DE ZEEDW
De Bochter van den Opperrechter
Mauwe Poters
entimakingen.
TWEEDE BLAD
Vestigingseischen voor
den Middenstand.
1LINE
Uit de Provincie.
Gezag en Vrijheid.
F EU I L LETO N
UWEN? Koopt dan
rima uurwerk. Een
16, schoorsteenklok
bim-bamslag. Vakk.
jar. Fa I. A. GOED-
Burg, Middelburg,
ct. per K.G, Mager
K.G., Rauwe Reuzel
Runderlappen 'van-
>nd. J. DE PAGTER,
Middelburg.
U UW ADRES voor
izegbare hypotheken,
credieten. Dankbe-
inzage. Brieven No,
diddelburgsche Cou-
arg.
ct. per K.G., Blad-
ier K.G., Runderlap-
ct. per pond. Prima
Slagerij A. J. DE
dstraat L 77, te Mid-
ar:
■d. G. PEES, Waarde.
JVEN: le nab. Mans-
irs, Unica erwten,
e Zomertarwe, Con-
id. Aanbevelend: J.
Biezelinge, Tel. 63.
gebr. zaaimachine
rens voorradig Rud-
;gen, zigzag ketting-
Scherp conc. prijzen.
WILLEBOORDSE,
W
KOOP:
[ARIG VOSBLES
UEPAARD.
agtekerlce.
KOOP:
SN VERTROUWD
tKPAARD,
KEBOOM, Popkens-
ns.
HUUR:
NEDENWONING
ddelburg, voorz. van
liefst klein gezin.
Noordweg, M'burg.
Konijnenhokken en
Frambozenplanten
Adres: M. Sanderse,
i, West-Souburg.
uth Sack Zaaimachi-
d, 13 rijen, 1 Auto-
en 1 Drielingegge.
lerij, 's-Heer Arends-
OF TE HUUR:
ONDERHOUDEN
WOONHUIS.
Geraniumstraat 4,
ragd:
NDE BAKKERS-
NECHT,
["HEER, Electr. Bak-
olphaartsdijk.
IERENMEID,
kan. Adres: „Noord-
3CHTER, 19 jaar,
tegen 1 Mei voor dag
hulp in de huishou-
huish. werkzaamh.
res: BURGER—SER-
oinastr., Wemeldinge.
DIENSTBODE
beneden de 20 jaar.
BURG", Groenmarkt,
5LICATIE.
MPTIEMELK.
.ANDSCHE ZUIVEL-
aakt bekend, dat ten
le uitvoering van de
k regeling 1936/1937
jloten, dat melk en
1 voor de bereiding
ie-ijs en roomijs, af
kunnen worden op
asis.
iter bepaald is met
de z.g. bakkersmelk,
-esp. room, als boven-
nrmeelen zin worden
üs consumptiemelk,
rering, het verkoopen
daarvan slechts zal
dnden door melkver-
■s A en zulks niet
keuring van de Cen-
melk wordt aanbe-
afsluiten van regee-
met het voorgaan-
e houden.
23 Maart 1936.
VAN
DINSDAG 24 MAART 1938, Nr 148.
Deskundigheid en financieele draagkracht
noodig.
De bedoeling is den stroom van
ongeschikten te keeren.
Thans is ingediendhet wetsontwerp,
houdende regeling betreffende het vesti
gen van inrichtingen, waarin eenige tak
van detailhandel, ambacht of kleine nij1-
verheid zal worden uitgeoefend.
De bedoeling is het verkrijgen van
meer waarborgen inzake deskundigheid
en financieele draagkracht van hen, die
zich in genoemde takken van bedrijf als
ondernemer willen vestigen om zoodoen
de den grooten stroom van ongeschikten
te keeren. Daarbij; ontstaat dan tevens
de mogelijkheid om, zijl het langs indi-
recten weg, de in verschillende branches
van het kleinbedrijf bestaande overbezet
ting tegen te gaan.
