N
elf
Engeland en Frankrijk
verklaren Duitschland
den oorlog.
S
N.V. HENDRiKSE Co.'s BIK
I g
II
I
B:I
slf
Dagblad voor de Provincie Zeeland
Koning George sprak tot zijn
volk.
Ook Frankrijk in staat van
oorlog.
De Athenia in de Atlantischen
Oceaan getorpedeerd.
Het Britsche Parlement achter
de Regeering.
EERSTE BLAD.
Belangrijkste Nieuws.
No. 2410.
De Doop van Prinses Irene
voorloopig uitgesteld.
B ffS*
p p-3 ET B
1 srs
s
s
IB
MAANDAG 4 SEPT. 1939
5 3 e JAARGANG - No. 285
Duitschland had niet op het Engelsche
ultimatum geantwoord. - Ontroerende
toespraak van Chamberlain. - Groot
Engelsch schip met 14O0 passagiers
getorpedeerd.
Toespraak van Chamberlain.
De oorlogsverklaring overhandigd.
Heeft Engelands houding Duitsch
land verrast?
GOES.
Ons telefoonnummer
is thans
DEN HAAG. Men meldt ons
van offlcieele zijde dat de voor
genomen doopplechtigheid van
Prinses Irene op 14 September
a.s. in de Nieuwe Kerk te Amster
dam, voorloopig is uitgesteld.
B'mg'
M CO
01 5" pr
c a 5
B<§.3
8^
v 2 S
la 5.
sp
EK_
rro - P,
-i BI P
<8 Sl®
P N P
p O
co p
O <1 B
50 <j rt
p2.5
P. p
■pI<8
<t>
'8'
I1® SnS 8 8
(3 g g a
5 .-. p o?
SCD r* C"4-
d - g.- B 0
cd Q- co "3 B
0 s i ~§-s:
CU P N p C £J
8 &<8 S
5 S h. B 5 S
Jf 5 Vt S
go.® Wg X"
5. 5" -B S
<S 1 j
I - p 5 B a a
2 o. o tt
P3 n> d C a
2 N oq w
>-' M P <D P P
P
S E p 2
§111»
£g"
0
Ki S ff&rf
P P Q. 3
B p.® ®<g ag
8 3 3 sr
i 9* S
2
9 r*
8 "8
B g o g"0
O (V m e^" P«
2 2 8-
- Sqs
ts a
a Sj
p 3
a
a cd siaq
p q. ctq <r-f
p st (td p
B 5 S Bu
P 1 9Q£«
A 3 <3 B a
?§Sg§&l5
CD d
a
cd
o d
■5 p N
l^"5
CD {L-
cn 2.
2-13
a B
P o s-
!f d j«
5. E*<s B
f3^ CP CD
g a
S d-alS
co
S
J«CÏ
H n p
CD pro
CP O
CD
CO CO
-* O
e.» B
o
w a B
S B £a
Eg &-S
lp.a^s
2 cd ji 2
2 3 5
P M. CD S
- B(g B B.®
CD CD Vi*
CD
g
c J a
cr P
—L. 00
I-— P-+- IX
CD CD CD
B S B'V
P- CD -
N 8 M. a
CO P CO 7
£5* s
■s s ap w
Lcrq
v. cd &-
o a
C.
<1
CD
a
CD
O 2- =T
5* JET S-
2 S- w
d s K W
ro a p-
cd e p
B* 3 a td
P f. P CD
!&&g
pw
r^§ag
'IS g H
J o d
tr* do pj
J CD <j »-j
'P.P. g
CD
5 I3
d
o.
g
p
tSJ
O
P
P4
CP o
P P- 2 FT
p ET P ■2
to r-i
co O
w m
GO
rn
30
X
O
r-
co
09
m
30
S3
d
CD,
<1 tflS'S
2 S B I—I
ÜO.P
p o
e° a srB-
d §1
o|°pN
s CD-
CP o o CD 1=2
P-S-H o
CD g <J
M CD ft CD
P Fi- 2 R* P
518' 8*
CD B W p
g%?»
&§-|Sg
S'&g-pB
B- a"
t-" oCP
Cro iT- tf*
h
I &B
ü:W
CD
g^E®
4
CP CD
-H®
2 g®
0 H o c+
4 CD O"
«ï-3-»
CD rtp A
N rg P
p ts
B tr CD o
CD B CD
5 c:p
g p
1 P g|
d p. 5 g
g"p EP
8 E§£
L0Ö
ll
®B?§5
S cs>
w HT!
