DE ZEEDW met zilveren randen. TWEEDE BLAD Het Rijksinkoopbureau. Uit de Provincie Rechtszaken Wat er deze week voorviel. WALCHEREN. VAN ZATERDAG 24 JUNI 1939, Nr 224. De belangen van den middenstand In 't gedrang? Minister ColIJn zegt onderzoek toe. In de Tweede Kamer kwam gisteren aan de orde een begrootingswijziging voor aankoop en inrichting van een ge bouw ten behoeve van het rijksinkoop bureau (f 11.600). De heer S t u m p e 1 (R.K.) sprak er zijn verwondering over uit, dat er gebrek aan ruimte is ontstaan daar er is toege zegd, dat naar inperking van het rijks inkoopbureau zou worden gestreefd. Spr. kan de methode van inkoopen allerminst bewonderen, daar abnormale kortingen worden bedongen. De belangen van den middenstand komen daardoor in het ge drang. Is de minister bereid te doen on derzoeken, hoe de bezwaren tegen de werkwijze van het bureau kunnen worden ondervangen? De heer T i 1 a n u s (C.H.) waarschuwt tegen overschrijding van de ramingen bij aankoop van het bedoelde pand. De minister van Finan ciën a.i., de heer C o 1 ij n, noodigt den heer Stumpel uit eens met hem over dit onderwerp te komen spreken. Op de op merkingen betreffende de werkwijze van het bureau kan spr. in het algemeen geen antwoord geven. Spr. is volkomen bereid eventueele klachten te onderzoeken en over een reorganisatie met den midden stand in overleg te treden. Het is echter onjuist, dat de besparing niet opweegt tegen de kosten van het bureau; de be sparingen zijn acht a tienmaal zoo hoog als de kosten. Eenig gevaar, dat het be drag van f 11.500 te laag zal zijn voor de bebouwing, is natuurlijk aanwezig, doch spr. zal er naar streven binnen de ram ming te blijven. Het ontwerp is z.h.st. aangenomen. MIDDELBURGSCHE BRIEVEN. Amice, Daar had ik de vorige week mijn pen reeds ingedoopt om je een brief te pen nen, toen een heele goede kennis van me, in mijn onmiddellijke omgeving gezeten, mij adviseerde het schrijven maar een week uit te stellen. Zoo heet van de naald, vlak na de gemeenteraadsverkie zing, zou het weer een echte politieke brief geworden zijn, en daar zijn toch ook nog andere zaken in onze stad die de be langstelling overwaard zijn, ging be doelde adviseur verder. Ik was het daar wel eenigszins mee eens, maar achteraf heb ik toch spijt, mijn hart niet gelucht te hebben. Ik zou dat niet gedaan hebben over de kiezers, die een A.-R. verwisselden voor een S.G.P.er. Daar zijn er in mijn omge ving die dat beslist een achteruitgang vinden, maar ik zeg maar zoo, dat moet je nog afwachten. Als je tenminste hun pamflet mag gelooven! Over de 1000 kiezers die niet gestemd hebben, och wat moet je daar van zeg gen. Daar zijn heel wat zieken en vertrok kenen onder en nog wat gemoedsbezwaar den, neen, daar had ik ook het zwijgen wel toe gedaan. Maar die 368, die een biljet in d'r han den hebben gehad en dat biljet moedwil lig verknoeiden, of uit slordigheid van on waarde maakten, of, wat met het grootste deel het geval was, blanco in de bus stop ten, daar had ik een hartig woordje mee willen spreken. Maar 't is boter aan de galg gesmeerd, laat ik het niet doen. Ver onderstel eens dat die allemaal A.R. had den gestemd. En nu ik deze week van zooveel plaat sen las: A.R. één winst, nu is het me toch gaan kriebelen. Want al waren wij met A.R. één verlies, nu solidair met de FEUILLET O N Naar het Engelsch van EMMA JANE WORBOISE. 