Philips nieuwe Serie 1938-1939 iLANDBOUW MIDDENSTANDSBELANGEN W. DE GLAS GABRfiËLSE Controle-Bedrijfseconomische adviezen-Belastingzaken. 1 Middenstanders TA 1 Het Vrouwenhoekje Huidonzuiverheden9 vetwormpjes, pukkels en uitslag Radioprogramma. Het grootbedrijf in den detailhandel. Bezwaren tegen wettelijke maatregelen. Ordening als constructieve middenstandspolitiek. De zwerftochten van Kees. Denkt aan Uw Handelskennis. Voorstad I13 GOES ACCOUNTANT - LEER. BOEKH. M.O. HORLOGES WORDEN UIT VLIEGTUIGEN GEWORPEN. Oven den invloed van het grootwinkel bedrijf op den detailhandel is de laatste jaren veel gesproken en geschreven. Er zijn er die niets liever zouden zien dan dat het grootbedrijf door de Re geering aan ©en stevige ketting werd gelegd, dat het zooal niet voorgoed onmo gelijk gemaakt, tooh in zijn. verdere ont wikkeling werd gestuit. Maar er zijn anderen, die van een in grijpen van de Overheid op dit gebied niets goeds verwachten en die het ook niet noodig achten. Tot de laatsten behoort ook Prof. Dr G. M. Verrijn Stuart, hoogleeraar in de Staathuishoudkunde en Statistiek, die op verzoek van den Raad voor het Grootwinkelbedrijf een studie heeft ge wijd aan de vraag of met betrekking tot het grootbedrijf in den detailhandel (o.a. warenhuizen en grootfiliaalondernemin- gen) wettelijke maatregelen getroffen dienen te worden en met name, of de ontwikkeling van het grootbedrijf dient te worden beperkt. Billijke en vlugge opleiding voor het Middenstandsdiploma bij I. O. NI. Korte Kerkstraat 5, Goes, en voor privé-lessen bij H. M. SCHIPPERS, Leeraar Boekh. M.O. Kamperfoeliestraat 45, Goes. Er rijzen, zegt de hoogleeraar, aan merkelijke bezwaren tegen bevestigende beantwoording van de vraag of boven een bepaalde grootte winkelondernemin gen verder in haar groei geknot zouden moeten worden. Het tegengaan van den groei van spe ciaalzaken oordeelt hij fnuikend voor de ontplooiing van de energie, die noodig is om het bedrijfsleven duur zaam te doen floreeren. Zoolang een wir keiier met eerlijke middelen, d.w.z. onder toepassing van geoorloofde concurrentiemethoden en on der behoorlijke belooning van zijn mede werkers, zijn zaak tot groei weet te bren gen, is er z.i. noch uit economisch, noch uit sociaal oogpunt ook maar eenige re den om hem daarin te belemmeren. „Behoefte," zoo oordeelt prof. Stuart, „is er aan elke onderneming, die met eerlijke middelen baar klanten goed en goedkoop weet te bedienen en daarbij een behoorlijke, d.i. met bestaande marktver houdingen overeenkomende belooning geeft aan de in de zaak te werk gestelde arbeidskrachten, aan het daarin geïn vesteerde kapitaal en aan degenen, die de onderneming van grondstoffen of van verder te bewerken of te verhandelen goederen voorzien. Wat nu het grootbedrijf betreft, als dit aan doze eisohen blijkt te voldoen de feiten hebben het genoegzaam aange toond dan is er, zegt de schrijver, „be hoefte" aan. En als het kleinbedrijf zich wil hand haven, dan zal het dat alleen maar kun nen doen op den grondslag van even goe de bediening van den consument, van be hoorlijke rentabiliteit en van behoorlijke belooning van medewerkenden. Ieder, die aan deze voorwaarden voldoet, heeft als zoodanig recht van bestaan, omdat hij in een „behoefte" voorziet. Wie het niet kan, doet z.i. verstandiger als zelfstandig ondernemer te verdwijnen en zijn werk kracht in andere richting aan te wenden. Prof. Verrijn Stuart meent te mogen Prijzen vanaf f 89.