DE ZEEUW
tweede blad
TIJD VOOR STAMPPO
De wijziging van de
Tariefmachtigingswet.
LOUISIANA
Gemengd Nieuws
feuilleton
Uit de Statenzaal.
VAN
VRIJDAG 23 DEC. 1938, Nr 72.
DOOR DE EERSTE KAMER MET 26
TEGEN 12 STEMMEN AANGENOMEN.
Alles wees er op, dat het met de wij
ziging van de Tariefmachtigingswet in
de Eerste Kamer een dubbeltje op z'n
kant zou worden.
De tegenstanders waren tot de laatste
man opgetrommeld. Prof. Kranenburg
die het huwelijksfeest van zijn zoon vier
de werd van de bruiloft gehaald om zijn
stem tegen uit te brengen.
Nieuwe gezichtspunten werden uit den
aard der zaak niet geopend, of liet moest
zijn een belangrijke verklaring van Mi
nister Colijn, die echter meer de alge
meens politiek dan hot aanhangige
ontwerp raakte.
De heer Colijn sprak naar aanleiding,
van wat hij noemde, „kleine politieke
plagerijen" welke niet alleen in, maar
ook en vooral buiten de Kamer waren
geconstateerd. Niet dat deze plagerijen
zijn nachtrust of die van zijn ambtgenoo-
ten hadden verstoord, maar zij obfenen
invloed uit op de stemming in het land
en daarom meende de minister-president
er iets van te moeten zeggen.
Als men spreekt over de politieke
richting van het Kabinet, dan wordt het
voorgesteld, zei de minister, alsof er een
viertal krachtige stuwers zijn en zeven
onnoozele halzen, die zich slechts laten
leiden. Maar heeft men het over de so
ciale politiek van het ministerie, dan
draait men do zaak om en zijn die zeven
onnoozele halzen plotseling zoo sterk
geworden, dat zij' alle pogingen der an
deren kunnen remmen of tegenhouden.
Deze voorstelling van zaken is er vol
gens den minister volkomen naast en hij
wilde van deze gelegenheid gebruik ma
ken om dat eens recht te zetten.
Persoonlijk was de 'heer Colijn steeds
vóór een zoo vrij mogelijk goederenver
keer geweest. Van 1907 af had hij daar
dan ook zoowel in het binnen- als hat
buitenland steeds voor geijverd. Tot 1032,
toen de conferentie van Londen een volko
men ineenstorting van het vrije verkeer
bracht, Ook Nederland moest toen wel
noodgedwongen in hetzelfde schuitje mee
varen.
Over de tariefsverhooging waartoe, als
dit ontwerp wordt aangenomen, binnen
kort zal worden overgegaan, is reeds in
1935 in den Ministerraad, op initiatief
van den heer Colijn zelf, gesproken.
Ook bij de kabinetsformatie van 1937
is dit punt ter sprake gebracht en met
eenigen nadruk verklaarde Zijn Exc., dat
het toen met algemeene stemmen door de
toekomstige leden van het nieuwe kabinet
is aanvaard, Het was een punt van het
program.
Wat, vroeg de minister-president, blijft
er nu over van de bewering van sommi
gen, dat een paar personen in den minis
terraad hun meening ten dezen hebben
doorgedreven?
Deze mededeeling sloeg wel in bij de
Kamer, zoo zelfs, dat de heer De Zeeuw
het noodig achtte er verder op in te gaan
en te trachten de verantwoordelijkheid
voor de praatjes va,n 'buitenstaanders op
den minister-president zelf terug te wer
pen. Minister Colijn had eerder met deze
mededeelin^en moeten komen, meende hij,
dan was de zaak eerder opgehelderd.
Waaron de mi-nister antwoordde: Het
staat aan mij te beoordeelen. wanneer ik
het noodig acht een dergelijke mededee
ling te doen!
Daarmee was de zaak uit.
On Pen vraae van den heer T e r H a a r,
hoever de Begeering denkt te gaan met de
invoerrechten, antwoordde Minister
de Wilde nog. dat het 't voornemen
er Regeerin"- is niet verder te gaan dan
r'p aangekondigde- 20 pet.
door
FRANCES H. BURNETT.
8)
"Louise", zei ze op zachten, geheim-
zinnigen toon, „hoe zou je het vinden, om
oen geheelen overigen tijd, dien je nog
nier bent, zulke japonnen te dragen als
die van mij.?"
t Meisje keek haar met de grootste
verwondering aan.
