Minister Steenberghe ontvangt de pers. X Dagblad voor de Provincie Zeeland Koning Leopold van België brengt een bezoek aan H. M. Koningin Wilhelmina. EERSTE BLAD. Tal van vragen over de economische maatregelen der regeering beantwoord. Van tomatensoep en oorlogsbrood. n Ideaal Laxeermiddel FOSTER'S MAAGPILLEN Ook de Ministers van Buitenlandsche Zaken zijn aanwezig. Belangrijkste Nieuws. DINSDAG 7 NOVEMBER 1939 54e JAARGANG - No. 32 Uitgave: N. V. Uitgevers - Maatschappij „Luctor et Emergo" ter exploitatie van het blad „De Zeeuw" Bureaux Lange Vorststraat 7 0, Goes Postrekening 44455 Telefoon 2438 djkantoor Middelburg: Fa. Boekhandel j. J. F A N O Y, Lange Burg 40. Telefoon 28 Directeur - Hoofdredacteur: R. ZU1DEMA Abonnementsprijs f2.60 per kwartaal Weekabonnementen voor Middelburg Goes en Ylissingen f 0.20 Losse nummers 5 cent Advertentiën 30 cent per regel Ingezonden mededeeiingen 60 cent per regel Kleine Advertentiën Dinsdags en Yrljdngs f0.75 bij vooruitbetaling Advertentiën onder letter of motto 10 cent extra Bij contract belangrijke korting Een smaakvolle, gezellige zaal in Ho tel de Witte Brug. Aan de raamzijde een lange tafel. In het midden de Minis- ter van Economische Zaken, Mr Steen berghe, die den voorzittershamer han teert. Links en rechts van hem hoofd ambtenaren van zijn departement en regeeringscommissarissen. Ver der de zaal gevuld met journalisten uit alle oorden van het land, gegroepeerd aan tafeltjes, allen in het bezit van een boekdeel vol met te voren ingezonden en door of namens den Minister beant woorde schriftelijke vragen over de economische maatregelen van de regee ring. Langs een van de zijwanden van de zaal een tafel met dampende regee- ringstomatensoep, die straks weer ver krijgbaar zal zijn en een aantal sneden oorlogswitbrood, gebakken van 60 tarwe-, 20 rogge en 15 aardappel meel. In de pauze bood de Minister aan zijn gasten een kop van deze soep en een sneedje brood, zoowel van het baksel van denzelfden dag als van drie dagen oud aan, het laatste om te doen vast stellen of het werkelijk waar is, dat oor logsbrood van vorige dagen niet te eten is. Welnu, de Nederlandsche pers heeft kunnen constateeren, dat de soep heerlijk smaakte, dat van bovengenoemd meelmengsel brood van uitstekende kwaliteit kan worden gebakken, en dat dit brood best enkele dagen kan worden bewaard. Het broodetend publiek vertrouwt na tuurlijk, dat alle bakkers zullen leeren hiervan goed brood te bakken, als het zoover mocht komen, dat het oorlogs brood moet worden ingevoerd. Maar dat i3 de taak van de bakkers en de bak kersbonden. Deze conferentie diende niet al leen om tomatensoep en oorlogsbrood te proeven. Dat de Minister er prijs op stelde de pers, als tolk van de publieke opinie, met haar vragen over de economische po litiek der regeering voor den dag te laten komen, verdient waardeering. Herhaal delijk heeft Z.Exc. er den nadruk op ge legd, dat men gerust met zijn critiek naar voren mocht komen en op werke lijk prettige manier heeft de Minister persoonlijk tal van mondeling gestelde vragen beantwoord. Daarbij had hij maar zelden de hulp van zijn ambtena ren noodig, wat bewijst, dat hij zich in de vele onderdeelen van zijn departe ment terdege heeft ingewerkt. Handig en slagvaardig is deze Mi nister in bijzondere mate. Dat ondervon den verschillende vragenstellers. Ook een tikje ondeugendheid en humor mag hij wel en kan hij ook best van anderen hebben. Toen de vertegenwoordiger van de Agrarische Pers (het orgaan van „Land bouw en Maatschappij"), een Drentsche landbouwer, zoo geheel in strijd met de critiek dit dit blad zich bijna eiken dag veroorlooft aan het adres der regeering, zijn vragen liet voorafgaan door een woord van dank aan den Minister voor de verhoogingen van de landbouwpro ducten der laatste weken, vroeg de Mi nister laconiek: „Komt dat ook in de krant?" Dat er toen een algemeen ge lach opging, is te begrijpen. Openingsrede. De conferentie werd, nadat de heer Lievegoed, chef van den regeeringspers- dienst de perscollega's had verwelkomd, geopend door Minister Steenberghe met een rede, waarin hij herinnerde aan de negen economische noodwetten, welke einde September 1938 na een snelle be handeling door de Staten-Generaal wer den aangenomen en waarvan er acht op 1 Juli 1.1. in werking zijn getreden. Op 28 Aug. en 1 Sept. j.l. werd