— Vraag demonstratie. concludeerep, dat yele faotorein, waardoor zich de groot onder n.e mingen in den loop der tijden een voorsprong op het kleinbedr ij'f hebben versohaft, door dit laatste eveneens in werking ge steld kunnen worden, mits bij voldoende samenwer king, voorts, dat het kleinbedrijf door nauwer individueel contact met de klan ten een eigen voorsprong heeft op het grootbedrijf en dat de typische concur rentiemiddelen van bepaalde vormen van grootbedrijf, bestaande in lunchrooms, e.d. in het kader van dit bedrijf gemo tiveerd zijn en als zoodanig, zoolang zij op economischen grondslag bemsten, ze ker niet veroordeeld kunnen worden. De schrijver waarschuwt ten slotte te gen het treffen van maatregelen, welke een beperking van het grootbedrijf in den detailhandel ten doel hebben. Dat de middenstand het in de laatste jaren zoo moeilijk heeft gehad, komt niet door de ontwikkeling van het grootbe drijf, oordeelt prof. Verrijn Stuart, maar door de hevige conjunctuurgolven, waar door het economische leven sinds 1929 geteisterd is. Voor de oplossing van het midden- standsvraagstuk is z.i. niet in de eerste plaats een „ordeningspolitiek" ge- wenscht. Veeleer vormt naar schrijvers oordeel, een verstandige conjunctuurpo- litiek gericht op stabilisatie van het algemeen prijsniveau en daarmee tevens van het volksinkomen, gericht voorts op het voorkomen van massawerkloosheid het middel om ook den middenstand de bestaanszekerheid te versohaffen, welke deze behoeft. Men schept geen welvaart, besluit hij, door een bedrijf, dat zich uit eigen kracht ontwikkelt, zooals het grootbedrijf dat heeft gedaan, te belemmeren en tegen te werken. Dat is destructieve politiek van bedenkelijk gehalte. Gonst ruoti eve midden standspolitiek bestaat naar zijn meening hierin, dat men onder het scheppen van waarborgen tegen licht vaardige vestiging de algemeene voor waarden, waaronder het distributiebe drijf zal moeten werken, zoo gunstig mo gelijk maakt. Dit impliceert een verstandige con- junctuurpolitiek, waarin met betrekking tot den middenstand vooral de aan dacht geschonken moge worden aan de fiscale politiek, aan een billijke regeling van de overheidstarieven en aan een be hoorlijke en niet onereuze credietvoor- ziening." GOES WIJNGAARDSTRAAT 21. Men beho©ft het niet in alles met den heer Verrijn Stuart eens te zijn, om toch te erkennen, dat hier waardevolle op merkingen worden gemaakt. De Overheid mag en kan maar niet alles verbieden wat een deel van het publiek misschien wel wenschelijk zou vinden. Bovendien is van een positief optreden van den Middenstand tot versterking van zijn positie veel meer heil te verwach ten, dan van een negatieve actie tegen het grootwinkelbedrijf. De heer Stuart wil geen ordenings-poli- tiefc, althans niet in de eerste plaats. Gelukkig voegt hij hieraan onmiddellijk toe, dat het eischen van waarborgen te gen lichtvaardige vestiging ordening dus als constructieve midden standspolitiek moet worden aan gemerkt. Een meening, die wij gaarne onder schrijven. De handwerknibrieken nemen vooral in den winter een belangrijke plaats in. De vele aardige modellen en patronen zullen er wel voor zorgen, dat de lezeressen van „Wij JoDge Vrouwen1" de lange winter avonden goed gebruiken. Als altijd vangt ook dit nummer weer aan met een korte meditatie: „Hoe zal ik U ontvangen", die is