N.V. Hendrikse C= Bank Goes
Wijziging der Tariefwet
Dagblad voor de Provincie Zeeland
EERSTE BLAD.
'sHEERENLOO.
Hoogere invoerrechten
voor zes goederen-groepen
De strijd in Spanje.
Belangrijkste Nieuws.
3 V2 Obligatieleening
Maximum-heffing van
20 procent.
Buitenland.
MAANDAG 27 FEBR. 1939
53e JAARGANG - No. 127
Uitgave: N. V. Uitgevers Maatschappij
„Luctor et Emergo" ter exploitatie van
het blad „De Zeeuw"
Bureaux Lange Vorststreat 7 0, Goes
Postrekening 44455 Telefoon 11
Bijkantoor Middelburg: Fa. Boekhandel
J. J. F A N O Y, Lange Burg 40. Telefoon 28
Directeur-Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA
Abonrsensmtiprljs f".50 per kv
Weekabonnementen vo«r Alicwk.jurg
Goes en Vlissingen f 0.20
Losse nummers 5 cent
Advertentiën 3C cent per regel
Ingezonden mededeellngen 60 cent per regel
Kleine Advertentiën Dinsdags en Vrijdags
f 0.75 bij vooruitbetaling
Advertentiën onder letter of motto
10 cent extra
BIJ contract belangrijke korting
BATE VOOR DE SCHATKIST.
De totstandkoming der onderhavige
voorstellen zal een hate voor de schatkist
eekenen, welke bij' de nog steeds zeer
raoei'lijte positie van 's lands financiën i
met zonder heteekenis mag worden ge
acht. In de millioenennota is de hoogere
opbrengst gesteld op circa fö.OOO.OOO;
een anders dan zeer globale schatting is i
met mogelijk.
HANDHAVING VAN INDEELING
EN GRONDSLAGEN.
Zooals in de memorie wordt medege
deeld, moeten de onderhavige voorstellen
eschouwd worden als een partieele her
ziening van het bestaande tarief van in
voerrechten. De voorstellen zuilen der
halve in het tarief van invoerrechten
gorden opgenomen, waaruit de noodza-
ij'kheid volgt, de indeeling van het
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
Binnenland.
H. M. de Koningin naar Zwitserland.
Verhooging van invoerrechten.
Burgemeester van Ootmarsum ontslagen.
Buitenland.
Anti-Duitsche betoogingen in Polen.
De Joden tegen het Britsche plan inzake
Palestina.
Uitgifte eener
in stukken van f 1000 en f 500 h 100 °/0.
Rustige en soliede geldbelegging. Inschrij
vingen worden gaarne aangenomen door
In het prachtig voorjaarszonnetje genie
ten H. K. H. Prinses Juliana en Prin
ses Beatrix van een wandelritje in
Grindelwald.
Zaterdag is verschenen het reeds eenigen tijd geleden aangekondigde wets
ontwerp tot wijziging van de Tariefwet 1934 en de wet op het Statistiekrecht.
Bij deze verhooging van invoerrechten, waaraan de noodzakelijkheid, den afzet
der producten van de inheemsche nijverheid op de eigen markt te steunen, ten
grondslag ligt, zijn de volgende takken van nijverheid betrokken: de glas- en
aardewerkindustrie, de textiel- en kledingindustrie, de papierindustrie, de hout
en houtbewerkingsindustrie, de leder- en lederwarenindustrie en de metaal
nijverheid.
De indeeling van het huidige tarief en de grondslagen, waarop dit is opge
trokken, blijven gehandhaafd.
TOT STEUN AAN DE AFZET VAN
INHEEMSCHE PRODUCTEN OP
DE EIGEN MARKT.
De uitvoerige memorie van toelichting,
welke de onderteekening 'draagt van de
ministers1 van financiën, van economische
en van buitenlandsche zaken, bevat be
schouwingen omtrent de aanleiding tot de
tariefsherziening.
Ten aanzien van het vraagstuk van de
bestrijding der werkloosheid in het nor
male bedrijfsleven is de taak der overheid
een tweeledige, aldus de memorie van
toelichting. Eenerzijds zal gestreefd moe
ten worden naar een vermeerdering van
den afzet der inheemsche producten op
de eigen markt, anderzijds zullen maat
regelen ter bevordering van den uitvoer
niet ontbeerd kunnen worden. Het is de
door de regeering, in het belang der
werkgelegenheid hier te lande, gevoelde
noodzakelijkheid, den afzet der producten
van de inheemsche nijverheid op de eigen
markt te steunen, welke aan de onder
havige voorstellen ten grondslag ligt.
