DE ZEEUW Een wonder-middel tegen PRIKKEL-hoest! 287177 TWEEDE BLAD TANTE AILIE akker's Abdijsiroop Steunt Vereen.v. Nation. Veiligheid Begrooting Economische Zaken en Landbouw crisisfonds. Een reuzenschrede. Wat er deze week voorviel Leestafel FEUILLETON Postqiro denHaaq VAN ZATERDAG 2 APRIL 1938, Nr 156. DOOR DE EERSTE KAMER AANGENOMEN. Het antwoord van den Minister. De Eerste Kamer heeft gisteren de be handeling van bovengenoemde begrootin gen ten einde gebracht. De Minister van Economische Zaken, de heer Steenberghe, zijn rede vervolgende, zegt, dat coördinatie van de landbouwvoorlichting en van het landbouwonderwijs onder den directeur- generaal van den Landbouw verzekerd is. Spr. citeert de Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer, waaruit blijkt, dat het vraagstuk van de verhou ding van agrarische en Indu strie e 1 e loonen moet worden gezien in het breede verband van de geheele volkshuisvesting. Men zou de agrarische loonen niet alleen met de industrlëele, doch ook met andere loonen moeten ver gelijken. Bovendien moet men met cijfers voorzichtig zijn, omdat men rekening moet houden met de factoren vrije wo ning en loon in natura, welke van de agrarische belooningen veelal bestand deel uitmaken. De regeering zal, overal waar daartoe aanleiding en mogelijkheid bestaat, rege lend optreden ten gunste van het loon peil. De toeneming van de we r k g e 1 e g e n- heid in den landbouw in Duitschland is een gevolg van de grootere achterlijk heid van den Duitschen landbouw en van de groote oppervlakte onontgonnen terrein in dat land. De landbouwsteun is nog onmis baar. Intusschen is de opbrengst van den landbouw in 1937 hooger geweest dan in het jaar daarvóór. Het is sprekers op cijfers gegronde overtuiging, dat de melkprijs in 193 7 zeer gunstig is geweest. Als men nagaat, welke moeilijkheden ten opzichte der kleine boeren be stonden, kan men over de tegenwoordige regeling tevreden zijn. Aan de opmerkin gen van den heer Kolff zal spr. zeker aandacht besteden. De heer de la Bella vraagt daden, geen woorden. Welnu, deze daden wacht spr. van de sociaal-democraten af, wanneer de regeering straks ten gunste der bin- nenlandsche markt met bescher mingsmaatregelen zal komen. Spr. verwijst naar de tarievenpolitiek van Denemarken en Noorwegen. Als de regee ring straks met tariefmaatregelen voor bepaalde artikelen komt, verwacht spr. van de s.-d. fractie steun. Alles wat geschikt is om de werk gelegenheid voor de 400.000 (waarom spreekt men toch van 500.000, het is zoo al erg genoeg 1) werkloozen te vermeer deren, zal de regeering aangrijpen. Spr. komt dan op het terrein van de ordening. Naar zijn smaak heeft de heer de la Bella al te zeer verband ge legd tusschen ordening en vermindering der werkloosheid. In eerste instantie zal de ordening zeker geen vermindering van werkloosheid brengen. Men moet beide problemen naast elkaar stellen. De heer de la Bella heeft minachtend gesproken over de toepassing van de Vestigingswet-Kleinbedrijf, welke hij en bagatelle besprak. In de laatste 8 maanden zijn 46.000 bedrijven onder deze wet gebracht, in den loop van dit jaar zal dit aantal stijgen tot 100.000. Een verbindendverklaring van een on dernemersovereenkomst in de schoen-in dustrie is in vergevorderd stadium van voorbereiding. Het is volkomen juist, dat de land bouwcrisismaatregelen een staats-socialis- tisch karakter hebben, doch men mag dit karakter niet als argument aanvoe ren tegen maatregelen, welke door overhevelen naar de bedrijfsgenooten zelf er op gericht zijn er het staatssocia listische karakter aan te ontnemen. Wat de handelspolitiek aangaat, men kan geen handelspolitiek per artikel drijven en kan dan ook geen handels- balansjes voor bepaalde (tuinbouw) pro