DE ZEEUW
Em verwaarloosd Landgoed
AKKERTJES
tweede blad
Debepoting van Sociale Zaken
1/
Burgemeester Van Dusseldorp herdacht.
minister van den tempel
verdedigt zijn beleid in den
senaat.
Uit de Provincie
MIDDELBURG.
verbetering middelburg—
vlissingsche rijweg.
toekenning pensioen aan
weduwe overleden
wethouder.
GOES.
WALCHEREN.
Samenkomst ten Stadhuize te Goes.
t Gy weet op welk een voortreffelyke,
maar tevens charmante en vaak geestige
wyze onze burgemeester leiding gaf aan
Uwe vergaderingen, op welk een geluk
kige wyze hy vrywel altyd in staat was
de scherpte uit de debatten te weren.
VAN
VRIJDAG 9 febr. 1940. Nr 110.
Gisteren heeft Minister Van den
Tempel in de Eerste Kamer de be-
arooting van Sociale Zaken verdedigd.
Hü dankte voor de hem betoonde wel
willendheid en vroeg in deze moeilijke
omstandigheden aller steun, om zooveel
mogelijk sociaal werk te verrichten.
Van de vele door den minister behan
delde punten noemen wij de volgende.
Het is thans niet den tyd maatregelen
te nemen tot verkorting van den ar
beidsduur, mede in verband met
de Internationale positie van ons be
drijfsleven.
Het voornemen om arbeiders bij
groenteD- en fruitveilin
gen onder de Arbeidswet te brengen,
zal door Spr. nader worden overwogen
ln overleg met de bevoegde instanties.
Wat de voorgenomen vacantie-
regeling betreft, spr. kan daarop
niet verder ingaan, nu het voorontwerp
bij den Iioogen Raad van Arbeid is.
De feitelijke totale nieuwe lasten van
kinderbijslag en v a c a n t i e-
regeling tezamen zullen voor het
bedrijfsleven zeer matig zijn, ten hoog
ste 1.5 van het loon. Men moet voor-
zichtig zijn met sommige beschouwingen
over zulke nuttige zaken. Wat het beste
den van den vrijen tijd betreft, er zijn
vele organisaties die zich hiermee bezig
houden. Komt de regeling tot stand, dan
kan dit vraagstuk nader worden bezien.
Spr. acht het niet gewenscht, in deze
omstandigheden de verordenende be
voegdheid van debedrijfsraden
aan de orde te stellen.
Gevaar voor versnippering bij de tot
standkoming van bedrijfsraden ziet spr.
niet. Inmiddels wordt in land- en tuin
bouw naar centralisatie gestreefd. Het is
onjuist, dat we ten dezen een tijdperk
van onvruchtbaarheid zijn ingetreden. De
behoefte van de practyk blijft op den
voorgrond staan.
Wat betreft het verbindend
verklaren van collectieve
arbeidscontracten, het aan
tal verbindend verklaringen is inderdaad
niet groot. Waarschijnlijk zal het aantal
binnenkort belangrijk worden uitgebreid.
Men is pas aan het begin der ontwikke
ling van het instituut. Dit is ook een ge
volg van den gang der practijk. Indien
de partijen aan bezwaren tegemoet ko
men, zullen er dit jaar vele verbindend
verklaringen tot stand komen.
De Regeering heeft besloten, een inter
departementale commissie in te stellen
ter bestudeering der herplaatsing
van gemobiliseerde n.
T. a. v. de werkverruiming
deelt spr. mede, dat de wettelijke rege
ling der werkloosheidsverzekering op
stapel staat. Wat den post voor subsidie
aan werkloozenkassen betreft, ondanks
de omstandigheden zijn de subsidies ge
handhaafd.
Dat arbeiders, op straffe van steun-
inhouding gedwongen zouden worden, in
een vreemd land te werken, kan spr. niet
onweersproken laten.
Wat het vraagstuk van het sneeuw
ruimen betreft, dit is sedert eenige
dagen actueel.
Er is gezegd, dat aan het departement
gebrek aan soepelheid was. Hiervan is
geen sprake.
Waarom zou spr. hier ook geen soe
pelheid betrachten? Maar onvast beleid
°P eenig punt zou tot moeilijke conse
quenties leiden.
Als men aan de verlangens toegaf on
der den druk van meer sneeuw, zou dit
leiden tot de consequentie, dat 't sneeuw-
FEUILLETON
door AMY LE FEUVRE.
