"■*1 DE ZEEÜW Rente van woningvoorschotten. TWEEDE BLAD Stand. HET KIND VAN TREFUSA Verpakt en onverpakt vet. Uit de Provincie Op e//ce wond FEUILLETON ging, ronden worden aangewend tot dek king van extra afschrijving op de in zeer vele gevallen abnormale booge bouwkos ten. c. Noodzakelijke huurverlagingen, als bier bedoeld, kunnen ook zonder rente verlaging tot stand komen. Ter financie ring vau dergelijke huurverlagingen toch kan ook thans een bijzondere bijdrage worden verleend. Ten slotte wordt opgemerkt, 'dat bijl bet hierboven bedoeld overleg ook betrokken is de bepaling van de rente van nieuw te verleenen voorschotten. Ook te dezer zake zal binnenkort een definitieve beslissingen kunnen worden genomen. Terugvordering van ten onrechte betaalde heffingen. zaken thans, in verband met Ingekomen MIDDELBURG. Teriefsverordenlng Waterleiding. VLISSINGEN. ZUID-BEVELAND. op genoemden bocht te laat, dat hij rechtsaf moest slaan, trachtte toen de bocht toch nog te nemen en kwam daar door in aanraking met de spoorboomen. De motor sloeg daardoor om. De be stuurder zelf kwam met den schrik vrij, dooh zijn vrouw, die op de duo zat, kreeg een vrij ernstige hoofdwonde en moest in het ziekenhuis worden opgeno men. Haar toestand is redelijk wel. Hanswnrt. Het ledige motorschip „Sa- nara 116" van Straatsburg naar Antwer pen bestemd is Zaterdagmorgen op de Oosterschelde omhooggevaren en blijven zitten. Zaterdagavond is het schip met be hulp van de sleepboot „Doris Rijkers" vlotgekomen waarna het de reis naar .Antwerpen heeft voortgezet. lerseke. In de afgeloopen week werden van hier 4700 ton mosselen verzonden, waarvan naar Brussel 1900, Antwerpen 500, Mechelen 1700 en naar verschillende andere plaatsen in België 400,terwijl naar Frankrijk 200 ton gingen. Voetbal. Waarde. De Zaterdag gespeelde voet balwedstrijd tusschen Waarde I, kam pioen van Zuid-Beveland en de Vetera nen van Vlissingen, kampioen van Wal cheren, werd door Waarde gewonnen met 5—3. Ruststand 41. toestaan van gevraagde bijdragen rem mend zal werken op de lust tot wegen- verharding door ingelanden. Het verharden der binnenwegen is een bij uitstek landbouwersbelang, en daar om meent spr., dat men gerust deze post kan verboogen tot alle daarvoor in aan merking komende wegen verhard zijn. Van de gemeentekassen kan men ook niet meer verwachten. Als men de post sub sidie pro memorie ging uittrekken, dan zou men den post onvoorzien zooveel grooter moeten maken. De beer Portheine blijft bij zijn bezwaar tegen het nu reeds vastleggen van zulke posten. De voorzitter zeide, dat men nu het dijkgesohot moet vaststellen en daar houdt een en ander mede verband. Men zou er dan toch voor den post „uitgaven van verschillenden aard" rekening mede moeten houden. De beer Portheine zeide, dat die ook in plaats van f 12000 totaal f 17000 moest zijn. Spr. is tegen het voortdurend bepalen van den post voor de verharding van de 'binnenwegen op f 10.000. toeleidende wegen van bijna ƒ9 larbij vooral in het ost van 1.2ÖO.OOO ver de Merwede te :n post van 1 mil- unnel te Velsen. tje geeft een over- erdeeling van het ir de verschillende or zoover dit de posten betreft. op den vrede tus- erschaffing. ten ia bij de werk- leggen van de Aa rlerixtel een con- bij ruim 700 man werkgestelden uit jrgen aan den ar- i wijziging in het omen. Op de an- (fenden zij pressie ggen. rsongeval.. morgen is op den een ernstig ver- estuurd door den Amsterdam, moest vagens blijven