DE ZEEDW Optimistische klanken uit Indië. AKKERTJES ALS DE LIEFDE RIJPT Sterk dalende geboortecijfers. 0! die zenuwhoofdpijn! TWEEDE BLAD AKKER.CACHETS FEUILLETON ajpl De algemeene toestand gunstiger dan tevoren. De eerste etappe op den weg naar herstel afgelegd. Uit de Provincie HONIG'S VERPAKTE VERMICELLI - Bijzonder goed van kwaliteit. I VAN DINSDAG 16 JUNI 1936, Nr 216, ZEELAND OP ÉÉN LIJN MET NOORD-HOLLAND. Ds G. Lindeboom schrijft in „De Ba zuin": In bijna alle landen is het bevolkings cijfer dalende. Niet alleen in Frankrijk en Duitschland, maar ook in Engeland. Laatstgenoemd land moest in 1933 een geboortecijfer noteeren van 14,4 per dui zend inwoners. Oostenrijk en Zweden kwamen nóg lager, n.l. op resp. 14,3 en 13,7. En ons land? De cijfers over 1935, door het Maand schrift van het Centraal Bureau voor de Statistiek gepubliceerd, zijn weinig be moedigend. Op 1 Jan. 1936 had Nederland 8.474.409 inwoners, tegen 8.392.026 op 1 Jan. 1935. Het jaar 1935 gaf dus een vermeerdering van 82.383, of 0,98 °/o. Maar deze „vermeerdering" doet zien, hoe sterk dalend de lijn is, waarop zich ons bevolkingscijfer beweegt. Men vergelijke slechts. Van 1920 tot 1930 nam onze bevolking toe met gemid deld 1,46 per jaar. De „vermeerde ring" van 1935 is dus feitelijk een ver mindering van 0.48 °/o, of van 39.281 per sonen. Het totaal aantal levend geborenen be droeg in 1935 slechts 170.000, tegen 172.214 in 1934, of, in vergelijkende cij fers per 10.000 zielen: 202 geboorten in 1935, tegen 205 in 1934. Voor de jaren 1900—1920 was het gemiddelde cijfer nog 284. De daling gaat dus snel! Bij het bovenstaande houde men in het oog, dat het aantal huwelijken niet noe menswaard is verminderd, 't Bedroeg in de jaren 19001930 per 10.000 zielen: 76, in 1934: 72, en in 1935: 73. 't Sluiten van huwelijken is door de crisis blijkbaar niet in die mate beïnvloed als meestal gedacht wordt. Het verdient onze opmerkzaamheid, dat de onderscheidene provincies een bedui dend verschil in geboortecijfers te zien ge ven. We laten hier volgen het overzicht over 1935: Aant. inw. Huw. p. Geb. p. op 1 Jan. '36 10.000 z. 10.000 z. Nederland 8.474.409 72 202 N.-Brabant 975.094 62 260 Gelderland 891.250 69 214 Z.-Holland 2.078.735 77 183 N.-Holland 1.614.388 78 171 Zeeland 253.024 70 173 Utrecht 452.157 69 199 Friesland 415.171 72 208 Overijsel 553.561 69 209 Groningen 413.199 78 192 Drente 238.377 75 231 Limburg 589.453 65 243 Er is, gelijk men ziet, beduidend ver schil wat het aantal der gesloten huwe lijken, maar vooral wat dat der geboorten betreft. Zoo geven Noord-Brabant en Limburg de hoogste geboortecijfers, maar, en dit is heel eigenaardig, de huwelijkscijfers zijn in beide provincies het laagst. Hoe dit te verklaren? Aannemelijk lijkt wat „De Maasbode" dienaangaande opmerkt. Beide provincies hebben een overwegend roomsche bevol king. De lage cijfers der gesloten huwelij- maar daartegen zijn immers die "AKKERTJES" een ware uitkomstl Ondervindt 't zelf en neem 1 of 2 Volgens recept van Apotheker Dumorrt Uit het Engelsch. 24.) o— Juffrouw Waggitt trok de roode over gordijnen dicht en schoof oom Samuel's armstoel bij het vuur. Hugo gevoelde zich alsof hiji thuis gekomen was en de grijze stad, die hij dien morgen verlaten had, gleed langzaam en onopgemerkt weg naar den achtergrond van zijn bewustzijn. „Neen," zei hij' opgewekt. „U hebt geen vergissing begaan, juffrouw Waggitt. „Neen, dat dacht ik al, dat bestaat niet," zei ze. „Ik ben met vacantie geweest," ging Hugo voort, en voor de eerste maal vloog er een sombere schaduw over zijn gelaat. „Die eindigde een dag eerder als ik verwacht had. En dus werd