afgestemd op het naderend Kerstfeest. Dan volgt een intervieuw met één van onze meest bekende Christelijke schrijf sters Jo Kahnijn-Spierenburg. Agni van der Torro vertelt over den Kersttijd op de Kempische heide, de dorre, doodsche vlalkten, maar waar toch ook het Kerst feest op eigen wijze wordt gevierd. Mevr. M. A. M. Renes-Boldingh vervolgt haar feuilleton eu Dö H. Veldkamp bespreekt Ons Bidden, Merkwaardig is de bijdrage: „Anna heette saj.over een gedicht van de Duitsche kunstenares Ruth Schau- mann, die bij haar gedicht een serie knip sels meukte, die het leven, uitbeelden van „De vrouw', die Anna 'heette". Verder in dit nummer „De Kunst van het vertel len" door Jo Kalmijn-Spierenburg, een bespreking door Mevr. H. Kuyper-van Oordt, over het tweede deel van de trilo gie Niels Hald, 'het kort verhaal. „Keesjes eerste diner", een interessante beschrij ving van de Ekawo, de eehkamerwonin- gen voor vrouwen d'oor vrouwen in Haar lem, „Onder de Roos", de gezellige vra- genruhriek en de uitslag van den fotowed strijd. Tenslotte widen wij nog wijzen op de rubrieken „Lichaamsverzorging" en „Ho© blijven we lenig", waarin op popu lair-wetenschappelijke wijze het nut en de noodzakelijkheid van goede lichaams verzorging wordt uiteengezet. Stemmen des Tijds,, maandblad voor Christendom en Cultuur, heeft zijn 27sten jaargang voltooid. Het Decemb er-nummer heeft den vol genden inhoud: Dr B,. A. van Gronin gen, Drie Literaire vormen van den Griekschen Mythus. Dr J. N. Th. Diepen horst, De politieke situatie der Balkan- landen. Dr C. Tazelaar, Over „De Ge trouwen" van Jo van AmmersKüller. G. J. Lammers, Proeve van een analyse van de Kabinetsformaties in 1933 en 1937. P. J. Meertens, Kroniek der poëzie. Verder: Leestafel. Uitgeefster van dit hoogstaande tijd schrift dat we een lang en onbezorgd bestaan wenschen is N.V. G. J. A. Ruys' Uit®. Mil Zutphen. Een Zwitsersche horloge fabriek heeft dezer dagen be langwekkende proeven geno men. Om het weerstandsvermo gen van armbandhorloges te onderzoeken, liet zij door vlie gers van verschillende hoog ten dergelijke horloges omlaag gooien. De horloges bereikten de aarde met een eindsnelheid van ongeveer 18 M. per seconde, doch bleven loopen alsof er niets gebeurd was. Slechts van een horloge, dat van een hoogte van 300 M. op een cementen vloer viel, wa ren de wijzers gebroken, ter wijl het uurwerk normaal doorliep. Het geheim hiervan ligt in een zeer kleinen schok- breker, die de gevoelige assen van le kleine radertjes van het uurwerk beschermt. N thi.ii' 69. De kerel maakte daarop Kees? beenen weer los, dwong hem om op te staan, haalde een wit laken van onder zijn rokken te voorschijn en gooide dit over Kees heen. In het laken waren gaten geknipt voor oogen en mond. D'aarop zette de kerel het masker met kapsel weer voor en aldus uit gedost werd Kees gedwongen om met de vreemde verschijning mee te gaan. Spook achtig gleden de gestalten door het huis. 70. Naar de bibliotheek gingen ze en daar zag Kees, wat hij gevreesd had te zullen zien. Twee kerels met zwarte maskers voor hun gezichten gebonden hadden, de brandkast geforceerd en juist pakten ze de fraaie cas sette met de familiejuweelen, toen de beide spookgestalten binnen kwamen. Het huishoudboek. Het huishoudboek is voor vele vrou wen een onmisbaar hulpmiddel gewor den, waar men niet meer buiten kan. Menige huisvrouw troost zich met de ge dachte, dat