„Ik -bezit ze niet," stamelde ze.
„been," zei juffrouw Ferrol beslist,
„maar ik bezit ze."
Ze stond van haar stoel op, en de ge-
eirnzinnige uitdrukking van haar gelaat
glimla h^aa'S voor eei1 aanmoedigenden
„Kcm mee naar mijn kamer," zei ze.
"i ®°e' eens met je praten."
na^ 18in Louisiana bevolen had haar
stroL sc'lavo'; te volgen, zou 't vol-
j l niet onwaarschijnlijk geweest zijn
7 net meisje haar gehoorzaamd had.
Biimi v gedwee op, maar tegelijk
glimlachend, en er zich zeker van voe-
rrpi. erJ?ts heel belangrijks zou gaan
het TOr8n- begreep volstrekt niet wat
ezen kon, maar ze onderwierp zich
Die geruststelling kon den vrager ech
ter er niet toe brengen vóór het wetsont
werp te stemmen. Met dhr Pollema was
hij de eenige tegenstemmer ter rechter
zijde. De linker partijen stemden en bloc
tegen.
Van breedsprakigheid De
Noord-Beveiandsche brug.
Geen restauratie-bijdrage voor
particuliere gebouwen. De
zeedijk van den Kareipoider.
Over Lonten en wegen.
Hoewel enkele voorstellen, die aanlei
ding hadden kunnen goven tot breedvoe
rige besprekingen op voorstel van üedep.
Staten werden aangehouden, en in de af-
deelingen uitvoerig de Provinciale be
groeting was besproken, waarbij tal van
vragen en opmerkingen door Gedep. Sta
ten waren beantwoord, waren er toch
twee volle dagen noodig om de agenda
af te doen. Le optimisten in de Staten
zaal, die meenden, dat het wel met 1 of
hoogstens lVs dag zou afloopon, hebben
ongelijk gekregen.
Br is dus op kosten van de provinciale
kas weer veel en naar onze bescheiden
meening ook onnoodig gepraat. Wat ver
staat men in sommige publieke colleges
toch weinig de schoone kunst der zake
lijkheid. Wat weet men in sommige frac
ties ook weinig van taakverdeeling.
Zelfs een bescheiden voorstel als de
heer Dominicus deed, om bij' de begroo
ting niet meer dan twee maal door het
zelfde lid het woord te doen voeren, kon
geen meerderheid halenl
Het was bijna belachelijk, zoovele
sprekers aan Gedep. Staten dank te hoo-
ren brengen voor hun voorstel betreffen
de de Noord-Beveiandsche brug. Was het
in de afdeelingen al niet gedaan? Waar
om nu nog die dank uit zoovele monden?
Even onnoodig was naar onze meening
ook dat over de restauratie van een par
ticulier pand te Zieriikzee zoovele leden
in 't geweer kwamen. Wat is daarover
een tijd verpraat!
We willen dan nu het voornaamste
uit de debatten der beide dagen relevee-
ren. Niet alles hebben we kunnen ver
staan. De accorstiek in de Statenzaal is
slecht en daarbij schijnen sommige leden
te denken dat ze in de huiskamer het
woord voeren. Ze zijn niet alle zoo wel
willend als de heer Van Vloten, die gaar
ne voldeed aan een verzoek van de pers
om wat luider le spreken
Natuurlijk beginnen we met de Noord-
Beveiandsche brug. Alles was wel in
kannen en kruiken, maar de goedkeuring
van Prov. Staten ontbrak nog. Welnu,
met algemeene stemmen werd deze ver
leend, waarmee we N-Beveland van harte
feliciteeren. Daarbij spreken we den
wensch uit, dat de betrokken Minister nu
ook spoed zal maken met het indienen
van een wetsontwerp tot het heffen van
brugreohten,
Veel hulde is gebracht aan het college
van Gedep. Staten. En van dit college
mogen wel met name genoemd worden
de voorzitter en de heer Va.n Vloten, die
zich voor deze zaak zeer veel moeite
hebben getroost.
Wiji begrijpen met den 'besten wil ter
wereld niet, wat deze brug'kwestie met de
politiek te maken heeft. En toch schreef
de „Midd. Crt." in haar nummer van 21
dozer in dit verband over: „de liberale ge
deputeerde". Voor zoover wij weten is er
nog nooit gesproken of'geschreven over dn
politieke richting van een Gedeputeerde
als hij een zakelijk voorstel, tof zijn afd.
behoorende, had te verdedigen. Wij ver
trouwen, dat de persoon in kwestie dit
geschrijf, dat nu letterlijk druipt van po
litiek, zal afkeuren. Straks beleven we het
nog dat in verkiezingstijd waarin alles
mogelijk is met deze brug, aan wier
totstandkoming door personen van aller
lei richting hard is gewerkt, politieke
reclame wordt gemaakt.
