JVk siecAts
3^e,pinfs is
<Oe toericincf. is ver/wogdf
DE ZEEUW
ALS DE LIEFDE RIJPT
HONIG S BOUILLONBLOKJES 6 voor (Oct.
TWEEDE BLAD
"Vóct deMotvt" rm -
Voor den Zondag
Wat er deze week voorviel
De vanouds beroemde AKKER's ABDIJSIROOP is een natuur-genees-
middel, daar de werking in hoofdzaak berust op de geneeskracht
van extracten uit reeds in oude tijden bekende „genees-kruyden".
AKKER's ABDIJSIROOP, bereid volgens oud recept, is dus een aan
de natuur ontleend geneesmiddel 1 Dit verklaart de gunstige werking 1
De genezende, hoeslslillende, slijmoplossende en kalmeerende werking van
de kruiden-extracten, welke AKKER'S ABDIJSIROOP zoo beroemd gemaakt
hebben, is door'n nieuws toevoeging van den bekenden Apotheker Dumont
nog sterker, nög sneller, nög krachtiger en nög doeltreffender geworden I
Een lepel AKKER'S ABDIJSIROOP
werkt thans 2x zoo snel als voorheen I
Een ongeëvenaarde werking tegenhoest, bronchitis, kinkhoest, verwaarloosde ver-
oudheid, griep, influenza, keelpijn, asthma, enz, enz. De verlaagde prijzen zijn thans i
75 et
F 1.25
F 2.00
F 3.50
De grootere flacons zijn bij voortgezel gebruik voordeeliger f
Uit den Goeschen Raad.
cent
3 dagen
gebruik
6 dagen
gebruik
12 dagen
gebruik
24 dagen
gebruik
Gkke/'sGêdijsiri
VAN
ZATERDAG 3 OCTOBER 1936, Nr 3.
DE KLOPPENDE HEILAND.
Zie, ik sta aan de deur en
Ik klop. Openb. 3:20.
Een beeld van licht en liefde.
De verheerlijkte Heiland staat met in-
neilijke barmhartigheid bewogen, aan de
poort van het zondaarshart.
Maar hoe donker is hier de achter
grond.
De gemeente te Laodicea had door
zonde en inzinking, de poorten voor haar
Koning dichtgeworpen.
Uitwendig bloeide zij, maar innerlijk
was de zaak niet in orde,
Er was lauwheid en lusteloosheid en
onverschilligheid. Zelfvoldaanheid eu
eigengerechtigheid.
Zij meende rijk en verrijkt te zijn en
geens dings gebrek te hebben en zij be
sefte niet dat zij toch in werkelijkheid
ellendig was, arm en blind en naakt.
En door al deze zonden waren de poor
ten gesloten,
Maaren dat is het licht bij al deze
donkerheid Jezus laat de gemeente te
Laodicea niet los en laat haar niet aan
zichzelf over.
Zij heeft de poort toegesloten, maar..
Jezus staat aan de deur en klopt.
Het beeld dat ons hier van de kerk te
laodicea geteekend wordt vertoont de
trekken van vele belijders ook uit onze
dagen.
Zij zijn als de trage en zelfvoldane
Christenen uit Klein-Azië. Zij voelen zich
rijk en verrijkt. Zij meenen aan niets
gebrek te hebben en zij beseffen niet, dat
zij gevaar loopen alles te verliezen.
Maar nog staat daar de kloppende Hei
land. Hij gaat niet vluchtig voorbij, maar
Hij staat en blijft kloppen. Op veler
lei manieren. In de prediking van het
Evangelie, in het zenden van roepstem
men, door Woord en Sacrament.
De Heiland klopt en Hij vraagt om toe
gang mede door dreiging en belofte.
Wie ooren heeft, die hoore en stelle
zijn zielepoorten wijd open opdat de klop
pende Heiland kan binnenkomen en zegen
schenken en vrede.
