DE ZEEDW MIDDENSTANDSBELANGEN BETTY'S LIEFDE Houd Uw Nieren Gezond! TWEEDE BLAD De leege Kamerzetel. Uit de Provincie. Nog eens: de enquête te Middelburg. Tal van misstanden uit den weg geruimd. MIDDELBURG. VAN VRIJDAG 8 OCTOBER 1837, Nr 7. Ontslag zonder voorafgaande eeds aflegging mogelijk? Dr J. P, Fockema Andreae be twijfelt In het „Utr, Dgbl," of de opvatting van den Eerste Kamervoorzitter, waar mede het 'Centraal Stembureau zich heeft vereenigd, juist is, t.w, dat men eerst ont slag als lid der Eerste Kamer kan nemen nadat men zich heeft laten beëedigen. Z.i. wijst „alles in de wet er op, dat zoodra een vertegenwoordigend lichaam door de goedkeuring van de geloofsbrie ven besloten heeft een lid toe te laten (toe te laten tot de beëediging, zou men kun nen zeggen) de toegelatene lid is gewor den. Maar van, dat oogenblik af kan hij dan ook als lid bedanken. Dit is trouwens volkomen rationeel. Een der grondbeginselen van ons staats- provinciaal- en gemeenterecht toch is, dat er zooveel mogelijk op het voltallig blijven van de vertegenwoordigende colleges moet worden aangestuurd. Men moge de voor de Provinciale Staten en den Gemeenteraad gemaakte bepaling, dat wie als lid zijn ontslag neemt, lid blijft, totdat de goed keuring der geloofsbrieven van zijn op volger onherroepelijk is geworden, voor de Eerste en Tweede Kamer niet hebben overgenomen, er zijn andere bepalingen, die doen zien, dat dezelfde wensch naar voltalligheid ook de regeling van de ver kiezingen voor de Staten-Generaal mede beheerscht. Het heeft geen nut, van hen, die zich wegens ziekte of andere voor hen over wegende redenen te elfder ure voor een Kamerlidmaatschap meenen te moeten excuseeren, niettemin een eedsaflegging te vorderen. Aan de hooge beteekenis van den eed wordt afbreuk gedaan, als hij, die tot de aflegging werd gedrongen, bijna op hetzelfde oogenblik zijn ontslagbrief doet deponeeien bij den president, in wiens handen hij de eéden zwoer. De aanwijzing en beëediging van zijn opvolger, die de functie wèl wilde aanvaarden en geen schijn-lid zal zijn wordt er door vertraagd Ende wet vordert de slechts bezwa ren met zich brengende en geen voordee- len biedende formaliteit niet. De slotsom moet zijn, dat een ontslag brief van iemand, tot wiens toelating de Eerste of de Tweede Kamer heeft besloten als geldig moet worden aanvaard, ook al heeft nog geen beëediging van het toege laten lid plaats gehad". TWEEDE KAMER. De Grondwetsherziening. De Tweede Kamer is thans bijeengeroe pen tegen Dinsdag 19 October te 1 uur. Als no. 1 staan op de agenda de wets ontwerpen tot het brengen van verande ring in de Grondwet. HERVORMDE SCHIPPERSBOND. Gisteren is in het gebouw van de Sy node te 's-Gravenhage een vergadering gehouden van het bestuur van den Her vormden Schippersraad. In deze verga dering heeft de voorzitter, staatsraad Mr Dr J. Schokking, in verband met zijn leef tijd zijn functie neergelegd. In zijn plaats is tot voorzitter gekozen Prof. Dr A. J de Vrijer te Utrecht. Dr. N. JAPIKSE. De Staatscourant van gisteravond be vat het eervol ontslag o'p zijn verzoek verleend, van Dr N. Japikse, te VGra- F E U I L L E 1 O IV 6ö:) o— Alison knikte toestemmend en lang zaam leidde Frank haar naar het rijtuig. Nog steeds hield ze Betty's hand stevig vast, alsof ze vreesde, dat de pas verkre gen schat haar weer kon ontglippen. Betty was zoozeer bevangen door het wonder van Alison's herstel, dat ze er stil onder werd. Ze herinnerde zich haar vo rig bezoek aan Balgrowie, toen haar hart schreide van wee om het lijden van Ali son, die toen zoo vreemd bleek en hulp behoevend op den divan lag. En nu mocht ze haar zóó vinden; de terugkeerende kracht en levenslust verleenden haar nieuwe bekoorlijkheid en de blos der ge zondheid bruinde weer haar wangen. Heel haar wezen ademde weer de frisch- heid der jeugd en ongewohe