De Dochtervan den Opperrechter HONIG'S BOUILLONBLOKJES 6 voor lOct. N.V. Zeepfabriek v/h. De Haas v. Brero, Apeldoorn Uit de Provincie Staten-Generaal. F EU IL LETO N De fascistische staatsleer. plaats van aan behoeftigen te worden gegeven. De moeilijkheid schuilt in de distribu tie. Spr. houdt zich met deze zaak bezig. Hoe de toekomst zal zijn? Spr. weet het niet. Wij hebben hier 21 sprekers gehoord. „Le choc des opinions". Na tuurlijk is hieruit de waarheid te voor schijn gekomen. Maar er is geen systeem uit te voorschijn ge komen. De tegenwoordige gecentraliseerde landbouwcrisiswetgeving kan geen jaren duren. Vandaar de instelling der com missie-Van Loon, die spoed betracht. Spr. kan den heer Van Dis, die een systeem van niets-doen wil, op zijn weg niet volgen. Regeering en volksvertegenwoordiging zijn de geneesheeren, die het ziektepro ces, dat crisis heet, aandachtig hebben te volgen. Voor den minister van Landbouw is het een versterkende wetenschap, dat ook bij de grootste moeilijkheden bij het ge- loovige landvolk het vertrouwen in de Voorzienigheid niet ontbreekt. Bij de bespreking van de afdeelingen der begrooting betoogt de heer L o u w e s (Lib.), dat de richtprijzen van de gra nen te laag zijn. De heer v. d. W e y d e n (R.K.) ver dedigt een stelsel van hooge invoerrech ten. De heer Ebels (V.D.) waarschuwt tegen verlaging van de richtprijzen voor peulvruchten. De heer Vervoorn (platteland) vraagt een toeslag voor pootaardappelen bij export. Dat de suikerbietenteelt wederom met 5 pet. is verminderd, betreurt spr., even- Die Sneeuwwit-gioor zorgt toch maar goed voor U Ongekend goede kwaliteit: niets bleekt zóó blank als Sneeuwwit-gloor. Bovendien bij elk pak nog zoo'n aardig cadeautje voor de kinderen. Gebruik dus voor het bleeken nooit anders dan: Hat Zeeuwsche Landschap. In een dezer dagen onder voorzitter schap van den Commissaris der Konin gin in Zeeland gehouden vergadering, welke werd bijgewoond door porsonen uit verschillende deelen der provincie is, na een inleiding van Mr P. G. van Tien hoven, voorzitter der Vereeniging tot behoud van Natuurmonumenten, besloten tot de oprichting van een stichting „Het Zeeuwsche Landschap". De stichting stelt zich, evenals soort gelijke, in andere provinciën reeds be staande stichtingen, ten doel het bevor deren van het behoud van natuur- en landschapsschoon in den meest ruimen zin van het woord. Het is niet de bedoe ling, dat reeds onmiddellijk wordt over gegaan tot den aankoop van natuurmo numenten, al zal dit, wanneer de gele genheid er voor bestaat, zeker niet wor den nagelaten, in de eerste plaats zal het streven der stichting er op gericht moeten zijn, het bewustzijn van de waar de van hetgeen ons op het gebied van natuur- en landschapsschoon is overge leverd, bij de bevolking op te wekken en levendig te houden en haar te overtuigen van de noodzakelijkheid om dit erfgoed van onvervangbare waarde zoo ongerept mogelijk voor het nageslacht te bewaren. Bij de gehouden besprekingen bleek bij alle aanwezigen het besef levendig te zijn, zoowel van het nut eener zoodanige stich ting, als van het groote arbeidsveld, dat voor haar in het bijzonder in een pro vincie als Zeeland, open ligt. Door ver schillende sprekers werd reeds onmid dellijk gewezen op het gevaar dat de, ook hier hand over hand toenemende, lint bebouwing oplevert, zoowel voor het be houd, als voor het ongestoord genot van het natuurschoon, terwijl anderen wezen op de telkens weer opduikende plannen tot afdamming van het Zwin. Vrijwel eenstemmig was men te dien aanzien van oordeel, dat ook al zou het verkeer ter plaatse den aanleg van een behoorlijken verbindingsweg met België vorderen, die aanleg toch zou moeten en zou kunnen geschieden op zoodanige wijze, dat het natuurschoon van het Zwin ongeschon den behouden blijft. Eerlang zal officieel tot oprichting der stichting worden overgegaan; het secre tariaat is voorloopig gevestigd ter Pro vinciale Griffie. De werkloosheid in Zeeland. De stand der werkloosheid in het dis trict der districts-arbeidsbeurs te Middel burg per 29 Februari j.L, was als volgt: Middelburgl034; Vlissingen 826; Aagte- kerke 16; Arnemuiden 224; Baarland 58; Biggekerke 32; Borsselen 60; Colijnsplaat 151; Domburg 77; Driewegen 26; Elle- woutsdijk 27; Goes 282; 's-Gravenpolder 54iGrijpskerke 23's-Heer Ahtskerke 7; 's-Heer Arendskerke 163; 's-Heerenhoek 62; Heinkenszand 96; Hoedekenskerke 50; Ierseke 231; Kapelle 53; Kats 24; Katten- dijke 18; Kloetinge 39; Kortgene 34; Kou- dekerke 108; Krabbendijke 89; Kruiningen 177; Meliskerke 15; Nieuwland 49; Nisse 14; Oostkapelle 32; Oudelande 45; Ove- zande 66; Rilland-Bath 71; Ritthem 20; Schore 22; Serooskerke 38; St.