DE ZEEUW
De Erfenis uit Amerika
TWEEDE BLAD
Waarom A.R.J.A.?
FEUILLETON
Uit de Provincie
Staten-Generaal
VAN
VHiJDAG 12 FEBR. 15J3?.. Nr 113.
De mensch -van onzen tijd beleeft ge-
gebeurtenissen, die vorige generaties niet
gekend hebben.
H|jj, die de dingen, welke gebeuren,
tracht te ontleden, zal bemerken, dat
de tegenstelling „voor" of „tegen" Chris
tus met den dag duidelijker wordt.
Duivelsche geesten spuwen in woord
en geschrift allerlei onchristelijke mee
ningen uit met nooit gekende bruutheid.
Gezagsondermijning is aan de orde van
den dag en wordt stelselmatig gepropa
geerd.
Het gezin tracht men uiteen te scheu
ren.
D'e cultus van „den sterken man" en
„het ras" vindt bijl velen groote beko
ring.
Losheid en losbandigheid nemen hand
over hand toe.
Het egoisme viert hoogtij.
■De „belangen" hebben voorrang bij
niet weinigen boven „de beginselen".
Ctak in onze kringen werken ontbin
dende factoren en wordt langzamerhand
grooter het aantal dergenen, die niet
meer doordrongen zijn van de positieve
beteekenis onzer beginselen.
En dat niet alleen onder de puderen.
Ook onder de jongeren uit onzen kring
wordt niet gevonden de belangstelling en
kracht om te handhaven het christelijke
levensbeginsel. y\
Er zijn jonge menschen die nauwelijks
meer beseffen, wat het calvinisme, wat
de A.R. beginselen, nog voor positieve
werfkracht bezitten.
Zij vloeien weg met de massa, die niet
meer naar God en Zijn Woord vraagt.
Om dat afglijden tegen te gaan is de
A.R.J.A. opgericht.
De A.R.J.A. wil jonge anti-revolutio1-
nairen bijeenverzamelen om hen te lecren
pal te staan tegen de verderfelijke, gees-
tesstroomingen van onzen tijd.
Zij' wil jonge a.r. menschen de kracht
en beteekenis leeren kennen van de be
ginselen, welke de a.r. partij1, op grond
van Gods Woord, belijdt.
Om dat doel te bereiken is noodig de
handen ineen te slaan.
Er zijn, helaas! nog vele jonge men
schen, die zich afzijdig houden en die
denken dat z ij zich niet behoeven in te
spannen.
Zij vertrouwen op de ouderen, die im
mers bekwaam genoeg zijn om de eei
van het a.r. vaandel hoog te houden! En
dat is ook zoo!
Maar dat kan en mag nooit een
motief zijn om rustig te blijven en niet
mee te doen.
Wie zullen uit de handen van de ver
grijsde strijders het vaandel van onzen
Koning moeten overnemen?
Dat zijn de jeugdigen van thans.
Anders zal het vaandel worden be
smeurd en vertrapt.
En dat mag niet! Nu niet en nooit!
Om het vaandel onbevlekt te kunnen
bewaren is het noodig geschoold te zijn
in debeginselen.
Een wapenschool om zich daartoe te
bekwamen en te oefenen is de A.R.J.A.
Alleen en op zichzelf kan dat ook wel,
maar zekpr niet zoo goed en grondig.
Contact met anderen scherpt den geest
en staalt de kracht.
In verschillende plaatsen in ons gewest
heeft de A.R.J.A. hare clubs, waar men
elkander de beginselen leert.
Zij zijn oefenscholen, die voor de toe
komst veel beloven.
Jongelui, hebt gij al eens kennis ge
nomen van dien arbeid?
Zijt gij reeds lid? of denkt gijl er mis
schien over het te worden?
Aarzel dan niet langer en zoek contact
met de clubs en waar die nog niet moch
ten bestaan, tracht dan vrienden en
door An na B a e 1 e.
66) O'
Dé statige oude dame was onuitputte
lijk in het bedenken van lieve naampjes,
terwijl ze vol teederheid het kind lief
koosde, dat zich zoo vertrouwelijk op
haar schoot genesteld had.