om passeeren. Door >n 'hij niet tijdig >n vloog tegen een nzittende zijn ern- tenberg te Amers- tastiaan Gelok dp .netje Wijs se, 21 V iornelis z.v. Adri- mna Adriana An- T-»i _A„,« /lllll' IS Z.V. ernella Pieter Guil" Salomé te Rozendaal, 50 1 .cobus Brouwer. l der Harst heeft publiek verkocht. de uit huis, Se ur, varkenshok e en met 7 H.A. 59 06 r.) erf, hoorn .d, aan den Nie«- >r, te NieuwdorP. erke. Ip landbouwer '24.550. VAN MAANDAG 26 SEPT. 1938, Nr 303. VERLAGING WORDT OVERWOGEN. De ministers van Binnenlandsche Za ken en van Financiën hebben thans ge antwoord op de vragen van het Tweede Kamerlid de heer Steinmetz, betref fende verlaging der rente van reeds ver leende en nog te verleenen voorschotten krachtens de Woningwet. Op de vraag of de ministers niet van oordeel zijin, dat aan de rentebepaling van Rijksvoorschotten, krachtens de Wo ningwet, steeds de gedachte ten grond slag heeft gelegen, dat het Rijk het per centage berekent, dat het zelf kan worden geacht te betalen, wordt geantwoord, dat onderscheid dient te worden gemaakt tusschen te verleenen en reeds verleende voorschotten. Ten aanzien van laatstgenoemde voor schotten moet de vraag ontkennend wor den beantwoord. De in 1934 ingevoerde renteverlaging had een speciaal doel, n.l. het mogelijk maken van huurverlaging voor woningwetwoningen, als onderdeel van de aanpassingspolitiek der regeering. Ten aanzien van eerstbedoelde voor schotten moet de vraag bevestigend wor den beantwoord, al lag in werkelijkheid, naar achteraf bleek, het door het Rijk be rekende percentage veelal beneden de rente, welke het Rijk voor de in verband met de voorschotverleening aangegane staatsleeningen had te betalen. Ook is welbewust een lagere rente aangenomen. Zoo werd gedurende den wereldoorlog de rente van de woningwetvoorschotten aanvankelijk gefixeerd op 3% pet. en la ter op 4M pet., terwijl op het huidige oogenblik zich het omgekeerde geval voor doet. De tweede vraag luidde: Zijn de ministers, indien de vorige vraag bevestigend moet worden beant woord, bereid in bet belang van een juiste exploitatie van bestaande woningwetwo ningen hun medewerking tot verlaging der rente op de gegeven voorschotten te veTleenen, zulks: a. ter vermindering van de z.g. extra tekorten, welke opt vele met woningwet- steun gebouwde complexen worden gele den; b. ter vermindering van rijks- en ge- meentebijdragen; c. in bepaalde gevallen ter financiering van noodzakelijke huurverlaging? De ministers hebben 'hierop als volgt geantwoord: De in deze vraag bedoelde aangelegen heid heeft de bijzondere aandacht van de ministers. Daaraan zijn echter zoovele kanten, dat eerst na ampele overweging een beslissing kan worden genomen. Door de ministers wordt reeds sedert eenigen tijd ter zake overlegd, binnenkort zal een definitieve beslissing kunnen wor den tegemoet gezien. Ten aanzien van de onder ao genoem de doeleinden zijl intusschen het navol gende opgemerkt. a. extra tekorten, geleden tot het tijd stip van eventueele renteverlaging, kun nen niet voor dekking door baten daar van in aanmerking komen. Jaarlijks terugkeerende extra-tekor ten, waaronder niet begrepen zijn extra tekorten, ontstaan door overschrijding van gestelde normen, komen, nu deze worden opgevangen door de baten van het gemeenschappelijk fonds, bedoeld in artikel 29 van het woningbesluit. slechts in betrekkelijk gering aantal voor. b. Vermindering van Rijks- en gemeen- tebijdragen zou inderdaad een gevolg kun nen zijin van renteverlaging, tenzij de middelen, vrijkomende door renteverla- door S. K. HOOKING. 