RHEUMATISCHE
PIJNEN KWELDEN
KLOOSTERBALSEM
De Erfenis uit Amerika
Uit de Provincie
OUDEN HEER VAN 60 JAAR
Dank zi] den KLOOSTERBALSEM
is hij nu weer kras en monter
AKKER'S ORIGINEEL TBR INZAGE
Het ontwerp-pachtwet.
Siaten-Generaal
voorteekenen vrijzen er op, dat men een
poging zal doen, de oude antithe
se te 'heratellen, die zoolang ons staatkun
dig leven 'heeft beheerscht en geschaad.
Men spreekt in het voorloopig verslag
van den wensch naar een krachtige regee
ring op een breede parlementaire basis.
Ook spr. wensaht zulk een regeering, dooh
acht het uitgesloten, dat de drie groote
Christelijke partijen in 1937 tezamen de
daartoe noodige meerderheid zullen krij-
gen.
Spr. begrijpt echter het verlangen van
de Christelijke partijen, die bang zijn voor
hun verantwoordelijkheid voor het beleid
van dit Kabinet en voor het nationaal-
socialisme, dat juist onder deze partijen
zijn aanhangers vindt. Door de geloofs
kwestie op den voorgrond te stellen hoopt
men de geloovigen bijeen te houden, doch
dit zal niet gelukken. Het anti-papisme
zal daardoor weer den wind in de zeilen
krijgen.
Sprekende over de gevaren, die in de
zen tijd dreigen, zegt spr., dat wij bereid
moeten zijn den Volkenbond te
steunen en te versterken en daarvoor zoo
noodig offers te brengen.
Niet minder belangrijk op binnen-
landsch gebied is de strijd voor de d e -
mocratie. Het is een valsdhe leuze,
dat we hebben te kiezen tussohen fascis
me of comunisme. In ons land zijn com
munisme en fascisme kleine minderhe
den en zij zullen dit ook blijven. Meer dan
85 pet. der Nederlandsche kiezers ver
werpen de dictatuur in welken vorm ook.
We moeten echter het extremisme zijn
voedingsbodem ontnemen door een einde
te maken aan de ellende. De arbeidersbe
weging is opgevoed tot een der sterkste
bolwerken der democratie. Maar juist
daarom is bet voortbestaan der organi
satieverboden t.a.v. S. D. A. P. en N. V. V.
zoo krenkend.
De regeering zal ook baar houding te
genover de N. S. B. moeten herzien.
Steeds meer gaat deze beweging tot
openlijke terroristische daden over.
Er bestaat behoefte aan een aaneen
sluiting van alle politieke groepeeringen
ter verdediging vian de democratie. In
de kamende verkiezingen zal de S. D'. A.
P. baar Plan van den Arbeid, partij trek
kende van elke wetenschappelijk gefun
deerde critiek, voorleggen aan de Neder
landsche ikiezers, in de hoop dat een Ea
rner en een regeering tot stand zullen ko
men, die ons volk zullen opheffen uit den
economischen nood en ons volk zullen
weten te vereenigen in den strijd voor
onze valksvrijheden en democratische
staatsinstellingen.
Verder werd nog het woord gevoerd
door de heeren Lingbeek (H. G. S.),
die tegen het „Roomsche gevaar" waar
schuwde en Westerman (ex-Nat.
Herst.), die waarschuwde tegen gezags
ondermijning en aandrong op meer voort
varendheid ten opzichte van onze defen
sie.
Registratie en domeinen.
Bij beschikking Van den Minister van
Financiën is de ontvanger der registratie
en domeinen, H. R. Heerema, verplaatst
van de inspectie der directe belastingen
te Amsterdam naar het kantoor der regi
stratie en domeinen te Hulst.
De oestercultuur wederom bedreigd.
Men meldt ons uit Ierseke:
Gelijk bekend, zijn dit voorjaar door de
regeering drie millioen Fransche zaai-
oesters uitgezaaid, ter waarde van f 64000
opdat de berooide oestercultuur weer
eenigszins van nieuw zaad zou worden
voorzien ende oesterkweekers weer
oesters zouden kunnen kweeken vrij van
schelpenziekte. Herhaalde malen is de re
geering er op gewezen dat door de weers
omstandigheden dit proces ten zeerste is
geschaad. Gevraagd werd om die Fran
sche oesters nog een j'aar te laten liggen.