ducten maken. Dit in antwoord aan den heer Kolff. De heer Blomjous heeft, al dan niet bewust, een rede gehouden voor autur- kie. Als men bedenkt, dat de helft van onze tuinbouwproducten wordt uitgevoerd in een paar maanden van het jaar, dan kan de tuinbouwopbrengst toch niet, ook al zou de koopkracht tweemaal zoo groot zijn, door de binnenlandsche markt wor den opgenomen,. Sommige industrieën en vooral de scheepvaart zijn van den ex port afhankelijk. Met den heer Nivard acht spr. de N e- derlandschehavenseen nationaal belang. De moeilijkheden ten opzichte der Rijnvaartpremies schuilen op in ternationaal terrein, Spr. kan er geen andere mededeeling over doen. Ten opzichte van de industrialisatie heeft de regeering in de eerste en voor naamste plaats te zorgen voor een ren dabele basis van het bedrijfsleven. De staat zal verder met voortvarendheid moeten stimuleeren, exploireeren, initia tieven steunen, steun geven bij kartel onderhandelingen, en in de laatste plaats, ook financiëelen steun geven. Voor krach tig ingrijpen moet de regeering niet terug schrikken. De provinciale instituten kun nen spr.'s steun echter niet verwachten voor plannen, die alleen verplaatsing van werkgelegenheid ten gevolge hebben. Spr. hoopt iets te kunnen bereiken ter ruiming van de werkgelegenheid in samenwerking met de Kamer. De begrooting is daarna z.h.s. goed gekeurd. In „Het Volk" van 30 September 1918 schreef Mr P. J. Troelstra in een hoofd artikel o. m.: „Dat de monarchie als ornament of symbool een in wezen republikeinsehe re geering niet in den weg behoeft te staan, erkennen ook wij, die desniettemin in de toelichting tot het neutrale manifest van Stockholm hebben geschreven: „De soci ale republiek is en blijft het doel der so ciaal-demooratie; deze oorlog kan Europa op den weg daarheen een reuzenschrede vooruit brengen". De reuzenschrede, waarvan Mr Troel stra droomde, is niet gedaan. "Wel zijn aanvankelijk enkele republie ken gevormd, maar ze zijn 1 dank zij mede den invloed van de sociaal-demo cratische beginselen weggevaagd. En inplaats daarvan is een reuzenschrede gedaan in de richting van de dictatuur. Gelukkig zijn we in ons land, waar de monarchie méér is dan een ornament of symbool, voor deze dingen bewaard ge bleven. Omdat we in 1918 bewaard bleven voor de overheersching van de sociaal-demo cratie. MIDDELBURGSCHE BRIEVEN. Amice, Door de vermakelijkheidsbelasting zijn al heel wat vereenigingen in een heel on- genoeglijken toestand geraakt. En niet al leen vereenigingen, maar ook verschillen de ondernemers en exploitanten van in richtingen voor vermaak en genoegen. Wat een geweldige tegenstelling ligt er in dat lange woord van acht lettergrepen verscholen. Vermakelijkheid en belasting. Het eer ste, niet te versmaden zonneuurtjes op door Catharine D. Bell. (Vrij naar het Engelsch.) 41.) ,o__ Arme Maude, ze wist niet, dat Nannie in Edgar steeds den vriend van haar ver- I loofde eerbiedigde en dat dit baar een vriendelijker oordeel gaf dan anders bet geval zou zijn geweest. „Om jou ben ik blij, dat bet hem zoo goed gaat," schreef Nannie aan Angus. „Het is prettig, als je ziet, dat Edgar een goed merusch wordt, beter zelfs, dan men had durven verwachten. Eln eiken keer, dat ik hem zie, verheug ik er me mee voor jon in, dat het zoo goed met hem gaat, dat hij zoo aardig wordt. Lach me niet ulit, omdat ik zoo'n eoht meisjesachtig adjectief gebruik. Het geeft volkomen weer, wat ik bedoel. Hij is niet, wat tante Ailie zou noemen een flink, beslist man; maar er is iets zoo eerlijks, zoo aardigs, (daar gebruik ik het alweer) in zijh na tuur en gevoelens. Men zou1 zich bezorgd over hem kunnen maken, als hij eens in een ernstige verleiding kwam, maar in het gewone, rustige dagelijiksche