DE ZEEUW
Ministers Deckers en Geiissen terug in ie Residentie.
De Erfenis uit Amerika
TWEEDE BLAD
De Zeeuwsch-VIaamsche
Tramweg-Mij.
Zoeklichtjes.
Begrooting Staatsbedrijf
der P. T. T.
Geen Nederlandsch initiatief in zake Oslo
vöór zekerheid van kans op slagen.
e&Canties.
M6m sézeds vvovuwq!
VAN
DÏNSDAG 23 JAN. 1837, Nr 98.
De memorie van antwoord in
zake het wetsontwerp tot vermin
dering van een vordering wegens
renteiocze voorschotten.
Aan de memorie van antwoord inzake
het wetsontwerp tot vermindering van de
vordering op de Z.-Vlaamsche tram
weg-mij, gevestigd te Terneuzen, wegens
rentelooze voorschotten voor den aanleg
en het in exploitatie brengen van tram
wegen in Zeeuwsch-Vlaanderen, is het
volgende ontleend:
De meening, dat concentratie
van alle tramwegondernemin
gen tot een groote onderneming, of des
noods tot een noorder-, een midden- en
een zuidernet, geleid zou hebben tot be
langrijk goedkoopere exploitatie en in
technisch opzicht tot snellere en betere
aanpassing aan de veranderende omstan
digheden, kan de regeering niet onder
schrijven. Deze gedachte wordt niet in
overeenstemming geacht met het karak
ter van het streekvervoer.
Het samenvoegen evenwel van tram
wegen in een zelfde streek, die aanraking
met elkander hebben en die met een ge
meenschappelijke outillage kunnen vol
staan, doet betere resultaten verwachten
en dit doel wordt dan ook zooveel mo
gelijk nagestreefd.
Ook in Zeeuwsch-Vlaanderen wordt nog
steeds getracht, de drie tramwegonder
nemingen, waarvan twee reeds gedurende
eenige jaren feitelijk zijn samengesmolten
tot samenwerking te bewegen. Het
provinciale bestuur van Zeeland heeft
daartoe eenige maanden geleden een
commissie ingesteld, terwijl op initiatief
van de Z.V.T.M. besprekingen met het
bestuur van de N.V. Stoomtram Bres-
kens—Maldeghem worden gehouden.
De algemeene kosten van de
onderhavige maatschappij zijn inderdaad
zeer hoog geweest. In het oog moet wor
den gehouden, dat de tegenwoordige di
recteur, nadat de lijnen in exploitatie
waren gekomen en de zaken door onoor
deelkundige leiding in de war geraakt
is aangezocht de directie op zich te
nemen, waarvoor hij een andere, goed
bezoldigde betrekking heeft prijsgegeven,
in verband waarmede hem hoogere in
komsten in uitzicht werden gesteld dan
anders het geval zou zijn geweest. Onder
zijn leiding is niet alleen de destijds be
staande bankschuld afgelost, doch is een
bloeiend bedrijf ontstaan, dat tot groot
nut van de streek is, doch thans door
crisisomstandigheden in moeilijkheden
dreigt te geraken.
Dat drie Belgen lid zijn van den raad
van commissarissen, kan geen verwonde
ring wekken, wanneer men in het oog
houdt, dat dezen voor zeer aanzienlijke
bedragen hebben deelgenomen in het aan
deelenkapitaal.
Hoewel in 1934, 1935 en 1936 aan 31
leden van het personeel ontslag
is verleend zonder uitkeering, heeft
de maatschappij op aandrang van den
minister van waterstaat zich bereid ver
klaard alsnog een uitkeering te geven,
indien voor dit doel s'i bijdrage van de
provincie word* verkregen tot. een derde
deel van het daarvoor benoodigde bedrag,
in welk geval door het rijk een zelfde
bijdrage zal worden gegeven.
