door de eischen van defensie. Daarentegen is het aanbod da- ende door stagnatie in den aanvoer van overzee, de vernietiging van welvaarts bronnen (handel en schepen) en het richten van kapitaal en arbeid op im- iroductieve oorlogsdoeleinden in plaats /an op productieve vredes-doeleinden. Pogingen, om iedere prijsverhooging te ïeutraliseeren door een inkomstenver- ïooging moeten met kracht worden af gewezen, om de noodlottige spiraal- jeweging van prijzen en loonen te ver mijden. Het is zeer noodzakelijk, dat men dit in arbeiderskringen inziet. Het is niet in het belang van de arbeiders, nu steeds de loonen omhoog te drijven. Goede soci ale politiek is niet steeds een schepje er op te doen, maar den werkelijken toe stand te laten zien. Prijsstijgingen kunnen ook ontstaan door oorzaken, gelegen bij het geld. De defensie-uitgaven vragen op het oogen blik het groote bedrag van 1.7 millioen gulden per dag. Een zeer belangrijk deel van dit bedrag beteekent nieuwe koop kracht. Uiteraard kunnen deze nieuwe uitgaven niet worden gefinancierd door de bankbiljettenpers, omdat deze ons de inflatie zou brengen. Noodig zijn dus belastingen en leenin gen. Een systeem van prijstoeslagen, d.w.z. subsidies van het Rijk voor den produ cent of handelaar, kan prijsverhooging voor den consument geheel of gedeelte lijk voorkomen. Aan deze prijstoeslagen zijn evenwel ernstige bezwaren verbon den. Vooreerst zijn de onkosten enorm. Gedurende en na den wereldoorlog van 1914-'18 hebben de toeslagen op de levensmiddelen bijna een half milliard bedragen. Bovendien brengt dit systeem het bedrijfsleven sterk onder controle van de overheid. De onvermijdelijke welvaartsverminde ring zal ever de verschillende groepen der bevolking zoo rechtvaardig mogelijk moeten worden verdeeld. Van het Nederlandsche volk zullen thans worden gevraagd: offer en geest kracht. Deze gaven ontvangen wij door Christus in ons leven als Leidsman te aanvaarden. Toen Zijn discipelen op zee in een gevaarlijke branding verkeerden, kwam Hij tot hen met de woorden: „Zijt goedsmoeds, Ik ben het, vreest niet". Dit troostrijke woord moge ons opwekken in Hem te gelooven en van Hem de rustige kracht te ontvangen, die wij noodig heb ben ook in de economische branding van den tegenwoordigen tijd. Bespreking. Bij de bespreking, waaraan door de hee ren Philipse, de Schipper, Blomaard, Lankester en De Looze werd deelgeno men, had Spr. nog gelegenheid, op en kele belangrijke punten wat nader in te gaan. Tegenover den heer Philipse, die meende, dat een bietenprqs van f 12.50 niet harmonieert met een tarweprijs van f 11, merkte spreker op, dat de tarwe prijs vorig jaar met f 1 is verhoogd, ter compensatie van de hoogere productie kosten als gevolg van het bevriezen van de wintertarwe. Wat nu de tarweprijs zal zijn, zal afhangen van de situatie als vorst en sneeuw verdwenen zullen zijn. Men moet echter niet zeggen, dat de tar weprijs f 11 is. Deze is f 10 (vorig jaar verhoogd met f 1 vorsttoeslag). Spr. vindt een bietenprijs van f 12.50 niet zoo laag. In één jaar tijd is deze De grijze oogen van juffrouw De Burgh fonkelden van kwaadheid. Sedert wanneer heb jij je opgeworpen als kwaadspreekster Als ik vriendelijk ver kies te zijn tegen een eenzamen jongen man, is het dan bepaald noodig, dat jij er naar komt informeeren „O, ik wist vooruit, dat je boos zou worden, maar toch zal ik nog wat an ders zeggen. Al zou je nooit meer tegen mij willen spreken, dan vraag ik het je toch, omdat het altijd het beste is, om de waarheid te weten. Zijn jullie geën gageerd Ga je met hem trouwen De koele natuur van juffrouw De Burgh versmolt een oogenblik en groote verbazing trad er