DE ZEEUW De lieantieele politiek der legeering. tweede blad Het F.nsche froni. tal verwaarloosd Landgoed Neutraliteit en waakzaamheid. Zenuwachtig "AKKERTJE Uit de Provincie Het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer. hy. MIDDELBURG. GOES. VAN DONDERDAG 11 JAN. 1940. Np 85. (Van omen militairen medewerker. Uit de elkander vaak tegensprekende berichten zuilen we trachten weer een beeid samen te stellen van den huldi gen oorlogstoestand in Finland. Het is 2uo jammer dat de nieuwsagentschap pen geen deskundigen ais ooriogscorres- pjndenten uitzenden, thans moeten we bet vaak stellen met berichten, welke doen denken, dat onze radiovriend Ko- bus Kuch er als reporter heen is gezon den; deze zou, zoo al geen vakkundige, dan'toch in elk geval grappiger inlich tingen hebben doen inkomen. Wat moet men b.v. denken van een bericht als: Een Finsche patrouille geraakte tus schen twee Russische divisies, doch door hun strategie wisten de Finnen het zoo aan te leggen, dat de Russen op elkaar gingen schieten en elkander zoo doende vernietigden". En zulke berich ten komen helaas meer voor. De toestand is met één woord te schet sen: winter. Een invallend leger, dat over wegen beschikt als naar Suomussal- mi en Salla leiden, kan by een tempe ratuur van 40 graden beneden nul on mogelijk vooruit komen. En wanneer we dan nog in aanmerking nemen, dat de Russische transporten langs die we gen overal op het onverwachtst worden bestookt door ski-afdeelingen, die even als vroeger de cavalerie, de Russische verbindingen waar zy maar kans zien aanpakken! We lazen dan ook reeds, dat de Russen, welke in voorste iyn stryden, het moeten stellen met uiterst kleine rantsoenengeen eten, in zulke koude, geen wonder dat vele Russen, wier vaderlandsliefde toch al niet erg groot schijnt te zijn, desertie naar den vijand profereeren. De ellende die thans door de vreeselijke koude geleden wordt blijkt uit berichten, dat in loopgraven en granaattrechters, geheele groepen Russen met het geweer in de hand dood gevroren werden gevonden; in andere gevallen was de schildwacht die het kampvuur moest aanhouden, in slaap gevallen, het vuur was gedoofd en alle manschappen bevroren. De grootste ellende heerscht natuur lijk bij de voorste afdeelingen, die in contact zjjn met den vijand, doch de aan blik langs de aanvoerwegen moet ook verschrikkelijk zijn; geheele bespannin gen verhongerde of doodgevroren paar den liggen langs den weg, afgewisseld met tanks en vrachtautomobielen, die zjjn blijven steken. Over het algemeen is aan het front dan ook stilstand ingetreden. Op de Karelische landengte graven de Russen zich in en heeft het er allen schijn van, dat zij ze'f defensief zu^en ""treden tot het weer verbetert. Be halve eenig artillerievuur heerscht hier rust. Sector Tolmaiarvi stilstand. p<ü Su-msso'mi hebben de F'nnen de zich verdedigende Russen een zware ne derlaag toegebracht; h5er is voor de tweede maal een divisie ongeveer ver mengd met. aks resultaat ve^ gevange nen en zeer veel buit in handen der Fin- nen, Rij Saba zijn de Russen nog wakker en hebben zij getracht den linkervleugel der Finnen te omtrekken, welke ma- nceuvre door een krachtige tegenaanval der Frnnen mislukt, is. Tf,en de Russen te kampen kregen met, weigerende auto's hebben zij hunne hoop gevestigd op sleden, aangedreven feuilleton 38) door AMY LE FEUVRE, has heelemaal uw eigen baas zijn", v advocaat hem verzekerd. Me- Carmichael is een jong onerva ren meisje." Hij had echter ondervonden, dat dat en fvaren" meisje een sterken wil had wi,i r,se de details van het landgoed uae begrijpen en er een opinie op na- m, wat betrof de dingen, die gedaan ereerri °i ^orden- Eerst had het hem ge- ater bad hij er schik om gehad, komen an efn.s