Het dertiental Raadsleden weer
compleet na de beëediging van den heer
Laport kon Woensdagmiddag zijn re
putatie niet handhaven. Wel gingen vele
voorstellen een-twee-drie onder den ha
mer door, maar bij sommige andere werd
veel en lang gepraat, dikwijls zonder dat
veel belangrijks uit de debatten kon wor
den opgepikt. Dok voor de rondvraag
hadden verscheidene leden zich zwaar
gepraepareerd.
Dank zij een opmerking van het jong
ste Raadslid kregen we een langdurig
dispuut over het verleenen van geeste
lijken bijstand aan de patiënten in het
Gasthuis. Oorzaak: een minder gelukkige
redactie van een artikel in de instructie
van de Gasthuis-directrice, waar een uit
legger bij noodig bleek te zijn.
De Raad ging nu wel accoord met de
uitlegging van den voorzitter, en wij twij
felen ook niet aan den goeden wil van
het tegenwoordige bestuur en de nu in
functie zijnde directrice, maar een in
structie geldt óók, als er andere perso
nen aan het bewind zijn. En dan moet
alle twijfel buitengesloten zijn.
Over den bouw van woningen door een
particulier aan Poelweg V bleek de Raad
niet zoo enthousiast te zijn. Geen won
der. De rioleering is daar een probleem,
waarvoor eindelijk een oplossing gevon
den is, die echter geen algemeene toejui
ching oogstte. Het bezwaar van de lig
ging wat ver van het centrum der
stad vonden we wel wat overdreven.
Met de vuilnis-auto hebben B. en W.
nu eindelijk hun zin gekregen. Indien we
FEUILLETON.
Uit het Engelsch.
102) o—
Hij las slechts medelijden in haar 1 lik en
haar medelijden verlangde hij niet. Dit
was reeds de tweede maal, dat hij de on
gedwongen kameraadschap, welke tus-
sehen Philippa en Hugo Lothian bestond,
had gezien en hij gaf er maar al te vaar
dig zijn uitleg aan. Was het niet vreemd,
dat niemand haar liefde begeerde?
In de opdringende schare hield hij: haar
arm vast en bracht haar naar een rui
mere plek.
„Mag ik u naar huis geleiden, juffr.
Philippa?" vroeg hij haar.
Hij hoorde niet dat er spijt in haar stem
klonk, toen ze hem antwoordde.
„Mijn vader is hier ook. Hij zal wel
zorg voor me dragen."
„Ach ja, ik vergat Dr Yeoman heele-
maal! Ik zal hem wel eens voor u gaan
opzoeken."
Terwijl George naast Philippa voort
schreed, wist hij niets meer te zenen om
het gesprek gaande te houden. Haar va
der kwam reeds op hen toeloopen, zijn
In dit nieiuwe werk geeft deze schrijtf-
ons niet vergissen, hebben ze tweemaal
een echec moeben boeken, maar nu de
nieuw ontdekte stortplaats (in den Goe
schen polder) wat ver van de stad af
ligt, konden ze nog eens een poging wa
gen. En heusch, die gelukte schitterend.
We wagen het te betwijfelen of mede-
deeling van den voorzitter, dat het B. en
W. speet weer met deze zaak ter tafel
te moeten komen, algemeen geloof vond!
Enkele leden pleitten nog voor een an
dere stortplaats (het z.g.n. genadewerk),
maar al spoedig waren allen overtuigd,
dat het terrein in den Goeschen polder de
voorkeur verdient. Het ligt ver buiten de
stad en vrijwel niemand zal straks van
den stank meer last ondervinden. Straks
rijdt de vuilnis-auto door de straten (en
kele gemeentewerklieden oefenen zich al
in het autorijden, zoo hoorden we in den
Raad) en dat alles bereiken we in een
tijd, waarin Goes noodlijdend is.
Ja, een arm mensch krijgt wel eens
wat toegestopt. Ook een arme gemeente.
Goes kan b.v. voor zijn Gasthuis van het
Rijk een fooitje krijgen. De vorige keer
begreep de Raad dat niet en weigerde hij
de begrooting van het Gasthuis te wijzi
gen. Nu snapte hij het beter en accepteer-
ruime jas wapperde in de wind, welke
plots was komen opsteken, Zijn gelaat
stond bezorgd en angstig.
