Herziening van de Grondwet. Uit de Provincie Bijzonderheden omtrent Ingediende voorstellen. legen St, Odilia vertrekken. Bij de St. Odiliabron gekomen, stapt de Koningin uit en zoekt een lommerrijk plekje op, van waaruit een mooi tafereel haar oog treft. Even later is zij reeds druk aan het werk. In den namiddag maakt de Koningin groote wandeltochten door het bergach tige terrein. Met haar zwarten stofmantel en haar wandelstok is zij reeds een be kende verschijning in Hochwald gewor den. Deze tochten duren soms wel drie uur. De vorstin is een uitstekend wande laarster, en is meestal vergezeld door haar hofdames. Merkwaardig is het te zien, hoe de vorstin in de vacantieoorden van welk land ook, direct een groote vriendschap met de dorpsbevolking weet te sluiten. Nu en dan loopt ze eens een huis binnen en voelt zich in de oude kamers met de zware balken en houten zolderingen go- heel thuis. Ze maakt een gezellig praatje met de eenvoudige bewoners en geeft vaak een aardige gedachtenis, om haar be zoek in herinnering te houden. Ook Prinses Juliana is zeer behulp zaam en eenvoudig. Langs de landwegen en tegen de heu vels ziet men vele oude zeer schilderach tig gelegen kasteelen. Vooral op de kunst lievende vorstin moeten de afwisselende landschappen wel een groote bekoring uitoefenen. Jammer, dat het weer, gedurende de eerste weken van het verblijf in Hoch wald vrij regenachtig was, docii de vorstin laat zich hierdoor niet afschrik ken en de wandelingen worden er niet om afgelast. Zij schijnt zich om den re gen weinig te hekommeren, ook al is ze reeds eenige malen doornat in het Grand Hotel teruggekeerd. In het hotel vertoe ven ongeveer honderd gasten, hoofdzake lijk Franschen, die tegenover de hooge bezoeksters een eerbiedige belangstelling aan den dag leggen. HET ONDER DE WAPENEN HOUDEN VAN DIENSTPLICHTIGEN. Nu de regeering een wetsontwerp heeft ingediend, strekkende tot het in overwe ging nemen van verandering in artikel 187 der G.ondwet en bij de behandeling daarvan gelegenheid zal bestaan, de wen- schelijkheid te onderzoeken ook van an dere dan de door de regeering voorge stelde veranderingen in dat grondwets artikel, hebben de heeren Albarda c.s. aan de Kamer meegedeeld, dat zij; hun voorstel van wet tot het in overweging nemen van verandering in artikel 187 der Grondwet intrekken. HULPOFFICIEREN VAN JUSTITIE VOOR DE RIJKSVELDWACHT. Hergroepeering van de rijks politie is in overweging. Ingediend is een wetsontwerp tot wijl- ziging van de artikelen 141, 154, 157, 158 en 177 van het Wetboek van strafvorde ring. Het wetsontwerp heeft blijkens de toelichting de strekking, aan de rijks- veldwacht eigen hulpofficieren van justi tie te verleenen, gelijk de Koninklijke ma rechaussee reeds op ruime schaal bezit. Op de wijziging werd vroeger reeds herhaaldelijk aangedrongen. Voor het oogenblik is zijl ook in het bijzonder wen- schelijk in verband met een in overweging genomen hergroepeering van de rijkspo litie, welke, ter voorbereiding mede van de totstandbrenging van een eenheids korps, elk der bestaande korpsen op be paalde gebieden met den vollen politie dienst belast. Het is de bedoeling de wijziging bij1 de rijkspolitie geleidelijk te doen plaats vin den. In verband daarmede stelt artikel 2 van het ontwerp voor de hoedanigheid van hulpofficier in het wetboek rechtstreeks alleen te verleenen aan de districts-com- mandanten en de rijksrechercheurs, doch daarnevens den minister van justitie be voegd te verklaren bepaalde brigadiers- majoor en brigadiers, die daarvoor in verband met de organisatie in aanmer king komen, als hulpofficier aan te wij zen. MONOPOLIEHEFFINGEN OP UIT- HEEMSCHE TARWE. De Ned. Bond van Prot.