waren zij in botsing ge dekt ?n, kad langzamerhand ont- hem'wi J niet 200 vriJ sPel bad, als heid uWa3 toegezegd. Haar oprecht- het v., i ••aar entbousiasme, wat betrof maakten Zw ,van haar onderhoorigen, zich te echter onmogelijk, om inmensHnrg-erel?. aan baar voortdurende tijden ti S+m Zljn werk- Er waren zelfs ernsti JT ®en vraSende blik uit haar haar iinn ?6 oogen en het beven van haar tot eike .deden verlangen, om maken w- priJS gelukkiK te kunnen tty schreed met bezorgdheid door propellers, doch ook dit schynt een mislukking te worden. Met genoegen kan men dus constatee- ren, dat de Finnen op alle gevechtster reinen niet alleen hebben kunnen stand houden doch meestal zelfs aan de win nende hand zy'n. Doch voor hoelang? De Finsche Gene rale Staf heeft zelf erkend, dat hun suc cessen meer te danken zyn aan de felle koude, dan aan hun wapenen. In dezen winterveldtocht zyn zij door hun ge hardheid tegen het klimaat, hun terrein kennis en ski-capaciteiten den tegen stander de baas gebleven. Doch hoe zal het lot zich verder ontwikkelen als zy hun bondgenoot, den winter, verliezen? Gelukkig komt er in velerlei vorm van alle zijden hulp voor hen opdagen, doch dit blijft alles een druppel in de zee ver- gebleken by de onuitputteiyke bronnen der Russen. Deze moeten zich natuurlijk wel aan hun onmetelijke grenzen dek ken en kunnen dus altyd maar een klein deel hunner militaire macht tegen Fin land afzonderen, doch niets kan hun be letten een leger van twee of drie mil- lioen man, waaraan toegevoegd een on evenredig groote macht aan artillerie, tanks en vliegtuigen, voor dit doel te be stemmen. Wat kan daar tegenover het Finsche leger van 300.000 man met wei nig hulpwapens presteeren? De vraag is thans, wat zullen de Rus sen doen? Biyven waar zy zyn, in afwachting van het voorjaar? Direct hun over macht inzetten? Een raad te Moskou gehouden heeft hierover beraadslaagd. Velen zullen spoed geëischt hebben om der wille van het politieke prestige. De legerleiding voelt meer voor wachten op stygende temperatuur. Naar verluidt wenscht Stalin: rust aan het front, ter- wyi inmiddels een groote luchtover- macht alle verbindingen van Finland met de buitenwereld moet vernielen en af snijden. Dit laatste moet zoo moeiiyk niet zyn; we wezen er reeds eerder op dat het eerste luchtdoel voor de Rus sen behoord te zyn, den spoorweg over OuluTorniaZweden grondig en blij vend te vernielen, terwyi de marine zich meester moet maken van de Botnische Golf. Tot onzen zeer grooten spyt moeten we helaas constateeren, dat de toe komst voor het sympathieke Finland zeer duister biyft. Een kleine advertentie in de rubriek „Vraag en Aanbod" kost slechts 75 ceni bi] vooruitbetaling. Naar aanleiding van het jongste com muniqué van den regeeringspersdienst schryft „De Standaard" o.m. het volgende De neutraliteit van ons land, noewel geïncorporeerd in onze zelfstandigheids- politiek, staat als een paal boven water, j Journalistieke fantasie, of wat erger is, een tendentieuze campagne in de bui- tenlandsche pers zullen de Regeeringen van de ons omringende landen nien op een dwaalspoor brengen. Niettemin is het natuurlijk te loven, dat de Regeering, en al haar organen, op haar qui vive zijn. Naast deze activiteit zouden wij gaar ne zien een even groote waakzaamheid ten aanzien van personen en groepen in ons land, die telkens aan het buitenland twijfel inzake onze neutraliteit suggeree- ren. Wat de pers van extremisten zich op dit gebied veroorlooft, gaat alle perken te buiten. Dit geschrijf benadert een landsverra- deriyk karakter. Een slappe houding daartegen werkt dit kwaad nog in de hand. Tot groote schade van ons land. Het is Overheidstaak met alle wette lijke middelen hieraan een einde te ma ken en