Nu komt als een donderslag uit helderen
hemel bef bericht, dat die Fransche oes
ters van staatswege worden opgevischt.
Gevreesd wordt nu, dat die Fransche
oesters op de markt zullen worden gewor
pen en de oesterkweekers zullen worden
beconcurreerd van staatswege. Ze kun
nen toch reeds moeilijk bun Zeeuwscb
product kwijt en komen deze 2 millioen
nu weer aan de markt, dan blijven ze met
bun eigen product, dat ook prima is, zit
ten.
Hervatting K.L.M.-lijnen op Zeeland?
De heer J. J. Cock, voorzitter van de
afdeelinig Schouwen-Duiveland van de
Zeeuwscbe Vereeniging voor Luchtvaart,
heeft besprekingen gehouden over de
mogelijkheid om de Zeeuwscbe Luchtlijn
opnieuw in exploitatie te brengen.
In een bespreking met den minister
van Waterstaat is de wenschelijkheid uit
gesproken, dat de diensten op Zeeland zoo
spoedig mogelijk worden hervat, vooral
de diensten naar Schouwen-Duivenland.
Voor dit eiland zijm deze diensten van
zeer groot belang te achten. In de deze
week te houden vergadering van de Kon.
Vereeniging voor Luchtvaart zal dit punt
nader besproken worden.
„Tot mijn 50ste jaar mankeerde ik nooit
iets, maar toen begonnen hevige rheu-
matiek-aanvallen mijn leven te ver
gallen. Reeds begon Ik te wanhopen,
toen een vriend van mijn leeftijd mij
vertelde welke wonderbaarlijke onder
vindingen hij had opgedaan met Kloos
terbalsem. Nu ik zelf dit wonderlijke
middel heb toegepast, kan ik verklaren,
dat ik mij weer jeugdig en monter
gevoel als een knaap van 30 jaar, al
hoop ik eerstdaags 60 jaar te worden."
J. Vr. te H.
„Geen goud zoo goed"
Onovertroïien bij brand-en snf]wonden
Ook ongeëvenaard als wrfjfmlddel b(j
Rheumatlek, spit en pijnlijke spieren
Schroefdoos 35 ct. Potten: 62ct en f 1.04
Goes. Gisteren hield de Ver. van Oud-
leerlingen der landbouwcursussen op
Zuid- en Noord-Beveland en Walcheren
een zeer goed geslaagde vergadering. Na
afdoening van enkele huishoudelijke aan
gelegenheden verleende de Presidente,
mej. de Regt, het woord aan den heer
L. van D ij k van Schoondijke om
een causerie met lichtbeelden te houden,
over: „Ons dagelij ksch brood door de
eeuwen heen". Spr. gaf achtereenvolgens
in een boeiend en prettig betoog een over
zicht van de wording der bakkerij, de
beteekenis van het brood voor de mensch-
heid door de eeuwen heen en typische
folkloristische bijzonderheden omtrent
het brood, waarna hij besloot met een
humoristische schets uit de Vlaamsche
bakkerswereld. Alles werd verduidelijkt
door lichtbeelden.
Een warm applaus beloonde den spre
ker voor zijn interessante en leerzame
voordracht. De Z.L.M. zorgde belangeloos
voor projectielantaarn met bediening.
Ierseke. Met het stormweer van laatst
leden Maandag is van de YE 46 (een mos-
aelmotorvaartuig) 'de 18-jarige schippers
knecht de Blieck, door een rukwind ter
hoogte van Coiijnsplaat overboord gesla
gen. De jongen, die zwemmen kon, wist
zich eenigen tijd boven water te houden.
Hij kon door de overige bemanning, door
het toewerpen van een lijn, binnen boord
gebaald worden.
Kruiningen. Dinsdag vergaderde bet
Ned. Bijbelgenootschap ter splitsing der
Afd. Beveland Oost. Ds. D. E. Boeke
secretaris van bet N.B.G. lichtte leze
zaak toe waarna men overging tot op
richting der Afd. Kruiningen en omstre
ken waartoe mede behooren Hansweert,
Biezelinge en Schore. Als bestuursleden
werden gekozen de heeren B. G. de Mul,
Voorz. Ds. Mortier, Secr. Ds. Koolstra
Bibliothecaris, Ds Plaggemars Penn., Dts
Door de Tweede Kamer aangenomen.