5S0 o—
Vivian was niet in slaap kunnen val-
en toen zij juffrouw Fanshawe Bald-
in Hunter hoorde uitnoodigen, keek zij
et eerste oogenblik niet heel vroolijk.
JL?af haar rentmeester ook wel wat
hrw!S .^an(^' maar hij merkte dat
'Jkbaar niet op en begon met haar over
Z1jn werk te praten.
i bad er bepaald Slag van, om de be-
gstelling op te wekken van hen, met
bij sprak, en zijn grappige kleine
hraCv?E>ten over het volkje in de buurt
«wJu een glimlach op Vivian's witte,
sombere gezichtje.
v w°u> dat ik mij maar wat sterker
j' verlang toch zoo, om eens
s„, be hei te kunnen gaan en de fris-
^wmd om mijn voorhoofd te voelen."
zou u veel goed doen. Waarom
ruimen staatstaak is. De lasten zouden
grootendeels komen voor het werkloos-
heidssubsidiefonds. De staat kan dit J
werk niet ter hand nemen. Men denke j
aan de doelstelling van het werkloos-
heidssubsidiefonds. Dit betreft alleen
voorzienningen ter zake der werkloos-
ij heid, niet van het reinigen der straten.
Het is de vraag, wie de kosten zou be
talen. Nergens is gebleken, dat men bij
matige betaling niet over voldoende
werkkrachten beschikte. Dwang was
overbodig, de werkloozen kregen nu loon
inplaats van steun.
Het is gemakkelijk critiek te oefenen.
Er is zelfs gezegd, dat het defensieeb-
lang is geschaad. Het Dep. van Defensie
heeft geen enkele maal bij dat van So
ciale belangen aangedrongen.
Sneeuwruimen mag niet mede de taak
worden van den Rijksdienst voor werk
verruiming, het ware gevaarlijk, ook
voor de werkloozen.
Na korte replieken is de begrooting
z. h. s .aangenomen met aanteekening,
dat de N. S. B.-ers tegen waren.
„Het
v UvvXXi H CiCXX UXXX
van t u lage wagentje en den ponny
is wel ^borne niet eens leenen? Het
uw e8j. ai-moedig voertuig, maar zet
Ik „fardlSbeid op zij en ga morgen uit.
voor koetsier fungeeren, en juf-
Een kleine advertentie ln de rubriek
„Vraag en Aanbod" kost slechts 75 cent
bij vooruitbetaling.
Bij besluit van 20 December 1939 be
sloot de gemeenteraad tot het verleenen
van medewerking aan de verbetering van
den Middelburg—Vlissingschen rijweg. Bij
de inzending van de besluiten aan Ged.
Staten ter goedkeuring spraken B. en w.
de hoop uit, dat vanwege dat college
zoodanige maatregelen zouden worden
getroffen, dat het voor de gemeente be
rekende overschot volgens de cijfers van
het aanvankelijk door Ged. Staten op
gemaakte vcorstel tot verbetering niet
zou veranderen in een nadeelig saldo.
Met voldoening kunnen B. en W. thans
mededeelen, dat het niet bij het uitspre
ken van die hoop gebleven is, doch Ged.'
Staten daaraan een gewillig oor hebben
verleend, hetgeen tot bijzondere dank
baarheid stemt. Zij hebben daarvan in
middels reeds schriftelijk doen blijken.
Ged. Staten hebben zich namelijk bereid
verklaard de effecten, welke deel uitma
ken van het kapitaal der commissie voor
de nominale waarde in betaling aan te
nemen, mits de gemeente Vlissingen en
Middelburg zich daartegenover aanspra
kelijk stellen voor eventueel te lijden
verliezen bij de uitloting der bedoelde
effecten. B. en W. stellen voor het aan
bod van Ged. Staten inclusief deze ver
plichting, te aanvaarden. B. en W. meen
den, dat er te gereeder aanleiding bestaat
hiertoe over te gaan gezien de Commis
sie met het oog op deze verplichting
maatregelen heeft genomen, dat slechts
obligaties ten laste van den staat der
Nederlanden zullen behoeven te worden
overgedragen. B. en W. voegen hieraan
toe, dat de wegverbetering eenige ver
eenvoudiging zal ondergaan, in dier voe
ge, dat de breedte der verharding van 5
tot 4i/2 m. zal worden teruggebracht, met
uitzondering van de wegvakken van het
begin van den weg bij het station te Mid
delburg tot een spoorweg-overgang en
van het Ronde Putje tot de grens der
gemeente Oost- en West-Souburg en Vlis
singen, terwijl door de Provincie zal wor
den nagegaan of en in hoever op de kos
ten van uitvoering der verbetering nog
verdere besparing zal kunnen worden
verkregen.