46) _0_ Dit verbod was mij hoogst onaange naam, daar het boschje mijn meest ge liefkoosd plekje was, waar ik steeds vrije lijk al mijn luchtkasteelen kon bouwen, en novellen en romans kon bedenken, die ik in latere jaren hoopte te zullen schrijven, of, liever nog, zelve te doorleren. Mijn gelaat drukte zeker mijn teleurstelling uit, want tante Judith zeide: „Wij hebben altijd vrijen toegang gehad tot het eikenbosch je, en ik zie niet in, waarom nu aan het kind verboden moet worden het te betreden. In vorige jaren maakte het nooit eenig onderscheid, of Cuppage bewoond werd of niet." „Maar het kan toch niet goed wezen voor Chrystie, om met een jongen om te gaan", hernam Mona. „Waarom niet, indien hij een goede Jongen is, en zich fatsoenlijk gedraagt, zooals van Julia's kleinzoon te verwach ten is?" was het antwoord van Judith. „O, heel bestl Alles wat ik zeg wordl natuurlijk niet geteld", hernam Mona zeer knorrig. „Maar wanneer Chrystabel lomp, ongemanierd en brutaal wordt, evenals een jongen, dan zult gij u mijn gemeenten St. Laurens, Souburg en Vlis- singen, dit was een solidariteit waar ik niets van moet hebben. Nu wij evenwel meegedeeld hebben in een „streekverschijnsel" laat ik beschou wingen hierover maar voor rekening der redactie. Binnenkort verwacht ik wel een balans voor de provincie Zeeland met be schouwingen. Van de politiek naar het onderwijs is maar één schrede. Ons jongste troetelkind, de Christelijke school voor buitengewoon lager onderwijs heeft dezer dagen weer onze hulp inge roepen. Déze dappere vereeniging is be gonnen in het geloof dat de Walchersche christenen deze school zouden voorzien van meubilair en leermiddelen. Met het allernoodzakelijkste kon in December 1938 worden begonnen. Maar vooral de leermiddelen vragen voortdurend nieuwe uitgaven. In samenwerking met den Chr. Vrouwenbond wil men thans, door het houden van een bazar, het bestuur in staat stellen dezen mooien maar zwaren arbeid aan het zwakzinnige kind op de meest doeltreffende wijze te verrichten. De twee hoogste burgeressen van onze stad, Mevr. Quarles van Uffordbaro nesse Mulert tot de Leemcule en Mevr. Van "Walré de BordesGrothe, vormen het Eëre-comité. En talrijke dames en heeren uit onze stad hebben steun en me dewerking toegezegd. Wat voor ons wil zeggen: allen de schouders er onder. Op voor de Ghr. B.L.O.-school. Onze openbare leeszaal en bibliotheek imlag -zich ook in een toenemende belang stelling verheugen. Wekelijks komen een 40Q-tal bezoekers de lees- en studiezaal in en geeft de bibliotheek een 1000-tal boeken uit. In het verslag staat nauwkeu rig aangegeven hoeveel romans en ook het aantal studiewerken dat wordt uit gegeven. Voor vele jongere en ook oudere leerlingen biedt de gezellige studiezaal met zijn vele naslagwerken en wetten een uitstekende gelegenheid zijn kennis op velerlei gebied te verrijken. Ook de overdadig voorziene leestafels bieden meer dan alleen wat verstrooiing, En het personeel beijvert zich steeds ieder zoo veel mogelijk naar eigen smaak van gees telijk voedsel te voorzien. Dezer dagen is wel aan het licht ge komen dat wij: plaatselijk leven onder een overdaad van verordeningen, die ons ge meentelijk bestuur meer last dan rust be zorgen. Het slepende geval „de Midza- borden" heeft aan het lioht gebracht, dat een en dezelfde zaak in niet minder dan drie verordeningen wordt geregeld en in alle drie verschillend. Als de oude raad dit geval nog tot