- %-* si iS ill Rondgang door den Dam-doolhof. Wenken op electrisch gebied DE BOERDERIJ AAN DE VAL z s S ao a a -g :^:f® S a §^M §1.11 aj4 a 1 :&fl a I I a a &"a 13 a S fl a.2 3 '3 WW Q fc w EJ3 T M f ÜJ o tj 2 3 5 H be c "5 o 3 CQ WP ■a o 2 i -5 5 ->" T o o E Xi H 8 8 9 OU *-» lil L4 ui W i CO CO CO I 4 s xr -e fll? a s- '258' i - w n TÏ ■3 3*! 2 9 J O O CQ a ÖS ®t-3 5 3 5 .9 5 a g q> - O.TS CO I - - 3 -** •zj g g-2 we -*-» rl M OS ^-4 t-4 tO CÖ d cj B-9 2 a ©-^ cd s VI d d. m o a a fH Jd aj "fl <D *-« 43 S1 T3 O -«-» d .3 d 2 S a t <3) -"d d m rd éh a) bo -ï? 2 d IS ai H o "m 3 o -2 g aa d t? ;l-l! s§2^ i£ a ph,§-3S - CO ft .gaS1"® ■3d®®® fl "3 j_ dH d g m CÖ Ti CQ 9*^3 -*-» '2 fn m Ja 2^ ®'0® ï?I M C3'd 3.3 O - J%- 2^:3 'S. +j 5*3 CÖ *3 So s>" I ft d o'^ S cd cd-g d I!* o d-d d «H d O o Xir9 03 H^-S 8 "d 5wö rd Ü0 -"Ö d 63 1 o g n d - d a^-d Xi d a sas? !W t3 3 O W d w O v v-» m d g d >-g H.2 a®» O tH t! rj d ?-l j-J MTj P>3 fl fl gS-g a-d 2 - i bo U 5 d- ;3 d d bog A -d'0 d ,d 2^ s®^ U 'o g"P N d Q. 1 to d 3 M d T-t o iJTl N rö "d ri d d o d d 2 d M dS-g 0r§ d d -rH d 2 n d d .Js.a ■d a_ s -d 3d t, XI i d S? - d n .d i-i Wi- s"5 sa s xi d d d °.-d"d •S M d 0) d 3 f—H bo-.-; d h rd M -H d g_| :3 dP"" 0 S1 a .a fl®. as> H d d' ®ïz; a d^1 «s 'd d d -d P> d d sJ P ■i-s &'3 bO "-< N -4-. a bo-- 3 -d h d'H bO fn rQ m m +J 9 2 bo d-2 ö-§ 2 d ö-d r-i f-J T3 W -fl -d 2 d I cn •>-> 1 -« r, a os d fl ^3 b0>"5 d Tfl W - 'f£a i g o d d d d ■2 00 S-S '3 S rP r-j N '9f - 1 y d Kj d d ijj ,2 m tfl»H m .2 d d fl g g d" a :g -r-t I g° -n -d .2 J3 A a bo O 33 fl -o -»_> fcO fl d -d ■rj •- AS "O- d -s -2 d 73 A 2 oog» xi -d 33 n> ™S co w t-t O 13 a .3 -s iS cö"0^ p d 5 d ft. t3 T3 -S d d fl w ■gs s d 44 d.2 SW^ i d |.a bo g.s fl 5 S d rH bo >:g a 22 d '3 KJ o O p p bo^ ö'0 d - :?7 d M N :p» p N O rS f-* g - A N bo "dl 22 .a ~t <u d bo d Ti d d d d Tj J 1 2 d dj rP -rH O •S *2 s 1 a l "2 d rp O dernisecrde Germaansche godsdienst van dondergoden, en gepersonifieerde natuur krachten. De politieke consequentie dezer wereld beschouwing is 'het nationaal-socialisme. De belangrijkste begrippen dezer levensleer zijn: Blut und Boden '(bloed en bodem). Men moet met de rasgenooten en volksge- nooten vormen één stevige vast gesloten macht ter verdediging van 'het eigen land, de eigen cultuur, het eigen volksbestaan. Het recht van den sterkste geldt in zoo verre dit het belang van het geheele volk verlangt. Jden strijdt voor ras-zuiverheid, voor autarkie, d.w.z. economische onafhan kelijkheid van anderen» terwijl in één mensch de groote leider wordt ge zien, die vereerd wordt, die met boven- menschelijke krachten 'bezield schijnt en dien men dan ook blindelings gehoorzaamt. Vandaar de uitdrukkingder Führer ist Deutschland. Zooals met alle, in wezen heidensche systemen, is ook dit systeem meedogenloos tegenover andersdenkenden. Het verlangt geen innerlijke, vrije, gewetensvolle over gave, zooals het Christendom, maar blinde ondoordachte gehoorzaamheid. Het is een schandaal, dat deze mensch- vergodende, het ware offer en de ware lief de afwijzende