Wijziging van de Dienstplichtwet.
|g3|€SHM
Verbetering Sociale toestanden.
Mf.MrM Flank Goes
Dagblad voor de Provincie Zeeland
EERSTE BLAD.
De Regeering geeft nadere toelichting.
ISMS!
iilr?r
Belangrijkste Nieuws.
~4 OBLïGATIE-LEENING
voor Diaconessearbeid in Dordrecht,
Buitenland.
De gezonken Engelscbe
onderzeeër.
Reddingskansen verminderd.
I
ZATERDAG 3 JUNI 1939
53e JAARGANG - No. 206
-v'
Uitgave: N. V. Uitgevers - Maatschappij
„Luctor et Emergo" ter exploitatie van
het blad „De Zeeuw"
Bureaux Lange Vorststraat 7 0, Goes
Postrekening 44455 Telefoon 11
bijkantoor Middelburg: Fa. Boekhandel
J, J. F A N O Y, Lange Burg 40. Telefoon 28
Directeur - Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA
Abonnementsprijs f2.60 per kwartaal
Weekabonnementen voor Middelburg
Goes en Vlissingen f 0.20
Losse nummers 5 cent
Advertentiën 30 cent per regel
Ingezonden mededeellngen 60 cent per regel
Kleine Advertentiën Dinsdags en Vrijdags
f 0.75 bij vooruitbetaling
Advertentiën onder Ietter of motto
10 cent extra
Bij contract belangrijke korting
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
Wij hebben er onlangs aan herinnerd,
dat het optreden van het Kabinet-Mackay
nu een halve eeuw geleden niet al
leen een keerpunt vormde in den school
strijd, maar dat toen ook de eerste beslis-
sonde stap werd gedaan op het gebied van
de sociale wetgeving.
Er is nadien op sociaal gebied wel zeeT
veel veranderd.
Daaraan werden wij- nog weer herin
nerd 'bij het naslaan van „Christelijk So
ciale Studiën" door Dtr J. R. Slotemaker
de Bruine.
De eerste druk van dit werk verscheen
einde 1908, dus nauwelijks dertig jaar
geleden.
Hoe was toen de toestand op sociaal
gebied in ons land?
De schrijver vestigt er in den breede de
aandacht op, dat het toen met de levens
voorwaarden van de arbeidende klasse, in
Yele landen en ook ook in ons vaderland,
treurig gesteld was.
De officieele cijfers omtrent loonen, ar
beidstijden, ongevallen enz. zegt hij, spre
ken een taal die de ziel ontroert en het
geweten ontrust.
In verband daarmede wordt dan in
den breede gehandeld ovor de loonen,
over de verdeeling van de opbrengst van
den gezamenlijken arbeid, tusschen pa
troon en arbeiders en op de vele en ern
stige misstanden, als gevolg daarvan, de
aandacht gevestigd. Spreken van deze
dingen is tegelijk oproep tot verweer hier
tegen. Nuchtere beschouwing van menig
arbeidersbudget doet zien, dat dikwijls
het noodige niet wordt bereikt
Verder wordt gewezen op de w o -
ningtoestanden. Er zijn wo
ningen die spotten met de eischen van ge
zondheid, gezelligheid en zedelijkheid.
Blijkens de volkstelling van 1910 waren
er toen nog 237.295 één-kamer-woningen,
waar 859.231 menschen verblijf hielden.
Men stelle zich voor welk een invloed het
ontbreken van een behoorlijke woning
heeft op de stemming, de lichaamskracht,
de zedelijke opvoeding. „Hoeveel drang tot
uithuizigheid met de daaraan klevende el
lende van drankmisbruik, gezinsbreking
en onzedelijkheid er uitgaat van een
slecht huis, waar het bijna niet gezellig
is te maken, waar het opbloeiende ge
zinsleven niet tot zijn recht komen kanl"
Voorts wordt stilgestaan bij de be-
staansonzekerheid van de arbei
ders in verband met werkloosheid en
ouderdom. Bij' den kinderarbeid
waardoor bij vele kinderen de jeugd wordt
versomberd, hun gezondheid en groei
kracht gedempt, hun leervermogen be
denkelijk geknot.
De aandacht wordt gevestigd op het
euvel van het om loon werken van
de gehuwde vrouw, omdat de
verdienste van den man niet voldoende is,
soms door laag loon, soms door ziekte,
m het gezin het noodige te verschaffen,
met als gevolg verbreking van het ge
zinsleven en grooter kindersterfte.