Overigens mag bij beschouwing van de
door het rijk voor de reorganisatie te
verleenen hulp niet uit het oog worden
verloren, dat geen nieuw g wedt ver
strekt en dat onder de tegenwoordige
omstandigheden op restitutie van rente
looze voorschotten niet kan worden ge
rekend. Door de reorganisatie is echter
voor het rijk de kans op restitutie van de
tot 15 pet. verminderde voorschotten groo-
ter geworden.
Een waarborg, dat de exploitatie in
het vervolg op de juiste wijze zal worden
geleid, kan worden verkregen door in
de concessievoorwaarden de bepaling op
te nemen, dat de minister van waterstaat
bevoegd is voorschriften te geven omtrent
de uitoefening van het bedrijf, zooals
gebruikelijk is voor tramwegen, die rente
looze voorschotten ontvangen tot dekking
van jaarlijksche verliezen.
Voor ontslag van den direc
teur, aan wien geen tekortkomingen
zijn ten laste gelegd, maar die integen
deel het bedrijf heeft opgewekt, is geen
aanleiding.
Het zitting hebben van leden
van Ged. Staten in den raad
van commissarissen, zonder dat
de provincie aandeelhoudster is, komt ook
de regeering in beginsel minder aange
wezen voor, doch het ligt niet op den
weg van de regeering de aandeelhouders
in de uitoefening van hun recht van
benoeming te belemmeren.
trams en begrafenisstoeten
hebben - ongeacht of zij op
voorrangswegen rijden of
niet - ook voorrang al
naderen zij u van links!
FEUILLETON.
door Anne Baele.
54) o—
„Je moogt doen, zooals je wilt, als je
nu die laatste naam hier in huis maar
niet meer noemt", zei mijnheer Dauncey,
maar zijn stem klonk iets onvast en was
niet heelemaal in overeenstemming met
zijn dreigende woorden.
„Ik hoop, dat u nu ook niet langer boos
op me zult zijn, grootvader", zei zijn
kleinzoon smeekend.
Flo vond het zeker wel wat te erg, dat
haar neefje zoo maar afstand deed van
het prachtige aanbod, dat zijn adellijke
grootvader hem had gedaan en terwijl ze
haar armen om haar vaders hals sloeg,
zei ze vleiend dat het toch wel erg heer
lijk zou zijn als eens Charlie's kinderen
het kasteel en al zijn heerlijkheden zou
den erven. Maar zelfs Flo's dringend
pleidooi vermocht de wrok van haar va
der niet te verzachten, hoewel deze door
de houding van zijn kleinzoon zeer was
getroffen. Hartelijk trok hij hem naar
zich toe en berouwvol klonk het:
„Nu is alles weer goed tusschen ons,
Steun voor de Provinciale V.V.V.
De Kamer van Koophandel en Fabrie
ken voor Zeeuwsch-Vlaanderen te Ter-
neuzen heeft besloten de Provinciale
Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer
te steunen met een jaarlijksche bijdrage.
Oesterverkoop ing.
Voor rekening van den Staat zijn gis
teren te Middelburg 26 partijen oesters,
ieder van 10.000 stuks, verkocht. De par
tijen wogen 72, 82, 92 en 110 kg. en
brachten naar verhouding daarvan op
f72, f82, f94 en f112. D'e aankoop
geschiedde bijna geheel voor Engelsche
rekening.
Passencontrole te Vlissingen.
Naar wij vernemen bestaat bij de Ne-
derlandsche Spoorwegen het voornemen
om de passencontrole in een afzonder
lijke ruimte onder te brengen. Aange
zien deze tot op heden plaats vindt in
de visitatiezaal, ondervindt een en ander
nog al groote moeilijkheden, met als ge
volg een lang wachten voor de reizigers.
Dbor de aan te brengen verbetering
zal in een lang gevoelde behoefte wor
den voorzien.
Middelburg. Tijdelijk leeraar
Gymnasium. B. en W. stellen voor
om voor het tijdvak 29 Januari tot en
met 31 Augustus als tijdelijk leeraar in
de aardrijkskunde aan het Gymnasium
te benoemen E. Mos, leeraar aan de
R.H.B.S.j zulks gedurende afwezigheid
wegens ziekte van den leeraar N. L.