De minister gaat niet in op den wensch
van degenen, die een „gesloten" bedrijf
wenschen, doch hiji laat vestiging vrij
voor hen, die voldoende deskundig zijta
en financieele draagkracht bezitten.
In de toelichting merkt de regeering
o.m. op:
De vrijheid van vestiging, welke tot nu
toe in detailhandel, ambacht en kleine
nijverheid, in welke branches het mid-
denstandsbedrijf nog altijd de overhand
heeft, geldt, heeft veelal andere dan
gunstige gevolgen gehad.
Zoo is geenszins nieuw de klacht, dat
het aantal dergenen, die met weinig of
geen vak- of koopmansbekwaamheid als
zelfstandig ondernemer een zaak begin
nen, alle perken te buiten gaat. Mogen al
enkelen slagen, groot is het aantal derge
nen, die bijt gebrek aan kennis en erva-
ring teleurgesteld uitkomen en zoodoen
de het weinige kapitaal, dat ziji als inzet
in den strijd om een zelfstandig bestaan
konden bijbrengen, inboeten.
Van mededinging, die een heilzame, se-
lecteerende werking uitoefent, tot een ra-
tioneeler bedrijfsbeheer leidt of de kosten
van voortbrenging op een lager peil
brengt, is geen sprake. Veeleer1 wordt
aldus een ongezonde concurrentie in de
hand gewerkt, kapitaal vernietigd en
door vermindering van de omzetten per
onderneming daling der kosten belem
merd, wellicht zelfs prijsverhooging te
weeggebracht.
Alleen wie met het bovenstaande reke
ning houdt, begrijipt waarom de gemid
delde levensduur der winkelzaken ont
stellend kort, hun sterftecijfer ontstellend
hoog is, getuige onderstaande door het
Economisch Instituut voor den Midden
stand op grond van nauwkeurig onder
zoek bijeen gebrachte cijfers.
Van 109' kruidenierswinkels, iln Mei
1928 te Tilburg geteld, bestonden er in
Juli 1934 nog slechts 53. In het Hoef-
kade-district te 's Gravenhage werden
in 1927 95 kruidenierswinkels aangetrof
fen, waarvan er in Juli 1932 nog 36 „in
leven" bleken te zijn.
Tijdens een in een achttal gemeenten
ingesteld onderzoek naar het euvel der
uitverkoopen (November 1933Febr.
1934) verdwenen in 16 weken tijds 61
van de 204-9 winkels, waarover zich het
onderzoek uitstrekte.
Teneinde in deze toestanden verbete
ring te verkrijgen, stelt de minister zich
ten doel, het verkrijgen van meer waar
borgen in zake deskundigheid en finan
cieele draagkracht van hen, die beoogen,
zich in genoemde takken van bedrijf als
ondernemer te bevestigen.
80)
HOOFDSTUK 26.
DOOSJES
TUBEN
De Herberg van Bastingstoke.
Trelawney had er veel voor willen ge
ven om te weten, wat den kapitein zoo
verontrustte. De naam Gorham had hem
getroffen; en de opmerkingen, die over
'hem gemaakt waren, hadden hem doen
gelooven, dat de man, die Trevor bevelen
gaf, dezelfde was, die hem, weken gele
den, van zijn schuilplaats had overge
bracht naar de gevangenis van Taunton.
Wat ook zijn bevelen waren, gunsJtig voor
hem zouden ze wel niet zijn.
„Kolonel Gorham?" zei. hij. „Ik denk,
dat ik hem al eerder ontmoet heb. Hoe
ziet hij er uit?"
„O, een fijn heer, acht en twintig jaar
oud. Hij heeft een blonden, hangenden
knevel, en lispelt bij het spreken."
,,D;an is het dezelfde. Kort na Sedge-
moor nam hij mij gevangen en bracht mij
naar Taunton. Toen was hij nog kapi
tein."