aller tevredenheid in 't reine moet brengen, dan voorzie ik nog eenige warme uurtjes om de hoef ijzervormige raadstafel. Maar hij zal het wel aan zijn opvolger overlaten. Ein die zal verstandig doen een unificatie-ver ordeningscommissie te benoemen, om dergelijke toekomstige eventualiteiten te voorhoimten. Daar blijft dus nog werk aan den Winkel. Zeg amice, ook de rnlooie boot „Piet Hfein" gezien? En de door ons allen ge liefde bewoners van die boot? Nu, dan is je week ook goed geweest en daarom hier een „tot wederziens". Als altijld, je STENTOR. IN VRIJHEID GESTELD. Naar we vernemen heeft de Justitie te Middelburg den hoofdonderwijzer v. H. en den wethouder de K. uit Krabben- d ij k e, na hun verhoor in vrijheid ge steld. Zooals men weet werden beide ver dacht van gepleegde fraude in de school administratie van de Gereformeerde school aldaar. Verplaatst. Met ingang van 1 Juli a.s. wordt de rijksveldwachter brig, tit. rijkspolitie hondengeleider A. Tavenier, te Nieuw- dorp, verplaatst naar Soestdijk. oordeel over jongens wel eens herinne ren". Ik dacht, dat haar oordeel over jongens wel wat heel streng was, maar ik zeide niets. Een paar uren later ging ik volgens mijn gewoonte tante Rachel bezoeken, en deelde haar natuurlijk het belangrijke nieuws omtrent Cuppage mede. Zij was even verwonderd als haar neef en zijn zusters, en de herinneringen uit het verle den schenen ook bij haar op te komen, terwijl zij zachtjes, als tot zich zelve, her haalde: „Teruggekomenl op Cuppage te ruggekomen! Het is zeer vreemd." „Maar, lieve tante", zeide ik, „het is toch niet zoo heel verwonderlijk, dat de menschen eenmaal terugkomen, indien zij niet gestorven zijn. Een plaats als Cup page kan toch ook niet voor altijd verla ten zijn." „Voor altijd is een zeer lange tijd, Chrystie; maar ik had niet verwacht ooit een Catherwood in deze wereld terug te zien. Doch ik moet u opmerken, mijn lieve, dat gij: al zeer slecht Engelsch hebt gesproken; gij weet welk 'n afkeer ik heb van ingewikkelde phrasen." „Ik zal voortaan mijn best doen, tante Rachel, om beter te spreken, maar ik ge loof, dat wij allen dezen avond onze zin nen een weinig verloren hebben; nog nooit heb ik tante Judith zoo verwonderd gezien, en oom Mathhias, dat is niet te beschrijven; en toch weet ik, dat hij meer malen dacht, dat Julia wel spoedig zou Oostkapel Ie. Door de politie alhier is proces-verbaal opgemaakt tegen den land bouwer G. de V. wegens het niet be sproeien van aardappelen tegen den colo radokever. Een kleine advertentie in de rubriek „Vraag en Aanbod" kost slechts 75 cent bij vooruitbetaling. Rechtbank te Middelburg. Zitting van 23 Juni 1939. Meineed. J. W, K., 28 jaar, landbouwer te Re- nesse, was verdacht van meineed. Hij heeft te Zierikzee op 5 April 1939, als getuige gehoord voor het Kantongerecht aldaar, in de strafzaak van het >0. M. tegen J. C. de Bruyn, verdacht van over treding der Jachtwet, mondeling per soonlijk onder eede opzettelijk een valsche verklaring afgelegd in een zaak betref fende overtreding der jachtwet, Verdachte was verschenen en werd rechtskundig bijgestaan door (Mr F. W. Adriaanse, advocaat te Middelburg. De getuige Horst, jachtopziener te Re- nesse, blijft bh zjjn proces-verbaal. Ter gelegenheid van een uitvoering te Re- nesse heeft verdachte aan getuige ge vraagd: „weet je al wie die tweede is geweest in dien nacht?" Get. antwoordde bevestigend ofschoon