Wiltink.
Vernieuwing klein-kamer-
oven gasfabriek. In 1930 leverde
de Ofenbau-Union in Düsseldorf een klein-
kameroven met generator ten behoeve
van de gasfabriek. Deze oven is eerst in
Juni 1934 in bedrijf genomen en is thans
nog in bedrijf. De toestand er van is
echter van dien aard, dat voorzieningen
hieraan dringend noodig zijn. Waar deze
voorzieningen vallen binnen den door den
leverancier gegeven garantie-termijn is
nader overle g met hem gepleegd. Het
resultaat hiervan is, dat de Ofenbau-
Union voorstelt den bovenbouw van dezen
oven te vernieuwen en op de kosten
hiervan een reductie te verleenen op basis
van het niet bereikte aantal vuurdagen.
B. en W. meenen, dat hiermede de beste
oplossing wordt verkregen. De kosten
voor den inbouw worden geraamd op
f 5100.
Het twee op één stelsel. De
Commissie voor meer werk, die als zetel
het Stadhuis heeft gekozen, heeft thans
hoor! Je bent werkelijk een flinke jon
gen met een helder oordeel, dat je ge
lukkig goed weet te gebruiken. Het zou
mé erg zwaar zijn gevallen, als ik jou
aan den landheer had moeten afstaan
en ik ben blij, dat hij- hierin nu eens
niet zijn zin krijgt." Daarna stond hij
haastig op en ging weg om Belle op te
zoeken, met wie hij nog verschillende
dingen moest bespreken. Bovendien was
het net, alsof Belle hem helpen moest,
nu de gedachte aan de reis en alles, wat
daaraan verbonden was, hem zoozeer
begon te benauwen.
„Ik moet toch nog eens even rustig met
je praten, Belle, want er zijn toch heel
veel zwarigheden aan deze reis verbon
den. Ik ben toch ook niet jong meer en
de gedachte, dat Charlie zal komen te
overlijden en dat ik dan alleen in dat
vreemde land voor alles zal moeten zor
gen, beangst me meer dan ik je zeggen
kan. Zal ik wel ooit weer levend terug-
keeren? En wat moet er van jullie terecht
komen, als ons alles eens tegenloopt!
Flo zal gauw genoeg een man vinden en
jij kunt tenslotte altijd nog met Pearce
trouwen, maar de kinderen, wat moeten
we met de kinderen? Ik hoop toch niet,
dat we ooit zullen aangewezen zijn op
de hulp van den landheer, wat betreft
hun verzorging en hun opvoeding. En ik
Gisteravond zijn de Ministers Deckers
en Geiissen, die in gezelschap van de hee-
ren Lamping, directeur van de Handels-
accoorden, en Ir Peters, secretaris van
den minister van Landbouw en Visscherij,
een reis naar Scandinavië hebben ge
maakt, te 's-Gravenhage teruggekeerd.
De heeren waren zoo welwillend aan
een vertegenwoordiger van het Alg. Ned.
Persbureau, die hun een eind weegs tege
moet was gereisd, eenige indrukken van
hun reis mede te deelen.
Beide ministers waren zeer ingenomen
met de wijze, waarop zij in Zweden en
Noorwegen zijn ontvangen. Beide Scandi
navische regeeringen hebben zich uitge
put in vriendelijkheden om het den Ne-
derlandschen gasten zoo aangenaam mo
gelijk te maken.
De overtuiging, dat dergelijke bezoeken
zeer nuttig zijn, was bijzonder levendig
bij de ambtgenooten van de heeren Dec
kers en Geiissen in het Noorden en bij de
betrokken kringen van landbouw, handel
en industrie. Ook de Nederlandsche d:plo-
matieke vertegenwoordigers in die lan
den waren zeer verheugd over het Ne
derlandsche bezoek, omdat daardoor het
inzicht in de handelsverhoudingen ver
diept kan worden.