voor in de plaats. Daarop begon zij zoo te lachen, dat juffrouw Fanshawe hartelijk meelachte. „Jou onnoozele hals", riep juffrouw De Burgh eindelijk uit. „Geëngageerd met met meneer Hunter! Hoe kom je aan dien onzin? Je wil me toch niet wijsmaken, dat ze dat zeggen?" „Ja, dat doen zeen het heeft mfl erg gehinderd en verdriet gedaan." „En heeft Vivian dat ook geloofd?" „Ik denk van wel, maar o, ik ben zoo bljj, dat je er om kunt lachen. Het heele dorp gelooft het echter." „Het dorp!" Juffrouw De Burgh was opeens weer verontwaardigd. prijs met 20 pet. verhoogd. Zijn de pacht prijzen zoo verhoogd, dat nog meer ver hooging zou moeten volgen? Spr. meent van niet. Mocht deze sterk de hoogte in gaan, dan kan het wetsontwerp, dat bij na gereed is, dit verhinderen. Ook de loo nen zijn niet belangrijk verhoogd. Op on redelijke looneischen zal zeker niet wor den ingegaan. Spr. meent dan ook, dat de productiekosten in totaal zeker geen 20 pet zijn gestegen. Daarom vindt Spr. een nog verder gaande verhooging niet gemotiveerd. Terugkomende op den tarweprijs, merkt Spr. op, dat de boeren voor het stroo zeer hooge prijzen ontvangen, als gevolg van de hooge stroocartonprijzen. Zoo noodig zal de regeering hiertegen optreden door een uitvoerheffing voor stroo te bepalen. De verbouw van fijne zaden is een moeilijk probleem. De teelt hiervan is niet verboden, maar in het belang van de voedselvoorziening van ons volk beperkt tot het gemiddelde over de jaren 1937, 1938 en 1939. De tuinbouwbeperking voor bedrijven grooter dan 10 H.A. vindt spr. niet on redelijk. De bedoeling hiervan is den ak kerbouw te stimuleeren en den tuinbouw die er zeer ernstig aan toe is, te helpen. De aardappr /ring van f 50 blijft. Al is de denaturatie-toeslag gedenatureerd, omdat ze oorspronkelijk een andere be doeling had, toch kunnen de boeren voor al tegenwoordig over de aardappelprijzen tevreden zijn. Er blijft best nog wat over. Als zuivelexport niet meer mogelijk mocht zijn, zullen we onzen zuivel moe ten opeten, wat ten koste van de marga rine zou zijn. Maar laten we met onze critiek op de margarine-industrie voor zichtig zijn. Zfl is van zeer groote betee- kenis voor scheepvaart, havenbedrijven werkgelegenheid en handel. Wat de suikerdistributie betreft, acht spreker het niet uitgesloten, dat als in de e.v. drie maanden de verwachte aan voeren rietsuiker zullen zijn aangeko men, deze distributie zal kunnen worden opgeheven. Betreffende het stelsel van loontoesla- gen, dat op het oog zoo aantrekkelijk lijkt, zegt spreker, dat het in de praktijk b.v. in den tuinbouw, is tegengevallen. Men nam minder arbeiders dan anders, en nam er dan bij van den steun. Daar door verminderde de werkloosheid niet. Onze graanpositie is door de plaats ge had hebbende aanvoeren zoo, dat wij er beter voorstaan dan op 1 Sept. j.l. De bakkers ontvangen nog altijd de bloem tegen denzelfden prijs als vóór den oor log. De regeering wil zooveel mogelijk de prijzen laag houden. Wat de schoenen b.v. betreft, wil zij de eenvoudige soorten ongeveer op den ouden prijs houden, ter wijl de luxe soorten dan wat meer kun nen worden verhoogd. Zoo weigerde zij ook voor de wol 50 pet meer te betalen (fl.25)., maar vond zij een stijging van 25 pet. voldoende (f 1.05). Onze invoer nam na Augustus sterk toe, de uitvoer nam af. Dit kan op den duur niet worden volgehouden. Anders krijgen we inflatie. Daarom zyn maat regelen tot verhooging van den export noodig. In Januari was echter onze ex port weer gestegen. Ook de aanvoer van grondstoffen behoeft niet in zoo snel tempo te gaan als dat de eerste maanden van de mobilisatie het geval was. TEGEN BEVOORRECHTING VAN DE