ik genood zaakt eerder te komen dan ik verwacht werd. Maar ik meende, dat u miji het niet kwalijk zoudt nemen," Hiji zette zich in oom Smiles' armstoel en keek de kamer eens rond, naar de por tretten van de overleden heer en juffrouw Smiles, die daar hingen ter dankbare na gedachtenis, naar de kopergravures ken hangen samen met het feit, dat daar vele personen niet trouwen, n.l. geestelij ken, religieusen, en de talrijke bevolking der vele roomsche gestichten. „En de ver klaring der hooge geboortecijfers voor die provinciën is wel dat de r.-katholieke be volking het best weerstand biedt of schoon niet voldoende tegen het moordend systeem der geboortebeperking in deze tijden." Dat Noord-Holland het laagste geboor tecijfer heeft, houdt stellig verband met de hier toenemende ontkerstening. Heele streken, bijzonder boven 't IJ, zijn totaal van het Woord en den dienst Gods ver vreemd. De onlangs overleden Ds Heynes maakte eens een ietwat bittere opmerking: „de godsdienst der Noord-Hollanders is verwant aan het Christendom". En hoe sterk in Amsterdam waar ongeveer de helft der provinciale bevolking woont de revolutionaire partijlen van allerlei schakeering zijn, is genoegzaam bekend Noord-Holland is de provincie, die bij1 de volkstelling van 1930 het hoogste cijfer gaf van hen, die verklaarden tot geen kerkelijke gezindte te behooren, n.l. 28.51 of in 't geheel 430.406 personen. Maar nu Zeeland! Hier komt het geboortecijfer maar even uit boven dat van Noord-Holland. Zee land telde op 1 Jan. j.l. 14.647 meer in woners dan Drente, en desondanks was over 1935 't aantal geboorten 1098 kin deren lager. Deze gegevens zijh ontrustend. Zeker, hier en daar moge de bevolking in de macht der vrijzinnigen zijn op Schou- wen-Duiveland en in W. Zeeuwsch- Vlaanderen overigens is de provincie „orthodox". Men moet dus wel consta- teeren, dat het belijdend deel der bevol king aan de practijk der geboortebeper king geen weerstand biedt, maar zich daarmee vertrouwd heeft gemaakt. Dit verschijnsel moge de aandacht vragen van de kerk des Heeren, van de ambtsdragers. Ons orthodoxe Zeeland op één lijn met Noord-Holland! Het is wel erg. Dat ook in andere provinciën de kerk er uit leere! 't Kwaad vreet voort, overal. Er moet, in den naam des Heeren, ge waarschuwd en bestraft. Tot de Wet en tot de Getuigenisl DE K. L. M.-DIENSTEN OP INDIE. Stijging van het passagiersvervoer met 139 pet. De K. L. M. meldt: Den 12den Juni was het een jaar geleden, dat de K. L. M. haar wekelijkschen dienst op Indië verdubbel de. De resultaten kunnen tot tevredenheid stemmen, wat blijken mag uit een verge lijking der vervoercijfers over de tijdvak ken 12 Juni 1934>12 Juni 1935 (hieron- ■der aangemerkt met A) en 12 Juni 1935 12 Juni 1936 (hieronder gemerkt als B). ïRtRïS. O N «V WOON ■EJ, 00 os o\ "S fO cd .SS Os N O O uo J f* t"« a o N n q N CQ urS CO <\j VO CO r-v vo *-« Tl O CM n N VO H VO N Oi fO t CO N; C\ rH co -O CO 00 oi rH Os ton N H 00 bo v G U U rt A CÜ S u. flj f S| U O v bfl u P O fi bo S CO tn G H'e't gemiddelde aantal vlieguren van de vluchten in de periode 1934>1935 be droeg 74 uur, gedurende den halfweke- lijkschen dienst 58 uur. De reistijd was in de eerste periode ge middeld voor de heenvluohten 8.8 dagen en voor de thuisvluchten 8.5 dagen, bij den dubbelen weekdienst bedroegen deze resp. 6.5 en 6.2 dagen. van vroegere koninginnen en 'n plaat van Garibaldi. De kamer was zoo helder als twee ruste loos bezige handen haar maar konden krijgen. Hugo zou zich hier ongetwijfeld wel op zijn gemak gevoelen, zelfs met de portretten aan den wand. „Kwalijk nemen?" riep juffrouw Wag gitt. „Kwalijk nemen? Heelemaal