Wat 'den algemeenen economischen toe
stand van de landen, welke zij bezocht
hebben, betreft, waren de beide Ministers
eenstemmig van oordeel, dat men inder
daad van een „hoogconjunctuur" in die
landen kan spreken. Wanneer men -de
fabrieken bezoekt, ziet men dat deze
overal in vollen gang zijn. De werkloos
heid is uiterst gering en uit alles blijkt,
dat de bedrijvigheid nog steeds een op
gaande lijn vertoont. Sterk krijgt men
den indruk, dat de fabrieken eigenlijk
„overbezet" zijn. Koortsachtig wordt
overal gewerkt en van verscheiden kan
ten vernamen de Nederlandsche bezoe
kers, dat tal van industrieën thans eigen
lijk meer produceeren dan de capaciteit
bedraagt.
Als voorbeeld biervan vertelde minister
Geiissen, dat een papierfabrikant hem
medegedeeld had, dat hij 40 pet. meer
zou kunnen produceeren en ook zou kun
nen omzetten, als er maar boomen ge
noeg waren.
De export van de Zweedsche indus-
trieele producten biedt niet zooveel moei
lijkheden, De producten, welke hier ge
maakt worden, zijn meerendeels eenig in
bun soort en kunnen nergens anders ge
maakt worden.
Het gesprek kwam ook op de bekende
uitlatingen van den Minister-president, Dr
Colijn, ten aanzien van het streven naar
een vrijer en ruimer handels- en goede
renverkeer. Beide ministers verklaarden,
dat 'hun reis en het door den heer Colijn
gesprokene met elkaar in geen enkel
rechtstreeks 'verband stonden. Het was
slechts een toevallig samentreffen. Wel
hadden de ministers zeer sterk den in
druk, dat men in Zweden en Noorwegen
veel voelt voor een grootere vrijheid. De
moeilijkheid is echter: hoe moet men den
toestand van nu en die van een vrijer
ruilverkeer in de toekomst overbruggen?
Als er ooit, aldus minister Geiissen, een
besbreking tusschen de Oslo-staten zal
worden gevoerd, dan zal de formuleering
van de gemeenschappelijke gedachte wei
nig moeite geven, doch wel de wijze
waarop uien die gedachte wil verwezen
lijken. 'In elk geval, de tijd is rijp voor
het lanceeren der idee, een idee welke
zeer zeker in Scandinavië sympathiek zal
worden begroet.
„Indien de Nederlandsche regeering
van oordeel zou zijn, dat het tijdstip voor
een bespreking der Oslo-staten gunstig
zou zijn en minister Colijn zou de Scan
dinavische regeeringen daartoe uitnoodi-
gen, ben ik zeker aldus minister Geiis
sen dat de uitnoodiging zal worden
aanvaard. Maar het spreekt vanzelf, dat
men dan eerst de zekerheid moet hebben,
dat deze besprekingen niet vruchteloos
zullen verloopen, maar dat de basis om
tot een resultaat te komen inderdaad aan
wezig is."
Deze reis was geheel bedoeld als een
reis om eenig inzicht te krijgen in de
verhoudingen tusschen Zweden en Noor
wegen. De ministers hebben dan ook geen
onderhandelingen gevoerd. Wel heeft de
heer Lamping gelegenheid gehad zijn col
lega's te ontmoeten en in wederzijdsche
besprekingen zijn de handelspolitieke
systemen in de verschillende landen uit
eengezet.
na de voorbereidende werkzaamheden,
den eersten practischen stap gezet door
zich met een circulaire te richten tot hen,
die voor het bevorderen van het zooge
naamde twee op één stelsel in aanmer
king komen, teneinde de werkloosheid
onder de jeugd te bestrijden.
Het twee op één stelsel komt hierop
neer, dat de arbeid van jongemannen
van 14 tot 21 jaar niet wordt verricht
door één, maar door twee.