55) o Edward was heel stil, toen hij in den zonneschijn naar huis reed. Tante Jans' gevoel van „schuld" was niets in verge lijking bij hetgeen hij gevoelde. Hij had ternauwernood naar Mona gekeken ge durende den tijd, dat zij daar waren ge weest. Dorothee had haar geheel en al uit zijn verbeelding gedrongen, had al zijn gedachten en zijn geheele hart ver vuld. Hij wist, dat hij geen houdbare verdedi ging had. Mona was zijn aanstaande vrouw. Hij had haar gekozen om levens lang zijn gezellin te zijn, had haar ver teld, dat hij haar met al zijn liefde be minde en toch was hij binnen veertien dagen bereid voor een andere vrouw te knielen en deze te aanbidden. Hoe moet ik mij zelf karakteriseeren? vroeg Edward zich af. Was hij een ver rader? E'en bedrieger, een schijnheilige, of al die karakters in één vereenigd? Of was hij alleen het onvrijwillige slacht offer van het noodlot? Hij scheen niet in staat kalm na te denken. Alles was een mengelmoes. Het eenige duidelijke was voor hem, dat Mona niet de liefste vrouw van de wereld was, noch de interessant ste, noch die waarnaar hij het meest ver In de memorie van antwoord aan de Tweede Kamer inzake het wetsontwerp, houdende voorziening ten aanzien van de terugvordering van gelden, gestort of be taald in verhand met artikel 8 der crisis- zuivelwet 1932, zegt de minister o.m., dat hem uit het voorloopig verslag is gebleken, dat bijl vele leden ernstige be denkingen tegen dit wetsontwerp bestaan. Hij1 acht zulks begrijpelijk. Immers, ook hij is zich terdege er van bewust, dat wetsontwerpen met een strekking als het onderhavige tot voor de rechtszekerheid der burgers bedenkelijke gevolgen kunnen leiden. Er kunnen zich echter gevallen voordoen, waarin bet indienen van een wetsontwerp, dat beoogt met terugwer kende kracht een wettelijke bepaling te verduidelijken of ongewenschte gevolgen van een rechterlijke uitspraak af te wen den, of dat op andere wijze het rechtsge voel dreigt te schaden, niettemin tot een dringende noodzaak wordt. Zulk een ge val is aanwezig indien, zoo een wettelijke voorziening zou worden nagelaten, der mate groote algemeene belangen kunnen worden geschaad, dat het belang der rechtszekerheid (dit woord dan in for- meelen zin genomen) daartegen niet in voldoende mate opweegt. De minister wenscht in het licht te stellen, dat naar zijin stellige overtuiging zulk een geval zich in casu voordoet. Ten slotte beantwoordt de minister nog de in het verslag gemaakte opmerking met betrekking tot de financiering van de eventueele terugbetaling van 5 mil- lioen gulden. Ook al moge in het land bouwcrisisfonds op het oogenblik een niet onbelangrijke reserve aanwezig zijin, waaruit de restituties voorloopig gefinan cierd zouden kunnen worden, dan zou zulks toch niet verhinderen, dat uitein delijk deze door de Nederlandsche bevol king zouden moeten worden opgebracht. Immers de overschotten, die in het land- bouw-crisisfonds aanwezig zijn, zijn of noodig om toekomstige tekorten te dekken of zij zouden, indien zij niet worden aan getast, aangewend kunnen worden om de nog bestaande heffingen te verlagen. In beide gevallen komt het er op neer, dat door de Nederlandsche bevolking onge veer 5 millioen gulden wordt gederfd ten einde deze zonder eenige redelijk motief aan een aantal handelaren te schenken. De noodzaak de voor den