hij het niet zeker wist. Verdachte zeide daarop: „dat was ik". De getuige de Bruyne, arbeiders te Re- nesse (destijds verdachte), verklaarde thans de verdachte Kooman den bewus- ten avond niet te hebben gesproken. De president verwijst dezen getuige onmiddel lijk naar zijn plaats. De volgende getuige Koopman te Re- nesse, die destijds op de uitvoering bij het gesprek is geweest, ontkent thans iets van het besprokene te weten. Ook deze getuige wordt naar zijn plaats verwezen. Vervolgens wordt de majoor der Rijks- veldwacht de Jonge, te Haamstede, ge hoord, die bij zijn verklaringen blijft in het proces-verbaal afgelegd. Na deze verklarin"- worden beide ge tuigen opnieuw géhoord, doch blijven vol houden te ontkennen een gesprek met van der H. te hebben gehad. De getuige de Bruyne wordt, nadat de Rechtbank in raadkamer is geweest, nog maals gevraagd of hij' bij' zijn verklarin gen blijft. Hij antwoordt daarop bevesti gend. De 'President dicteert thanis een verkla ring die door den get. de B. zal worden geteekend. Nadat een en ander is ge- gieschied, komt get. de B. op zijn ver klaring terugi en erkent den bewusten avond met dien verdachte K. te hebben gestroopt en te hebben geiichtbakt. Verdachte ondervraagd, ontkent in het jachtveld te zijn geweest en houdt vol destijds voor den Kantonrechter de waar heid te hebben gezegd. De get. Verton, wederom gehoord, geeft thans toe dat wat hij aan den majoor der Rijksveldwacht heeft verklaard, waar is. De Officier van Justitie aan het woord komende, is van oordeel dat de meineed vast staat. In jachtzaken wordt, aldus de 'Officier, ontzettend gelogen. De 'Officier eischt 6 maanden gevange nisstraf. De verdediger van verdachte verzoekt de Rechtbank zich ernstig te bezinnen. Veroordeeling zal alleen kunnen volgen als 100 pet. zeker is, dat vast staat dat de meineed is gepleegd. Vaischheid in geschrifte. T. C. 'C., 26 jaar, schildersknecht te Hoedekens'kerke, was verdacht van vaischheid in geschrifte, doordat hij: tus- scben 1 April 1937 en 1 April 1939 een nationaliteitsbewijs voor een tweewielig motorrijwiel beeft verval'scht, door bet jaartal van afgifte van dat bewijs valschelijk en in strijd met de waar- terugkeeren." „Heeft bij' dat waarlijk gedacht? Maar bij beeft zich dit zoo dikwijls- voorgespie geld, sedert zij vertrokken is; ten minste sinds kapitein Trafford in Indië gestor ven is, en wij allen verwachtten dat zij' te huis zoude komen, toen zij- als weduwe achterbleef; maar Julia beeft gedurende haar gansche leven nooit gedaan, wat men veronderstelde dat zij doen zou. Ik heb nooit iemand ontmoet, die zoovele personen teleurgesteld heeft, als zij deedl Zij was zelfzuchtig; ja! en ongevoelig te vens, dat is de waarheid, Chrystie. Ik ge loof niet, dat zij ooit iemand opzettelijk leed beeft gedaan; ik geloof, dat zij' nooit met voorbedachtzaamheid te werk ging om iemand ongelukkig te maken, en toch beeft zij veel kwaad gedaan - zij heeft sommige menschen diep rampzalig ge maakt!" Tante Rachel sprak, zooals ik haar nog nooit gehoord had; daar was zelfs eenige bitterheid in haar toon, en bepaald een opgewondenheid, die geheel vreemd was aan haar gewone kalme bezadigdheid. Haar bleeke wangen waren zelfs met een lichten blos overdekt; ongetwijfeld had zij eens groot belang gesteld in de familie van Cuppage en hoofdzakelijk in Julia. Ik weet niet recht hoe, maar zeker was het, dat die bewoners van