WNatic >naIe TEGEN DEN STROOM DE ZEEUW van Maandag 18 October 1937. Tweede blad De Londensche Suikerconventie, de Nederland- sche Suikerbietenteelt en de Nederlandsche Suikerindustrie. F E U I L L ET O N. VLISSINGEN. [MEI voo^ 1 Mm/CMkcn 1 Sluit in de Lente van Uw leven een H verzekering bij de Nationale. Vraagt inlichtingen I LEVENSVERZEkERINq-BAN k* RottercIam Uit de Provincie. MIDDELBURG. GOES. Het hypotheekcommissie besluit. WALCHEREN. MOET DE BiETENSTEUN BESTENDIGD BLIJVEN? GEEN VERDERE INKRIMPING VAN DE BEET WORTELPRODUCTIE. D heer J. M. van Bommel van Vloten, secretaris van de Coöp. Suikerfabriek Raffinaderij „Dinteloord" heeft over bovenstaand onderwerp hedenmiddag een inleiding gehouden voor het hoofdbestuur van de Z.L.M., waar' aan wij het volgende ontleenen. De inleider begon met te wijzen op het versohil tussohen de Brusselsohe Suiker- conventie van 1902 en de Londensche Conventie van dit jaar. De eerste streefde naar beperking der bescherming en het scheppen van een ruime vrije wereld markt. De Londensche Conventie daaren tegen baseert zich op een zeer beperkte wereldmarkt en aanvaardt het feit der be scherming, Van de totale wereldsuiker- productie van 28 millioen ton wordt hel grootste gedeelte geproduceerd onder be schermende bepalingen. De z.g. vrije markt bedraagt niet meer dan 3.5 mil lioen ton. Het doel van de Londensche Conventie is nu geweest om een regeling te vinden, dat deze vrije markt niet klei ner wordt en deze hoeveelheid te verdoe len ondbr de producenten, die een export overschot van suiker hebben. Hiertoe was de medewerking noodig van de import- landen, exportlanden en zelfgenoegzame landen. Het is te begrijpen, dat deze drie soorten landen eigenlijk allemaal tegen strijdige belangen hadden en het niet ge makkelijk was tot een accoord te gera ken. Ook de exportlanden onderling had den niet dezelfde belangen daar bijv. de lietsuikerproduceerende landen een an dere meening hadden over de voorziening van de vrije wereldmarkt dan de beet- wortelsuikerproduceerende landen, gezien het feit, dat de gem. kostprijs van de bietsuiker hooger is dan die van riet suiker, Ondanks de bezwaren, welke on getwijfeld aan de Londensche Suikercon ferentie ook voor Nederland zijn verbonden, zou de inleider toch niet gaar ne de ratificatie ontraden. De spreker gaat vervolgens na welke berekeningen er gemaakt zijn betreffende de behoefte der vrije wereldmarkt en de toegestane exporthoeveelheden aan do uitvoerlanden, welke de eerste overschre den. De Internationale Suikerraad, sa mengesteld uit vertegenwoordigers der deelnemende landen, heeft toch de quota niet verlaagd, omdat de consumptie schijnt mee te vallen en er exportlanden zijn, die dit jaar waarschijnlijk het hun toegestane kwantum niet zullen benutten. De Suikerraad zal elk jaar nagaan of de quota moeten worden vermeerderd of ver- minderd. Een van de voornaamste bepalingen van de Conventie is wel art. 2, waarbij gezegd wordt, dat het streven is om de overeenkomst zoo uit te voeren, dat de verbruikers steeds verzekerd zullen zijn van voldoend aanbod van suiker op de wereldmarkt tegen een redelijken prijs, de productiekosten incl. een redelijke winst voor doelmatig werkende produ centen niet te boven gaande. Van groot belang zal zijn de interpretatie van dit artikel door den Suikerraad. Immers de prijs zal niet mogen stijgen boven den kostprijs van de z.g. „efficient j producers" incl. een redelijke winst. Hel gaat er nu om, wie zijn efficient produ cers. Er is 'hierbij een controverse tus- schen de producenten van goedkoope riet suiker (die in den Suikerraad den groot sten invloed hebben) en de duurdere beet- wortelsuiikerproducenten. Verwacht wordt dan ook dat de suikerprijs geenszins zal stijgen boven of tot het niveau van den kostprijs van de Europeesche beetwortel suiker. Dit zal dus tot gevolg hebben, dat in vele landen ook in Nederland de kostprijs van de op eigen bodem te pro- duceeren suiker niet zal worden bereikt. Ware er over de geheele wereld geen be scherming en kon er in vrije concurrentie door E. R. G a r r a 11. Uit het Engelsch. 