EEN NIEUW VAOCINEWETJE. Akkertje 1 en met zilveren randen. Uit de Provincie Tolheffing op de brug over de Zandkreek. ""•i i DE ZEEUW van Woensdag 8 November 1939-Tweede Blad. Na den Indirecten dwang, thans de individueele drang. Het wetsontwerp met 62 tegen 18 st, aangenomen. FEUILLETON MIDDELBURG. GOES. ZUID-BEVELAND. Koortsig Neem n lllill fll§ Ifltl De Tweede Kamer heeft gisteren be handeld het wetsontwerp inzake nieuwe bepalingen betreffende de inenting tegen pokken. De zaak waarover het hier gaat ls wel eenlgszins bekend. Det z.g. indireote vaoolnatiepllcht (de eisch, dat men een „pokkenbriefje" moet overleggen om in de school te worden toegelaten) is sinds 1928 opgeschort als gevolg van het optreden van encephalitis na inenting. Die opschorting is eenige malen ver- I lengd, laatstelijk voor den termijn 1 Jan. 1938 tot 1 Jan. 1040. Men stond dus we derom voor de vraag: terugkeer tot de Indirecte verplichting, verlenging van de opschorting, of een nieuwe regeling? Met de Staatscommissie van 1038 was zoowel oud-minister Romme als minis ter van den Tempel van meening, dat wederinvoering van den (indirecten) dwang met het oog op de gevreesde com plicatie na inenting niet mogelijk is. Evenmin achtten zij aanvaardbaar om den bestaanden tydelyken toestand nog langer te doen voortduren. Reeds is 1 millioen kinderen niet ingeënt. De immu niteit van ons volk tegen de pokken is dus sterk afgenomen, en kan in tijd van oorlogsgevaar en oorlog zeer bedenkelijk worden. Bovendien staat bij optreden van pokken of alastrim te wachten, dat met spoed en in massa tot inenting zal worden overgegaan en dan op een leef tijd, die blijkens de ervaring veel grooter kans op encephalitis oplevert dan by vaccinatie van kinderen beneden de 2 jaar. Vandaar dat de Regeering, in overeen stemming met de Staatscommissie, ge komen is tot een wetttelijke regeling tot bevordering van de inenting tegen pok ken van kinderen beneden de 2 jaar. Niet door dwang, doch door wettelijk gere- gelden individueelen drang. Ouders worden nu verplicht, vóór het kind één jaar is, het bewijs van vac cinatie over te leggen. Is het kind in zijn eerste jaar niet gevaccineerd, dan moe ten de ouders aan den burgemeester een verklaring overleggen waarom de inenting werd achterwege gelaten. Tenzij het motief van medischen aard is en een medicus bevestigt, dat met hem over de (niet)-inenting overleg is gepleegd in welk geval de oproeping achterwege kan blijven roept de burgemeester dege nen, die zulk een verklaring van niet- inenting hebben ingediend, op, om voor hem of een door hem aan te wijzen amb tenaar en geneeskundige te v e r s c h ij- n en ter bespreking van hun ver klaring. De ouders blijven dus vrij om hun kind al of niet te doen inenten. Alleen wordt er officieel drang op hen uitgeoefend om wel tot inenting over te gaan. Algemeene instemming vond dit ontwerp in de Kamer niet. Mevr. Bakker North (V.D.) ver klaarde er voor te zullen stemmen in de hoop, dat spoedig kan worden overge gaan tot verplichte inenting. De heer K r ij g e r (C.H.) vond dezen dwang toch nog te ver gaan. Zijn vrees voor de ruïneuze gevolgen van encepha litis, die soms optreedt na inenting, belet hem vóór het ontwerp te stemmenhij is van meening dat de Regeering zich heeft te onthouden van dwang, zoolang het gevaar voor encephalitis niet is wegge nomen. Buitendien brengt het voorstel zware kosten mee voor de gemeenschap en het is niet juist dat de vrijheid van de ouders onaangetast wordt gelaten. Men make vrij baan voor de particu lieren, die de vaccinatie beneden twee jaar propageeren, maar meer niet. Ds Zandt (Stk. Geref.) handhaaft zijn bekende principieele bezwaren. Elf jaar is er geen dwang geweest en spr. is daar best tevreden mee, doch de vaccina tie aanbidders hebben niet gerust voor- Naar het Engelsch van EMMA JANE WORBOISE 138.) __o_ Ik had aan Eleonore geschreven, dat wij elkaar zouden ontmoeten