DE ZEEUW
Een wonder-middel
tegen PRIKKEL-hoest!
287177
TWEEDE BLAD
TANTE AILIE
akker's Abdijsiroop
Steunt
Vereen.v. Nation. Veiligheid
Begrooting Economische
Zaken en Landbouw
crisisfonds.
Een reuzenschrede.
Wat er deze week voorviel
Leestafel
FEUILLETON
Postqiro denHaaq
VAN
ZATERDAG 2 APRIL 1938, Nr 156.
DOOR DE EERSTE KAMER
AANGENOMEN.
Het antwoord van den Minister.
De Eerste Kamer heeft gisteren de be
handeling van bovengenoemde begrootin
gen ten einde gebracht.
De Minister van Economische
Zaken, de heer Steenberghe, zijn
rede vervolgende, zegt, dat coördinatie
van de landbouwvoorlichting en van het
landbouwonderwijs onder den directeur-
generaal van den Landbouw verzekerd is.
Spr. citeert de Memorie van Antwoord
aan de Tweede Kamer, waaruit blijkt, dat
het vraagstuk van de verhou
ding van agrarische en Indu
strie e 1 e loonen moet worden gezien
in het breede verband van de geheele
volkshuisvesting. Men zou de agrarische
loonen niet alleen met de industrlëele,
doch ook met andere loonen moeten ver
gelijken. Bovendien moet men met cijfers
voorzichtig zijn, omdat men rekening
moet houden met de factoren vrije wo
ning en loon in natura, welke van de
agrarische belooningen veelal bestand
deel uitmaken.
De regeering zal, overal waar daartoe
aanleiding en mogelijkheid bestaat, rege
lend optreden ten gunste van het loon
peil.
De toeneming van de we r k g e 1 e g e n-
heid in den landbouw in Duitschland
is een gevolg van de grootere achterlijk
heid van den Duitschen landbouw en
van de groote oppervlakte onontgonnen
terrein in dat land.
De landbouwsteun is nog onmis
baar. Intusschen is de opbrengst van den
landbouw in 1937 hooger geweest dan in
het jaar daarvóór.
Het is sprekers op cijfers gegronde
overtuiging, dat de melkprijs in
193 7 zeer gunstig is geweest.
Als men nagaat, welke moeilijkheden
ten opzichte der kleine boeren be
stonden, kan men over de tegenwoordige
regeling tevreden zijn. Aan de opmerkin
gen van den heer Kolff zal spr. zeker
aandacht besteden.
De heer de la Bella vraagt daden, geen
woorden. Welnu, deze daden wacht spr.
van de sociaal-democraten af, wanneer
de regeering straks ten gunste der bin-
nenlandsche markt met bescher
mingsmaatregelen zal komen. Spr.
verwijst naar de tarievenpolitiek van
Denemarken en Noorwegen. Als de regee
ring straks met tariefmaatregelen voor
bepaalde artikelen komt, verwacht spr.
van de s.-d. fractie steun.
Alles wat geschikt is om de werk
gelegenheid voor de 400.000 (waarom
spreekt men toch van 500.000, het is zoo
al erg genoeg 1) werkloozen te vermeer
deren, zal de regeering aangrijpen.
Spr. komt dan op het terrein van de
ordening. Naar zijn smaak heeft de
heer de la Bella al te zeer verband ge
legd tusschen ordening en vermindering
der werkloosheid. In eerste instantie zal
de ordening zeker geen vermindering van
werkloosheid brengen. Men moet beide
problemen naast elkaar stellen.
De heer de la Bella heeft minachtend
gesproken over de toepassing van de
Vestigingswet-Kleinbedrijf,
welke hij en bagatelle besprak. In de
laatste 8 maanden zijn 46.000 bedrijven
onder deze wet gebracht, in den loop
van dit jaar zal dit aantal stijgen tot
100.000.
Een verbindendverklaring van een on
dernemersovereenkomst in de schoen-in
dustrie is in vergevorderd stadium van
voorbereiding.
Het is volkomen juist, dat de land
bouwcrisismaatregelen een staats-socialis-
tisch karakter hebben, doch men mag
dit karakter niet als argument aanvoe
ren tegen maatregelen, welke door
overhevelen naar de bedrijfsgenooten zelf
er op gericht zijn er het staatssocia
listische karakter aan te ontnemen.
Wat de handelspolitiek aangaat, men
kan geen handelspolitiek per artikel
drijven en kan dan ook geen handels-
balansjes voor bepaalde (tuinbouw) pro
ducten maken. Dit in antwoord aan den
heer Kolff.