6) -o- Mijnheer Lelacot keek haar vol verba zing aan. „Ik deed di enkel en alleen om mij zelf", ILt ze er op volgen; „ik deed het ter wille van mijn ziel". Het speet haar thans ook al weer, dat deze woorden haar lippen ontvallen wa ren. Zij, met haar zeldzaam gesloten ka rakter, had nooit iemand willen laten kennis maken met haar zielsgeheimen, en nu deed ze het zoo maar aan een man, die toch betrekkelijk een vreemde voor haar was. Maar toen ze hem in de oogen blikte na haar belijdenis, verdween het spijtgevoel onmiddellijk. Het scheen Katharine toe, °f, wat deze zaak aanging, er overeen komst was tusschen hen beiden. Er sprak zulk een volmaakt begrijpen uit zijn blik, dat haar onrust verdween. „Ik versta dit", zei hij vriendelijk. Zij wandelden nu juist voorbij het to rengebouw en Katbarina keek, in gedach- worden geproduceerd dan zou de suiker prijs zeker boven den genoemden kost prijs stijgen. De Nederlandsche produ centen hebben steeds de stelling verde digd, dat bij vrije concurrentie de suiker prijs niet bepaald wordt door den kost prijs van de goedkoopste producenten, maar dat om in de geheele wereld-sui kerbehoeften te kunnen voorzien ook de productie van beetwortelsuiker noodig is, dat dus de suikerprijs bij vrije concurren tie in ieder geval zal stijgen tot onzen kostprijs of daarboven. Deze stelling leidt tot de onweerlegbare consequentie, dat wanneer de suikerprijs tengevolge van de nieuwe conventie beneden onzen kostprijs mocht blijven, de bietensteun In wel ken vorm dan ook bestendigd zal moe ten worden. Uit de toegestane quota blijkt, dat het blijkbaar niet in de bedoeling ligt van de conventie om de vrije wereldmarkt uitsluitend te voorzien met suiker van z.g. efficient producers, want ook landen met een 'hoogeren kostprijs kregen export- quota. De spreker gaat vervolgens na de ont wikkeling van de Nederlandsche beet wortelsuikerindustrie en wijst er op, dat wat suikervoorziening betreft er in Ne derland nooit eenig verband heeft be staan met de suikerproductie in de ko loniën. In 1930 heeft de Regeering be paald, dat maximum 85.000 ton Javasui- ker met steun in Nederland zou mogen worden ingevoerd, echter onder het be ding, dat de productie van beetwortel suiker in geen enkel opzicht door dezen invoer zou worden benadeeld. Spr. voorziet als gevolg van de bepa lingen der Londensche Conventie een botsing tusschen de suikerproducenten in de drie gebiedsdeelen van het rijk. Aan het geheele Rijk der Nederlanden is een exporthoeveelheid van 1.050.000 ton toegestaan. Het komt er feitelijk op neer, dat deze hoeveelheid aan Java is toegestaan. De consumptie bedraagt in Nederland ongeveer 220.000 ton. Verbruik van sui ker in stropen, veevoeder enz. c.a. 15.000 ton. Suiker voor suikerverwerkende in dustrieën (voor export) 60.000 ton. Totaal 295.000 ton. Productie in Nederland 220.000 ton. Suiker tekort voor Nederland 75.000 ton. Te leveren door Suriname 15.000 ton. Blijft tekort van Nederland in Europa 60.000 ton. Deze 60.000 ton behoort niet tot de vrije markt, omdat Nederland als geheel een exporteerend land is. Waar deze suiker geproduceerd moet worden, hetzij hier, in Suriname of in Java, is een interne kwestie, die buiten de conventie staat. Verwacht wordt echter, dat Java niet alleen deze 60.000 ton zal verlangen te leveren, maar de volle hoeveelheid van 80 85.000 ton, welke het vorig jaar werd toegestaan. Het gevolg zou zijn, dat in Nederland een overschot van 20 h 25.000 ton zou ontstaan, hetwelk