in de St. George-kerk, en op het bepaalde uur vond ik haar daar. Wij namen plaats op de galerij, van waar wij den ganschen stoet konden overzien, zonder zeiven te worden opgemerkt, of ten minste her kend, onder de groote menigte der toe schouwers. Lang behoefden wij niet te wachten; de bruidegom kwam spoedig met zijn vrienden en ik hoorde om mij neen allerlei gissingen, wie onder al die heeren toch wel „de gelukkige man" was. Louis zag er tamelijk ongelukkig uit, verlegen met zich zeiven, met ieder een, en met alles om hem heen; daarbij was zijn uiterlijk bespottelijk jeugdig, om de verantwoordelijkheid van echtge noot op zich te nemen. Zijn bruidsjonker dien ik nooit te voren ontmoet had, was veel levendiger en leek veel meer een bruidegom dan hy. Een oogenblik la- dat de rust verstoord is. In de staatscommissie had een homoe- opaath zitting moeten hebben (hoonge lach). Nu is haar rapport eenzijdig ge worden. Veel onnoodig werk wordt bur gemeesters en secretarieën opgedrongen, veel geld zal worden uitgegeven door ge meenten, die toch al Rjjkssteun genieten. Spr. zal tegenstemmen. De heer Ruys de Eeeren- b r o u c k (R.K.) meende dat de be langen van de gemeenschap moeten gaan vóór die van het individu. De ouders houden hier het recht van beslissing, doch een individueele drang wordt door de overheid toegepast. De katholieken kunnen daaraan hun goedkeuring hechten als een alleszins aannemelijke oplossing. Mevr. de V r i e sB ruins (S.D.) achtte de voorgestelde oplossing zeer aanvaardbaar, want de toestand is hoogst onbevredigend. Spr. achtte het teleurstellend, dat menschen als de heer Zandt hier altyd met hun oude bezwaren komen aandra gen; en onjuist dat deze over „vacci natieaanbidders" sprak. Wat gewetens bezwaren betreft, spr. heeft eens gele zen, dat die byna even besmettelijk zijn als pokken. Doch in elk geval wordt in dit ontwerp met deze bezwaren reke ning gehouden. Dr V o s (Lib.) kende groote, over wegende waarde aan vaccinatie toe, doch had onvoorwaardelijk zijn goedkeu ring gehecht aan de opschorting, toen encephalitis optrad. Maar vooral nu, in tijden van oorlog en oorlogsgevaar, wordt de verhouding heel anders. Spr. noemde inenting beneden twee jaar practisch zonder gevaar. Het risico van kinderen boven 2 jaar komt spr. voorshands nog te groot voor om dwang of indirecten dwang, aan te bevelen. In- tusschen, al is de voorgestelde regeling weinig bevredigend, zij biedt een ver betering. Al voegde spr. daaraan onmid dellijk toe, groote practische bezwaren te vreezen van den verschijningsplicht, en het afgeven van verklaringen door één deskundige. De heer Terpstra (A. R.) toonde zich erkentelijk dat de Regeering niet tot dwang had willen overgaan, ofschoon waarop wel van verschillende zijden was aangedrongen. Spr. wees er op, dat en cephalitis in den afgeloopen zomer nog enkele malen is voorgekomen, bij kinde ren boven twee jaar, waaruit evenwel niet mag worden afgeleid, dat inenten beneden twee jaar practisch zonder ge vaar geacht kan worden. Dwang mag ook nu niet toegepast worden, bij de uit voering van de wet. De burgemeester mag niet optreden als propagandist vóór inenting in geval van principieele bezwaren bij ouders. Ook tegen den verschijningsplicht van de ouders, en zeker, wanneer de va der reeds een medische verklaring heeft overgelegd, had spr. ernstige bezwaren. Velen voelen zich niet vrij' tegenover den burgemeester. En hoe zal het gaan, wan neer de burgemeester zélf zijn kinderen niet heeft laten inenten? De heer Duymaer van Twist (A. R.) had ook een homoeopatisch arts in de Staatscommissie benoemd willen zien. Nu is haar rapport eenzijdig. De wetenschap kent ook homoeopatische be strijding van het pokkengevaar. Zoolang deze wetenschappelijke strijd niet beslist is, had de minister geen partij mogen kiezén. Minister v. d. Tempel dankte voor den ondervonden steun en sloot zich aan bij de aan de