een reeks van Koninklijke Besluiten en Ministe- rieele beschikkingen afgewondigd. Na dien is nog menige maatregel gevolgd. De materie van deze maatregelen is niet alleen veelomvattend, doch zij grijpt ook diep in het geheele economische leven van ons land in. Zoo was het noodza- gelijk de distributie van bepaalde goe deren ter hand te nemen en te richten op een bij den abnormalen toestand pas send verbruik, terwijl met het vormen en aanhouden van zekere voorraden, zoo mogelijk in nog sterkere mate moest worden voortgegaan. Ook was een toe zicht op het prijspeil terstond noodzake lijk, ten einde het den consument niet door te zware lasten onmogelijk te ma ken in zijn noodzakelijk levensonder houd te voorzien. Ten slotte kan worden gewezen op de verschillende maatrege len, welke ten doel hadden den in- en uitvoer onder controle te stellen. Deze ingrijpende, doch voor onze eco nomische weerbaarheid zoo noodzake lijke maatregelen hebben niet nagelaten ook wel eens nadeel te berokkenen. Dat niettemin van alle zijden zooveel mede werking is ondervonden in deze moei lijke tijden stemt tot groote erkentelijk heid. Critiek op de voorberei dingsmaatregelen. De critiek, die tot nu toe is ge uit, heeft hierin bestaan, dat eenerzijds de voorraadvorming niet groot genoeg geweest is, anderzijds, dat de voorbe reiding van de distributie en daarmee samenhangende administratieve maatre gelen niet voldoende vóór den oorlog heeft plaats gehad. Wat de voorraadvorming betreft moge ik er op w ij zen, dat noodzakelijke voorraden voor een rede lijken term ij n wel degel ij k zijn gemaakt en dat hier voor millioenen zijn uit gegeven. Aan het aanleggen en het houden van grootere voorraden waren grenzen ge steld door de financieele mogelijkheden. Om een enkel voorbeeld te noemen, zou voor een voorraad graan, veevoeder- graan inbegrepen, voor 1 jaar een ka pitaalsuitgave voor den aankoop van f 73.000.000 noodig zijn geweest, ter wijl de rente over dat bedrag f 2.190.000 per jaar zou hebben bedragen De opslag plaatsen, waarvoor slechts een zeer glo bale berekening mogelijk is, zouden voor zoo'n voorraad naar schatting f 16.000.000 per jaar hebben bedragen. Afgezien echter van de bezwaren van financieelen aard bestaan tegen een zoo- danigen grooten voorraad ook techni sche en economische bezwaren. Om eens een voorbeeld te noemende opslagcapa citeit van granen is niet groot genoeg voor eenigszins omvangrijken voorraad van bijvoorbeeld 1 jaar. Er zouden meer silo's moeten zijn bijgebouwd, waarmede groote bedragen zouden zijn gemoeid. Deze silo's zouden weer leeg komen te staan, wanneer de noodzaak voor het houden van groote voorraden niet meer zou bestaan. Overigens moet men bedenken, dat het tijdstip van het uitbreken van een oorlog nu eenmaal niet valt te voorspel len, zoodat de Regeering, indien zij een keer begonnen is met het aanleggen van groote voorraden te bevorderen, daarmede jarenlang zou moeten voort gaan. Jarenlang zal men dus groote voorraden aanwezig weten, die even tueel geregeld moeten worden ver- verseht. In het algemeen heeft dit een prijsdrukkenden invloed op de markt, hetgeen tot gevolg heeft, dat de handel minder geneigd zal zijn te koopen. Meer en meer zal de Regeering dan genood zaakt zijn zelf te koopen met gedeelte lijke terzijdeschuiving van den handel, hetgeen juist juist niet de bedoeling is. Wat de critiek op de voorberei ding van de distributie en daarmee samenhangende administratieve maatregelen betreft, moge er op worden gewezen, dat tal van administratieve maatregelen (inlichten van gemeentebe sturen, drukken en opleggen van distri- butienoodkaarten en dergelijke) reeds vóór den oorlog genomen waren. De maatregelen van voorbereiding en uitwerking van afzonderlijke distributies waaraan hooge kosten verbonden zijn, konden echter niet worden genomen, om dat de voorbereiding samenhangt met de posities bij „de grossiers en den detail handel op het moment, waarop de distri butie aanvangt. Prijspolitiek. Ook de door de Regeering gevolgde prijspolitiek heeft nogal critiek onder vonden. Deze bestend hierin, dat men zich afvroeg, waarom door de betrokke nen niet van den aanvang af met de ver vangingswaarde rekening mocht worden gehouden. De Regeering heeft zich op het stand punt gesteld, dat een voorzichtige prijs politiek, welke een rustige prijsontwik