COÖPERATIES. De Kamer van Koophandel en Fabrie ken voor de Zeeuwsche Eilanden te Mid delburg heeft zich met een adres tot de Tweede Kamer gericht naar aanleiding van de indiening van drie wetsontwer pen, namelijk tot instelling van een Fonds voor Economische Verdediging; een tot wijziging van de Landbouwcrisis- wet en een tot vaststelling van de be grooting voor genoemd fonds. Het heeft de aandacht getrokken, dat deze wets ontwerpen zijn ingediend op een onge veer gelijk tijdstip als dat, waarop door „Hoe kun je je nu zoo een maken met het dorp, Pritv Ben ik niet oud ge noeg, om ziji moeder te zijn, of zijn tante „Ik ben toch zoo blij, want ik wist wel, dat je nooit aan zoo iets denken zou. Ik geloof niet, dat ik langer blijf; ik zal het bericht liever rechts en links tegenspreken." „Mag ik je verzoeken, om dat niet te doen. Let toch niet op zulke berichten. Er is niets geen grond voor geweest." „Dat weet ik nog niet", zei juffrouw Fanshawe op gestrengen toon. „Eiken avond is hij by je. Jullie wandelden sa men en kijken nu en dan alsof jullie elkaar graag mochten lijden." „Ik mag hém ook heel graag lijden", zei juffrouw De Burgh uitdagend, „en ik zal meneer Hunter net zoo dikwijls bij m\j vragen, als ik wil." Daarop keek zij haar vriendin aan, die haar nog altijd met beteuterden blik aanstaarde. „Je zult het later wel begrijpen, Prit- ty", zei ze. Meneer Hunter en ik hebben samen een geheim, maar het is niet het dwaze geheim, dat jij dacht. Denk nu intusschen niet, dat het je plicht is, om mij te komen vertellen, wat de buren zeggen. We zijn hoop ik, toch boven die dingen verheven?" Juffrouw Fanshawe stond op om heen te gaan. Tot hoe ver moet men teruggaan om een winter aan te treffen, die het van den tegenwoordigen in strengheid wint? Nu de recordwinter van 1890 1891 is overtroffen, wordt van ver schillende zijden deze vraag gesteld. Door het ontbreken van waarnemin gen, die geheel met de tegenwoordige vergelijkbaar zijn aldus deelt het Koninklijk Nederlandseh Meteorolo gisch Instituut te De Bilt mede is het antwoord niet zoo gemakkelijk. Door gebruik van de oudere waarne mingen (van Zwanenburg), kan men met vrij groote zekerheid vaststellen, dat na den winter van 18291830 er geen geweest is, zóó streng als de win ter, dien wij nu hebben. Er is echter niet aan te twijfelen, dat de -roote winter van 18291930 nog is ingehaald. Wanneer de temperatuur in hei blijvende gedeelte van Februari even veel beneden normaal is als in het af- geloopen deel der maand, zullen de maanden December, Januari en Fe bruari gemiddeld ongeveer even koud zijn in beide winters, maar dan wint 1829 het nog, omdat toen de winter reeds op 14 November is begonnen; in 1939 is daartegen November te warm geweest. Om het record van 18291830 te slaan aldus het K.N.M.I. zal deze winter zich nog een eind in Maart moeten voortzetten. het Kon. Nederl. Landbouwcomité zijn landbouwprogramma werd vastgesteld. Vooral ook op het feit, dat daarin ge sproken wordt over saneering der dis tributie door organisatorische verster king van den landbouw. Met andere woorden door bevordering van de Coö peraties boven den vrijen handel. De adressante wijst er cp, dat dit h.i. toch zeker niet op den weg van de Sta ten-Generaal ligt. Is de meerderheid echter een andere meening toegedaan, dan zal de billijkheid zeker medebrengen dat de bestaande bedrijven in de bran che van den handel in granen enz. door de regeering tegen schadeloosstelling worden overgenomen. Reeds heeft de be staanszekerheid in dit vry bedrijf door allerlei maatregelen van overheidswege veel ingeboet. Nimmer is hiervoor aan den handel eenige compensatie gegeven, zooals dit in dergelijke