P-
p jr»-
Ilf^
I
CB
Ft p
'p' S'd'50
e.p
cd P*
c-v- CD
a b
S
H ffq
O CD
CD
i
s I"
fci t=!
i. d
n a
5' p-
1 m >5 se.
g
d
en?
o
a
P.
H
o
g
CD
P
td
a-
<s
H
O
CD
M
p.
CD
t
g*
f?
ti
P^9°
|®ppO
la s
■^8 w.
;p*«_.. if
CD O
|B B 3
CTQ
p 2
■~B a
5"
CD S!
So-i a
P p 3 a
CD P P^
n aEï.
P CDS
'CT5 o d
P m
t-t bi: CD
3
Pu CO
cd
bcd 2
IP M d
p. B -
p. p*
Ri Qj
s
■B a
Da
8"
O
CTQ
P-
ct>
P
CTQ
cd
C-l
0
O
Ö-
s
a B
"0 HJ
a
p
p
B g
8j
2 p
pi
O CTQ
o cd
p p
3
a 2-P
amp
?"a 01
P Si
3
r^- Q* p
/Tt P
cd h
S- S3.
3
53
<3
Uitgave: N. V. Uitgevers - Maatschappij
„Luctor et Emergo" ter exploitatie van
het blad „De Zeeuw"
Bureaux Lange Vorststraat 7 0, Qoes
Poitrekening 44455 Telefoon 2438
bijkantoor Middelburg: Fa. Boekhandel
J. J. F A N 0 Y, Lange Burg 40. Telefoon 28
Abonnementsprijs f2.60 per kwartaal
Weekabonnementen voor Middelburg
Goes en Vlissingen f 0.20
Losse nummers 5 cent
Directeur - Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA
Advertentiën 30 cent per regel
Ingezonden mcdedeeliiigen 60 cent per regtl
Kleine Advertentiën Dinsdags en Vrijdags
f 0.75 bij vooruitbetaling
Advertentiën onder letter of motto
10 cent extra
Bij contract belangrijke korting
Er is sedert het verschenen van ons
Zaterdagnummer ontzaglik veel gebeurd
Vooral de Zondag was een buitengewoon
bewogen dag.
Wat gevreesd werd, maar waarvan toch
nog altijd gehoopt werd, dat het ter elf
der ure zou kunnen worden voorkomen,
is geschied. Engeland en Frankrijk heb
ben zich genoodzaakt gezien om aan
Duitschland den oorlog te verklaren.
Met lette daarbjj op het verschil in
methode. Duitschland viel Polen aan
zónder ultimatum, zónder oorlogsverkla
ring. Het had zelfs Zaterdag den moed
aan de wereld kond te doen, dat Duitsch
land Polen niet den oorlog heeft ver
klaard en dat de huidige toestand dan
ook niet als een „oorlogstoestand" be
schouwd wordt.
Het met bommen en machinegeweren
bestoken van Poolsche steden, het aan
stukken rijten van Poolsche burgers, ook
vrouwen en kinderen, dat alles was geen
oorlog of oorlogstoestand. Misschien een
goed bedoelde burendienst?
Engeland zag niet op tegen het na
deel, dat kon ontstaan door een verlies
van een paar dagen tijds, maar bewan
delde den normalen weg.
Onwrikbaar hielden Engeland en ook
Frankrijk vast aan hun eisch: terugtrek
king van de Duitsche troepen, alvorens
tot Poolsch-Duitsche onderhandelingen,
of tot de bijeenroeping van een conferen
tie der vijf mogendheden, zal worden
overgegaan.
In afwachting van het Duitsche ant
woord werden Lagerhuis en Hoogerhuis
Zaterdag na korte zittingen telkens en
telkens verdaagd. Tenslotte werd in bei
de huizen een regeeringsverklaring voor
gelezen, waaruit viel op te maken, dat
Engeland onverzwakt zqn voorwaarden
handhaafde en dat Zondag de beslissing
vallen zou.
Zaterdagavond werd te Berlijn door
Frankrijk en Engeland antwoord ge-
eischt uiterlijk vóór Zondagmorgen 11 u.
Duitschland liet echter niets van zich
hooren. Het nam niet de moeite eenig
antwoord te zenden.
