Het grensincident bij ïenlo.
Kou op de borst
Duitsche waarschuwingen aan ons adres.
De neutralen en de blokkade-bepalingen.
Uitbreiding van hetDuitsche mijnen
veld onder de Zweedsche kust.
De luchtoorlog.
Binnenland.
De Posterijen en het platteland.
Luitenant Klop gedood.
Het nieuwe Belastingontwerp.
de bestemming uit de Lobitobaai in Por-
tugeesch West-Afrika, waar het een toe
vlucht had gezocht by het uitbreken van
den oorlog, was vertrokken, is door de
bemanning tot zinken gebracht, aange
zien z\j wilde voorkomen, dat het schip
in vijandelijke handen zou vallen.
De geheele bemanning en 35 passa
giers, onder wie 18 vrouwen, is door een
Engelsch oorlogsschip gered.
De Woermann had eerst een Engelsch
koopvaardijschip aangehouden en de
Duitsche prijsbemanning zou juist over
stappen, toen een Engelsch oorlogs
schip naderde op het draadloos sein
van den kapitein van het Engelsche
schip. In een ommzien nam de Duitsche
kapitein het besluit zijn schip tot zin
ken te brengen, aan welk bevel zoo vlug
gevolg gegeven werd, dat de opvarenden
nauwelijks tijd hadden zich in veiligheid
te brengen.
Een telegram uit Bayonne meldt, dat
een Fransche treiler door een Duitsche
duikboot is getorpedeerd. De bemanning
werd door Spaansche visschers aan
boord genomen.
Uit Marseille wordt gemeld, dat een
neutraal schip naar deze havenstad is
opgebracht.
Onder de talrijke passagiers, die zich
aan boord bevonden, waren 250 Duit-
schers. Hiervan is een honderdtal van
boord gehaald, om naar een concentra
tiekamp te worden gebracht.
De postzakken, met voor Duitschland
bestemde post, werden eveneens van
boord gehaald en zijn in beslag geno
men.
DE DUITSCHE KRUISER TOT
ZINKEN GEBRACHT?
Volgens de „Sunday Times" verluidde
in goedingelichte scheepvaartkringen
op het continent en in de Vereenigde
Staten, dat het Duitsche vestzak-slag
schip „Deutschland", door een Britschen
kruiser tot zinken zou zijn gebracht.
Men gelooft, dat de „Deutschland"
slaags raakte met een Britsch schip en
na een zwaar bombardement trachtte
weg te stoomen, daarbij gebruik makend
van zijn grootere snelheid, toen een
tweede Britsch oorlogsschip ter plaatse
kwam en de „Deutschland" met succes
met torpedo's en granaatvuur aanviel.
Te Londen was geen bevestiging van
bovenstaand bericht te verkrijgen.
SCHEPEN VERGAAN.
Naar Reuter meldt is de Sussex, een
schip van 11.066 ton met koelinrichting
in het Kanaal op een mijn geloopen. Het
werd licht beschadigd en kon in de
Theems gesleept worden.
De Sussex is in 1937 gebouwd.
Het Londensche stoomschip Hookwood
(5926 ton), is Donderdagavond op een
Duitsche mijn geloopen en gezonken.
Twee opvarenden worden vermist. De
rest der bemanning is aan de Noord
oostkust van Engeland aan land ge
bracht.
Volgens een bericht van het D.N.B. uit
Kopenhagen is het Engelsche s.s. Bord-
field op 12 Nov. bij Leith op een mijn ge
loopen en gezonken. Een uur later liep
daar ook de Dryburgh op een mijn en
werd daarna in zinkenden toestand op
het strand gezet. Volgens Zweedsche be
richten, aldus het D.N.B., liggen in den
mond van de Humber niet minder dan
26 wrakken.
Vernomen werd, dat drie man verlo
ren zijn gegaan toen een stoomschip,
waarvan de naam niet bekend is, j.l.
Donderdag op een mijn liep en zonk aan
de kust van Kent. Een oorlogsschip be
gaf zich naar de plek des onheils en
pikte bijj het licht van lantaarns 14 over
levenden op.
LONDENSCHE HAVEN WEER
OPENGESTELD.
De Londensche haven is weer openge
steld voor het verkeer, nadat zij gedeel
telijk gesloten is geweest, teneinde de
mijnen, die door vliegtuigen in de
Theems waren geworpen, op te ruimen.
MIDDEL TEGEN MAGNETISCHE
MIJNEN?
