De Antirevolutionaire Gandidaten. Dr H. COLIJN No. 1. van Lijst 3 Sproeten komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig een pot De werking van de Kieswet. Leestafel Sprutol. Bij alle Drogisten. Burgerlijke Stand. Het Vrouwenhoekje Voor de jeugd. De Candidaten van de A.-R. partij in den Kieskring Middelburg zijn 1.Colijn Dr H. 2. Wilde Mr J. A. de 3. Schouten J. 4. Dijk J. J, C. van 5. Duymaer v.Twist L.F. 6. Smeenk C. 7. Terpstra Mr J. 8. Heuvel C. van den 9. Wagenaar W, 10. Amelink H. 11Zaal C. van der 12. Tjalma J, 13. Zijlstra A. 14. Dijken Mr T. A, van 15. Diepenhorst Mr G. A. 16. Meyerink H. J. W. A. 17. Roosjen A. B. 18. Algera Mr 19. Dominicus J. A. 20. Huizenga Dr K, Men vindt deze Candidaten op Lijst 3 van het stembiljet. Het parool voor de A.-R. kiezers en voor allen die den eersten Candidaat willen stemmen luidt: Worden de groote partijen bevoordeeld ten koste van de kleine Het blad 'van de N. S. B. schreef dezer dagen, dat „de op voorstel van den mar xist S. van den Bergh aangenomen wij ziging van de kieswet maa'kt, dat de op kleine partijen uitgebrachte stemmen worden ingepikt door de Staatsgreep partij of de S.D.A.P." En in een pamflet van de S.G.P. werd betoogd, dat de kieswet gewijzigd werd om de kleine partijen aan de groote op te offeren. In verband met deze onjuiste voorstel lingen schreef „Ons Noorden" o.m. het volgende Alleen partijen, die den kiesdeeler niet halen, zijn hun stemmen kwijt. Maar deze stemmen krijgt geen enkele partij, die tel len bij de zetelverdeeling niet mee. Verder is het een leugen, dat hier eenige bevoordeeling plaats heeft van de groote partijen. In 1933 hadden we het stelsel van de grootste overschotten. En wat bleek toen? Dat de Katholieke Staats partij per zetel betaalde ruim 37.000 stem men. De S.D.A.P. per zetel 36.500 stem men. Maar dominee Kersten betaalde per zetel slechts 31.000 stemmen en de Vrijz.- Democraten slechts 29.000 stemmen. Was dat een eerlijke verdeeling? Natuurlijk niet. Daarom hebben we thans het stelsel van de grootste gemiddelden. Dit is vergeleken bij het vroegere stel sel voordeeliger voor de groote partijen, maar niet onbillijk voor de kleine par tijen. Want thans betaalt iedere partij per Kamerzetel ongeveer een gelijk aan tal stemmen. De kleine partijen hebben een bevoor rechting prijs moeten geven en de groote partijen lijden niet meer onder een on billijke verdeeling. Er is dus geen sprake van, dat eenige kleine partij onrechtmatig bevoordeeld, wordt, ten bate van de groote partijen. Kerk en Wereld. Een reeks prac- tisch gerichte boekjes over belang rijke religieuze onderwerpen. Uitgave J. H. Kok, Kampen. Met de uitgave van deze boekjes, die wat het uiterlijk betreft herinneren aan de bekende „Libellen" wordt bedoeld lei ding te geven aan het Christelijk leven, door te handelen over de concrete moei lijkheden, waarin de mensch, ook de Christen-mensch van vandaag zich be vindt. De redactie berust bij Prof. Gros heide, Dr Briilenburg-Wurth en Ds Over- duin. Van deze serie is het eerste vijftal ver schenen. Zij handelen- overHoe ver wachten wij Jezus' komst, door Prof. Grosheide; Ónze wandel, door Dr Brill en- burg-Wurth; Christelijk sterven, door Ds K. Fernhout Mz.; Liefde en trouw, door Ds Th. Delleman; Discipelschap in het gezin, door Ds P. Ch. van der Vliet. In alle opzichten aanbevelenswaardige boekjes. De vraag dringt zich op, of we zoo langzamerhand van het goede