DE ZEEUW victoria Ü3 opheffing m iet Departement van Landbouw. Christelijk Landbouw-onderwijs SPIERPIJNEN in zijn arm genezen KLOOSTERBALSEM BETTY'S LIEFDE. TWEEDE BLAD Voor den Zondag Een stugge, droge huid Kuyper-tentoonstelling. Ik koop alleen maar goede waar, want slechte waar, die vind ik naar. Ik koop slechts goede. Kijkt U maar: X* F EÏÏTL LET ÖN Zal hierdoor nlei aan de belangen van don «.ancSbouw worden tekort gedaan? DANK ZIJ KLOOSTERBALSEM 'n Pijn dm razend te worden b|j 't bewegen van den arm AKKEP'S „Geen goud zoo goed" Land- en Tuinbouw Wat er deze week voorviel De witste tanden, VAN ZATERDAG 17 JULI 1937, Nr 242. VERWOESTEN EN PLANTEN. Om uit te ruklcen en neer te wer pen en te verdelgen en te verwoes ten, om te bouwen en te planten. Jer. 110. De profeet Jeremia was door den Heere tot een zware taak geroepen. Hij werd niet alleen voor Juda, maar ook voor andere volken gesteld tot een boetgezant, een oordeelsprofeet. Aan Juda en Jerusalem moet hij als straf op de zonde, het miskennen van Gods geboden en het verlaten van de wogen des Hoeren, den algeheelen onder gang aankondigen. Het volk des Heeren wilde, ondanks al de zegeningen, waarmede het als over laden was, niet naar Gods stemme hoo- ren; het verliet Hem en Zijn geboon, 'thad zich and're goón, naar zijn lust verkoren. En nu werd Jeremia geroepen om het oordeel aan te zeggen. Hij werd gesteld om uit te rukken en neer te werpen en te verdelgen en te verwoesten. Een alles vernietigende straf zou wor den voltrokken aan hen, die het Woord des Heeren verwierpen. Als onnutte planten, als onkruid zou den ze uit den grond worden uitgerukt, en als volkomen onbruikbaar weggewor pen. En dat niet alleen. Zooals het on kruid, om te voorkomen, dat het opnieuw wortel zal schieten, wordt verdelgd en verwoest, zoo zou ook het afvallige volk van voor het aangezicht des Heeren wor den weggedaan. Maar,... bij de oordeelsaankondiging is er ook de Evangelieprediking. De straf is niet onvoorwaardelijk. Jeremia was ook gesteld, om, indien er zou zijn bekeering des harten, te bou wen en te planten. En zoo is het nog. Die den Heere versmaden zullen licht geacht worden. Een onbarmhartig oor deel zal gaan over hen, die de stem des Heeren niet gehoorzaam zijn. Maar wie zijn zonde belijdt en laat, zal barmhartigheid geschieden. Wie met belijdenis van zonde en de bede om verlossing tot den Heiland komt, wordt niet afgewezen. Wie zich bekeert tot den Heere met een oprecht hart en gelooft in Jezus Christus, die heeft het eeuwige leven. Is Christelijk landbouw-onderwijs noo- dig? Velen, ook onder hen, die van Christe lijk onderwijs op de gewone lagere scho len verklaarde voorstanders zijn, geven op deze vraag een ontkennend antwoord. Indien ergens, dan kan men hier met het z.g. algemeen onderwijs, desnoods voorzien van een Christelijk sausje, naar men meent, volstaan. Wij gaan op deze kwestie hier niet verder in, maar geven alleen het woord aan Dr J. P. Kruyt, een sociaal-demo- 5 craat. d>e in een vraaggesprek o\er de jeugd en de kerk, o.m wees op den in- vloed van de natuurphilosofische be schouwingen van de huidige wetenschap. „Bik oogenblik, zoo zeMe hij, komen do jonge menschep m »»u*«>.fctng met, verklaringen vsn natuurverschijnselen, die hua doen twijfelen a&a het Gods bestaan; het is, zooals een jonge ortho doxe boer het eens tegen een Gronlngsch predikant zeide: In de landbouw school wordt feitelijk alle ge dachte aan God gedood. Niet op zettelijk bestrijden zij daar den gods dienst, maar altijd wordt ons daar ge wezen op wat wij kunnen doen met dien grond en met die