De „Sunday Dispatch" publiceert on
der den kop „Engeland heeft het ant
woord gevonden op de magnetische mij
nen" op zijn eerste pagina een bericht
van een medewerker, die verklaart, dat
electro-chemische deskundigen van de
admiraliteit zeer spoedig een middel
hebben gevonden, om een krachtig elec-
tro-magnetisch veld te ontwikkelen,
eenige honderden voeten vóór de mijnen
vegers, met het gevolg, dat de mijnen,
zonder schade aan te richten, explodee-
ren.
DE PILSUDSKI GEZONKEN.
Het Poolsche schip Pilsudski dat
14300 ton meet, is aan de Noord-West
kust van Engeland gezonken. Volgens de
eerste berichten is het schip getorpe
deerd, volgens latere berichten op mij
nen geloopen.
Een Britsche torpedojager heeft 103
overlevenden van de Pilsudski aan land
gebracht en een Britsche treiler heeft
68 schipbreukelingen aan boord geno
men. Vele Polen zijn gewond, anderen
lijden ernstig door koude en ontbering.
De overlevenden verhaalden, dat een
vreeselijke ontploffing het schip naar
stuurboord deed overhellen. Twee minu
ten later vernielde een tweede ontplof
fing het schip geheel. De kapitein gaf
toen bevel het schip te verlaten, waarop
de booten snel uitgezet werden. Men ge
looft, dat het schip op twee mjjnen is
geloopen.
Men vreest, dat zeven opvarenden van
de Pilsudski vermist worden.
De kapitein, Stankiewieck, die het
laatst het schip heeft verlaten, is om
het leven gekomen.
De Pilsudski, een van de modernste
schepen van de Poolsche handelsvloot,
was in 1935 gebouwd.
Het schip was door de Engelschen ge
charterd.
ZWEDENS SCHEEPVAART BEDREIGD
De Duitsche mijnversperring voor de
Sont in Noordelijke richting is uitge
breid, waardoor de acht meter vaargeul
bezuiden, Falstorbo is afgesloten. De
Zweedsche regeering zal onmiddellijk te
Berlijn protesteeren.
Duitschland erkent thans, in tegenstel
ling tot wat in den vorigen oorlog het
geval was, Zwedens vier mijls-zone niet
langer. Er zijn mijnen gelegd in door
Zweden sedert ongeveer twee eeuwen als
Zweedsch territorium beschouwde wate
ren.
Nadat Duitschland eenige weken gele
den dezen maatregel had aangekondigd,
'hebben verschillende Zweedsche bladen
hem reeds bij voorbaat als een uiterst
onvriendelijke idaad jegens Zweden en
als een ernstigen slag voor de Zweed
sche scheepvaart en handel gekarakteri
seerd.
Blijkbaar heeft Duitschland zich hier
aan niet gestoord.
Men verwacht, dat nu van een voort
zetting van de Duitsch-Zweedsche han
delsonderhandelingen geen sprake zal
kunnen zijn.
De uitbreiding van de mijnenversper-
ring beteekent niet alleen ernstige be
zwaren voor den Zweedschen invoer en
uitvoer, maar ook dat grootere Zweed
sche oorlogsschepen niet meer van de
oostkust naar de westkust of omgekeerd
kunnen komen.
Het commando van de Duitsche weer
macht deelde gisteren mede:
Op 25 November hebben af deelingen
van de Duitsche luchtmacht Britsche zee-
strijdkrachten in het noorden van de
Noordzee aangevallen. Er werden vier
volle treffers geplaatst, waarvan een op
een kruiser van de Aurora-klasse.
De verkenningsactie der luchtmacht
strekte zich gisteren wederom uit tot
boven de Shetland-eilanden.
De vijand trachtte gisteren over Helgo
land naar Noord-West-D'uitschland te
vliegen, doch hij werd bij de Noordzee
kust door het Duitsche afweervuur ge
dwongen terug te keeren.
Het Duitsche luchtwapen heeft geen
verliezen geleden.
Reuter meldt uit Londen: Een aantal
vliegtuigen werd Zaterdag waargenomen
nabij ide Orkaden. De sirenes loeiden en
het luchtalarm duurde 35 minuten.
De vliegtuigen deden geen poging bo
ven het eigenlijke gebied der eilanden te
komen. Nadat zij gedurende bijna drie
kwartier gehoord waren, zakte 'het geluid
der motoren geleidelijk af. De menschen
aan de kust dachten, dat ide toestellen
mijnen in zee zouden laten vallen. Men
beeft de machines niet kunnen zien.