leven weet je wat je aan hem hebt, hoeft men nooit bang te zijn, dat hij zich onaange naam, prikkelbaar of licht beleedigd zal toonen. Ik zou hem niet graag als echt genoot hebhen, zelfs niet als broer, maar als kameraad is bij een heel aangenaam mensch." Daar deze brief echter onder in den postzak lag, kon hij Maude niet onder de oo'gen komen, kon baar prettige droom niet verstoren. Als Edgar maar geduldig wilde wachten, tot Nannie's gevoelens wat dieper, wat ernstiger waren geworden, had hij, kans van slagen, hoopte Maude. En toen hij tegen het eind van Januari weg ging, blijkbaar erg onder den indruk van Nannie's bekoring, maar zonder zich verraden te hebben, meende Maude, dat alles naar wensch ging, als hij haar nu maar niet vergeten was, wanneer hij in het midden van den zomer terug kwam. Nadat hij vertrokken was, leefden beide families rustig voort. Nannie had veel meer gelegenheid om met Maude samen te zijh, dan ze had durven hopen. Vanaf den dag, dat kapitein Clolville beloofd bad, een deel van Esthers lessen op zich te nemen, was hiji meer gaan let ten op en meer belang gaan stellen in zijn kinderen. Geholpen door eenige wenken van tante Ailie, begon hij beter in te zien hoe groot de last was, die op Nannie's jon ge schouders rustte en daarmee kwam het verlangen het haar wat gemakkelijker te maken. Behalve dat hij Elsther iederen dag les gaf, begon hij Edmund bij zijn studies te helpen, trachtte hem wat 'beter te begrijpen, ontnam Nannie wat van de zorg en de verantwoordelijkheid, die de schuwe, terughoudende jongen haar vaak gaf en stelde haar zoo gerust, dat ze niet zooveel tijd meer aan haar broer behoefde den vaak somberen levensweg en het an dere voor velen een berg van ergernis die altijd het gezicht op de zon van vermaak in den weg staat. De vermakelijkheidsbelasting is een soort omzetbelasting op de levering van vermaak en genot, welke op de consu menten wordt verhaald. Daardoor wordt het artikel vermaak en genoegen vaak te duur en daalt het verbruik. Net als bij doodgewone andere dingen. Met als ge volg, dat de producenten er de onverma kelijke gevolgen van ondervinden. Zijn de producenten dan vereenigingen, die uit ideëele overwegingen werken, zon der winstbejag, en is deze omzetbelasting dan de oorzaak van financieel ongemak, dan is het zeer goed te begrijpen, dat de antipathie tegen deze bepaalde vorm van belasting al maar toeneemt. En in dat licht gezien is het gebaar van onze vroedschap te prijzen, nu hij op dit belastingterrein een weinig verlichting van druk aanbracht en het college van B. en W. wat meer armslag verleende om zoo noodig de mooie daad bij 'het mooie gebaar te voegen. Dat een raadslid bij de toepassing van dez® belasting wat meer soepelheid in de uitvoering 'bepleitte, verdient waardee ring. Het is immers niet noodig altijd even stram en stroef dwingende verordeningen toe te passen, als het vaak anders kan en het resultaat dan even goed is. is de vanouds beproefde Akker's Abdij siroop, daar de werking in hoofdzaak berust op de geneeskracht van reeds in oude tijden bekende „genees-kruyden". Apotheker Dumont heeft daaraan nu toe gevoegd de resultaten der hedendaagsche wetenschap Nog meer dan vroeger is nu het beproefde hoest-geneesmiddeli Per flacon 90 ct., f 1.50, f. 2.40. Overal verkrijgbaar. Hoe groote flacon, hoe voordeeliger het gebruik. Er is nog een mooi gebaar gepleegd in de laatste zitting van den Raad. Het is1 al lang een publiek geheim, dat bij de overgroote meerderheid van den Raad een sterke ontevredenheid heersch- te over het ontbreken van een regeling der wethouderspensioneering. De zaak is destijds gestrand en ondertussohen is te Vlissingen wèl zoo'n regeling gemaakt. Wie zou nu hier de kat de 'bel aanbin