prijssteun aan den landbouw benoodigde fondsen bijeen te brengen, wordt door het geheele Ne derlandsche volk, boe zwaar deze befin gen ook soms vallen, gevoeld. Deze nood zaak zal echter in geenen deele worden gevoeld, indien het er om gaat voor bet landbouw-crisisfonds gelden te verkrijgen ten einde daaruit aan een groep der be volking bedragen terug te betalen, welke zij reeds lang op anderen hebben ver haald. DE ROBBENJACHT. Premiestelsel Ingevoerd. Nadat eenige jaren lang de premie op het dooden van zeehonden afgesohaft was. heeft de minister van economische langde. Die fiere onbekende, wier gelaat en manieren hem sinds den eersten keer hadden aangetrokken, en naar wie hij zulk een ongewone nieuwsgierigheid had gevoeld, had hem bij een nadere kennis making geheel overweldigd. Hij voelde, dat hij haar slaaf was, dat hij voor haar naar het einde der wereld zou gaan en vond dit een genot. Hij wist, dat het slecht was, zoo slecht, dat hij ternauwernood den moed had Mona aan te kijken, die zoo onder worpen naast hem op den bok van het rijtuig zat, die lieve, zachte Mona, die verstandig, noch schitterend, noch ko ninklijk was, maar goed en lieftallig, en vol teederheid en sympathie. „Zeg eens kleine meid", zei hij' einde lijk. „Je bent heel stil." En er was een onmiskenbaar teedere toon in zijn stem. „Vind je dat, Ted?" antwoordde zlijt hem aanziend. „Ik dacht." „Een penny voor je gedachten" zei hij plagend. „Ik dacht aan Dorothee", was het ant woord. „Ik dacht er over wat een flin ke, verstandige vrouw zij is. Naast haar gevoel ik mij als een gansje." „Kom Mona, verklein je zelf nu niet", zei hij afkeurend. „Wel vind jij dat dan ook niet?" Neen Mona jij hebt niets van een gansje." „Maar ik ben toch niet zoo verstandig als zij." „Niet op dezelfde wijze verstandig, mis schien. Het zou een vervelende wereld zijn, wanneer de natuur alle menschen klachten over schade, door de zeehonden toegebracht aan de visscherij, besloten om wederom tot invoering van het pre miestelsel over te gaan. De maatregel is 1 Augustus j.l. ingegaan. De premie is vastgesteld op f 2 per exemplaar. Naar wijl vernemen, kwamen de klach ten vooral van de Zeeuwsche en Zuid- Hollandsche stroomen; in mindere mate werd geklaagd over de robbenbevolking van de Waddenzee. De visschers, vooral de botvisschers, ondervinden zware concurrentie en net- tenschade van de zeehonden, zoodat zich de noodzaak voordeed de jacht te bevor deren door een premie. In Art. 1 van het ontwerp van een nieuwe tariefsverordening voor de wa terleiding, komt o.a. het volgende voor: Het maximale op de voorafgaande grondslagen in rekening te brengen totale jaarbedrag bedraagt f 48, tenzij op grond van de aanwijzing van den geplaatsten controlemeter blijkt, dat het jaarverbruik meer dan 160 M3 bedraagt. Naar aanleiding van een opmerking van de commissie van financiën, stellen B. en W. voor dit nader als volgt te lezen: In perceelen, waarvoor naar de hiervoor vermelde grondslagen per jaar ten minste f 48 verschuldigd is, wordt een controle meter geplaatst. Eén hooger bedrag dan f48 zal per jaar niet verschuldigd zijn, tenzij uit de aanwijzing van den con trole-meter blijkt, dat het jaarverbruik gerekend tusschen de opnemingen in de maand November van twee elkander op volgende jaren meer dan 160 M3 be draagt. Zaterdagmiddag werd onder zeer groote belangstelling op de Noorderbe graafplaats met militaire eer ter aarde besteld het stoffelijk overschot