Staatscom missie gebrachte hulde. Dit wetsontwerp brengt het minste van hetgeen op het gebied der vaccinatie noodzakelijk is. Men bedenke, dat de im muniteitstoestand van ons volk ernstig achteruit gegaan is. De overgroote meer derheid der deskundigen achten inenting beneden 2 jaar dringend noodig. Velen ter kwam de bruidsstoet, Clementie leunde op den arm van een geïmprovi- seerden vader. Ik weet mij niet meer te herinneren, hoe zij precies gekleed was, ik geloof in witte kant over een wit satijnen japon, en natuurlijk de onvermijdelijke oranje bloesem en de overige toepasselijke bloe men, benevens den kanten bruidsuier, die naar ik vernomen had van aanzien lijke waarde was. Doch Clementie was veel beter gekleed in haar gewonen veel- kleurigen opschik, dan in haar sneeuw- witten bruidstooi. Blijkbaar was wit haar kleur niet, want zij scheen oud en vervallen genoeg, om voor de moeder des bruidegoms te worden aangezien. Haar gelaat was nog onbeteekender dan ooit, en zij had zoo iets vreeselijk bur gerlijks, dat zij zelfs haar elegant toilet, door de beste modiste, madame Elise, vervaardigd, onbevallig maakte. Geen wonder trouwens, Madame Elise had on bepaalde volmacht gekregen, wat kost baarheid en elegantie betrof, en had zich gedrongen gevoeld hieraan te voldoen, doch het was haar schuld niet, dat de 35-jarige bruid verscheen in een toilet dat beter voor den leeftijd van 18 jaar geschikt was. Buitendien had de naai ster waarschynlyk nimmer den bruide- zyn zorgelijk gestemd ten opzichte van de immuniteit van het volk. De minister erkende, dat dit wetsont werp een compromis inhoudt. Nederland is nu eenmaal erg individualistisch, zelfs wanneer er gevaar dreigt voor de ge meenschap. Zelfs al zou vaccinatie ge vaarlijk zijn, is pokken dan niet veel er ger, een ware pestilentie Men moet de gevaren niet overdrijven De vrijheid der ouders blijft nu onaan getast, maar getracht zal wel worden vaccinatie beneden 2 jaar tebevor- deren. De ouders zullen beslissen met volledige kennis van zaken, ook van het gemeenschapsbelang. De belangen van de homoeopathie zul len in het oog worden gehouden bjj de verdere samenstelling van de Staatscom missie. De tot dusver gevoerde particuliere propaganda heeft een onbevredigend re sultaat gehad. Bij art. 5 lichtte de heer Terpstra (A.R.) een amendement toe, om het eerste lid van art. 5 den tweeden volzin aldus te lezen: Deze oproeping blijft achterwege, in dien de in de verklaring vermelde re den geheel of gedeeltelijk van genees kundigen aard is en bovendien over de vraag van de inenting overleg met een geneeskundige heeft plaats gehad, ten bewijze waarvan een schriftelijke ver klaring van den geneeskundige moet worden overgelegd. De Minister zette uiteen, dat hij het amendement niet kan overnemen. Men moet het stelsel van individueelen drang in ons land een goede kans ge ven, om aan erger, aan dwang, te ont komen. Het amendement werd verworpen met 39 tegen 41 stemmen. Vóór A.R., C.H., St. Ger. Chr. Dem. en tien Ka tholieken. Het ontwerp werd daarna aange nomen met 62 tegen 18 stemmen. ONTSLAG BURGEMEESTER. Bij K. B. is aan A. C. van Waes op zijn verzoek met ingang van 1 Januari 1940 eervol ontslag verleend als burge meester der gemeente Zuiddorpe. Onthulling gedenkramen en in gebruik neming orgel bij het Leger des Heils. In het korpsgebouw van het Leger des Heils aan de Hoogstraat alhier, had gis terenavond een bijzondere samenkomst plaats voor de onthulling van de drie gedenkramen en het in gebruik nemen van het orgel, zijnde een geschenk van de burgerij bij het 50-jarig bestaan van het korps. De leider der samenkomst majoor J. Malcorps richtte zich tot de aanwezigen met woorden van welkom en dit in het bijzonder tot den burgemeester en tot de leden van het jubileum-comité. Spr. bracht grooten dank voor aller betoonde sympathie. Het intensieve werken van het jubileum-comité is op hoogen prijs gesteld