-Chr. werkgevers in de voedingsbe drijven bepleit verlaging. Db Nederlandsche Bond van Protes- tantsch-Ghristelijke werkgevers in de voe dingsbedrijven heeft zich tot den minis ter van landbouw en visscherij gewend, met het verzoek een verlaging van de mo nopolieheffingen op uitheemsche tarwe- soorten te willen overwegen, zulks in ver band met de sterk oploopende tarweprij- zen op de wereldmarkt. Ten gevolge vaa een en ander zijn de bloemprijzen hier te lande niet onbelangrijk gestegen, hetgeen de kosten van levensonderhoud weer na- deelig influenceerde. Naar het oordeel van genoemden bond kan niet worden volstaan met de reeds tot stand gebrachte verlaging der mono polieheffingen op tarwebloemsoorten van f6 tot f 5.50 per 100 kg., doch dienen tevens andere maatregelen, waaronder een verlaging der heffingen op uitheem sche tarwe te worden getroffen, teneinde deze stijging op de wereldmarkt op te vangen. CHRISTELIJK NATIONALE WERK MANSBOND. Algemeene vergadering, In de voortgezette vergadering van den Ghr. Nat. Werkmansbond te Utrecht ls besloten de exploitatie der Gesina Ida- stichting als tehuis voor ouden van da gen, waarvoor indertijd de Pauwhof te Lunteren werd aangekocht, niet langer voort te zetten en per 1 Oct. het gebouw te sluiten. De exploitatie leverde elk jaar een belangrijk tekort op. Overwogen zal worden wat na 1 October met het huis zal worden gedaan. Aan de orde kwam verder het verslag van de N.V. Fonds „Uitkeering bij Over lijden". Het verzekerde bedrag onderging geen noemenswaardige vermindering. Aan de premie-reserve kon f 22.637,62 worden toegevoegd. Het steeg tm f 490.941.25. De winst over 1935 bedraagt f 39.237,38. In 1935 werd bij' overlijden uitgekeerd een bedrag van f 20.667 tegen f 14.546,56 over 1934. De heer A. Broen sprak een woord van dank voor de enveloppe met inhoud, die hij had ontvangen. Spr. deelde mede, dat hij' het geheele bedrag aan enkele fondsen van den bond ten goede deed komen, wel- ké mededeeling met applaus werd be groet. Ziekenvervoer per vliegtuig in West-lndië. Dezer dagen is voor het eerst in West- lndië het vliegtuig gebruikt voor zieken transport. Op Curacao kreeg de K.L.M. bericht, dat er iemand voor een spoed operatie van Bonaire moest worden ge haald. De „Snip" werd als brancardvlieg tuig ingericht en nog geen uur later was de zieke op Curacao. HET BETREKKEN VAN ELECTRICI- TEIT UIT HET BUITENLAND. Memorie van antwoord aan de Tweede Kamer. Geen overgangs termijn voor afwikkeling van bestaande overeenkomsten. Aan de memorie van antwoord op het voorloopig verslag van de Tweede Kamer over het wetsontwerp houdende regelen omtrent het betrekken van electriciteit uit het buitenland is het volgende ontleend: De electrificatie van Nederland is thans wel zoo ver gevorderd, dat aan stroom- levering uit het buitenland in het alge meen geen behoefte bestaat, hetgeen niet uitsluit, dat nabij de grens levering over en weer in een beperkt gebied, en niet uit sluitend nationaal, uit economisch oog punt in aanmerking kan komen. Ten aanzien van 't toelaten van stroom- levering uit het buitenland moet ook voor het grensgebied voorzichtigheid worden betracht, omdat den minister de vrees niet denkbeeldig voorkomt, dat