hoop en vreugde schitterden in de heldere blau we oogen, waaruit de schaduwen van pijn en verdriet weer waren geweken. Zwijgend en toch veelzeggend drukte Betty Alison's smalle hand en tranen van blijdschap drongen zich in haar oogen om het heerlijke, wat God ook hier had willen werken. Alison begreep dien zwijgenden hand druk en toen ze Betty's ontroerd gezichtje zag, fluisterde ze: „We hebben nog tijd genoeg om te praten en elkaar alles te vertellen. Dat behoeft nu direct niet. Voorloopig heb ik er genoeg aan jou te kunnen zien en bij mij1 te weten." venhage, als directeur van het bureau voor 's Rijkis geschiedkundige publica ties. Dr Japikse vervulde deze functie se dert 1928, VERLAGING MARGARINEPRIJS GEVRAAGD. Door het Ned. Verbond van Vakvereenigingen. Het Ned. Verbond van Vakvereenigin gen heeft aan den minister van Ec. Za ken een adres gezonden met betrekking tot de verlaging van de crisisheffing op boter en den prijs van de margarine. Aan het einde van een van cijfers voorziene toelichting wordt den minister verzocht, zoodanige voor de fabrikanten bindende voorschriften te maken, dat, geheel over eenkomstig de bedoeling van zijn beslis sing van 28 Augustus: de onvermengde margarine in den kleinhandel verkocht zal worden voor een prijs, waarin, behal ve een met 5 ct. verlaagde heffing, óók het verschil is verrekend tusschen den kostprijs van een ons margarine en een ons boter en de voorheen verkochte me lange verkrijgbaar zal zijn voor een prijs, die 5 ct. ligt beneden die van f 1,08, welke voorheen voor dit product betaald werd. (Op de thans niet langer met 10 pet. boter vermengde margarine drukt een accijns van niet minder dan 51 ct. per kilo, op een kilo boter slechts 45 ct.) DE CRISIS IN DE N. S. B. De dagelijksche uittocht. Op de velen, die reeds de N. S. B. heb ben verlaten ia nu gevolgd de accountant F. K. Grotjohann Jr te Hilversum, kring- leider van kring 39, kringschoolleider, conrector en rector der Gewestelijke op leidingsschool in het Eerste Gewest, die nog pas 20 September j.l. was aangewezen als districtsleider van de Vor ming in het 'Gooi. Hij was regelmatig medewerker van „Ontwakend Volk" en „Volk en Vaderland". De heer Grotjohann heeft in een zeei uitvoerigen brief aan Mussert de motie ven van zijn uittreden uiteen gezet. Ook in dit geval heeft de kwestie Van D'uyl den doorslag gegeven. De brief zegt ter dezer zaken o.a., dat op de vraag van Grotjohann: „Leider, liegt van Duyl?" de heer Mussert slechts kleintjes wist te ant woorden: „D'aar heb iS> geen bewijzen voor". De heer Grotjohann spreekt er ook zijn bevreemding over uit, dat Mussert „zon der meer heeft toegegeven aan een stelle tje „adressanten" uit het Gooi en, dat ter wijl hij Leider is van een beweging, die met dat demoliberale „adresseeren" en „moties indienen" wil afrekenen NAAR AFSCHAFFING VAN CRISISACCIJNS OP RUNDVLEESCH. De laatste 5 pet (ruim drie mil lioen gulden per jaar) zal door Minister Steenberghe omstreeks de jaarwisseling warden afge schaft. Naar wij vernemen, zegt het „Hdbl.", zal eerlang waarschijnlijk omstreeks de jaarwisseling ook de laatste 5 pet. crisisheffing op het rund- en kalfsvleesch worden afgeschaft, zoodat dit vleesch dan niet langer de „kapstok" voor de finan- cieele nooden van het Landbouwcrisis fonds zal zijn. Het blad herinnert er aan, dat deze crisisaccijns in 1933 op het rundvee is gelegd, om uit de opbrengst daarvan de kosten te betalen van het ter beperking van de melkproductie slachten, inblikken en aan ondersteunden distribueeren van een kwart millioen, meest drachtige koeien. Minister Verschuur bestempelde dit slachten van drachtig vee als „het twee voor-één-systeem", aangezien niet alleen 250.000 koeien, doch ook de 250.000 toe komstige koeien werden vernietigd. Hij vergat echter, dat van de 250.000 kalfjes Ook aan dezen heerlijken dag kwam