De ministers stellen het
op prijs, nog eens uitdruk
kelijk te verklaren, dat de
regeering een concurreerend
kostenpeil voor ons b e d r ij f fi
le v e n van overwegend be
lang acht en zal trachten
dit met alle 'haar ten dien
ste staande middelen te
handhaven.
Voor de beoordeeling dei voorstellen is
van belang, dat als gevolg van de in bet
buitenland veelal door de overheid ge
volgde exportpolitiek en door de toepas
sing van methoden van discriminatieve
prijsvaststelling, het niveau der 'pi ijzen,
die de Nederlandsche producenten op de
eigen markt kunnen bedingen, in tal van
gevallen is neergedrukt op een peil, dat
een rendabele productie ten eenenmale
onmogelijk maakt. Door de werking van
het invoerrecht zal derhalve ook bij gelijk
gebleven invoer de verhouding tussc'hen
kostprijzen en opbrengstprijzen der eigen
industrie verbeteren, hetgeen de renda
biliteit der ondernemingen en de daarin
bestaande werkgelegenheid ten goede zal
komen. De ministers stellen het op prijs,
hier uitdrukkelijk er op te wijzen, dat
deze prijsstijging noch buitensporig, noch
schadelijk zal zijn. Zij zal immers in het
algemeen slechts een deel van de ver'hoo-
ging van het invoerrecht bedragen. Van
een merkbare stijging van de kosten van
levensonderhoud zal dan ook geen sprake
zijn.
No-g stellen de ministers er prijs op,
te herhalen, 'hetgeen reeds in de millioe
nennota werd opgemerkt, dat de regee
ring groot gewicht hecht aan stabiele i
verhoudingen op tariefgebied. Het ligt
dan ooIk niet in het voornemen
de onderhavige voorstellen
binnen afzien'baren tijd door
andere dergelijke te doen vol
gen.
1 huidige tarief te handhaven, alsmede de
grondslagen, waarop dit ie opgetrokken.
De regeering denkt hierbij in de aller
eerste plaats aan de handhaving van 'het
beginsel van progressieve belasting van
de toegevoegde waarde.
De voorstellen moeten dus, algemoen ge
sproken, worden gezien als een poging
om met handhaving van de indeeling van
het huidige tarief, alsmede van het daar
aan ten grondslag liggende beginsel van
progressieve belasting van de toege
voegde waarde, voor bepaalde artikel-
groepen, welke zooveel mogelijk een afge
rond geheel vormen, een stelsel van 'be
schermende rechten op te bouwen door
een vergrooting van de spanning tus-
schen de invoerrechten op grondstoffen,
halffabrikaten en eindproducten, waarbij
als maximum-invoerrecht een heffing van
20 pet. van de waarde wordt gesteld.
De regeering heeft na ampele 'Over
weging besloten, haar voorstellen tot een
herziening van het tarief van invoerrech
ten in dezen vorm te gieten en er van
afgezien voorstellen uit te werken, waar
bij voor de verschillende artikelen ieder
afzonderlijk een invoerrecht bepaald
wordt, dat juist voldoende zo-u zijn om de
concurrentieverhoudingen met het buiten
land te nivelleeren en deze invoerrechten
te belichamen in een afzonderlijk tarief,
dat naast het bestaande tarief toepassing
zou vinden.
GRONDSTOFFEN EN HALF
FABRIKATEN.
Bij de bepaling van de hoogte van het
invoerrecht is de regeering uitgegaan van
de gedachte, dat de kostprijzen zoo min
mogelijk verhoogd zullen mogen worden
of m.a.w. dat de grondstoffen en pri
maire halffabrikaten zoo laag mogelijk
moeten worden belast.