„Wat is ze toch een schat! Wat zou ik
haar graag groot willen brengen, zooals
ik het eens haar moeder deed. Hoe zou
ik God danken, als me dat voorrecht werd
verleend."
Mamy vouwde plotseling haar handjes,
toen ze den naam van God hoorde uit
spreken en deze lieve beweging ontroerde
juffrouw Margaretta tot in het diepst
van haar ziel.
Zacht zei ze: „Haar ouders hebben
haar goed de eerbied voor het Heilige
ingeprent."
„Ik geloof, dat dat ook een sterk spre-
t kénde eigenschap is bij1 kinderen, omdat
het afhankelijkheidsgevoel en de eerbied
voor alles, wat boven hen staat, buiten
gewoon ontwikkeld is," zei Belle.
Het was wel merkwaardig, dat Mamy
zoo stormenderhand het hart van haar
vriendinnen op tg wsIklksE, osa tg kcmsa
tot oprichting van een club.
KieavbTsenigingen in plaatsen, waar
nog geen club is gevormd, wilt gij mede
helpen tot de oprichting van clubs?
Gij1 zult daarmede een goed sra prifcOBS-
weerdig wenk dot broodnood'g is.
Wan', anders ml in de toekomst onaa
kracht verzwakken, als de niet
grondig voorbereidt tot zijn taak.
Onze tijd is een ernstige tijd.
Die ernst ervan te zien en te verstaan
drijft uit tot actie.
Die actie wil onze A.R.J.A. steunen.
In haar clubvergaderingen behandelt
zij naast de bestudeering onzer beginse
len allerlei onderwerpen van piinci-
pieelen' aard, welke liggen binnen bet
kader van haar doel.
In sommige clubs passeeren daarenbo
ven de gebeurtenissen van het politiek
terrein over do afgeloopen maand de re
vue, en wordt men zoodoende ook prac-
tisch onderricht.
Dat alles is heel belangrijk, hoe een
voudig het ook geschiedt en veel kan er
geleerd worden, voor ieder die zich wil
laten onderrichten.
Wenu, leeren kunt gij, jonge antirevo
lutionairen. als gij wilt.
De A.R.J.A.-clubs bieden daartoe vol
op gelegenheid.
Grijp die gelegenheid aan en trek mee
op in onze gelederen.
Onze partijl heeft aller kracht noo
dig. Ook uw jonge kracht!
Vooral in dezen tijd!
Onze ouders en grootouders hebben
met heilige geestdrift gestreden of strij
den nog voor onze heilige goederen.
Zijl deden en doen dat met eere.
Moge hun voorbeeld ons en ook u met
geestdrift bezielen en prikkelen tot in
tensiever arbeid en grooter krachtsont
plooiing.
Daarom, gordt u aan tot den strijd in
het onwrikbare vertrouwen op God, die
voor ons en met ons strijden zal.
IT'* regeert!
Hem is de zege!
J. FRANGKE.
Secr. A.R.J.A., Gouw Zeeland.
Axel, Febr. 1937.
Het destructie-vraaQstuk in Zeeland.
Ten aanzien van het vraagstuk der
destructie van afgekeurd vee en vleesch
in Zeeland is nog geen oplossing ge
vonden. Dit moet in de allereerste plaats
worden toegeschreven aan de omstan
digheid, dat de verschillende eilanden en
schiereilanden door breede wateren van
elkaar zijn gescheiden, waardoor het ver
voer van het onbruikbaar te maken vee
en vleesch naar een centraal punt kost
baar is, terwijl oprichting en exploitatie
van één of meerdere destructors in de
provincie ongetwijfeld nog meer zou
kosten.
In het jaarverslag over 1936 van de
afd. Zeeland van de Vereen, van Nederl.
gemeenten wordt dienaangaande opge
merkt, dat ten aanzien van deze aange
legenheid het bestuur der afdeeling zich
op het standpunt heeft gesteld, dat de
gemeenten, indien eenigszins mogelijik,
niet meer zouden mogen bijdragen dan
2 cent per inwoner en 2 cent per H.A.,
berekend naar de grootte van elke ge
meente. De kosten worden echter ten
zeerste bezwaard door de belangrijke
veergelden, welke bij het transporteeren
van de cadavers naar den destructor
moeten worden voldaan. Het bestuur
heeft zich dan ook tot den minister van
waterstaat gewend met het verzoek, om
vrijstelling van veerrechten te verleenen
aan degenen, die de destructie voor de
gemeenten ingevolge de wet zullen uit
oefenen.