niet hoor. U mag zich gelukkig prezen, mijn heer, dat ik reeds een week geleden alles in orde had, behalve dan, dat de tafel nog niet gedekt is, wat ik nu gauw zal doen. Het is heusch niet prettig, als men van de reis komt en je vindt de haard bijna uitgebrand en de tafel nog ongedekt. Maar we zullen dat gauw even verhel pen." „Die jongen zal wel geen kwaad in zijn schild voeren," zei Jacob, toen juffrouw Waggitt de deur openwierp en bedrijvig de keuken binnenstapte om het avondeten van den predikant te halen. „D'at is iemand, die zijn weetje heeft," zei ze warm. „Het is vast nog niet zoo'n verkeerde; uit zijn woorden heb ik reeds opgemerkt, dat het een verstandige jon gen is, die veel ervaring heeft, hij! heeft een paar heldere oogen en dan moet je zijn gelaat zien. Ik zeg maar, dat is het voorkomen van een goede prediker, of mijn naam is geen Sarah Waggitt. Wacht Gouverneur-Generaal jhr mr B. G. de Jonge, opende gisteren de zitting van den Indischen Volksraad. Spreker ving zijn rede aan met er op te wijzen, dat de begrooting voor 1937 een minder somber beeld vertoont dan aanvankelijk verwacht werd. Maar wat zegt: „minder somber"? Het zegt weinig, aldus Z.E., omdat nog geen verder lig gend doel kon worden bereikt dan „geen toeneming van schuld". De belastingen zijn nog op een te hoog peil. Wat meer armslag kon nog niet worden verkregen. De bezuiniging en versobering moest on verbiddelijk worden voortgezet. Maar toch zegt deze lichte verbetering veel, alè men daarin werkelijk een keer punt mag zien. Voor het eerst na een reeks van jaren wordt verkregen dat de bezuiniging op de uitgaven niet teniet wordt gedaan of ver wordt overtroffen door den teruggang van de inkomsten. De cijfers zijn nog niet overweldigend, doch wijzen in de goede richting. De belastingen zijn voor het dienstjaar 1937 4.500.000 gunstiger geraamd dan de herziene raming over 1936. De landsbedrijven geven een grooter uitkeering van 8.700.000, waartegen over de overschotten van de overige landsbedrijven echter 1.400.000 lager moeten worden gesteld. De diverse mid delen werden 1.200.000 hooger geraamd terwijl de buitengewone dienst een gun stiger aspect van l.OOO.OOO vertoont. Na de versobering gedurende de laatste jaren viel van een bezuiniging op de uit gaven niet veel meer te verwachten. Toch slaagden dciviele departementen er in te komen tot een vermindering van de gewone uitgaven met 3.800.000, zonder dat daarbij wordt overgegaan tot nieu we maatregelen ten aanzien van de be zoldigingen en zonder bezuiniging door een verdere doorvoering van salarismaat regelen. De landsverdediging vraagt 3.300.000 aan hoogere gewone uitgaven. Voorts valt te rekenen op een hoogere betaling aan rente en aflossing van de vaste schuld en op vermindering van de uitkeeringen wegens rente van landsbe drijven, waardoor alles bijeen de uitgaven 4.500.000 hooger moeten worden ge steld. Alles tezamen bleek het mogelijk een bedrag van 12.000.000 te overbruggen, met welk bedrag de begrooting voor 1936 door verschillende oorzaken verwijderd bleef van den eisch, dat geen schuldver meerdering meer zou plaatsvinden. De eerste etappe op den weg naar een evenwicht in de landshuishouding is thans afgelegd, dank zij1 de groote krachtsinspanning, de bereidheid tot me dewerking en het taaie uithoudingsver mogen van alle groepen der bevolking. Ook ditmaal wegen de laatste loodjes het zwaarst. Maar is dit o>p zichzelf nu zoo verontrustend? Mag een land als Ned.