De Tweede Kamer heeft gistermiddag
gestemd over bet wetsontwerp tot nieuwe
regeling van de pacht. Nadat de heeren
Lingbeek (Herv. Ger.), Bierema (Lib.) en
Kersten (Staatk. Ger.) in bet kort de stem
tegen van hun fracties hadden gemoti
veerd, werd tot de stemming overgegaan.
Het ontwerp werd met 76 tegen 12
stemmen aangenomen. (Tegen: de Lib., de
Staatk. Ger., bet Herv. Ger. lid Lingbeek,
de heer Westerman en de beer Vervoorn
(Plattel.).
van Steenbergen A. Bierens en P. Sterk
bestuursleden. Een keurige collectie uit
gaven van bet genootschap was mede te
bezichtigen.
Dinsdagavond hield de Vrouwen-
vereniging „Wees een Zegen" haar 2e
jaarfeest met vele genoodigden. Uit het
verslag der secretaresse Mej. v. d. Peijl
bleek, dat de vereeniging 36 leden telt en
een opgewekt vereenigingsleven leidt. De
avond werd gevuld met voordracht, zang,
sjoelen enz.
N. en St.-Joosland. Gemeenteraad.
Maandag vergaderde de Raad. Aan de
orde is een aangehouden voorstel van
B. en W. tot beschikbaarstelling van f 175
voor aanleg van een schietbaan. Aange
nomen met 4 tegen 3 stemmen. Tegen
de heeren de Kater, Eikenhout en de
Goffau.
Ingekomen is een adres van bieten
verbouwers uit de gemeente, met ver
zoek het kaaigeld te verminderen. In dit
adres werd een overzicht gegeven van
de tarieven uit verschillende andere ge
meenten.
De voorzitter zegde, dat de gemeenten
in Schouwen, N.-Beveland en St.-Philips-
land hier buiten beschouwing kunnen
•worden gelaten, aangezien we met plaat
selijke omstandigheden te maken hebben.
Hij leest daarna enkele tarieven voor, die
lager zijn dan in deze gemeente, doch
wijst er tevens op, dat die gemeenten
gelegen zijn aan een Rijksknaal, met min
der kosten aan de haven. In het adres
is niet vermeld b.v. de gemeente Arne-
muiden, die duurder is dan deze gemeen
te. Aangezien de geldigheidsduur der ver
ordening op 31 December 1937 eindigt,
stelden B. en W. voor, de verordening
thans niet te wijzigen, doch met ingang
van het jaar 1938 de tarieven weer onder
het oog te zien. De voorzitter merkte naar
aanleiding hiervan nog op, dat hij in
de vorige vergadering gezegd heeft, dat de
organisatie aan de haven te wenschen
overlaat. Naar hem gebleken is, kan de
toevoer van bieten soms zoo groot zijn,
dat de fabriek niet alles tegelijk kan
verwerken, zoodat er stagnatie ontstaat.
Natuurlijk heeft de organisatie van de
fabriek hieraan geen schuld.
De heer de Goffau zegde, dat de land
bouwers menschen kunnen aannemen om
de bieten op een hoop te gooien. Dat
spaart kaaigeld.
De heer Eikenhout zegde, dat eerst de
bieten in de buitenhavens weggehaald
worden met het oog op waterschade enz.
Daardoor is het z.i. ook te verklaren, dat
hier de bieten langer blijven liggen.
De heer van Eenennaam wijst er op,
dat de ruimte aan de haven steeds te
klein is. Elk jaar komt er een strook
bij. Hij vertrouwt, dat B. en W. met een
voorstel tot verlaging der tarieven zullen
komen, als ze te hoog blijken te zijn.
De heer Verlare is het niet eens met
de uitschakeling van de gemeenten in
Schouwen, N.-Beveland en St.-Philips-
land. Er zijn z.i. scherpe contrasten. Hij
waarschuwt voor de gevolgen van ver
minderde opbrengst van het havengeld
als de boeren b.v. hun bieten naar andere
gemeenten zouden vervoeren. Hij stelt
voor de tarieven met ingang van het jaar
1937 reeds te herzien.