Naarmate het tegen 11 uur ging, steeg
dan ook gisteren in de geheele wereld de
spanning. De vraag wat er nu zou ge
beuren leefde in veler harten.
Zondagmorgen klokslag 11 uur 15
(Britsche zomertijd) richtte Chamber
lain zich tot de Engelsche natie over alle
zenders voor het uitspreken van de vol
gende toespraak
„Ik spreek in het kabinetsvertrek in
Downingstreet 10. Vanochtend heeft de
Britsche ambassadeur te Berlijn de Duit
sche regeering een laatste nota overhan
digd, verklarende, dat tenzij wij van
haar vóór elf uur vernamen, dat zij be
reid zou zijn haar troepen uit Polen te
rug te trekken, de staat van oorlog tus-
schen ons zal bestaan. Ik moet u thans
mededeelen, dat geen belofte van dien
aard is ontvangen en dat bijgevolg dit
land in oorlog is met Duitschland.
Hitier heeft zijn geweldplannen niét
opgegeven en derhalve blijft ons niets
anders over dan hem door aanwending
van geweld tot stoppen te brengen.
Gij kunt u voorstellen, welk een bit
tere slag het voor mij is, dat heel mijn
lange worsteling om den vrede te redden
heeft gefaald. Toch kan ik niet gelooven,
dat er iets meer of iets anders is, wat ik
zou hebben kunnen doen, dat meer suc
ces zou hebben gehad.
Tot het uiterste oogenblik hebben wij
getracht een vredelievende oplossing van
de geschillen tusschen Duitschland en
Polen te verkrijgen, en ofschoon de ge-
'egenheid er nog steeds was, is alles te-
Vergeefs geweest.
Hitier wilde er niet van weten. Hij had
klaarblijkelijk besloten Polen aan te val
len, wat er ook mocht gebeuren.
Hij heeft het excuus trachten te ma
ken, dat hij redelijke voorstellen voor een
oplossing gedaan had, die verworpen wa
ren door de Polen. Dat is n i e t waar. De
bedoelde voorstellen zijn niet te kennis
van de Poolsche regeering, nóch te onzer
kennis gebracht voor de termijn zoo goed
als afgeloopen was en Hitier zijn troepen
reeds bevolen had de Poolsche grenzen te
overschrijden.
Zijn optreden toont overtuigend, dat
er geen kans bestaat om te verwachten,
dat deze man ooit zijn gewoonte zal op
geven om geweld toe te passen, teneinde
zijn wil door te zetten. Hij kan alléén
gestuit worden door geweld en wij en
Frankrijk gaan vandaag ter nakoming
van onze verplichtingen hulp verleenen
aan Polen, dat zoo dapper weerstand
biedt aan dezen geméénen en niet-uitge-
lokten aanval op zijn volk".
Wij hebben een zuiver geweten. Wij
hebben alles gedaan wat een land kon
doen om den vrede te vestigen. Wy be
vinden ons echter in een toestand waarin
men geen vertrouwen zou kunnen stellen
in één de woorden, gegeven door den lei
der van Duitschland en waarin geen en
kel volk zich in veiligheid kan gevoelen.
Deze toestand was ondragelijk gewor
den en nu wij besloten hebben, er een
einde aan te maken, weet ik, dat gij' allen
uw rol daarin zult spelen met kalmte en
dapperheid.
Op een oogenblik als dit vormen de
verzekeringen van steun, die wij uit het
Britsche rijk ontvangen hebben, een bron
van diepe aanmoediging voor ons.
Moge God u allen zegenen en helpen,
bij de verdediging van wat Recht is.
Wij gaan strijden tegen boosaardige
dingen: bruut geweld, kwade trouw, on
derdrukking en vervolging.
Ik ben zeker, dat tegen deze vijanden
het Récht zal zegevieren.
De staat van oorlog, waarin Groot-
Brittannië zich met Duitschland bevindt
is effectief geworden Zondagochtend te
11.15 uur, toen Dunbar, de chef van de
afdeeling verdragen van het Foreign
Office den Duitschen zaakgelastigde, Dr
Kordt mededeelde, dat van 11 uur En-
gelschen zomertijd af de staat van oor
log tusschen Engeland en Duitschland
bestond.
Overeenkomstig het diplomatiek ge
bruik werden Dr Kordt alle faciliteiten
verleend, opdat hij, zoowel als zijn mede
werkers, Engeland kunnen verlaten.