zij geen geld uitgeeft aan noodelooze dingen en meent ten onrechte, dat zij wel buiten een huishoudboek kan. Natuurlijk zal geen enkele verstandige huisvrouw onnoodige uitgaven doen. Er zijn vaste bedragen, als huur, belas ting, waterleiding, gas, electriciteit enz. doch daarnaast heeft men die, waaronder huishoud- en kleedgeld, wasch, diversen e.a. vallen, die niet steeds gelijk zijn, al hoewel ze een vastgesteld bedrag niet mogen, overschrijden. Getracht moet wor den, er zelfs onder te blijven, en dat is slechts mogelijk, indien men b.v. de kos ten voor de huishouding geregeld gespeci ficeerd opschrijft en door vergelijking weer nagaat of op een of ander onder deel niet bezuinigd kan worden. Het gemakkelijkst is om dagelijks een bepaald bedrag te nemen en alle uit gaven onmiddellijk op een bloc-note te schrijven, 's avonds de kas op te maken en tevens alles inleen huishoudboekje over te nemen, liefst gespecificeerd. Op welke wijze men zijn huishoudelijke boekhouding voert, is vrijwel hetzelfde. Sommigen zullen de voorkeur geven aan gedrukte huishoudboeken, die in d'en han del zijn, terwijl anderen een of meer boekjes verkiezen met geldkolom. Hoofdzaak is, dat alles opgeschreven wordt om een basis te vormen voor een eventueel© hetere verdeeling van het in komen. Op den post „fcleed'ing" kan veel be spaard worden, indien de huisvrouw zelf naait en op een zuinige manier haar materialen weet te koop en. Steeds moet voor een post „onvoorzien" gezorgd wor den, om in geval van ziekte, aangespro ken te kunnen worden, aangezien hier uit steeds bijzondere uitgaven voort vloeien. Enkele recepten. Pikant broodschoteltje. 4 ons oud brood, ongeveer 8/4 liter melk, 4 eieren, wat peper en zout, 2 ons ge raspte, belegen kaas. Snijd het brood in stukjes eu week het in de kokende melk. Wrijf of maal het daarna fijn. Vermeng het met de eierdooiers en de geraspte kaas, de peper het zout en tenslotte het stijfgeklopte eiwit. Doe het mengsel in een beboterd vuur vast schoteltje en zet het ongeveer een half uur in een matig warmen oven, tot het een bruin korstje heeft. Kaas br ood j es. (4 personen). 8 dunne sneedjes oud brood, 2 ons geraspte oude kaas, i/s liter room, 20 gram bo ter, 1 ei. Bak de sneedjes brood aan één kant goudbruin. Meng de 'kaas, den room en het ei door elkaar, voeg er desgewenscht wat peper en zout bij. Besmeer den ge bakken kant van de sneetjes brood met een tamelijk dikke laag van het smeersel. Leg de broodjes op een met boter inge smeerd bakblik en zet dit 5—10 minuten in een heeten oven. Gort met rozijnen, gemaakt van 3 d.L. Alkmaarsche gort (2 Yi ons) -120 gram rozijnen zonder pit, I1/2 liter wa ter en wat zout. De gort een dag te voren zoolang was- schen of afspoelen tot het water, dat er afloopt, volkomen helder is. Ze dan 24 uur laten weeken in vijfmaal zooveel koud water als gort. Er nu de goed schoongemaakte rozijnen bijvoegen, 00K. het zout en "de gort met het water op een flink vuur aan den kook brengen. Ze zonder er in te roeren gaar en droog laten koken. De rozijnen kunnen bij een volgende gelegenheid vervangen worden door 3 ons gedroogde en geweekte pruimen. Kaasbeignets. 