van den matroos le kl. S., die Woensdag bij een ongeluk zoo droevig om het leven is ge komen. Langs den weg die de stoet volg de stonden tal van belangstellenden, ter wijl op de begraafplaats honderden aan wezig waren. Voorafgegaan dooT tamboers en pij pers, die treurmuziek speelden, en het vuurpeleton en gevolgd door familieleden van den overledene, officieren en man schappen der marine, werd de baar welke gedekt was met verschillende kransen, door matrozen grafwaarts ge dragen. Nadat de kist in de groeve was neerge laten, en salvo's waren gelost, volgden toespraken, waarna ds J. S. Hartjes de droeve plechtigheid met gebed sloot. De kruiser „Sumatra". Zaterdagmiddag werd er gelegenheid gegeven aan het publiek tot het bezichti gen van Hr. Ms. kruiser Sumatra", lig gende in de buitenhaven. Oimoodig te zeggen dat door honderden van de ge legenheid dit trotsche schip te bezichti gen, is gebruik gemaakt, temeer waar op Zondag de kruiser niet te bezichtigen was. De „Sumatra" is vanmorgen weer ver trokken. 's Gravenpolder. Vrijdag werd aan een 40-tal oudjes een genotvolle dag bereid. Tien particuliere auto's waren geheel be langeloos beschikbaar gesteld, waarmede een rondrit door Walcheren werd ge maakt. Dank zij het heerlijk weer is volop genoten. Zaterdagmiddag had de vracht rijder H. D'ekker het ongeluk mid den op het dorp van zijn paard te vallen. Hij kwam zoodanig terecht, dat Dt Nieuwenhuize spoedig werd geroepen, die hem met zijn auto naar huis vervoer de en een lichte hersenschudding consta teerde. Met eenige dagen rust zal hij wel hersteld zijn. Kloetinge. Motorongeluk. Zater dagavond heeft op den hoek Lewestraat- Patijnweg een motorongeluk plaats ge had. Een motorrijder uit Amsterdam zag naar hetzelfde model had gemaakt." „Maar het moet toch wel prettig zijn, wanneer je voelt dat je tot de hoogste menschen behoort." „Wel, jij kunt dat gevoel ook hebben", antwoordde hij glimlachend. „Jij bent even rijk begaafd in jou genre als miss Grey in het hare." „Ted, dat is nu alleen maar een edel moedige frase van je", zei ze met een guitig glimlachje. „Ik weet dat je mij eigenschappen toeschrijft, die ik niet be zit. Liefde is altijd blind, dat weet je." „Neen Mona. Ik geloof juist, dat liefde een derde oog is, dat de beide andere niet zien." „Och Ted, ik kan niet argumenteeren je moet dus maar tevreden zijn met me zooals ik ben." Hij voelde een rilling door zijn lichaam gaan. Zou hij tevreden zijn. Wanneer hij Dorothee nooit gezien had, zou hij voldaan genoeg zijn geweest, maar nu was de afloop in geen geval duidelijk. Natuurlijk zou hij zijn best trachten te doen. Hij was van plan trouw aan Mona te blijven, wat de gevolgen ook mochten wezen. De gedachte zijn belofte te verbreken kwam zelfs niet in hem op. Het was vastgesteld dat hij en Mona zouden trouwen, en goed beschouwd hoe spoediger het huwelijk plaats had hoe beter. Wanneer zij werke lijk zijn vrouw was, zou hij waarschijn lijk niet langer aan een andere vrouw denken. Bovendien zouden zij een lange huwelijksreis maken en intusschen kon Dorothee met een ander trouwen en van St Aubin weggaan, zoodat hun wegen Vlissingen. Alhier had Zaterdag een wedstrijd plaats tusschen Madjou II vaD hier en Togo I uit Goes. De Goesenaxen verloren den strijd met 52. Korfbal. Middelburg. Swift II kreeg Zaterdag bezoek van Volharding I uit lerseke. Volharding wist den wedstrijd te winnen met 40. POLDER WALCHEREN. Zaterdagmorgen kwam het bestuur