den? Van B. en W. kan dit moeilijk uit gaan. Als 2 van de 8 leden van een col lege er bij betrokken zijn, is dat een moei lijke en teere zaak. Lijkt dat een vechten voor eigen standje. De twee partijfraoties, die een wethou der in hun midden hebben, kunnen er toch ook moeilijk mee beginnen. Kunnen en moeten er straks wel aan meewerken, maar om het initiatief te nemen, neen, dat gaat toch niet. De geheele rechterzijde heeft nu het initiatief genomen, niet alleen om de zaak onder de oogen te zien, maar om de wen- sohelijkheid in het openbaar uit te spre ken, dat er nu zoo'n regeling komt. Dat is een mooi gebaar geweest van fracties die er voor bun leden op dit mo ment niet het minste belang bij hebben en als zoodanig verdient het waardeering. Dit is geen specifiek „Rechts" belang, dat werd gediend, doch een algemeen belang. Dat dit belang thans werd voorgedragen ter behandeling in den geheelen Raad door de fracties der rechterzijde, ligt 'hem natuurlijk hierin, dat deze fracties nog altijd de goede gewoonte handhaven ge zamenlijk te beraadslagen over alle zaken van gemeentelijk belang. Dat met de pensioneering van wethou ders slechts de belangen van een enkel persoon gediend zijn en het algemeen be lang hier ver te zoeken is, moet worden bestreden. Het zal niet noodig zijn dit verder uit te werken. te geven, als ze sinds den dood van haar moeder steeds bad trachten te doen. Ver der begon kapitein Colville er 'n gewoonte van te maken meer en meer zijin eigen zaken te behartigen zonder Nannie's hulp. HSj trachtte uit te vinden, wanneer Maude thuis was, om bet zoo te regelen, dat zijn dochter dan vriji van plichten was. En Maude was graag bereid van die gelegenheid gebruik te makeu. Er gingen maar weinig dagen voorbij, dat ze niet trachtte althans eenige oogenblikken met Nannie te praten en heel wat keertjes bracht ze den voormiddag door in de schoolkamer, Esther helpend met haar lessen, om bet korte poosje, dat Nannie zich rust kon gunnen met baar samen te zijn. Ze hoorde, dat Esther veel liever Italiaansch zou leeren, dan Duitsch, de eenige taal, die Nannie haar onderwijzen kon. Ein vroolijik bood zij! aan, de beide zusters les te geven in die taal, waardoor ze minstens tweemaal in de week Nannie eenige uren voor zich bad en bovendien baar vriendin van nut kon zijn. O'ok in de muziek was ze een heele steun zoowel voor leermeesteres als leer ling. En terwijl Ester er zoo haar voordeel mee deed, leerde Mande, al was bet dan ook langzaam, de les, die ze zoo graag van Nannie wilde leeren. In Nannie's ge zelschap, door haar voorbeeld, leerde Maude dag aan dag meer van de schoon heid en het geluk van den innerlijken godsdienst, welke kleur gaf aan Nannie's Wat is ongehoord bedrog? Volgens Hitier de volksstemming, waarbij de voor malige Bondskanselier Soimachnigg, het Oostenrijksche volk in vrijheid over zijn toekomst wilde laten beslissen, een bedrog zóó ernstig, dat hij daarom zich voor na- ticnaal-socialistische „rechters" zal heb ben te verantwoorden. En intusschen schrijft dezelfde Hitier een plebisciet uit indien men bet althans dien naam ge ven wil i nadat Oostenrijk door de Duit- sche overmacht is geknecht, waarbij' dan aan de voorstanders van Oostenrijks on afhankelijkheid ten strengste is verboden daarvoor eenige propaganda te maken, Wie nu nog over onafhankelijkheid tan Oostenrijk praat, is een gewetenlooze op ruier, volgens Göring. En dan tóch een volksstemming. Het is niet anders dan een dwaasheid, een vertooning, een mon strum. Intusschen daveren de redevoeringen van de Berlijnscbe kopstukken door Oos tenrijks zalen. Berlijn is er in geslaagd de Roomsch- Kat'holieke Kerk in Oostenrijk achter zich te krijgen. De bisschoppen hebben de ge- loovigen aangespoord, op 