wereldbeschouwing binnen sluipt in het Christendom In wezen is de biologisch, naturalistische levensleer niet verschillend van de materialistische en het is geen wonder, dat het nationaal-socialis me en het communisme in de practijk aüs twee druppels water op elkander gelijken. Beide zijn op dit tijdelijke leven uitslui tend gericht en van „de aarde aardsch". Nu kan men principieel deze wereldbe schouwing: „de mensch is slechts een brok natuur" afwijzen en toch in de practijk een oppervlakkig materialistisch eigenwijs ego ïstisch mensch zijn. De reden waarom men dan geen communist of nationaal-socialist is, is minder omdat men principieel deze richtingen afwijst, als wel omdat men te laf, te dom, of te pietjes" is, er een radicale wereldbeschouwing op na te hou den. Zulke fatsoenlijke, brave mensehen zijn wel geen communisten of nationaal-socia- listen» maar ze zijn ook geen christenen, al zeggen ze van wel. De christelijke wereld beschouwing is echter minstens even radi caal. Zij is evenwel niet eenzijdig op dit tijdelijk aardsche leven gericht, maar boven al op het bovenaardsche. Zij vraagt ook voor de aardsche verhoudingen niet in de eerste plaats: „Hoe komt de mensch tot geluk en eer?", maar: „Hoe komt God tot Zijn eer?" De eere Gods zal dan inderdaad blijken in te 'houden, 's menschen ware geluk, al kan men dit in dit leven op aarde niet altijd zien. Botterdam. P. W. J. S. RADIO TECHNISCHE VRAAGBAAK. We zullen ons deze week de vraag stellen, waarom bij de moderne radio-apparaten toch zooveel zorg besteed wordt aan afscher ming. Spoelen zonder afscherming kunnen we niet meer gebruiken, lampen zijn met een metaallaag bespoten en gebruikt men tegen woordig ook geen afgeschermd snoer? Eh als wij nu een toestel opbouwden, zon der afscherming, wat zou dan het gevolg zijn? D5t is niet zoo heel lastig te raden. Er zullen ongewensebte koppelingen ont staan. Het toestel zal uit zichzelf een heel sterke, niet te onderdrukken, genereernei- ging vertoonen. Wie kent niet van vroeger het z.g. handeffect, waardoor het soms on mogelijk werd een toestel goed af te stem men. Hoort u, nog wel eens moderne toestel len, die last hebben van microfonisch ef fect, d.wjt. waar de luidspreker niet te dicht bij het toestel mag staan. Integendeel, bij voorkeur wordt de luidspreker in dezelfde kast van het toestel geplaatst, al zijn wij daar, om andere reden, geen voorstander van, zooals wij al meerdere keeren lieten blijken. HET DOUGLAS VLIEGTUIG IN FEITEN EN CIJFERS. Wist U,... dat dagelijks 6 maal den omtrek van de aarde wordt gevlogen met Douglasvlieg- tuigen? dat in alle vijf de werelddeelen de Douglas eiken dag vliegt en wel onder de vlag van 24 verschillende nationaliteiten? dat de Douglasfabrieken in Santa Mo nica in 1937 rond 300 verkeersvliegtuigen afleverden? dat United Airlines, die de meeste pas sagiers, vracht en post ter wereld vervoeren, elke nacht het Amerikaansche vasteland drie keer in beide richtingen overkluist met Dou- glas-slaapvliegtuigen (model DC-3)? dat een der grootste Amerikaansche luchtvaartmaatschappijen, American Air