Ook wordt niet verzuimd de aandacht
te vestigen op de overmatig
lange arbeidstijd voor
mannen en vrouwen en de
nog veel voorkomende nachtar
beid, wat beduidt een voortdurend
gaan in den tredmolen, een afmatten van
het lichaam, doch ook van den geest;
langzaam-intredende ondermijning van de
lichaamskracht en versuffing van den
geest.
Bij het lezen van dergelijke beschou
wingen, staat men verbaasd, dat dit alles
nauwelijks 30 jaar geleden kon worden
geschreven. Eh tegelijkertijd is men ver
wonderd over de groote veranderingen die
in zoo betrekkelijk kort tijdsbestek zijn
tot stand gekomen.
Het loonpeil is zeer belangrijk geste
gen; de volkshuisvesting heeft een enor
me verbetering ondergaan, er zijn wette
lijke maatregelen getroffen om te voor
zien in den nood van zieken, invaliden,
ouden van dagen. D'e werktijd niet alleen
van vrouwen en kindoren is aan bepaalde
regelen gebonden, en de werkloosheidsver
zekering heeft rijke vruchten afgeworpen.
En daarnaast is er de opkomst van de
Christelijk sociale organisaties op maat
schappelijk gebied zoowel van patroons
als arbeiders, met als gevolg een groeien
de bedrijfsorganisatie, die als meer nor-
ale tijden mogen intreden, van beslis-
ende beteekenis kan zijn voor een ge-
onde ontwikkeling van het maatschappe-
bk leven in Christelijken zin.
Wij letten zoo gaarne op de vele soha-
fhiwzijden van dezen in vele opzichten
ritieken crisistijd. Maat laten wij daarbij
iet vergeten aandacht te schenken aan
e ve^e en ingrijpende verbeteringen die 1
in zoo betrekkelijk korten tijd bereikt
werden.
Te roemen is ons daarbij niet oor
baar.
Maar wel past ons grooto dankbaar
heid voor de zegeningen die God ons
schonk ook in meerdere toepassing vaD
de Christelijk sociale beginselen.
INSPECTIE VAN DEN LANDBOUW.
Bijl K. B. is met ingang van 1 Juni '39
aan mr J. J. "Wint er mans eervol
ontslag verleend als inspecteur van den
landbouw.
Aan den heer "Winterimians is dank be
tuigd voor de door hem bewezen diensten.
GEEN VERLENGING VAN EERSTEN
OEFENTIJD DAN IN BIJZONDERE
INTERNATIONAAL POLITIEKE
OMSTANDIGHEDEN.
Contingents-uitbreiding te kostbaar.
Blijkens de memorie van antwoord aan
de Tweede Kamer nopens de wijziging
van de Dienstplichtwet beoogt de regee
ring met de voorgestelde wijziging van de
dienstplichtwet niet om, onder normale
omstandigheden, den eersten oefentijd te
verlengen en daardoor een grootere vre-
dessterkte in het leven te roepen.
De eerste oefentijd, zooals die laatstelijk
werd vastgesteld, wordt op zich zelf voor
het Nederlandsche leger voldoende ge
acht. De eenige reden, waarom het onder
havige voorstel werd ingediend, ligt in
het latente oorlogsgevaar, dat den laat-
sten tijd ons werelddeel bedreigt.
Al is de regeering volkomen overtuigd,
dat geen enkel naburig land tegenover
Nederland zullk een plotselingen aanval
beoogt, bij bet uitbreken van een oorlog
tussohen de groote mogendheden van
West-Europa kan er licht een situatie
ontstaan, die ons dwingt onmiddellijk
onze zelfstandigheidspolitiek met kracht
van wapenen te steunen en de mobilisatie
van ons veldleger te verzekeren.
Vooral oimldat niemand voorzien kan
hoe lang deze toestand van latent oor
logsgevaar nog duren zal en hoe vaak dat
gevaar in acuter vorm zal optreden, zoo
dat opnieuw oproeping moet plaats vin
den, is het onvermijdelijk geworden naar
andere voorzieningen ter beveiliging van
grens en kust om te zien.
Sociaal gezien, is de beste vorm dan
ongetwijfeld, een noodige vergrooting der
vredessterkte te verkrijgen door een be
roep te doen op de jongeren, die in den
regel nog niet zoo vast wortel hebben ge
schoten in het maatschappelijk leven.