waarborgen te scheppen, dat een verkeerde buitenlandsche berichtgeving over Nederland geen voedsel vindt in Nederlandsche organen. Niet alleen naar buiten, doch zeer in het bij'zonder ook naar binnen is waak zaamheid geboden. voort, als hij er aan dacht, hoe het klei ne tengere meisje tegen dien storm op zou moeten. Toen kwam opeens een hond naar hem toe, en hij herkende het dier, want het was een van de ruigharige Schot- sche windhonden van de Abdij. „Castor!" riep hij. De hond bleef staan, stak zijn kop in de hoogte en stootte een kort geblaf uit. Een enkel oogenblik hoopte meneer Hunter, dat Vivian hem volgen zou, en viel het hem opeens in, dat zij den hond misschien had weggestuurd, om hulp te halen. „Waar is de vrouw?" vroeg hij op scherpen toon. „Kom, breng me bij de vrouw." Castor keek hem aan, maar scheen niet geneigd, om hem te vertrouwen, en beschouwde het blijkbaar als zijn plicht, om naar huis te gaan. Toen de hond hem voorbij wilde gaan, hield meneer Hunter hem gauw Vivians mantel onder den neus. „Zoek haar, Castor; zoek haar", zei Castor snuffelde eens aan den mantel, keek meneer Hunter aan met een blik van begrijpen en keerde, zonder langer te aarzelen weer terug in de richting van waar hij gekomen was.. Hij ging de heide niet op, maar sloeg een zyweg in SMOKKELEN VAN SIGARENAAN STEKERS NAAR BELGIë. Belgische douanebeambten van den specialen autodienst te Eecloo hebben, volgens de „VI. Crt.", onder leiding van den controleur der douane aldaar even over de grens een Nederlandschen auto aangehouden, welke by visitatie onge veer 9000 uit Nederland afkomstige si garenaanstekers bleek te bevatten. De vier inzittenden, allen Nederlan ders, resp. afkomstig uit Oostburg en Philippine, werden gearresteerd en in gesloten te Eecloo. De auto met in houd werd in beslag genomen. Deze smokkelhandel beteekent voor België een ernstige belastingontduiking, daar elke aansteker moet voorzien zyn van een ryksmerk en belast is met tien francs, een soort weeldebelasting, welke in Frankryk reeds lang en in België kort geleden is ingevoerd. Uitgezonderd de ontdoken invoer rechten, betreft het hier dus een belas tingontduiking van 90.000 francs. N.V. „STOOMTRAM WALCHEREN". Naar de „Vliss. Crt." verneemt zal de heer J. P. Bakker, directeur van de N.V. „Stoomtram Walcheren", thans autobus- en vrachtautobedryf, te Kou dekerks, 1 Mei a.s. deze functie neer leggen, in verband met het bereiken van den pensioengerechtigden leeftyd. DE DERDE AVOND VAN DE LUCHTBESCHERMING. Gisterenavond trad de verduistering reeds te 7 uur uur in. Er waren slechts enkele winkeliers die hun zaken open hielden. Reeds was de helft van den verduis- teringstyd verstreken, toen even over half negen de sirenes het teeken van luchtgevaar gaven. Deze worden thans nog in werking gebracht door in de buurt gereed staan de personen, die op een knopje te druk ken hebben, doch die eerst telefonisch met het luchtgevaar in kennis worden gebracht. Zoo kwam het, dat niet alle sirenes tegeiyk begonnen te werken. In de toekomst zal dit anders zijn. Gis teren is nameiyk de installatie aange komen, waardoor men van uit den hoofd post alle sirenes tegelijk in werking zal kunnen brengen. Gisterenavond kon worden vastgesteld dat zy, die buiten vertoefden wel allen het geluid van de sirenes gehoord heb ben, doch het is ons bekend, dat bin nenshuis verschillende personen het zoo goed als niet opmerkten. Anders was het met het eindsignaal, dat met zyn hard, doordringend en een tonig geluid meer succes had. Tusschen beide signalen in hebben de enkele tientallen personen, die op straat waren zich in een der kelders onderdak verschaft. Ook zagen wy personen, die zich naar huis spoedden of die in een portiek of dergelijke weggescholen. Met