gevallen zeker voor ambtenaren of werklieden ge schiedt en in de toekomst geschieden zal De adressante spreekt de hoop en ver wachting uit, dat eenige leden van de Tweede Kamer by de behandeling dezer wetsontweipen de gelegenheid zuller aangrijpen van de regeering een duide lijke verklaring uit te lokken, over de vraag hoe zy staat tegenover de beknot ting van den vrijen handel, die zooali- reeds eerder werd opgemerkt, op den duur moet leiden tot algeheele vernieti ging. D. H. Lodewijk f. Toen Zaterdagvoormiddag alhier he plotseling overlijden, na een zeer korte .ziekte, van den heer D. H. Lode wijk, commies bij den Raad van Ar beid alhier, bekend werd, wekte dat in wijden kring diepe ontroering. In het ambt van ouderling diende hij vele jaren de Geref. Kerk. In het christelijk ver- eenigingsleven nam hij een vooraan staande plaats in en in talrijke functies gaf hij zich met groote trouw en nauw gezetheid. Sedert de oprichting in 1923 was hij voorzitter van de afd. van den Chr. Amb tenarenbond. Ook was hij voorzitter van de Geref. Mannenvereen. Dr Herman Ba- vinck en secretaris van het Locaal Co mité van de V.U. De overledene bereikte den leeftijd van 54 jaar. De begrafenis zal Dinsdag plaats hebben. Een herinnering. Het was even nadat de La,. m op Woensdag 19 Februari 1930 gemeene schaftuur had aangekomugd en ook de schilders, die aan de toen malige sociëteit ,de Vergenoeging" werkten, hun woningen waren gaan op- „Nu, als je maar -niet met hem trouwt", zei ze, „dan kan mij de rest niet schelen. Nu moet ik maken, dat ik wegkom, want ik wil voor de thee nog wat in den tuin werken." Zij vertrok; maar juffrouw De Burgh was knorriger dan ze wel getoond had en bracht na haar vertrek een paar onaan gename uren door. Juffrouw Fanshawe ging rechtstreeks naai' haar kruiden tuin. Vivian hoorde haar pruttelen, terwijl zy druk aan het wieden was. „Wel Pritty, wat scheelt er aan?" vroeg ze. „Je ziet er zoo opgewonden uit. Heeft iemand je geërgerd?" Juffrouw Fanshawe hief haar hoofd op. „Ik heb het uitgepraat met Corrie De Burgh", zei ze, „want ik heb een hekel aan geheimen. Dat heb ik altijd gehad." „Kom, hou nu even op met wieden. De thee is klaar. Ik heb ze laten bren gen onder de ceders op het gazon. Het is vandaag zoo heerlyk buiten. Met dit weer kan ik soms zoo verlangen naar groote koele kamers, want dan stik ik haast in de kinderkamer." Juffrouw Fanshawe kwam overeind en trok haar tuinhandschoenen en lin nen jas uit en volgde Vivian door het rozenlaantje naar het gazon. De Abdy strekte zich voor hen uit en zag er zoo zoeken voor de mlddagpot, dat ver-r schillende personen op en by de Markt boven aan de sociëteit zich steeds grooter wordende vlammen zagen ont wikkelen. Het was niet twyfelachtig Middelburg stond na ruim twee maan den weer voor een brand, die dreigde een catastrophale omvang aan te ne men. Van alle zijden werd brandalarm gemaakt. De groote achterstand in de brandweerorganisatie was toen nog niet hersteld. Maar toch was het een groot geluk, dat er voorloopig een autobrandspuit was gehuurd, die naast de beide kleine motorspuitjes, uitste ken werk deed en voorkwam, dat de brand zich naar de richting van den Rooden Toren uitbreidde of de bios coop geheel verwoestte. Wy herinneren ons nog de opmer king van een onzer toen vooraanstaan de gemeentelyke autoriteiten: „Op 7 December ging een der mooiste gebou wen (hy doelde op het Grand Hotel) verloren, nu een der leeiy'kste". Zeker het gebouw was niet fraai. Het was voor een groot deel uit hout opgetrokken, en brandde daardoor ge- makkeiy'k. Deze tweede groote brand binnen drie maanden was een stoot om voort te maken met de reorganisatie