Daarbij komt nu nog het militaire ar
gument. De oudere lichtingen waaruit het
overgToote deel der grens- en kusttroepen
bestaat, zijn onvoldoende geoefend om
een eersten stoot te kunnen opvangen.
Door een eventueel nadienen van hen,
die een eersten oefentijd van 11 maanden
aohter den rug hebben, wordt in dit op
zicht een moeilijk te overschatten verbete
ring in de grens- en kustbeveiliging ver
kregen, telkenmale wanneer die noodig
mocht blijken.
Dat beteekent, dat van den voorgestel-
den maatregel alleen gebruik zal worden
gemaakt, indien zich omstandigheden
voordoen, die anders aanleiding zouden
moeten geven tot buitengewone oproe
ping van dienstplichtigen voor de grens-
en kustbeveiliging. Zijn die omstandiflr
heden er niet, dan blijft de voorge
stelde machtiging tot het verlengen van
den eersten oefentijd buiten toepassing.
Het gaat derhalve om niets anders dan
om de vervanging van een maatregel,
waaraan groote sociale en militaire be
zwaren kleven, door een anderen maat
regel, waarbiji deze bezwaren niet of in
veel geringere imlate bestaan en waarbij
tevens het voordeel wordt verkregen, dat
spoediger de aanwezige sterkte kan wor
den opgevoerd.
De kosten.
Dat in de memorie van toelichting is
gezwegen van de kosten, welke met de
voorgestelde maatregelen gemoeid zullen
zijn, vindt aanstonds verklaring in de
omstandigheid, dat in het wetsvoorstel
maxima zijn genoemd, terwijl in de toe
lichting werd verimteld, dat de omvang
van de toepassing der voorgestelde maat
regelen afhankelijk zal zijn van de om
standigheden.
De jaarlijks terugkeerende uitgaven
worden geschat op f 8.500.000 en de uit
gaven voor eens op f 14.080,000. Voor de
andere wapens zal de toepassing van den
maatregel niet of slechts op beperkte
schaal behoeven plaats te vinden.
Herhalingsoefeningen.
Wat de herhalingsoefeningen betreft,
moge worden opgemerkt, dat het in de
bedoeling ligt, zoo spoedig mogelijk over
te gaan tot het oefenen van de oudere
lichtingen. Om daarmede binnen een re
delijken tijd gereed te zdjin, wordt over
wogen twee oefenkampen op te riohten,
elk plaats biedende voor een regiment in
fanterie en een afdeeling artillerie op
oorlogssterkte, waardoor mede de moge
lijkheid wordt geopend te oefenen in oor-
logsverbanden. De jaarlijks terugkeeren
de uitgaven worden geschat op f 4.200.000
en de uitgaven voor eens op f 9.730.000.
Het kader.
Zooals hierboven reeds werd uiteenge
zet, ligt het in het voornemen de ver-
Kostan|es hebben weer
hun kaarsen aangestoken
En ik mijn Ibis-pijp,
die 'k dankbaar zit te rookên
wÊBw BF VOOR DE PIJP
Dobbelmannlekker, man
lenging van den duur der eerste oefening
slechts toe te passen, wanneer de inter-
nationaal-politieke toestand daartoe be
paalde aanleiding geeft; mede in verband
daarmede moet de encadreering zooda
nig soepel zijn, dat zij zoo noodig
weder kan worden ingeperkt. Het is dan
ook de bedoeling, een ruim gebruik te ma
ken van verlofspersoneel, in het bijzonder
beneden den rang van officier (o.m. vaan
drigs, dienstplichtige onderofficieren-ad
ministrateur, fouriers en sergeanten, die
tengevolge van de voorgestelde wijziging
eveneens langer onder de wapenen wor
den gehouden). Mocht nochtans voor en
kele rangen uitbreiding met beroepskader
noodzakelijk blijken, dan zal deze uitbrei
ding niet van zoodanigen omvang zijn,
dat daarin niet op redelijke wijze zou
kunnen worden voorzien.
Geen kanaal Almon—Pannerden.
Eén kanaal van Almen naar Panner
den biedt uit een oogpunt van de belan
gen van de landsverdediging ongetwijfeld
voordeelen. Met het oog op den toestand
van 's lands financiën en gelet op de eco
nomische, industrieele en scheepvaartbe-
langen, welke meer gebaat zijn bij een
kanalisatie van don IJssel, zal van den
aanleg van genoemd kanaal moeten wor
den afgezien.
De marine-kustwacht.