name de beide schuilkelders on der de perceelen 25 en 31 aan de Markt hadden vele personen tot zich getrokken. Verondersteld werd, dat de vliegma chine, die aanleiding tot luchtalarm was geweest, bommen had uitgeworpen, die op vier plaatsen in de stad aanleiding gaven tot optreden van verschillende on- derdeelen van den luchtbeschermings dienst. Boven de Markt was een bom met mosterdgas uitgeworpen. Daarna werd de ontsmettings- en gasverdrijvingsploeg van gemeentewerken opgeroepen, die volgens de voorschriften, eerst het ter rein afbakende en toen, na bestrooiing van het terrein met zand, en ontsmet tingsmiddelen, alles bijeen veegde en zoo het gevaar den kop indrukte. In de Korte Delft was het perceel, waarin de drukkerij Althorffer is ge vestigd, door een brisantbom getroffen en lagen de stukken van den gevel op straat, terwijl deze gevel gestut moest worden. Hier moest de opruimingsploeg van gemeentewerken zijn taak komen ver vullen en om het werk daarvan niet te bemoeilijken, was de Korte Delft aan beide zijden afgesloten met een houten en liep zoo vlug voort door de zachte sneeuw, dat meneer Hunter moeite had, om hem bij te houden. Zoo gingen zij samen een mijl ver voort. Toen ging de hond een open hek door, dat naar een dicht bosch leidde. Het was het pad van de houthakkers en de diepe wagensporen waren nu met sneeuw bedekt, Het was zwaar loopen. Het was doodstil in het bosch en dat gaf hem nieuwen angst. Men kon er den wind niet voelen tusschen al die den nen en pijnboomen; maar de sneeuw viel hoe langer hoe dichter en hulde alles in een wit kleed. Hij gaf twee keer een harden schreeuw en toen meende hy in de verte een kreet als antwoord te hooren. Castor liep steeds verder, zonder een oogenblik te aarzelen. Hij sloeg eindelijk terzijde een smal voetpad in, dat tusschen nulst en andere groene heesters doorliep, en toen, bij een plotselinge kromming van het pad, stuitte meneer Hunter op de wan delaarster. Zy zat op den grond in een beschut hoekje, en Pollax, de andere windhond lag over haar voeten. „O", riep meneer Hunter uit, „heeft u zich bezeerd?" „Neen, neen; maar komt u gauw hier! Ik ben toch zoo biy, dat u er is. Ik had Castor naar huis gestuurd om hulp te Blijkens het Voorl. Verslag der Eerste Kamer over de bejrooting van financiën duchtten eonige leden, naar mate de oor logstoestand voortduurt, een verdere ver arming en verlaging van den levensstan daard in alle lagen der maatschappij. Vermindering van de uitgaven. Onder zoodanige omstandigheden nu is het, dus betoogden zij, meer dan ooit ge- wenscht, dat de financieele politiek aller eerst wordt gericht op vermindering van de niet strikt noodzakelijke uitgavien. In de tweede plaats bepleitten deze le den, gelet op de sterke stijging van de volstrekt noodzakelijke uitgaven en daartegenover op de sterke daling van volksvermogen en volksin'komen, dat zoo veel mogelijk de hand worde gehouden aan dekking met belastinggelden van de jaarlijks terugkeerande uitgaven, alsmede van die uitgaven, voor welke een equiva lente oeconomische waarde niet wordt verkregen. Huns inziens wordt van der gelijke uitgaven de laatste acht jaren reeds een te hoog bedrag, namelijk f 500 millioen, met leeninggeld gedekt. Dit ipunt achtten zij van te meer belang nu, als gevolg van de lastan, welke mobilisatie en defensie gelijkelijk vorderen, de finan cieele toestand immer moeilijker dreigt te worden. De belastingen. In de derde plaats zouden de leden, hier aan het woord, indien aan verhoo- ging van belasting niet kon worden ont komen, die bij voorkeur willen zien toe gepast ten aanzien van de groep der directe belastingen. Zij oordeel den het namelijk noodzakelijk, dat het prijspeil hetwelk toch reeds ter oor- zake van