lines, in October 1937 over een vloot be schikte, welke voor 98 uit Douglas matc- riëel bestond? dat ook de K T.M. reeds jaren des nachts met Douglas vliegt en wel met den nacht postdienst van Amsterdam en Rotterdam naar Keulen en terug? dat alleen in Amerika per dag met Douglasvliegtuigen 156.000 kilometers wor den afgelegd, of ruim 400 maal den afstand Amsterdam-Londen, en wel voor een groot deel des nachts, wanneer de bestuurder al leen op zijn instrumenten, zqn radio en de vliegveldbebakening is aangewezen? en dat de Douglasvliegtuigen van de KT.M per jaar een afstand van 8500.000 kilometer afleggen, hetgeen overeenkomt met 212 maal den omtrek der aarde of 600 maal den afstand AmsterdamBatavia? Al deze kleine euvels, die de radio vroeger vertoonde, zijn verdwenen en dit is voorna melijk gekomen door afscherming van di verse onderdeelen. De afscherming heeft een tweeledige func tie. Het gaat nJ. een z.g. inductieve en een capacitieve koppeling tegen. De inductieve koppeling is een gevolg van stroomveranderingen. Brengt men b.v. tus- schen twee spoelen een metalen scherm aan, dan is de inductie verdwenen. Dit komt doordat er een tegengesteld electrisch veld ontstaat, maar het zou in dit bestek te ver voeren, hier dieper op in te gaan. De capacitieve koppeling, dat is de kop peling die b.v. ontstaat tusscfeen rooster en plaat in een lamp, kan men tegengaan door het metalen scherm te aarden. Nu heeft de lam'penfabrikant er voor gezorgd dat deze koppeling in de lamp bijna te niet wordt gedaan, zoodat het zaak is, ook buiten de lamp deze koppeling klein te houden. Daar om is het noodig dat een metalen afscher ming goed omsluit, niet te groote gaten ver toont. Daarom maakt men de doorvoeren op chassis e.d. tegenwoordig zeer klein (er zijn speciale doorvoeren in den handel). Nu wordt chassisbouw tegenwoordig veel toegepast en wij moeten hierbij' voor iets waarschuwen, waarvan we weten, dat nie mand daar bijna rekening mee houdt. Heeft men eenmaal een chassis, dan rede neert men vaak: nu heb ik overal waar ik maar wil aarde. En inderdaad is dat zoo, maar hoeveel toestellen, die op deze manier gebouwd zijn, vertoonen kraakeffecten. Het zijn er zeer vele. Dit komt omdat het alumi nium meestal een klein beetje geoxydeerd is, waardoor geen goed contact wordt verkre gen. Nu kan men wel een goede overgang verkrijgen door de draad of onderdeelen die daarvoor in aanmerking komen, aan het chassis vast te soldeeren. Hiervoor kan men geen gewone soldeer gebruiken, maar daar is z.g. alum in i um soldeer voor in den han del. Er zijn menschen, die hiermee kunnen soldeeren, maar wü hebben er nooit een bijzonder resultaat mee gehad, terwijl we toch het gewone soldeeren onder de knie hebben. Lezers, die dns niet goed met ge wone soldeer kunnen omgaan, raden we aan niet met alumininm-soldeer te beginnen. (We zouden het apprecïeeren, ook eens het oordeel te hooren van degenen, die het alu- minium-soldeer ook eens probeerden.) We kunnen echter onder het chassis ge makkelijk een dikke koperdraad laten loo- pen en deze als aarde gebruiken. U zult