Be toeleg is daarbij niet, te waarbdr-
gen, dat slechts volkomen voor hun taak
berekende personen zich vestigen, maar
alleen# den grooten stroom van onge
schikten te keeren, die zich, blijkens de
cijfers, bij voorkeur juist in deze zone
van het economisch leven plegen te ma
gen.
Daarnevens ziet hij in een regeling in
dezen trant de mogelijkheid zij het langs
indirecten weg, de in verschillende bran
ches van het kleinbedrijf bestaande over-
bezi tting tegen te gaan.
Het is te dien einde, dat de minister,
uitsluitend voor den detailhandel, het
ambacht en de kleine nijverheid zou wen
schen aan te sturen op het geleidelijk tot
stand brengen van een stelsel van vesti
gingseischen, wel te verslaan in dien zin,
dat het ieder, die daaraan voldoet, vriji-
staat, zich als ondernemer te vestigen.
Het inschakelen van de Kamers van
Koophandel en Fabrieken als wettelijke
vertegenwoordiging van handel en nij
verheid zal aan de uitvoering der wet stel
lig ten goede komen.
Art. 1 voorziet in de mogelijkheid, bij
algemeenen maatregel van bestuur voor
het vestigen van inrichtingen, waariij een
tak van detailhandel, ambacht of kleine
nijverheid zal worden uitgeoefend, ten
aanzien waarvan het noodig is gebleken
zekere eischen te stellen, een stelsel van
vergunningen in te voeren. Intusschen
kan het wenschelijk blijken, deze regeling
slechts voor bepaalde gemeenten van toe
passing te verklaren en met name ge
meenten ten plattelande, waar b.v. de de
tailhandel of het ambacht niet voldoende
gedifferentieerd zijn, daarvan uit te
sluiten.
De minister acht het gewenscht, de
mogelijkheid open te stellen, bij! alge
meenen maatregel van bestuur, uitzonde
ringen te maken ten aanzien van die
soorten van zeer kleine handels- en am
bachtslieden, van welke het voldoen aan
vestigingseischen bezwaarlijk te vergen is.
Dat vestigingseischen niet zullen wor
den vastgesteld, dan nadat de Midden-
standsraad omtrent deze belangrijke aan
gelegenheid is gehoord, ligt voor de hand.
Het beginsel, dat degenen, die de lei
ding der inrichting zullen hebben, aan de
vestigingseischen moeten voldoen, brengt
uiteraard met zich mede, dat ook beheer
ders, filiaalhouders, e.d. daaraan zullen
moeten voldoen.
Het is gewenscht, in verband met het
gewicht van de beslissing der Kamers
van Koophandel en Fabrieken, hiervan
beroep open te stellen en wel bijl den
minister, die met de uitvoering van deze
wet zal zijin heiast.
De minister acht het noodzakelijk, dat
uitbreiding van het in een bestaande in
richting uitgeoefende bedrijf met een
nieuwen tak van detailhandel, zoomede
verandering in de leiding eener inrich
ting, bij wijziging in de personen van
ondernemers of beheerders, tot op zekere
hoogte aan dezelfde regeling, als voor de
vestiging van een inrichting zal gelden,
wordt onderworpen.
De regeling ten aanzien van de voort
zetting van het in een inrichting uitgeoe
fende bedrijf brengt een eigenaardige
moeilijkheid met zich mede, welke die ten
aanzien van de vestiging van een zooda
nige inrichting niet kent.
Alvorens tot vestiging wordt overge
gaan, kan het verkrijgen der desbetref
fende vergunning daartoe worden afge
wacht; ten aanzien van de voortzetting
van het bedrijf kan zulks in bepaalde' ge
vallen niet wel mogelijk zijn, n.l. indien
de omstandigheden medebrengen, dat de
gelegenheid ontbreekt, om nog tijdig
een vergunning aan te vragen of te ver
krijgen, of, indien bijl overlijden b.v.
de voortzetting reeds een feit is, alvorens
tot aanvrage der vergunning kan worden
overgegaan.