bij de bui- tenlandsche ondernemingen de neiging zou bestaan met de levering verder het land binnen te dringen, wat dan onder bepaalde omstandigheden ongewenscht zou zijn. Toegezegd kan worden, dat bij beoor- deelling van vergunningsaanvragen steeds ernstig en telkens opnieuw zal wor den rekening gehouden met de belangen van de verbruikers, voor zoover deze ver- eenigbaar zijn te achten met de algemeene electriciteitsbelangen. Dat echter de staat verplicht zou zijn de gemaakte kosten te vergoeden aan hen, die electriciteit uit het buitenland betrek ken, kan niet worden toegegeven. Ten aanzien van de levering van gas en mater komt voor het oogenblik een rege ling, als thans ten aanzien van electrici- teitslevering voorgesteld, neg niet nood zakelijk voor, hoewel de aandacht van den minister op dit punt gevestigd blijft De minister is van oordeel, dat aan de strekking der wet te zeer te kort zou wor den gedaan, indien een overgangstermijn zou worden vastgesteld voor het afwik kelen van alle bestaande overeenkomsten en die termijn zou moeten worden in acht genomen ook bij1 overeenkomsten van zeer langen duur NIEUWE RICHTING BIJ DE SPOOR WEGEN. Aanpassen bij de behoefte. Aan een artikel in „N e d. Fabri kaat" ontleenen we het volgende: „Thans heeft de directie een contract afgesloten met de Geldersch-Overijselsche Tramwegmaatschappij' ten aanzien van het goederenvervoer. Daarmee is een be gin gemaakt aan de uitvoering van de tweede phase van een systeem van goe derentransport in ons land. aan de voor bereiding waarvan in het gebouw der di rectie van de Spoorwegen sinds jaar en dag is gewerkt, en waarvan men ver wacht, dat het het transport over het al gemeen economischer zal maken. Hoe paradoxaal het ook klinken moge, de Spoorwegen zullen voordeel behalen door het afstaan van een gedeelte van het ver voer. Dtoor velerlei berekeningen is men in Utrecht wederom tot deze conclusie ge komen. Ir van Ryckevorsel, de leider van de afdeeling Vervoer en Handelszaken van de Nederlandsche Spoorwegen, is de vader van het nieuwe systeem, het groeps- stelsel, waarbij het vervoer met tram wegen, auto's met paard en kar desnoods, in samenwerking met de Spoorwegen kan plaats vinden. In dit stelsel past het terugbrengen van het aantal goederenstations in Neder land van 550 op 24. Naar deze 24 stations, die een centrale functie vervullen, wor den de goederen gebracht, die door de Spoorwegen verder zullen worden ver voerd. Een andere overweging, die de Spoor wegen hebben laten gelden bij het nemen van een beslissing is deze, dat de par ticuliere vrachtautobedrijven veel meer contact hebben met de menschen in een bepaalde streek, dan de Spoorwegen ooit zouden kunnen bereiken door het aan stellen van agenten of vertegenwoordi gers". Aan de wetsontwerpen tot herziening van de Grondwet is nog het volgende ont leend: INKOMEN VAN DE KROON. Bij de ontwerpen tot herziening van de Grondwet wordt voorgesteld het inkomen van de Kroon uit 's Lands kas te bepalen inplaats van op f 1.200.000 op f 1.000.000. Dat van den gemaal van een regeerende Koningin op f 200.000. Dat van den Prins van Oranje, of van de Dochter des Koo nings, die de vermoedelijke erfgenaam is van de Kroon, op f200.000; na het aan gaan van een huwelijk, waartoe bij de wet toestemming is verleend, op f 400.000. Deze bedragen kunnen worden gewij zigd bij een wet. De Kamers der Staten-Generaal kunnen het ontwerp eener zoodanige wet niet aan nemen, dan