Mevr. A. U. Onderdijk—Corné heeft
verzocht in het genot van weduwenpen-
sioen te worden gesteld. Wethouder On
derdijk, die ruim 20 jaren als zoodanig
gefungeerd heeft, zou, wanneer hij den
65-jarigen leeftijd had mogen bereiken,
een ouderdomspensioen hebben kunnen
genieten ten beloope van de helft zijner
laatst genoten wedde, zijnde de helft van
f 1855 is f927.50 of afgerond f928. Aan
zijn weduwe zal thans een pensioen
ten beloope van de helft van het eigen
pensioen, zijnde derhalve f464, per jaar
kunnen worden toegekend. B. en W. stel
len voor tot de toekenning van dit we-
duwenpensioen te besluiten, zulks gere
kend te zijn ingegaan op 23 December j.l.
den dag, volgende op dien, tot en met
welke de Wethouders wedde werd uit
betaald.
Donderdagavond kwam de Ring z.-
Beveland van den Chr. Nat. Werkmans
bond in jaarvergadering bijeen onder
voorzitterschap van den heer A. C. Lan-
kester van Kloetinge. In zijn openings
woord memoreerde hij het vele werk der
plaatselijke afdeelingen en heette o.a.
welkom de jongste afdeeling, die was op
gericht, n.I. te Yerseke. Ook in de afd.
Borssele was weer nieuw leven merk
baar.
De Bijbelinleiding naar aanleiding van
Matth, 15 32—39 werd gegeven door den
heer G. Gorsse uit Goes. De secretaris,
dhr C. de Graaff uit Goes gaf zijn jaar
verslag ten beste, waaruit bleek, dat vele
vergaderingen werden gehouden in het
afgeloopen jaar en pogingen werden aan
gewend om nieuwe afdeelingen op te
richten.
Dhr Dronkers van Wemeldinge sprak
namens het Prov. Comité een opwek
kend woord.
Hierna kwam ds Bons van Yerseke
aan het woord en sprak over het onder
werp „De Oxfordbeweging". Na eerst deze
groep zelf aan het woord gelaten te heb
ben, gaf spr. daarover zijn persoonlijke
meening weeii Een zeer geanimeerde be
spreking volgde hierop. Het slotwoord
sprak ds Bunjes van Borssele naar aan
leiding van de eerste verzen van Hebr.
12. Deze redevoeringen werden afgewis
seld door voordrachten en zang. De ver
gadering was door ruim 80 personen be
zocht.
St Laurens. De alhier gehouden collec
te voor het Roode Kruis heeft f 34,25 op
gebracht.
Arnemuiden. Donderdagavond hield de
afdeeling Arnemuiden van de Z. L. M.
een goed bezochte alg. vergadering, on
der presidium van dhr C. Franse, die
een kort overzicht gaf van de resultaten
van het landbouwbedrijf over het afge
loopen jaar. Volgens het jaarverslag van
den secr. was het ledental stationnair.
Hetzelfde geldt van de afname van de
Coöp. Eiland Walcheren.
De heer J. Polderdijk werd gekozen
tot bestuurslid. De directeur der Coöp.
Eiland Walcheren dhr Ikkink gaf een
uiteenzetting over de samenstelling, der
verschillende mengvoeders en de distri
butie van kunstmeststoffen.
Dhr P. C. van Maelsacke vertoonde
tenslotte een serie lantaarnplaatjes over
zijn buitenlandsche reis.
De beste behandeling Is z
onder de wol, eens flink
transpireeren en drie maal
daags'n "AKKERTJE"nomen.
"AKKERTJES"bevorderen ten
zeerste het zweeten, gaan de
koorts vegen, verdrijven het
ellendige pijnlijke gevoel
en bestrijden de infectie.
"AKKERTJES" zijn beroemd
om hun snelle, uitstekende
Werking. Vaak nagemaakt,
/maar nog nooit geëvenaard.
Op elk "AKKERTJE" staat 't
AKKER-merk: Uw garantie I
tegen pijnen, hoofdpl|n,"nare dagen"
Doos: 18 stuks - 12 stuivers: 2 stuks - 2 stuivers.
frouw Fanshawe zal ook wel mee willen
gaan."
Vivian keek juffrouw Fanshawe vra
gend aan.