De heer van Eenennaam ondersteunt
dit voorstel. Hij vraagt tevens voorlezing
van de namen van de landbouwers, die
het adres onderteekend hebben. Hieruit
blijkt, dat een landbouwer heeft getee-
kend, die nooit bieten aan de haven al
hier geleverd heeft.
De heer van Strien gelooft ook, dat de
tarieven iets aan den hoogen kant zijn.
De heer Verlare wijst nog op de motor-
tractie en betoogt, dat er werkverminde-
ring voor de arbeiders zal komen als de
bieten naar andere gemeenten vervoerd
worden.
Het voorstel van B. en W. om de ta
rieven niet te herzien voor 1938, wordt
daarna in stemming gebracht en aange
nomen met 5 tegen 2 stemmen. Tegen
de heeren Verlare en van Eenennaam.
Een verzoek van de K.N.A.C. om ver
mindering van personeele belasting voor
motorrijtuigen, wordt voor kennisgeving
aangenomen, aangezien de begrooting dit
niet toelaat.
Een verzoek van de Prov. Schoonheids
commissie om subsidie wordt eveneens
voor kennisgeving aangenomen.
Goedgekeurd wordt een regeling tot
heffing van invoerkeurloon voor vee en
vleesch, aan te gaan met de gemeente
Middelburg.
Aan de orde is de begrooting 1937.
De voorzitter zegde, dat de begrooting
zoo sober mogelijk is opgemaakt. Hij wijst
op de belangrijke verlaging van de sub
sidie in de kosten van werkverschaffing
en steunverleening. Toch is belastingver-
hooging niet noodzakelijk. Hij ziet rpet
vertrouwen de toekomst tegemoet.
De heer Verlare zegt, dat het hem ge
noegen doet, dat de begrooting is opge
steld zonder belastingverhooging. Tot
voortdurende versobering zal moeten wor
den besloten. Hij vreest, dat de opgelegde
loonsverhooging in den landbouw dezen
winter meer werkloosheid tengevolge zal
hebben.
De heer van Eenennaam denkt, dat
belastingverhooging in de toekomst niet
zal kunnen uitblijven, omdat het Rijk
steeds meer op de gemeenten afschuift.
Bij den post „Batig slot van het vorige
dienstjaar" vraagt de heer de Goffau of
hiervan niets gereserveerd kan worden,
waarop de voorzitter antwoordt, dat dit
niet kan zonder belastingverhooging.
Bij den post „Jaarwedde ambtenaar
ter secretarie" deelt de voorzitter mede,
dat hoewel de begrooting sober opgesteld
is, B. en W. toch met vrijmoedigheid
voorstellen deze jaarwedde te verhoogen.
Andere gemeenten als voorbeeld nemen
de, stellen B. en W. voor zijn jaarwedde
als ambtenaar te bepalen op f361, zoodat
hij met inbegrip van zijn jaarwedde als
agent der arbeidsbemiddeling ad f 40 juist
onder de Pensioenwet valt. Dit wordt
aangenomen met 6 stemmen voor en 1
stem tegen. Tegen de heer de Goffau.
Bij den post „rijwieltoelage voor den
gemeenteveldwachter" stelt de heer de
Goffau voor dit bedrag van f 25 op f 15
te brengen. Aangenomen met 4 tegen 3
stemftien.
Bij den post „Werkverschaffing aan
werkloozen" vraagt de heer van Eenen
naam of deze post niet te laag geraamd is.
De voorzitter antwoordt, dat B. en W.
hopen, dat van de geraamde f 4500 nog
over zal blijven.
Op een vraag van den heer de Kater,
wanneer met de werkverschaffing zal
worden begonnen, deelt de voorzitter
mede, dat er momenteel geen enkele werk-
looze is, doch zoodra het noodig blijkt,
zal met werkverschaffing worden be
gonnen.
Bij den ontvangstpost „Hondenbelas
ting" stelt de heer de Goffau voor het
tarief voor de losloopende honden van
f 3 te brengen op f 4.
Weth. van Strien stelde voor dit bedrag
te brengen op f5, aangezien het tarief
in vele andere gemeenten hooger is dan
hier. Het voorstel-van Strien wordt aan
genomen met 6 stemmen, (dhr de Gof
fau tegen). Het tarief voor de waak
honden, vaststaande honden e.d. wordt
ongewijzigd gelaten.