Het wil den minister voorkomen, dat
het hiertoe het beste is, de Kamer van
Koophandel en Fabrieken een voorloo-
pige vergunning te doen verleenen, welke
bij het verleenen der definitieve vergun
ning door deze laatste zal worden ver
vangen. De voorloopige vergunning sanc-
tionneert de voortzetting op het tijdstip
der wijlziging.
De uitvoering der beoogde regeling zal
voor de K. v. K. niet onbelangrijke werk-
Jawel, hij is nu kolonel en laat het
ons gevoelen ook. Hij staat bij de dames
hoog in de gunst en dingt naar de hand
van Jeffreys' dochter. Maar ik moet u
voor eenige ©ogenblikken verlaten, hee-
ren. Grimshaw en Fernley, ik vertrouw,
dat gij kapitein Trelawney wel zoolang
zult willen bezig houden."
Eenige minuten later keerde hij terug
en 't was duidelijk, dat hij nog minder op
zijn gemak was dan tevoren.
„Het spijt mij, dat ik u moet verlaten,
kapitein Trelawney", sprak hij. „Ik was
van plan geweest tot Londen met u mee
te gaan en uw reis zoo aangenaam mo
gelijk te maken d.w.z. zoo aangenaam als
in deze omstandigheden mogelijk zou zijn,
maar ik moet naar Bristol vertrekken.
Wat erger is, ik moet u achterlaten onder
de bewaking van sergeant Binks, eén ke
rel, die niet weet hoe hij een edelman
moet behandelen. Hij en nog drie ande
ren moeten u naar Londen geleiden".
„Naar Londen?"'
„Ja, dat had ik nog niet gezegd, maar
dat doet niets ter zake."
„Het spijt mij, kapitein", antwoordde
Trelawney. „Men heeft mij gezegd, dat
Koning Jacobusi een bijzondere pijniging
voor mij bedacht heeft, zoodat de reis
wel niet erg vroolijk zou geworden zijn.
Toch zou ik er gaarne hebben willen
heengaan als een man, en niet als een
zaamheden met zich medebrengen. Het is
billijk, dat de daaruit voortvloeiende kos
ten tot zeker maximum (f 10) op de be
langhebbenden kunnen worden verhaald.
Een bijzondere regeling eischt het ge
val, waarin een vergunning door mislei
ding van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken is verkregen. De vergunning
houder heeft zich dan toegang tot het
betreffende bedrijf weten te verschaffen
zander dat is komen vast te staan, dat
aan de daarvoor gestelde eischen in feite
door hem wordt voldaan. Het belang van
het bedoelde bedrijf, in het licht van de
onderhavige regeling gezien, brengt me
de dat een op grond van onjuiste gegevens
toegelaten ondernemer daaruit kan wor
den verwijderd.
LUCHTBESCHERMINGSOEFENING
OP 16 MEI.
De Commissaris der Koningin heeft
besloten, dat de luchtbeschermingsoefe
ning in Zeeland, waartoe hij het initia
tief heeft genomen, zal worden gehouden
op Zaterdag 16 Mei a.s. De oefening zal
zoowel over dag als des avonds plaats
vinden.
Gebruik van Provinciale aanlegplaatsen.
Ged. Staten hebben een instructie vast
gesteld voor de ambtenaren bedoeld in
art. 7 der verordening op de heffing en
invordering van rechten voor het gebruik
van Provinciale aanlegplaatsen.
'O.a. wordt 'bepaald, dat de ambtenaar
zooveel mogelijk woont in de nabijheid
van de aanlegplaats, waarvoor hij is aan
gesteld, zijn betrekking in persoon waar
neemt en te allen tijde beschikbaar is.