Het Britsche ministerie van luchtvaart
deelt mede, dat Britsche militaire vlieg
tuigen een succesvolle vlucht boven N.-
West-Duitschland hebben gemaakt.
De Royal Air Force voert gestadig ver
kenningsvluchten uit boven de Duitsche
versterkingen, spoorwegen, wegen, vlieg
velden en fabrieken. D'e meeste vluchten
geschieden zonder eenig verlies en de
verkregen, inlichtingen en foto's zijn van
vitaal belang.
Onlangs hebben Britsche machines bo
ven Willhelmshaven gevlogen en, ondanks
het he'vige afweergeschut, zonder verlies
hun werk verricht.
VERLIEZEN DER DUITSCHE
LUCHTMACHT.
Het D. N. B. meldt uit Berlijn:
Nu een nauwkeurig rapport is ontvan
gen over iden strijd op 23 November j.l.
kan worden medegedeeld, dat bij lucht
gevechten in de omgeving van Zweibrüc-
ken tusscben Messerschmidttoestellen en
Fransche Morane-vliegtuigen, nog twee
Fransche toestellen omlaag zijn gescho
ten, zoodat in totaal op 23 November vijf
Fransche vliegtuigen zijn neergeschoten.
Van de Duitsche vliegtuigen, die ver
kenningsvluchten hebben gemaakt boven
West-Frankrijk zijn vier boven Fransch
gebied omlaag geschoten, twee moesten
op Franscfe gebied een noodlanding ma
ken en een zevende toestel wordt vermist.
DS NIEMÖLLER.
De meest fantastische geruchten blij
ven de ronde doen met betrekking tot
ds Niemöller.
Eenigen tjjd geleden werd gemeld, dat
hjj had verzocht weer het commando
over een duikboot op zich te mogen ne
men, zooals hij dat in den vorigen oor
log had gedaan.
Volgens den correspondent van de
„Neue Züricher Zeitung" zou Niemöller
thans uit het concentratiekamp Sach-
senhausen tot rijkskanselier Hitier het
verzoek hebben gericht, dienst te mogen
nemen bij de weermacht en aan het
front te mogen strijden. Hitier zou het
verzoek hebben verworpen.
De correspondent van genoemd blad
geeft verder bijzonderheden over het le
ven van den gevangene, die, vergeleken
met andere gevangenen, zekere gunsten
zou genieten. Hij leest veel. Hij zou de
depressie te boven zijn gekomen, waar
onder hy een zekeren tijd geleden heeft.
Zijn familie woont nog steeds in Dahlem.
Wrijf deze krachtige zalf op keel, bont en rug.
Ze werkt als pappleister en door de genees
krachtige dampen, die U inademt. Verwijdert'
.congestie, vergemakkelijkt ademhaling en helpt
de meeste kou in één nacht.
1
EEN NIEUW SCHIP VAN DEN
ROTTERDAMSCHEN LLOYD.
Een zusterschip van de Japara en de
Bantam.
Naar wij vernemen heeft de Rotter-
damsche Lloyd aan de machinefabriek
en scheepswerf van P. Smit Jr. te Rot
terdam opdracht gegeven tot den bouw
van een motorvrachtschip, dat 12.000
ton zal meten. Het schip is bestemd
voor den dienst op Indië. Het wordt een
zusterschip van de Japara en de Ban
tam. Onvoorziene omstandigheden voor
behouden zal het schip in April 1941 in
de vaart worden gebracht.
DE WEGENTROEPEN.
In het eindverslag over het wetsont
werp tot het onder de wapenen blijven
van dienstplichtigen wordt gezegd, dat
het ongewenscht geacht wordt, dat de
wegentroepen in het geheel niet zyn ge
wapend. Aangedrongen wordt op het be
vorderen van de spoedige instelling van
een lichte bewapening voor deze troepen.
DE NIEUWE LEIDERS VAN HET
LEGER DES HEILS IN ONS LAND
Zaterdagavond te Amsterdam
aangekomen.
De nieuwe leiders van het leger des
heils in Nederland, kommandant Alfred
J. Benwell en mevrouw E. BenwellAn
dersen zijn Zaterdagavond met den extra-
trein uit Vlissingen, die voor de gered
den van Simon Bolivar was ingelegd, in
de hoofdstad aangekomen.
Toen kommandant en mevrouw Ben-
will den trein hadden verlaten, leidde
luit.-kolonel Estill hen naar de eerste
klasse wachtkamer; mevrouw kolonel
Bakker, de echtgenoote van den leider
van het eigendommen-departement van
het hoofdkwartier, bood mevrouw Ben-
will bloemen aan.