Cuppage ons allen voor een paar dagen in een koorts achtige stemming brachten, want wij de den bijna niets anders dan allerlei dingen aangaande hen, die mogelijk en waar- Onder een, zooals te verwachten was, buitengewoon groote belangstelling heeft dr H. Colijn Donderdag j.l. zijn zeventig sten verjaardag mogen vieren. Die belang stelling kwam niet alleen uit Anti-Revolu tionairen kring, maar ook velen daar buiten hebben hun dankbaarheid ge toond, dat onze minister-president op den leeftijd der sterken, door God geze gend wordt met een lichamelijke en gees telijke werkkracht, die nog ongebroken mag worden genoemd, waardoor hij zich nog aan 's lands belangen geven kan. Waar de geruchten nog steeds blijven loepen, dat een kabinetscrisis niet uit gesloten moet worden geacht, mag worden gehoopt, dat het onzen bekwamen en al lerwegen het vertrouwen genietenden premier gelukken moge dat gevaar te be zweren en tevens, als dit noodig is, orde op de financieele zaken te stellen. We booren de laatste weken, vooral in R.K. pers, weer geluiden, die we uit finan cieel opzicht niet aarzelen hoogst beden kelijk te noemen. Tegen sommiger verwachting in, was er in de Tweede Kamer een groote meerder heid voor het wetsontwerp tot invoering van den kinderbijslag. Dat dit wetje er ongewijzigd doorging, was wel een succes voor Minister Romme. Terwijl we dit schrijven is het Minis ter Goseling, die de vuurproef moet door staan. Dé Kamer behandelt n.l. het rap port der commissie-Schouten over de kwestie-Oss, welke conclusies naar het zich laat aanzien, wel een meerderheid in ons Lagerhuis zullen vinden. Het is nu de vraag of dit zal beteekenen 't heen gaan van dezen Minister, die in deze kwestie wel een beleid heeft gevoerd, waartegen ernstige bedenking moet wor den ingebracht en dat ook door gemis aan tact wordt gekenmerkt. De Gemeenteraadsverkiezingen in de groote steden waren voor de A.R. partij belangrijk gunstiger dan die in de voor naamste plaatsen op Walcheren. In de belangrijkste steden is het zelfs gelukt een zetel te winnen. Dat de S.D'.A.P. over 't algemeen eenige achteruitgang had te boeken valt tevens te constateeren, zij het natuurlijk niet in die mate als te Am sterdam, waar enkele leidinggevende fi guren uit deze partij zich aan hoogst laakbare handelingen hebben schuldig gemaakt. Dat dit kwaad ook in anderen kring voorkomt, is echter deze week weer te Krabbendijke gebleken. Wat de buitenlandsche gebeurtenissen betreft, trekt vooral de gang van zaken in het verre Oosten onze aandacht. Japan is begonnen met zijn blokkade van de Engelsche en Fransche concessies te Tientsin en zet die door. Daarmee zijn de verhoudingen aanmerkelijk verscherpt. We kunnen waarnemen, dat de Britsch- Japanscbe incidenten steeds veelvuldiger en ernstiger worden. We Leboeven slechts te vermelden: de internationale concessie op Amoy, de aanhouding van 't Engelsche passagierschip „Ranpura"; de arrestatie van den Britschen militairen attaché Spear en van luitenant Cooper, en nu weer de blokkade van Tientsin, Daarbij komt nog het Japanscbe .