Dr Kordt gaf de verzekering, dat aan
Sir Neville Henderson en diens mede
werkers te Berlijn door de Duitsche re
geering dezelfde faciliteiten zullen wor
den verleend.
Koning George heeft gisteravond in
een radioredevoering tot alle deelen van
het Britsche rijk o.m. verklaard, dat in
dit ernstige, noodlottige uur van de En
gelsche geschiedenis, hij tot ieder gezin
van al zijn volken, zoowel in het moeder
land als overzee een boodschap wens^ht
te zenden met dezelfde innigheid van ge
voelens jegens een ieder, alsof hjj den
drempel der kamers had kunnen over
schrijden om zijn onderdanen zelf toe te
spreken.
De meesten onzer zijn voor den twee
den keer in hun leven in oorlog. Steeds
en steeds opnieuw hebben wij geprobeerd
een vreedzamen weg te vinden uit de ge
schillen tusschen ons en degenen, die
thans onze vijanden zijn. Het is evenwel
vergeefs geweest. Wij worden tot een
conflict gedwongen. Er wordt op ons en
onze bondgenooten een beroep gedaan de
uitdaging te aanvaarden van een begin
sel, dat, indien het zou overheerschen,
noodlotting zou zijn voor elke beschaaf
de orde op de wereld.
Het is dit beginsel, dat een staat ver
oorlooft door op zelfzuchtige wijze ge
weld na te streven, de door hem aange
gane verdragen en zijn plechtige beloften
te negeeren. Het is dit beginsel, dat het
gebruik van geweld of de bedreiging met
geweld jegens de souvereiniteit en on
afhankelijkheid van andere staten sanc-
tionneert.
Een dergelijk beginsel van geweld is
zeer zeker de primitieve leer, dat macht
recht is. Indien dit beginsel over de ge
heele wereld zou worden gevestigd, zou
de vrijheid van ons eigen land en van het
geheele Britsche gemeenebest van naties
in gevaar komen, doch nog veel meer dan
dit. De volken van de wereld zouden in
de ban worden gehouden van vrees en
alle verwachtingen op een duurzamen
vrede en veiligheid, van recht en vrijheid
tusschen de naties zouden eindigen. Dit
is het laatste waar tegenover wjj ons ge
plaatst zouden zien. Daarom moeten wij
deze uitdaging aannemen. Onze taak zal
zwaar zijn en de strijd zal niet beperkt
worden tot slagvelden. Wij zijn vastbe
raden om onze verplichtingen na te ko
men, en hebben het vertrouwen dat God
met ons zal zijn.
Nu de Engelschen na hun ultimatum
op korten termijn geen antwoord van de
Duitschers hebben ontvangen en daar
mee de oorlog tusschen die landen is uit
gebroken, doet zich de vraag voor, of de
houding van Engeland voor Duitschland
een verrassing is geweest.
Volgens het Maandagochtendblad was
men te Berlijn gisterochtend al wel van
oordeel, dat op de nota's van Engeland
en Frankrijk geen rechtstreeksch ant
woord zou worden gegeven, maar ver
wachtte men daar toen nog wel een in
direct antwoord, in den geest, dat op het
oogenblik een terugroepen van de Duit
sche troepen onmogelijk zou zijn en dat
men eerst z.g.n. „Veiligheidsdoeleinden"
(Sicherungsziele) moest hebben bezet
welke men dan natuurlijk bezet zou wil
len houden. Men scheen in sommige Duit
sche kringen toen nog te vermoeden, dat
Engeland en Frankrijk met een derge
lijke houding van Duitschland genoe
gen zouden nemen.
Coulondre, de Fransche ambassadeur
te Berlijn, werd gisteren om half een
ontvangen door Von Rihbentrop. Hij
vroeg hem of hij in staat was een bevre
digend antwoord te geven op de mede-
deeling van 1 September. Von Ribben-
trop heeft ontkennend geantwoord.
Vervolgens heeft Coulondre, na een
laatste maal herinnerd te hebben aan de
zware verantwoordelijkheid, welke het
Rijk op zich heeft genomen, door zonder
oorlogsverklaring vijandelijkheden te be
ginnen tegen Polen en geen gevolg te
hebben gegeven aan de suggestie der re
geeringen van Frankrijk en Groot-Brit-
tannië, doen weten, dat de Fransche re
geering zich verplicht 2ag met ingang
van gisteren 3 September, des namid
dags vijf uur, haar verplichtingen Jegens
Polen aangegaan welke verplichtin
gen de Duitsche regeering bekend zijn
na te komen.