De heer Blomjous heeft, al dan niet
bewust, een rede gehouden voor autur-
kie. Als men bedenkt, dat de helft van
onze tuinbouwproducten wordt uitgevoerd
in een paar maanden van het jaar, dan
kan de tuinbouwopbrengst toch niet, ook
al zou de koopkracht tweemaal zoo groot
zijn, door de binnenlandsche markt wor
den opgenomen,. Sommige industrieën en
vooral de scheepvaart zijn van den ex
port afhankelijk.
Met den heer Nivard acht spr. de N e-
derlandschehavenseen nationaal
belang.
De moeilijkheden ten opzichte der
Rijnvaartpremies schuilen op in
ternationaal terrein, Spr. kan er geen
andere mededeeling over doen.
Ten opzichte van de industrialisatie
heeft de regeering in de eerste en voor
naamste plaats te zorgen voor een ren
dabele basis van het bedrijfsleven. De
staat zal verder met voortvarendheid
moeten stimuleeren, exploireeren, initia
tieven steunen, steun geven bij kartel
onderhandelingen, en in de laatste plaats,
ook financiëelen steun geven. Voor krach
tig ingrijpen moet de regeering niet terug
schrikken. De provinciale instituten kun
nen spr.'s steun echter niet verwachten
voor plannen, die alleen verplaatsing van
werkgelegenheid ten gevolge hebben.
Spr. hoopt iets te kunnen bereiken ter
ruiming van de werkgelegenheid in
samenwerking met de Kamer.
De begrooting is daarna z.h.s. goed
gekeurd.
In „Het Volk" van 30 September 1918
schreef Mr P. J. Troelstra in een hoofd
artikel o. m.:
„Dat de monarchie als ornament of
symbool een in wezen republikeinsehe re
geering niet in den weg behoeft te staan,
erkennen ook wij, die desniettemin in de
toelichting tot het neutrale manifest van
Stockholm hebben geschreven: „De soci
ale republiek is en blijft het doel der so
ciaal-demooratie; deze oorlog kan Europa
op den weg daarheen een reuzenschrede
vooruit brengen".
De reuzenschrede, waarvan Mr Troel
stra droomde, is niet gedaan.
"Wel zijn aanvankelijk enkele republie
ken gevormd, maar ze zijn 1 dank zij
mede den invloed van de sociaal-demo
cratische beginselen weggevaagd. En
inplaats daarvan is een reuzenschrede
gedaan in de richting van de dictatuur.
Gelukkig zijn we in ons land, waar de
monarchie méér is dan een ornament of
symbool, voor deze dingen bewaard ge
bleven.
Omdat we in 1918 bewaard bleven voor
de overheersching van de sociaal-demo
cratie.
MIDDELBURGSCHE BRIEVEN.
Amice,
Door de vermakelijkheidsbelasting zijn
al heel wat vereenigingen in een heel on-
genoeglijken toestand geraakt. En niet al
leen vereenigingen, maar ook verschillen
de ondernemers en exploitanten van in
richtingen voor vermaak en genoegen.
Wat een geweldige tegenstelling ligt er
in dat lange woord van acht lettergrepen
verscholen.
Vermakelijkheid en belasting. Het eer
ste, niet te versmaden zonneuurtjes op
door Catharine D. Bell.
(Vrij naar het Engelsch.)
41.) ,o__
Arme Maude, ze wist niet, dat Nannie
in Edgar steeds den vriend van haar ver- I
loofde eerbiedigde en dat dit baar een
vriendelijker oordeel gaf dan anders bet
geval zou zijn geweest.
„Om jou ben ik blij, dat bet hem zoo
goed gaat," schreef Nannie aan Angus.
„Het is prettig, als je ziet, dat Edgar een
goed merusch wordt, beter zelfs, dan men
had durven verwachten. Eln eiken keer,
dat ik hem zie, verheug ik er me mee voor
jon in, dat het zoo goed met hem gaat,
dat hij zoo aardig wordt. Lach me niet
ulit, omdat ik zoo'n eoht meisjesachtig
adjectief gebruik. Het geeft volkomen
weer, wat ik bedoel. Hij is niet, wat tante
Ailie zou noemen een flink, beslist man;
maar er is iets zoo eerlijks, zoo aardigs,
(daar gebruik ik het alweer) in zijh na
tuur en gevoelens. Men zou1 zich bezorgd
over hem kunnen maken, als hij eens in
een ernstige verleiding kwam, maar in
het gewone, rustige dagelijiksche leven
weet je wat je aan hem hebt, hoeft men
nooit bang te zijn, dat hij zich onaange
naam, prikkelbaar of licht beleedigd zal
toonen. Ik zou hem niet graag als echt
genoot hebhen, zelfs niet als broer, maar
als kameraad is bij een heel aangenaam
mensch."