In dit verband kan nog worden mede
gedeeld, dat de oorspronkelijke termijn
van 1 Juni 1936, tot welken 'de minister
van sociale zaken aan gemeenten onthef
fing kon verleenen van de verplichting
om bij een destructor te zijn aangesloten,
in 1936 is verlengd tot 1 Juni 1939. In-
tusschen wordt de ontheffing nog slechts
verleend aan gemeenten, waar ernstige
bezwaren aan de nakoming van de wet
telijke verplichting in den weg staan.
oudtante had veroverd; die kleine hand
jes, dat lieve krullekopje en die grap
pige, gebroken woordjes hadden op een-
m!aal de ijskorst doen smelten, die zich
in den loop der jaren om dat hart had
vastgevroren. Andere kinderen 'hadden
altijd een zékere vrees gekoesterd voor de
strenge, deftige dame van het kasteel en
schuw waren ze altijd op een afstand van
haar gebleven. In haar verschijning en
optreden was niets, dat hen aantrok of
spoedig vertrouwelijk met haar deed
worden, hoewel voor dat laatste zich na
tuurlijk ook overigens nooit de gelegen
heid had voorgedaan. En zie, in een en
kel oogenblik was het Mamy's blauwe
oogjes gelukt, dat in conventie verstarde
hart, te verzachten en daarin wakker te
roepen alle vrouwelijke teerheid, die zich
zoo diep begraven had. Juffrouw Wea-
therley vond zelf deze nieuwe situatie
nog vreemd en ongewoon en vooral in
Belle's bijzijn voelde ze zich met het kind
nog niet op haar gemak. Ze wilde het
liefst een pijnlijke stilte vermijden en in
haar nerveuse spanning, deed ze de eene
vraag na de andere, die Belle zoo nauw
keurig mogelijk trachtte te beantwoorden.
Uitvoerig vertelde deze de gebeurtenissen
der laatste dagen; hoe haar vader vanuit
Liverpool getelefoneerd en geschreven
had, maar dat ze daarna niets meer had
den gehoord. Ze vertelde, dat haar zuster
Flo nu den heelen dag in de pastorie was
Het nut wan Fertlphos.
Wij vestigen de aandacht van onze Ie-
zeis speciaal van die op Walcheren, op
een in dit nummer voorkomende adver
tentie betreffende 6en lezing op a.s.
Maandag in St. Joris te Middelburg
ovc-r het out van Fertiphos.
Voor belanghebbenden uit de dorpen
die gebruik willen maken van den bus
dienst der stoomtram Walcheren zijn
gratis plaatskaarten beschikbaar.
Nadere bijzonderheden vindt men in
de hierop betrekking hebbende adver
tentie in dit nummer.
Middelburg. Woensdag sprak Ds Sme-
lik te Loosduinen voor de afd. Middel
burg van den N.G.V.B. over het onder
werp „Wereldgelijkvormigheid".
Uitgaande van Rom. 12 2, wijst Spr.
er op, dat de Christen, i n de wereld zijn
de, niet v a n de wereld mag zijn, en dus
niet mag aannemen het „schema", de ge
daante, de levenshouding van den we-
reldling. M.a.w., dat hij in heel zijn aan
raking met het aardsche leven moet vra
gen naar den wil van God, daarover.
Wereldgelijkvormigheid bestrijden mag
nooit geschieden langs den weg van
„Doopersche mijding" (alsof „natuur" en
„genade" een onverzoenlijke tegenstel
ling zouden zijn), en ook niet langs den
weg van ascese, alsof het wereldsche, het
stoffelijke op zdch zelf zondig zou wezen:
We hebben juist i n de wereld onze taak.
We moeten haar met al haar cultuur
vormen opeischen voor God.