De begrooting wordt daarna vastgesteld
z.h.st. op een bedrag van f 41.430 in ont
vangsten en uitgaven, met een post voor
onvoorziene uitgaven van f847.
Het aangehouden voorstel van den heer
Eikenhout, om de raadsnotulen in con
cept aan de Raadsleden rond te zenden
vóór de vergaderingen, wordt daarna ver
worpen aangezien de stemmen voor de
tweede maal staken. Blanco stemde de
heer de Goffau.
De hooge raming van kosten voor aan
leg van een weg onder aan den Veerdam,
geeft B. en W. aanleiding voor te stellen
dit plan aan te houden.
Ingekomen is een adres van den (mo-
noodiging aanvankelijk beantwoordde
met de mededeeling, dat hij nog niet wist,
of hij die zou aanvaarden, terwijl hij
daarna niets meer van zich liet hooren?
Van verschillende zijden werd tegen
over de hierbedoelde critiek gesteld, dat
het tot verheugenis stemt, dat Nederland
in Duitschland vertegenwoordigd wordt
docr een man van karakter, die den Ne-
derlandschen naam en de Nederlandsche
vrijheid hoog houdt.
Dat het corps diplomatique tot bijwo
ning van een partij dag wordt uitge-
noodigd, achtten vele leden volkomen
onjuist. Zij verheugden zich er over, dat
onze gezant op bijeenkomsten van dezen
aard niet verschijnt.
TWEEDE KAMER.
HET ALGEMEEN
BEGROOTINGSDEBAT BEGONNEN.
Nadat gisteren de stemming over de
Pachtwet had plaats gehad, kwam aan
de orde de algemeene beschouwingen over
Hoofdstuk I der Rijksbegrooting 1937.
De heer A 1 b a r d a (S. D. A. P.) 'her
innert aan de maatregelen, die tot depre
ciatie van den gulden hebben geleid. Wij
bevinden ons nog steeds in een over
gang sstadium, dat zoo spoedig mo
gelijk dient te eindigen, omdat het econo
misch leven behoefte 'heeft aan stabiliteit.
Spr. stelt het kabinet C o 1 ij n niet ver
antwoordelijk voor de economische crisis
zoomin als men den kapitein van een
schip verantwoordelijk stelt voor den
storm, waarin het schip geraakt. De ka
pitein is echter wel verantwoordelijk voor
de n a v i g a t i e, en zoo ia het ook hier
Door de ontoereikende politiek" van hei
Kabinet-Colijn drukt de crisis zwaarder
op ons land, dan op vele andere landen.
Spr. wijt den crisistoestand in Neder
land in de eerste plaats aan de a a n-
passingapolitiek van dit Ka
binet.
In ons land heeft de aanpassing de
koopkracht en daardoor de binnenland-
sohe markt ondermijnd.
Het kabinet Colijn heeft niets bereikt
van zijn aanvankelijk opgestelde program
punten. De staatsfinanciën zijn
niet in een beteren toestand gekomen. Het
tegendeel is het geval. Het economi
sche leven is niet opgeheven uit zijn
verval.
Het Kabinet had zich ook tot taak ge
steld het weerstaan van de g e z a g s-
ondermijnende invloeden
in ons staatkundig leven. Dit bereikt men
echter niet door politiemaatregelen, doöb
slechts door verbetering van het welvaarts
peil der bevolking.
Demuntdepreciatie heeft in
vele kringen een einde gemaakt aan de
psychische depressie, waaronder velen le
den. Er zijn bovendien eenige teekenen
van opleving. Is dat echter slechts een
vleugje of zijn we werkelijk uit de depres
sie? Toen zich verleden jaar in België
hetzelfde verschijnsel voordeed heeft de
regeering daar niet lijdelijk afgewacht,
hoe -zich dat zou ontwikkelen, maar stak
zij actief de handen uit de mouwen.
Ook wij mogen niet blijven zitten wach
ten op het natuurlijk herstel. Er zullen
noodzakelijk verschillende prijzen stijgen.
De loonen van vele groepen echter zijn tot
het uiterste minimum gedaald en zullen
noodzakelijk mede omhoog moeten gaan.