Daar deze brief echter onder in den
postzak lag, kon hij Maude niet onder de
oo'gen komen, kon baar prettige droom
niet verstoren. Als Edgar maar geduldig
wilde wachten, tot Nannie's gevoelens wat
dieper, wat ernstiger waren geworden,
had hij, kans van slagen, hoopte Maude.
En toen hij tegen het eind van Januari
weg ging, blijkbaar erg onder den indruk
van Nannie's bekoring, maar zonder zich
verraden te hebben, meende Maude, dat
alles naar wensch ging, als hij haar nu
maar niet vergeten was, wanneer hij in
het midden van den zomer terug kwam.
Nadat hij vertrokken was, leefden beide
families rustig voort. Nannie had veel
meer gelegenheid om met Maude samen
te zijh, dan ze had durven hopen.
Vanaf den dag, dat kapitein Clolville
beloofd bad, een deel van Esthers lessen
op zich te nemen, was hiji meer gaan let
ten op en meer belang gaan stellen in zijn
kinderen. Geholpen door eenige wenken
van tante Ailie, begon hij beter in te zien
hoe groot de last was, die op Nannie's jon
ge schouders rustte en daarmee kwam het
verlangen het haar wat gemakkelijker
te maken. Behalve dat hij Elsther iederen
dag les gaf, begon hij Edmund bij zijn
studies te helpen, trachtte hem wat 'beter
te begrijpen, ontnam Nannie wat van de
zorg en de verantwoordelijkheid, die de
schuwe, terughoudende jongen haar vaak
gaf en stelde haar zoo gerust, dat ze niet
zooveel tijd meer aan haar broer behoefde
den vaak somberen levensweg en het an
dere voor velen een berg van ergernis die
altijd het gezicht op de zon van vermaak
in den weg staat.
De vermakelijkheidsbelasting is een
soort omzetbelasting op de levering van
vermaak en genot, welke op de consu
menten wordt verhaald. Daardoor wordt
het artikel vermaak en genoegen vaak te
duur en daalt het verbruik. Net als bij
doodgewone andere dingen. Met als ge
volg, dat de producenten er de onverma
kelijke gevolgen van ondervinden.
Zijn de producenten dan vereenigingen,
die uit ideëele overwegingen werken, zon
der winstbejag, en is deze omzetbelasting
dan de oorzaak van financieel ongemak,
dan is het zeer goed te begrijpen, dat de
antipathie tegen deze bepaalde vorm van
belasting al maar toeneemt.
En in dat licht gezien is het gebaar
van onze vroedschap te prijzen, nu hij op
dit belastingterrein een weinig verlichting
van druk aanbracht en het college van
B. en W. wat meer armslag verleende om
zoo noodig de mooie daad bij 'het mooie
gebaar te voegen.
Dat een raadslid bij de toepassing van
dez® belasting wat meer soepelheid in de
uitvoering 'bepleitte, verdient waardee
ring.
Het is immers niet noodig altijd even
stram en stroef dwingende verordeningen
toe te passen, als het vaak anders kan
en het resultaat dan even goed is.
is de vanouds beproefde Akker's Abdij
siroop, daar de werking in hoofdzaak
berust op de geneeskracht van reeds in
oude tijden bekende „genees-kruyden".
Apotheker Dumont heeft daaraan nu toe
gevoegd de resultaten der hedendaagsche
wetenschap Nog meer dan vroeger is nu
het beproefde hoest-geneesmiddeli
Per flacon 90 ct., f 1.50, f. 2.40. Overal verkrijgbaar.
Hoe groote flacon, hoe voordeeliger het gebruik.
Er is nog een mooi gebaar gepleegd in
de laatste zitting van den Raad.
Het is1 al lang een publiek geheim, dat
bij de overgroote meerderheid van den
Raad een sterke ontevredenheid heersch-
te over het ontbreken van een regeling
der wethouderspensioneering. De zaak is
destijds gestrand en ondertussohen is te
Vlissingen wèl zoo'n regeling gemaakt.
