DE ZEEDW
Een verwaarloosd Landgoed
AKKERTJE
TWEEDE BLAD
Finland Rusland.
Zenuwpijnen
feuilleton
m haar Heere."
bereid die Ideere is toch ook niet on-
,Komt?nr yoor >u? Hij zegt zelf:
last ziit 6n ri0t Mij' die vermoeid en be-
Uit de Provincie
MIDDELBURG.
Begrafenis van wijlen Wethouder
Onderdijk.
GOES.
ZUID-BEVELAND.
Neem
n
VAN
DONDERDAG 28 DEC. 1939. Nr. 74.
(Van onzen militairen medewerker.)
Het dappere Finsche volk heeft het
Kerstfeest in betrekkelijke rust (behal
ve vliegtuigaanvallen) met alle reden tot
tevredenheid mogen vieren. Want na de
eerste angstige dagen is er een welda
dige stilstand op de diverse gevechtster
reinen ingetreden.
Wat er ook verder moge gebeuren en
wat het toekomstig lot ook moge zyn,
do geschiedenis zal ten eeuwigen dage
met den grootsten lof blijven getuigen
van ongeëvenaarden moed en wilskracht
van dit dappere volk, dat het bestond,
met zijn nog geen vier millioen zielen,
het vol moed te durven opnemen tegen
de Russen met een bevolking van 180
millioen.
De wijze, waarop zij zich begonnen te
verdedigen, getuigde eveneens van een
buitengewoon hoog moreel; geen pas
sieve verdediging, neen, waar de moge
lijkheid zich maar even voordeed, werd
met flinke tegenaanvallen direct tot het
offensief overgegaan. We hebben er diep
respect voor, hoewel in hun optreden
zeer zeker eenige roekeloosheid school,
welke onder andere omstandigheden de
grootste teleurstellingen had kunnen op
leveren. Welke roekeloosheid wij bedoe
len, hebben we in onze voorgaande arti
kelen besproken, hun opzet was te groot
voor hun kleine leger, dat bovendien is
bewapend en ingericht speciaal voor
verdediging en niet voor offensieve be
doelingen.
De Finnen zagen echter hun moed
voorloopig ruimschoots beloond, want
op alle vier de hoofdoperatie-terreinen
hebben de Russen hunne aanvallen niet
alleen gestaakt, doch zijn in enkele ge
vallen zelfs over eenigen afstand terug
getrokken.
We doen den Finnen niets te kort
wanneer we dit Russische echec niet
toeschrijven aan de Finsche wapenen,
doch hoofdzakelijk aan het barre kli
maat van hun vaderland, waar thans
de thermometer meer dan 30 graden be
neden nul aanwijst. Immers de verdedi
ging van een land berust altijd op het
benutten van- en aanpassen aan de ge
ologische en andere eigenschappen van
de streek; men kan het ons Hollanders
toch niet kwalijk nemen, dat we ons zoo
veilig voelen achter onze inundatieën,
ondiepe kusten en groote rivieren. Zoo
ook is de wintertemperatuur van Fin
land een factor, waarmede de verdedi
gers ten volle hebben rekening gehouden
en blijft het een onvergeefelijke fout
voor de Russische legerleiding, dat zij
deze blijkbaar over het hoofd heeft ge
zien.
Heeft de Russische Generalen Staf
niet geweten hoe de wintertemperaturen
in Finland zijn? Wist men in Rusland
niet, dat de motoren van auto of tank,
welke dag en nacht in de buitenlucht
moeten verblijven, bij zulke koude be
vriezen en niet meer op gang te brengen
zijn?
Als de Russen Finland binnenvallen
van uit het oosten en zich moeten ba
seeren op den spoorweg naar Moer-
inansk, dan moeten zy er rekening mede
houden, dat alle aanvoer van verple-
gingsmiddelen en munitie vanaf het ont-
laadstation aan dien spoorweg met
vrachtauto's naar de Westwaarts ruk
kende troepen moet geschieden.
Waar in deze streken geen, of althans
zeer slechte wegen ter beschikking
staan voor dit vervoer, weet men tevo
ren reeds, dat bij deze vorst de auto's
groote kans loopen in de sneeuw te blij
ven steken en niet meer op gang te
brengen zullen zijn; hetzelfde geldt voor
de tanks, welke met het oprukkende le
ger samenwerken.