kunstmest en voor die gewassen. Dat wordt er in gestampt en dan denk je gewoonlijk niet dieper na. Wie dat wel doet omdat hij godsdienstig is opgevoed, denkt nog wel eens: wie heeft die krachten dan in den grond en in de meststoffen gelegd om die gewas sen zoo best te doen gedijen? Maar och, die dingen komen zoo dagelijks niet bij ons op." Dr Kruyt is van oordeel, dat het zeer de vraag Is of het Christelijk onderwijs en de catechisatie hier als tegenwicht kunnen dienen. Wil de kerk den vat op do jeugd terug krijgen, dan zal zij z.i. deze kwesties wetenschappelijk moeten onderzoeken. Dat zou dus pleiten voor hooger onder wijs op positief Christelijken grondslag. Maar tevens is hier, zij het onbedoeld, het pleit gevoerd voor de noodzakelijk heid van Christelijk landbouw-onderwijs. Purol maakt soepel en zacht. Omstreeks eind October en begin No vember a.s. zal te Amsterdam in het Rijksmuseum een tentoonstelling worden gehouden naar aanleiding van de hon- derjarige herdenking van den geboorte dag van Dr A. Kuyper. Deze tentoonstelling zal niet alleen om vatten de geschriften van Dr Kuyper zelf, doch, voor zoover mogelijk, ook hetgeen tegen en naar aanleiding van zijn ge schriften is gepubliceerd. Van de ge schriften zal een nieuwe catalogus wor den samengesteld. Voorts zullen worden bijeengebracht portretten, brieven en andere documenten, voor zoover deze geacht kunnen worden in een meer breeden kring belangstelling te hebben. D'aarnevens zullen uiteraard de belangrijkste memorabilia betreffende het leven en den arbeid van dezen a.-r staatsman ter bezichtiging worden ge steld. De leiding van de organisatie van deze tentoonstelling is in handen van een commissie, gekozen door het Comité voor de Kuyperherdenking-1937, van welke commissie Prof. Mr V. H. Rutgers voor zitter is, en waarvan leden zijn Mej. M. Parmentier, voorzitster van den Bond van Meisjesvereenigingen op Geref. Grondslag; Prof. Dr A. Goslinga, hoog leeraar aan de Vrije Universiteit te Am sterdam, Mr G. A. Diepenhorst, lid van de Tweede Kamer. Prof. Dr H. H. Kuy per en Mej. J. H. Kuyper hebben zich bereid verklaard de commissie van ad vies te dienen. Voor nadere inlichtingen betreffende deze tentoonstelling gelieve men zich te wenden tot den heer D. Grosheide, Am- steldijk 85, Amsterdam. BISCUIT- EN CHOCOLADEFABRIEK 2.) O- Peinzend keek de predikant in bet gloeiende gezichtje naast hem en zacht zei hij „Ik ben blij, dat je er heengegaan bent, lieve, al miste ik je dan ook zoo noode. Ik geloof, dat mijn Betty nu meer levens ervaring bezit, dan voor haar vertrek." „Dat hoop ik," fluisterde ze, „maar, vader, ik wilde dat u zelf eens kon zien, welk een zegen Alison in dat oude, grijze huis om zich heen verspreidt. Toen ik haar voor "t eerst zoo hulpbehoevend zag liggen, vond ik dat zoo verschrikke lijk, dat ik haar vroeg, of ze op 'dien vreeselijken dag maar niet liever direct had willen sterven, inplaats dat haar lichaam op zoo'n vreemde, raadselachtige manier werd verminkt. Maar, glim lachend antwoordde ze, dat het haar over tuiging was, dat eerst nu haar leven aan zijn doel beantwoordde. En na alles wat ik gezien en ondervonden heb, geloof ik dat nu met haar. Vindt u zulk een hél- dengeloof niet iets wonderlijks, vader?" mmm DORDRECHT „Ja, wonderlijk, maar ook erg mooi, Betty,"' klonk bewogen het antwoord. Zwijgend en in gedachten liepen ze verder langs het slingerende, heuvelach tige pad, toen plotseling 'bij een wending, een schitterend panorama zich voor hun oogen ontrolde. „Kijk eens, is dat niet prachtig?" riep de predikant in bewonderende extase