van den Polder Walcheren in najaarszitting bijeen onder voorzitterschap van Mr H. F. Lantsheer. Afwezig waren de comissaristeen Hoe gen van Hoogelande met en Goetha'ls zonder kennisgeving. Een vacature (wij len Mr van Andel). Na onderzoek der geloofsbrieven van de 'herkozen commissarissen J. Bosse- laar Szn., L. Dingemanse Lzn., J'hr H. A. van Doorn, A. Maljaars Jzn. en Mr Th. Portheine en van den gekozen commis saris Mr P. Loeff, werd tot hun toelating helsloten. De voorzitter wenschte de herko zen leden geluk en wees er op, dat ook wijlen Mr van Andel moest aftreden en zich niet 'herkiesbaar stelde. Hij heeft echter dezen zittingstijd niet mogen uit zitten. Men achtte hem als een vriende lijke en bescheiden man en hij zal in dankbare herinnering blijven. De polderxékening 1937 werd z. h. st. goedgekeurd. Verharding van wegen. Het voorstel van het D'ag. bestuur tot verhooging van 'het voor bijdragen in kosten van verharding van wegen be schikbaar te stellen bedrag van f 5000 tot f 10.000, gaf den 'heer Portheine aanleiding tot de opmerking, dat 'hij het belang van het verharden der binnenwe gen niet ontkent, maar dat men het voor stel moet zien in verband met het voor stel inzake vaststelling van het dijkge schot, dat noodzakelijk verlaagd dient te worden. Spr. heeft enkel aanmerking op de versnelling van het tempo der ver beteringen, en hij wil dit wat remmen. Spr. heeft geen bezwaar tegen den vasten post van f 5000 met dien verstande, dat als blijkt, dat men in een bepaald jaar niet alles noodig heeft, dit wordt gere serveerd voor de toekomst. Dan kan zoo noodig een ander 'jaar wel meer dan f 5000 worden besteed. Voor het jaar 1939 wilde spr. dan desnoods alles wat aange vraagd is toefetaan. Principieel heeft spr. er ook bezwaar tegen, dat men nu reeds over zulke uit gaven beslist, die toch feitelijk pas bij de begrooting op onvoorziene uitgaven moe ten worden gebracht. D:e voorzitter zeide, dat het niet elkander nooit meer kruisten. Weer voer een schok door zijn lichaam, en het werd hem koud om het hart. De gedachte Dorothee nooit weer terug te zien, haar voor goed uit zijn leven te verliezen, was te pijnlijk om er lang bij te blijven stilstaan. „En toch moet ik uit St.-Aubin blijven", zei hij in zich zelf. „Ter wille van mij zelf en van Mona moet ik haar zoo min mogelijk zien. Het kan een voorbijgaande stemming zijn, een hevige, maar verdwij nende gril. Zij is een mooie, innemende vrouw, dat is zeker, verstandig en be lezen. Maar ten slotte is hart toch meer dan verstand, en lieftalligheid meer waard dan lichamelijke schoonheid. Neen, ik blijf een paar weken uit St,-Aubin weg, ik wil zelfs niet naar haar zien." En zijn paarden aanzettend was hij spoedig aan het paviljoen, waar Mona uitstapte. Edward Trefusa was oprecht genoeg in zijn bedoelingen. Maar toen Ezra Drake, de schoenmaker, den volgenden dag Groenoever voorbij ging zag hij den jon ker en Dorothee samen op een tuinbank heel geanimeerd met elkander zitten praten. HOOFDSTUK XX. D' e levende liefde. Gedurende de volgende twee of drie maanden leefde Edward in een slechten toestand, die hij grootendeels zelf gescha- pen 'had. Wanneer 'hij1 bij zijn voornemen was gebleven en zich van St. Aubyn iver- De voorzitter zeide, dat men het dan voor 1939 toch op dat bedrag kan bepalen. De heer Franse verdedigde het voor stel van het dag. bestuur op grond van het algemeen landbouwersbelang. De heer Bosselaar merkte op, dat velen