Voorts geeft Spr. in den breede aan,
dat de strijd tegen weieldgelijkvormig-
heid niet mag bestaan in een louter ne
gatieve houding, maar ook een beslist po
sitieve houding vraagt, wat hij met en
kele voorbeelden illustreert.
Biji de practische vraag naar de bepa
ling van onze levenshouding ten aanzien
van de vormen der cultuur onzer dagen,
kan (zoo betoogde Ds Smelik verder) 't
noodzakelijk zijn, dat we een „offerstand
punt" innemen, b.v. ten opzichte van
bioscoop (niet film) en tooneel, maar
evengoed, dat we ons plaatsen op een
„veroveringsstandpunt" b.v. ten aanzien
van lektuur, sport, radio en goede film.
Nadat Spr. nog verschillende voorbeel
den gegeven heeft van de verkeerde prak
tijk der niet-C'hristelijke levenshouding,
in welke de zonde der wereldgelijkvor-
tniigheid k£ch openbaart, wijst hij' ten
slotte op de kracht in dezen strijd, welke
alleen bij Jezus Christus en in Zijn
Woord te vinden is, en besluit hij1 zijn
lezing met het gedicht van Willem de
Mérode: „De Luiken".
Een vergadering van
v ij: f personen. Tegen Donderdag
middag had de Nationale Boeren- en
Ihinders- en Middenstandspartij alhier
een openbare vergadering belegd, waar
in als spreker zou optreden het Tweede
Kamerlid dier partijl mr C. Vervoorn.
Deze kon slechts twee belangstellenden
verwelkomen, zoodat met den hem ver
gezellenden heer en de pers 5 personen
aanwezig waren. Toch meende mr Ver-
voorn een en ander te moeten mededee-
len over het onderwerp: „Richtsnoeren
der huidige politiek"
Spr. meende dat de landbouwcrisiswet
miet haar 4400 ambtenaren geen uitkomst
bracht, dat men de teeltbeperking gerust
kan missen en dat men met klem moet
optreden tegen het hevoordeelen der mar-
garinefabrikanten ten koste van 'de boe
ren. Men geeft thans de boeren te veel
om dood te gaan, doch te weinig om te
leven, enz. enz.
's-Heer Arendskerke. De varkensvereen.
„Helpt Elkander" hield haar jaarlijksche
algemeene vergadering onder leid'ng van
den voorzitter den heer J. J. Harthoorn.
Aanwezig 33 leden van de 120. Uit het
verslag van den penningmeester, den heer
C. Philipse, bleek, dat er een nadeelig
saldo was van f224.67. Dit is hoofdzake
lijk toe te schrijven aan het feit, dat in
1936 niet minder dan 24 varkens moesten
onteigend worden (epidemie van de vlek
ziekte). Vervolgens werd besloten om de
contributie te verhoogen en wel vein 7
op 10 cent te brengen.
Bij de bestuursverkiezing werden de
heeren J. J. Harthoorn en P. J. Carels
herkozen. Wegens 't bedanken van den
heer M. Mol werd als bestuurslid gekozen
de heer W. Wisse Jaozn.
om Dolly en Marjory les te geven en dat
Marjory zoo'n lief en flink kind was. Ook
over Weatherley pochte ze erg, over zijn
handigheid om haar op de boerderij
te helpen en over zijn ridderlijke bezorgd
heid voor zijn zusjes. Van lieverlee ging
het gesprek over van de kinderen op de
ouders. Deze gelegenheid wilde juffrouw
Margaretta benutten om datgene te hoo-
ren, waarnaar ze in vroegere jaren niet
had mogen informeeren en met gretige
belangstelling informeerde ze naar alles,
wat Belle meedeelde over het leven van
haar broer en schoonzuster. Zoo nu en
dan vertelde Mamy's hooge stemmetje
mee, vooral wanneer ze haar vaders
■naam boorde noemen; de herinnering
aan haar moeder scheen bij het kind al
meer verflauwd te zijn.