be merken, dat deze aarding veel succes zal ge ven. Want al maken we de afscherming nog zoo goed, als we niet zorg dragen voor een goede aarde, dan zijn we nog niet verder gekomen. Vragen. A. M. te R. De plaat van de eindlamp kan een spanning hebben van 250 Volt, terwijl u als plaatspanning op den transformator aan ca. 100 Volt zeker ge noeg zult hebben. Vraagt u een schema voor een superhe terodyne met accuvoeding eens aan bij Bulgin. A. K. te G. Wij kennen de Amerikaansche dubbeltriode lamp voor accuvoeding, type 19. Deze bevat twee triode's in één lampbal lon. De resultaten met deze lamp zijn heel goed. De gloeidraad mag echter maar twee Volt spanning hebben. Wilt u hieraan den ken. De verkoop van Amerikaansche lampen in Nederland is verboden. Inderdaad zijn deze lampen veel goedkooper dan de beken de standaardmerken. door H. ZEEBERG. 27.) HOOFDSTUK XII. „Ina is eenvoudig een zot. En daarmee uit!" Gretha Neerlandt Mieras smeet den pas uit Zuidstad gearriveerden brief op de tafel en zag haar moeder met fonkelende oogen aan. „Het lijkt mij ook volslagen dwaas," meende mevrouw Neerlandt. „Dwaas? Het is krankzinnig. Die gaat naar dat gat, om een rustkuur te onderne men, die zij hard noodig heeft en zij komt als verpleegster op een afgelegen boerderij terecht; bij een paar afgeleefde menschen. Wedden, dat die dominé daarin ook de hand heeft? Hij zal aan dien boer wel de een of andere verplichting hebben en nu heeft hij Ina bewerkt, dat oude, zieke mensch te gaan verplegen! En Ina doet het maar weer. Wie heeft ooit zoo iets zots belecfdl" ,,'t Is bespottelijk, Gretha," Mevrouw Neerlandt nam den korten brief van de tafel en herlas dien. In enkele woorden deelde Ina mede, dat haar adres was veranderd. In de buurt van Zuidstad was een boerderij, waarop twee oude menschen woonden. Zij was er meer malen geweest. De boerin was ziekelijk. Eigenlijk meer hulpbehoevend. Maar nu was er plotseling een verergering in haar toe stand ingetreden, die het noodzakelijk maakte, dat er steeds iemand bij haar was. De wïjkveripleegster van Zuidstad kon wel eens een enkele maal per dag komen, maar dat was niet voldoende. En toen had zij zich aangeboden. En dat aanbod was dankbaar aanvaard. Zij kon het best doen, want zij voelde zich in die enkele weken al uitge rust. Bovendien was het werk niet zwaar. Zij had alleen de boerin gezelschap te hou den. Zij had er met den predikant en diens vrouw over gepraat en die hadden het zeer goed gevonden. Zij moesten brieven nu adresseeren: Boerderij a. d. Val bij Zuid stad en niet meer naar de pastorie. Na tuurlijk kwam zij daar nog wel. Maar haar intrek had zij op de boerderij genomen. „Natuurlijk schrijft Ina, dat de idee van haar uitgegaan is, maar ik geloof er geen lor van. Die dominé zit er achter. Die zal haar wel voorgekauwd hebben, dat zij er een zeer goed werk mee doet. Misschien heeft hij wel gezegd, dat zij er den hemel mee kan verdienen," spotte Gretha. „Die lui zijin tot alles in staat. Nu zal papa er toch wel spijt van hebben, dat hij tenslotte toch gezwicht is en Ina naar dat gat heeft laten