„Zou ik het kunnen doen? Ga je mee,
Pressy
„Zeker, Ik zou alles willen doen, om
wat meer kleur op je wangen te bren
gen."
„Nu, dat is dus afgesproken. Ik zorg
voor het wagentje en kom u om elf uur
afhalen. Is dat goed? Ik moet naar een
boerderij, niet ver daar vandaan; we
kunnen dus het nuttige aan het aange
name verbinden; maar mag ik nu nog
even zaken met u bespreken? Dundalk
heeft ergen spijt over wat hij gedaan
heeft en is bereid naar u toe te komen
en excuus te vragen over zijn onbeleefd
heid tegenover u, terwijl ik weg was.
Denkt u, dat u hem zou kunnen verge
ven en hem weer in dienst nemen?"
„Ik geloof niet, dat ik het doen kan,"
zei Vivian op afgemeten toon.
„Hy heeft erg veel moeite gehad, om
werk te vinden, en is nu drie dagen in
de week bij een groenteboer, en verdient
nu acht of negen shilling in de week in
plaats van achttien. U begrijpt, hoe
moeilijk het voor zijn vrouw is, om daar
van rond te komen."
„Het is zjjn eigen schuld", zei Vivian.
„Ik kan zijn onbeschaamden toon en zijn
brutale optreden, toen hij weigerde te
doen, wat ik zei, nog niet vergeten."
„Ja, ik weet dat hij het niet verdient,
dat u het hem vergeeft; maar juffrouw
De Burgh dacht, dat ik wel een goed
woord bij u zou kunnen doen."
„Wat heeft juffrouw De Burgh er mee
te maken?"
Vivian kreeg een kleur van boosheid.
Baldwin was verbaasd over den toon
van verontwaardiging, waarmee ze dit
zeide.
„Zij heeft Dundalk van kind af aan
gekend, en zegt, dat'Snell dien verkeer
den geest bij hem er in heeft gebracht.
Hij is een knappe tuinman. De jongen,
die nu zijn plaats heeft, kan er niets
van; die had nooit tuinman moeten wor
den. Juffrouw De Burgh heeft de Dun-
dalks een beetje gesteund, maar ze is erg
in zorg over hen. De vrouw heeft aanleg
voor t.b.c„ en gaat nu gebukt onder
haar zorgen."
„Juffrouw De Burgh bemoeit zich wel
eens te veel met mijn zaken," zei Vivian.
Juffrouw Fanshawe keek haar vol
verbazing aan. Wat scheelde Vivian
toch? Zij had nog nooit een woord ten
nadeele van haar buren gezegd, en dan
jufrouw De Burgh, van wie zy werkelijk
veel hield!
Gisterenavond was ten Stadhuize van
Goes, in de Raadzaal, een vergadering
van den Raad belegd, ter herdenking van
den Woensdag j.l. overleden burgemees
ter, den heer Mr R. M. van Dusseldorp.
Tot deze vergadering waren ook uitge-
noodigd de hoofdambtenaren der ge
meente, de hoofden der Openb. Scholen
de inspecteur van het L. O., de heeren
Van Bommel van Vloten, Stieger en Van
der Wart, leden van Gedep. Staten, Ir.
van Poelgeest, directeur der Waterlei-
ding-Mij, J. Donner, voorzitter van Han
delsbelangen, e.a., terwijl de publieke
tribune dicht bezet was met belangstel
lenden.
De oudste broer en de zoon van den
overledene waren mede tegenwoordig.
De voorzitterszetel en de ambtsketen
waren met rouwfloers omhangen, terwyi
op de tafel vóór den voorzitterszetel,
witte seringen waren neergelegd.
Nadat de loco-burgemeester, weth.
A. de Roo, de vergadering met het
ambtsgebed had geopend, sprak hy een
herdenkingsrede uit, waaraan wjj het
volgende ontleenen:
Woensdagmorgen is onze Burgemees
ter, Mr Rudolph Mari van Dusseldorp,
zacht en kalm ontslapen.
Moge in onze harten diepe droefheid
en leedwezen wonen, onze gedachten
gaan in de eerste plaats met innig mede
leven uit naar zyn vrouw en naar zyn
twee kinderen. Die diepbedroefde men-
schen, zyn vrouw, nog ternauwernood
hersteld van een ingrypende ziekte, zyn
twee nog zoo jeugdige kinderen, die de
liefde en den steun van hun vader nog
zoo moeiiyk zullen kunnen ontberen, zy
worden wel heel zwaar bezocht.