„Maar nu wil ik je niet langer ophou
den", zei juffrouw Weatherley eindelijk
„Je weet het nu, Belle, het zal mij een
groot genoegen zijn, als ik in het een of
anjer opzicht jou of de kinderen van
dienst kan zijn. Mijn broer zou zeker pre
cies hetzelfde zeggen, als je vader maar
niet zoo stijf op zijn oude standpunt bleef
staan. Niet dat hij dat in zooveel woor
den tegen mij heeft uitgesproken, maar
heel zijn handelwijze wijst daarop. Ik wist
werkelijk niet wat ik hoorde, toen hij me
vanmorgen vroeg om jou deze boodschap
van hem over te brengen.
Vroeger mocht ik Amy's na&m zelfs niet
De voorzitter danste den heer M. Mol
hartelijk voor al hetgeen hij gedurende
16 jaren als secretaris in het belang der
vereeniging verricht heeft.
In de hierna gehouden bestuursverga
dering werd de beer W. Wisse Jaczn. ge
kozen tot secretaris.
Ellewoutsdijk. De heer M. Meulenberg
Jzn,, die in de vacature, ontstaan door
het overlijden van den heer M. Meulen
berg Gzn., benoemd was verklaard tot
lid van den gemeenteraad, beeft zijn be
noeming aangenomen.
Rilland-Bath. Gistermiddag bad on
der enorme belangstelling alhier de be
grafenis plaats van het stoffelijk over
schot van den op Zondagavond j.l. zoo
droevig om het leven gekomen Mare
chaussee G. A. van Boven, welke zooals
bekend in bet kanaal te Eindhoven is
verdronken, toen hij per rijwiel naar
zijn post reed. Hij was vroeger alhier
woonachtig. Allereerst werd het woord
gevoerd door den beer P. A. Dominicus,
burgemeester. Verder door den com
mandant der eerste divisie majoor A.
W. Vieningh te 's Hertogenbosch, door
den kapitein jhr D. J. H. N. den Beer
Portugaal te Eindhoven, den kapitein A.
A. S. van Alpben te Breda, welke van
Boven roemden als een man van zeer
nauwe plichtsbetrachting. De brigade
commandant de opperwachtmeester
Nieuwland te Breda roemde van Boven
als een trouw kammeraad. De opper
wachtmeester Kik te Heusden sprak na
mens de Vereen, van leden behoorende
tot het wapen der Kon. Marechaussee.
Ds J. G. Sickez, Ned. Herv. pred. alhier,
sprak een slotwoord en ging voor in ge
bed, waarna hij namens de familie een
woord van dank sprak tot den Overste
Boeree te Bergen op Zoom, den verte
genwoordiger van het Ministerie van
Defensie, den burgemeester, den divisie-
commandant, de kapiteins en de man
schappen van de Kon. Marechaussee
voor hun belangstelling. Een 40-tal
manschappen van de le divisie waren
tegenwoordig.
Schore. Loop der bevolking over Ja
nuari. Ingekomen: 4, Ka. L. M. Lind-
hout, huishoudster, uit Tholen; 6, I P.
Smallegange, zonder beroep, uit Bergen
op Zoom.
Vertrokken: 1, G. Bal en gezin, arbei
der; J. Beenhakker en gezin, arbeider:
wed. J. Dekker geb. de Puit, zonder be
roep; A. de Klerk en gezin, fruitkwee-
ker; W. van Oosten en gezin, handels
reiziger; E. Paauwe, koopman; J. J.
1 aauwe en gezin, arbeider; P. de Fuif ni
gezin, fruitkweekersknecht; M. Verliage
en gezin, arbeider; C. J. Wiskerka en ge
zin, zonder beroep; F. Wisse en gezin,
arbeider, allen naar Kapelle als gevolg
van de grenswijziging Kapelle-Schore.
13, A. J Houtman en gezin, beambte
Ned. Spoorwegen, naar Kruiningen; 18,
A. Timmer, betonwerker, naar Amster
dam; 28, Ka. L. M. Lindhout, huishoud
ster naar Tholen; 28, N. Quakkelaai,
■dienstbode, naar Den Haag.
Biezelinge. De Chr. Jongelingsvereeni-
ging herdacht met genoodigden en begun
stigers in de consistoriekamer der Ned.