Wie zou nu hier de kat de 'bel aanbin
den? Van B. en W. kan dit moeilijk uit
gaan. Als 2 van de 8 leden van een col
lege er bij betrokken zijn, is dat een moei
lijke en teere zaak. Lijkt dat een vechten
voor eigen standje.
De twee partijfraoties, die een wethou
der in hun midden hebben, kunnen er
toch ook moeilijk mee beginnen. Kunnen
en moeten er straks wel aan meewerken,
maar om het initiatief te nemen, neen,
dat gaat toch niet.
De geheele rechterzijde heeft nu het
initiatief genomen, niet alleen om de zaak
onder de oogen te zien, maar om de wen-
sohelijkheid in het openbaar uit te spre
ken, dat er nu zoo'n regeling komt.
Dat is een mooi gebaar geweest van
fracties die er voor bun leden op dit mo
ment niet het minste belang bij hebben
en als zoodanig verdient het waardeering.
Dit is geen specifiek „Rechts" belang, dat
werd gediend, doch een algemeen belang.
Dat dit belang thans werd voorgedragen
ter behandeling in den geheelen Raad
door de fracties der rechterzijde, ligt 'hem
natuurlijk hierin, dat deze fracties nog
altijd de goede gewoonte handhaven ge
zamenlijk te beraadslagen over alle zaken
van gemeentelijk belang.
Dat met de pensioneering van wethou
ders slechts de belangen van een enkel
persoon gediend zijn en het algemeen be
lang hier ver te zoeken is, moet worden
bestreden.
Het zal niet noodig zijn dit verder uit
te werken.
te geven, als ze sinds den dood van haar
moeder steeds bad trachten te doen. Ver
der begon kapitein Colville er 'n gewoonte
van te maken meer en meer zijin eigen
zaken te behartigen zonder Nannie's
hulp. HSj trachtte uit te vinden, wanneer
Maude thuis was, om bet zoo te regelen,
dat zijn dochter dan vriji van plichten
was.
En Maude was graag bereid van die
gelegenheid gebruik te makeu. Er gingen
maar weinig dagen voorbij, dat ze niet
trachtte althans eenige oogenblikken met
Nannie te praten en heel wat keertjes
bracht ze den voormiddag door in de
schoolkamer, Esther helpend met haar
lessen, om bet korte poosje, dat Nannie
zich rust kon gunnen met baar samen
te zijn. Ze hoorde, dat Esther veel liever
Italiaansch zou leeren, dan Duitsch, de
eenige taal, die Nannie haar onderwijzen
kon. Ein vroolijik bood zij! aan, de beide
zusters les te geven in die taal, waardoor
ze minstens tweemaal in de week Nannie
eenige uren voor zich bad en bovendien
baar vriendin van nut kon zijn.
O'ok in de muziek was ze een heele
steun zoowel voor leermeesteres als leer
ling.
En terwijl Ester er zoo haar voordeel
mee deed, leerde Mande, al was bet dan
ook langzaam, de les, die ze zoo graag
van Nannie wilde leeren. In Nannie's ge
zelschap, door haar voorbeeld, leerde
Maude dag aan dag meer van de schoon
heid en het geluk van den innerlijken
godsdienst, welke kleur gaf aan Nannie's
Wat is ongehoord bedrog? Volgens
Hitier de volksstemming, waarbij de voor
malige Bondskanselier Soimachnigg, het
Oostenrijksche volk in vrijheid over zijn
toekomst wilde laten beslissen, een bedrog
zóó ernstig, dat hij daarom zich voor na-
ticnaal-socialistische „rechters" zal heb
ben te verantwoorden. En intusschen
schrijft dezelfde Hitier een plebisciet uit
indien men bet althans dien naam ge
ven wil i nadat Oostenrijk door de Duit-
sche overmacht is geknecht, waarbij' dan
aan de voorstanders van Oostenrijks on
afhankelijkheid ten strengste is verboden
daarvoor eenige propaganda te maken,
Wie nu nog over onafhankelijkheid tan
Oostenrijk praat, is een gewetenlooze op
ruier, volgens Göring. En dan tóch een
volksstemming. Het is niet anders dan
een dwaasheid, een vertooning, een mon
strum.
Intusschen daveren de redevoeringen
van de Berlijnscbe kopstukken door Oos
tenrijks zalen.
Berlijn is er in geslaagd de Roomsch-
Kat'holieke Kerk in Oostenrijk achter zich
te krijgen. De bisschoppen hebben de ge-
loovigen aangespoord, op 10 April de aan
sluiting van Oostenrijk te legaliseeren.