niet uitgevoerd zou kunnen worden, omdat Nederland in Europa geen quota heeft, tenzij deze hoeveelheid in mindering zou gebracht worden van de exporthoeveelheid van Java. Het is de vraag of Java zich hier niet tegen zou verzetten. Indien dit het geval zou zijn en de regeering daarin zou medegaan, zou de productie hier dus met 20 25.000 ton moeten worden in gekrompen. Dit is ca. 10 van den hui- digen omvang. Spr. vestigt er de aandacht op dat de Nederlandsche producenten in 1936 geen enkel bezwaar hebben gemaakt tegen den steun van ca. f 800.000 aan Java, omdat volgens de Regeering de beetwortelsuiker industrie in geen enkel opzicht zou wor- ten verzonken, naar de vensters. Nu ze het gebouw zag, vroeg ze zich vol ver wondering 'af, of ze wel ooit eens een kijkje binnenin zou kunnen nemen. Maar toen ze keek naar de ramen der boven verdieping, even beneden de klok, zag ze, of meende zij te zien iets dat baar terug deed denken aan het gesprek van zoo straks. „Was dat 'het spook van „Belt- wood?" Ze verbeeldde zich te hebben gezien een vreemd, droefgeestig gelaat, dat tegen het venster gedrukt was. Het was het ge laat van een vrouw.. Waar ze op geleek, zag ze niet. Ze had het vrouwenhoofd ook maar even gezien, want direct er op was het verdwenen. Katharine echter was geschokt en keek mijnheer Delacot aan. Schijnbaar had deze niets gezien; en spreken kon ze niet. Haar tong was als verlamd. De rust, die haar juist zoo wel dadig aandeed bij de wandeling door het park, was geheel verdwenen. Het gelaat aan bet venster, werkelijk heid of verbeelding, scheen zich te plaat sen tusschen haar en de pracht van de ondergaande zon. En eerst toen ze het huis achter zich gelaten hadden, adem de ze weer vrij. Een blik in bet open gelaat van haar geleider maakte haar beschaamd. Had zij zich niet wat verbeeld? Een gevolg moge den beïnvloed. Thans is de zaak an ders geworden. De positie van Java is door de Conventie aanzienlijk verbeterd, de productiemogelijkheid is vergroot en er wordt weer een loonende prijs ge maakt. De noodzakelijkheid om met steun der regeering 80,000 ton naar Nederland uit te voeren is dus veel geringer gewor den. Het invoeren van Javasuiker in Nederland zonder dat deze invoer in mindering komt van het exportkwantum van Java kan een aantasting beteekeneD van de productiemogelijkheid in Neder land, waarin echter de Nederlandsche landbouw en de Nederlandsche suikerin dustrie nooit zal berusten. Het is duidelijk dat de producenten in de drie gebiedsdeelen van het Rijk der Nederlanden door de Suikerconventie veel meer van elkaar afhankelijk zijn ge worden. Prettig is dat voor de beetwor telsuikerindustrie niet, gezien de menta liteit der Javasuikerproducenten. Spr. 'haalt als voorbeeld hiervan aan hetgeen de beer Ligthart geschreven heeft in de Zakenwereld van 15 Mei j.l. Gelukkig heeft niet de heer Ligthart, maar de Re geering de beslissing in handen. In aan merking genomen de uitspraak in 1930 is er geen reden tot ongerustheid, Het is echter jammer dat in de Memorie van Toelichting van het wetsontwerp1 tot goedkeuring van de Londensche Suiker conventie een zelfde uitspraak niet wordt gedaan. Wel wordt er in de toelichting over gesproken, dat de invoer in Neder land van 80.000 ton Javasuiker en 15.000 ton Surinaamsche suikei door de Con ventie niet zal worden aangetast en dat voor Java deze uitvoer boven de hoeveel heid komt welke krachtens de Conventie is bedongen. Over de beetwortelsuiker industrie wordt in dit verband niet ge sproken. Spreker kan niet aannemen dat de Re geering er toe zal medewerken dat de beetwortelsuikercultuur als gevolg van den invoer van deze 80.000 ton zou moe ten worden ingekrompen, hoewel de M. v. T. in deze richting wijlst. Een positieve regeeringsverklaring dat nimmer tot verdere