Bij dit punt werd nog door sommigen
besproken de mogelijkheid om in de toe
komst de Prov. 'boot van Zierikzee niet
naar Katsche Veer maar naar Colijnsplaat
te laten varen en de reizigers dan per
autobus door Noord-Beveland, via de brug
naar Goes of Middelburg te brengen. Dit
zou een korter en practischer verbinding
zijn. Maar er waren ook leden die tot
reeds te voren volkomen aan alles, wat
haar beschermster goed zou vinden voor
te stellen. En toen beiden de kamer be
reikt hadden, en de deur achter zich
hadden gesloten, bespeurde ze dat het
een heel belangrijk geval was, dat op 't
punt stond plaats te grijpen."
„Herinner je je, wat ik vanmorgen ge
zegd heb?" vroeg juffrouw Ferrol.
„Ge hebt zoovéél dingen gezegd."
„O, maar je kunt dat eene bijzondere
gezegde niet hebben vergeten. Ik zei, dat
je er uitzag alsof je te New York ge
boren waart."
Een glans van genoegen overtoog
Louisiana's gelaat, toen zij' aan die uit
spraak herinnerd werd.
„O ja," antwoordde ze.
„En ik zei, dat Lawrence zelf, als 't
hem niet verteld werd, nooit zou ver
moeden dat je je heele leven hier in deze
streken gewoond hadt."
„Ja-"
Juffrouw Ferrol hield haar oogen op
het gelaat van het meisje gevestigd, ter
wijl ze haar nauwkeurig gadesloeg.
„Ik heb er den heelen morgen over ge
dacht," ging ze voort. „Ik zou wel lust
hebben er tegenover hem eens de proef
van te nemen."
Louisiana zweeg een oogenblik. Toen
zei ze aarzelend:
„Bedoelt u dat ik zou moeten voor
geven" begon ze.
voorziohtigheid maanden en wezen op de
govaren van het vaarwater en de kosten
van het maken van een inloophaven. Ver
valt straks de vaart Katsche Veer-Wol-
faartsdjjk, dan kan de dienst Zierikzee
Katsche veer wat intensiever worden uit
gevoerd.
Er waren ook leden, die het veer Veero-
Kamperland door de 'brug bedreigd zagen
en er daarom voor in 't geweer kwamen.
Ged. Staten hebben eohter geen snoode
plannen, mits het verkeer hierop niet ie
sterk terugloopt.
Duidelijk 'hebben Ged. Staten in 't licht
gesteld, dat eerst een reserve-fonds van
f 350.000 noodig zal zijn, eer aan verla
ging van de brugtarieven kan worden ge
dacht. 't Is zeker goed, dat dit nu gezegd
is, om allerlei ontijdige acties die an
ders ongetwijfeld zouden losbreken de
kop in te drukken.
Hoewel in de verdediging van Gedep.
Staten zwakke plekken waren (ook een
kerkvoogdij of vereeniging of gemeente
kan een historisch gebouw gedurende vele
jaren danig verwaarloozen) namen toch
de Prov. Staten met groote meerderheid
het besluit om geen subsidie te verleenen
aan een particulier te Zierikzee, die zijn
overigens waardevol pand wat wil res-
taureeren. De consekwenties daarvan zou
den niet te overzien zijn. Het is trouwens
onmogelijk, dat met f 400, waarvan de
provincie dan 10 pet. zou betalen, een res
tauratie van beteekenis zou zijn uit te
voeren.
Met hun voorstel inzake den Kareipoi
der waren Ged. Staten niet erg gelukkig.
Ook de verdediging was niet bepaald
sterk. Zij' stonden op het starre stand
punt, dat indijking van dezen polder in
1878 tegen het advies van Ged. Staten is
geschied. Maar vele leden dachten er an
ders over. De nu versleten dijk van dezen
polder dient in ieder geval als zeewering,
indirect ook voor achterliggende polders,
zelfs voor het dorp Krabbendijke en den
spoorweg. Wil men dezen polder geheet ne-
geeren, dan zouden de achterliggende pol
ders verplicht moeten worden een zeewe
ring aan te leggen. Trouwens het Rijk
denkt er ook anders over dan God. Staten
en stond een belangrijke bijdrage in de
kosten van dijkvernieuwing toe.