„O, ben je daar, kind. Ik dacht, dat je
bedolven lag onder de puinhoopen. Ah,
D'r Tancred! U komt ons tegenwoordig
niet te vaak meer opzoeken."
„Neen, mijnheer. Mijn werk neemt al
mijn tijd in beslag. En mijn jongen wordt
ook te oud om alleen gelaten te worden."
„Doet u de complimenten van mij aan
Dicky", fluisterde Philippa, toen ze af
scheid namen op de hook van de Hoog
straat.
„Dank u! Dicky zal er ongetwijfeld blij
mee zijn", antwoordde George en drukte
haar de hand. „Gelukkig jongen", zei hij
hardop bij zichzelf, toen hij alleen de
straat overstak. „Maar wat heeft een kind
aan de groeten van Philippa?"
Doch in het donker had Dr Tancred
niet de eigenaardige glans in Philippa's
oogen kunnen zien, toen ze hem de hand
drukte.
HOOFDSTUK XXVT.
Dien ganschen zwoelen Meinacht kon
juffrouw Waggitt den slaap niet vatten.
Job was naar zijn eenzame wachtpost bij
de fabriek van Farren.
Het was nog vroeg in den morgen toen
de graag dat extraatje.
Een belangrijk besluit was nog de in
williging van het verzoek van „Ons Stre
ven" om beschikbaarstelling van gelden
voor den bouw van 16 goedkoope arbei
derswoningen en verkoop van den daar
toe benoodigden grond in bouwplan II.
Behalve dat hierdoor weer 'goedkoope ar-
beiderswoningen ter beschikking komen
in een huurprijs van plm. f 3.20, worden
tevens de leelijke gaten in de Gouwerve
en Scheldestraat gestopt.
We hopen nu maar, dat dit plan geen
stagnatie zal ondervinden door de ge
beurtenissen op monetair gebied.
Bij de rondvraag hoorden we tot onze
voldoening, dat de heer Simons inzake
het schoolgeld voet bij stuk houdt. Wan
neer inderdaad blijkt, dat Middelburg een
gunstiger schoolgeldregeling krijgt dan
Goes, dan mag o.i. niet gerust, voor ook
Goes deze heeft. In dit opzicht mag ze
ker geen onderscheid zijn tusschen twee
gemeenten, die Rijkssteun ontvangen. Het
schoolgeld is zóó belangrijk verhoogd, dat
geen cent hooger moet worden gegaan
dan in Middelburg. Het is ons zelfs een
raadsel, hoe deze ongelijkheid in de we
reld is gekomen.
Ingezonden Mededeeling.
ze zich kleedde en daarbij een oud lied
zong. Hugo Lothian, die zich reeds op
zijn studeerkamer bevond, hoorde het en
stemde neuriënd in. Het zou een moei
lijke dag voor hem worden en het werk
dat hem wachtte, was beter geschikt voor
een metselaar dan voor een dominee.
Juffr. Waggit had het venster en de
blinden gesloten. Doch toen ze heur haar
opmaakte en haar kapje recht zette voor
de spiegel, werd ze plotseling opgeschrikt
doordat een handvol grint tegen het ven
ster geworpen werd.
Ze hield op; zooiets was haar nog nim
mer overkomen. Het volgende oogenblik
kwam het weer, voor de derde maal vloog
nog eens een handvol kiezels met luid ge
ratel tegen het raam. Juffr. Waggitt vond
dit wel het toppunt van onbeschaamd
heid. Kalm liep ze naar het venster, trok
het open en leunde, geheel gekleed nu,
naar buiten.
„Wel, rekels!" begon ze, „wat wen-
schen jullie op dezen tijd van den morgen
van Sarah Waggitt? Jullie denkt zeker
dat dat een manier is om iemand uit bed
te halen. Maar ik ben er niet van gediend
door jullie met kiezelsteenen bekogeld te
worden, laat me je dat even mogen zeg-
gen."
„Juffr. Waggit", kwam een bedeesd
stemmetje, „of u dadelijk wilde komen.."