keling zonder groote schokken en met behoud van het zoo noodzakelijke even wicht in de bestaande prijsverhoudingen waarborgt, in 's lands belang moet wor den geacht. Daarbij behoefde niet aanstonds met de vervangingswaarde rekening te wor den gehouden, waarmee niet gezegd wil worden, dat het beginsel der vervan gingswaarde geen beteekenis heeft bij de waardeering van de voorraden. Evenwel moet ook op andere factoren worden ge let by het bepalen van een pryspolitiek. Zoo zal de grootte der voorraden en de onzekerheid der huidige prijsbeweging daarop van invloed zyn. Het werd niet noodig geoordeeld zich reeds d a d e 1 y k te richten naar de vervangingswaarde van de veelal voor geruimen tyd vol doende voorraden. Voorts moge nogmaals worden gewe zen op het groote belang, dat er voor de geheele bevolking aanwezig was om een wilde en ongemotiveerde prijsopdrijving tegen te gaan. Indien dit niet was ge schied, zouden de kosten van levenson derhoud reeds thans op bedenkelijke wij ze zijn gestegen. Immers prijsverhooging van de eerste levensbehoeften schept een drang tot verhooging der loonen. Een dergelijke verhooging vermeerdert de productiekosten, zoodat de producent weer genoodzaakt wordt de pryzen van zyn producten te verhoogen. Het is duidelijk, dat, indien de Regee ring zich niet als eerste doel had gesteld een stijging van de kosten van levens onderhoud zooveel mogelijk tegen te gaan, de prijzen zich reeds thans als het ware omhoog hadden geschroefd tot een onder de huidige omstandigheden zeer ongewenscht peil. Maximum-prijzen. Nu zou men hiertegen kunnen aanvoe ren, dat de Regeering dan van haar be voegdheid gebruik kan maken om maxi mum-prijzen vast te stellen. Aan het invoeren van maximumprijzen zijn echter bezwaren verbonden, zoowel van admini stratieven, organisatorischen als van financieelen aard. Bovendien moet wor den bedacht dat, indien de gestelde maxi mumprijzen onder het wereldpeil liggen hetgeen, willen ze aan hun doel be antwoorden, onder de huidige omstan digheden reeds spoedig het geval zal zijn de aanvoer der goederen ons land voorbij zou gaan, tenzij wederom andere maatregelen hiertegen zouden worden getroffen. Een en ander heeft der Regeering aanleiding ge- vormen Foster's Maagpillen, doordat zij zoo zacht en toch zoo afdoend werken. Geen 'last (neer van verstopping en alechte spijs vertering, ol van de- eruit voortkomend^' hoofdpijn, humeurigheid, lusteloosheid, maag— f stoornissen, enz. Alom verkrijgbaar f 0.65 geven vooralsnog geen maximumpryzen vast te stellen. Als het noodig mocht worden, by voorbeeld als de kettinghandel ffeer zou ontstaan, zal z ij echter niet aarzelen daartoeover te gaan. Intusschen is het vraagstuk der ver vangingswaarde in beteekenis vermin derd, doordat de bij het uitbreken van den oorlog aanwezige voorraden, gelei delijk worden opgeruimd. De tot nu toe genomen maatregelen droegen vooral een incidenteel karakter. Ik vind thans aan leiding om tot een meer systematische behandeling van het prüsprobleem over te gaan. Landbouwpolitiek. Zooals ook reeds in mijn radiorede van 24 October i.l. is betoogd, is de politiek van de Regeering er op gericht, dat de landbouw een redelijken prijs voor zijn producten ontvangt. In dit verband wijs ik op de onlangs plaats gevonden verhooging van de richt prijzen van de akkerbouwproducten en op de verhooging van den groothandel- prijs van boter. Verwacht mag worden, dat die hoogere prijzen de productie van landbouwartikelen, welke voor de voed selvoorziening onontbeerlijk zyn, zullen stimuleeren. Niet alleen door het geven van hooge re prijzen tracht de Regeering de positie van den landbouw te versterken. Men denke aan de hulp en voorlichting, welke de land- en tuinbouw van den Landbouw- voorlichtingsdienst in nog grootere mate dan voorheen ontvangt. Niettemin blijven we, zij het ook in mindere mate dan in 1914, afhankelijk van den aanvoer van grondstoffen uit het buitenland. Graan en veevoeder. In het bijzonder geldt dit voor het veevoeder. Van daar dat juist het vraag stuk van de veevoeder voorziening de volle aan dacht van de Regeering heeft. Wat de genomen maatregelen betreft moge1 allereerst worden gewezen op de aanzienlyke regeeringsaankoopen van buitenlandsche tarwe, welke reeds lang voor den oorlog hebben plaats gehad. Bovendien is sedert 1 September door de