niet teveel krijgen en of door de groote hoeveelheid leesstof het werkelijk lezen, niet wordt belemmerd. Maar het gaat er mee als met de vele contributies. Als men wil gaan beperken, dan blijkt dat er zonder ernstig bezwaar niet zooveel geschrapt kan worden. En zoo kunnen we ook deze serie nog wel hartelijk verwelkomen. Gij vrouwen van straks. Uitgave J. H. Kok, Kampen. Dit boek is in de eerste plaats be stemd voor de meisjes, de vrouwen van straks, gehuwde en ongehuwde. In de eerste plaats. Maar ook de vrouwen van nu zullen het met genot en stich ting en te harer leering lezen. Een groot aantal personen, die met de jeugdbeweging niet onbekend zijn, heb ben hier samengewerkt, met het resul taat, dat een mooi geheel werd verkregen. Wij; kunnen niet alle onderwerpen van zeer uiteenloopenden aard, hier behan deld, noemen. Dr Straatsma geeft met zijn voortreffelijke bijdrage De Ander, een kostelijke inzet. Dan volgt een hoofdstuk van 'P'rof. Dr K. Dijk over: De Bijbel en de jonge vrouw. Echt Prof. Dijk. Verder wordt o.m. gehandeld over: Het ouder lijk huis; De liefde van het meisje; Vriendschap in het meisjesleven; Ver- eenigingsleven; Is er werk voor ons; Onze lectuur; Hoe kleeden wij ons; Handwerken; Uitgaan enz. Een rijke verscheidenheid onderwerpen van principieleen en practischen aard. De redactie berustte bij; de dames Van Alkemade-Kwakkelstein, Ruys-Barger en Sevensma-Themmen. Medewerkers(sters) zijn, behalve de reeds genoemden: wijlen Prof. van Veldhuizen, die schreef over De natuur in, Ir Waardenburg-Lindeyer; Prof. D'r Waterink; Gera Kraanenburg- Van den Burg; W. J. Streekstra-Klaar hamer; Dra BakkerAnnie de Moor- Ringnalda; Dr Honig; J. M. 'Wester- brink-Wirtz; Victorine Hartogh-Snoek; Willy van der Tak; C. Stelma-Loosjes; Mary Barger. Wie aan een meisje nu eens een echt degelijk geschenk van groote opvoed kundige waarde wil geven, bestelle dit boek. Maar dan, met het oog op toege zegde reductie nog in den loop van deze maand. Van 13—20 Mei. VLISSINGEN. Ondertrouwd: K. Adri aans®, 28 j. en J. van de Voorde, 26 j.; A. E. M. Geschiere, 27 j. en M. H. Lake, 23 j. Getrouwd: P. Theune 22 j. en G. Ma rijs, 20 j.; M. Schuit, 25 j. en M. Bliek, 24 j.; G. de Wit, 38 j. en L. Francke, 17 j.; J. J. Lok, 29 j. en P. H. C. Cor nells, 22 j. Bevallen: E. J. Leijdekkers geb Keer- semaker, d.; A. P. H. Zurhaar geb. van Burg'h, z.; A. de Wolff geb. Geertse, d.; J. S. J. Bimmel geb. de Waard, d.; M. van Belzen geb Vogel, z.; P. Meulenberg geb. Sio, z. Overleden: E. J. M. Weijens, 79 j., man van O. Meijer; C. C. Blaas, 64 j., vrouw van P. Kole; A. J. van Olm, 75 j., man van A. H. Leibbrand; P. de Nooijer, 69 j., vrouw van B. Ventevogel; M. S. D'raeck 75 j., ongeh. (V. G.) KOUDEKERKE. Ondertrouwd: H. Kramer, 30 j. en J. W. Steeman, 30 j.; G. Wielemaker, 29 j. en J. Poppe, 27 j. Getrouwd: J. G. Stroo', 25 j. en P. M. Roose, 26 j.; J. J. Sturm, 31 j. en B. Cijvat, 23 j. Bevallen: N. Reijnierse geb. Besuijen, d.; A. Polderman geb. Stroo, d.; P. Jo- ziasse geb. Koole, d.; K. S. Kasse geb. den Baars, d. Overleden: T. Tange, 77 j., echtgenoote van A. Looise; J. de Rijcke, 73 j., man van A. Baart; T. Aarnoutse, 90 j., wed. van P. Meijers; A. Schout, 86 j., wednr van G. Huisman. (V. G.) Een kleine advertentie in de rubriek „Vraag en Aanbod" kost slechts 75 cent bij vooruitbetaling. Arme Hollandsche huisvrouw.... In „Der Deutsche Haushalt" komt een artikel voor over het Nederlandsche