1 Y> ons zelfrijzend bakmeel, 2 d.L. melk, peper, zout, noot muskaat, aroma, V2 pond niet te belegen volvette kaas. Maak een beslagje van zelfrijzend bak meel en melk (niet eerder dan men het noodig heeft bij' gebruik van zelfrijzend bakmeel). Voeg er de kruiden bij. Dom pel de in blokjes gesneden kaas (onge veer 2 c.M. in het vierkant en 1 oM hoog) in het beslag en hak ze in dampend fri tuurvet goudbruin. Presenteer ze warm. Het sparen van traploopers. Traploopers worden gespaard, als men elke trede belegt met een zoogenaamd looperkussentje. Wie niet in het bezit hiervan is, kan ze uitstekend vervangen door oude kranten, aan welke men door vouwen de gewenschte dikte geeft. Wie een nieuwen looper moet koopen, doet heel verstandig, iets meer te nemen dan het benoodigde, daar het kan voor komen, dat mien den looper moet laten verstellen. Gooostraploopers, die op de gewone manier niet kunnen worden schoonge maakt, moet men eerst uitkloppen en daarnua schrobben met een harden boen der en lauw zeepsop of lauwe sterke pe. kei. Met schoon water spoelt men ze na en hangt ze dan te drogen tegen een schutting of muur, omdat ze, op die ma nier behandeld, goed vlak blijven. Voor vastgespijkerde cocostapijten verdient schrobben geen aanbeveling, daar ze moeilijk drogen en dus gemakkelijk weer vuil worden. Men doet beter, zoo er vlek ken op mochten zijn, deze uit te boenen met een borsteltje met zeep. Zoo noodig neemt men vastgespijkerde cocostapijten af miet een doek, gedrenkt in pekel, zeep sop of boraxoplossing. De doek mag in dit geval niet te nat zijn. Ruhherloopers kunnen worden sohoon- gekouden door de ruhberstrooken van de treden af te nemen en ze, na reiniging met vochtige doeken, weer op de daar voor bestemde pennen te haken. (Hbld.) verdwijnen door de huidzuiverende, huidvoedende en huidverfraaiende Purol. D'oos 30, 60 ct. Tube 45 ct. Bij Apoth. en Drogisten. DE FÜSFOR-KALIMESTSTOF SULKAPHOS. II. In ons eerste artikel hadden we er speciaal de aandacht op gevestigd, dat men in het landbouwbedrijf slechts op chloorgevoelige gewassen Sulkaphos moet gebruiken. We gaven toen ook een op somming van verschillende landbouw gewassen, die als chloorgevoelig bekend staan. Wanneer uren zich nu echter, wat het gebruik van Sulkaphos betreft, niet gaat stellen op een landbouwkundig standpunt, maar de kwestie bekijkt uit den gezichtshoek van het tuinbouwbe drijf, dan wordt de zaak heel anders. Het is bekend, dat in het tuinbouwbe drijf vaak zeer zware bemestingen wor den toegepast. 'Groote kwantums kunst mest worden gebruikt op betrekkelijk kleine oppervlakten. Het zeer intensieve tuinbouwbedrijf stelt hooge eischen aan de vruchtbaarheid van den bodem Geen uitzondering is b.v. het aanwenden in twee of meerdere malen van een gift van 175 kg zuiver fosforzuur en een gelijke hoeveelheid kali per H.A. Indien mien nu voor dergelijke zware bemestin gen uitsluitend enkelvoudige dus bal- lasthoudende bemestingszouten zou aanwenden, dan brengt men behalve hel beoogde plantenvoedsel, tegelijk een massa ballaststoffen in den bodem. Hier van is het gevolg, dat de concentratie van het bodemvocht, waarin de wortels der planten voorkomen, veel te groot wordt. Het gevolg hiervan is weer, dat door het zoo terecht gevreesde verschijn sel van bodemverzouting de wortels en daarmede de geheele plant tengevolge van plasmolyse verbranden. De aandachtige lezer zal zich nu waar schijnlijk wel afvragen, wat men ondei plasmolyse heeft te verstaan. Plasmolyse kan onder de volgende om standigheden optreden: Wie adverteeren wil gebruikt daarvoot „DE ZEEUW", Dat is verstandig ms Wanneer een plantencel door een ster ke oplossing