De aanwezige officieren van het Leger
des Heils zongen hierna den nieuwen
leider de zegenbede „Dat 's Heeren zegen
op u daal" toe. Luitenant-kolonel Estill
sprak vervolgens namens de officieren
een kort welkomstwoord, waarin hij kom
mandant en mevrouw Benwell welkom
heette in Nederland en in Amsterdam.
God dankte, dat hij hen veilig had over
gebracht naar hun nieuwe bestemming.
Hij sprak den wensch uit, dat God hun
arbeid in Nederland rijkelijk zal zegenen.
Kommandant Benwell dankte voor de
hartelijke ontvangst en maakte zijn ver
ontschuldiging, dat hij- het Leger des
Heils in Nederland zoo lang heeft laten
wachten. Maar wij hebben aldus de
kommandant een recordreis gemaakt:
van Engeland naar Nederland in vier
dagen.
Met ons geheele hart willen wij ons
aan en voor het werk in Nederland geven
en aldus besloot spr. moge God
onze pogingen zegenen.
Zooals bekend is de plechtige en feeste
lijke ontvangst, die heilssoldaten hun
nieuwen leiders bij aankomst aan het
Centraal station wilden bereiden, afge
last, omdat deze de reis maakten gelijk
met de geredden van de Simon Bolivar.
Toch was er bij de stationsuitgang nog
veel publiek, dat kommandant en me
vrouw Benwell hartelijk verwelkomde.
HET PEIL VAN RADIO-UIT
ZENDINGEN.
In het voorloopig verslag van de Eer
ste Kamer over de begrooting van het
Staatsbedrijf der P.T.T. voor '40, wordt
de wensch uitgesproken, dat niet naar
verdere vergrooting van de winst zal
worden gestreefd langs den weg van ver
hooging van tarieven. Ook werd van
meer dan een kant aandacht gevraagd
voor de keerzijde der medaille van de zoo
gunstige financieele uitkomsten. Zoo
werden klachten geuit over de bediening
van het publiek ten plattelande en de te
lage bezoldiging van een deel van het
personeel.
Eenige leden bepleitten afschaffing
van het vijfcentstarief, verschuldigd bij
opneming van gelden uit het eigen post
girosaldo.
Enkele leden achtten een scherpe con
trole op de radiouitzendingen noodig, in
het bijzonder met het oog op de handha
ving van Nederlands neutraliteit ten
aanzien van het huidige Europeesche
conflict.
Ook wenschten zij een nauwkeuriger
toezicht ter verhooging van het bescha
vingspeil der uitzendingen, waaronder er
zijn, vooral indien zij voor soldaten
worden gegeven welke niet aan rede-
lijke eischen voldoen.
GEEN OOG VOOR DEN ERNST VAN
EEN DUITSCHEN OVERVAL
OP ONS GRONDGEBIED.
In de Nachtausgabe maakt de heer
Kriegk, die tot gezaghebbende kringen
in goede betrekking staat, zich vrooljjk
over de „sprookjes", welke het bureau
van Havas (blikbaar, zoo zegt de heer
Kriegk op bevel van het Engelsche leu
genministerie) heeft verteld over impe
rialistische plannen van Duitschland en
over op het laatste oogenblik weer af
gelaste bevelen om Nederland (op 12
November) en Zwitserland aan te val
len. Het opschrift van dit artikel luidt:
„Havas verzint Duitsche oorlogsplannen.
Hoe Frankrijk's ophitsers hun volk mis
leiden. Sprookjes over den aanval op
Nederland en Zwitserland."
Dit opschrift zal mogelijk lieden, die
zich ongerust hebben gemaakt of nog
maken, geruststellend in de ooren klin
ken. Dit kan echter niet worden ge
zegd van de taal, welke de Diplomatisch-
Politische Korrespondenz wederom te
gen ons land laat hooren.
„De neutrale staten", zoo leest men in
dit orgaan van de Wilhelmstrasse, „wor
den als de geschiktste immers veilig
ste plaats beschouwd om de veilig
heid van Duitschland te bedreigen en te
ondermijnen. In bepaalde plaatsen is het
daarbij reeds zoover gekomen, dat daar
de wilskracht niet meer bestaat om de
dingen zoo te zien, als zij zijn en dien
overeenkomstig zoo te handelen als
noodzakelijk zal wezen". Nadat zij er
nog eens den nadruk op heeft gelegd
hoezeer men te Berlin de pogingen euvel
duidt om de werkzaamheden van de
twee Engelsche agenten op Nederlandsch
gebied te verbloemen en hen zelfs als een
soort vredesapostels voor te stellen,
schrijft de Diplo verder: „Zulke be
lachelijke uitvluchten om niet van
medeplichtigheid te spreken wekken
niet op tot scherts, maar nopen tot ern
stig nadenken.