Ook de kwestie van de steunuitkeering,
door den heer Crucq ter sprake gebracht,
is waard serieus onderzocht te worden.
Wanneer het inderdaad niet wettelijk is
voorgeschreven, dat in alle gevallen van
een arbeider, die eens een week gewerkt
en een extraatje gemaakt 'heeft, de vol
gende week wordt afgetrokken al wat
meer dan IV2 maal het steunbedrag be
draagt, dam is er zeker geen reden, om
dit te Goes wel te doen. Er zijn b.v.
werkloozen,-die zelden werk kunnen vin
den en anderen, die in dat opzicht ge
lukkiger zijn. Het lijkt ons niet billijk,
allen over één kam te scheren.
De Zondagsschool in Nederland.
1836—1936.
(Slot.)
Zooals wij in het vorige artikel schre
ven was Dr M. Gapadose de man, die de
eerste Zondagsschool in ons land op
richtte, als wij' onder Zondagsschool geen
school willen verstaan, maar een geregeld
samenkomen van kinderen op Zondag,
waar hun verteld wordt uit den Bijbel
Een Zondagsschool dus, zooals wij die
thans kennen.
Komen. Waar is dat in vredesnaam
voor? Er is onrust en drukte genoeg ge
weest gisteravond. Kun je een vreedzaam
mensch niet met ïust laten?"
„Maar, juffrouw, het is voor uw man.
Het is voor Job! Hem is een ongeluk
overkomen, Juffr. Waggitt, en hij is
„Waarom zei je dat dan dadelijk
niet?" schreeuwde ze; maar nog voor
ze de woorden had uitgesproken was ze
reeds de kamer uit, de overloop over en
holde als een jong meisje de trap af.
In den loop zag ze nog' kans een om
slagdoek, Job's beste overjas en een ke
teltje bijeen te rapen. Haastig ontgrendel
de ze de voordeur en liep blootshoofds
door de frissche morgenlucht, in de rich
ting van Farren.
„Hij is daar niet, Juffr. Waggitt", zei
hij; in zijn oogen lag diep medegevoel.
„Waarschijnlijk is hij erg vermoeid ge
weest en in slaap gevallen na zijn maal
tijd. Hij is toen later opgestaan en heeft
zijn hut verlaten en is naar de kerk geloo-
pen, blijkbaar zonder zelf te weten, wat
hij deed. Eh daar is hij gevallen over een
pilaar, die daar lag. Hü is met
zijn voet ergens achter blijven steken
en een balk heeft hem toen getroffen. D'r
Tancred is er reeds bij, en en - we
zullen het beste maar voor hem hopen,
Juffrouw. Arme Job!"
Een buitengewoon belangrijke week ligt
achter ons Gelukkig geen week van pa
niekstemming, Over het algemeen heeft
ons volk zijn kalmte bewaard, al zal het
velen zeer gespeten 'hebben, dat onze re
geering door de houding van Frankrijk
en Zwitserland genoodzaakt was te doen,
waar zij enkele jaren tegen gestreden
heeft en wat zij heeft getracht tegen te
houden met al wat in 'haar was. Dat het
't kabinet onnoemelijk zwaar is gevallen
den gouden standaard los te laten, dat
heeft men wel duidelijk kunnen merken
uit de radio-rede van Br Colijn en uit de
ministerieele redevoeringen in de beide
Kamers.
De Regeering zal er voor waken, dat
prijzen en wisselkoersen groote schade
lijke fluctuaties zullen vertoonen, welke
een toestand van verwarring en ontred
dering zouden kunnen veroorzaken.
Verder bezit de regeering in de be
staande steun- en oontingenteerings-
maatregelen een zeer sterk en elastisch
wapen, dat een stijging der kosten van
levensonderhoud kan voorkomen.
Voor een paniek-stemming is dan ook
geen enkele reden. Men kan zooals wij
de genomen maatregelen betreuren. Op
het oogenblik staan wij voor het feit,
dat die stap genomen is. Alle welden
kende Nederlanders dienen mede te
werken met de regeering om te voorko
men, dat de gevolgen voor ons land door
onoordeelkundig optreden nog erger zou
den worden.