uit. „Zoo iets moois zul je toch in Balgrowie niet vinden, wel?" „Nee, waarschijnlijk niet, maar toch is het in Balgrowie ook prachtig. Ik kwam ginds altijd weer onder de bekoring van de grootsohe en woeste natuur en de wandelingen, die ik door het bergland schap gemaakt heb, waren altijd even heerlijk." „Het lijkt me anders wel wat saai, alleen zulke tochten te maken en was dat voor jou, die daar toch niet bekend was, ook niet een beetje gevaarlijk? Zoo'n dwaas, waaghalzerig meisje had heel ge makkelijk kunnen verdwalen, dunkt me." Betty lachte vroolijk en een zacht rood overbloste haar wangen. „Ik was nooit alleen," zei ze eenvou dig. „U weet toch, dat de beide jongens ook net thuis waren en ze hebben zich dikwijls over mijn onvermoeidheid en uit- Ben jüöJcA'oi'Ior van de „Nederlan- der"s preekt zijn teleurstelling uit over de opheffing van het departement van Landbouw en Visscherij. „Deze teleurstelling is te grooter, om dat men moeilijk had kunnen verwach ten, dat dezelfde Kabinetsformateur, die in 1935 tot de stichting van een afzon derlijk Lanidbouwministerie meewerkte, reeds twee 'jaren later, die daad weer ongedaan zou maken. „Landbouw" is opnieuw aan 't zwal ken gegaan, en teruggekeerd tot een si tuatie, die wel eens sarcastisch met die van den wandelenden Jood is vergeleken. Het heeft den schijn, alsof verschillen de Kabinetten eigenlijk geen raad wisten met de behartiging van de landbouwbe langen, en deze beurtelings' bij onder scheidene departementen „uitbesteed" hebben." Na dan de omzwervingen van den Landbouw getee'kend te hebben, zegt hij dat het niet te verwonderen is, dat de beslissing die bij de jongste Kabinets formatie genomen ls, moeilijk verstaan wordt door onze landbouwers. „Vergeten moet niet worden, dat ook de waardeering, die vooral de minister heeft voor de beteëkenis die handel en nijverheid eenerzijds, en de landbouw anderzijds hebben voor onze volkswel vaart, hier grooten invloed uitoefent, ook bij de meest zorgvuldig genomen beslis singen. Juist hieromtrent treden groote ver schillen aan den dag. Niet 'het minst hierdoor kan een be treurenswaardig gemis aan waardeering en samenwerking tusschen twee depar tementen, evengoed gevonden worden bij de hoofden der onderscheidene diensten MAMMAM „De pijn begon in mijn bovenarm en zette zich zoo voort tot in mijn nek, soms zóó hevig, dat het huilen m(j nader stond dan het lachen. Gewone spierpijn, zeide men mij, maar ik kon niets vinden om die gewone pijn te genezen. Ten einde raad ben ik met Kloosterbalsem begonnen. De uitwer king is enorm geweest. Na de eerste behandeling verminderde de pijn al en na voortgezet gebruik zfln al mijn pijnen verdwenen, dank zij Klooster balsem, den grooten pjjndooder." E, v. C. te A. ORIGINEEL TER INZAGE Onovertroffen by brand-en sny wonden Ook ongeëvenaard als wrijfmiddel by Rheumatiek, spit en pyniyke spieren Schroefdoos 35 ct. Potteni 62'/j ct. en f 1.04 op één departement. Een nadeel van 'be- teekenis is echter, dat de landbouw bij de huidige regeling in den Kabinetsraad geen deskundig minister meer 'heeft als pleitbezorger. Dit kan een ernstige leemte zijn, zoo wel bij de behartiging van de exportbe langen, als bij de groote en belangrijke beslissingen vein meer internen aard, die in de komende periode zeer zeker geno men moeten worden. De redactie van de „N e d o r 1 a n d e r" ls het met deze beschouwing niet eens. „Het is in dezen tijd, nu de overheid genoodzaakt wordt zich in veel sterker mate dan vroeger met het economische leven te bemoeien, meer dan ooit nood zakelijk, het 'economische loven