Want, zooals nu de staat van zaken is,
brengen zij symptomen aan het licht,
waar Duitschland niet achteloos aan kan
voorbijgaan maar die veeleer het Duit-
Hoewel van officieele zijde geen mede-
deeling werd verstrekt, verneemt de
Telegraaf, dat de eerste luitenant D.
Klop, wonende te Den Haag, bij den
overval op de auto in de buurt van
Venlo, gepleegd op Nederlandsch
grondgebied door acht Duitschers, is ge
dood.
Luitenant Klop bracht zijn jeugd door
in Nieuw Helvoet en bezocht de R.H.
B.S. te Den Briel.
Na zqn eindexamen, omstreeks 1920,
trad hij in dienst bij een cargadoorsfir
ma te Antwerpen; eenige jaren later
kreeg hij een functie by Philips te Eind
hoven. Intusschen had hij al eens gesol
liciteerd om by de weermacht te kunnen
dienen. Tien jaar geleden ongeveer werd
door Defensie het verzoek tot hem ge
richt, af hij alsnog bereid was in den
militairen dienst te treden, op welk ver
zoek hij terstond inging. Het liefst wilde
hij bij de luchtmacht worden ingedeeld.
Dit verlangen sproot voort uit een ze
kere zucht naar avontuur, waarvan hij
reeds als jongen diverse malen biyk had
gegeven. Eenigen tyd geleden werd hy
geplaatst bij den generalen staf.
Aangaande den overval deelt ge
noemd blad nog mede
Op den bewusten datum, eenigen tijd
voordat de oVerval geschiedde, kwam uit
de richting Gladbach aan het Duitsche
douanekantoor een vrachtauto met zit
plaatsen zooals de militairen in Duitsch
land veelal gebruiken, waarin zich een
aantal personen bevond, die volgens hun
kleeding tot den arbeidsdienst behoor
den. De auto draaide hier. Het bleken
ambtenaren van de Duitsche geheime
politie te zijn. Voor den vorm liepen en
kelen met schoppen rond, doch achter
het douanekantoor kleedden zij zich in
burger. Voor dien tijd waren de dienst
doende S.S. en de Duitsche douane-be
ambten geïnstrueerd, dat zij op het ge
ven van een teeken, de slagboomen
moesten openen, want er was „ueber die
Grenze etwas zu schaffen". Het teeken
zou zijn een opvallend afnemen van den
hoed door den leider van de Gestapo, die
in Dusseldorp gestationneerd is. Toen de
Nederlandsche auto stopte en de Gesta-
po-leider met den hoed zwaarde, storm
den de beambten de Nederlandsche grens
over, terwijl de Duitsche vrachtauto
achterwaarts eveneens op Nederlandsch
gebied kwam. De doode en de gewonde
zijn in de Nederlandsche auto gesleept,
waarop deze aan de vrachtauto werd
vastgemaakt. Hierop reed men Duitsch
land weer binnen, zonder aan het Duit
sche douane-kantoor nog te stoppen. De
beide Engelschen zijn niet gewond. De
auto reed rechtstreeks naar Dusseldorp.
Verder vernemen wij nog, dat luite
nant Klop, die de Engelschen vergezelde,
door het eerste schot, dat by den over
val werd gelost, doodeiyk is getroffen.
Ook is de chauffeur Lemmens gewond.
Twee vreemdelingen, Engelschen, en
twee Nederlanders, waaronder een offi
cier in burger, zijn dus door Duitschers
aangevallen op Nederlandsch gebied en
over de grens gevoerd, terwijl dit alles
zoo snel en zoo geraffineerd in zijn werk
ging, dat geen Nederlandsche douane of
sche rijk dwingen om er zyn aller
ernstigste „ernsteste" aan
dacht aan te wyden."
Een ander officieus correspondentie-
bureau vestigt eveneens de aandacht op
de mogeiykheid, welke de kringen, die
het op de veiligheid van het Duitsche
Ryk hebben voorzien, in neutrale landen
hebben gevonden om min of meer onge
stoord hun activiteit aldaar te ontwik
kelen. De ernst van de waarschuwingen
die de Diplo laat hooren kan, zoo zeggen
deze twee officieuze correspondentiebu-
reaux, nauwelijks worden onderschat.