Hoe Berlijn deze verklaring heeft ver
worven. is vooralsnog niet bekend gewor
den,
Heeft Berlijn water in den wijn gedaan
of zijh de R, K, leiders in Oostenrijk zien
de blind voor de gevolgen, die de kerk te
duchten heeft van de Nazi's?
In Italië treft men nu maatregelen om
Hitier straks te verwelkomen. Maar in
tusschen heeft en dat is wel teekenend
i Mussolini een bezoek aangekondigd
aan Triëst, „welker belangen de fascis
tische regeering met bet oog op de nieu
we internationale situatie met de groot
ste zorg zal beschermen". Triëst behoor
de vóór 1914 tot Oostenrijk. Zou dit het
eerste Italiaansche offer moeten worden
van de inlijving van Oostenrijk?
Eh zou de Duce zijn bondgenoot aan
't verstand willen brengen, dat hij zijn
handen daarvan moet af houden?
Opmerkelijk is ook zijn 'brallende, oor
logszuchtige rede van deze week, waarin
Dat „Rechts" dit als een rechtsche zaak
ziet is ook niet juist.
De overzichtschrijver van de „Middel-
burgsohe Courant" ziet dit verkeerd, m.i.
Het gaat hier niet om het markeeren en
accentueeren van een beteekenislooze
scheidslijn en het was evenmin een de
monstratie van „Rechts-looze reohter-
heid".
Men moet het anders zien. Er moest
een zeker ding gebeuren. Er lag werk te
wachten. De rechtsche raadsfracties heb
ben dat opgenomen. De Y. B.-fractie had
het ook kunnen doen. Of had samenwor-
king met anderen kunnen zoeken. Ook de
enkeling had het kunnen ondernemen.
Dat is allemaal niet gebeurd. Er is wat
anders gebeurd. En dat andere verdient
Waardeering,, zooals het reeds ontving bij
monde van 'sRaads voorzitter.
Als altijd,
STENTOR.
Op den Uitkijk. Dit maandblad, uit
gave Zomer en Keuning's Uitg.-Mij te
Wageningen, weet steeds zijn eigen karak
ter te handhaven. De lezer wordt met
dit tijdschrift inderdaad op den uitkijk
geplaatst. Hij ziet het heden, maar hij
blikt ook terug in het verleden en voor
uit naar de toekomst. Allerlei belangrijke
gebeurtenissen worden belicht, terwijl de
verschillende bijdragen vaak met goed
uitgevoerde illustraties rijkelijk worden
verlucht.
Uit den inhoud van het onlangs ver
schenen Maart-nummer noemen wijMar-
nix van St.-Aldegonde door Drs A. B. W.
M. Kok; Oorlogsgassen, door R. Vedder;
Wat de Middenstander moet weten; Snel
heidswaanzin en wetenschap, door J. de
Groot; De vaccinatie in de caricatuur,
leven, ja, het geheel beheerschte. Ze leer
de dat geloof bewonderen, maar nog was
bet niet het bare, misschien was ze er
zelfs niet zoo verlangend naar, om wat
bet haar zou kosten: baar sterken wil,
haar zelfstandigheid, waarop ze zoo prat
ging, te doen buigen voor God. En tot
nog toe voelde Maude niet, dat Nannie
in Gods rijken zegen véél meer ontving,
dan betgeen ze weg schonk; schoon zdj
wist, dat dit zoo zijn moest. Ze deelde dan
ook niet als deze, de heerlijke wetenschap,
dat Christus' zoenoffer ook haar gold,
dat door Zijn bloed ook haar zonden wer
den weggenomen om haar de zaligheid
deelachtig te doen worden. Maar zoover
was ze reeds met haar les gevorderd, dat
haar hart haar geen rust meer kon ge
ven voor dat ze dat gevonden had, waar
in Nannie's kracht lag.
Zoo gingen de donkere dagen van dien
eersten winter zonder Angus rustig, nut
tig en gelukkig voorbij. Een 'buitengewoon
mooie lente viel al vroeg in en heel wat
prettige Wandelingen maakten de vrien
dinnen door de lanen en bossohen op zoek
naar de eerste voorjaarsbloemen.
Op één der eerste dagen van April had
den ze een lange wandeling gemaakt om
sleutelbloemen te zoeken voor tante Ailie,
die doer een lichten aanval van influenza
aan haar kamer gekluisterd was. Ze had
den haar de weinige, die ze gevonden
hadden, gebracht. Beiden moesten naar
huis en namen afscheid van elkaar bij het
kleine poortje, dat toegang gaf tot 'het
park van Grange Law, toen het geraid
hij praalt met de Italiaansche oorlogsma
chine r ie.