Dé verleging van den duur der eerste
oefening voor de dienstplichtigen van de
marine-kustwacht staat los van de tijds
omstandigheden. Of voor deze dienst
plichtigen de oefentijd op 21 maanden zal
worden gebracht, staat nog niet vast.
Verlies van betrekking.
Ook de regeering gevoelt de noodzake
lijkheid het vraagstuk betreffende bet
verlies van betrekking als gevolg van het
vervullen van militaire verplichtingen na
der in beschouwing te nemen, als èn
eerste oefening èn herhalingsoefeningen
igaancaai-raae
JilifPPl
"*h
mm m I I
-
ië«i
Het reddingswerk van den Engelschen onderzeeër „Thetis". Een luchtfoto op de plaats van het ongeluk, op het oogenblik,
waarop juist de achtersteven van de „Thetis" (rechts) boven water komt. Links een drietal reddingsbooten.
Binnenland.
Memorie van Antwoord over de verlen
ging van den dienstplicht.
De burgemeestersinstallatie te Middel
burg.
Buitenland.
Minder hoop op redding van de opvaren
den van de „Thetis".
Het Russische antwoord overhandigd.
Het Engelscbe Koningspaar naar België?
in stukken van flOOO.—f 500.—
en f 100.ad 100 °/0. Inschrijvingen
worden gaarne aangenomen door
uitbreiding ondergaan.
"Wat op dit gebied verder gedaan zal
kunnen worden, zal een punt van nadere
overweging uitmaken.
Weinig animo van vrijwilligers.
Ten aanzien van het stelsel van vrijwil
ligerscorpsen moge nog worden vermeld,
dat op een vrijwillige aanmelding op vol
doend groote schaal geenszins mag wor
den gerekend. Medegedeeld kan worden,
dat voor het vervangen van oudere
dienstplichtigen, die thans onder de wa
penen zijn geroepen zich nog geen 3000
man vrijwilligers hebben aangemeld.
De wenschen van generaal Röell.
Ten slotte moge in het kader van het
voorgaande een oordeel volgen over het
artikel in het Vaderland van 26 April j.l.
van de hand van den gewezen comman
dant van het veldleger, luitenant-generaal
b. d. Jhr W. Röell.
De schrijver vraagt een versterking van
bet oorlogsleger met twee divisiegroepen,
welke tevens en in eersten aanleg als
grensdekkingstroepen zullen moeten op
treden.
D'e aan,een dergelijke legeruitbreiding
verbonden kosten uit hoofde van beroeps-
personeel, kazerneering, afschaffing van
wapenen en ander materiaal, en aanschaf
fing en onderhoud van- paarden zouden
zóó hoog zijn, dat daaraan naar het oor
deel van den minister niet kan worden
gedacht.
De sociale kwestie.
Ten einde maatregelen te treffen, waar
door dienstplichtigen in staat zijn hun
vakbekwaamheid te onderhouden, wordt
overleg gepleegd met het departement van
Sociale Zaken.
HET SCHIP IS GEKANTELD.
Nog steeds wordt koortsachtig 'gewerkt
aan de bevrijding van de mannen, die
in de gezonken duikboot „Thetis" zijn
opgesloten.
Uit Birkenhead is een ploeg werklie
den met snijbranders vertrokken. Zij
'hoopten bij laag water een gat in den
romp van de „Thetis" te kunnen snij
den, waardoor luch't kon worden gepompt,
welk gat men daarna wilde vergrooten,
opdat de mannen er door konden krui
pen. Dit werk moest men evenwel sta
ken tot het getij' weer afnam. Ten ge
volge van de sterke strooming
kantelde het vaartuig, zoodat
'het achterschip onder water
is komen te liggen. Er is een ka-
hel onder den boeg van het schip door
gehaald. De luchtvoorraad in de duik
boot vermindert met de minuut.
Om tien uur deelde de Admi
raliteit mede, dat z ij tot haar
leedwezen moest verklaren,
dat de hoop, dat nog meer
m'enschenlevens gered kun
nen worden, vermindert.
Het achterschip is, toen het getij afliep,
niet, zooa'ls werd verwacht, opnieuw bo
ven water gekomen.
Terwijl het aanvankelijk heette, dat
reeds acht opvarenden van de duikboot
aan de oppervlakte waren gebracht,
wordt thans slechts van vier gesproken.
Twee der geredden vertelden, dat de
'overige opvarenden bezig waren gebruik
te maken van de D'avis-reddingstoe'stel-
len. Het is thans niet 'békend waarom
11