ge zin in het algemeen en de taak van de Nederlandsche huisvrouw in het bijzon der, Wij ontleenen daaraan het volgende: „Werkzaam te zijn in een Hcilandsch huishouden of daarvan de leiding te heb ben, staat gelijk met het vervullen van een levenstaak. Hier is de huisvrouw werkpaard en schoonmaakster in de let terlijke beteekenis der woorden, maar zij is tevens een kunstenares, speciaal wat bet koken betreft. Koken, braden en bakken, polijsten, poetsen en wassdben, dat zijn de bezig heden, waaraan zij zich van den vroegen ochtend af wijdt. Wij beginnen met 't ontbijt. Men drinkt evenals im EngeLand, in Holland véél thee, ook des ochtends reeds. De vrouw de's huizes of baar hulp serveeren daar bij boter, j'arn, hagelslag en ten slotte nog eieren en kaas. Na dit omvangrijke ontbijt zijn nauwe lijks twee uur verloopen of men heeft al weer een geweldigen honger. Dus drinkt men, zoo tegen elf uur, een groote kop lekkere koffie (wéér met veel room en suiker) en eet daarbij een paar stukken koek, waarna men zich zoo zoet jes 'aan voorbereidt voor de lunch, die te ongeveer één uur plaats heeft. Bij dit kleine middagmaal drinkt men opnieuw thee of koffie. Op tafel staat brood, worst, eieren en kaas. Bovendien warme kliekjes van den vorigen dag, die vaak zóó zijn toebereid, dat men inder daad van een delicatesse kan spreken. Deze lunch is, als gezegd, slechts be doeld! als een kleine tusschenmaaltijd. Om drie uur wordt alweer thee gedronken; men eet daarbij gebak. De hoofdmaaltijd heeft om rijf uur plaats, voor 'n Hollander steeds opnieuw een verheugenis omdat hij nu eindelijk gelegenheid krijgt terdege de maag te vullen. Men begint met een voorgerecht, volgt een goede soep, dan vleesch en Hoilamd- Scihe groenten. Bij den uitgebreiden hoofdmaaltijd wordt natuurlijk ook visch geserveerd. Het diner wordt besloten met een nage recht, vaak wéér met room en suiker. Op den hoofdmaaltijd volgt dan nog een uitstékend „Abendhrot1' met allerlei gebak, noten, rozijnen en wat er verder nog aan snoeperijen ter tiafel wordt ge bracht. En aangezien men anders pas den volgenden morgen iets te eten zou krijgen, drinkt men, voor het naar bed gaan, nog een kopje t'hee en eet daarbij biscuits of chocolade. „Mij dunkt", aldus de auteur, „dat de lezeressen nu wel zullen 'begrijpen, waar om de Ho'llaaidsche huisvrouw een werk paard is. Zeven tot acht maaltijden per dag 'klaarmaken, waaraan, stuk voor stuk veel voorbereidingen zijn verbonden, is tenslotte geen 'kleinigheid. Maar daarmee zijn de huishoudelijke plichten nog bij lange na niet vervuld. Behalve de ontel bare koeken en taarten 'die de vrouw des huizes moet bakken, valt er nog een mas sa ander werk te verrichten. Enkele recepten. Rijst met citroenvla. Vier kopjes goedgewasschen rijist wordt opge zet met tweemaal zooveel water, 1 ons rozijnen en een citroenschilletje. Als de rijst goed kookt op een zacht vuurtje ver der gaar laten koken en binden met twee eetlepels aangemengde maizena. Als de saus van bet vuur is, 2 eetl. suiker en het sap van 1 citroen er door roeren, plus een geklopte ©ierdooier. Een opge klopt eiwit door de gare rijst roeren. Duitsche biefstukjes. 