met de stemmen van twee derden van het aantal leden, waaruit elk der Kamers bestaat. Toelichting, In de memorie van toelichting op dit wetsontwerp wijst de regeering erop, dat, indien wijziging van het grondwettelijk bedrag van het jaarlijksche inkomen der Kroon wenschelijk is, het geheele stroeve apparaat van een grondwetsherziening in werking moet worden gesteld. Hierin ligt een bezwaar, dat gevoeld wordt bij sterke stijging of daling van de koopkracht van het geld. Het nominale in komen uit 's lands kas en hetzelfde geldt voor de andere bedragen, in de grondwet vastgesteld voor het inkomen der Kroon moet gemakkelijker gewijzigd kunnen worden dan door toepassing van de pro cedure van grondwetsherziening. Bij deze gelegenheid ware te voorzien in •de leemte, dat in de grondwet geen jaar- lijksch inkomen wordt verzekerd aan den gemaal van een regeerende koningin, als mede aan den gemaal eener prinses, ver moedelijke troonopvolgster. Opdat de gequalificeerde meerderheid van twee derden volledig tot haar recht kome, is anders dan in artikel 198, be paald, dat de hier bedoelde wet in elke der Kamers slechts kan worden aangenomen, met een meerderheid van twee derden van het aantal leden waaruit de Kamer 'be staat, namelijk resp. honderd en vijftig le den. In afwijking van de redactie der staatscommissie, welke als een imperatief zou kunnen worden opgevat, is meer aan sluiting gezocht bij de terminologie van artikel 198. Schadeloosstelling en pensioen van leden der Tweede Kamer. Voorgesteld wordt de schadeloosstelling van de leden der Tweede Kamer te verla gen van f 5000 op f 4000 per jaar en het pensioen op f 120 per jaar, voor elk jaar, dat zij lid der Kamer waren tot een ma ximum van f2800. Deze bedragen kunnen bij de wet wopden gewijzigd. Ter toelichting zegt de Regeering dat zij zich ten aanzien van het bedrag der scha deloosstelling heeft aangesloten bij het ad vies van de Staatscommissie, hoewel zij gewicht niet kan ontzeggen aan de argu menten, door de leden Van den Bergh, Van der.Heyden en Kranenburg aange voerd in hun afzonderlijke nota, om het bedrag van de schadeloosstelling te bepa len op f 4500. Zij heeft een schadeloosstelling van 4000 gld. in haar voorstellen aanvaard, omdat zij zich vleit met de verwachting, dat de burgerzin in ons volk nog groot ge noeg is, dat niet dan in uiterste noodzake lijkheid personen, wegens bun bekwaam heid aangezocht, zich niet beschikbaar zullen stellen met het oog op het bedrag der schadeloosstelling. D'at het lage be drag zal leiden tot cumulatie van func ties, acht de regeering geen ernstig be zwaar, mits de cumulatie binnen redelijke grenzen beperkt blijft. De omstandigheid, dat de stijging van de koopkracht van het geld een verlaging van het bedrag van de schadeloosstelling voor de leden van de Tweede Kamer wen schelijk maakt, heeft geleid tot het over wegen van de vraag, of de schadeloosstel ling in de Grondwet behoort te blijven vastgelegd. Wijziging toch opnieuw van deze schadeloosstelling kan ook in de toe komst, zelfs in de naaste toekomst, gebo den zijn; blijft het bedrag in de Grondwet vastgelegd, dan kan het slechts door toe passing van de stroeve procedure van een Grondwetsherziening worden gewijzigd. De Regeering is van oordeel, dat het be drag in de Grondwet behoort te worden gehandhaafd, maar dat wijziging zal moe ten kunnen plaats hebben, zonder ontbin ding van de beide Kamers der Staten-Ge neraal, bij een wet, die in elke