-'Indië, met zoo gunstige productie factoren, met producten die altijd voor de wereldhuishouding noodig zullen zijn, er niet op rekenen, dat de inkomsten niet op het allerlaagste punt zullen blijven? Mag Nieuwe gaszinker nabij Hansweert. D'e gemeenten Kruiningen, Krabben- dijke, Waarde en Rilland-Bath worden, zooals bekend,van gas voorzien vanuit de gasfabriek te Goes. Het gas wordt aan gevoerd via den door het kanaal We- meldinge-Hansweert gelegden zinker. Bedoelde zinker is nog maar weinige jaren oud en is destijds gelegd bij de re organisatie van het gasbedrijf van het voormalige Oosteinde van Zuid-Beve land toen de gasfabrieken te Kruinin- het niet rekenen, ook al zal de oude wel vaart niet spoedig terugkeeren, dat toch een toestand zal worden bereikt van een normaal sluitende begrooting, waardoor een grondslag zal zijn verkregen voor een gezonde financiering en een betrouw bare verdere ontwikkeling? Voortgaande verklaart spreker, dat thans voor het eerst weer een stijging van inkomsten kan worden geraamd. Spreker noemt het economisch aspect van Indië minder somber. Dit aspect wordt helaas meerendeels beheerscht door den toestand in het buitenland. Eenerzijds zien wij bemoedigende facto ren in export en scheepvaart, die allebei in omvang gelijk bleven. De algemeene wereldtoestand is nog niet gunstig. Oor logsgevaar, aanslagen op regeeringen, po litieke onrust, onzekerheid op monetair gebied, autarkie en tariefmuren veroor zaken allerwege schade en onrust. Toch schijnt de wereldhuishouding door dat alles hoen meer en meer een weg te zoeken, en te vinden, tot een meer normaal handelsverkeer. Nederland en Ned.-Indië blijven hierbij1 niet achter. In vele gevallen hebben de onderhandelingen met verschillende staten geleid tot een vergrooting van het aandeel van Ned.-In dië in den uitvoer van het Koninkrijk. Spr. acht het verblijdend in dit ver band, dat de scheepvaartbesprekingen onlangs met een goeden uitslag werden bekroond. De binnenlandsche economische toe stand ondervond de terugslag van de verbeterde wereldverhouding. Het is ech ter moeilijk een algemeen oordeel over den binnenlandschen toestand uit te spre ken. Wil men het toch doen, dan past hier de qualificatie: „minder somber". Het vraagstuk der werkloozen blijft een bron van zorg. De bedrijvigheid op het gebied van de nijverheid mist haar gun stig effect niet. Doch voor de jeugdige werkloozen en anderen blijven de omstan digheden moeilijk. Hierop is de volle aan dacht gevestigd. Spr. uit de diepste sym pathie en het diepste medelijden met al len, die de ongunst der tijden te verduren hadden en nog hebben, doch wijst op de levenskracht van dit land. De toestand m geheel Ned.JIndië ziet Spr. niettegenstaande alle ongunstige om standigheden, als beter dan tevoren. Dit is te danken aan de consolidatie en de opleving in het buitenland, aan de vol komen rust en orde in het eigen land en aan het feit, dat ieder vleugje van voor uitgang hier te lande kan worden opge vangen en benut, omdat aan den onder- lingen strijd geen aandacht of kracht wordt verspild. De gemeenschap staat klaar om de moeilijkheden dezer tijden te aanvaarden en te overwinnen. Tot slot memoreert Z.E. dat Nederland ons de hand toestak. „Wijl grijpen die zonder aarzelen en met dankbaarheid, in de vaste overtuiging, dat die twee handen ineen hooren." Jhr. De Jonge eindigde zijn rede met de bede dat onder Hooger Zegen de ar beid van den Volksraad rijke vrucht moge dragen, waarna hij de zitting van den Volksraad voor geopend verklaarde. gen en Hansweert buiten werking wer den gesteld en de gasvoorziening van Oosteinde geschiedde vanuit de gasfa briek te Krabbendijke. Toen Oosteinde overging naar Goes is ook laatstgenoem de gasfabriek stilgelegd. Nu echter bin nen zeer korten tijd het kanaal wordt verbreed komt de