Was deze rede, zoo vraagt men zich
af, bedoeld als geruststelling, als waar
schuwing, als bedreiging? Was zij slechts
bestemd voor het Italiaansche volk, voor
de „binnenlandsche consumptie" óf wo»
zij gericht tegen bepaalde buitenlandeche
mogendheden?
Italië, aldus zijh betoog, is een bond
genoot, op wien men kan vertrouwen. Een
leger van negen millioen man, prachtig
bewapend en voortreffelijk gediscipli
neerd; een vloot, welke ontzag afdwingt,
in slagschepen èn onderzeeërs veel ster
ker dan de Fransche vloot; een lucht
macht, welke nauwelijks geëvenaard 'kan
worden. Een land met zulk een strijd
macht moet door eiken eventueelen tegen
stander grondig geducht worden; het
moet begeerenswaardig zijn het als bond
genoot aan zijn zijde te bobben.
Mussolini's rede vormt dus een ernstige
waarschuwing aan het adres van Frank
rijk. Anderzijds kan men er ook een in
vitatie aan Londen in zien om de begon
nen besprekingen voort te zetten.
In deze rede kwam geen enkele on
vriendelijkheid aari 't adres van Enge
land voor.
Bedenkelijk, ja vreesdijk is, dat deze
rede feitelijk éón verheerlijking van den
oorlog was. Een dergelijke mentaliteit bij
de dictatoren onzer dagen beteeksnt een
beangstigend groot gevaar.
De burgeroorlog in Spanje trok dezer
dagen weer in bijzondere mate de aan
dacht. Franco dit lijdt geen twijfel
dankt zijn successen aan den steun van
zijn buitenlandache vrienden, torwijl
daartegenover de arbeid der niet-inmen-
gingscommissie te Londen tot een fiasco
wordt.
Indien generaal Franco er in slaagt,
de stad Lerida, in Katalonië, aan de re-
geeringstroepen te ontwringen, dan valt
bet front der regeeringstroepen in twee
helften uiteen.
Intusschen dringt men er in Frankrijk
van communistische zijde op aan de po
litiek van non-interventie te laten varen
en de roode vrienden in Spanje krachtig
te gaan steunen. Maar of de Fransche
regeering, die toch al tot over de ooren
in de zorgen zit, de gevaren daaraan
verbonden zal riskeeren?
door M. van der Beek. Wij deden slechts
een greep. Afzonderlijke vermelding ver
dient: Russische bestekken door Ds J. D.
Boerkoel. Het aantal illustraties in deze
aflevering bedraagt meer dan veertig.
van een haastig naderend voertuig en een
vroolijk hallo van den inzittende haar
deed opkijken. Tot beider verbazing steeg
Edgar uit, terwijl zo meenden, dat hij met
Angus in Birken Lee was.
Toen hij zijn vriend met Kerstmis be
zocht, had Edgar beloofd, dat hij in het
voorjaar een bezoek van langeren duur
zou brengen, met de tweeledige bedoeling,
namelijk zijn vriend wat gezelschap te
houden in zijn eenzaamheid en tevens
diens bezitting in voorjaarstooi te zien.
Door de afwezigheid en ziekte van vele
medeofficieren kon hij niet langer dan
veertien dagen verlof krijgen. En bij was
al half van plan geweest deize korte va-
cantie in de Priory door tei 'brengen,
waardoor hij zijn belofte aan Angus moest
verbroken. Maude had zich daar echter
nog al heftig tegen verzet. Ze wist, dat
onder de fouten die Nannie had opge
merkt in Edgars karakter ook behoorde
zijn gebrek aan doorzettingsvermogen en
zijn gewoonte om zich niet altijd strikt
aan 't gegeven woord te houden. En zon
der te verraden, dat ze wel begreep, wat
hem 'zoozeer naar de Priory trok, was
Maude er in geslaagd bem duidelijk te
maken, dat Nannie zijh handelwijze alles
behalve goed zou keuren, een mededeeling
die hem de kracht schonk om de verlei
ding te weerstaan en regelrecht naar
Birken Lee te gaan, zooals bij eerst van
plan was geweest.
(Wordt vervolgd.)
LiI J* tJ.
m r« ii ïwi (ïi di in r< i h