De heeren Dominicus, Philipse e.a. we
zen bovendien op het groote belang van
dit werk uit een oogpunt van werkver
schaffing, die de provincie wel niet direct,
maar toch wel indirect hoeft te steunen.
Over het voorstel van Ged. Staten om
de gevraagde f 200 gedurende 10 jaar niet
te geven, staakten Dinsdag de stemmen.
Woensdag werd-het verworpen. De Stalen
krijgen dus straks de kwestie opnieuw le
beoordeelen.
De begrootingen van de booten en wegen
leverden niet veel bijzonders op. Enkele
klachten over slechte treinaansluitinTen
voor bootreizigers te Vlissingen en Goes
zullen worden onderzpght. De wensch, dat
de Prov. bootdiensten op de Westerachel-
de rijksveren zullen worden, zal voorloopig
wel tot de pia vota behooren. De heer
Bouwens wilde Terneuzon berooven van
zijn mooie verbinding met Ho'edekens-
kerke, en den heer v. d. Feltz werd ge
antwoord, dat de verbinding Vlissingen-
Terneuzen nog intact kon blijven, omdat
de Schouwen nog altijd zeewaardig is.
Het viel ons op, dat de heer Van Rom-
pu de vragen over de zoo lang onder zijn
beheer gestaan hebbende bootdiensten niet
meer 'beantwoordde,
Hij had deze beide dagen niet één voor
stel te verdedigen.
Betreffende de wegen kwamen we te
weten, dat de verbetering van den weg
Domburg-jOostkapelle afstuit op meenings-
verschil tussc-hen den Prov. Waterstaat
en den Polder Walcheren. Ook.hoorden
we tot onze verbazing, dat de heer v. d.
Zande tegenstander is van beplanting der
allesbehalve mooie, kale wegen op het
vlakke Sohouwsche land. Gedep. Staten
zijn echter gelukkig een andere meening
toegedaan,
(Slot volgt.)
De consternatie in een school te Slle-
drecht. Veertig kinderen waren bedwelmd
Wij maakten gisteren reeds melding,
van een geval van kolendampvergiftiging
„O, neen," viel juffrouw Ferrol haar
in de rede. „Noch het eene voorgeven,
noch het andere. Laat mij je alleen aan-
kleeden zooals ik verkies, en pas dan ver
der op dat je in 't geheel niet over je
vroeger leven spreekt. Je zult niet heel
spraakzaam kunnen wezen misschien, en
het gesprek grootendeels aan hem moe
ten overlaten. Maar dat zal .niet hinde
ren integendeel, mannen houden er wel
van zichzelf te hooren praten, en je 'kunt
op die manier allerlei dingen van hem
leeren."
,,'t Zal iets iets heel vreemds voor
me wezen," zei Louisiana.
,,'t Zal iets heel belangwekkends we
zen," antwoordde Olivia, met steeds toe
nemend enthousiasme. „Wat zal hij' je
bewonderen!"
Louisiana bloosde.
„Hebt ge een portret van hem?"
„Ja; waarom?" vroeg Olivia, eenigs-
zins verwonderd.
„Omdat ik graag zijn gezicht eens wil
de zien."
„Je denkt toch niet," zei juffrouw Fer
rol, in de grootste verbazing, „dat hij jou
misschien niet zal bevallen?"
„Ik denk, dat ik hem misschien niet
zal bevallen."
„Jij!" riep juffrouw Ferrol uit. „Jij! Ik
denk dat hij in verrukking over je zal
wezen, als je zóó gekleed bent als ik je
kleeden zal."
te Sliedrecht, dat de ernstigste gevolgen
had kunnen hebben.
In de lagere school, hoofd de heer
Klootwijk, waren n.l. vijf er dertig kin
deren en hun onderwijzer door kolen
damp bedwelmd.
Juist des morgens had het hoofd een
brief gekregen van het gemeentebestuur
dat de Kerstvacantie vroeger zou ingaan.
Omstreeks kwart voor tien besloot hij' de
klassen even af te gaan, om den onder
wijzers en den kinderen dit mede te dee-
len. „Toen ik het lokaal van den heer
Kopplaar binnenkwam," aldus de heer
Klootwijk tegenover een redacteur van de
„Telegraaf", „zag ik hem bezig met een
paar jongens, die op den grond lagen
uitgestrekt. Ik vroeg wat er aan scheelde
en kreeg ten antwoord, dat zij waar
schijnlijk door de koude waren bevangen.