Hij kan echter onder goedkeuring van
Ged. Staten iemand aanwijzen, die hem
bij verhindering of afwezigheid op zijne
kosten en onder zijne verantwoordelijk
heid vervangt. Van elke vervanging ge
durende meer dan 24 uur moet hij aan
Ged. Staten Jkennis geven. Als niet
iemand is aangewezen, of bij het over
lijden van den ambtenaar stellen B. en
W. der betrokken gemeente iemand aan
tot dat Ged. Staten in den dienst hebben
voorzien. De ambtenaar is gehouden te
gen genot van belooning bij aankomst of
vertrek van schepen of vaartuigen de
vereischte hulp en bijstand te verleenen.
Bij verschil over de belooning beslissen
Gedep. Sttaen.
Verder int de ambtenaar de rechten en
houdt daarvan 'boek, geeft zoo gewenscht
quitanties af en kan aan geregeld, n.l.
meer dan éénmaal per week terugkomen
de booten gelegenheid geven over één
maand in eens te betalen, binnen 12
dagen na afloop dier maand.
Hem is ook toezicht opgedragen in
zake eventueele beschadigingen van de
aanlegplaats, waarvan bij proces-verbaal
aan den Prov. Waterstaat moet doen toe
komen.
Aanleg Rijksweg KruiningenKapelle.
Van den Rijksweg KruiningenKa
pelle is thans het gedeelte Kruiningen-
spoorbrug Vlake in uitvoering, terwijl het
gedeelte spoorbrug Vlake-Kapelle binnen
korten tijd zal worden aanbesteed. In
verband hiermede moet door het Rijk van
de gemeente Schore worden overgenomen
een gedeelte van den in eigendom, be
heer en onderhoud tot de gemeente Schore
behoorenden weg Schore-Biezelinge. Tus-
schen Waterstaat en het gemeentebestuur
is reeds overeenstemming bereikt. De
eigendom zal overgaan voor de formeele
koopsom van f 1, terwijl voor onderhoud
door de gemeente aan het Rijk zal wor
den betaald de gemiddelde onderhouds
kosten over de laatste vijf jaren. Bedoeld
onderhoud kan de gemeente afkoopen
voor een bedrag, gelijk aan 22 maal het
jaarlijksch onderhoudsbedrag.
Roosevelt en Oud-Vossemeer.
In het Maartnummer van het Tijd
schrift „The Lloyd Mail", uitgegeven
door den „Rotterdamsche Lloyd", komt
een artikel voor van de hand van den
heer G. Houtekamer, secretaris van de
Zeeuwsche Vereeniging voor Vreemde
lingenverkeer en van die voor Zuid- en
Noord-Beveland, over: „An ingenious
Timepiece in Oud-Vossemeer, probably
the Birshplace of the Roosevelts". In dit
misdadiger, onder 't geleide van vier boe
renkinkels,"
„O, 'tzijn geen ruwe kerels. Binks is
een flink soldaat, en ook de drie anderen
zijn beste mannen. Toch moet ik zeggen,
dat Gorham geen edelman is, anders zou
hij u een ander geleide gegeven hebben.
Eerst dacht ik dat ik naar Bristol moest
gaan, om juffer Jeffreys te geleiden, maar
de waard vertelt me daar zooeven, dat zij
vertrokken is."
„Vertrokken?"
„Ja, tien minuten geleden."
„Waar is zij heengegaan?"
„Diat weet niemand, behalve dan mis
schien de waard. Maar hij beweert, dat
hij 't niet weet. Nu, ik moet vertrekken.
Goeden morgen, en 't ga u wel, kapitein
Trelawney. Ik heb sergeant Binks gezegd,
u beleefd en voorkomend te behandelen.
Wie weet, misschien ontmoeten wij elkan
der wel eens weer. Sergeant Binks, gij
draagt goed zorg voor kapitein Trelaw
ney!"
De sergeant en de drie andere mannen
kwamen naderbij en salueerden.
„Hoe laat vertrekken wij, sergeant?"
vroeg Trelawney.
„Om twaalf uur, mijnheer!"
„Goed, sergeant. Ik ben slaperig. Ik ga
daarom ergens liggen slapen. Gij hebt
't dus niet moeilijk met mij."