van de brandweer. Eindles motorkenniscursus der Z.L.M. De jaariyksche eindles van den cursus in motorkennis, uitgaande van den Kring Walcheren der Z.L.M., had ditmaal niet in de Ambachtsschool plaats, doch Za terdagmiddag in de bovenzaal van „de Vergenoeging". Met het dageiyksch bestuur van den Kring, vertegenwoordigd door den voor zitter, Mr M. C. van der Minne en den secretaris, den heer M. Kleinepier, wa ren verschillende belangstellenden tegen woordig. Toen de laatste leerling een beurt had gehad, nam Mr van der Minne het woord om de verschillende aanwezigen dank te brengen voor hun aanwezigheid en er op te wyzen, dat nu 20 jaar lang de Kring deze cursussen organiseert en steeds onder leiding van den heer Visscher. Spr. bracht den heer Visscher groote hulde voor de wy'ze waarop hij zich van deze taak kwijt en hoopte, dat hij dit nog vele jaren zal mogen doen. De heer Heuseveldt bracht namens de aanwezige ouders van leerlingen ook dank voor de wijze waarop deze lessen gegeven worden. De heer J. M. Jansen uitte als des kundige zyn groote waardeering over hetgeen door de Z.L.M. in deze wordt gedaan en over de voortreffelijke lei ding van den heer Visscher. Ten slotte heeft een der leerlingen, J. de Jonge, namens allen dank gebracht aan de Z.L.M. voor de geboden gelegen heid deze lessen te volgen en aan den heer Visscher voor de aangename wijze, waarop hy de lessen geeft en voor den prettigen omgang met de cursisten. De heer Visscher heeft dank gebracht voor alle waardeerende woorden en ver zekerd, dat de Zaterdagmiddagen in de wintermaanden voor hem steeds aan gename zyn, omdat hij dan deze lessen geeft. De namen der geslaagden zijn: J. G. Wiesner, J. R. Grool, J. W. Heuseveldt, P. J. v. d. Burg, B. Volmer, G. Leydek- kers, W. J. Dorleijn, B. v. d. Slikke, A. de Troye, J. M. Janse, C. Tange, I. van Aartsen, A. Lenselink, allen Mid delburg; J. Sanderse, M. J. Pluijmers, beiden Vlissingen; W. Vos, Souburg; J. de Jonge, J. de Visser, beide Goes; J. Rops, Roosendaal; A. van Perrels, Bors- sele; A. de Pree, Meliskerke; M. A. Mun ter, Kortgene; J. F. Meeuse, Kapelle; A. Kodde, Zoutelande en J. C. Louwerse, Goiynsplaat. HET TIENDE 'SOLISTENCONCOURS VAN DEN BOND VAN HARMONIE ËN FANFAREVEREENIGINGEN IN ZEELAND. Zaterdag werd te Goes het tiende so listenconcours van den Bond van Har monie- en Fanfarevereenigingen in Zee land gehouden. Tengevolge van de mo bilisatie was de deelname niet zoo groot als de laatste jaren het geval was, waar- koel en vredig uit, maar de gesloten luiken en neergelaten jaloenzieën gaven Vivian altijd een gedrukt gevoel. Zij duwde juffrouw Fanshawe zachtjes in een gemakkelijken rieten stoel. „Ga daar nu eens heerlijk zitten rus ten, Pitty", zei ze, „en pruttel niet meer in je zelf. Het herinnert mij aan den eersten keer, dat ik je zag. Je bent doodop, geloof, ik. Waarom zet je toch zoo'n haast achter dat wieden?" „Om mijn knorrigheid te verzetten", zei juffrouw Fanshawe glimlachend. Daarop zei ze met een zucht: „Corrie is te oud, om geheimen te hebben met een jongen man en aanleiding te geven tot gebabbel." Vivan's oogen tintelden van pret. „Je bent haar toch geen standje gaan geven, is het wel? Ik zou het niet dur ven doen. Juffrouw De Burgh is een schat, maar ik ben altijd een beetje bang voor haar. Ik moet in haar bijzijn altijd denken aan de groote kloof tusschen een De Burgh en een Carmichael. Kijk, daar heb je een heerlijk kopje thee. Als je het leeg hebt, mag je me alles vertellen." Juffrouw Fanshawe dronk haar thee op, en haar koele gezicht ontspande zich en kreeg een zachtere uitdrukking. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1940 | | pagina 5