Doch juist toen de onderwijzer dat zei,
zag ik een paar andere kinderen uit de
banken vallen en direct begreep ik, dat
'hier wat ergers aan de hand was. Kolen
dampvergiftiging.
„Er uit, jongens!" riep ik, „allemaal
er uit", maar allen bleven apathisch zit
ten. Sommigen voorover geleund over de
bank en zacht huilend, anderen scheef
gezakt in hun banken. Ik zag, dat een
groot gevaar hier dreigde en greep den
eersten den besten beet en bracht hem
in de gang.
Met behulp van anderen slaagden wij
er in in veiligheid te brengen. De heer
Koppelaar kon het niet lang uithouden
en moest na korten tijd op den grond
gaan liggen. Een dokter was spoedig
aanwezig om hulp te bieden, die odor het
vlug naar buiten brengen van de kinde
ren, voor de meesten niet noodig was. Ik
ben ontzettend blij, dat het zoo goed is
afgeloopen.
Onderwijzer Koppelaar vertelde:
„H|et was vanmorgen koud in de
school; de kachel stond flink te branden
en wel rook ik kolendamp, maar dat zijn
wij in dat oude gebouw wel gewend Om
halftien begon een jongen te huilen om
dat hij zulke koude voeten had, Ik gaf
hem opdracht in de klas heen en weer te
loopen, maar na eenigen tijd bleef hij
stilstaan. Doorloopen jongen, zei ik tegen
hem, doch terwijl ik dat zei, viel hij als
een blok op den grond. Ik dacht dat hij
door de koude was bevangen, maar toen
het tweede kind ineenzeeg, begon ik
vreemd op te kijken. Ik dacht nog niet
aan kolendampvergiftiging en kwam
eerst tot deze ontdekking toen het eene
kind na het andere neerviel. Juist toen
kwam de heer Klootwijk binnen. Al spoe
dig voelde ik mij ook niet goed worden.
Als de heer Klootwijk niet toevallig geko
men was, hadden we allen zonder dat
iemand iets merkte zeker den dood
gevonden," besloot de heer Koppelaar.
Gistermiddag was de toestand van alle
kinderen zeer bevredigend, ook van die
genen, die er het ergste -aan toe waren.
Het aantal slachtoffers heeft de veertig
zeker overschreden, omdat ook in an
dere klassen zich dezelfde vergiftigings
verschijnselen hebben voorgedaan, even
wel in mindere mate. Uit bijna alle
schoorsteenen werden doode spreeuwen
te voorschijn gebracht, die de verstop
pingen hadden veroorzaakt.
Noodlottige brand In Hoorn. Vierjarig
meisje In de vlammen omgekomen.
Gistermiddag heeft een felle brand ge
woed in het perceel 20 aan de Kruis
straat te Hoorn, welke in korten tijd het
geheele huis in lichte laaie zette. Een
vierjarig meisje is daarbij in het vuut-
omgekomen.
Het huis werd bewoond door den heer
Brand, groentenhandelaar van beroep en
weduwnaar met negen kinderen, van wie
de meesten naar school waren.
Om kwart voor drie waren twee der
oudste meisjes thuis met de jongste van
het gezin, een achterlijk meisje van vier
jaar Zij werd door de oudste dochter
van 18 jaar op een der boven gelegen
slaapkamers geholpen; het andere meisje
was in de huiskamer aan het werk.
Plotseling zag de laatste, dat het plafond
en het behang in brand stonden, waarop
zij dadelijk haar zuster riep. Deze wilde,
met het jongste meisje in haar armen, de
trap afsnellen, maar de toegang was door
het vuur reeds versperd. Radeloos holde
zij weer terug met haar zusje, dat reeds
bewusteloos was geworden door den
Ziji ging naar haar koffer, en haalde
het portret voor den dag. 't Was geen
photografie, maar een kleine leekening
in potlood van een flink mannengelaat,
waarvan de uitdrukking een eigenaar
dige mengeling vertoonde van neiging tot
droomerij en van schranderheid.
„Een van zijn vrienden heeft het ge
daan," zei juffrouw Ferrol. „Zij: willen
nooit hebben dat hij gefotografeerd
wordt, en zijn altijd bezig studies te ma
ken van zijn gezicht. Hoe vind je hem?"
Louisiana aarzelde.
„Hij is anders als de anderen," zei ze
eindelijk. „Dat had ik wel gedacht."