„Kan de kapitein zijn zwaard behou-
artikel wijst de schrijver op het interes
sante uurwerk aan den gevel der smede
rij te Oud-Vossemeer, dat als een aparte
bezienswaardigheid is te beschouweA.
Middelburg. Veilig verkeer. De
Vereen, voor Veilig Verkeer hield Maan
dagavond haar eerste jaarvergadering
onder voorzitterschap van jhr. F. Bee-
laerts van Blokland, die alle aanwezi
ge leden en in het bijzonder den eere
voorzitter, burgemeester M. Fernhout,
welkom heette.
S|pr. wees er op, dat de vereen, op 31
Dec. jJL. 283 leden telde. Er is hard ge
werkt. De resultaten zullen bij de a.s.
verkeersweek kunnen blijken. Al wil spr.
■dit niet geheel op rekening der vereeni
ging zetten, toch wijst hij: er op, dat in
1934 100, in 1935 slechts 80 verkeerson
gevallen te Middelburg voorkwamen. Het
lokaal in de school in de Langedelft
waarin allerlei verkeersborden enz. wor
den opgesteld, zal op bepaalde uren vol
gens rooster door de verschillende scho
len kunnen worden bezocht en bovendien
op een bepaald uur door ieder belangstel
lende.
In de verkeersweek van 2830 Mei
zullen ook de verkeersexamens worden
afgenomen. De vereeniging stelde ook
een competitie voor chauffeurs in.
De beer E. Visscher sprak daarna over
zijln ervaringen als adviseur van het Cen
traal Bureau voor de afgifte van Bewijs
stukken van Rijvaardigheid en tevens als
Rijksdeskundige voor auto's m Zeeland.
De vele verkeersongelukken worden
meestal op de automobilisten geschoven,
maar in vele gevallen zijn zij' te wijten
aan fouten van andere weggebruikers,
met name van wandelaars en fietsers.
Spr. kwam dan tot de verkeersexa
mens en wees er op, dat deze steeds
moeilijker zijn geworden. Vroeger hing
't geheel van den deskundige in de plaats
van inwoning af of men een rijbewijs
kreeg of niet. Nu moeten de adviseurs
alleen de fouten noteeren, en die opzen
den aan het Centraal Bureau. Daar be
slist men dan over het al of niet afgeven
van een bewijs van rijvaardigheid. Zoo is
men gekomen tot een zooveel mogelijk
gelijkvormige regeling.
Spr's ervaring is, dat vele candidaten
onbeslagen op het ijs komen. De ergste
practische fout is wel, dat men maar
niet begrijpt nimmer de rechterzijde te
mogen verlaten; ook blijkt op behoorlijke
wijze stoppen voor velen moeilijk te zijn.
Ook kunnen de meesten niet behoorlijk
iparkeeren en hebben zijl moeite met het
achteruit rijden. Bijdraaien der wielen
kent geen 50 pet. der candidaten. Het zou
dan ook goed zijn, dat alleen zijl, die ver
lof hebben van de overheid, autobestuur
ders mogen opleiden. Het blijkt nu tel
kens, dat zij, die les geven, zelf weinig
van de verkeersregelen kennen.
Spr. komt nu tot de borden, in de zaal
opgesteld en wijst er o.a. op, dat velen
niet begrijpen, dat als bij een rijwielpad
een blauw bord met een rijwiel er op
staat, men op het rijiwielpad moet fiet
sen en niet op den rijiweg mag komen
met zijln rijtwiel.
Ten slotte wees de heer Visscher op
een groot aantal wenken voor voetgan
gers, voor wielrijders en voor automo
bilisten.
Mejuffrouw Geelhoed zong ter afwis
seling enkele liederen. De voorzitter heeft
haar en mevrouw Lambermont hiervoor
dank gebracht.
Na de pauze ging men over tot het
meer zakelijke van den avond.
De voorzitter verwelkomde nog den
heer Fonteijhe, commissaris van politie.