gaan. Maar nuj is het te laat." „Te laat, volstrekt nog niet. Als je vader schrijft, dat zij naar huis moet komen, doet Ina het. We zullen het eens probeeren. Want dit kan je vader toch niet goedkeuren. Anders begrijp ik er niets meer van." Gretha haalde de schouders op. „Och, papa is al net zoo ais Ina. Als hij dat schrijft en er komt een roerende smeek brief van. Ina, aan zwicht hij weer. Neen, toen had papa voet bij stuk moeten hou den. Hij wilde het niet. Dat staat vast. Ook nog niet, toen hij uit Amsterdam kwam. Welke machten er gewerkt hebben, om hem van zijn standpunt terug te brengen, dat zal wel een raadsel blijven. Nu Ina daar eenmaal is, krijgt papa haar de eerste maan den met geen stok terug." ,,'k Weet het nog niet. 'k Moet er eens met hem over praten. Maar doe me nu een genoegen en blijf er buiten. Je bederft meer dan je goed maakt." „Dank u," zei Gretha gepiqueerd. „Zeker. Je bent meestal veel te scherp. En dan bereik je bij je vader precies het om gekeerde van wat je bedoelt." „Met zachte woorden ook. Tenminste als 'het Ina betreft, 'k Moet er niet aan denken, dat papa het goed vindt, dat het schepseltje daar onder de hoede van een dominé is, die haar hoofd vol pompt met alle mogelijke dwaze en bekrompen ideeën." „Och, je vader komt oorspronkelijk uit zoo'n omgeving. Dat verklaart alles." „Dat hebt u wel eens meer gezegd. Weet u bijzonderheden?" „Bijzonderheden)? Nee, 'k heb me er niet veel aan gelegen laten liggen. Ik ken de fa milie van je vader niet eens. Nooit gekend. Als jongen van negentien, twintig jaar kreeg hij ruzie met zijn vader, die niet wilde dat zijn zoon studeerde. Grootvader was, geloof ik ergens boer. 'k Weet niet meer waar. 't Is al zoo lang geleden. Nou, toen is je vader geloof ik, het huis uitgeloopen en terecht gekomen bij zijn oom Neerlandt. Die heeft hem als kind aangenomen en laten studee- ren. Daar heb ik je vader leeren kennen. Hij heeft mij toen het een en ander verteld. Veel kon het mij niet schelen. Maar van oom Neerlandt heb ik toen gehoord, dat je grootouders godsdienstige menschen waren. Ze zullen nu wel dood zijn. 't Is al zoo lang geleden. 'kWil maar zeggen, dat je vader oorspronkelijk uit zoo'n bekrompen omge ving komt en daaruit verklaar ik zijln soms wonderlijke opvattingen en zajn goedkeuring, dat Ina in die omgeving vertoeft, 't Is verve lend en wij zitten er mee. Maar verander er eens wat aan." „Nu, een pretje is 'het Wel. Bij de Van Santhovens gaat papa soms verbazend over de tong. Men vindt hem bekrompen, eigen lijk een man, die in de vorige eeuw had moeten leven." „De Van Santhovens bekletsen iedereen," zei mevrouw Neerlandt scherp. „Dat moet u niet zeggen. D'aar komen nu eenmaal veel menschen. En dan wordt er vanzelf gepraat. Ze maken volgende week een autotocht langs den Rijn. Tot Bonn." „Hoe weet je dat?" „Louis vertelde het mijj. Ik ben ook ge- inviteerd. Vóór dien tijd moeten we nog gaan winkelen, mama." „Ja, ja, dat moet dan zeker. „Heb je de invitatie al aangenomen? Waarom vertel je me dat niet eerder." Gretha haalde onverschillig de schouders op. ,,'k