der Kamers met een gequalificeerde meerderheid van tweederden van het aantal leden dier Ka mer wordt aangenomen. Kamers voor het bedrijfsleven. Voorgesteld wordt, na het vierde hoofd stuk in te voegen een vierde hoofdstuk a, luidende: van openbare lichamen voor beroep en bedrijf. Dd wet kan voor bepaalde beroepen en bedrijven en groepen daarvan, als mede voor het beroeps- en bedrijfsleven in bet algemeen, lichamen instellen, ten einde regelend op te treden. De samenstelling, inrichting en be voegdheid van deze lichamen worden door de wet geregeld. D'e wet kan aan deze lichamen ver ordenende bevoegdheid geven. De besluiten van deze lichamen, die met de wet of het algemeen belang strij dig zijn, kunnen worden geschorst en vernietigd volgens regels bij de wet te I stellen. De wet kan bepaalde besluiten dezer lichamen aan goedkeuring onderwerpen, volgens door haar te stellen regels. De regeering merkt op, dat zij zich met de door de commissie in dezen voor gestelde oplossing alleszins kan vereeni gen, zonder daarmede intusschen een oordeel uit te spreken met betrekking tot de bezwaren, door de commissie aan gevoerd tegen het aanvankelijk gerezen denkbeeld aan de beide Kamers der Sta ten-Generaal een derde Kamer toe te voegen tot vertegenwoordiging van het bedrijfsleven en tot overneming van een deel van de taak van de bestaande Kamers. De regeering meent van dit denkbeeld te eerder te kunnen afzien, waar het door de commissie voorgestelde artikel 149a, naast lichamen voor bepaalde be roepen en bedrijven, of groepen van be roepen en bedrijven, uitdrukkelijk de mogelijkheid opent van een lichaam voor het beroeps- en bedrijfsleven in het alge meen. D'e verhouding van het aldus te vormen algemeene lichaam tot de be staande Kamer der Staten-Generaal zal bij de wet, met volledige handhaving uiteraard van de bepalingen van 'het der de hoofdstuk van de Grondwet, nader kunnen worden geregeld en zal bij ver anderde verhoudingen ook later kunnen worden gewijzigd. Ministers zonder portefeuille. Voorgesteld wordt, door in de plaats van „hoofden der ministerieele departe menten" te lezen „ministers", de benoe ming van ministers zonder portefeuille mogelijk te maken. Verder wordt voorgesteld te bepalen, dat een minister bij' een verkiezing tot lid der Staten-Generaal gekozen, ten hoogste drie maanden na zijn toelating als lid het ambt van minister met het lidmaatschap der Staten-Generaal kan vereenigen. Bij de toelichting merkt de Regeering op, dat een uitzondering op de onver- eenigbaarheid van het ministerschap en het lidmaatschap van een der Kamers van de Staten-Generaal, zal moeten wor den gemaakt. Regelmatig komt het voor, dat bij een Kamer-verkiezing ministers in functie tot lid worden gekozen. Na een Kamer-ontbinding komt dan gewoonlijk de Kamer bijeen, en worden dus de nieuwgekozen leden toegelaten, voordat het nieuwe kabinet is gevormd. Deze fi guur heeft zich voorgedaan in 1922 en in 1933. Daarom behoort de mogelijkheid te worden geopend, dat gedurende korten tijd het ministerschap en het lidmaat schap van de Kamer vereenigd worden Immers de bewindslieden, die tot Kamer lid gekozen zijn, kunnen hun ministers- ambt bezwaarlijk neerleggen voordat het nieuwe kabinet optreedt. Veroordeelden tot meer dan een jaar, van verkiesbaarheid uitge sloten. Voorgesteld wordt artikel 85 in dien zin te wijzigen, dat duidelijk uitkomt, dat ver oordeelden tot meer dan een jaar gevan genisstraf van