als een blijk van belangstelling met den arbeid van het Leger te Middel burg. Het doel is altijd geweest het zede lijk en stoffelijk welzijn der menschen te bevorderen. Het Leger is dankbaar dit werk te hebben mogen verrichten in naam van onzen Meester. Mr P. Dieleman hield daarna een bijbellezing over Ps. 148. Vervolgens wees spr. er op, dat hem in het Leger des Heils vooral steeds geeft aangetrokken, dat het rekening houdt men den enkeling en voorkomt dat men opgaat in de massa. Men heeft de Heilsoldaten wel genoemd de Halleluja-christenen, zij zijn echter de Christenen van „de daad". Het werk van het Leger beperkt er zich niet toe armen te helpen, want ook achter zijden gor dijnen wordt vaak veel geleden en ge worsteld en ook daar heeft men steun vaak hard noodig. De zangbrigade zong vervolgens, bege leid op het nieuwe orgel, „Jeruzalem". Het was de burgemeester, mr dr J. van Walré de Bordes, die het woord verkreeg voor de onthulling van de drie ramen. Spr. zeide, dat het hem een bij zonder aangename taak was om namens gom gezien. Clementie geleek bijna 40, toen zij naast den knaap stond, dien zij weldra, liefde, gehoorzaaheid en eerbied zou be loven. Het was een melancholiek gezicht; en zoo dacht iedereen er over, want wij hoorden de meest ondubbelzinnige aan merkingen der lieden, die als onbeken den den stoet gadesloegen. „Een man mag niet met zijn groot moeder huwen", zeide een vrouw op veelbeteekenenden toon, toen zij de bruid zag. „Die heeft ook zijn eigen verkocht!" merkte een vinnige straatjongen aan. „Wat zal zij jaloersch wezen!" luidde de opmerking van een kindermeid; „wat zal zij hem onder de plak houden't is schande om met zulk een jongen te trouwen; hij behoorde op school te zijn en zijn lessen te leeren!" Ik vergat nog te zeggen, dat Madame ook tegenwoordig was, zij was afschuwe lijk, met haar nieuwmodischen hoed en persische shawl; en, zooals iedereen, hoewel ten onrechte beweerde, met een pruik! Het haar van die ongelukkige oude vrouw wilde maar niet grijs wor den; en de tegenstelling tusschen haar donkere krullen en gerimpeld geel ge laat was zoowel verschrikkelijk als on- het Jubileum-comité thans aan te bieden het geschenk in natura, waarvoor spr. op de bijeenkomst op 6 Juli in de Con cert- en Gehoorzaal het geld kon over handigen bij de herdenking van het 50- jarig bestaan van het Middelburgsche korps. Spr. doelde op de drie gekleurde ramen en het orgel, waarnaar verlangd werd en die voor het bijeengebrachte bedrag konden worden aangeschaft. Dit als dank voor het vele werk, dat het korps te Mid delburg verricht. Het slaagt er bijna steeds in van a-sociale personen weder bruikbare menschen te maken. Niet al leen in de laagste, maar ook in alle hoo- gere klassen der maatschappij heeft men zulke moeilijke gevallen. Ja feitelijk is ieder een moeilijk geval. En die moeten allen worden opgelost. Er is niemand uitgesloten van de kans terug te keeren naar God. Het is soms heel moeilijk, maar het kan. Op verzoek van den burgemeester wer den nu de gordijnen voor de drie ramen weggetrokken en werden deze van buiten af met schijnwerpers belicht, De burgemeester droeg de ramen aan het Korps over, wetende, dat dit zich zal houden aan de woorden op het middel ste raam: „Christus voor de wereld, de wereld voor Christus". Nadat gezongen was „Lof zij den Heer, den Almachtigen Koning der eere", was het woord aan den bevelvoerend officier, kapitein E. Beverwijk, die zeide, dat de burgemeester nog ergens anders heen moest, anders had spr. hem gaarne dank gebracht voor alles wat hij als hoofd der gemeente en als eere-voorzitter van het Jubileumcomité voor het Leger deed en doet. Tot den voorzitter, Mr P. Dieleman, de penningmeesteres, mevrouw Boasson— Sanders en de secretaresse, Mr Anna Bolle en de verdere leden van het comité bracht spr. ook dank voor wat zij voor het jubileum deden. Spr. zeide, dat 6 Juli 1939, den dag van