Slechts hieraan kan men toeschrijven
het feit, dat ten Zuiden van Petsamo
een Russisch leger van 20.000 man, dat
begonnen is, de daar gelegerde Finsche
sterkte van 2000 man, Zuidwaarts te
verdrijven, op 21 December plotseling
ijlings moest terugtrekken op Petsamo
en omgeving, en wel zoo snel, dat vele
tanks en vrachtauto's, geladen met mu-
,nitie, langs den weg waren achter ge
laten en in handen des vijands vielen. De
oprukkende Russen waren natuurlijk
verstoken gebleven van proviand, uit-
neembare barakken en verdere verple-
gingsmiddelen, dus moesten zij wel terug
op hunne basis aan de haven, waar deze
goederen gereed lagen. Omdat het eten
niet naar de troepen kon worden ge
bracht trokken de troepen terug naar
het eten.
De eerste berichten luidden dan ook,
dat de Finnen voorzichtig slechts pa
trouilles achterna zonden met het oog
op mijnvallen of andere hinderlagen. La
ter lazen we, dat de Russen met groote
verliezeen en achterlating van veel ma
terieel „teruggeslagen" waren. De eer
ste lezing zal ongetwijfeld wel de juiste
zijn, en het vele materieel, dat den Fin
nen in handen viel, waren auto's en
tanks, welker motoren bevroren waren
en niet verder konden.
Wat we zagen bij Petsamo heeft na
tuurlijk ook plaats gehad aan de overige
operatiefronten, want daar vroor het
even hard en weigerden de Russische
motoren evenzeer. De Finnen, kinderen
van hun land, weten zich in hunne
sneeuwvelden op ski's en onzichtbaar
door witte hemden, den nood hunner vij
anden ten nutte te maken en voeren op
hun eigen strijdwijze een guerilla tegen
de flanken en verbindingen,, der Russi
sche invallers. Dat zij hiermede dikwijls
aardige successen boeken, blijkt uit de
verliezen, welke zij de tegenstanders be
rokkenen.
Alle berichten omtrent tegenaanvallen
der Finnen moeten teruggebracht wor
den tot het optreden dezer ski-afdee-
lingen. We kunnen den tegenwoordigen
toestand niet beter teekenen dan te zeg
gen, dat op alle fronten de Russen zich
hebben opgeborgen in hunne kampemen
ten en wachten op mildere temperatu
ren, welke motortractie mogelijk maken.
Hoe lang deze nonactiviteit zal moeten
duren, zal dus geheel van het weer af
hangen. Daarna zullen de Russen hun
veldtochtsplan verder ten uitvoer bren
gen. Middelerwijl koelen zij thans hun
woede over deze eerste mislukkingen
floor luchtaanvallen op de steden en
vooral op de spoorwegknoopen in Zuid-
Finland.
Intusschen kunnen de dappere Finnen
dubbel en dwars tevreden zijn met het
aanvankelijke succes; we wensehen hun
een lange en barre winter toe; tijd ge
wonnen, veel gewonnen.
mi WmzSt i
De Russische opmarsch in Finland. Een dorp op de Karelische
landengte, dat door de vijandelijke artillerie in brand geschoten werd.
27)
door AMY LE FEUVRE.
v ze je eerst maar wat beter
,nen' ®er in het noorden is het zoo'n
l aad®r volkje dan waar jij gewoond
dpti oeb verscheidene oude beken-
lu et dorp, maar sommigen wo-
w-)t !Ln?f niet 200 heel lanS- Je zal
Wat geduld moeten hebben."
wou, dat ik meer was als moeder",
overt u"/en beetje verdrietig. Zij ver-
dafw i? aller harten- Ik ben bang,
dige nntu°mit? °Tmdat mÜ het eene no°-
frevoei ekt- k doe alles nog uit een
liefde f an plicht. Moeder doet alles uit
Vifri 6n Ik 2al u rust geven."
weer in\ antw°ordde niet, maar ging
nog riet w VUUr zitten staren" Z« waa
enkel* a^.21J wezeia moest, en na
anders g en begon zy over iets
„Het is alleen, omdat ik niets uitvoer,
dat ik zoo ben gaan zitten tobben", zei
ze. „Zou ik van den winter niet wat
lekkere warme manteltjes kunnen ma
ken voor al de kinderen in het dorp?"
„Dat zou wel kunnen, maar ik geloof,
dat je verstandiger zult doen, als je be
gint met flanellen onderjurkjes."
Vivian begon te lachen en was voor
het overige van den avond weer vroolijk
en opgewekt. Toen zij echter haar hoofd
op haar kussen legde, klonken de woor
den van haar moeder haar weer in de
ooren:
„Zoo de Heere het huis niet bouwt,
tevergeefs arbeiden des zelfs bouwlieden
daaraan."
