DE ZEEUW tweede blad TIJD VOOR STAMPPO De wijziging van de Tariefmachtigingswet. LOUISIANA Gemengd Nieuws feuilleton Uit de Statenzaal. VAN VRIJDAG 23 DEC. 1938, Nr 72. DOOR DE EERSTE KAMER MET 26 TEGEN 12 STEMMEN AANGENOMEN. Alles wees er op, dat het met de wij ziging van de Tariefmachtigingswet in de Eerste Kamer een dubbeltje op z'n kant zou worden. De tegenstanders waren tot de laatste man opgetrommeld. Prof. Kranenburg die het huwelijksfeest van zijn zoon vier de werd van de bruiloft gehaald om zijn stem tegen uit te brengen. Nieuwe gezichtspunten werden uit den aard der zaak niet geopend, of liet moest zijn een belangrijke verklaring van Mi nister Colijn, die echter meer de alge meens politiek dan hot aanhangige ontwerp raakte. De heer Colijn sprak naar aanleiding, van wat hij noemde, „kleine politieke plagerijen" welke niet alleen in, maar ook en vooral buiten de Kamer waren geconstateerd. Niet dat deze plagerijen zijn nachtrust of die van zijn ambtgenoo- ten hadden verstoord, maar zij obfenen invloed uit op de stemming in het land en daarom meende de minister-president er iets van te moeten zeggen. Als men spreekt over de politieke richting van het Kabinet, dan wordt het voorgesteld, zei de minister, alsof er een viertal krachtige stuwers zijn en zeven onnoozele halzen, die zich slechts laten leiden. Maar heeft men het over de so ciale politiek van het ministerie, dan draait men do zaak om en zijn die zeven onnoozele halzen plotseling zoo sterk geworden, dat zij' alle pogingen der an deren kunnen remmen of tegenhouden. Deze voorstelling van zaken is er vol gens den minister volkomen naast en hij wilde van deze gelegenheid gebruik ma ken om dat eens recht te zetten. Persoonlijk was de 'heer Colijn steeds vóór een zoo vrij mogelijk goederenver keer geweest. Van 1907 af had hij daar dan ook zoowel in het binnen- als hat buitenland steeds voor geijverd. Tot 1032, toen de conferentie van Londen een volko men ineenstorting van het vrije verkeer bracht, Ook Nederland moest toen wel noodgedwongen in hetzelfde schuitje mee varen. Over de tariefsverhooging waartoe, als dit ontwerp wordt aangenomen, binnen kort zal worden overgegaan, is reeds in 1935 in den Ministerraad, op initiatief van den heer Colijn zelf, gesproken. Ook bij de kabinetsformatie van 1937 is dit punt ter sprake gebracht en met eenigen nadruk verklaarde Zijn Exc., dat het toen met algemeene stemmen door de toekomstige leden van het nieuwe kabinet is aanvaard, Het was een punt van het program. Wat, vroeg de minister-president, blijft er nu over van de bewering van sommi gen, dat een paar personen in den minis terraad hun meening ten dezen hebben doorgedreven? Deze mededeeling sloeg wel in bij de Kamer, zoo zelfs, dat de heer De Zeeuw het noodig achtte er verder op in te gaan en te trachten de verantwoordelijkheid voor de praatjes va,n 'buitenstaanders op den minister-president zelf terug te wer pen. Minister Colijn had eerder met deze mededeelin^en moeten komen, meende hij, dan was de zaak eerder opgehelderd. Waaron de mi-nister antwoordde: Het staat aan mij te beoordeelen. wanneer ik het noodig acht een dergelijke mededee ling te doen! Daarmee was de zaak uit. On Pen vraae van den heer T e r H a a r, hoever de Begeering denkt te gaan met de invoerrechten, antwoordde Minister de Wilde nog. dat het 't voornemen er Regeerin"- is niet verder te gaan dan r'p aangekondigde- 20 pet. door FRANCES H. BURNETT. 