10 April de aan sluiting van Oostenrijk te legaliseeren. Hoe Berlijn deze verklaring heeft ver worven. is vooralsnog niet bekend gewor den, Heeft Berlijn water in den wijn gedaan of zijh de R, K, leiders in Oostenrijk zien de blind voor de gevolgen, die de kerk te duchten heeft van de Nazi's? In Italië treft men nu maatregelen om Hitier straks te verwelkomen. Maar in tusschen heeft en dat is wel teekenend i Mussolini een bezoek aangekondigd aan Triëst, „welker belangen de fascis tische regeering met bet oog op de nieu we internationale situatie met de groot ste zorg zal beschermen". Triëst behoor de vóór 1914 tot Oostenrijk. Zou dit het eerste Italiaansche offer moeten worden van de inlijving van Oostenrijk? Eh zou de Duce zijn bondgenoot aan 't verstand willen brengen, dat hij zijn handen daarvan moet af houden? Opmerkelijk is ook zijn 'brallende, oor logszuchtige rede van deze week, waarin Dat „Rechts" dit als een rechtsche zaak ziet is ook niet juist. De overzichtschrijver van de „Middel- burgsohe Courant" ziet dit verkeerd, m.i. Het gaat hier niet om het markeeren en accentueeren van een beteekenislooze scheidslijn en het was evenmin een de monstratie van „Rechts-looze reohter- heid". Men moet het anders zien. Er moest een zeker ding gebeuren. Er lag werk te wachten. De rechtsche raadsfracties heb ben dat opgenomen. De Y. B.-fractie had het ook kunnen doen. Of had samenwor- king met anderen kunnen zoeken. Ook de enkeling had het kunnen ondernemen. Dat is allemaal niet gebeurd. Er is wat anders gebeurd. En dat andere verdient Waardeering,, zooals het reeds ontving bij monde van 'sRaads voorzitter. Als altijd, STENTOR. Op den Uitkijk. Dit maandblad, uit gave Zomer en Keuning's Uitg.-Mij te Wageningen, weet steeds zijn eigen karak ter te handhaven. De lezer wordt met dit tijdschrift inderdaad op den uitkijk geplaatst. Hij ziet het heden, maar hij blikt ook terug in het verleden en voor uit naar de toekomst. Allerlei belangrijke gebeurtenissen worden belicht, terwijl de verschillende bijdragen vaak met goed uitgevoerde illustraties rijkelijk worden verlucht. Uit den inhoud van het onlangs ver schenen Maart-nummer noemen wijMar- nix van St.-Aldegonde door Drs A. B. W. M. Kok; Oorlogsgassen, door R. Vedder; Wat de Middenstander moet weten; Snel heidswaanzin en wetenschap, door J. de Groot; De vaccinatie in de caricatuur, leven, ja, het geheel beheerschte. Ze leer de dat geloof bewonderen, maar nog was bet niet het bare, misschien was ze er zelfs niet zoo verlangend naar, om wat bet haar zou kosten: baar sterken wil, haar zelfstandigheid, waarop ze zoo prat ging, te doen buigen voor God. En tot nog toe voelde Maude niet, dat Nannie in Gods rijken zegen véél meer ontving, dan betgeen ze weg schonk; schoon zdj wist, dat dit zoo zijn moest. Ze deelde dan ook niet als deze, de heerlijke wetenschap, dat Christus' zoenoffer ook haar gold, dat door Zijn bloed ook haar zonden wer den weggenomen om haar de zaligheid deelachtig te doen worden. Maar zoover was ze reeds met haar les gevorderd, dat haar hart haar geen rust meer kon ge ven voor dat ze dat gevonden had, waar in Nannie's kracht lag. Zoo gingen de donkere dagen van dien eersten winter zonder Angus rustig, nut tig en gelukkig voorbij. Een 'buitengewoon mooie lente viel al vroeg in en heel wat prettige Wandelingen maakten de vrien dinnen door de lanen en bossohen op zoek naar de eerste voorjaarsbloemen. Op één der eerste dagen van April had den ze een lange wandeling gemaakt om sleutelbloemen te zoeken voor tante Ailie, die doer een lichten aanval van influenza aan haar kamer gekluisterd was. Ze had den haar de weinige, die ze gevonden hadden, gebracht. Beiden moesten naar huis en namen afscheid van elkaar bij het kleine