inkrimping van de beetwortelproductie zal worden overge gaan is gewenscht. Verschillende vragen rijlzen nog bij ver meerdering van de consumptie. Aan wie moet deze ten goede komen? Ook dit is een kwestie, die buiten de Conventie ge regeld moet worden. Tenslotte wijlst de inleider er op, dat de Nederlandsche producenten wellicht de meest rationeele producenten van beetwortelsuiker in Europa zijn. De eco nomische en sociale beteekenis van onze bietencultuur en onze suikerindustrie is verhoudingsgewijze voor onze Neder landsche samenleving van minstens even groote waarde als de rietsuikerproductie voor Java. Het verschil in kostprijs is geen verschil in efficienty, maar alleen een verschil in loonstandaard. auto was en verder niemand in de auto was gezeten, zoodat persoonlijke ongeluk ken niet plaats vonden. Straatverlichting bij Dam Plantsoen. De verwijdering der transformator-zuil aan den Dam heeft ook de wegneming der ter plaatse aan wezige electrische avond-lantaarn, die voor het verkeer ongunstig was komen te staan, meegebracht. Op verzoek van B. en W. hebben de directeuren van de bedrijven en van de gemeentewerken benevens de commis saris van politie, overleg gepleegd omtrent de meest gewenschte nadere regeling der verlichting aldaar. Het plan voorziet in het plaatsen van 2 avond- en nachtlantaarns op vlucht heuvel tj es, de verdwijning van bestaan de electriBche avond-lantaarns (consolles) aan de Noordzijde en de Zuidzijde van den Dam, terwijl de in den aanhef dezes bedoelde wegneming eener electrische avondlantaarn nabij de Graanbeurs be stendigd zal blijven. Na voltooiing van een en ander zal alsnog worden bezien of ook de avond- en nachtlantaarn (con sole) bij de Korte Delft buiten gebruik kan worden gesteld. Een der nieuwe lantaarns is als elec trische-, de andere als gaslantaarn ge dacht, zulks met het oog op mogelijke storingen In de stroomlevering. De uit voeringskosten zullen totaal f 470 be- loopen, de jaarlijksche kosten der open bare verlichting zullen vermeerderen met f78,85 of als de lantaarn aan de Korte- Delft ook verdwijnt met i 45,35. M. Laernoes. f Te V1 i s s i n g e n is op 70-jarigen leeftijd overleden de heer M. Laernoes. Geboren aldaar op 10 Januari 1861, was de overledene oorspronkelijk werkzaam op het kantoor van de Mij „Zeeland". Later vertrok hij naar Amerika. Na re* patriëering, heeft de heer Laernoes zich aan de belangen van zijn geboorteplaats gewijd. Hij was mede oprichter van de N.V. Nedpan; later omgezet in de N.V. Vlismar, en van de N.V. Electrotinfabriek van welke laatste hij directeur is ge weest. Van 1913 tot 1931 maakte hij deel uit van den gemeenteraad voor den Vrij heidsbond, waarvan hij van 1915 tot 1931 wethouder was. Nadat hij reeds deel had uitgemaakt van de Vlissingsche Kamer van Koophandel, werd de overledene in 1922 bij de oprichting van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor de Zeeuw- sche eilanden tot lid van de afdeeling groot bedrijf gekozen, waarin hij nog zitting had; van 1925 tot 1936 was hij voorzitter van de afdeeling. De heer Laernoes was president-kerk voogd der Ned. Herv. Gem. en tot voor kort bestuurslid der afd. Zeeland van de Vereen, van Kerkvoogdijen. De teraardebestelling van den over- Wielrenner overleden. De 20-jarige K. M., die op Zondag 3 October onder 's-Heer Arendskerke een ernstigen val met zijn racefiets maakte, is na 14 dagen buiten kennis te hebben gelegen, Zondagmorgen in het gasthuis alhier overleden. Auto in brand. Zondagmiddag was een automobilist op den Veerschen weg nabij den Kruisweg bezig zijn wagen te repareeren, toen deze in brand vloog. Gelukkig, dat de bestuurder buiten de lijk van de praatjes, die zij over „Belt- wood" bad gehoord? Hadden die praat jes soms invloed op baar gehad? Mijnheer Delacot wandelde