bemoeienissen van de Regeering een groote hoeveelheid graan uit het buiten land aangevoerd, terwijl momenteel nog aanzienlijke hoeveelheden graan en an dere veevoeders onderweg zyn naar ons land. Alles bijeengenomen kan worden ge zegd, dat onze veevoederpositie thans niet onbevredigend is, hoewel uiteraard door de groote afhankelijkheid van het DEN HAAG. Koning Leopold der Belgen is gisteravond te 's-Gravenhage aangekomen en heeft zich naar het paleis van H. M. de Koningin begeven. Naar verluidt zou het doel van Zijner Majesteifs komst zijn, met Hare Majesteit van gedachten te wisselen over eenige aspecten van den inter nationalen toestand. De minister van Buitenlandsche Zaken, de heer Spaak, vergezelde den Koning. De komst van Koning Leopold was volkomen onverwacht, Pas omstreeks vijf uur in den namiddag werd deze aangekondigd. Spoedig na de aankomst van het hooge gezelschap werd de Nederlandsche minister van Buitenlandsche Zaken, nu* E. N. van Kleffens, ten paleize ontboden. Te ongeveer half twee verliet minister van Kleffens het paleis. Aan jour nalisten verklaarde hij, dat het hem volstrekt onmogelijk was over den aard van het onderhoud eenige mededeeiingen te doen. Verwacht wordt, dat de Koning en de minister nog in den loop van vandaag zullen vertrekken. Naar „Belga" uit Brussel verneemt, houdt het bezoek, dat Koning Leopold onverwachts aan Koningin Wilhelmina te 's-Gravenhage heeft gebracht, geen enkel verband met eventueele bemiddelingsvoorstellen. Hedenmorgen te kwart voor tien heeft de Minister van Buitenlandsche Zaken zich opnieuw naar het paleis begeven. Dit nummer bestaat uit 2 bladen. Binnenland. Koning Leopold van België brengt een bezoek aan Koningin Wilhelmina. Onze verhouding tot het buitenland. De uniformensmokkel. Persconferentie over de economische maatregelen der regeering. Moet het contingenteeringsstelsel wor den gehandhaafd? Nieuwe steun aan den tuinbouw. Buitenland. Actie in de lucht. Rusland wil geen uitbreiding van den oorlog. Meer optimisme in Finland. Berlijn boos op Noorwegen. Groote bestellingen van vliegtuigen in Amerika. Op de brug. De bedieningsmanschappen van een der Fransche oorlogsbodems, gereed, om iederen order onmiddellijk naar de machinekamer door te geven. buitenland onder de huidige omstandig heden voor de toekomst niets met zeker heid valt te voorspellen. Groote aandacht wordt ook geschon ken aan de conserveering van veevoeder producten. In dit verband kan worden gewezen op het stoomen van aardappelen en het drogen van gras, dat door de Re geering wordt gestimuleerd. Distributie. Ook met betrekking tot dit onderdeel van de Regeeringsbemoeienis is critiek uitgeoefend. De Regeering heeft als algemeene richtlijnen gesteld, dat niet eerst bij een tekort tot distributie moet worden be sloten. Reeds eerder, wanneer de wen- schelijkheid dringt om een tekort te voorkomen, moet tot distributie worden overgegaan. Het algemeene doel, dat hierbij voor oogen staat is te zorgen, dat iedere Nederlander de mogelijkheid be houdt om zijn aandeel in de aanwezige levensmiddelen te ontvangen. Men verlieze zijn kracht hierbij niet in detail-critiek. Het is goed te bedenken, dat het voorbereiden en uitvoeren van een regeling, waarbij acht millioen men- schen individueel zijn betrokken zeer om- vangryk en dus ook zeer moeilijk is. Scheepvaart. Een belangrijke plaats in de economi sche verdediging wordt ingenomen door de scheepvaart. De Regeering en met name de Minis ters van Buitenlandsche Zaken en Eco nomische Zaken schenken hun volle aan dacht hieraan. De aard van dit onder werp leent zich echter niet tot publica ties. Ik stel er prijs op mijn groote waar deering te uiten over de wijze waarop het overgroote gedeelte der Nederland sche Pers zijn taak in deze moeilijke da gen heeft vervuld. De Nederlandsche Pers heeft opnieuw getoond, op welk een hoog peil de Nederlandsche journalistiek staat. Met begrip voor de noodzaak der maatregelen en voor de moeilijkheden, waarvoor wy komen te staan, heeft de Pers opbouwende critiek geleverd. Meni ge goede wenk in deze critiek is ook voor de Regeering van beteekenis geweest en zij is u voor uw werk erkentelijk. Na deze rede werden tal van vragen gesteld en beantwoord. Hiervan hopen wy in een volgend nummer meer te ver tellen.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1939 | | pagina 1