8) "Louise", zei ze op zachten, geheim- zinnigen toon, „hoe zou je het vinden, om oen geheelen overigen tijd, dien je nog nier bent, zulke japonnen te dragen als die van mij.?" t Meisje keek haar met de grootste verwondering aan. „Ik -bezit ze niet," stamelde ze. „been," zei juffrouw Ferrol beslist, „maar ik bezit ze." Ze stond van haar stoel op, en de ge- eirnzinnige uitdrukking van haar gelaat glimla h^aa'S voor eei1 aanmoedigenden „Kcm mee naar mijn kamer," zei ze. "i ®°e' eens met je praten." na^ 18in Louisiana bevolen had haar stroL sc'lavo'; te volgen, zou 't vol- j l niet onwaarschijnlijk geweest zijn 7 net meisje haar gehoorzaamd had. Biimi v gedwee op, maar tegelijk glimlachend, en er zich zeker van voe- rrpi. erJ?ts heel belangrijks zou gaan het TOr8n- begreep volstrekt niet wat ezen kon, maar ze onderwierp zich Die geruststelling kon den vrager ech ter er niet toe brengen vóór het wetsont werp te stemmen. Met dhr Pollema was hij de eenige tegenstemmer ter rechter zijde. De linker partijen stemden en bloc tegen. Van breedsprakigheid De Noord-Beveiandsche brug. Geen restauratie-bijdrage voor particuliere gebouwen. De zeedijk van den Kareipoider. Over Lonten en wegen. Hoewel enkele voorstellen, die aanlei ding hadden kunnen goven tot breedvoe rige besprekingen op voorstel van üedep. Staten werden aangehouden, en in de af- deelingen uitvoerig de Provinciale be groeting was besproken, waarbij tal van vragen en opmerkingen door Gedep. Sta ten waren beantwoord, waren er toch twee volle dagen noodig om de agenda af te doen. Le optimisten in de Staten zaal, die meenden, dat het wel met 1 of hoogstens lVs dag zou afloopon, hebben ongelijk gekregen. Br is dus op kosten van de provinciale kas weer veel en naar onze bescheiden meening ook onnoodig gepraat. Wat ver staat men in sommige publieke colleges toch weinig de schoone kunst der zake lijkheid. Wat weet men in sommige frac ties ook weinig van taakverdeeling. Zelfs een bescheiden voorstel als de heer Dominicus deed, om bij' de begroo ting niet meer dan twee maal door het zelfde lid het woord te doen voeren, kon geen meerderheid halenl Het was bijna belachelijk, zoovele sprekers aan Gedep. Staten dank te hoo- ren brengen voor hun voorstel betreffen de de Noord-Beveiandsche brug. Was het in de afdeelingen al niet gedaan? Waar om nu nog die dank uit zoovele monden? Even onnoodig was naar onze meening ook dat over de restauratie van een par ticulier pand te Zieriikzee zoovele leden in 't geweer kwamen. Wat is daarover een tijd verpraat! We willen dan nu het voornaamste uit de debatten der beide dagen relevee- ren. Niet alles hebben we kunnen ver staan. De accorstiek in de Statenzaal is slecht en daarbij schijnen sommige leden te denken dat ze in de huiskamer het woord voeren. Ze zijn niet alle zoo wel willend als de heer Van Vloten, die gaar ne voldeed aan een verzoek van de pers om wat luider le spreken Natuurlijk beginnen we met de Noord- Beveiandsche brug. Alles was wel in kannen en kruiken, maar de goedkeuring van Prov. Staten ontbrak nog. Welnu, met algemeene stemmen werd deze ver leend, waarmee we N-Beveland van harte feliciteeren. Daarbij spreken we den wensch uit, dat de betrokken Minister nu ook spoed zal maken met het indienen van een wetsontwerp tot het heffen van brugreohten, Veel hulde is gebracht aan het college van Gedep. Staten. En van dit college mogen wel met name genoemd worden de voorzitter en de heer Va.n Vloten, die zich voor deze zaak zeer veel moeite hebben getroost. Wiji begrijpen met den 'besten wil ter wereld niet, wat deze brug'kwestie met de politiek te maken heeft. En toch schreef de „Midd. Crt." in haar nummer van 21 dozer in dit verband over: „de liberale ge deputeerde". Voor zoover wij weten is er nog nooit gesproken of'geschreven over dn politieke richting van een Gedeputeerde als hij een zakelijk voorstel, tof zijn afd. behoorende, had te verdedigen. Wij ver trouwen, dat de persoon in kwestie dit geschrijf, dat nu letterlijk druipt van po litiek, zal afkeuren. Straks beleven we het nog dat in verkiezingstijd waarin alles mogelijk is met deze brug, aan wier totstandkoming door personen van aller lei richting hard is gewerkt, politieke reclame wordt gemaakt. Bij dit punt werd nog door sommigen besproken de mogelijkheid om in de toe komst de Prov. 