duurderen aanvoer en, in ver band met den. oorlog toe; enomen vraag naar tal van artikelen stijgende is zoo laag mogelijk worde gehouden; zulks mede ter voorkoming van een ivoor de sociale rust gevaarlijke spiraalbeweging opwaarts van prijzen, loon en en kosten. Sommige léden warén van oordeel, dat inzonderheid de druk, welke de indirecte heffingen op de bevolking leggen, dient te worden verlicht. Ettelijke leden bepaalden zich er toe, de hoop uit te spreken, dat bij het ont werpen van de des betreffende voorstellen meer dan tot dusverre geschiedt, reke ning zou worden gehouden met den ooi- gelijken druk, dien de persoonlijke 'belas tingen, naar het inkomen en het verteer de geheven, leggen op de schouders van jonggezellen, gehuwden zonder kinderen en gehuwden met kinderen. Verscheidene leden achtten het nood zakelijk, dat weldra bijzondere maatrege len worden getroffen, ten einde belasting druk, waaraan de groote gezinnen blootstaan, althans eenigermate te ver lichten. Do geslies van het' beleggingsfront ca. Eenige leden verklaarden, zeer te zijn teleurgesteld door het standpunt, dat de minister in de Tweede Kamer heeft in genomen ten aanzien van de gesties van het zoogenaamde beleggingsfront. Deze leden achtten het onoorbaar, dat de beheerders van de Rijksfondten in ze keren zin stelling nemen tegen 'de be langen ivan de schatkist. Opdrijving van den rentevoet behoorde huns inziens evenzeer te worden verboden als opdrij ving van de prijzen. Het is, dus betoog den zij, een bekend feit, dat de meeste Verzekeringsmaatschappijen zich 'hebben gericht naar een rentevoet van 3, ten hoogste 3V2 pet. Zulks hadden huns er- achtens ook de beheerders van de Rijks- fondsen moeten 'doen. Naar 'hun gevoelen waren de alge'heele opheffing van de Rijksfondsen nog veel beter geweest. De laatste staatslening. Verscheidene leden spraken hun leed wezen uit over de mislukking van de uit gifte der laatste staatsleening, al hadden ook zij de leeningsvoorwaarden niet in alle opzichtên gelukkig geacht. Gaarne zouden zij vernemen, welke groote institutioneele beleggers niet heb ben ingeschreven. Andere leden, spraken de hoop uit, dat de inschrijvers op de 4 pet. leening, in geval eerlang inocht worden overgegaan tot oen gedwongen loaning, het bedrag, waarvoor zij 'hebben ingeschreven, in af trek zullen mogen brengen op hun ver plicht quotum in die gedwongen leening. De positie van den gulden. Enkele leden toonden zich niet geheel gerust over de politiek van de Nederland sche Bank ten aanzien van de positie van onzen gulden in verband met den slech ten stand onzer betalingsbalans. Immers, onze goudvoorraad is verminderd; de geldmarkt wordt krapper en het is de vraag, of door een. en ander de rente stand niet zal worden verhoogd. Hei bankgeheim. Verscheidene leden verklaarden met teleurstelling kennis te hebban genomen van het bescheid der regeering op den aandrang, in de Tweede Kamer geoefend., om over te gaan tot opheffing van het bankgeheim. Deze leden zouden gaarne vernemen, of het rapport van den. Oeconomiscben raad ter za'ke reeds is uitgebracht en, zoo1 ja, of de regeering bereid is, den Staten- Generaal daarvan inzage te gevan. afsluiting. De derde bom vernielde een electrischen kabel by de Koepoort en een vierde trof de waterleiding in de Zacha- rias Janszensstraat, dus beide gevallen, waarmede de gemeentebedrijven zich te bemoeien hadden. Het waren alle vier oede oefeningen in het verduisterde Middelburg. Het hoofd van den luchtbeschermings dienst, de heer Fontljne, en verschillende andere heeren van de leiding hebben iederen avond steeds door.gecontroleerd of alles goed ging en ook de burgemees ter gat biyk van groote belangstelling in deze oefeningsavonden. Vele ambtenaren van