Na deze démarche heeft Coulondre zijn
paspoort laten vragen.
De eerste vreeselijke, onmenschelijke
daad tegenover niet-oorlogsschepen is
reeds begaan, nadat de oorlog nog geen
24 uur is ingegaan.
Het s.s. „Athenia", van de Donaldson
Line uit Glasgow, metende ruim 13.000
ton, met 1400 passagiers aan boord, is
in den Atlantischen Oceaan twee hon
derd mijl ten Westen der Hebriden-eilan-
den aan de Schotsche kust, getorpe
deerd.
Om 5 uur vanmorgen werd meege
deeld, volgens het laatste door de admi
raliteit ontvangen bericht, dat het schip
snel zinkende was.
Het schip was op weg via Liverpool
naar Canada (Montreal). De passagiers
waren in hoofdzaak Canadeezen en Ame
rikanen, op den terugweg naar Amerika
in verband met de crisis.
Een later bericht meldt, dat aan boord
van de Athenia plaats was voor 1800
passagiers. Het schip had een lading van
1000 ton ingenomen, te Liverpool.
Kennidy, de ambassadeur der Vereen.
Staten heeft het departement van Bui-
tenlandsche Zaken laten weten, dat zich
aan boord van de Athenia 200 passagiers
bevonden toen het schip Belfast aandeed.
Hier werden ook nog eenige Amerikaan-
sche passagiers aan boord genomen.
Het Lagerhuis is gistermiddag om 5
minuten voor twaalven Engelsche zomer-
tijd bijeengekomen.
Onmiddellijk na de opening nam Cham
berlain het woord voor het uitspreken
van een verklaring. Zijn eerste zinnen
gingen teloor in het geloei der sirenes na
de eerste waarschuwing te Londen voor
een luchtaanval.
Toen Chamberlain opstond, werd hij
met luide toejuichingen ontvangen.
Hg zei o.a.:
De eerste foto van de Duitsch-Poolsche krijgsverrichtingen. Een der eerste Duit
sche daden van agressie was de beschieting en de bezetting van de Western-
platte te Danzig.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
Binnenland,
De Doop van Prinses Irene uitgesteld.
Prins Bernhard op Walcheren.
Onze neutraliteitsverklaring.
Vannacht vreemde vliegtuigen boven ons
land waargenomen.
Buitenland.
Engeland en Frankrijk verklaren Duitsch
land den oorlog. Toespraak van Cham
berlain. Proclamatie van Hitier. Italië,
Japan en Rusland neutraal.
Enelsch passagierschip getorpedeerd.
De strijd in Polen.
Luitenant-generaal I. H. Reynders, de
opperbevelhebber van leger en vloot in
zijn werkkamer.
Het is een droeve dag voor ons allen,
maar voor niemand is de dag droever
dan voor mij. Alles, zoo vervolgde Cham
berlain, waarvoor ik gewerkt heb, waar
op ik gehoopt heb en waarin ik geloofd
heb gedurende mijn openbare leven, is in
puin ineengestort. Het eenige, dat voor
mij is overgebleven, is na te gaan, welk
vermogen ik bezit voor de overwinning
van onze zaak. Ik kan niet zeggen, welke
rol ik wellicht zal mogen spelen, maar ik
vertrouw, dat ik den dag zal mogen aan
schouwen, waarop het Hitlerisme vernie
tigd zal zijn (luide algemeene toejuichin
gen) en waarop een bevrijd Europa is
hersteld. (Opnieuw luide toejuichingen.)
Greenwood, de waarnemende leider
van de oppositie, die, toen hij opstond,
van alle banken hartelijk werd toege
juicht, zeide:
„Ik ben blij, dat de atmosfeer gezui
verd is. Gisteravond was er inderdaad
angst en Woede in het Huis, dat het uit
stel weer tot afstel zou leiden, dat het
zou kunnen uitloopen op nationale oneer
en opoffering van het Poolsche volk aan
de Duitsche tirannie. Hedenmorgen ko
men wij bij elkaar in een volkomen ver
schillende sfeer, namelijk een sfeer van
opluchting, kalmte en vastberadenheid.
(Toejuichtingen.)
Wjj brengen hulde aan de groote zelf-
beheersching, die betoond is door de Po
len gedurende de afgeloopen weken (Al
gemeene toejuichingen."