'boot van Zierikzee niet naar Katsche Veer maar naar Colijnsplaat te laten varen en de reizigers dan per autobus door Noord-Beveland, via de brug naar Goes of Middelburg te brengen. Dit zou een korter en practischer verbinding zijn. Maar er waren ook leden die tot reeds te voren volkomen aan alles, wat haar beschermster goed zou vinden voor te stellen. En toen beiden de kamer be reikt hadden, en de deur achter zich hadden gesloten, bespeurde ze dat het een heel belangrijk geval was, dat op 't punt stond plaats te grijpen." „Herinner je je, wat ik vanmorgen ge zegd heb?" vroeg juffrouw Ferrol. „Ge hebt zoovéél dingen gezegd." „O, maar je kunt dat eene bijzondere gezegde niet hebben vergeten. Ik zei, dat je er uitzag alsof je te New York ge boren waart." Een glans van genoegen overtoog Louisiana's gelaat, toen zij' aan die uit spraak herinnerd werd. „O ja," antwoordde ze. „En ik zei, dat Lawrence zelf, als 't hem niet verteld werd, nooit zou ver moeden dat je je heele leven hier in deze streken gewoond hadt." „Ja-" Juffrouw Ferrol hield haar oogen op het gelaat van het meisje gevestigd, ter wijl ze haar nauwkeurig gadesloeg. „Ik heb er den heelen morgen over ge dacht," ging ze voort. „Ik zou wel lust hebben er tegenover hem eens de proef van te nemen." Louisiana zweeg een oogenblik. Toen zei ze aarzelend: „Bedoelt u dat ik zou moeten voor geven" begon ze. voorziohtigheid maanden en wezen op de govaren van het vaarwater en de kosten van het maken van een inloophaven. Ver valt straks de vaart Katsche Veer-Wol- faartsdjjk, dan kan de dienst Zierikzee Katsche veer wat intensiever worden uit gevoerd. Er waren ook leden, die het veer Veero- Kamperland door de 'brug bedreigd zagen en er daarom voor in 't geweer kwamen. Ged. Staten hebben eohter geen snoode plannen, mits het verkeer hierop niet ie sterk terugloopt. Duidelijk 'hebben Ged. Staten in 't licht gesteld, dat eerst een reserve-fonds van f 350.000 noodig zal zijn, eer aan verla ging van de brugtarieven kan worden ge dacht. 't Is zeker goed, dat dit nu gezegd is, om allerlei ontijdige acties die an ders ongetwijfeld zouden losbreken de kop in te drukken. Hoewel in de verdediging van Gedep. Staten zwakke plekken waren (ook een kerkvoogdij of vereeniging of gemeente kan een historisch gebouw gedurende vele jaren danig verwaarloozen) namen toch de Prov. Staten met groote meerderheid het besluit om geen subsidie te verleenen aan een particulier te Zierikzee, die zijn overigens waardevol pand wat wil res- taureeren. De consekwenties daarvan zou den niet te overzien zijn. Het is trouwens onmogelijk, dat met f 400, waarvan de provincie dan 10 pet. zou betalen, een res tauratie van beteekenis zou zijn uit te voeren. Met hun voorstel inzake den Kareipoi der waren Ged. Staten niet erg gelukkig. Ook de verdediging was niet bepaald sterk. Zij' stonden op het starre stand punt, dat indijking van dezen polder in 1878 tegen het advies van Ged. Staten is geschied. Maar vele leden dachten er an ders over. De nu versleten dijk van dezen polder dient in ieder geval als zeewering, indirect ook voor achterliggende polders, zelfs voor het dorp Krabbendijke en den spoorweg. Wil men dezen polder geheet ne- geeren, dan zouden de achterliggende pol ders verplicht moeten worden een zeewe ring aan te leggen. Trouwens