een eind en toen Betty 's avonds naar haar kamer ging, brandde daar een ge zellig knappend vuurtje, zoodat ze er nog niets geen behoefte aan gevoelde onder de wol te kruipen. Juist was ze in een gezellig stoeltje dicht bij den haard gaan zitten, toen er geklopt werd en een slank, wit figuurtje naar bin nen gleed, dat smeekend vroeg: „Mag ik nog een beetje bij jou zitten? Ik kan toch nog niet in slaap komen." „Maar het wordt zoo toch te laat voor je en te vermoeiend", zei Betty bezorgd. „Dit is al een ongewoon drukke dag voor jou geweest, Alison". Plotseling scheen haar iets in te val len en haastig stond zij op om den lagen divan dichterbij te schuiven, waarop ze Alison gemakkelijk en warm tusschen kussens en dekens installeerde. Zelf ging ze op een paar kussens naast haar zitten, zoodat de twee vriendinnen het heelemaal naar hun zin hadden en de warme schemerte in de kamer, waarin het haardvuur allerlei grillige schadu wen tooverde, lokte uit tot een intiem gesprek. „Je weet nauwelijks, waarover je 't eerst of 't laatst zult praten", zei Ali son tevreden lachend, terwijl haar vin gers speelden met het goud van Betty's krullen. „Heb je 't ook niet dikwijls ver velend gevonden, dat Balgrowie en Sun- nymead zoo ver van elkaar verwijderd zijn?" „Natuurlijk wel, maar daaraan willen we nu niet meer denken, hoor", merkte Betty hartelijk op. „Nu zijn we bij elkaar die anders geboren zouden zijn, de helft stiertjes zouden zijn geweest, die uit den aard van de zaak nimmer één drup pel melk zouden hebben gegeven, Tevens vergat hij, dat een deel der vrouwelijke kalveren, als gevolg van ge breken en sterfte het nimmer tot volwas sen melkkoe zou hebben gebracht, Het resultaat van dezen maatregel is dan ook nihil geweest, want de melkpro ductie heeft haar stijging ononderbroken voortgezet tot heden, nu het mond- en klauwzeer er een stokje voor steekt. Wèl is er een tekort aan slacht -vee ont staan, zoodat thans rundvleesch uit De nemarken moet worden ingevoerd. Een ander gevolg is geweest, dat deze maat regel in totaal f24,890.000 heeft ge kost! Er werd dan ook niet minder dan 20 pet. der waarde van het slachtdier als accijns geheven. Later is dit verlaagd op 10 pet, en op 20 Aug, j.l. op 5 pet. Echter was het bedrag van 25 millioen reeds lang afbetaald, zoodat de rundvee-accijns niet langer noodig was voor het doel, waar voor hij in het leven was geroepen. Hij diende nog slechts evenals de 23 centen op het brood om de kas van het Landbouwcrisisfonds te stijven. Mi nister Steenberghe wenscht nu aan dezen toestand, wat het vleesch betreft, een ein de te maken over eenige maanden. OEFENING VAN HET ROODE KRUIS IN BRABANT EN ZEELAND. De jaarlijks door het hoofdbestuur van het Nederlandsche Roode Kruis te hou den groote oefening zal dit jaar plaats hebben op 16 October. De algemeene lei ding is opgedragen aan den legercom- missaris, gep. kolonel W. J. Lucardie, aan wien is toegevoegd de militaire com missaris gep. luit.-kolonel J. de Waal. Was tot nog toe de onderstelling meest al gebaseerd op natuurrampen, zeer ern stige groote ongelukken e.a., dit jaar zal een deel van de oorlogstaak van het Roo de Kruis als grondslag van de oefening worden genomen. Het gaat in dit geval om het oefenen van een gedeelte van den dienst op een afvoerstation en in een afvoerhaven, als mede het inrichten van een hulpzieken- inrichting tegelijk met het verleenen van eerste hulp en het inrichten van spoor wagens en vrachtauto's voor het vervoer van zieken en gewonden met voorbereid en geïmproviseerd materiaal. Daarvoor dient de volgende onderstel ling: Blauwe en roode troepen zijn in een hevig gevecht gewikkeld ten Oosten van Breda. Op den 16en October zijn tusschen 8 en 11 uur aan de afdeeling „vervoer" van het afvoer-station Etten-Leur van een der hoofdverbandplaatsen 50 gewonden aangekomen, die door de zorg