Het onderhoud tusschen haar en me
neer Hunter den volgenden morgen was
niet heel lang. Hij deelde haar mee, dat
hij beginnen zou met eens goed alle
boerderijen en huisjes te bekijken, en
dat dat hem wel eenigen tijd zou kos
ten.
Vivian vond hem wat kortaf, en voel
de zich erg jong en onervaren, als ze
met hem praatte, maar zij begon lang
zamerhand toch aan hem te wennen en
ging met iedere moeilijkheid naar hem
toe. Hij scheen het met iedereen te kun
nen vinden, en zijn energie en beslist
heid werden door allen bewonderd.
RAADSLID-HOOFD LUCHTBESCHER
MINGSDIENST.
Daar de Kroon thans in hoogste in
stantie heeft uitgesproken, dat de func
tie van Hoofd v. d. Luchtbeschermings
dienst onvereenigbaar is met het Raads
lidmaatschap, heeft de heer A. I. Cats-
man te Aardenburg als Hoofd van den
L.B.D. ontslag genomen.
Gisterenmiddag is het stoffelijk over
schot van wijlen den heer J. Onderdak,
in leven wethouder van Middelburg, on
der overgroote belangstelling naar zyn
laatste rustplaats overgebracht.
Een groote sohat van bloemen werd op
den lijkwagen en ln het daarop volgende
open rijtuig neergelegd. Daaronder wa
ren er van den Gemeenteraad,» van de
hoofdambtenaren der Gemeente, van de
Brandweer, van de Sportcommissie en
den directeur der Sportterreinenvan de
Vereeniging Schoolmuseum, van het par
tijbestuur der S. D. A. P.; van het ge
west Zeeland en ook van de afd. Middel
burg en den Middelburgschen Bestuur-
dersbond; van de af deeling Zeeland van
de Vereeniging van Raads- en Statenle
den; van de Woningbouwvereeniging,
van de af deeling Werkloozenzorg, van
verschillende vereenigingen uit de mo
derne arbeidersbeweging en van parti
culieren.
Op den tocht door de stad werd halt
gehouden bij' de Gouden Poorte, op de
stoep waarvan de besturen der afdeeling
van de S. D. A. P. en van den M. B. B.,
alsmede de S. D. A. P. raadsfractie aan
wezig waren en waar met de vaandels
van beide genoemde organisaties en met
de vlaggen, die reeds van Vrijdag half-
stoks hingen, een groet werd gebracht,
j Genoemde besturen en de raadsfractie
I sloten zich achter den lijkwagen aan.
Even later werd halt gehouden bij' het
bureau van de Arbeidsbeurs, waarvan
de ambtenaren buiten waren gekomen,
terwijl een groot aantal werkloozen hier
een stillen groet brachten.
Ook bij het Stadhuis, dat geheel geslo
ten was, werd halt gehouden.
Bij de Stadsschuur stond het ambte-
narenpersoneel buiten en voegde de
hoofdopzichter nog een krans bij de an
dere.
Bij het station stond een groote schare
geestverwanten van den overledene ge
schaard met vlaggen en vaandels, waar
mee een groet werd gebracht.
Hier sloot de partijvoorzitter der S. D.
A. P., de heer Koos Vorrink, zich bij
het afdeelingsbestuur aan, terwijl de an
deren, die hier gewacht hadden, nu ook
den stoet volgden naar het kerkhof.
Daar waren reeds zeer vele belangstel
lenden aanwezig. Wij merkten o.a. op
den Commissaris der Koningin, Jhr Mr
J. W. Quarles van Ufford; den oud-bur
gemeester van Middelburg, den heer M.
Fernhout; den huidigen burgemeester,
Mr Dr J. van Walré de Bordes, met den
gemeente-secretaris en zoo goed als alle
raadsleden en enkele oud-raadsleden.
Vele hoofd- en andere ambtenaren van
de gemeente en haar verschillende onder
deden; de Commissie, directeur en den
opzichter van de sportterreinen; den
voorzitter van de Streekplancommissie
Walcheren, den voorzitter van het Borg
stellingsfonds voor den Middenstandhet
bestuur der Godshuizen, het bestuur der
vereeniging het Schoolmuseumden bur
gemeester van Vlissingen enz.