Herv. Kerk haar 34-jarig bestaan.
De voorzitter, de heer Walrecht, hoofd
der Herv. school, herdacht den zegen,
welke van deze vereeniging was uitge
gaan.
Ds J. P. van Steenbergen sprak een
openingswoord. Hierna volgde afwerking
van het programma, waaraan de Meisjes-
en Knapenvereeniging eveneens medewer
king verleenden. De Pijperclub „Jonge
Kracht" gaf enkele nummers op ver
dienstelijke wijze.
Koudekerke. Woensdag vergaderde de
landbouwvereeniging.
D'e voorzitter de heer A. de Lange
heette in het bijzonder welkom het be
stuur van „Eiland Walcheren" en den
secretaris van den kring Walcheren, den
heer M. Kleinepier en memoreerde het
40-jarig bestaan der vereeniging.
D'e secretaris las vervolgens een ver
slag voor in verband met dit 40-jarig
jubileum.
In 1896, aldus Spr., kwamen drie per
sonen bij elkaar om te trachten een land
bouwvereeniging op te richten. Deze wa
ren: P. Maas Wz., Abr. Wielemaker Kz.
noemen, veel minder natuurlijk de naam
„Dauncey" in mijn mond nemen. God
heeft echter in Zijn voorzienig bestel den
jongen op zijn weg geplaast en dait, schijn
baar zoo nietig gebeuren, heeft wonderen
verriclht. Wij moeten er beide erg aan
wennen om meer open tegen elkaar te zijn
dat kost ons beide zelfoverwinning; ge
loof dat van me, want onze karakters zijn
zoo gelijk, en het is zoo moeilijk om iets
te veranderen, wat al jaren zoo geweest
is. Kind, je weet niet, hoe goed het me
gedaan heeft om een oogenblik zoo open
en ongedwongen met jon te praten en
mijn hart eens voor iemand uit te stor
ten".
Belle's oogen vertelden, dat dit bezoek
niet alleen haar had goed gedaan, imaar
dat ook zij als een ander mensch. haar
leven weer verder leefde.
Hartelijk namen ze afscheid van elkaar
en beiden hadden het heerlijke, verlichte
gevoel, dat dien dag hun leven iets moois
had gegeven, dat niet weer ongedaan zou
kunnen gemaakt worden.
HOOFDSTUK XVIII.
Nieuws uit het buitenland.
E'r waren al weer enkele weken ver
streken, sinds ook mijnheer Dauncey
naar Montreal was vertrokken en met
spanning wachtten de bewoners van
TWEEDE KAMER.
DE INDISCHE BEGROOTING. PEN
SIOENKORTING EN DEFENSIE.
Vandaag schreven wij gisteren zal
de Minister antwoorden. Eh dat was
niet heelemaal onjuist. Ook de minister
is aan het woord gekomen, maar eerst
hebben nog verschillende Kamerleden
bun licht laten schijnen.
Meerdere sprekers, de heer K. t e r
Laan en tot op zekere hoogte ook de
heer Rutgers van Rozenburg
maakten bezwaar tegen verdere korting
op de Indische pensioenen.
Be heer Van D ij k (A.R.) betoogde
dat de regeering voor de Indische bevol
king gedaan heeft wat zij kon doen en hij
vertrouwt dat zij ook verder waakzaam
zal zijn. Spr. acht het noodig dat de
economische samenwerking tusschen Ne
derland en Indië zooveel mogelijk wordt
bevorderd, terwijl hij het gewenscht
acht dat aan de industrialisatie in de toe
komst meer aandacht wordt besteed. Wat
betreft de pensioenkorting, deze moet
men zien als een tijdelijke maatregel.
Voorzichtigheid op financieel gebied blijft
geboden. Van een interpellatierscht aan
den Volksraad wil Spr. niet weten.
Door den heer Kortenhorst (R.
K.) werd eveneens verdere economische
samenwerking met Indië bepleit.
De heer De Geer (C.H.) zal waar
schijnlijk aan de herberekening der pen
sioenen zijn stem niet geven, maar wel
aan het voorgestelde extra-uitvoerrecht
voor de rendeerende bedrijven.