het Rijk denkt er ook anders over dan God. Staten en stond een belangrijke bijdrage in de kosten van dijkvernieuwing toe. De heeren Dominicus, Philipse e.a. we zen bovendien op het groote belang van dit werk uit een oogpunt van werkver schaffing, die de provincie wel niet direct, maar toch wel indirect hoeft te steunen. Over het voorstel van Ged. Staten om de gevraagde f 200 gedurende 10 jaar niet te geven, staakten Dinsdag de stemmen. Woensdag werd-het verworpen. De Stalen krijgen dus straks de kwestie opnieuw le beoordeelen. De begrootingen van de booten en wegen leverden niet veel bijzonders op. Enkele klachten over slechte treinaansluitinTen voor bootreizigers te Vlissingen en Goes zullen worden onderzpght. De wensch, dat de Prov. bootdiensten op de Westerachel- de rijksveren zullen worden, zal voorloopig wel tot de pia vota behooren. De heer Bouwens wilde Terneuzon berooven van zijn mooie verbinding met Ho'edekens- kerke, en den heer v. d. Feltz werd ge antwoord, dat de verbinding Vlissingen- Terneuzen nog intact kon blijven, omdat de Schouwen nog altijd zeewaardig is. Het viel ons op, dat de heer Van Rom- pu de vragen over de zoo lang onder zijn beheer gestaan hebbende bootdiensten niet meer 'beantwoordde, Hij had deze beide dagen niet één voor stel te verdedigen. Betreffende de wegen kwamen we te weten, dat de verbetering van den weg Domburg-jOostkapelle afstuit op meenings- verschil tussc-hen den Prov. Waterstaat en den Polder Walcheren. Ook.hoorden we tot onze verbazing, dat de heer v. d. Zande tegenstander is van beplanting der allesbehalve mooie, kale wegen op het vlakke Sohouwsche land. Gedep. Staten zijn echter gelukkig een andere meening toegedaan, (Slot volgt.) De consternatie in een school te Slle- drecht. Veertig kinderen waren bedwelmd Wij maakten gisteren reeds melding, van een geval van kolendampvergiftiging „O, neen," viel juffrouw Ferrol haar in de rede. „Noch het eene voorgeven, noch het andere. Laat mij je alleen aan- kleeden zooals ik verkies, en pas dan ver der op dat je in 't geheel niet over je vroeger leven spreekt. Je zult niet heel spraakzaam kunnen wezen misschien, en het gesprek grootendeels aan hem moe ten overlaten. Maar dat zal .niet hinde ren integendeel, mannen houden er wel van zichzelf te hooren praten, en je 'kunt op die manier allerlei dingen van hem leeren." ,,'t Zal iets iets heel vreemds voor me wezen," zei Louisiana. ,,'t Zal iets heel belangwekkends we zen," antwoordde Olivia, met steeds toe nemend enthousiasme. „Wat zal hij' je bewonderen!" Louisiana bloosde. „Hebt ge een portret van hem?" „Ja; waarom?" vroeg Olivia, eenigs- zins verwonderd. „Omdat ik graag zijn gezicht eens wil de zien." „Je denkt toch niet," zei juffrouw Fer rol, in de grootste verbazing, „dat hij jou misschien niet zal bevallen?" „Ik denk, dat ik hem misschien niet zal bevallen." „Jij!" riep juffrouw Ferrol uit. „Jij! Ik denk dat hij in verrukking over je zal wezen, als je zóó gekleed bent als ik je kleeden zal." te Sliedrecht, dat de ernstigste gevolgen had kunnen hebben. In de lagere school, hoofd de heer Klootwijk, waren n.l. vijf er dertig kin deren en hun onderwijzer door kolen damp bedwelmd. Juist des morgens had het hoofd een brief gekregen van het gemeentebestuur dat de Kerstvacantie vroeger zou ingaan. Omstreeks kwart voor tien besloot hij' de klassen even af te gaan, om den onder wijzers en den kinderen dit mede te dee- len. „Toen ik het lokaal van den heer Kopplaar binnenkwam," aldus de heer Klootwijk tegenover een redacteur van de „Telegraaf", „zag ik hem bezig met een paar jongens, die op den grond lagen uitgestrekt. Ik vroeg wat er aan scheelde en kreeg ten antwoord, dat