Toen de kist boven het graf was neer
gezet en de bloemen er om heen waren
gelegd, trad als eerste spreker naar vo
ren de heer M. Fernhout, die zeide,
dat wel niemand zich zou verwonderen,
dat het hem een behoefte was te komen
om wijlen wethouder Onderdijk de laatste
eer te bewijzen. Spr. herinnerde er aan,
hoe het nu ruim twee jaar geleden is,
dat de heer Onderdijk in een vergade
ring van B. en W. overvallen werd door
een hartaandoening, die reeds toen veel
te vreezen gaf. Het medeleven tijdens
zijn ziek-zijn, heeft hem in stilte zoo dik
wijls goed gedaan.
Vivian werd weer vroolijk en opge
ruimd. Zij was den heelen dag bezig,
met mooi weer in den tuin en anders in
huis, en maakte eiken dag een groote
wandeling. Lady Rockmorton en haar
dochter brachten haar een bezoek en
ook enkele van de andere bewoners in
den omtrek maar zij had het gevoel,
dat zij nog niet hun sympathie had.
Op zekeren morgen in November, toen
er al wat vorst in de lucht was, ont
moette zij meneer Trenchard juist bui
ten het hek van de Abdij.
„Ik kwam u een briefje brengen van
mijn zuster", zei hij. „Ons leven wordt
ons een beetje te eentonig, en nu hebben
wij het plan opgevat, om morgen eens
een dagje in de buitenlucht door te
brengen. Zou u geen lust hebben, om
met ons mee te gaan? Een waterpicnic
noemt mijn zuster het. Het meeste zal
echter wandelen zijn, maar we nemen de
pony van den boer mee, om onze pro
visie te dragen, en u en mijn zuster kun
nen dan bij beurten er opzitten.
„O", zei Vivian met schitterende oogen,
„wat klinkt dat heerlijk! Hoe laat gaan
we weg?"
„Tien uur precies van ons huis. Wij
steken dan de heide over naar een be
schut hoekje naast de ruïne van een
klooster. Het is een plekje, dat wel de
Spr. schetste den overledene als een
eenvoudigen, bescheiden, in zekeren zin
onopvallenden man, maar die in den Mid
delburgschen kring een zóó beteekenende
en zoo invloedrijke plaats innam, welke
hy zich had moeten veroveren door har
den en onverdroten arbeid. Hij had vele
goede eigenschappen, die het mogelijk
maakten, dat hy een belangrijk woord
kon en mocht meespreken. Onderdak was
toegerust met die gaven van hoofd en
hart, die hem bijzondere geschiktheid
verleenden voor het vervullen van een
openbare bestuurstaak. Hij verviel nim
mer tot criticaster^, hij was een man van
krachtigen wil en veel doorzettingsver
mogen, maar ook van een sterk gevoels
leven. Hij was nuchter, zelfstandig en on-
afhankelyk genoeg, om onder lof en hul
de zichzelf te blijven. Behalve zakenken
nis had hy veel menschenkenniser was
iets ridderlijks in dezen rustigen, tot
eenige teruggetrokkenheid geneigden
man, en hy was gevoelig voor de ridder-
ïyke bejegening, die hy van anderen on
dervinden mocht. Hy had eerbied voor
principieel denken en handelen, ook als
het andere beginselen betrof dan de zyne.
Hy zelf was een toegewyd werker, maar
een die werkte om het werk, om de ide
alen, die hem daartoe bezielden, om de
gemeente, die hij daarin wenschte te die
nen. Hij zocht daarin zichzelven niet.
Daarom wilden ook vele andersdenken
den gaarne met hem samenwerken. Mid
delburg verliest in hem een bekwaam,
onkreukbaar, een rechtschapen bestuur
der.
Tot de nabestaanden zeide spr., dat hij
voor zyn vrouw, zyn kinderen, zijn klein
kinderen veel trouwe en warme liefde
had. Moge de God des levens, Die ook
dit leven schiep en rijk bewerktuigde, de
weduwe en haar kinderen steunen in het
dragen van het verlies van dit ryke bezit.
Hierna trad burgemeester V a n W a 1-
ré de Bordes naar voren, om na het
geen zyn voorganger had gezegd en hy
en anderen reeds zeiden in de buitenge
wone raadsvergadering van Vrydag j.l.
met slechts enkele woorden namens den
Raad, namens de gemeente afscheid te
nemen van den betreurden doode en een
krans van den gemeenteraad, die de bei
de gemeenteboden op het kerkhof hadden
gedragen, by de andere op het graf neer
te leggen.