van het Nederlandsche Roode Kruis per trein en f>EZONDEf krachtige nieren zijn Uw zekerste beveili ging tegen rugpijn, rheumatl- sche pijnen, dat gevoel van zwakt© In den rug, stijve en pijnlijke gewrichten, duizelig heid en hoofdpijn. Immers dan worden de schadelijke onzuiverheden als urinezuur enz. voortdurend uit het bloed gefiltreerd en vla de urinewegen uit het lichaam verwijderd.De nieren bestaan uit een groote menigte teere filters, welke de onzuiverhe den aan het bloed onttrekken en als zij verstopt raken blijven deze achter en veroorzaken kwalen als de bovengenoemde. Zorg dat de nieren behoorlijk blijven werken door het gebruik van een dluretlech middel en als zoodanig kennen FOSTER'S Rugpijn Nieren Pillen hun weerga *let. 1.—f 1.75 en f 3. en we willen ons genoegen niet beder ven door nu al weer te denken aan de naderende scheiding. En, Alison, nu kun je ook eens bij ons in de pastorie ko men, zoodat we in 't vervolg veel meer bij elkaar kunnen zijn. Ik verlang echt je ook eens bij ons in Sunnymead te heb ben." „D'at zou ik ook wel heel graag wil len", riep Alison uit met schitterende oogen, „en dokter denkt, dat ik over een half jaartje wel weer heelemaal de oude zal zijn. Dat is toch zoo heerlijk, dat het zoo goed met me mag gaan, temeer daar ik al bijna verzoend was met de gedachte nooit weer te kunnen loopen of wande len." Betty sloeg haar armen om Alison heen en innig drukte ze zich tegen haar aan. De vreugde was te groot en te won derlijk, dan dat ze zich in woorden liet uitdrukken en beide meisjes lieten zwij gend de bevende ontroering om dat ééne heerlijke over zich heen golven. Eindelijk zei Alison zacht: ,,'tls alles zoo eigenaardig geloopen en verschillen de onberekenbare gebeurtenissen moes ten meewerken aan mijn herstel. Was Alwyn niet ziek geworden (en wat heb ben we een angst om hem uitgestaan), dan zou Sir Claude Trevellyn hem niet in zijn auto naar huis gebracht hebben en ik zou waarschijnlijk nooit deze nieu we levenskans hebben ontvangen. Ik be schouw Sir Claude dan ook als den red denden engel, dien God mij rechtstreeks wilde zenden. Het spijt mij alleen maar, dat ik hem nooit dankbaar genoeg zal kunnen zijn en dat hindert me soms Uit wat we tot nu toe over de in 1912 te Middelburg gehouden Middenstands- enquete schreven, is wei duidelijk gewor den dat er geen reden is het verleden te verheerlijken ten koste van het heden. De toestand van den middenstand liet ook voorheen veel te wenschen over, Er is de laatste jaren in meerdere opzichten verbetering gekomen. Dit blijkt ook wel zeer duidelijk uit het geen omtrent den toestand in het k a p- persbedrij'f wordt medegedeeld, Geklaagd werd over het werken bene den tarief en over het weinige dat de patroon vermag tegenover ontrouwe be dienden die den dienst plotseling verla ten. Maar een hoofdgrief was toch wel dat er 's Zondags nog gewerkt moest worden, De énqueteur kwam, wat dit bedrijf betreft, dan ook tot de volgende conclu sies: „In 't algemeen is de toestand niet on gunstig. De werktijden zijn echter wel wat lang, Het publiek is ten opzichte van den kapper onbarmhartig. Door goede aaneensluiting in de vak- vereeniging is echter best te verkrijgen dat b.v. des Zondags algemeen gesloten wordt, Laat een enkele dat in 't begin niet doen, hopende op een voordeeltje ten nadeele van zijn collega's, al heel spoedig zal zich dit redresseeren. Het is niet aan te nemen dat daarom een vaste clientèle een kapperszaak zou gaan verlaten en ziet de onwillige dat zijn voordeel niet opweegt tegen zijn moeite, dan zal hij1 dra in zijn eigen belang ook des Zondags sluiten. Het eischt slechts een beetje moed om dezen ellendigen misstand zelf te doen ophouden, Wat de moeite met be dienden aangaat, kan ook de vakvereeni- ging veel doen. Men neme geen enkele aan zonder dat hij op behoorlijke wijze af is van