Zij gaf het portret aan juffrouw Fer
rol terug, die 't weer in haar koffer leg
de. Daarna zat ze gedurende eenige se
conden naar het vloerkleed te staren,
blijkbaar zonder -iets te zien. Toen keek
ze op naar haar gezellin, die zich plot
seling een weinig verlegen voelde, toen
ze bemerkte dat haar beschermeling het
kluchtige plan zoo ernstig opvatte. Zij
zelve had er volstrekt niet aan gedacht
het als iets ernstigs te beschouwen, 't Zou
alleen interessant en grappig wezen, en
de waarheid van haar theorie bewijzen.
„Ik wil doen wat u me voorstelt," zei
Louisiana beslist.
„Dan," zei juffrouw Ferrol, terwijl zij
zich verwonderde over 't gevoel van
weerzin, dat plotseling in haar opkwam,
nu ze aan de zaak een begin van uitvoe-
uitgekeken naar de vliegmachine, die Urk
rook, die naar boven steeg. Geheel over
stuur legde zij- haar zusje neer in de ka
mer en sprong aan de achterzijde van
het huis van flinke hoogte uit het raam.
Zij: kwam in een tuintje terecht zonder
zich daarbij ernstig te bezeeren.
De brandweer, die spoedig ter plaatse
was gaf met vier stralen water. Een der
brandweerlieden poogde nog, voorzien
van een gasmasker, naar binnen te gaan,
maar dit bleek onmogelijk. Het meisje,
dat reeds in den rook gestikt was, is ver
brand.
De brandweer kon niet verhinderen,
dat het huis tot den grond toe afbrandde.
De gevolgen van sneeuw en ijs.
Omdat het via de Waddenzee onmo
gelijk is de eilanden te bereiken, zou Hr.
Ms. torpedoboot Z. 5 onder commando
van den luitenant ter zee eerste klasse
der koninklijke marine reserve J. Visser
hedenmorgen vroeg een poging doen via
de Noordzee, die ijsvrij is, communicatie
met Ameland te krijgen.
Ter hoogte van het strand bij Hollum
zal men trachten verbinding met de
eilandbewoners te krijgen, eventueel met
ijsvlets. Slaagt deze poging, dan zullen
de meegenomen levensmiddelen, post en
andere goederen worden overgebracht en
zullen poststukken e.a. weer mee worden
teruggenomen.
Urk zit nog steeds zonder vleesch. De
bewoners hebben Donderdag tevergeefs
■gilMMmmmm,
nr-TiMiMw
Zend bijgaande coupon aan
Mevr. Lotgering Hillebrand,
I Unilever Voorlichting» Insti-
tuut U.V.I., postbox 1, Rot-
terdam en U ontvangt om
gaand gratis en franco de
brochure „Onze wintersche
stamppotten".
GRATIS BROCHURE
„ONZE WINTERSCHE
STAMPPOTTEN"
Verzoeke mij omgaand gratis en
franco te zenden een exemplaar van
de brochure „Onze wintersche stamp
potten"
Naam:
Straat:
pl°°ts: -1058
Te zenden aan Mevr. Lotgering Hillebrand
Unilever Voorliehtings Instituut, Postbox 1,
Rotterdam.
.V.l:
Unilever Voorliehtings Instituut
1!A-C>'#OUA 'J
ring wilde geven, „dan zal ik je nu voor
het souper 'kleeden. Je. moet beginnen
met de dingen te dragen, zoodat je er
wat aan gewend raakt."
HOOFDSTUK IV.
Een nieuw type.
Toen de beide jonge dames op het uur
van het souper de eetzaal binnentraden,
bleven veler blikken met eenige verwon
dering op haar rusten. In 't eerste oogen
blik werd de jeugdige, bevallige gestalte
in 't grijs en lila-costuum, niet herkend;
'twas zoo'n geheel andere verschijning,
als die men gewoon was geweest te zien;
ze scheen nu zooveel grooter en slanker,
't Kastanjebruine haar was hoog opge
maakt, 't geen de schoone lijnen van het
hoofd en den blanken hals beter tot haar
recht deed komen, 't Duurde eenige mi
nuten eer het gezelschap zich in staat
voelde het raadsel op te lossen. Toen
werd er een scherpe vrouwenstem ge
hoord, die „sotto voce" zeide:
„Waarlijk, 't is het dorpskind, met
nieuwe kleeren aan kleeren die pas
sen. 't Is bijna niet te gelooven!"
(Wordt vervolgd.)