En daarnaast denken wy aan alie an
dere verwanten, maar vooral ook aan
zyn vader, die den leeftyd der zeer ster
ken mocht bereiken en die nu dit groote
verlies te dragen krygt.
Ik ben er van overtuigd, dat gy hun
diepe leed in Uw harten meeleeft en mee
draagt.
Moge God hun kracht en berusting
geven op dezen moeiiyken weg.
Nu rust op my de moeiiyke en zware
taak om dezen gestorven mensch, die
ons allen zoo na stond, te herdenken.
Het zal npj niet gelukken op de juiste
wyze te zeggen, wat hier van deze plaats
van dezen Burgemeester gezegd zou moe
ten worden.
Zyn werken in en voor onze gemeente,
in en voor velerlei vereenigingen en in
stellingen, spreken echter voor zichzelf.
Dat werk zal nog vele jaren zyn
invloed doen gelden.
Burgemeester van Dusseldorp was sa
mengegroeid met onze Gemeente en met
alles wat daarmede in verband stond in
den meest uitgebreiden zin des woords.
Wat had alles zyn volle belangstelling,
speciaal als het Goes betrof. Hoe vaak
hebben wy met respect aangehoord zijn
verdediging bij hoogere Colleges van be
langrijke zaken, onze gemeente betreffen
de. Hy' was dan vasthoudend en stond
op de bres, om datgene te bereiken wat
hy zag als een belang voor Goes of om
te voorkomen, of te verzachten, wat on
ze gemeente schade zou doen.
Te allen tijde stond hij gereed om te
vechten voor wat hy meende, dat onze
Gemeente toekwam en het belang der
Gemeente kon bevorderen.
En zyn ambtsperiode is ryk geweest
aan gelegenheden, waarbij het onbetwist
noodig was om de gemeentebelangen
met hand en tand te verdedigen.
In de allermoeilijkste jaren op financi
eel gebied stond hij aan het hoofd van
het Gemeentebestuur.
Die steeds weer terugkomende strijd
voor Goes en voor de Goesche belangen,
streed hij met opgewektheid, met vuur
en het zij met nadruk gememoreerd, heel
dikwyls met succes.
Gij weet het en erkent het, hoe Mr van
Dusseldorp als voorzitter van Uw Raad,
de voorstellen van B. en W. op goede, ja
op vaak voortreffelyke wyze verdedigde,
hoe moeiiyk het was voor een tegenstan
der zyn argumenten te ontzenuwen en
hem in dien altyd fairen stryd te over
winnen.
Baldwin was net zoo verbaasd, maar
liet het niet blijken.
„Nu, ik heb natuurlijk tegen Dundalk
gezegd," zei hij, „dat hij zelf naar u toe
moest gaan, om excuus te vragen, maar
dat u voor het oogenblik nog niet goed
genoeg was, om hem te ontvangen. U
heeft dus nog den tijd, om er over te
denken."
„O, natuurlijk vinden u en juffrouw
De Burgh beide mij heel onredelijk en
hardvochtig."
„Neen, dat vind i k niet, U is nog niet
sterk genoeg, om lastig gevallen te wor
den over deze dingen. We zullen dus niet
meer praten over het dorp en de men-
schen. Kan ik u niet een paar boeken
leenen
„Ja, die wil ik wel heel graag hebben,"
zei Vivian. „Ik heb zoo'n behoefte aan
afleiding. Het spijt me dat ik zoo knor
rig ben, maar ik geloof, dat het in mijn
gestel zit. Prissy loopt een dezer dagen
nog van mij weg. Die zal wel langzamer
hand genoeg krijgen van my en mijn ge
mopper!"
„Ik geloof, dat er wel wat meer noo
dig zou zijn, om mij te doen wegloopen,"
zei juffrouw Franshawe.
De bui was voorby. Zy spraken nu al
leen maar over boeken; en Vivian werd
opgewekter.
Hy wist de debatten op het zakeiyke,
aangename en prettige peil terug te
brengen waarop zy steeds in onze Raads
vergaderingen, onder zyn leiding ston
den.
Hy was steeds loyaal. Hy was een goed
winner, maar een even goed verliezer.
Nimmer heb ik één keer ontdekt, dat
er by verlies ook maar eenige rancune,
by winst ook maar eenig leedvermaak of
zelfverheffing te bespeuren was.
Wy weten verder, hoe hy steeds ge
reed stond voor allen, die zijn medewer
king, zyn steun, zyn hulp inriepen, hoe
hy meeleefde met een ieder van welken
stand of positie ook.