zijn vroegeren patroon." Ook wat dit bedrijf betreft is er dus wel veel ten goede veranderd. Niet alleen de Zondagsarbeid behoort tot het verle den, maar ook aan de ongelimiteerde werktijden op werkdagen is een einde ge komen. Wij kunnen niet alle bedrijven afzon derlijk behandelen. Bij- velen was de toe stand ver van rooskleurig. De schoenmakers b.v. klaagden over slechte verdiensten, over de concur- rentie van het fabriekswerk en over de vele slechte betalers. Door de boekhandelaren werd geklaagd over de hooge bedrijfsonkosten, over 't kwaad dat de concurrentie dwong aan inrichtingen hooge provisie toe te staan, soms zelfs tot 50 pet., enz, Alleen de manufacturiers toonden zich over het algemeen tamelijk tevreden. Er waren wel misstanden, b.v, het ne men of geven van lang crediet, het zen den van goederen op zicht, over te weinig vak- en commercieels kennis en onvol doende boekhouding, maar als zijn alge meene indruk kon do rapporteur schrij ven: „De geldelijke welstand gaat over het algemeen vooruit, Er komen mooie zaken bij en de andere vertoonen voor het uiterlijke geen achteruitgang eer der het tegendeel." Wij moeten hiermede ons overzicht van de enquete te Middelburg beëindigen. De slotconclusie kan zijn dat een ver gelijking met den toestand van een kwart eeuw geleden leert, dat de positie van den middenstand niet onbelangrijk is verbe terd en dat heel wat misstanden waar over toen geklaagd werd, uit den weg zijn geruimd. Practisch boekhouden en Prac tise!) handelsrekenen voor den Middenstand. De nieuwe Vestigingswet heeft alvast dit voordeel afgeworpen dat er in mid denstandskringen meer aandacht besteed wordt aan de boekhouding. Hoe noodig dat is bleek ook uit wat we vonden om trent de enquete te Middelburg. Bijna in alle branches werd gewezen op het ge brek aan een betioorlijke boekhouding. Eu nu is er ook wat dit betreft wel een en ander verbeterd de laatste jaren, maar het ideaal is toch volstrekt nog niet be reikt. Met genoegen kondigen wij in verband hiermede de hierboven genoemde werkjes van K. K. Rovers (uitgave P. Noordhoff N.V. te Groningen) aan. De samensteller is een man die door zij'n voortdurende aanraking met den middenstand, de practijk kent. Daarmee is in sterke mate rekening gehouden. De middenstander, speciaal de kleine zaken man, heeft geen tijd voor een omslachtige boekhouding. Daarom is gezocht naar een p-ractische methode: kort en goedI Het komt ons voor dat de samensteller hierin zeer goed geslaagd is. Alleen schijnt het ons vreemd, dat naar de schrijver meent, voor de winstbereke ning bij kleinere middenstanders inven tarisatie niet noodig is. auto of vaartuig moeten worden vervoerd naar de evacuatieplaats Zeeland (Goes) en naar de afvoerhaven Bergen op Zoom. Met de leiding der werkzaamheden te Etten-Leur is belast de militaire commis saris gep. majoor J. M. van der Heyde; met de leiding te Bergen op Zoom de mi litaire commissaris gep. kolonel J. van Arkel, terwijl als chef van de hulpzieken- inrichting te Goes zal optreden dr Ver- spyck Mijnssen. Deze heeren krijgen de beschikking over de noodige doktoren van de trans portcolonnes, alsmede van de noodige helpers en helpsters van de colonnes Hel mond, Eindhoven, Tilburg, Waalwijk, Oisterwijk, Breda, Bergen op Zoom, Mid delburg, Vlissingen, Ter- neuzen en Zaamslag. Het station Goes wordt gedeeltelijk ingericht als uitladingsstation. Vandaar worden de gewonden getransporteerd (ge dragen) naar de hulpziekeninrichting en daar opgenomen. Deze hulpziekeninrichting is gevestigd in het Weeshuis te Goes, dat in werkelijkheid ook als zoodanig dienst zal moeten doen, hetgeen alles minutieus is voorbereid. Voor deze oefening z-ullen echter maar 27 bedden worden opgesla gen. Het voor deze inrichting benoodigde materiaal wordt van Den Haag uit aan gevoerd in werkelijkheid zou dat in 'Goes moeten