als een eenheid te zien, Dit behoort het uitgangs punt te zijn van elke economische poli tiek, 'die rekening wil .houden met de eiscihen van dezen tijd. Die eenheid be hoort ook tot uitdrukking te komen in het beheer van de zaken, het economische leven betreffende. Daarom juichen wij het van harte toe, 'dat het departement van Economische Zaken weer is hersteld en wij spre'ken de hoop uit, dat men het bij volgende kabinetswisselingen nu voor- loopig eens ongemoeid zal laten. Naar onze meening behoeft daardoor aan de belangen van den landbouw niet te kort te worden gedaan. Het is zeker niet minder in het belang van den land bouw dan van eenigen anderen tak van het bedrijfsleven, dat de eisch wordt ge steld het geheele economische leven als een eenheid te behandelen. Er wordt wel eens geklaagd over achterstelling van den landbouw. Welnu als men een gelijke be handeling van den" landbouw en van de overige takken van volksbestaan wil be vorderen, moet men beginnen waarbor gen te scheppen, dat die verschillende be langen niet 'Onafhankelijk van elkaar kunnen worden behartigd. En naar onze meening is het departement van Econo mische Zaken daarvoor de beste waar borg. Wij kunnen ons begrijpen, dat men wel graag een landbouwman aan het hoofd 'van dit departement zou hebben gezien. Maar wie zegt, dat dit in de toekomst nooit eens zal gebeuren? Boven dien kan men, wanneer straks de Grond wetsherziening 'haar beslag zal hebben gekregen en het instituut van de staats secretarissen ingevoerd mocht worden, aan de bezwaren, die door onzen land- bouwmedewerker werden vertolkt, 'tege moet komen door het benoemen van een staatssecretaris voor den landbouw. Wij zouden daaraan verre de voorkeur ge ven boven een splitsing van het departe ment van Economische Za'ken. Wij verwachten trouwens, dat de minister van Economische Zaken het, juist omdat hij niet uit de kringen van den landbouw voortkomt, als zijn eerste zorg zal beschouwen te laten blijken, dat hij den landbouw niet wenscht te veron achtzamen. Wij zijn er dan ook van over tuigd, dat het herstel van het departe ment van Economische Zaken den land bouw erg zal meevallen en vertrouwen, dat de teleurstelling, waaraan onze land- bouwmedewerker uiting gegeven 'heeft, ongegrond is geweest." DUITSCHLAND KOOPT PAARDEN IN ONS LAND. Déze week is wederom door de aan- koopcommissie van de Duitsohe regee ring de aankoop begonnen van een groot aantal 4-, 5- en 6-jarige paarden van het type trekpaard. Gevraagd wordt een ge zond, massief paard, middelzwaar, met een stokmaat van 1.561.64 m. In het bijzonder wordt door de oommissie gelet op de voeten met goed beslag, op zuiver beenwerk en vierkante gangen. Voorts worden eerlijke en vertrouwde paarden verlangd, die op de landbouwbedrijven bij onze oostelijke naburen gebruikt kunnen worden. Voor het derde kwartaal 1937 Werd de aankoop sterk opgevoerd, thans is het quantum, dat hier te lande in dat houdingsvermogen verwonderd. Ze zei den, dat ik hen terug deed denken aan de heerlijke dagen, toen Alison hen altijd op al hun tochten vergezelde. Maar al kan ze dat nu niet meer doen, ze is toch evengoed nog hun trouwe kameraad als vroeger. Ze hangen erg aan haar en met al hun kwesties en moeilijkheden komen ze bij haar om raad. Het kan we wel eens spijten, dat ik ook geen broers heb." Haar laatste woorden deden even een donkere schaduw glijden over het 'ge zicht van haar vader en Betty verweet zich direct haar onbedachtzaamheid. Vaag vermoedde ze iets van 'het vurig verlangen naar een zoon, dat leefde in haars vad'er's hart. Tweemaal was hij ge huwd