1 pond mager vleesch, 10 gr. zout, lVs le pel melk, 1 ons boter. Het vleesch zoo fijn mogelijk hakken of malen, vermengen met zout, iets peper en melk. Er ronde vleeschkoekjes van maken, van 125 of 100 gr. p. stuk, er met een mes ruitjes op vormen; de boter goed warm laten worden in de biefstuk- pan, de biefstukjes er voorzichtig in leg gen en aan weerskanten (1 keer keerenl) mooi bruin laten bakken. Ze op een ver warmden schotel plaatsen, de jus binden door er heel langzaam, op het vuur, wat melk door te roeren. Men kan elk biefstukje met wat gesnip perde gebakken ui garneeren. Uien met aardappelenen varkenscarbonades. Ben 00- digd: 1 kg uien, lVs kg aardappelen, 8 ons carbonaden, zout, peper, azijn, 30 gram reuzel. Bereiding: de uien schillen, wasscben, in stukken snijden, gaar koken in V* L. water. De aardappelen schillen, wasschen en in stukken snijden, na een uur koken van de uien de aardappelen toevoegen en een uur laten meekoken, zout en peper er bijl doen en op het laatst Y> d.L. azijn. Azijn maakt de schillen der uien hard. De carbonaden bakken in de reuzel op de gewone wijze. De jus gedeeltelijk toevoe gen aan den stamppot. Voedzamer is deze stamppot met de helft der aardappelen en 150 gram rijst meegekookt, waartoe men de uien opzet met 1 liter kokend wa ter inplaats van liter. De gehate motten. Men ontdekt zoo vaak motten ondanks het strooien van naphthaline, peper, ta bak of ondanks het spuiten met daarvoor bestemde vloeistoffen. Waarschijnlijk wa ren in dergelijke gevallen de eitjes reeds aanwezig "voordat maatregelen werden genomen; ook kan het zijn dat het kwaad diep in de naden of plooien zat ofwel dat de sterke geur was verminderd. Menigeen vindt baat bij het nu en dan sprenkelen met carbol of terpentijn, door het inspuiten der naden met petroleum, door inpakken in versche kranten, waar aan nog sterk de lucht van drukinkt hangt. Sommigen zetten in de kamer eenige dagen schalen met een Bterke car- bol-oplossing neer bij gesloten ramen en deuren, na welk tijdsverloop alls flink werd geklopt en geschuierd en hebben biermede een groot succes behaald. An deren weer hebben de gewoonte om klee den, tapijten en gordijnen af te schuie ren met een in water gedoopten borstel om daarna al wat ervoor in aanmerking komt, met beete bouten te strijken. Beste Neefjes en Niohtjesl Nu we na 'de Pinkstervacantie weer het eerste prijsraadsel 'hebben, kunnen we ze alle vier, voordat jullie zomervaeantie krijgen, nog afwerken. Hebben jullie aillemaal prettige Pink sterdagen gehad? Jammer, dat het weer niet wat mee werkte, maar met die mogelijkheid 'heb ben we in ons landje nu eenmaal altijd rekening te houden. Het is anders wel de moeite waard nu eens een tochtje door Zeeland te maken. De Meidoorn begint overal weer te Moeien en dan zijn er nog de gouden bo terbloemen langs dijken en weiden. Voor ons komt dat ieder jaar terug en we vinden het haast al gewoon, maar ik hoorde eens van een meisje uit een groo te stad, dat, toen ze ergens buiten logeer de voor het eerst een wei met boter bloemen zag. Wat een weelde was dat; het leek voor haar een sprookjesland, ze hoefde niet netjes op den weg te blijven, maar ze mocht dwars door de bloemen heen loo- pen en er van plukken zooveel ze maar wilde. En ze pinkte ze, handen en handen vol. Hier volgen de prijsraadsels. 1. Voor de grooteren. Het geheel bestaat uit 64 letters. 9. 20. 30. 39. 53. 10. 49. 64. zijn vogels. Een 1. 20 63. 48. is een lichaamsdeel. Een 6. 18. 42. is een sluw dier. In een fabriek is het soms een 34. 56. 44. 36. 61. 5. 32. 33. 56. 52. 27. 48. 29. lawaai. 17. 53. 10. is het tegenovergestelde van zacht. 39. 50. 19. 26. 47. 28. 37. 14. is zonde Een ezel heeft soms rare 23. 