-.ulti matum" aan de buitenlandsche mogend heden, welke oorlogsschepen in Swatau hebben liggen, om haar bodems met den uiter,-ten spoed terug te trekken aan welk „verzoek" echter niet voldaan zal ■worden. Waar zal dit alles heen voeren? Het is wel zeker en dat weet Japan ook wel dat de militairo en maritieme strijdkrachten, welke de Westersohe we reld in het Verre Dosten onderhoudt, ab soluut onvoldoende zijn om met de ge ringste kans op succes een gewapend con flict te wagen. Bovendien kan Engeland zijn vloot niet uit de Europeesche wate ren halen, zoolang in ons werelddeel zelf de spanningen zoo ernstig zijn. Et is tot dusverre geen enkele aanwijzing, dat de Vereenigde Staten binnen afzienbaren tijd bereid zullen zijn hun geweldige oorlogs vloot tegen Japan te keeren. 'Wat dan? Zal men tot economische maatregelen overgaan? Hoe het ook zij, orkond moet worden, dat Japans positie, ook al kan het China niet onder de knie 'krijgen en al wordt het door dezen oorlog financieel uitgeput, in het verre 'Oosten steeds sterker wordt. Nu staat Japan nog tegenover Enge land en de Vereenigde Staten, twee mach tigen in de wereldpolitiek. Straks plaatst het zich wellicht tegenover zwakkeren. Zullen dezen dan op de grooten kunnen rekenen? Wie durft daar staat op maken? Het Oostersche probleem stelt ook Nederland als koloniale mogendheid voor een ern stige situatie. De ontwikkeling der gebeurtenissen in het Verre Oosten komt juist op dit mo ment Berlijn en Rome niet ongelegen. De Duitscho pers spot inet het machte- loozo Engeland, dat de middelen niet bezit om bet imperialistische levensruim, hetwelk het in den loop der eeuwen ver overd heeft, zelfs tegen betrekkelijk lichte aanvallen van buiten te verdedigen. Ze lacht verder Engeland uit, dat het nog steeds geen verdrag met Rusland kon sluiten. „Er zijn nog verschillende andere punten," zei Chamberlain. Welke? De Duitsche pers noemt, met zichtbaar leedvermaak, één 'kwestie, Stalin eischt onverbiddelijlk en onvoorwaardelijk, dat Engeland Sovjet-Rusland voor eiken oor log tegen Japan zal waarborgen; dat En geland derhalve mede ten oorlog zal trek ken, als in bet Verre Oosten Japan Rus land of Rusland Japan aanvalt. De 'Engelsche diplomatie staat wel voor groote moeilijkbeden van delicaten aard. beid met rooden inkt te veranderen van 1931 in 1'934, zulks met het oogmerk om dat bewijs als echt en onvervalsc'ht te gebruiken of door an deren te doen gebruiken, terwijl uit dat gebruik eenig nadeel kon ontstaan; en vervolgens dat vervalschte bewijs hij den verkoop van zijn motorrijwiel als „echt" af te geven aan zekere P. A. Philipse te 's-Gravenpolder. De Officier van Justitie eischte 1 mnd. gevangenisstraf en toewijzing van de ci viele vordering ten bedrage van f 50 aan P. A. Philipse. J. V., 59 jaar, huisvrouw M. F. te Zonnemaire, was in hooger ber'oep ge komen tegen een vonnis van den Kanton rechter te Zierikzee, waarbij zij wegens, zonder de vereischte vergunning, sterken drank in het klein verkoopen, werd ver oordeeld tot een geldboete van f 150 of 1 maand hechtenis. De Officier van Justitie eischte thans, bevestiging van het vonnis waarvan hoo ger beroep. De verdediger van verdachte Mr 'C. J. B. du Groo', bepleitte ontslag van rechts vervolging. A. N. B., 56 jaar, koopman te Vlis- singen, was in hooger beroep gekomien schijnlijk waren, bespreken. Ik was nog niet in bet eikenboschje teruggekeerd, en zag ook niets meer van Louis Trafford, tot Zaterdagmiddag toe, toen ik plotseling, terwijl ik rustig in het prieel zat, en met mijn lessen bezig was, een zacht gefluit hoorde, en opziende zag ik mijn jeugdigen held met zijn harmonica, onder een van onze appelboomen staan. „Waar zijt gij al dien tijd geweest, miss Tyndale?" vroeg hiji