geweest, maar deze hartewensch was onvervuld gebleven. Bij het sluiten van zijn eerste 'huwe lijk had het verstand de hoofdrol ge speeld met dit droevige gevolg, dat zijn huwelijksleven jammerlijk strandde. Na zeven donkere jaren van onbevrediging en vruchteloos pogen, stierf zijn vrouw, hem één dochter, Pamela, achterlatende. Het was hem geweest of haar sterven een kwellenden band losmaakte, die hem al tijd meer of minder gedrukt had. Maar zijn tweede huwelijk, dat hij eenige jaren tijdvak door bemiddeling van de oommis sie voor den uitvoer van koudbloed- paarden naar Duitsohland en onder di recte leiding van den heer Bom, secreta ris van de ver. „Het Ned. Trekp. Stam boek" wordt aangekocht 600. De vorige kwartalen bedroeg het aantal slechts 250. De afname is Dinsdag te Gorinohem begonnen. D'aar heeft de Commissie 50 paarden kunnen koopen, maar bepaalde zich tot den aankoop van 39 stuks. Woensdag waren in ELst (Betuwe) 79 stuks gepresenteerd. Ook hier kwam de commissie niet aan het tevoren gerekende kwantum van 60 stuks; er werden 'hier 50 paarden verhandeld. De prijzen worden tamelijk goed ge oordeeld, gemiddeld lag de aankoopprijs in Eist iets boven f 500 per stuk. later sloot, was een samensmeding van twee verwante zielen, geheiligd door de teerste liefde. En toen hij zijn lieve, jonge bruid in de oude pastorie had mogen binnenleiden, had hij bijna gehuiverd van overweldigende 'vreugde. Het leven bracht hem twee korte, gouden jaren van het zuiverste geluk en daarna was er alleen maar een heel klein meisje m'eer, om zijn moede hart te troosten. Een durende her innering aan zijn gouden levensgeluk was hem echter gebleven in Betty's dansende bruine kijkers, in haar lieven lach, 'die als echo naklonk op het wegsterven van een beminde stem. Even raakte de herinnering ook Betty's hart aan en -liefdevol trachtte ze de zorg- rimpels uit haar vader"s voorhoofd te verdrijven door zijn gedachten een an dere richting te geven. Hartelijk vroeg ze: „Zou u mij nu niet eens vertellen, wat er allemaal gebeurd is, gedurende mijn afwezigheid? Ik hen nu al den heelen tijd aan 't woord ge weest." „Ik vind het juist zoo prettig, jou zoo te hooren babbelen," zei haar vader warm. „Ik geloof niet, dat zich hier iets bijzonders heeft afgespeeld, behalve dan misschien, dat de nieuwe landheer uit Terwijl hier te lande onmiskenbaar tee kenen van economische opleving zijn waar te nemen en ooa <mze tuinders, die zuixe buitengewoon moeilijke jaren ach ter den rug hebben, voor de producten van hun nieuwen oogst aanmerkelijk betere prijzen ontvangen dan vorige jaren we hebben ons alleen te beschuldigen van on dankbaarheid voor deze zegeningen lezen we de berichten, dat in China mil joenen door den hongerdood worden be dreigd en dat een deel van Amerika door een groote hitte wordt geteisterd. Terwijl in ons land de eene kerkelijke sociale en maatschappelijke organisatie na de andere baar congres of jaarverga dering houdt, zonder daarbij in eenig op zicht gehinderd te worden, gaat er geen week voorbij of we lezen van tergende maatregelen, waarmede de Duitsohe Christenen door de Overheid worden ge plaagd. En alweer: waar is de dankbaar heid? Inderdaad, we leven nog in rust en vrede. Maar allerwegen 'kookt en gist het. De gevechten tusschen Japanners en Chi- neezen niet ver van Peiping, de oude hoofdstad van China, kunnen zeer ern stige gevolgen hebben. De Chineezen hebben tot dusverre elke „aantasting van het prestige der Japan ners", die zich hunnerzijds de vrijheid voorbehouden zich ongevraagd met de Ohineesohe zaken te bemoeien, moeten