19. 35. 4. 31. 12. 25. 42'. is een jongensnaam. 59. 40. 18. 60. 21. 38. 44. 63. 64. is een spraakgebrek. 's Zaterdags moeten de kinderen in het 15. 7. 32. Een 43. 55. 45. 8. 60. is een plaat. 43. 24. 11, 46. 2. 57. is een ander woord voor pronken. In de 1. 41. 3. 54. 20. 16. zijn veel boomgaarden. D'e hertog van 62. 13. 51. 58. is een broer van den koning van Engeland. Ingezonden door „Fietsertje". 2. Voor de kleineren. Het geheel bestaat uit 26 letters. Het is nu 15. 6. 26. 12. 18. Veel boomen staan in b. 15. 20. 25. 2. De landman 8. 14. 10. 17. 19. het zaad. In het voorjaar moet men de boomen 23. 4. 211. 18. 5. 3. 16. Eén 23. 7. 20. 3. 15. is een meubel dat we niet graag missen want zijn we moe dan gaan we erop 13. 11. 24. 19. 6. 16. De 1. 9. 26. 22. is een deel van het go- zicht Allen hartelijk gegroet van TANTE DlOLLIE. DE KLEINE KAPITEIN. VI. Toen ineens zachte voeten over het gras, een plons, het water spatte hoog op en was meteen een en al beweging, een flink eind van den kant af, kwam Jan's hoofd te voorschijn. ,,'t Is fijn hoor, wuifde hij, komen jul lie maar gauw." Wout zat dicht bij den kant, waar het water het minst ondiep was, hoewel je er met gemak nog rechtop in kon staan. Toen hij zijn blouse uittrok had hij ineens de drie pakjes weer bemerkt; als ze nu maar niets zagen, hij moffelde ze gauw achter zijn rug, stapelde toen zijn kleeren er op. Even keek hij naar Jan, die al zoo fijn rondzwom; als hij er nu maar alleen in kon komen, maar... het moestl Weer een plons, Frans was er ook al in. Pim wachtte nog in het gras, alleen gekleed in zijn blauw broekje. Zonder dat Wout het wist hadden ze afgesproken dat hij bij; hem zou Mijven om hem te helpen als het noodig was. „Daar gaat ie hoor," riep Wout, vlak na de plons van Frans. „Wacht even!" Jan was alweer tegen den kant opgekrabbeld. ,,'kZal je nog eens voordoen; zoo naast Wout zat hij; op het randje, „han den gesloten voor je uit, je voeten, O' nee, nou je voet tegen den wal en dan zet je maar af; meteen doorzwemmen als je er in bent." Even keek Wout nog over het zonnige water; daar ging ie nou, zonder dat de jongens hem hielpen, z'n voet tegen den kant, precies zooals Jan het had voorge daan; nou daar voelde hij kracht genoeg in om af te zetten; daar schoot hij voor uit, het ging! „Hoera," brulden de jongens, en Pim sprong meteen achter hem aan. Wout zwom keurig door, zooals de jongens hel hem geleerd hadden. Heerlijk ging het, en al kon hij nog geen gekke kunsten uithalen zooals de andereu, hij kon toch zwemmen. Nu niet te ver, overlegde bij' en dan weer naar den kant terug, dan hoefde niemand hem te helpen, want ergens zoo maar gaan staan kon hij niet alleen zon der stok. „Vooruit jo; toe maar; één, twee," com mandeerde Jan, en Wout zwom maar door; nog een eindje verder, het ging zoo fijn! „Wanneer zal ik het nu aan mijn va der vertellen," vroeg Wout, toen ze wat later alle vier op den rand zaten uit te Mazen. „Ja, wanneer?" Ze hadden afgespro ken dat Wout het zou vertellen zoodra hij het kon; nou dan kon hij het nu toch ze ker wel doen. „Vanmiddag, als je thuis komt," be sliste Pim. „Jammer, dat je vader het niet meteen zien kan; als hij; het nu maar gelooft." „Wat dacht je?" stoof Wout op. „Nou, houd je maar kalm, maar het zou toch wel leuk zijn als je vader het zelf zag." Ja, daar had Pim gelijk in, moest Wout toegeven. „Ik weet wat!" Frans stond in het wa ter, voor de anderen. „Vanmiddag, als