Voor elke vacature, die ontstaat, neemt
de patroon 2 jeugdigen in dienst, die
ieder een halven dag of wel om den
anderen dag of om de andere week wer
ken. De vrije tijd wordt dan gevuld'door
hun ontwikkelingscursussen of practische
lessen, die bij hun ambacht hooren, te
laten volgen.
De meerdere kosten, die het systeem
meebrengt, omvatten alleen die voor so
ciale verzekering. Deze kunnen echter
voor de werkgevers via het gemeente
bestuur aan het Rijk in rekening worden
gebracht.
Dat het stelsel practisch uitvoerbaar is,
blijkt volgens de commissie uit het feit,
dat de staatsmijnen in Limburg op deze
wijze 900 jongens hebben tewerkgesteld,
Werkspoor te Amsterdam 36, de Biscuit
fabriek „Victoria" te Dordrecht en de ge
meentelijke telefoondienst te 's-Graven
hage ook velen.
lerseke. De politieboot „de Ekster" is
op het oogenblik buiten de vaart gesteld,
daar het personeel ziek is of de zieke
ambtenaren aan den wal moet vervan
gen.
Hansweert. Het wrak van het op 1 De
cember 1.1. in het schaar van Waarde ge
zonken schip Monte Leono is thans ge
heel opgeruimd. Het is in drie stukken
gelicht en hier in de vluchthaven om-
hooggezet alwaar het vermoedelijk wel
hob verder ook nog geen reisgeld; waarvan
moet ik daarginds leven, zoolang de erfe
nis ons eigendom nog niet is? En hoe
zal ik Charlie een eervolle begrafenis
kunnen geven als hij eens komt te over
lijden?"
„O, vader, spreek u toch zóó niet. Alle
hoop is toch nog niet uitgesloten, en ik
kan de gedachte niet verdragen, dat Char
lie werkelijk van ons zou heengaan. Laten
we den moed nog niet opgeven. Voorloo-
pig gebruikt u het geld, dat we voor de
huur hadden weggelegd en dan moeten
we probeeren om ons hooi te verkoopen
tegen den tijd, dat de huur moet betaald
worden. Maar voor alles moeten we spe-
culeeren of geld leenen vermijden, want
dan raken we nog veel verder achterop.
We zullen geloovig op God blijven ver
trouwen, want Hij, die het kruis geeft te
dragen, weet het ook weer af te nemen."
Mijnheer Dauncey kon niet van harte
instemmen met de laatste woorden van
zijn dochter en ongeloovig haalde hij
zijn schouders op.
„U weet, vader, dat ik wel graag met
u zou willen gaan", zei Belle, terwijl ze
bezig was de koffer die haar vader mee
moest nemen, te sluiten. „Maar u weet
ook, dat ik, als u weg bent, hier onmo
gelijk gemist kan worden."
„Ja, kind, dat weet ik beide wel. Als
gesloopt zal worden. D'e bergingsvaar
tuigen en bokken zijn weer naar Rotter
dam teruggekeerd.
Wemeldinge. Gisteravond had in 'de
'voormalige bewaarschool de algemeene
vergadering van de vereeniging „Hei
Groene Kruis" onder voorzitterschap van
burgemeester Keijzer, plaats. Een 50-tal
leden was opgekomen. De voorzitter spoort
naar aanleiding van de begrooting voor
1937 ieder lid aan om nog me,er leden
te werven, daar 'het aantal leden (350)
voor een gemeente als deze, nog veel te
weinig is. Ook werd de aandacht geves
tigd op de contributie. Een gulden per lid
moet als minimum worden gesteld. Ieder
die kan verhooge dit. Er werd op gewe
zen, dat 'het salaris van de verpleegster
beslist aan den lagen kant is.
Wolphaartsdijk. Maandagavond ver
gaderde alhier de a.-r. kiesvereeniging
onder leiding van den heer Van Wijk.
i Na de bespreking van de candidaatstel-
ling voor de Tweede Kamer werd dooi
den heer J. Zuurveld een uitgebreide
inleiding gegeven over Art. 21 van ons
Program: „Het koloniale vraagstuk"
vvaarop een aangename bespreking
volgde.