Doch het voornaamste is het verminderen
van de w e r k 1 o o s h 9 i d, en in dit
verband wijst spr. op het plan van den
Arbeid. De financieele bezwaren, die de
tegenstanders ervan opperen, gelden thans
minder dan ooit.
Spr. gelooft niet, dat er bij het kabinet
neiging bestaat, thans nog wijzigingen in
zijn beleid te brengen. De memorie van
antwoord althans zegt, dat het Kabinet
niet anders kan en niet anders mag. Spr.
gelooft dus niet in een wending ten goede
in het regeeringsbeleid. Daar
om zal de strijd' voor het Plan van den
Arbeid in de periode voor de verkiezin
gen krachtig worden voortgezet, niet al
leen voor de conjunctuurverbetering, maar
ook voor de ordeningsgedachte, die het
bevat.
De kiezers zullen zich echter ook oveT
iets anders hebben uit te spreken. De
F E UIL L ETO N
door An n e B a e I e.
8) 1 o
Torwijl Belle's hersenen daarover bezig
waren, waren haar altijd ijvergie handen
ook nu niet in rust. Ze veegde de krui
mels bijeen en strooide die voor het raam
neer, waar hongerige vogels ze gretig op
pikten.
Toen ze ook de meubels had afge
stoft, en de kamer zijn dagelijksohe beurt
had gekregen, ging ze naar de keuken,
waar Molly druk in de weer was.
„Charlie komt /vanavond", deelde ze
mee en de blijde klank in haar stem deed
Molly verwonderd opkijken.
„Ik kan hooren hoe prettig u dat vindt,
hebt er een kleur van", antwoordde ze.
„Wat zullen we dan eten vanavond? Hij
houdt zoo van eieren en spek 'he, en dat
hebben we gelukkig in overvloed".
„Ja en dan zal ik een flinken voorraad
doperwten gaan plukken, want daar is die
jongen ook zoo dol op".
De daad! bij het woord voegend, liep
Belle door de achterdeur, den grooten tuin
in, die omgeven was door een dichte haag
van laurier, liguster en 'hagedoorn. Door
Belle's goede zorgen droegen de vruoht-
boomen steeds vee-1 en overvloedig en
steeds leverde de tuin ruimschoots alles
wat ze aan groenten noodig hadden. De
ruïne kon slechts een kleine schaduw op
dit vruchtbare plekje grond werpen, zoo
dat de warme zonnestralen alles dompel
den in een gouden licht. In den grasrand,
die den moestuin omzoomde, staken kleine
orohideeën schuchter voorzichtige kopjes
omhoog om licht en warmte gretig in te
drinken.
Ijverig begon Belle te plukken en blijde
gedachten over het aanstaande bezoek
deden haar handen reppen, terwijl haar
oogen de mooiste vruchten kozen en keur
den.
„Zoo, nu zal hij zich vandaag toch eens
naar hartelust te goed kunnen doen. Die
arme jongen klaagt altijd, dat hij maar
zoo weinig van zijn lievelingsgerechten
krijgt. Hè, wat zou het heerlijk zijn, als
Flo hier nu ook was! Dan zou die onwaar-
sohijnlijke Amerikaansche erfenis toch
'nog iets goeds kunnen uitwerken".
Vermoeid strekte ze haar pijnlijken rug
toen ze klaar was met plukken en plotse
ling sprong er een hond over de heg, die
zich onstuimig Iiefkoozend tegen haar
aandrukte. Roger was een Malthezer hond
je met lang, zacht haar en zijn bruine
hondenoogen bedelden om een liefkoozing.
Belle bukte zich om het 'dier te streelen
en zelfs zij gunde zich den tijd om zich
een, oogenblik met hem te vermaken, want
Roger was aller lieveling. Tóen riep ze
naar Molly om haar een kom te brengen,
waarop ze achter in den tuin op een be
schaduwd plekje ging zitten om de erw
ten uit te doppen, terwijl Roger 'haar daar
bij gezelschap hield.
Het uitzicht, dat ze had en waarover
haar oogen dwaalden onder het bedrijvig
spel der handen, was zeer afwisselend.