de herdenking, een buitengewone belangrijke dag voor het korps is geweest. En nu heeft men de onthulling van de ramen en het gebrui ken van het nieuwe orgel. Dit alles is zeker een groot bewijs van waardeering voor den arbeid, die uit dit alles spreekt. Spr. wil terug denken aan de pioniers. Het is niet zonder strijd of tegenstand, dat deze hier hebben gearbeid. De eerste heilsoldate, die op 13 Juli in dezelfde zaal begon te prediken, niettegenstaande zij de Nederlandsche taal niet machtig was en haar gezondheid slecht, werd met slijk gegooid. Majoor J. Malcorps heeft het slotwoord gesproken naar aanleiding van de woor den uit Ps. 32: „Mijn oog zal op u zijn". Met een slotzang en dankzegging door mevrouw BeverwijkPaul werd het samenzijn besloten. De ramen, waarvan wij op 28 October reeds een beschrijving gaven, maken een zeer mooien indruk en geven aan de zaal een stemming in overeenstemming met doel en arbeid van het Leger des Heils. Op de Nationale Tentoonstelling van konijnen en cavia's, welke op 4 en 5 November te Gorsel werd gehouden, be haalde de heer A. A. Clement alhier een tweeden prijs G met zijn wit Weener voedster, jong. Geen kippen- en konijnententoonstelling te Middelburg. De M.T.V. zal dit jaar haar jaarlijksche tentoonstelling van pluimvee en konijnen niet te Middelburg organiseeren. Ten eerste is de stadhuishal voor andere doel einden in gebruik genomen en moet de vereeniging trachten ergens anders onder dak te vinden. Maar ook verschillende moeilijkheden, die rijzen door de huidige omstandigheden, deden besluiten geen tentoonstelling te houden. De leden zul len nu hun dieren naar de nationale ten toonstelling te Utrecht kunnen zenden. Ernstig arbeidsongeval. Gistermiddag had een ernstig ongeval plaats in de timmerfabriek van de firma Dekker. De arbeider Schmidt kwam, doordat een stuk hout terug schoot, met zijn hand in de fraisbank terecht, met het noodlottig gevolg, dat hij' van zijn linkerhand vier vingers moest missen. S. is naar het ziekenhuis overgebracht. Een jubileum. Mej. J. M. Scheffer zal op 26 Nov. a.s. 25 jaar als „Moeder" van het Tehuis voor Ouden van Dagen werkzaam zijn. natuurlijk. Toen ik Eleonore op haar op merkzaam maakte, zeide zij: „O, welk een vreeselijke oude dame! gij zegt dat zij vroeger een schoonheid was? Welk een boosaardige uitdrukking op haar gelaat! Mij dunkt Catherine de Medicis moet een dergelijk uiterlijk hebben ge had, maar fraaiere trekken." Zoo was Louis nu getrouwd en ik had zijn huwelijk bijgewoond, zonder een en kele gewaarwording van smart, behalve om zijnentwil. Ik zou mij verheugd heb ben, indien hij een goed huwelijk had gesloten, zonder daarbij geleid te zijn door onwaardige drijfveeren. Eleonore vergezelde mij naar huis, en daar het begon te regenen en haar broe der toch afwezig was, zoo bleef zij dien (nacht bij mij logeeren. Den volgenden morgen spreidden wij al de Indische schatten in de zitkamer uit, 'en Eleonore koos het geborduurde neteldoek en de shawl, die haar het best bevielen, toen plotseling „mevrouw Trafford" werd aangekondigd! Natuurlijk dacht ik mijn aanstaande schoonmoeder te zien, of schoon ik mij zeer verwonderde, dat zij het waagde met zulk een ongunstig weer uit te gaan, want bijna ieder half uur vielen de hevigste regenbuien. Men stelle zich echter myn verbazing, HET WETSONTWERP DOOR DE EERSTE KAMER AANGENOMEN. In de Eerste Kamer kwam gister aan de orde het wetsontwerp betreffende het toestaan van tolheffing op een brug over de Zandkreek. Naar aanleiding van in de afdeelingen gemaakte opmerkingen, verklaart mi nister Albarda, dat hij in het algemeen ook geen bewonderaar is van tolheffing. Hier kan echter zónder die tol de brug niet tot stand worden ge bracht, terwijl de streek erdoor uit haar isolement wordt verlost. De streek heeft liever een brug met tol dan géén brug. Deze maakt geen deel uit van het rijks- wegenplan. Het Ryk kan dus dezen