I Aagtekerke. De Maandagavond te Aag-
tekerke gespeelde competitiewedstrijd
voor 'den Zeeuwschen Dambond tusschen
Aagtekerke II en Vlissingen II gaf den
volgenden uitslag.
'C. JongepierJ. v. Egeraat 11; F,
KrijgerJ. F. Krijger 11; J. Maljaars
-L. Labi'ijere 11; A. de VisserP
Geelhoed 11; A. ProvoostJ. Blaassr
2O; P. BimmelE. L. Verschoor 11:
A. v. d. DriestJ. Koppejan 11; L.
BakkgrA. Keijmel afgebr.; L. Maljers—
Oh. Cats 02; A. VerhageA. d. Bruij
ne 20; uitslag Aagtekerke 10 en Vl:s
singen 8 punten.
ik maar eerst eenmaal op reis ben, zal
alles me wel wat meevallen."
Mijnheer Dauncey vertrok den vol
genden dag al heel vroeg in den morgen
en precies op tijd stuurde mijnheer Mul-
ready het beloofde rijtuig'. Weatherley
mocht zijn grootvader tot aan het sta
tion vergezellen, want Belle wilde liever
thuis blijven, omdat de beide meisjes er
nog niets van wisten, wat de reden was
van hun grootvaders overhaast vertrek.
Op het laatste nippertje kwam Flo in
haar peignoir nog naar beneden hollen
om haar vader te groeten.
Mijnheer D'auncey had juist het benoo
digde reisgeld bij elkaar kunnen schar
relen. Belle had hem het geld van de
huur gegeven en Flo had hem haar vijf
pond afgestaan. Hij was er zeker van
overtuigd, dat aan het nijpende geldge
brek nu spoedig een einde zou komen,
omdat de erfenis nu dichter binnen hun
bereik was dan ooit. Het scheiden viel al
len zwaar en met betraande oogen keken
de achterblijvenden het vertrekkende rij
tuig na. Vooral Belle had het erg te
kwaad; angstige voorgevoelens vervulden
haar hart met de grootste zorgen. Molly
trachtte haar te troosten met de opmer
king, dat mijnheer Charlie zeker sterker
zou zijn en meer uithoudingsvermogen zou
h bben, dan zij allen vermoedden. „Schrei
Dat door de Regeering pogingen worden
gedaan in het bedrijfsleven eenige orde
ning te brengen, verdient m.i. toejuiching.
Met instemming heb ik daarom begroet
het ontwerp-Vestigingswet voor midden
standers.
Wat nu echter gedaan wordt op het ge
bied van de bakkerij, schijnt mij niet zon
der bedenking.
Bij Kon. Besluit is van het bakkersbe
drijf te Amsterdam en te Rotterdam een
voudig een gesloten bedrijf gemaakt. Wie
plan heeft zich daar als bakker te vesti
gen, krijgt geen kans.
En dit wordt gedaan op grond van de
Landbouw-crisiswet, die tot stand kwam,
omdat men in de tegenwoordige buitenge-
omdat men „in de tegenwoordige buitenge-
gelen (moest) treffen in het belang van
den Landbouw".
Naar het heet is de bedoeling van de
nu genomen maatregelen mee te werken
ofn den broodprijs te stabiliseeren,
Het lijkt er echter veel op, dat zoo
als ik orgens zag opgemerkt hier een
pogen is tot stabilisatie van het Land
bouwcrisisfonds.
Hoe dit zij, de wijze waarop hier wordt
opgetreden, schijnt mij kwalijk verdedig
baar.
OPMERKER.
Vocrlcopig verslag van de Eerste Kamer.
Aan het voorloopig verslag inzake de
begrooting van het staatsbedrijf der P.