we terugkomen, blijven jullie met de boot in ■de sloot; ik haal je vader en als hij' vlak bijl is spring je in het water!" „Als hij hem dan van schrik maar niet achterna springt!" Jan schaterde het in eens uit, „stel je voor, en zijn andere pak ken waren al ingepakt, dan.konden jullie morgen niet eens weg." „Nou ja, maar hij ziet toch wel dat Wout in zijn badpak is." Frans gaf zijn plannetje zoomaar niet op en afgespro ken werd, dat hiji dan ook in het water zou gaan; het was er diep en Wout was nog nooit in diep water geweest. „Hoe denken jullie er over, ik heb al flink honger." Pim had zich achterover laten vallen en trok zoo de kist naar zich toe. „Nou, wij ook!" klonk het als uit één mond. Ze schoven allemaal een beetje dichter bij; wat zou er wel uit komen? Langzaam tilde Pim het deksel op, drie paar nieuwsgierige oogen volgden zijn bewegingen; boven op lag een witte doek. Pim voelde eens, nog lekker warm, constateerde hij. Lekker warm? Wout begreep er niets van, maar de anderen wel, want die waren al ingelicht. Jo. schrok Jan ineens, de limonade, die is natuurlijk ook lekker warm. Ooo, wat suf! Pim haalde al de flesch te voorschijn, voel eens, nou, of die lek ker warm was. En zijn moeder had nog wel zoo ge zegd, denk er om, dat jullie de flesch er dadelijk uithalen, maar natuurlijk had den ze het toch vergeten. Geef maar hier! Frans zat vlak bij den kant en had de flesch uit Pim's hand* genomen, meteen duwde hij hem in het water, tot vlak bij de stop ,zoo zal 'twel afkoelen. Als je 'm er in laat vallen! waar schuwde Pim dreigend, toch wel een beetje angstig ook, stel je voor, dan wa ren ze meteen de limonade kwijt. „Ben je nou, 'k houd hem heusch goed vast hoor." „Schiet nou maar op". Wout was veel te nieuwsgierig wat er nog meer uit de kist zou komen, al vermoedde hij wel iets. Eerst nog een paar kroezen, dat deed Pim natuurlijk expres om hem nieuws gierig te maken; toen een soort mandje, en daarin, ja hoor het was zoo, warme beschuitbollen. Jongens wat zouden ze smullen, kijk eens, er zat dik boter en suiker op en een flinke voorraad dat het was! Pim's moeder had er wel op gerekend, dat vier jongens wel wat op konden met elkaar. Frans had al een bol te pakken en meteen er een flinken hap uit genomen, lekker, beweerde hij met een vollen mond. „Jo, zou je eerst niet es bidden?" Pim had er Wout en Jan nu ook een gegeven. „Bidden?" Frans keek even een beetje raar naar Pim. „Hier buiten?" hij hield de flesch nog in het water, in de andere hand den warmen bol, z'n gezicht was een en al verbazing. „Nou, waarom niet, thuis Md je toch ook voor het eten, en we eten nu toch net zoo goed, wij doen het altijd als we uit zijn ook." „Ik vind het toch wel een beetje raar om het hier zoo buiten te doen." „Ik niet!" zei Pim kort, „je hoeft er toch niet voor in huis te zijn?" Hij had er een kleur van gekregen. „Wees jullie even stil?" De anderen zaten ook met gevouwen handen en Frans zette de flesch naast zich neer. Even was het stil, zacht voor zich ba den de jongens hun eigen gebed, maar toen gingen de bollen er aan. Jongens wat smaakte dat, nog veel lekkerder dan thuis vond Wout. De limonade was wel niet heelemaal koud, maar daar gaven ze niets om. Wout zat te overleggen, dat hij nu mooi de pakjes kon geven, alleen ze hadden zulke vette vingers, moest je Jan zien, en de anderen niet minder.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1937 | | pagina 8