is omringd, dan zal de z.g osmotische druk van het celvocht kleiner zijn dan die van de omgevende oplos sing; er zal dan water uit de cel treden Wanneer de wateronttrekking aan de cel steeds blijft voortduren, dan krimpt of verschrompelt de cel en sterft af. Dit is in 't kort nlasmolyse, die dus tengevolge van bodemverzouting veroorzaakt door het gebruik van enkelvoudige bemestingszou ten, kan optreden. De kwestie van het verzouten van den bodem is in den tuinbouw van groote beteekenis. Het duidelijkst wordt dit wel gedemonstreerd in de groote tuinbouw centra, waar men gedurende eenigen tijd de grond vrijmaakt, om den regen gele genheid te geven op den bodem in te werken. Het laat zich begrijpen, dat men daardoor bereikt, dat de ballaststoffen naar den ondergrond verdwijnen. Wat schreef in dit verband' b.v. Ir. Deckering in verslag no. 33 van het Rijkslandbouwproefstation te Groningen? „In verband met het verzouten van den bodem in kassen streeft men bij de be mesting in den tuinbouw er naar, om zooveel mogelijk hoogprocentige zouten te gebruiken, welke zoo min mogelijk ballaststoffen achterlaten." Besluiten we dit artikel met de opmer king, dat prof. Ir Elema toen hij' in 1925 bij rogge ziekteverschijnselen waarnam, hij deze na nauwgezette studie toeschreef aan te hooge concentraties van het bo demvocht, wat een gevolg was van het laat in het voorjaar toedienen van groote hoeveelheden kunstmeststoffen. In derdaad verdween het ziektebeeld na he- vige regens. Ook de onderzoekingen van prof. Aber- son wezen in deze richting. Deze geleer- do stelde vast, dat het bodemvocht bij zieke planten ongeveer 10 maal meer geconcentreerd was, dan dat van plaat sen, waar de planten gezond bleven. Zjjn conclusie luidt dan ook: „Al is de concentratie niet groot ge noeg voor volledige plasmolyse (dat is het afsterven der planten), de concentra tie is toch wel zoo groot, dat de groei sterk benadeeld wordt." (Wordt vervolgd.) Maandag 12 Dec. 1933. HHILVERSUMi I. 1875 en 415,5 M. N CRV-uitzending. 8,00 Schriftlezing, med. 8.15 Ber., gram. (9.309.45 Gelukw.) 10.30 Mor- gend. 11.00 Ghr. Lectuur. 11.30 Gram. 12.00 Ber. 12.15 Het Amsterd. Salonor kest en gram. 2.00 Yoor de scholen. 2.35 2.55 Grami. 3.00 Voor de zieken. 3.30 Gram. 3.45 Bijbellezing. 4.45 Gram. 5.15 Kinderuurtje. 6.15 Gram. 6.30 Ber., vra genuurtje. 7.00 Ber. 7.15 Verv. vragen uurtje. 7.45 Gram. 7.50 Causerie over weldadigheidspostzegels. 8.00 Ber. ANP, herh. SOS-ber. 8.15 Jeugd-demonstr. van het Leger des Heils. 9.15 Gram. 9.30 Apollo-kwintet. 10.00 Ber. ANP, actueel halfuur. 10.30 Verv. kwintetconcert. 10.45 Gymnastiekles. 11.00 Piano en gram. 11.30 Gram. 11.5012.00 Schrift lezing. HILVERSUM II. 305,5 M. Alg. Progr. verzorgd door de AVRO. 8.00 Gram. (Om 8.15 Ber.) 10.00 Mor- genw. 10.15 Gram. 10.30 Voor de Vrouw. 10.35 Ensemble Jetty Cantor. 11.00 De claim 11.25 Verv. conc. (Om 12.15 Ber.) 12.15 AVRO-Amusementsorkest, en Gino Bordin's Hawaian-ensemble. 1.00 Gram. 1.30 'Sylvestre-trio. 2.15 Omroeporkest. 3.00 Voordracht. 3.30 Omroeporkest en soliste. 4.30 Disco-causerie. 5.30 AVR0- Aeolian-orkest. 6.25 Ber. 6.30 De Twi- lightSerenaders. 7.20 Friesche uitz. 8.00 Ber. ANP. 8.10 Concertgeb. orkest en so listen. 9.15 'Radiotooneel met muziek. 10.35 AVRO-Amusementsorkest en solis ten. 11.00 Ber. ANP, hierna tot 12.00 Gram.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1938 | | pagina 6