Nadat verder de heer M o 11 e r (R.K.)
nog enkele opmerkingen had gemaakt
over de pensioenregeling kwam de Mi
nister aan het woord.
De heer G o 1 ij1 n begon met zijn vreug
de uit te spreken over het medeleven der
bevolking in Nederlandsen Oost- zoowel
als West-Indië, met het vorstelijk huwe
lijk, bij' welke gelegenheid de saamhoorig-
heid van het geheele Rijk zoo prachtig tot
uiting is gekomen. Ook geldt deze vreug
de de belangstelling der inlandsche zelf-
bestuurders, die of hun vertegenwoordi
gers hierheen hadden gezonden, of zelf
hier te lande aanwezig waren. Spr. hecht
daar heel wat meer waarde aan dan de
heer Sneevliet, die zich op schampere
wijze daarover heeft uitgelaten.
Het pleidooi, dat de heer Sneevliet heeft
gehouden voor de opheffing der exorbi
tante rechten was 't beste bewijs, hoezeer
die rechten noodig zijn, om te voorko
men, dat de heer Sneevliet een dergelijk
betoog, als hij gisteren in deze Kamer
heeft gehouden, in Indië houdt.
De gratie van de gestraften van de
„Zeven Provinciën" geldt ook voor de
Indische gestraften.
Wanneer het vlootplan 1930 en de le-
gerrcorganisatie zijn uitgevoerd, is Indië
niet onaantastbaar geworden, maar kan
de regeering met vertrouwen de verdedi
ging van Indië tegemoet mien, omdat het
krachtig genoeg is cm zich tegen een
aanval te verdedigen tot van andere zijde
hulp opdaagt.
Naar aanleiding van de vele wenschen
van den heer Ter Laan zegt spr., dat
men juist nu, nu er een enkele lichtstreep
aan den horizon is, niet op ruime schaal
mag gaan leven. Het tekort op de begroo
ting bedraagt nog steeds ruim f 70 mil-
lioen. We mogen alleen denken aan ver
beteringen, die ons niet diep in den bui
del laten tasten.
Spr. zal vandaag zijn rede voortzetten,
en mr J. Loeff. Eerstgenoemde is nog
in leven.
Als gevolg biervan werd een verga
dering belegd. 71 personen gaven zich
or statuten werden opgemaakt en een
bestuur van 5 leden gekozen. Voorzittei
werd de heer W. H. de Bruin van Melis
en Mariekerke; vice-voorzitter P. Maas
Wz.; secr.-penningmeester P. J. Ter-
woert Jr. en verder nog Abr. Wielema
ker Kz. en P. de Witte Cz.
De vereeniging bezit een pootaardap-
pelbewaarplaats en beschikt over voor
den landbouw onmisbare voorwerpen.
Het aantal leden is thans 154. Over 1936
„Castle Farm" den eersten brief af,
dien ze zouden ontvangen na zijn aan
komst op de plaats van bestemming.
Belle hield zich steeds zoo kalm en op
gewekt mogelijk en Molly hielp haar
trouw om een goede stemming te bewa
ren en de kinderen niet onnoodig onge
rust en angstig te maken. Flo daaren-
tegen werkte op dit punt eerder tegen
dan mee. Na bet bezoek van mijnbeer
Mute scheen het wel of de tooverstaf
van de een of andere slechte fee baar
had aangeraakt. Zij was heelemaal ver
anderd en nauwelijks kon men in het
knorrige, neerslachtige meisje de zon
nige optimistische Flo van vroeger her
kennen. Niemand wist de ware reden
van deze ommekeer, dan Belle, die haar
zuster zoo graag wilde helpen in het
dragen van deze groote levens teleurstel
ling. Maar al het pogen daartoe werd
spottend en onverschillig als iets onnoo-
digs, afgewezen.
„Och, kind, je bent er absoluut naast,
als je denkt dat ik over die geschiedenis
nog zou treuren, 'tis me de moeite
waard", hield Flo zich weer groot, toen
Belle op een avond, dat ze samen in de
huiskamer zaten, het teere 'onderwerp
nog eens trachtte aan te roeren.
(Wordt vervolgd.)