Hoe gaarne gaf hy anderen de lof, die
hen toekwam, hoe erkentelyk was hy
een ieder, die de gemeenschap op goede
wijze en naar zyn beste weten diende.
Hy kon zeer zeker ook streng zyn en
met krachtige woorden hekelen, dat, wat
hy afkeurde of in stryd achtte met de
belangen van de gemeenschap of van
derden.
Maar het eerste: hen te roemen en te
danken, die dat verdienden, lag hem
zooveel beter, paste zooveel meer by zyn
warme hart en de vriendelyke gevoelens,
die hy voor anderen koesterde.
Gy weet ook, hoe Burgemeester van
Dusseldorp stond tegenover het perso
neel der gemeente. Met werk een zorg
stond hy steeds vooraan in de uitvoering
van de moeilijke taak, om op vacante
plaatsen de juiste menschen te vinden.
Maar ook steeds met volle aandacht en
interesse behartigde hy de belangen van
het personeel, en hoe waardeerde hy hen
als zyn medewerkers, van laag tot hoog.
Mr van Dusseldorp was een geboren
magistraat, een mensch, trouw aan zyn
beginselen. Hij was als geen ander, op
zyn plaats als burgemeester van Goes.
Hij had Goes lief, het was een deel
van zijn leven geworden.
Gelukkig, hoe kan het ook anders,
wist Goes en de Goesche burgerij hem
te waardeeren en hoog te houden. Bur
gemeester van Dusseldorp en Goes be
hoorden by elkaar.
Myne Heeren, op 6 December 1934,
nu ruim 5 jaar geleden kwam hij tot
ons, nu reeds is hij weer van ons weg
gegaan en helaas voor altyd.
Laat het ons, naast onze droefheid,
een vreugde zyn, dat deze vijf jaar van
zijn ambtelyk leven zoo volkomen ge
slaagd zijn.
l'n Burgemeester van Dusseldorp ver
liezen wij onzen eersten burger van onze
stad in den vollen en waren zin des
woords, wij verliezen in hem een onver
moeid en bekwaam leider van onze Ge
meente, maar wij verliezen vooral in
hem een eenvoudige, oprechte en trouwe
vriend.
Ik breng Burgemeester van Dussel
dorp, namens den Gemeenteraad van
Goes, vertegenwoordigende de gansche
Goesche burgerij, dank voor het vele,
dat hij altyd met liefde en groote toe
wijding voor onze Gemeente en voor
vele Gemeentenaren heeft' gedaan en
zoo goed heeft gedaan.
Dat God zijn werk moge zegenen.
Onze laatste wensch op dezen
avond is:
Burgemeester, rust in Vrede.
Daarna sprak de heer G. Eckhardt
als oudste Raadslid.
Het is nog niet zoo heel lang gele
den, aldus Spr., dat ik wijlen onzen
Burgemeester het beste mocht toewen-
schen voor het jaar 1940.
En nu is de dood over onze stad ge
komen, en heeft onzen besten burger
van ons weggerukt.
Allen, die het voorrecht hadden per-
soonlyk met hem in aanraking te komen
(en dit zyn er velen) beseffen dit ver
lies.
Ieder, die hem van naby kende, hield
van hem. Hij was ónze burgemeester, ja
Toen het avondeten afgeloopen was,
zei Baldwin, dat hij noodig naar huis
moest.
„Ik heb nog rekeningen te schrijven
en de boeken na te zien," zei hij. „Ik zal
nog zeker een paar uur werk daaraan
hebben."
Juffrouw Fanshawe had de kamer
verlaten en terwijl hij Vivian de hand
gaf, zei hij:
„U zult zien, dat dat uitstapje u veel
goed zal doen. Er is niets zoo moeilijk
als aan de betere hand te zijn, maar nog
niet voldoende op krachten, vooral als je
een sterk, gezond gestel hebt."
„Excuseert u mij maar niet; maar ik
ben nog zoo zwak en kan mezelf nog niet
beheerschen. Ik zal Dundalk terugne
men u kan hem dat vertellen. Ik wil niet
hard tegen de menschen zijn, en ik zal
probeeren te vergeten, wat er ge
beurd is."
Hij knikte even, toen hij wegging,
maar was verstandig genoeg, om niets
te zeggen; en Vivian ging achterover in
haar stoel liggen en dacht weer aan het
verhaal, dat Effie haar gedaan had over
de intieme vriendschap tusschen juf
frouw De Burgh en haar rentmeester.
(Wordt vervolgd.)