brug- bouw niet voor zijli rekening nemen. Ook het geven van een hoogere bedrage uit het Verkeersfonds kan niet in aanmer king komen. Spr. begrijpt niet, waarom sommige leden hier een leening uit het Werkfonds afkeuren. De heer Van V e s s e m (N. S. B.) zegt, dat Zeeland door zjjn afzondering aanspraak heeft op de bijzondere mede werking van het Ryk. Het spreekt dat de streek liever een brug met tol heeft dan het veer. Maar is het argument van den minister, dat de brug niet voorkomt in het Rykswegenplan, niet wat. formalis tisch? Elders is toch wèl een ander standpunt ingenomen. De Regeering houde voortaan rekening met het isole ment van Zeeland, dat zooveel graan, suikerbieten enz. oplevert. De Minister merkt op, dat de tol heffing geen ouderwetsche figuur is. Bo vendien is de tol aan een termijn gebon den, wat met het veer niét het geval is. En het initiatief voor dezen bouw is uit gegaan van het provinciale bestuur van Zeeland op voorwaarde van tolheffing en gedeeltelijke tegemoetkoming door het ryk. Inderdaad laten de veerdiensten in Zeeland veel te wenschen over, doch de dienst Vlissingen-Breskens wordt verbeterd, en voor den dienst Anna Jacoba-Zijpe zullen groo- tere veerponten worden gebruikt. De ver gelijking met de bruggen over Maas, Waal en Lek gaat niet opdie zijn opge nomen in het rykswegenplan. Het weetsontwerp is daana z. h. st aangenomen. Zondagmiddag waren eenige kinde ren op een zolder aan het spelen. Eén hunner, een zoontje van den heer K. M. uit de Voorstad, kwam hierbij' naar be neden te vallen. Ernstig aan het hoofd gewond werd het jongetje opgenomen. Dr Looijen achtte onmiddellijke over brenging naar het ziekenhuis noodzake lijk. De toestand is nog steeds niet zon der zorg. Kloetinge. Loop der bevolking over de maand October 1939. Ingekomen: A. J. van der Poel en ge zin, aannemer, uit Hontenisse, Buijs Bal lotstraat B 147. G. W. Robaard, hypo theekbewaarder uit Goes, Kloetingsche- weg B 136. Aa. S. C. Stuart, dame-huis houdster, uit Haarlem, Kloetingscheweg B 136. Ga. M. Meulblok, echtg. van Chr. Dagevos, uit 's-H. Arendskerke, School straat A 201a. Wa. Mallekoote, zonder beroep uit Kapelle, Lewestraat A 220. G. Deijkers, en gezin, kantoorbediende uit Terneuzen, B. Ballotstraat B 129. C. Ver- schuure, kantoorbediende, uit 's-Heer Arendskerke, 's-Gravenp. weg C 19a. M. de Bie, echtg. van C. Verschuure, uit Al- blasserdam, idem. A. Dijkema en gezin, Rijnschipper uitGoes, Heernissew. B 37. Vertrokken: P. P. Sonke en gezin, zonder beroep, naar Kruiningen, A 35. W. C. v. Liere, zonder beroep, naar Amsterdam, van Baerlestraat 146. Ma. Milhous, wed. van M. Eversen, zonder beroep, n, Soest, Dorresteinweg 33. J. B. Hulstaert, zonder beroep, naar Goes, Blaubeenstraat 10. A. Paardekooper, zonder beroep, naar Scho- re, A 84/85. L. de Keijzer, dienstbode, n. mijn schrik voor, toen Madame de ka mer binnentrad. Ik was overtuigd, dat zij louter kwam om ons te plagen en te ergeren, hoewel ik nu gelukkig boven haar plagerijen verheven was. „Matthias Perren, ik kom eens zien hoe het u gaat", zeide Madame, met haar onaangename, harde stem. „Het gaat mij zeer goed, mevrouw Trafford, ik dank u", antwoordde mijn oom, terwijl hij het afgeleefde, vermoei de gelaat zijner vroegere geliefde met ernst gadesloeg. Ik begreep dat hij nadacht, hoe geluk kig wij beiden waren, nu wij van de Cup page Traffords voor altijd bevrijd waren. „Zeer verheugd dit te hooren, Mat- tias", hernam Julia. O, welk een Julia! Toen zich tot mij wendende zeide zij: „Wel Chrystie, lievertje, hoe gaat het u toch? Ik hoor, dat gij een betrekking van gouvernante of kamenier of iets dergelijks hebt gezocht." „Men heeft u verkeerd ingelicht. Ik ben in geen van die betrekkingen werk zaam geweest, maar ik heb er zeer ern stig over nagedacht om een winkel in porcelein en aardewerk te beginnen." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1939 | | pagina 5