poortje, dat toegang gaf tot 'het park van Grange Law, toen het geraid hij praalt met de Italiaansche oorlogsma chine r ie. Was deze rede, zoo vraagt men zich af, bedoeld als geruststelling, als waar schuwing, als bedreiging? Was zij slechts bestemd voor het Italiaansche volk, voor de „binnenlandsche consumptie" óf wo» zij gericht tegen bepaalde buitenlandeche mogendheden? Italië, aldus zijh betoog, is een bond genoot, op wien men kan vertrouwen. Een leger van negen millioen man, prachtig bewapend en voortreffelijk gediscipli neerd; een vloot, welke ontzag afdwingt, in slagschepen èn onderzeeërs veel ster ker dan de Fransche vloot; een lucht macht, welke nauwelijks geëvenaard 'kan worden. Een land met zulk een strijd macht moet door eiken eventueelen tegen stander grondig geducht worden; het moet begeerenswaardig zijn het als bond genoot aan zijn zijde te bobben. Mussolini's rede vormt dus een ernstige waarschuwing aan het adres van Frank rijk. Anderzijds kan men er ook een in vitatie aan Londen in zien om de begon nen besprekingen voort te zetten. In deze rede kwam geen enkele on vriendelijkheid aari 't adres van Enge land voor. Bedenkelijk, ja vreesdijk is, dat deze rede feitelijk éón verheerlijking van den oorlog was. Een dergelijke mentaliteit bij de dictatoren onzer dagen beteeksnt een beangstigend groot gevaar. De burgeroorlog in Spanje trok dezer dagen weer in bijzondere mate de aan dacht. Franco dit lijdt geen twijfel dankt zijn successen aan den steun van zijn buitenlandache vrienden, torwijl daartegenover de arbeid der niet-inmen- gingscommissie te Londen tot een fiasco wordt. Indien generaal Franco er in slaagt, de stad Lerida, in Katalonië, aan de re- geeringstroepen te ontwringen, dan valt bet front der regeeringstroepen in twee helften uiteen. Intusschen dringt men er in Frankrijk van communistische zijde op aan de po litiek van non-interventie te laten varen en de roode vrienden in Spanje krachtig te gaan steunen. Maar of de Fransche regeering, die toch al tot over de ooren in de zorgen zit, de gevaren daaraan verbonden zal riskeeren? door M. van der Beek. Wij deden slechts een greep. Afzonderlijke vermelding ver dient: Russische bestekken door Ds J. D. Boerkoel. Het aantal illustraties in deze aflevering bedraagt meer dan veertig. van een haastig naderend voertuig en een vroolijk hallo van den inzittende haar deed opkijken. Tot beider verbazing steeg Edgar uit, terwijl zo meenden, dat hij met Angus in Birken Lee was. Toen hij zijn vriend met Kerstmis be zocht, had Edgar beloofd, dat hij in het voorjaar een bezoek van langeren duur zou brengen, met de tweeledige bedoeling, namelijk zijn vriend wat gezelschap te houden in zijn eenzaamheid en tevens diens bezitting in voorjaarstooi te zien. Door de afwezigheid en ziekte van vele medeofficieren kon hij niet langer dan veertien dagen verlof krijgen. En bij was al half van plan geweest deize korte va- cantie in de Priory door tei 'brengen, waardoor hij zijn belofte aan Angus moest verbroken. Maude had zich daar echter nog al heftig tegen verzet. Ze wist, dat onder de fouten die Nannie had opge merkt in Edgars karakter ook behoorde zijn gebrek aan doorzettingsvermogen en zijn gewoonte om zich niet altijd strikt aan 't gegeven woord te houden. En zon der te verraden, dat ze wel begreep, wat hem 'zoozeer naar de Priory trok, was Maude er in geslaagd bem duidelijk te maken, dat Nannie zijh handelwijze alles behalve goed zou keuren, een mededeeling die hem de kracht schonk om de verlei ding te weerstaan en regelrecht naar Birken Lee te gaan, zooals bij eerst van plan was geweest. (Wordt vervolgd.) LiI J* tJ. m r« ii ïwi (ïi di in r< i h

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1938 | | pagina 5