op eenmaal. „lede ren dag ben ik naar het boschje gegaan, maar gij waart nergens te zien; en ik ver langde zoo zeer u te vragen, of gij bij: ons wilt komen, om kennis met mama te ma ken. Ik heb haar alles verteld aangaande mijn Titania, en zij wenscht zeer u te zien kom, wilt gij' nu meegaan?" „Neen, dank u" antwoordde ik ernstig, ofschoon ik inwendig kookte van woede, dat hij: mij' zjjn Titania durfde noemen. „H moet mijn lessen nog leeren." „Gaat gij naar school?" „Ja." „Vindt gij dat pleizierig?" „Ja." „Zijn uwe lessen lang en moeilijk, miss Tyndale? Laat mij' eens even zien." Eh met een vluggen sprong was de stoutmoedige knaap naast mij in het priëel gekomen, terwijl hij mijn school boeken kalmpjes doorbladerde. Ik tracht te mij verontwaardigd te toonen, doch ge voelde slechts verlegenheid. Daar zat hij tegenover mij, volkomen kalm en gemak kelijk, babbelende, alsof hij mij zijn gan- tegen een vonnis van den Kantonrechter te 'Middelburg, waarbij hij" wegens, het als bestuurder van een rijwiel daarmede rijden over een weg, terwijl hij' verkeert onder zoodanigen invloed van het gebruik van alcoholhoudende drank, dat hij niet in staat moet worden geacht dat rijwiel naar beh'ooren te besturen, en als be stuurder van een rijwiel niet rechts 'hou den, werd veroordeeld tot een geldboete van f 10 of 5 d. h. De Officier van Justitie eischte thans bevestiging van het vonnis met uitzon dering van de straf en veroordeeling tot een geldboete van f 25 te vervangen door 15 dagen hechtenis. W. J., 61 jaar, schipper van een mo torschip te 'Breskens, was in hooger be roep gekomen tegen een vonnis van den Kantonrechter te 'Oostburg, waarbij' 'hij wegens overtreding van de wet op de evenredige vrachtverdeeling, werd veroor deeld tot een geldboete van f40 of 20 dagen hechtenis. De 'Officier van Justitie eischte thans niet ontvankelijkverklaring van het inge steld hooger beroep. De verdediger van verdachte, Mr Groe- newege, te Oostburg, verzoekt de Recht bank verdachte vrij te spreken. sche leven reeds gekend had. „Kom, ga nu mee om mama te zien", zeide hij ten laatste, terwijl hij mijn Fran sche dictionnaire dichtsloeg. „Zij' is de beste moeder op de geheele wereld, gij zult zeker dol veel van haar houden, en ik weet, dat zij u ook lief zal vinden, gij zijt juist voor haar geschikt. Kom, ga nu toch mee, het is zoo grenzenloos verve lend op dat Cuppage. „D'ank u zeer, maar ik ben overtuigd, dat mijn oom en tantes het niet zouden goedkeuren. Ik breng nergens een bezoek dan met bun voorkennis, en dan nog slechts bij mijn schoolkennissen." „Waar bevindt zich die dierbare oude heer, en die eerbiedwaardige dames, uwe tantes? Breng mij bij hen, en ik zal hun zelf wel mijn verzoek voordragen." Ik stond onbeweeglijk, verschrikt over het zelfvertrouwen van dezen jongen. Wat zouden de dames wel zeggen? En tante zou zeker al den blaam op mij werpen. Maar ik kon bet toch niet helpen. On- dertusschen, kon ik, in weerwil van mijn ergernis, niet nalaten de fiere handel wijze en de geestige wijze van spreken van Louis Trafford te b' wonderen. Het volgende oogenblik was hij den boomgaard uit, en den moestuin doorge gaan. Blijkbaar was bet zijn bedoeling om door te dringen tot in het huisgezin der Perrens. Ik volgde hem langzaam, daar ik besloten bad hem zijn debuut zonder mijn hulp te laten volbrengen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1939 | | pagina 5