Deze beschouwingen van Duitsche zij
de geven de„N. R. Ct." aanleiding tot de
opmerking, dat, indien de Nederland
sche regeering van iets overtuigd is, het
wel is de bescherming en handhaving
van onze strikte neutraliteit. Mocht der
halve op ons grondgebied een activiteit
van vreemdelingen worden opgemerkt,
welke met onze neutraliteit onvereenig-
baar is, dan zal onze regeering voorze
ker niet aarzelen daaraan een einde te
maken. Trouwens, uit de taak van den
Nederlandschen officier bij het bezoek
van de Engelschen Best en Stevens aan
de NederlandschDuitsche grens blijkt
reeds de zorg onzerzijds om te voorko
men, dat zich op Nederlandsch grondge
bied ongewenscht practijken zouden
voordoen.
Overigens wordt in de Duitsche be
schouwingen klaarbiykelyk geen aan
dacht geschonken aan het ern
stige feit, dat het op Ne
derlandsch grondgebied
was, dat op de twee Engel
schen en de hen verge
zellende Nederlanders
een kennelgk georgani
seerde overval geschied
de, met als resultaat den
dood van een Nederlandsch
officier en de ontvoering
van de anderen naar
Duitschland.
De ernst van deze omstandigheden
zouden in de beschouwingen van de Di
plo meer dan een waardig pendant heb
ben kunnen vormen tegenover den
„ernst van waarschuwingen", welke het:
Duitsche orgaan doet hooren.
grenswacht er iets aan kon verhinderen
Daar ontwijfelbaar vaststaat, dat een
en ander geschiedde op Nederlandsch
gebied, hebben wij hier te doen met een
grove schending van onze neutraliteit.
RECHT OP SCHADELOOSSTELLING.
In de „Libre Belgique" wijdt mr Paul
Struye een uitvoerig artikel aan de ver
scherping der Engelsche blokkadebepa
lingen.
Daarin raadt hij de neutralen aan hun
krachten vooral te richten op het ver
krijgen van schadeloosstelling en compen
satie. Het klaarblijkelijk overdreven lang
ophouden van hun schepen geeft hun
reeds volgens het volkenrecht op schade
loosstelling.
En wat de nieuwe schade betreft, die
voortvloeit op het embargo op Duitsch*
exportgoederen, verwijst hij naar een ana
loog geval, waarin art. 16 van het Vei
kenbondspact voorzag. In geval var. col
lectieve sancties, die sedert 1919 in het
volkenrecht opgenomen werden, moesten
de leden van den Volkenbond maatrege
len nemen om de verliezen en nadeelen
die voortvloeien uit de toepassing dier
sancties, tot een minimum te beperken.
Wel kan dit artikel, juridisch gespro
ken althans, niet te hulp geroepen wor
den, maar feitelijk dwingen de geallieer
den tegenwoordig de neutralen deel te
nemen aan een soort sanctie.
Het minste dat de neutralen dns than -
kunnen eischen, is, dat men, zooals in
1919 werd bepaald, tot een minimum de
verliezen beperkt, welke men ze dwingt
te lijden.
Van oorlogswinstbelasting vooralsnog niet
veel te verwachten.
Verschenen is de Memorie van Ant
woord aan de Eerste Kamer op het voor
loopig verslag over het ontwerp van wet
houdende tijdelijke voorzieningen tot ver
sterking van de middelen tot dekking
van de uitgaven des Rijks.
Naar aanleiding van de bezwaren, die
sommige leden vooralsnog hebben tegen
het financieele kader, waarin het onder-
werpelijke wetsvoorstel is geplaatst, merkt
minister de Geer op, dat het ontwerp
inderdaad niet anders beoogt dan, teza
men met de in uitzicht gestelde vervan
ging van de dividend- en tantièmebelas
ting door een winstbelasting, de midde
len te verschaffen tot dekking van het
voor 1940 geraamde begrootingstekort.
Gegeven de urgentie van deze voorzie
ning, was het den minister onmogelijk,
daaraan te verbinden het nemen van
maatregelen tot dekking van de buiten
gewone uitgaven.
Dat van de opbrengst van een oorlogs
winstbelasting ten deze in de gegeven
omstandigheden niet te veel mag worden
verwacht, is ook de meening van den
minister.