T. T. is het volgende ontleend.
Eenige leden achtten wat de belangen
van het publiek betreft, de tarieven in
het algemeen te hoog en huns inziens
mocht het oogenblik van verlaging daar
van niet lang meer op zich laten wachten.
Voorts meenden zij, dat niet steeds
wordt voldaan aan den eersten eisch,
welke aan den hier bedoelden dienst mag
worden gesteld, n.l. bevordering van het
verkeersbelang door het publiek zoo vlot
en goed mogelijk te bedienen. Gewezen
werd op het in sommige plaatsen op
drukke dagen telkens optredende incon
venient zeer geruimen tijd ten
postkantore te moeten wach
ten, alvorens „aan de beurt" te komen.
Het groote aantal wachtgelders maakt
het, naar het gevoelen van deze leden,
gemakkelijk hierin de gewenschte veran
dering te brengen.
Andere leden achtten het, in het bijzon
der voor 'het platteland, waar na Zater
dagmorgen, eerst laat op Maandag weer
post wordt besteld, onjuist de gelegenheid
om op Zondag post af te halen
te verminderen.
Voorts hadden eenige leden bezwaar
tegen voortdurende toeneming van het
personeel, op arbeidsovereen
komst in dienst, en van het aantal, een
zeer geringe vergoeding genietende, vo
lontairs. Het aan'(al «contract-arbeiders
is, naar hun meening, thans reeds veel
te groot.
Sommige leden waren weinig geest
driftig gestemd over de gestie van de
radio-omroep controle
commissie, daar zij uitzendingen
vaak eerst zeer laat, soms zelfs wanneer
de sprekers reeds gereed zijn, verbiedt,
terwijl daarenboven 'herhaaldelijk niet is
in te zien, waarom het verbod wordt ge
daan.
Van vele zijden werd instemming be
tuigd met het door de regeering ten aan
zien van de Vrijdenkers Radio
Omroep vereeniging ingenomen
standpunt. Inderdaad komt in Nederland
aan een vereeniging, wier actie gericht is
o'p destructie van den godsdienst, het
recht van openbaring van de gedachte
door de radio niet toe.
Andere leden konden zich met de op
vatting van den minister niet vereenigen.
Naar hun wijze van zien biedt de censuur
■van de radio-omroep-controle-commissie
voldoenden waarhorc dat geen mededee-
lingen door de radio zullen worden ge
daan, strijdig met het bepaalde in artikel
2 van het radio-reglement. Daarenboven
ac'htten' zij het tijdstip der ontzegging,
met het oog op de actie van de nationaal-
socialistische beweging tegen de vereeni
ging De Dageraad, niet tactisch gekozen.
u niet zoo, juffrouw Belle! Als u de moed
verliest, wat moeten wij dan wel begin
nen!"
„Je hebt gelijk, Molly. Ik zal naar bo
ven gaan om me wat te wasschen, want
de kinderen moeten eigenlijk niets va.i
mijn verdriet merken". En weg snelde ze
om haar voornemen ten uitvoer te bren
gen.
Flo en Molly bleven samen achter en
Molly vond het een bijzonder geschikt
moment om Flo eens even op haar plicht
te wijzen. Het werd nu toch wel eens tijd,
dat ook zij de handen uit de mouwen
stak.
„U zult juffrouw Belle toch zooveel
mogelijk helpen, niet waar? Anders houdt
ze het niet lang meer vol. Zij moet wel
zoo sterk zijn als een paard om te kunnen
blijven werken met de last van zoo'n
groot verdriet. Zij slooft zich af als een
geboren neger."
„Natuurlijk zal ik haar helpen, Mol
ly", zei Flo, direct bereid. „Jij moet
mij maar zeggen, wat ik doen moet. Ik
kan wel eiwten doppen, boonen draden
en nog veel meer."
„Het lijkt me veel beter, dat u eens be
gint met de kinderen les te geven; dan
heeft juffrouw Belle daar tenminste de
handen niet zoo vol mee".
(Wordt vervolgd.)