boeten met afstand van gebied of autori teit, Het lijkt er veel op, alsof de Ohinee- zen ook dezen keer weer (het gezag over een deel van Noord-China zullen moeten prijsgeven aan de vrijmoedige indringers, die zij nu eenmaal tot buren hebben. Het is thans de vraag, wat Noord-Chi na zelf van plan is, en over welke mili taire krachten Nanking de beschikking heeft om de oogmerken van de Japansohe legerautoriteiten te verijdelen. D'e Japanners doen intussctoen niet an ders dan troepenversterkingen zenden. Zooals gezegd, zal het vooral van de hou ding van China afhangen, of we een ge wapend conflict op groote schaal zullen krijgen. Intusschen zijn ook Amerika en Engeland op hun hoede. Het valt heel sterk op, dat Londen, Parijs en Washington een groote bezorgd heid over de politieke ontwikkeling in het Verre Oosten aan den dag leggen. Er wordt van den Engelschen Minister Eden, die, waar mogelijk, tracht te be middelen, den laatsten tijd veel gevergd. Deze man staat op een zeer verantwoor delijken post. Ook in de netelige Spaansche kwestie heeft Engeland weer gepoogd te bemid delen. Het EngelsChe voorstel is in den vollen zin des woords een compromis geworden. Op de eerste plaats moet de wacht rond Spanje weer in werking worden gesteld, waarbij de vlootoontrole door waarne mers in de Spaansche havens wordt ver vangen. Vervolgens moeten overeenkom sten voor het terug trekken der vrijwilli gers worden getroffen, terwijl internatio nale controleurs op de Spaansche vlieg velden geplaatst zullen worden. En als dan in deze aangelegenheid merkbare vorderingen zijn gemaakt, zullen aan de beide partijen in den Spaanschen burger oorlog de rechten van oorlogvoerenden worden toegekend, echter onder zekere beperkende voorwaarden. D'e Eng. regeering waarschuwt in de in leiding tot haar compromis zeer drin gend: „Tenzij een resoluter geest van in ternationale samenwerking blijkt dan in het verleden getoond is, moet het nieuwe plan mislukken; maar de naties van Europa zullen dan voor een nieuwe en eindeloos gevaarlijker situatie komen te staan". Inderdaad. Het is daarom te hopen, dat de verschillende vertegenwoordigers el kander te Londen zullen vinden. Een klei ne hoop is er al Het Engelsohe voorstel wordt niet zonder nicer van de hand ge wezen. Men heeft reserves, maar wil er althans over praten. indien U poetst met wat goeds, dus met Tube 60 en 40 ct. Doos 20 ct. IVOROL het buitenland gearriveerd is." „Zoo, is hij dan eindelijk gekomen? Hoe ziet hij er uit? Vindt u hem sympa thiek?" vroeg Betty haastig met echte meis j esnieuwsgiei igheid. Glimlachend zei hij kalm: „Vraag dat maar aan Pamela, die kan je volledig over hem inlichten, van de kleur van zijn oogen tot aan de snit van zijn jas toe. Zel den nog zag ik iemand met zoo'n scherpe opmerkingsgave als die van Pamela". „Ik hoop maar, dat ze die opmerkings gave dan niet zal benutten om op 't eer ste gezicht te bemerken, dat mijn hoed vrijwel btdorven is. En mijn kleeren zien er helaas ook niet zoo erg netjes meer uit", verzuchtte Betty. „Heusch, vader, ik kon er niets aan doen, want we zijn op onze uitstapjes dikwijls door re gen en mist overvallen. Eh zoo keurig als Pamela haar garderobe altijd houdt, kan ik het toch niet. Maar toe, laten we op schieten. Pam staat al bij 't hek te wach ten". „Zoo, kom je eindelijk weer thuis'?" klonk Pamela's begroeting, toen zo het hek voor hen opendeed, en even gleed haar blik onderzoekend over Betty heen, vóórdat ze haar met een kus verwel komde. (Wordt vervolgd,) Jii: I

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1937 | | pagina 5