Handel en bedrijf hebben tot taak te
zorgen, dat geen cent onnoodig op de
prijzen wordt gelegd de regeering
heeft een krachtig wapen in de hand
door de deze week aangenomen wet tegen
onredelijke prijsopdrijving 'en het pu
bliek zal wijs doen zich te beiperken tot
het doen van de normale inkoopen.
Zóó kunnen we veel leed voorkomen.
Dat ons parlement in tijd van nood,
vlug kan werken, is deze week gebleken.
Op één dag werden in beide Kamers de
wetten aangenomen, die de regeering had
voorgesteld. We hebben heusch geen dic
tator of führer noodig, om spoedig
maatregelen te nemen.
Wie zich in dagen van spanning, als
het er op aankomt dus, buiten de volks
gemeenschap plaatsen? Dat zijn de N. S.
B.-ers en de communisten van allerlei
slag. Maar Minister 'Oud heeft ze des
wege een afstraffing toegediend, die aan
kwam
Uiterste noodzaak heeft ons het
laatst overgeblevene onder de goudlanden
nu Frankrijk en Zwitserland aan het
eind der vorige week devalueerden, tot
een nieuwen koers gedwongen.
Gelukkig dat de regeering haar koers
kent en geleid wordt door een zoo be
kwaam en voorzichtig man als Dr Colijn,
die toch altijd in breeden kring vertrou
wen geniet, en dat in de afgeloopen 'jaren
al het mogelijke is gedaan om de finan
ciën van bet land te saneeren.
God schenke regeering en volksverte
genwoordiging in deze moeilijke dagen
licht en wijsheid.
Evenals vorige week moeten wij ook nu
op internationaal gebied melding maken
van oorlogsdreiging. De Spaansche hoofd
stad bereidt zich voor op een verdedi
ging tegen de oprukkende nationalisten.
De toestand in Palestina wordt met de
week ernstiger, terwijl in het verre Oos
ten de kans op een oorlog tusschen
Japan en China al grooter wordt.
Hij, een Israëliet van geboorte, maar
door den Heiligen Doop in de Christelijke
Kerk opgenomen, had een Zondagsschool
in Zwitserland gezien. Haar nut en ze
gen was hem bijgebleven.
In 1836 was hij arts te 's-Gravenhage
Eiken morgen, 'behalve 's-Zondags, deed
een jongen boodschappen voor hem. Op
zekeren Maandagmorgen vroeg Capadose
hem, hoe hij den Zondag doorbracht. De
10-jarige jongen zeide, dat hij zich dan
meerendeels verveelde.
Toen stelde zijn heer hem voor den vol
genden Zondag om 1 uur bij hem aan
buis te komen. Niet alleen vond de knaap
het fijn in de 'kamer van mijnheer, maar
hij luisterde aandachtig, toen hij hoorde,
vertellen van Jezus, den grooten Kinder
vriend.
Op de hoek van de straat hield Jacob
Oldershaw haar echter staande.
..Waar is hij, Jacob?" was alles wat ze
zei. Met minzaam gebaar bood de kreu
pele Jacob haar de hand en geleidde haar
over neergestorte stukken steen, half-ver-
brande einden bekleedsel, versplinterde
glasscherven in groote kleurschakeerin-
gen, die chaotisch dooreen lagen binnen
de ruimte der vier half ingestorte muren,
Overal lagen dingen, welke herinner
den aan het verleden. Het orgel was
totaal uitgebrand. D'e banken waren ver
dwenen, het geheel onkenbaar vernield.
Slechts hier en daar lag een nog gespaar
de Bijbel of psalmboek, als door een won
der temidden van den vuurgloed, bewaard
gebleven.
De oorzaak van den brand lag nog ge
heel in het duister. Misschien was het een
door den tocht verdwaalde gasvlam ge
weest; mogelijk was het iets geheel an
ders geweest. Terwijl Juffr. Waggitt be
hoedzaam over de puinhoopen liep, zag ze
dat er reeds deskundigen aanwezig waren,
om de zaak te onderzoeken. Maar nie
mand vond het.
(Wordt vervolgd.)