verkiesbaarheid voor een vertegenwoordigend lichaam zijn uitge sloten. De tegenwoordige redactie van artikel 85 sluit van de verkiesbaarheid uit bede laars, landloopers en gewoonte-dronk aards, maar laat toe personen, die wegens het begaan van een ernstig misdrijf tot een vrijheidsstraf van meer dan een jaar zijn veroordeeld. Van ieder aanstaand lid van een verte genwoordigend lichaam mag echter wor den verwacht, dat hij zich niet in een po sitie brengt, die tot het opleggen van een zoo zware straf aanleiding zou kunnen geven, onverschillig het meer of minder politieke karakter van de strafbare hande ling. Wijziging van het artikel op dit punt is nog te meer gemotiveerd, wanneer, gelijk de regeering voorstelt, personen, die blijk geven van een streven tot het plegen of bevorderen van revolutionaire daden, ook buiten het vertegenwoordigend college, waarvan zij deel uitmaken, en zelfs geheel buiten hun functie als zoodanig, van het lidmaatschap vervallen kunnen worden verklaard, voorts wanneer artikel 98 der Grondwet zal worden gewijzigd in dien zin, dat de parlementaire immuniteit wordt opgeheven ten aanzien van hen, die zich schuldig maken aan opruiing en schending van geheimen. Op al deze gron den is het consequent, ook ten aanzien van de uitsluitingen van het lidmaatschap van vertegenwoordigende colleges niet meer ten behoeve van misdadigers van alle gading een uitzondering te maken, alleen om voor de plegers van ernstige po litieke misdrijven de deur open te kunnen houden. MINISTER SLOTEMAKER DE BRUINE TE OOSTBURG. Om hei behoud van de Rijkskweekschool. Gisteren heeft minister Slotemaker de Bruine, vergezeld van den Commissaris der Koningin in Zeeland, jhr mr J. W. Quarles van Ufford, een niet-officieel be zoek aan Oostburg gebracht, zulks op uitnoodiging van het onder voorzitter schap van burgemeester Erasmus staan de comité tot behoud van de Rijkskweek school voor onderwijzeressen aldaar. In de bijeenkomst met dit comité is van verschillende zijden, zoo van de be staande onderwijsinstellingen als uit de i burgerij, het bestaansrecht van de Oost- burgsche kweekschool naar men weet, de eenige opleiding voor onderwijzers en onderwijzeressen in geheel Zeeuwsch- Vlaanderen bepleit. De minister heeft met belangstelling van de naar voTen gebrachte argumenten tot behoud van de Rijkskweekschool ken nis genomen en zich ook omtrent de on derwijstoestanden in Zeeuwsch-Vlaande- ren in het algemeen, nog eens van locale voorlichting doen dienen. Ook de Commissaris der Koningin in Zeeland heeft krachtig gepleit voor bet blijven voortbestaan van Oostburgs Rijks kweekschool. Een bepaald resultaat hebben de be sprekingen vooralsnog niet opgeleverd. Sterrit naar Berlijn. In aansluiting op ons bericht betreffen de het volbrengen van de sterrit naar Berlijn door vier Nederlandsche automo bilisten, waaronder de gebroeders Louisse te Goes, deelen wij thans nog mede, dat ook dhr C. de Leeuw te Middelbrug met duo-passagier, op een B.M.W.