De secretaris de heer R. A. Avink, her
innert in zijin jaarverslag aan de oprich
ting der vereeniging.
Ongeveer 1500 kinderen woonden, ge
volgd door de leerlingen der Ambachts
school op 6 April de vertooning der ver-
keersfilm en de toelichting van den secr.
bijl. De verkeersweek, die in geheel Ne
derland van 11 tot en met 15 Juni gehou
den werd, was aanleiding voor een uit
gebreide propaganda.
In die week heeft de politie meer dan
3000 waarschuwingen gegeven aan hen,
die verkeersregelingen overtraden; onge
veer 1500 inzendingen kwamen binnen
van een verkeerspuzzle enz.
Na de verkeersweek werd de aandacht
weer aan het verkeersonderwij!s gewijd.
Voor 't verkeersonderricht wordt zeer
Uit een artikel van D'r E-. J. Beumer
over „Gezag en Gezagshandhaving" in
De Magistratuur:
„Nu het gebruik der vrijheid tegen
woordig tot zoo veelvuldig misbruik voert,
is het noodwendig de vrijheid in te per
ken, hoezeer dit op zich zelf valt te be
treuren.
Die inperking is een noodzakelijk
kwaad. Een kwaad, doch dat noodzakelijk
is teneinde een groot deel der vrijheid te
kunnen behouden.
Naarmate de vrijheid meer wordt mis
bruikt, moet bet gezag zich te sterker
doen gelden. De eisch van scherper ge
zagshandhaving is aldus tevens een op
roep tot vaster verankering van de vrij
heid.
veel steun van den directeur en leeraren
der Ambachtsschool ontvangen, die de
vervaardiging van een maquette, ver
keersborden, -zuilen en -lichtsignalen,
deze laatste op ware grootte, op zich na
men;, welke later ten dienste van het
onderwijs kunnen worden aangewend.
De Raad stelde een lokaal in de school
in de Lange Delft beschikbaar, waar de
leermiddelen voor het verkeersonderwijs
kunnen worden ondergebracht.
Een objectieve vergelijking toont aan,
dat er dit jaar een verbetering bij de
naleving der verkeersvoorschriften is te
bespeuren.
De politie heeft hierbij1 een werkzaam
aandeel gehad.
Uit het verslag van den penningmees
ter, de heer J. Dronkers, bleek, dat het
eerste jaar veel geld heeft gekost, want
niettegenstaande f 356 aan contributie en
nog enkele andere ontvangsten, is er een
tekort van ongeveer f 100. De penningm.
wekte daarop op leden te werven.
De periodiek aftredende bestuursleden
de heer jhr. F. Beelaerts van Blokland,
P. D'regmans, S. S. Smeding, E, Visscher
en J. A. v. Overbeeke, werden bij acclama
tie herkozen.
Biji de rondvraag kreeg de heer Vis
scher gelegenheid op een paar vragen
van den heer Huijsse te antwoorden. Het
is zeker niet hetzelfde of men examen
moet doen in een drukke stad als b.v.
Amsterdam of in een stillere als Middel
burg. Het kwam vroeger wel voor dat
men zijn domicilie liet overschrijven al
leen omdat men elders gemakkelijker een
bewijls van rijvaardigheid meende te kun
nen krijgen. Op een tweede vraag zeide
spr., dat als men f 10 betaalt aan den
Rijksdeskundige, men een even zwaar
examen moet doen als voor den adviseur
van het Centraal Bureau, waarvoor men
f 3 betaalt.
Als Rijksdeskundige mag spr. persoon
lijk het bewijs afgeven, in het tweede geval
doet alleen het bureau dit.
De heer de Jong wilde, dat de vereeni
ging opkwam tegen het plan om het
i verkeer op den hoofdweg voorrang te
verleenen en te breken met het rechts
voorrang hebben.
De heer mr Besier zeide, dat men te
laat zou komen, want de wet is aangeno
men, en het wachten is maar alleen meer
op het Kon. besluit, waarbijl de wet in
Werking treedt.