Weet het pas sinds gister. „Gaat alleen de familie?" informeerde mevrouw Neerlandt, zeer geïnteresseerd. „Voorzoover ik weet wel. Louis heeft al thans geen andere namen genoemd. Behalve de mijtne dan." „Wat leuk, zeg. Heeft Louis dat bewerkt?" „Dat zal wel." „Wat zeg je dat verbazend onverschillig! Tientallen jonge meisjes benijden je, dat je met Louis op zulk een goeden voet verkeert." ,,'k Heb soms het gevoel, dat hij mij voor den gek houdt. Als ik dat toch bemerk!" Gretha's oogen fonkelden. „Kom, kom. Dat verwacht ik van een Van Santhoven niet. Maar 't is waar, hij had zich al lang dienen te verklaren. Jullie na men worden steeds in één adem genoemd. Je moet hem dwingen, zich te verklaren." Gretha was niet meer tot antwoorden in staat, want de deur van het vertrek werd ge opend en de ingenieur Neerlandt trad bin nen. „Een brief van Ina?" vroeg hij onmiddel lijk, op het op de tafel liggend epistel wij zend. „Ja, een brief van Ina", antwoordde Gre tha op een toon van hoon. „Zij heeft weer eens een krankzinnige daad gedaan." Mevrouw Neerlandt hield haar hart vast: haar man had wel niet op een meer onge legen tijdstip kunnen binnenkomen. Het ge drag van Louis van Santhoven zat Gretha dwars. Haar moeder zag graag, dat zij en Iouis een paar zouden worden en zelf wilde zij het niet minder gaarne. De Van Sant hovens waren schatrijk. Zij kenden hun ver mogen niet eens. Louis van Santhoven was al eenige maan den vol attentie, maar verder kwam hij niet. En dat verdroot Gretha geducht. Haar ijdel- heid was er in hooge mate door gekwetst. En op het oogenblik, dat haar moeder er met 'haar over sprak, kwam de ingenieur binnen en had opeens volle belangstelling voor Ina's brief. Waarmee de maat bij Gre tha vol was. Gelukkig nam haar man het Gretha niet bepaald kwalijk, althans hij liet dat niet merken. Integendeel, hij lachte vroolijk. „Ina een krankzinnige daad gedaan? Dat zal zoo'n vaart niet loopen." „Nu lees u dan. En roep die dwaas naar huis!" beet Gretha terng, zich niet storend aan den waarschuwenden, ja vernietigenden blik van haar moeder. Ingenieur Neerlandt was reeds verdiept in den brief. En de beiden, die zijn gelaat bestudeerden, hadden toch deze voldoening, dat er meer en meer verwondering op ver scheen. Gekomen bij het einde, begon hij zelfs opnieuw te lezen. „Vindt u dit nu nog geen dwaasheid van Ina?!" barstte Gretha los. „Dat is er nu een, die een rustkuur moet ondergaan. En ze gaat mij notabene een zieke boerin verple gen! Let op, als een schim komt ze straks terug. Maak daar nu toch een eind aan en schrijf, dat zij naar huis moet komen. Onder Redactie van Jur. Schroder, Sta dionstraat 29, Amsterdam-Z. Alles deze ru briek betreffende te richten aan dit adres. Probleem 9. Stand. Zwart 7 schijven: 8, 11, 16, 18, 30, 31 en 35. Wit 9 schijven: 25, 26, 28, 29, 34, 37, 38, 39 en 50. Oplossing: 1. 28—22, 31X44 (A); 2. 22X2, 30X39; 3. 26—21, 16X27; 4. 2X301, 35X33; 5. 50X28! A. 131X24; 2. 