De heer J. M o n d e e 1, voorzitter van
de afdeeling der S. D. A. P. sprak na
mens de moderne arbeidersbeweging ter
plaatse en zeide, dat het een groote
vreugde was met den overledene samen
te werken. Gaarne had men hem nog lan
ger in zijn midden gehad en hem daarna
een lange periode van rust en een rijken
levensavond gegund.
De partijvoorzitter, de heer Koos
Vorrink, wees er op, hoe de heeren
Jan en Louw Onderdijk de grondleggers
zijn geweest voor de socialistische bewe
ging in Zeeland samen met mannen als
Wibaut en Sannes. Jan Onderdijk stond
pal voor de arbeiders. Hij was een sie
raad voor land en volk en een groote
steun voor het arbeidende volk.
Een voorbeeld voor velen door zijn
eigenschappen. Hij is pal blijven staan
voor zijn beginsel tot zijn laatsten adem
tocht. Zijn vrouw en kinderen mogen
overtuigd zijn, dat hij gezien was bij
geestverwant en tegenstander.
De heer L. Onderdijk heeft na
mens de familie gesproken en in de eer
ste plaats den Commissaris der Koningin
de verzekering gegeven, dat zijn aanwe
zigheid op hoogen prijs werd gesteld,
evenals die van den oud-burgemeester en
den tegenwoordigen burgemeester en van
alle anderen, die den overledene de laat
ste eer bewezen. Speciaal bracht spr.
arts Feikema dank voor de wijze, waar
op hij den laatsten tijd meer als vriend
dan als dokter met hem heeft omgegaan.
De overledene was van plan geweest het
wethouderschap tegen Januari neer te
leggen, maar de dood is hier tusschen-
beide gekomen,en zijn wensch, om mid
den in zijn werk te worden weggenomen,
is vervuld. Jan aldus spr. bewogen
wij zullen je werk voortzetten.
Allen verlieten daarop den dooden-
akker.
Wie heeft winterspelen te missen?
Het Burger-Comité voor O. en O. van
gemobiliseerden deelt ons mede, dat zich
onder de gemobiliseerden een stijgende
moeite waard is, om te zien."
„O, ik zal heel graag meegaan."
„En juffrouw Fanshawe?"
„O, die zou voor geen geld den nieu
wen kruidentuin verlaten, waar zij mee
bezig is, en daarenboven kan zij niet ver
wandelen, maar ik zal het haar natuur
lijk vragen. In ieder geval hoop ik om 10
uur bij u te zijn."
„Hoe stelt u het toch zonder rijtuig?"
vroeg meneer Trenchard, terwijl hij, met
zijn armen op het hek geleund, haar
lachend aankeek.
„O, heel goed. Ik houd van wandelen,
en ik kan*het wagentje van boer Jay lee-
nen, als ik in Helmsbury boodschappen
moet doen."
„En durft juffrouw Fanshawe dan
met u mee te gaan? Ik heb gehoord, dat
zy erg bang is voor vreemde paarden."
Vivian lachte vroolijk.
„Ze zegt, dat ze geen behoefte heeft,
om Helmsbury ooit terug te zien, maar
als ze ergens heen zou willen rijden, dan
durft zij zich volkomen aan mij toe te
vertrouwen. Ik kan goed rijden. Ik heb
thuis altijd gereden."
„Uw nieuwe rentmeester heeft ons
gisteren een bezoek gebracht. Hij is van
plan, om een paard te koopen by onzen
boer.
„Ja, dat weet ik."
behoefte doet gevoelen aan gezelschaps
spelen. Het adres van den secretaris is:
Mr F. W. Adriaanse, Lange Delft 52.
Week der gebeden.
Naar wy vernemen zal ook begin 1940
hier weer de week der gebeden worden
gehouden. De samenkomsten zullen
plaats hebben Maandag 8 tot en met Za
terdag 13 Januari. Predikanten uit ver
schillende kerken zullen de byeenkom-
sten leiden.
Woensdagavond hield de vereeni
ging „Ijsvermaak" haar algemeene ver
gadering. De voorzitter, dhr Smit, sprak
er zyn voldoening over uit dat de be
langstelling voor deze vergadering groo-
ter was dan voorgaande jaren en gaf
daarna een overzicht van de verrichtin
gen der vereeniging gedurende het afge-
loopen jaar. Het Bestuur was ook reeds
met de noodige voorbereidingen gereed
om dit jaar eenige verbeteringen tot
stand te brengen op de ysbanen welke
echter door de nu ingetreden dooi nog
niet geheel zyn uitgevoerd kunnen wor
den. Het ligt in de bedoeling een betere
verlichting op de banen te doen aan
brengen en voor de schoon- of kunstrij
ders een speciale baan aan te leggen.