bestaande zinker bui ten werking en is aanleg van een nieu wen en langeren zinker nabij Hansweert noodzakelijk. In den vroegen ochtend van Maandag 15 Juni is met het zin ken begonnen en in den loop van dien dag is het werk voortgezet en vlot ver- loopen. Zoodra de aansluitende leidin gen in orde zijn, zal de nieuwe zinker in gebruik worden genomen en de oude zinker buiten werking worden gesteld. Verbetering van een wegkocht te Serooskerke. Op verzoek van den A.N.W.B. heeft het Bestuur van den Polder Walcheren een gevaarlijke bocht in den Noordweg te Serooskerke doen verbeteren, waar door de gevaarlijke situatie ter plaatse thans geheel is opgeheven. In de kosten van deze verkeersverbe- tering heeft de A.N.W.B. een geldelijke bijdrage verleend. Ontvangers-griffiers van polders. De besturen van alle polders in de ge meenten Koitgene en Kats hebben in een gecombineerde vergadering besloten, adhaesie te betuigen aan een adres van de heeren W. Kakebeeke en Mr J. A. A. •Fiansen van de Putte te .Goes, aan Gede puteerde Staten van Zeeland, inzake wij ziging van het polder- en polderambte- naienreglement, speciaal tegen de clau sule „aftreding van de ontvangers-grif fiers", ten einde den schijn te vermijden, dat genoemde functionnarissen het mo nopolie van oneerlijkheid zouden bezit ten. D'e wenschelijkheid werd uitgesproken, dat meerdere polderbesturen tegen be doelde reglementswijziging stelling ne men. Bij beschikking van den directeur- gtneraal der P.T.T. is met ingang van 16 Juli 1936 aangewezen als directeur van het P. T. en T.-kantoor te Vlaardin- gen, de referendaris der posterijen, tele grafie en telefonie, D. Edel, thans direc teur van het P. T. en T.-kantoor te Hulst. Vlissingen. Dronkenschap. Nau welijks is de arbeid in de haven wat her leefd, of het misbruik van sterken drank en openbare dronkenschap nemen merk baar toe. Het begon hier ter stede langzamer hand tot de uitzonderingen te behooren, dat beschonkenen in arrest moeten wor den gesteld. Daarom geeft het te den ken, dat in den nacht van Zaterdag op Zondag 4 personen wegens dronken schap moesten worden aangehouden en ter ontnuchtering in arrest gesteld. Ook Zondag moest de politie enkele malen te gen dronken of halfdronken personen optreden, waarbij het noodig bleek twee hunner ter ontnuchtering in bewaring te nemen. (VI. G.) Goes. D'e collecte voor de Commissie van Samenwerking bracht deze week f46.80 op. Kruiningen. Zaterdagmiddag verga derde de Kring Oostelijk Zuid-Beveland der Z. L. M. onder voorzitterschap van den heer P. Scheele-de Putter. Tot vice- voorzitter (vacature J. J. Mol) werd ge kozen de heer A. v. Hootegem alhier. Er werd uitvoerig van gedachten ge wisseld over de levering van voorgc- kiemde Eigenheimers, en aangezien hier nooit geveild is kan men hier niet be wijzen hoeveel er jaarlijks is afgeleverd. Deze streek valt buiten de vroege leve ring. Waarschijnlijk kan er niet geleverd worden voor 15 Juli. Daarna hield de heer de Groene uit den Wilhelminapolder een lezing over het selecteeren van poot- en zaaigoed, voornamelijk aardappelen. Hansweert. D'e heer H. G. Heynings, assistent der directe belastingen enz. te Nispen wordt met ingang van 1 Juli a.s. overgeplaatst naar Hansweert. Schore. Maandagmiddag vergaderde de gemeenteraad. Afwezig met kennisge ving de heer J. Mieras Nzn. Ingekomen is de rekening 1935 van den vleeschkeuringsdienst met een ontvang van f 4956,95, een uitgaaf van f 5489,38 en een nadeelig slot van f 532,42. Medegedeeld wordt, dat de steunver- leening voor dit jaar tijdelijk is stopgezet met ingang van 1 Juni j.l. Medegedeeld wordt, dat de steunver- bedoeld in art. 