zij waar schijnlijk door de koude waren bevangen. Doch juist toen de onderwijzer dat zei, zag ik een paar andere kinderen uit de banken vallen en direct begreep ik, dat 'hier wat ergers aan de hand was. Kolen dampvergiftiging. „Er uit, jongens!" riep ik, „allemaal er uit", maar allen bleven apathisch zit ten. Sommigen voorover geleund over de bank en zacht huilend, anderen scheef gezakt in hun banken. Ik zag, dat een groot gevaar hier dreigde en greep den eersten den besten beet en bracht hem in de gang. Met behulp van anderen slaagden wij er in in veiligheid te brengen. De heer Koppelaar kon het niet lang uithouden en moest na korten tijd op den grond gaan liggen. Een dokter was spoedig aanwezig om hulp te bieden, die odor het vlug naar buiten brengen van de kinde ren, voor de meesten niet noodig was. Ik ben ontzettend blij, dat het zoo goed is afgeloopen. Onderwijzer Koppelaar vertelde: „H|et was vanmorgen koud in de school; de kachel stond flink te branden en wel rook ik kolendamp, maar dat zijn wij in dat oude gebouw wel gewend Om halftien begon een jongen te huilen om dat hij zulke koude voeten had, Ik gaf hem opdracht in de klas heen en weer te loopen, maar na eenigen tijd bleef hij stilstaan. Doorloopen jongen, zei ik tegen hem, doch terwijl ik dat zei, viel hij als een blok op den grond. Ik dacht dat hij door de koude was bevangen, maar toen het tweede kind ineenzeeg, begon ik vreemd op te kijken. Ik dacht nog niet aan kolendampvergiftiging en kwam eerst tot deze ontdekking toen het eene kind na het andere neerviel. Juist toen kwam de heer Klootwijk binnen. Al spoe dig voelde ik mij ook niet goed worden. Als de heer Klootwijk niet toevallig geko men was, hadden we allen zonder dat iemand iets merkte zeker den dood gevonden," besloot de heer Koppelaar. Gistermiddag was de toestand van alle kinderen zeer bevredigend, ook van die genen, die er het ergste -aan toe waren. Het aantal slachtoffers heeft de veertig zeker overschreden, omdat ook in an dere klassen zich dezelfde vergiftigings verschijnselen hebben voorgedaan, even wel in mindere mate. Uit bijna alle schoorsteenen werden doode spreeuwen te voorschijn gebracht, die de verstop pingen hadden veroorzaakt. Noodlottige brand In Hoorn. Vierjarig meisje In de vlammen omgekomen. Gistermiddag heeft een felle brand ge woed in het perceel 20 aan de Kruis straat te Hoorn, welke in korten tijd het geheele huis in lichte laaie zette. Een vierjarig meisje is daarbij in het vuut- omgekomen. Het huis werd bewoond door den heer Brand, groentenhandelaar van beroep en weduwnaar met negen kinderen, van wie de meesten naar school waren. Om kwart voor drie waren twee der oudste meisjes thuis met de jongste van het gezin, een achterlijk meisje van vier jaar Zij werd door de oudste dochter van 18 jaar op een der boven gelegen slaapkamers geholpen; het andere meisje was in de huiskamer aan het werk. Plotseling zag de laatste, dat het plafond en het behang in brand stonden, waarop zij dadelijk haar zuster riep. Deze wilde, met het jongste meisje in haar armen, de trap afsnellen, maar de toegang was door het vuur reeds versperd. Radeloos holde zij weer terug met haar zusje, dat reeds bewusteloos was geworden door den Ziji ging naar haar koffer, en haalde het portret voor den dag. 