De uitwerking van deze gedachte lever
de in zooverre moeilijkheden op, dat in
sommige gevallen de artikelen, die in de
eerste plaats voor de verhoogde invoer
rechten in aanmerking kom'en, geen eind
producten zijn, doch halffabrikaten. Dui
delijk doet zich dit verschijnsel voor bij
de textielgroep. Het eigenlijke doel van
de verhoo'ging is hier gelegen in 'het bie
den van een zeikeren steun aan de weef
industrie. Het eindproduct, b.v. kleeding,
zal met een verhooging van invoerrecht
in mindere mate gebaat zijn, daar de
moeilijkheden ten aanzien van den afzet
van deze artikelen in de eerste plaats
gezocht moeten worden in de scherpe
onderlinge concurrentie op de blnnen-
landsche markt. In dergelijke gevallen
ook de leder- en schoenenindustrie geeft
hiervan een duidelijk voorbeeld zal
verhooging van het invoerrecht op het
eindproduct meer gezien moeten worden
als een noodzakelijke consequentie van
de verhooging van het invoerrecht op het
halffabrikaat.
Verschillende der artikelgroepen, ten
aanzien waarvan voorstellen worden ge
daan, bevatten artikelen, welke grondstof
of hulp middelen zijn voor andere pro
ducten dan 'die, welke bij de verhooging
zijn betrokken. Het invoerrecht op deze
grond- en hulpstoffen is slechts in zeer
geringe mate verhoogd, waardoor voor
komen wordt, dat de producenten van
de met behulp dezer artikelen vervaar
digde producten benadeeld worden.
Ten aanzien van artikelen, welke ge
deeltelijk zijn samengesteld uit goederen,
welke bij' de voorstellen zijn betrokken, is
de regeering in het algemeen van het
standpunt uitgegaan, dat een verhooging
tot het maximumrecht van '20 pet. niet
noodzakelijk moet worden geacht, doch
dat met een iets lager invoerrecht mag
worden volstaan {in de meeste gevallen
is hiervoor 18 pet. gesteld).
Eenzelfde standpunt is ingenomen met
betrekking tot die artikelen, welke welis
waar een bewerkt eindproduct zijn, echter
niet uit een afzonderlijk daartoe samen
gesteld halffabrikaat, doch rechtstreeks
uit de grondstof zijn vervaardigd, zooals
bij' tal van aardewerkproducten het ge
val is. Ook dergelijke producten zijn in 't
algemeen niet hooger 'belast dan 18 pet.
Ten einde ongewenschte verschuivingen
als gevolg van een verandering in de ver
houding tusschten de bestaande invoer
rechten te voorkomen, zijn de onderge-
teelkenden bij de uitwerking der voorstel
len van het volgende schema uitgegaan:
Huidig invoerrecht
naar de waarde.
3 pet.
6 pet.
8 pet.
10 pet.
12 pet.
Voorgesteld invoerrecht
naar de waarde.
6 pet.
10 pet.
12 pet.
15 pet.
18 of 20 pet.
AFSCHEIDING VAN ARTIKELEN-
GROEPEN.
Tenslotte wijst de regeering er op, dat
als gevolg van de handhaving van de
indeeling van 'het bestaande tarief van
invoerrechten, 't niet steeds mogelijk was
een zoo nauwkeurige afscheiding der ar
tikelgroepen te maken als uit Oen oog
punt van nauwgezetheid geboden is. De
regeering heeft te dezen als richtsnoer
gesteld om in die gevallen, waar 'het ta
riefposten betreft, welke voor het over-
groote deel uit artikelen bestaan, welke
onder de verschillende artikelgroepen res
sorteeren, deze tariefposten, indien zij
zich niet voor splitsing leenen, in hun ge
heel in de vertiooging te betrekken. In die
gevallen, waar de betrokken artikelen een
gering onderdeel van een tariefpost, die
zich niet voor splitsing leent, uitmakten,
is deze post met het oog op het geringe
belang daarvan buiten beschouwing ge
laten. Bestudeering der voorstellen zal,
naar de ministers vertrouwen, doen zien,
dat helaas onvermijdelijke onnauwkeurig
heden van zeer geringen omvang zijn ge
bleven.
H. M. DE KONINGIN NAAR
ZWITSERLAND VERTROKKEN.
Zondagmorgen te Hondrich aangekomen.
Met den gewonen D'-trein, welke om
1 u. 25 van het station Staatsspoor in
Den Haag naar Bentheim vertrekt, is H.
M. de Koningin Zaterdagmiddag voor
een verblijf van enkele weken in Zwitser
land vertrokken. In dezen trein was een
slaapwagen van de Mitropa voor de Ko
ningin en haar gevolg gereserveerd.
Om 1 u. 20 kwam de Koningin voor het
station in de Rijhstraat aan. Zijl hield
•zich niet lang op in de eerste klasse
wachtkamer, doch begaf zich oogenblik-
klelijik in het gereserveerde rijtuig.