-motor, de sterrit zonder stoornis heeft volbracht, en de daarvoor beschikbaar gestelde prij zen meebracht. De weersomstandigheden waren niet erg gunstig, daar op verschillende plaatsen veel regen viel. N.V. Cultuurmaatschappij „Salatri Plan tations" te Middelburg. In de hedenmorgen te Middelburg ge houden vergadering van aandeelhouders der N.V. Cultuurmaatschappij „Salatri Plantations" werd het verslag over 1935, de winst- en verliesrekening en de balans goedgekeurd. Uit een en ander blijkt, dat de rekening, na aftrek van het nadeelig saldo, der intrestrekening ad f 5838,57, doch zonder voorzieningen wegens af schrijving, sluit met een voordeelig saldo van f 15.410,03. Dit bedrag is in minde ring gebracht van de nadeelige saldi van vorige jaren, waarna een saldo van f 31.918,38 naar nieuwe rekening kan wor den overgebracht. De dochtermaatschap pijen „Sanghyangdamar" en „Karang An- jar" leden een verlies van respect, f 11.064,78 en f 5817,08. De Cultuurmaat schappij „Bandaralami", waarin de Sa latri een overwegend belang bezit, sloot met een nadeelig saldo van f 19.419,15. De rubberonderneming Salatri 'bleef in huur bij de Zuid-Preanger voor f 26.274,29. Voor deze onderneming werd de stan daardproductie '35 vastgesteld op 294.428 Vs kg. De vergadering herkoos mr P. Dieleman te Middelburg tot commissaris. N.V. Zuid-Preanger Rubbermaatschappij te Middelburg. Hedenmorgen vergaderde te Middelburg de N.V. Zuid-Preanger Rubbermaatschap pij. De aandeelhouders vereenigden zich met het verslag en de rekening en balans en herkozen als commissaris mr P. Diele man te Middelburg. Aan het jaarverslag ontleenen wij het volgende: D'e winst- en verliesrekening sluit met een nadeelig saldo van f 12.829,88, wat zal worden vereffend door vermindering van het onverdeeld winstsaldo a.p., waarvoor f 29.184,94 naar nieuwe rekening kan worden overgeboekt. De dochtermaat schappij „Goenoeng Sindoer" maakte een winst van f 6.388,04, waardoor het batig saldo f 68.234,68 wordt. N.V. Cultuurmaatschappij „Soember Moedjoer" te Middelburg. De heden gehouden aandeelhouders vergadering van de N.V. Cultuurmaat- sdhappijl „Soember Moedjoer" te Middel burg keurde het verslag, de rekening en de balans goed en herkoos als commissa ris den heer J. J. Hofland. Er is in 1935 een oogst behaald van 611.30 picols koffie, welke op de onder neming zijn verkocht voor f 5658,92 of 9.26 per picol. De winst- en verliesrekening geeft een nadeelig saldo aan van f 13.615,04. Met vorige saldi maakt dit een debetsaldo van f 214.201,75. N.V. Landbouwmaatschappij „Goenoeng Rowo". Het heden goedgekeurde verslag, reke ning en balans geeft een nadeelig slot aan van f 11.811,59, waardoor de voordeelige saldi v. vorige jaren dalen tot f 30.435,63. Tot commissaris herkoos de aandeel houdersvergadering den heer J. J. Hof land. N.V. Rubbermaatschappij Tjibantjet te Middelburg, In de hedenmorgen gehouden vergade ring van aandeelhouders der N.V. Rub- bermaatsc'happij „Tjibantjet" te Middel burg werden jaarverslag, winst- en ver liesrekening en balans goedgekeurd en tot commissaris herkozen de heer J. de Kuyper. De winst- en verliesrekening geeft een batig saldo aan van f 2743,92, wat in min dering wordt gebracht van het verlies over vorige jaren, waarna een nadeelig saldo van f 39.988,39 naar nieuwe reke ning moet worden overgebracht. N.V. Cultuurmaatschappij „Djenang" te Batavia. De heden te Middelburg gehouden aan deelhoudersvergadering van de N.V. Cul tuurmaatschappij' „Djenang" gevestigd te Batavia keurde verslag, rekening en ba lans goed en herkoos als commissaris den heer J. J. Hofland. Het verlies over 1935 ad f 35.301,13 wordt gevoegd bij' vorige verliezen, waardoor het nadeelig saldo f 54.415,77 wordt. De opbrengst van de 2.771,01 picols koffie was gemiddeld 9,72 per picol, tegen in 1934 f 15,12, bij onkos ten van resp. f 18,12 en f 21,69.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1936 | | pagina 2