208 der gemeentewet (gel digheid strafverordeningen) en een wij ziging van de Politieverordening (sluiten Ingezonden Mededeeling. maar eens tot Zondag, dan zal je zien, dat ik gelijk heb." Zij stond voor haar buffet en rommelde er in, om haar beste kopjes te zoeken. Jacob klopte de asch uit zijn pijp en stond op om te vertrekken. „Je hebt een zeldzaam goede kijk op een predikant, juffrouw Waggitt," zei hij', „maar mogelijk heb je wel gelijk. Zijn hartelijke lach kwam uit een ruim hart. Maar hij zal al zijn krachten wel noodig hebben voor Leathergate." „En die zal hij ook geheelgeven," knikte ze. Iljaar fijngevoelig hart had de jonge predikant reeds gewonnen, en ze had voor hem daarin ook reeds een plaatsje ingeruimd, naast diegene, voor wie zij was als een moeder, ook al had zij' zelf nooit eigen kinderen gehad. „Ik vrees, dat hij' nog te jong zal zijn," merkte Job op, toen hij' naar de zitkamer gestrompeld was, om op verzoek van zijn vrouw den predikant te verwelkomen. „We moeten ook juist een jonge heb ben," antwoordde zij', terwijl ze de koffie pot vulde. „Indien wiji jonge menschen kunnen vinden, -die het goede willen en standvastig zijn, wat hebben wij oude, af geleefde menschen dan nog te klagen. Het zijn de banierdragers, die deze bedorven wereld noodig heeft, ook als jij en ik zijn heengegaan. O, Job, ik wilde, dat je eens wat meer met je tijd meeleefde. Soms ge voel ik miji een jong meisje bij jou verge leken." Nadat zijn avondeten afgehaald was, hoorde Hugo voetstappen op de krakende treden van de trap, die hem vertelden, dat Job en zijn vrouw zich te bed begaven. Alleen gelaten zat hij' achterover in zijn stoel, zijn blonde jongenshoofd te?»n de rugleuning. Buiten in den nacht was het woelige leven van Leathergate verstomd en het geraas der machines opgehouden. Nu en dan repten een paar klompe voeten zich voorbij het venster. Eenmaal hoorde hij een klankvolle tenorstem gal men. Hugo luisterde met bewondering. In zijn hart was hoop en in zijn binnenste rees een gebed nu hij zich geplaatst zag midden in een wereld vol vraagstukken en moeilijkheden, die hij niet gekend had op de verre, uitgestrekte heidevelden noch in de sfeer van het universiteits leven. De jonge man voelde zich zelf te klein van geest, te beperkt van inzicht om te kunnen staan midden in het leven, waarin hij nu zijn intrek genomen had. De jeugdige uitdrukking op zijn gelaat verdween en plots scheen het of er ver moeidheid op te lezen stond. Hij boog zich voorover naar het vriendelijke dar telende vuur. Toen wierp hij zich op zijn knieën in zijn nieuwe tehuis als ten minste ooit eenige plek ter wereld zon der Mary met dien heerlijken naam kon genoemd worden. Hij bad, hij smeekte en worstelde om kracht om het voorbijgegane leven als een gouden kleinood in zijn binnenste te bewaren, maar daarbij de toekomst met beide handen aan te grij pen, en dan voorts alles maar over te laten in de handen van den hemelschen Vader. De onzienlijke wereld scheen hem op dat oogenblik werkelijker dan de zienlijke, en het was hem alsof zijn Mary naast hem knielde en met hem bad. Toen hij den kandelaar ontstak en naar boven ging naar de smetlooze slaap kamer, waar het zilveren maanlicht naar binnen straalde en hem een blik gunde over de donkere kaden en het zwarte water, kwam op zijn gelaat weer een vriendelijken glimlach. Hugo Lothian was naar Leathergate gekomen, niet om zijn eigen werk, maar omdat van Zijn Zender, en hij was vol ver langen naar den dag van morgen, waarop hij aan de grauwe stad en hare inwoners zijn boodschap zou brengen. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1936 | | pagina 5