In het gevolg van de Koningin waren
de eerste hofdame jhvr. D. H. van Tets,
de adjudant, kapitein W. Romskinokel en
de ordonnans-officier jhr. D. J. A. A. v.
Lawick van Pabst.
Precies op tijd zette de trein zich in
beweging, waarna H.M. de Koningin,
staande voor een raatml van het rijtuig, de
huldiging van het piublie'k in ontvangst
nam. In verband met het feit, dat het
vertrek van de Koningin niet te voren
was bekend gemaakt, waren er slechts
weinige menschen op het perron aan
wezig.
In den trein ging nog mee de adjunct-
inspecteur der Nederiamidsche Spoorwe
gen, ir J. Steniger.
E:. M. de Koningin is Zondag, met
haar gevolg, in Hondrich aangekomen.
Hondrich is een mooi dorpje aan het
meer van Thun. L'e Koningin zal hier
twee of drie weken doorbrengen.
Azana's aftreden verwacht.
Het schijnt thans zeker te zijn, dat
president Azana zijn ambt zal neerleggen.
De mogelijkheid van verzet zou door
de leidende personen van het centrale
gebied in Spanje zelfs niet meer over
wogen worden. Er doen zich tal van ver
schijnselen voor, welke duiden op het uit
eenvallen van de politieke en militaire
kringen te Madrid.
De Oeuvre schrijft: Wij! vernemen uit
Burgos, dat terstond na de erkenning van
Franco door Parijs en Londen, hetgeen
vandaag zal geschieden, de regeering van
Franco naar men gelooft, een beroep zal
doen op de republikeinen om zich zonder
meer over te geven, waarbij Franco hun
een zekere clementie zal waarborgen. Den
republikeinen zou een zeer korten termijn
voor capitulatie worden gelaten. Aan
vaarden z ij; het voorstel niet,
dan zal het groote offensief
tegen Madrid terstond inzet
ten.
Wat Azana gaat doen, staat nog niet
vast. Het meest waarschijnlijke is wel af
stand doen en rustig gaan leven op zijn
villa te 'Gollongesous-Saleves.
DE PLANNEN VOOR PALESTINA.
Verwerping der Britsche voorstellen?
De voorstellen, die de Britsche regee
ring vandaag bij de besprekingen ten
aanzien van Palestina zal indienen, zijn,
naar men meent te weten, bestudeerd in
een langdurige vergadering, die de Ara
bische gedelegeerden Zaterdagavond heb
ben gehouden.
'Het voornaamste punt der voorstelen
zou zijn, het denkbeeld, in het najaar een
rondetafelconferentie te 'houden.
Men gelooft, dat de Britsche regeering
den wensch te kennen heeft gegevten, dat
Palestina zelfbestuur krijgt, hoewel zij
duidelijk heeft 'doen uitkomen, dat zij
niet voor onmiddellijke instelling 'hier
van is.
De berichten uit Londen over de ont
wikkeling van de conferentie inzake Pa
lestina hebben den nationalten Joodschen
raad te Jeruzalem aanleiding gegeven tot
publicatie van een verklaring, waarin
o.a. gezegd wordt, dat bet gerapporteer
de voorstel tot beëindiging van 'het man
daat over Palestina en de vervanging er
van door een onafhankelijken staat onder
controle van een Arabische meerderheid,
de grondvesten van 'het Joodsche natio
naal tehuis dreigt aan te tasten, en dat
dit plan op den tegenstand
van de Joodsche bevolking
van Palestina en van het g e -
heele Joodsche volk zal stui
ten. D'e Joodsche bevolking zal zich
eensgezind verzetten tegen elke poging,
haar den status van een mindeiheid op
te dwingen, en haar groei en haar vrije
ontwikkeling in 'haar vaderland te heiem
meren.
Reuter meldt uit Londen
Vernomen wordt, dat de uit
voerende raad van het Jewish
Agency besloten 'heeft, de ca
tegorische verwerping van de
voorstellen der Britsche re
geering inzake Palestina aan
te bevelen.
De definitieve beslissing ligt t'hans bij
het conferentie-comité van zionisten en
niet-zionisten, dat de Joodsche delegatie
biji de besprekingen over Palestina van
advies dient.
Ter hoogte van de Góte d'Azur heeft het Fransche Middellandsche Zee-eskader uitgebreide manoeuvres gehouden. Een
luchtfoto tijdens de oefeningen.