Het dichte bladerdak van de vruchtboo-
men lieten haar nog een vrijen blik over
het hooiland, waar de zon het groene ge
was tot graan goudde en de maaiers warm
en druk bezig waren dit tot schoven saam
te binden. De donkere boomen van den
boomgaard, die grensde aan den moestuin
vormden een eigenaardig contrast met het
vroolijke kleurenspel, dat schemerde door
het bladergroen. Belle hield van hun huis
niettegenstaande haar vader zoo dikwijls
klaagde over de somberheid en ongezel
ligheid ervan. Ze was er niet geboren
maar bad er wel 't grootste deel van haar
leven in doorgebracht. Hier was haar
moeder gestorven en uitgedragen naar het
kleine kerkhof achter den heuvel, waarop
de oude ruine dreigend zijn vervallen
torenspitsen omhoog stak. Hier had ze
gewerkt met en voor haar vader en samen
met hem vele moeilijkheden doorworsteld;
hier had ze gezorgd en geleefd voor haar
broer en jongere zuster en hier had ze
gedeeld in de zorgen en nooden der men
schen rondom haar. Hoewel ze arm was
en zelf wist, wat geldgebrek beteekende,
hielp ze toch zooveel mogelijk, daar waar
nóg schrijnender nood en bitterder armoe
dieigde dan bij hen zelf. Ze bezat een
warm en medelijdend hart en met die gave
wist ze menige bedroefde en terneerge
slagen ziel te troosten en op te beuren.
Iedereen in Hollyfield 'hield van haar en
Belle wilde liefst daar haar leven door
brengen, waar ze zoovelen tot zegen kon
zijn. Nooit kwam in haar de begeerte op
naar afwisseling en verandering; ze kende
nauwelijks bet verlangen naar reizen en
trekken, het jagen naar genot en opwin
ding, dat zooveel andere jonge meisjes
dikwijls1 uit huis dreef. En juist in die
gehechtheid1 verschilde Belle zoo zeer met
haar broer en zuster, Charlie en Flo. De
eerste woonde in Londen en Belle wist,
dat evenals bij haar vader, zijn gebrek
aan geld een voortdurenden druk legde
op zijn leven, waaraan hij zich niet wist.
te onttrekken. Flo had haar vleugels wiji-
der uitgeslagen en was als reisgenoote van
mevrouw Prendergast naar het vaste
land vertrokken. Zij was eerzuchtig en
had een beslisten afkeer van het eentoo-
nige dorpsleven in Hollyfield. Graag her
innerde ze zichzelf en anderen aan het
feit, dat haar vader nog stamde uit een
oud' adellijk geslacht en het was haar een
voortdurende grief, dat deze zijn leven
niet meer daarnaar inrichtte en zijn stand
niet beter ophield. Ze vergat, dat in deze
dagen von overbevolking iedereen, hetzij
landheer of eenvoudige arbeider, zich
toelegde op het boerenbedrijf, als meest
rendeerend middel van bestaan. Flo had
een hekel aan armoede of aan een betrek
kelijk kommervol leven en onomwonden
verklaarde ze aan Belle, dat ze 't liefst zoo
spoedig mogelijk een goed huwelijk wilde
doen, om zoodoende haarzelf en haar fa
milie op te heffen uit de omstandigheden,
waarin de tijd hen noodgedwongen had
geplaatst. Ze schaamde zich zelfs om te
genover vreemden uit te leggen, hoe de
situatie thuis en in haar geboortedorp
eigenlijk was. „Weet je, Belle', zei ze
dikwijls, „als ons huis nu nog maar net
als vroeger heette „Hollyfield Manor" en
niet „Castle farm"; dat maakte in ieder
geval al een heel anderen indruk. Ik houd
niet van het woord „farm", want dat
Hinkt zoo ordinair; als ik mijn adres op
moet geven, zeg ik altijd: „Hollyfield, Or-
cbardson"; zoo ontkom ik aan de moei
lijkheid''.
Belle had haar dikwijls gepoogd te over
tuigen van de belachelijkheid daarvan en
samen hadden ze er heel wat pret om ge
had. Maar de situatie bleef als ze was;
Belle was de trouwe zorg, die het liefst
maar stil en rustig thuis was en Flo bleef
reizen en trekken en liet zich maar zel
den in den familiekring zien.
(Wordt vervolgd.)