't Was geen photografie, maar een kleine leekening in potlood van een flink mannengelaat, waarvan de uitdrukking een eigenaar dige mengeling vertoonde van neiging tot droomerij en van schranderheid. „Een van zijn vrienden heeft het ge daan," zei juffrouw Ferrol. „Zij: willen nooit hebben dat hij gefotografeerd wordt, en zijn altijd bezig studies te ma ken van zijn gezicht. Hoe vind je hem?" Louisiana aarzelde. „Hij is anders als de anderen," zei ze eindelijk. „Dat had ik wel gedacht." Zij gaf het portret aan juffrouw Fer rol terug, die 't weer in haar koffer leg de. Daarna zat ze gedurende eenige se conden naar het vloerkleed te staren, blijkbaar zonder -iets te zien. Toen keek ze op naar haar gezellin, die zich plot seling een weinig verlegen voelde, toen ze bemerkte dat haar beschermeling het kluchtige plan zoo ernstig opvatte. Zij zelve had er volstrekt niet aan gedacht het als iets ernstigs te beschouwen, 't Zou alleen interessant en grappig wezen, en de waarheid van haar theorie bewijzen. „Ik wil doen wat u me voorstelt," zei Louisiana beslist. „Dan," zei juffrouw Ferrol, terwijl zij zich verwonderde over 't gevoel van weerzin, dat plotseling in haar opkwam, nu ze aan de zaak een begin van uitvoe- uitgekeken naar de vliegmachine, die Urk rook, die naar boven steeg. Geheel over stuur legde zij- haar zusje neer in de ka mer en sprong aan de achterzijde van het huis van flinke hoogte uit het raam. Zij: kwam in een tuintje terecht zonder zich daarbij ernstig te bezeeren. De brandweer, die spoedig ter plaatse was gaf met vier stralen water. Een der brandweerlieden poogde nog, voorzien van een gasmasker, naar binnen te gaan, maar dit bleek onmogelijk. Het meisje, dat reeds in den rook gestikt was, is ver brand. De brandweer kon niet verhinderen, dat het huis tot den grond toe afbrandde. De gevolgen van sneeuw en ijs. Omdat het via de Waddenzee onmo gelijk is de eilanden te bereiken, zou Hr. Ms. torpedoboot Z. 5 onder commando van den luitenant ter zee eerste klasse der koninklijke marine reserve J. Visser hedenmorgen vroeg een poging doen via de Noordzee, die ijsvrij is, communicatie met Ameland te krijgen. Ter hoogte van het strand bij Hollum zal men trachten verbinding met de eilandbewoners te krijgen, eventueel met ijsvlets. Slaagt deze poging, dan zullen de meegenomen levensmiddelen, post en andere goederen worden overgebracht en zullen poststukken e.a. weer mee worden teruggenomen. Urk zit nog steeds zonder vleesch. De bewoners hebben Donderdag tevergeefs ■gilMMmmmm, nr-TiMiMw Zend bijgaande coupon aan Mevr. Lotgering Hillebrand, I Unilever Voorlichting» Insti- tuut U.V.I., postbox 1, Rot- terdam en U ontvangt om gaand gratis en franco de brochure „Onze wintersche stamppotten". GRATIS BROCHURE „ONZE WINTERSCHE STAMPPOTTEN" Verzoeke mij omgaand gratis en franco te zenden een exemplaar van de brochure „Onze wintersche stamp potten" Naam: Straat: pl°°ts: -1058 Te zenden aan Mevr. Lotgering Hillebrand Unilever Voorliehtings Instituut, Postbox 1, Rotterdam. .V.l: Unilever Voorliehtings Instituut 1!A-C>'#OUA 'J ring wilde geven, „dan zal ik je nu voor het souper 'kleeden. Je. moet beginnen met de dingen te dragen, zoodat je er wat aan gewend raakt." HOOFDSTUK IV. Een nieuw type. Toen de beide jonge dames op het uur van het souper de eetzaal binnentraden, bleven veler blikken met eenige verwon dering op haar rusten. In 't eerste oogen blik werd de jeugdige, bevallige gestalte in 't grijs en lila-costuum, niet herkend; 'twas zoo'n geheel andere verschijning, als die men gewoon was geweest te zien; ze scheen nu zooveel grooter en slanker, 't Kastanjebruine haar was hoog opge maakt, 't geen de schoone lijnen van het hoofd en den blanken hals beter tot haar recht deed komen, 't Duurde eenige mi nuten eer het gezelschap zich in staat voelde het raadsel op te lossen. Toen werd er een scherpe vrouwenstem ge hoord, die „sotto voce" zeide: „Waarlijk, 't is het dorpskind, met nieuwe kleeren aan kleeren die pas sen. 't Is bijna niet te gelooven!" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1938 | | pagina 5