De heer Visscher was juist een groote
voorstander van de nieuwe regeling.
De voorzitter zeide toe ter zijner tijd
de automobilisten en anderen zooveel
mogelijk te zullen inlichten over de nieu
we regeling.
De heer Van Graafeiland wilde ook re
gelingen zien gemaakt voor de karre-
voerders, zoowel die met als zonder
paard voor hun wagens. Zij1 maken het
verkeer ook menigmaal onveilig.
De voorz. zeide, dat deze kwestie ook
de volle aandacht heeft.
Ten slotte nam de eere-voorzitter, bur
gemeester M. Fernhout, het woord. Spr.
zeide in deze eerste jaarvergadering te
willen getuigen van zijin groote waar
deering, dat men hem tot eere-voorzitter
heeft willen benoemen. Spr. heeft w'aar-
deering voor de groote activiteit van deze
jonge vereeniging.
Spr. eindigde met de beste wenschen
voor den toenemenden bloei en blijVend
succes der vereeniging.
Hierna volgde sluiting.
den, kapitein?" zei Binks tot T'revor, toen
Trelawney zich in een ouden leuningstoel
uitstrekte.
„Ja", zei de kapitein aarzelend.
„Wij zijn maar met ons vieren, kapi
tein."
„Ja, vier tegen één! Bovendien, 't bevel
luidt zoo."
„Zeer goed, kapitein. Ik twijfel niet,
of alles is in orde. Maar 't is-' wel wat on
gewoon een rebellen-kapitein naar Lon
den te vervoeren met het zwaard op zijde
en zijn handen en voeten vrij."
„Ik weet 't, maar ik .heb mijn bevelen
dienaangaande ontvangen. Pas goed op
j Gij moet overnachten in de „King Char
les" te Bastingstoke. Ik zal u een brief
meegeven aan den waard en morgen ver
trekt gij dadelijk naar Londen."
„Jawel, kapitein."
„Eh denkt er bovenal aan, dat gij niet
veel drinkt in de „King Charles". Gij
hebt* een gewichtigen gevangene."
„„Ik zal er aan denken, kapitein."
„En bedenk ook, dat de herbergier,
Willian Trumble, weet wat discipline is.
Hij heeft nog onder Prins Rupert gestre
den tegen „Old Nol". Hij is te vertrou
wen en bekend om zijn koningsgezind
heid."
„Jawel, kapitein."
Even later werd in de herberg te Har-
pinghey alleen nog maar Trelawney en d9
vier soldaten, van wien de sergeant zeer
onrustig was, denkende aan zijn groote
verantwoordelijkheid.
Elven na twaalven was Trelawney op
weg naar Londen, begeleid door de vier
soldaten, allen tot de tanden gewapend en
hem steeds in 'het oog houdend.
Dien geheelen middag werd bijna geen
woord gesproken. Sergeant Binks was op
zijn hoede en zenuwachtig; vast besloten
zijn gevangene veilig af te leveren in de
handen van kolonel Wilton in Whitehall.
Ofschoon hem niets beloofd was, gevoelde
hij dat een promotie zou volgen op zulk
een gewichtig dienstbewijs. Hij zou wel
een gesprek met zijn gevangene hebben
willen aanknoopen van wiens edele af
komst hij gehoord had, maar hij1 durfde
niet. Wat Trelawney zelf betrof, hij had
veel om over te denken. Hij' wachtte bo
vendien een gelegenheid af om te ont
vluchten en als de soldaten niet hun
pistolen klaar gehad hadden om te schie
ten, zou hij meer dan eens hun de hielen
hebben laten zien. Voor 'toog'enblik gaf
hij elke gedachte aan ontvluchting op,
doch begon plannen te ontwerpen, om,
als zij goed en wel in de „Koning Karei"
te Bastingstoke hun intrek genomen had
den, zich uit de voeten te maken.
(Wordt vervolgd.)