Ook zal getracht worden door het aan
brengen van vlaggen en wimpels de ves
ten een vroolyker aanzien te geven,
waardoor het vertoeven op de vesten
prettiger wordt. Algemeen was men van
oordeel, dat het medeleven met de ver
eeniging nog veel te wensehen overlaat
en het voor het verkrijgen van goede ba
nen dringend noodig is dat zich meer le
den aanmelden.
Het verslag van den Penningmeester
gaf reden tot tevredenheid omdat het
batig saldo is vermeerderd tot f674,50.
De ontvangsten bedroegen in het af-
geloopen seizoen f 863,20 en de uitgaven
f 843,18. Het aantal leden vermeerderde
van 89 tot 144 en dat uer adspiranten
van 9 tot 30. De heeren H. Franken en
van Riessen werden by acclamatie als
bestuursleden herkozen. Besloten werd
zoodra de banen voor het publiek wor
den opengesteld, daarvan onmiddellyk
mededeeling te doen aan de pers met
verzoek dit per bulletin aan te plakken.
Aan het slot deed de voorzitter nog
mededeeling dat de vereeniging op 10
Nov. 60 jaar bestond, terwijl als bijzon
derheid kon worden gememoreerd dat de
heer H. Bliek reeds 40 jaren onafgebro
ken lid en bestuurslid der vereeniging
was, waarmede hij door den voorzitter
op hartelijke wijze werd gefeliciteerd.
Hem werd dank gebracht voor het vele
werk dat hij in al die jaren voor de ver
eeniging in het bijzonder en voor het
schaatsenrijdend publiek in het alge
meen heeft gedaan.
lerseke. De heer A. Lindenberg, waar
van we gisteren schreven dat hij met
dubbele beenbreuk in een ziekenhuis was
opgenomen, is niet aangereden door een
auto, maar bij een botsing van een bus
en een vrachtauto als passagier ver
wond. Hij is opgenomen in Eudokia te
Rotterdam. Zijn vrouw is slechts licht
aan het hoofd verwond en is na bij ken
nis te zijn gekomen, naar de woning van
haar zoon te Schiedam teruggekeerd.
De oesterverzending is voor en met
de Kerstdagen zeer goed geweest. Voor
al België heeft geweldig veel afgeno
men. Men schat de verzonden hoeveel
heid op dezelfde als in 1938. Alleen de
prijzen zijn laag. De kleinere soorten als
1 en 0 gingen weg voor de helft van ver
leden jaar.
Wemeldirtge. Op de gehouden bazar
zijn gevonden een heeren- en een motor
handschoen. Inlichtingen verstrekt de
gemeenteveldwachter. (Belangeloos be
richt.)
Driewegen. Alhier zyn gebreid en ver
zonden 47 kleedingstukken voor de mili
tairen. Verder werden aan de 21 gemo
biliseerden van onze gemeente Kerst
pakketten gestuurd.
„Hij begrijpt het volkje hier veel be
ter, dan George Gill ooit had kunnen
doen, al had hij honderd jaar onder ons
gewoond."
„Ja iedereen schijnt hem te mogen lij
den en toch treedt hij zoo streng, zelfs
bijna ruw, tegen hen op. Ik ben be
nieuwd, of ik ze ooit zal leeren kennen!"
„Begint u maar, met morgen met ons
mee te gaan en alles wat hen betreft, te
vergeten."
Hij knikte vroolijk en reed daarop weg.
Vivian viel het opeens op, hoe slordig
de tuin er begon uit te zien. De bladeren
lagen dik op den grond, en de borders die
er eerst zoo frisch en fleurig hadden
uitgezien, waren nu verwelkt en verdord.
Zij sloeg het pad in, dat naar de plek
voerde, waar juffrouw Fanshawe haar
kruidentuin wou maken, en trof haar in
druk gesprek met den eenen tuinman,
dien zij aan had gehouden. Hij schudde
zijn hoofd en scheen bepaald uit zijn hu
meur.
„Ja, maar Michael", zei juffrouw
Fanshawe, „het is nu de tijd, om te plan
ten, en ik kan werkelijk zelf dit stuk
niet omspitten."
„Wat is er aan de hand?" vroeg Vi
vian.
(Wordt vervolgd.)