van elders verbaasd staan, dat men hier zoolang heeft gewacht met een goe de verharding der binnenwegen. Het moet z.i. nog vlugger gaan. Beter zou het zijn de bijdrage van 20 op 25 pet. der kosten te brengen, al wil spr. er geen voorstel van maken. Men heeft toch ook veel geld besteed aan verbreeding met name van den Noordweg. De binnenwe gen zijn ook een groot polderhelang. Z. h. st. werd voor 1939 f 10.000 bepaald. Herstel Nollehoofd. Het voorstel tot het beschikbaar stellen van f 10.800 voor het herktel van het Nollehoofd, deed de heer Van D' o o r n de vraag stellen of geen schadevergoeding van den eigenaar van het jacht is te 'ver krijgen. De voorzitter zeide, dat het on derzoek ter zak© nog niet is afgeloopen. De zaak is in handen van de advocaten van den Polder. De geraamde schadever goeding is niet in overeenstemming met de kosten. Men zal wel niet meer dan f 1000 krijgen als de betrokkene kapitaal krachtig genoeg is. Voor het hoofd was toch reeds f2000 uitgetrokken, nu dient de kop afdoende verbeterd te worden. Daartoe werd nu verder z.h.st. besloten. Vaststelling dijkgeschot. Het voorstel tot vaststellen van het dijkgeschot op het gebouwd f 1.40 per f 100 belastbaar ingekomen en op bet on gebouwd van f 19 per ha. sohotbaar en f 10.80 per ha. vrijland, werd zonder dis cussie of h.s. aangenomen. Zuivering van sprinken. Eveneens vereenigde de vergadering zich zonder op- of aanmerking met het voorstel tot het voor rekening van den polder nemen van het zuiveren van de sprinken. Verbroeden Domburgsche watergang. Aan 'de orde wals vervolgens het voor stel tot aankoop van 'en verkoop van grond aan de gemeente en van aankoop van grond van W. Reijnierse en het be schikbaar stellen aan de gemeente Mid delburg van f2000 alles in verband met de werkzaamheden van de verbreeding van den Domhurgschen watergang tus schen den Langevielesingel en het Stads- wegje. De heer 0 s t vroeg hoe 'het staat met de verbetering van den watergang in de omgeving van de heul. Hij 'zou dat deel waar destijds alleen gebaggerd ils, omdat de kanten het niet hielden, nu eerst wil- wijderd had gehouden, zou de toestand van zijn gemoed en zijn hart een geheel andere hebben kunnen zijn. Maar de aan trekkingskracht van Dorothee's tegen woordigheid bleek hem te machtig te zijn. Hij vond telkens een of ander excuus om naar St. Aubyn te loopen en natuur lijk nam hij altijd een weg die langs Groenoever liep. Hij kwam het uur te weten waarop zij gewoonlijk ging wande len, de menschen en de plaatsen die zij gewoonlijk bezocht, de aardige veldwegen waar zij langs drentelde als het mooi weer was. Zoodoende ontmoetten zij1 el kander herhaaldelijk natuurlijk bij toeval, en soms wanneer hun wegen in dezelfde richting lagen, liepen zij sa men verder. 'Bovendien was Mona zoo met Dorothee gaan dwepen dat er nau welijks een week voorbij ging of de laat ste werd op het paviljoen genoodigd. Er was geen jaloer'schheid in 'Mona's hart. Edward was even voorkomend voor haar als vroeger. Hij was nooit kwistig ge weest met zijn 'liefdesbetuigingen; zij- ver langde er ook niet Daar; zij' wist dat hij van haar hield, en zij hield van hem, tenminste er was niemand dien zij zoo graag mocht lijden. Zij' voelde geen be zorgdheid voor hun huwelijk; zij kon zich niet voorstellen dat Edward ooit anders kon zijn dan goed en vriendelijk en voor komend; dat was zijn natuur. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1938 | | pagina 5