22X2! Er zijn eenige inzenders, die moeite heb ben met den overblijvenden stand. Zij kun nen het niet verder brengen dan remise voor wit. Het kan niet in mijn bedoeling liggen om alle varianten nu aan te geven. Ter leering en tot staving van de stelling „wit is gewonnen", laat ik enkele varian ten volgen. Vooral beginners kunnen hier uit veel leeren. Die spelen dus nu met mij mee, nietwaar? Dus vanuit den diagram stand is gespeeld: Wit: Zwart: 1. 28—22. 31X24 2. 22X2 nu gaan we verder: 235—40 B 3. 34X 45 30—35 4. 2X30 35X24 5. 39—33 11—17 G 6. 33—28 16—21 7. 5044 24—29 8. 44—40 29—33 D 9. 28X39 21—27 10. 2520 27—32 11. 20—14 32—37 (op 3238 zou Wit vervolgen met: 3933, 40-34 en 45 X34) 12. 14-9 37—42 13. 9—3 17—22 14. 3—9 22—28 15. 9—'14 42—48 16. 14X37 48X25 17. 40—34 25X31 18. 26X37 B. op 1117 laat Wit 2520 volgen en wint dan gemakkelijk. G. verplicht! D. 17—22; 28X17, 21X12; 25—20, 2933 verliest eveneens. De overmacht gaat beslissen. Bespreking. Hoe zit het nn met Probleem 9? De Auteur heeft mij er in doen loopen. Hij ver zekerde mij, dat er geen bij-oplossingen ed. in waren en ik accepteerde dankbaar zijn compositie. M ij n fout was, dat ik hem zon der meer geloofde. Ik had zelf moeten on derzoeken. MaarVan Dijk behoort tot de geliefde problemisten van de voornaam ste damrubrieken in den lande. Daarom ging ik op hem af. Het is mij tot leering geweest. (Overigens heeft Piet van Dijk zich met No. 11 gerevancheerd.) Ik heb toen schijf 6 verwijderd en nu is de stand na 28—22, 31X24; 22X2 wèl gewonnen. Als probleem nu van geen waarde. Om den slagzet, het zoeken en naspelen waard. Het doek valt! Einde van tragedie Pro bleem 91 Slagzet J. Schwarz. No. 10. Stand Zwart 15 schijven: 1, 2, 3, 6/9, 12, 13, 15, 16, 18, 22/24. Stand Wit 15 schijven: 25/27, 31, 33/36, 39, 44, 46/50. Oplossing: Wit: Zwart: 1. 35—30 24X 35 2. 26—20 15X24 3. 33-29 24X33 4. 39X19 13X24 5. 3429 24X33 6. 44—40 A 35X44 7. 50X17 12X32 8. 26—21 16X27 9. 31X4 en haalt dam. A. 2721 en d a n 4440 is ook goed. Bespreking. In de partij uitgevoerd. Vele inzenders brengen den heer Schwarz hulde. Wij slui ten ons daar gaarne bij aan. Het is een prestatie, zulk een slag in de partij geheel te doorrekenen. Probleem 11. Auteur: Piet van Dijk. Stand Zwart 8 schijven op: 6, 10, 12, 18, 20, 22, 24 en 28. Stand Wit 8 schijven op: 29, 31, 33/36, 41 en 43. Oplossing: Zwart: 28X30 24X42 22X31 31X22 42X31 Bespreking. Van Dijk heeft zich tegenover de lezers van „De Zeeuw' willen rehabiliteeren. En het is hem gelukt. Met weinig schijven heeft hij iets aparts geschapen. Het is zooals een inzender schrijft: „De zaak is nu weer „oké" Van Dijk". Voor ons ookl De uitslag. In de volgende rubriek hoop ik die te geven. Nog één weekje geduld dus. Analyse Vraagstuk. No. 12. Hieronder laat ik een partijstand volgen. Een kluif voor analysators. Voor dengene, die de beste analyse inzendt, stel ik een damboek (b.v. Matchboek Springer-Raichen- bach) beschikbaar. 1 2 3 4 5 Wit: i. 43—38 2. 31—27 3. 35X4 4. 4X27 5. 41—37 6. 36X71 16 26 36 46 15 26 35 45 47 48 49 50 Zwart 7 schijven op: 9, 12, 14, 15, 21, 22 en 27. Wit 7 schijven op: 23, 24, 33, 35, 36, 37 en 38.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1938 | | pagina 8