met de had den op den rug, bet hoofd iets gebogen, een gewoonte van hem wanneer bij in gesprek was; bet geheele uiterlijk van een man met een strengen wil; en met een glimlach cp 't gelaat keerde bij zich tot Katharine met de woorden: „Er zijn drie dingen in bet oog te hou den met betrekking tot bet geestelijk le ven: de redding van de ziel van den mensch; het heil van den naaste en de eere. Gods. E;n dit laatste is van oneindig grooter gewicht dan de eerste twee za ken." Katharine antwoordde niet. Zij vond het heel moeilijk op dit oogenblik te spre ken over een dergelijk onderwerp. Zij was dan ook blij', dat mijnheer Delacot geen antwoord scheen te verwachten, en bracht het gesprek over op de schoon heid van een avond bij zonsondergang. „Het is een lucht om te onthouden", zei hij rustig; dan zijn horloge te voor schijn halende, trok een schaduw over zijn gelaat; „we moeten ons onze plich ten ook herinneren", voegde hij er aan toe, met een lichte glimlach; „mijn tijd behoort mij niet alleen; het spijt me U goeden dag te moeten zeggen". Aangekomen bij de poort, keek Katha- ledene, die Ridder was in de orde van Oranje-Nassau, zal morgen plaats hebben. De honderdjarige. Zooals reeds gemeld, hoopt onze stadgenoot, de heer P. Vermaas, morgen zijn hon derdsten verjaardag te vieren. Het is nog een krasse grijsaard. Hij maakt nog zijn wandelingen, scheert zich zelf, is helder van hoofd en goed van gezicht. Alleen zijn gehoor functio neert maar heel slecht meer. De heer Vermaas is 19 Oct. 1837 te Heinkenszand geboren en vestigde zich toen hij op 28-jarigen leeftijd in het huwelijksbootje was gestapt, de Kapelle. rine nog eens om naar het buis en zijn eigenaar, die zich thans daarheen begaf. „Ik haat geheimzinnigheid!" zuchtte zij, vol ongeduld. Mijnheer Delacot haastte zich nooit bij zonder, maar nadat bij Katharine goeden dag had gezegd ging bij naar huis op een manier, die deed veronderstellen, dat bij bet heel druk had. Hij zag er altijd ernstig uit, maar nu was Cr ook droefheid op zijn gelaat te le zen, een droefheid, die anders bij hem niet werd opgemerkt. Hij was een forscbe, welgebouwde man, en beide, gelaat en figuur, spraken van een resoluten wil en standvastigheid van besluit. Hij was glad geschoren, zijn ge laatstrekken waren ietwat onregelmatig en zijn oogen scherpzinnig en doordrin gend, maar bij bot huiswaarts gaan was het of hij in de verte staarde en of, wat hij zag, hem neerdrukte, Nadat bij echter de deur achter zich dicht gedaan had veranderde "de uitdruk king van zijn gelaat geheel. Hij stond in de breede vierkante hal, voorzien van pa neelwerk en behangen met schilderijen en oude wapens, weer als een ernstig, reso- luut-uitziende man, die zijn droeve ge dachten en onprettige herinneringen uit gebannen bad en bij 't controleeren van zijn horloge, slechts dacht aan zijn plicht, De bal was half duister, en de stilte, De toepaislng in het derde kwartaal 1937. Sinds de inwerkingtreding van het besluit drie verzoeken Ingewilligd. De reeds vroeger door de afdeeling ge rechtelijke- en armenzorgstatistiek van bet Centraal Bureau voor de Statistiek gepubliceerde gegevens betreffende bet op 14 Maart 1935 in werking getreden Hypo theekcommissiebesluit (Kon. besluit van 12 Maart 1935) zijn thans aangevuld met de gegevens van het derde kwartaal 1937. Het aantal ingediende verzoekschrif ten ter voorkoming van executie van lan delijke eigendommen bedroeg in bet derde kwartaal 1937 slechts 12 tegen 38 in 'hel overeenkomstige kwartaal van 1936. In het tijdvalk van 1 Juli tot en met 30 Sep tember 'had geen enkel verzoekschrift be trekking op landelijke eigendommen, ge legen in de provincies Utrecht, Friesland, Overijssel, Groningen, Drenthe en Lim burg. Onderstaand staatje geeft een overzicht betreffende ingediende verzoekschriften en wijze van afdoening in de jaren 1935, 1936 en 1937. le 3e half j. kw. 1935 1936 1937 1937 Aantal verzoeken 378 198 41 12 Aant, geëind, zaken 332 231 50 11 door intrek'k. verss. 