worden verzameld het materiaal voor 't inrichten van de spoor wagens wordt welwillend beschikbaar ge steld door den inspecteur van den genees kundigen dienst der landmacht. Het ligt in de bedoeling, na afloop der oefening een défilé te houden, waarbij' een plaatselijke muziekvereeniging haar medewerking zal verleenen. Na afloop daarvan worden de transport-colonnis- ten en helpsters vereenigd aan een geza- menlijken maaltijd. Besmettelijke ziekten. In de week van 26 Sept. tot en met 2 Oct. kwamen in onze provincie negen gevallen van besmettelijke ziekten voor, n.l 5 gevallen van roodvonk, waarvan 2 te Breskens en 1 te Goes, Hoofdplaat en Zuidzande. Voorts één paratyphusge- val (typheuze vorm) te Vogelwaarde, één diphtheriegeval te Westdorpe, één geval van Meningitis cerebrospinalis epidemics te Middelburg en tenslotte één geval van de ziekte van Weil te Wissenkerke. Vakopleiding en ont wikkeling werkloozen. De Commissie voor vakopleiding en ontwik keling van werkloozen alhier heeft vorige meer dan ik zeggen kan." „Daarom heeft hij1 je toch zeker niet geholpen, om daarvoor bedankt te wor den", zei Betty terwijl ze zich bukte om in het vuur te poken, opdat haar bran dende wangen niet aan Alison zouden ver raden, wat zich zoo juist tusschen haar en Sir Claude had afgespeeld. En plots lichtte in haar hart de vreemde hoop, dat misschien, misschien er een dag zou kunnen komen, waarop Alison in staat zon zijn haar dankbaarheid aan haar weldoener te toonen. Alleen de gedachte daaraan vervulde haaf hart al met blijd schap en vroolijk zei ze: „Als je straks eens in Sunnymead komt en Claude Tre vellyn met eigen oogen kan zien, hoe ge lukkig hij je gemaakt heeft, zal hij zich, dunkt me, ruimschoots beloond voelen." Er kwam een teere glans in de diepte van Alison's blauwe oogen, maar ze ant woordde niets en Betty ging zacht ver der: „Ik begrijp je verlangen heel goed, hoor, want ik ben ook zooveel dank aan een ander schuldig voor vaders herstel. Tante Maggie 'heeft haar geheim goed bewaard, maar het doet me toch erg goed te weten, dat zij nog getuige mocht zijn van de groote vreugde, die zij ons be reidde. „Had ze ook maar gezien en geweten de blijdschap, die leefde in onze harten, toen Alwyn ons het heerlijke nieuws bracht, dat zij van zijn schouders had genomen de drukkende geldelijke zorgen, die zijn leven zoo moeilijk maakten", merkte Alison zacht op. Peinzend staarde Betty in de spelende vlammen. „Misschien weet ze het nu toch ook wel. Ze zei zoo dikwijls, dat de hemel niet ver is en nu zij er is, voel ik dat ook meer dan ooit. We mogen niet treu- ïen, omdat zij zoo naar Huis verlangde, maar we missen haar meer dan we kun nen zeggen." Even bleef het stil dan zei Alison dankbaar: „Wat was het toch lief van haar om Alwyn zóó te helpen. Al onze financieels zorgen waren plotseling weg, want hij heeft niet alleen al zijn studie kosten terugbetaald, maar bovendien voor moeder nog zoo'n kapitaaltje vast gezet, dat ze verder zonder zorg zal kun nen leven. D'ie goeie jongen wou mij ook nog een toelage geven, maar dat wilde ik niet. Ik begin nu juist door mijn eigen verdiensten mijn zelfstandigheid en on afhankelijkheid te veroveren en dat laat ik me nu niet weer ontglippen. Ik vind het ook zoo prettig, Betty, dat tante Maggie op zoo'n practische ma nier jou heeft beloond voor al je goede zorgen, aan haar besteed. Ik weet wel, dat je 'het daarom niet gedaan hebt en nooit zelfs een woord van dank hebt be geerd, maar ik ken je ook goed genoeg om te weten, dat je wel graag een klein sommetje bezit, waarover je vrij kunt beschikken en dat je dat het liefst wilt besteden om anderen te helpen. Het zou me niets verwonderen, als niet reeds alle zieken en armen uit Sunnymead deelden in het legaat, dat tante Margaret je na liet." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1937 | | pagina 5