verschillende diensten en de politie, hebben naast bur gerwachters 'en tal van andere vrijwil ligers zich al die uren ingespannen om op te letten, waar noodig te waarschu wen enz. Ook gisterenavond gaven nog verschillende personen blyk van noncha lant te zijn. Het is dan ook vrij' zeker, dat enkelen daarvoor een proces-verbaal zullen krijgen. Bevolking. Ingekomen: D. G. Kloet en gezin, halen. Ik kon dien schat van een hond niet alleen laten." „Is het Pollux?" Er viel meneer Hunter een pak van het hart. Hij had minstens verwacht, haar met een gebroken been of een ver stuikten enkel te vinden. „Neen, het is een schattige kleine ter rier, die met zijn poot in een van die klemmen zit; ik kon hem er niet uitkrij gen en evenmin den val uit den grond trekken. Anders had ik hem wel met val en al naar huis gedragen. Ik hoorde hem janken, terwijl ik wat hulst aan het plukken was." Meneer Hunter zette zijn voet op den val. De terrier slaakte een hevigen kreet, en lag het volgende oogenblik in de armen van zijn redder. „Waarom is u niet naar huis gegaan? U had er toch iemand op uit kunnen sturen", zei deze kortaf. „Ik kon het arme kleine hondje niet alleen laten. Hij hoopte, zoo vast, dat ik hem zou helpen en zoodra ik weg wilde gaan, jankte hij erbarmelijk. Ik ben dus maar naast hem gaan zitten en heb wat met hem gepraat en over zijn kop ge streken." Meneer Hunter schoot bijna in den lach; maar het zien van Vivians oogen vol tranen weerhield hem. Hij betastte voorzichtig den poot. monteur, van Kloetinge, Anjelierstraat 44; H. P. M. Bos, zonder beroep, van Etten en Leur, Lange Vorststraat 44; D. WielingSjoerd, zonder beroep, van Leeuwarden, Leliestraat 22; K. M. Schouwenaar, onderwijzeres, van Klun- dert, Vogelzangsweg 15; W. Smit en gezin, drukker, van Kloetinge, Lelie straat 55; M. C. Mange, zonder be roep, van Arnhem, Leliestraat 86; A. Assiesv. d. Waardt, zonder beroep, van Vlaardingen, Kamperfoeliestraat 2B;E. Heijboer, zonder beroep, van Co- lijnsplaat, Rimmelandplein 2; H. J.. Me melink en gezin, onderwijzer, van Zut- phen, Middelburgschestr. 30. Vertrokken: H. J. Legerstee, dienst bode, M. Smallegangebuurt, naar Den Haag; J. van den Ouden, winkelbedien de, Heernisseweg 15, naar Gorinchem; W. van Beek, dienstbode, Couwerve- straat 60, naar MiddelburgM. van Schaik, dienstbode, Stationsweg 16, 1 naar Borssele; A. E. Rouw, dienstbode, Wijngaardstraat 50, naar Den Haag; C. W. H. Marbus, Lange Kerkstraat 4, naar 's HertogenboschK. Vroeginde- weij, drukker, J. A. v. d. Goeskade 23, n. DordrechtT. P. Droogers, zonder be- „Gebroken!" zei hij toen. „Hier, heeft u een zakdoek? Of neemt u liever den mijne. Scheurt u hem in reepen, terwijl ik een geschikt stukje hout zoek." Hij legde den hond op den grond, haalde zijn zakmes te voorschijn, en was weldra bezig met behulp van een paar stukjes hout en de strookjes linnen, den gebroken poot te spalken. „Is u niet half bevroren?" vroeg hij aan Vivian. „Juffrouw Fanshawe zit in grooten angst over u." „Dat begrijp ik, maar wat kon ik er aan doen? Ja, ik voel heelemaal ver doofd en stijf, en mijn voeten slapen. Ik dacht, dat u nooit zou komen." „U moet in dezen tijd van het jaar hier niet alleen in die bosschen gaan dwalen." „Ik had heelemaal geen plan om het bosch in te gaan", zei Vivian; maar ik hoorde een klagend geluid en moest na tuurlijk gaan kijken, wat het was. Arm hondje, hij is doodop. Denkt u, dat hy in 't leven zal biyven? Stel u voor, dat ik hem eens niet gevonden had! Dan zou hij hier den heelen nacht hebben lig gen janken van de pijn, en misschien wel van koude en honger zijn omgeko men. O, waarom kunnen de menschen de hulpelooze dieren niet met rust laten!" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1940 | | pagina 5