135 133 28 7 bij min. schrijven 33 10 9 2 bij min. beschikking houdende niet-ontvank. verkl. 37 25 4 126 61 11 2 inwilliging 1 2 Er bleven op 30 September 1937 onaf gedaan 5 verzoekschriften. Onder de door intrekking van het ver zoekschrift geëindigde zaken zijn voor 1936 meegeteld 26 za'ken en voor 1937 1 zaak, die op grond van de op 9 Februari 1936 ifu werking getreden Cirisishypo- theekaflossingswet verwezen konden wor den naar den kantonrechter. Verder zij' ten aanzien van de gevallen van intrekking er op gewezen, dat er slechts enkele gevallen waren, waarbij de intrekking plaats 'had zonder dat de cre diteuren door de commissie waren aan geschreven. De overige werden deels in getrokken, voordat de zaak ter zitting was behandeld, deels nadat na verhoor der partijen de commissie had aangegeven op welke wijze, naar bare meening, een min nelijke oplossing tot stand zou komen. Het aantal gevallen, waarin bij beschik king van den minister een verzoek werd ingewilligd, vermeerderde in bet derde kwartaal van 1937 niet; sedert de indie ning van bet besluit werden in totaal slecbts 3 verzoekschriften ingewilligd. Daar mocht hij zestig jaar op zijn hof- steedje het landbouwbedrijf uitoefenen. Kort na zijn gouden bruiloft stierf zijn vrouw. Van zijn zeven kinderen zijn er nog zes in leven. Van 1925 tot 1933 woon de hij te Rotterdam, maar toen keerde hij weer naar het Goesche land terug. Thans wordt hij ten huize van zijn doch ter liefderijk verzorgd. St. Laurens. Vrijdagmiddag vergaderde de Raad. Dhr Abrahamse was met ken nisgeving afwezig. Van Ged. Staten was bericht ontvangen, dat de gemeentebe- grooting voor 1938 en de gemeentereke ning over 1936 zijn goedgekeurd. Het verzoek van de Gewestelijke' Land stormcommissie Zeeland om een bijdrage uit de gemeentekas wordt aangehouden voor bet inwinnen van nadere gegevens. D'oor P. Valk is verzocht de werkloo- zencursus te Middelburg in verschillende vakken te mogen volgen. B. en W. stel len voor hem dit toe te staan: de kosten zullen ongeveer f 17 'bedragen. Tevens vragen zij machtiging om in voorkomen de gevallen naar bevind van zaken te kunnen handelen. Dhr Hamelinck heeft geen bezwaar de machtiging te verleenen, doch zal gaarne zien, dat B. en W. zich steeds vooraf overtuigen of ziji, die werkloozencursus- sen op gemeentefcosten willen volgen in derdaad werkloozen zijn. die er heerschte, terwijl bij even stilstond en naar buiten naar de laatste lichtstra len keek, was opmerkelijk. Het zou een sterfhuis hebben kunnen zijn. Mogelijk was de stilte de oorzaak, dat mijnheer Delacot het hoofd boog alsof bij opmerk zaam luisterde. Daarna zijn horloge in zijn vestzak bergend, opende hij zacht een deur aan zijn rechterhand en luister de werkelijk. Waarschijnlijk geen geluid hoorend, sloot hij de deur, en wandelde hij door de hal naar zijn studeerkamer aan den linkerkant. Het vuur brandde laag, maar de druk kende stilte werd verbroken bij zijn bin nentreden door het vallen van een kool vuur. Mijnbeer Delacot stak de lamp op, die op een groote schrijftafel stond in 't mid den van de kamer, drukte op de bel en ging zitten schrijven. Een ongeadresseer de brief lag op zijn vloeiblad, ietwat vuil en verkreukeld, alsof hij verfrommeld was geweest. Mijnheer Delacot nam hem op en open de het couvert; maar bij het lezen veran derde de uitdrukking van zijn gelaat niet; niemand zou hebben kunnen gissen, ook wanneer hij hem aandachtig had be schouwd, of de inhoud van den brief voor mijnheer Delacot aangenaam of on aangenaam was. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1937 | | pagina 5