-Laurens 14; Souburg 226; Veere 36; Vrouwenpol der 28; Waarde 45; Wemeldinge 57; West- kapelle 266; Wissenkerke 158; Wol- phaartsdijk 68; Zoutelande 35. Totaal stonden per 29 Februari als werkzoekende ingeschreven 5346 per sonen. De werken bij Vlake. MAATREGELEN TEGEN POLITIEKE ACTIE VAN VREEMDELINGEN. Strengere controle noodlg gebleken. In antwoord op de vraag van den heer G o s e 1 i n g betreffende het nemen van maatregelen van regeeringswege tot be ëindiging van alle politieke activiteit van buitenlanders hier te lande, wijst de re geering er op, dat zij reeds geruimen tijd geleden haar standpunt ten aanzien van .de organisaties van Duitsche onderdanen hier te lande heeft uiteengezet. Dit standpunt brengt mede, dat in Ne derland alleen worden toegelaten naast el kaar staande, plaatselijke vereenigingen van ingezetenen van Duitsche nationali teit, welke noch onderling in hiërarchisch verband staan, noch in zulk verband staan tot een Duitsche centrale organisa tie. Deze vereenigingen mogen geen par tijnaam dragen en geen partij- of staat kundig karakter bezitten. Voorts is aan vreemdelingen op straffe van uitzetting verboden, zich op eeniger- lei wijze in binnenlandsche politieke ver houdingen te mengen, naar buiten politiek actief te zijn en met name in dit verband pressie op eigen landgenooten uit te oefe nen. EERSTE KAMER. De begrooting van Handel en Scheepvaart. Het stelsel der contingenteeringen. Evenredige vrachtverdeeling. In de gisteren voortgezette vergade ring der Eerste Kamer was aan de orde de behandeling van de begrooting van Handel en Scheepvaart voor 1936. De heer De la Bella (S.D.) zet de beteekenis van de vakvereenigingen uit een, in verband met opmerkingen in het voorloopig verslag, dat de invloed van de vakvereenigingen zou moeten worden verminderd. Blijkbaar bedoelt men een gelijkschakeling om de arbeiders, even als in sommige andere landen, rechte loos te maken en hun levenspeil zoo laag mogelijk te drukken. Spreker betoogt verder, dat loonsver laging niet het juiste middel is om tot verlaging van productiekosten te komen. De productiekosten zijn naar verhouding tot den detailprijs gering. Het grootste gedeelte zit in de verschillende schakels tusschen producent en con sument. De heer Ter Haar (G.H.) erkent, dat belangrijke bezwaren zijn verbonden aan het stelsel der contingenteerin gen. Toch is dit stelsel beter dan ver booging van invoerrechten. Verder critiseert spreker de evenre dige vrachtverdeeling in de bin nenvaart. De binnenschippers zijn er slechter aan toe dan voorheen. Spr. meent, dat deze wet zoo spoedig mogelijk dient te worden ingetrokken. De goed geouttilleerde schippers hebben deze wet niet noodig en voor de overigen dient een overgang naar andere bestaans middelen te worden gevonden. De heer De Marchant et d'An- sembourg (N.S.B.) acht dezen minis ter, die getoond heeft een bekwaam man te zijn, in het kabinet-Golijn niet op zijn plaats. In dit kabinet kan minister Gelis- sen weinig goeds tot stand brengen. Hij adviseert hem het voorbeeld van zijn ambtsvoorganger te volgen. De heer Andriessen (R.K.) komt op tegen de aanvallen, welke op de vak beweging zijn gedaan. Hij neemt in het bijzonder de Katholieke vakbeweging in bescherming, die veel heeft gedaan en veel doet om het economische peil te ver- li oogen. De heer Knottenbelt (Lib.) waar schuwt tegen maatregelen, die het be drijfsleven kunnen belemmeren. 'Spr. sluit zich aan bij de critiek, ge oefend op de evenredige vrachtverdee ling en hij betreurt de onjuiste samen stelling van de commissie van onder 70.) —o Hij nam hem mee naar den hoek van de cel waar de stralen der maan vielen, en in hun licht onderzocht hij nogmaals het schrift, maar hij kon niets duidelijk onderscheiden. 'Hij1 trachtte een overeenkomst op te sporen tusschen 'het handschrift voor zich en dat tot hem ge bracht werd vóór den slag bij Sedge- inoor, maar tevergeefs. „Hoe laat denkt gij, dat 't nu is?" „Miji dunkt, dat 't reeds na tienen is." „Nog twee urenl O, denk eens, binnen twee uren zal ik mijn Martha terugzien. Is er nog iets voor ons te doen?" „Neen, niets; wij moeten geduldig wachten." „Ja, wachten. Dat valt nu' gemakkelijk, na alles wat wij doorgemaakt hebben. Hebt gij! er eenig begrip van, wie die tralies losgemaakt heeft?" „Het moet door een man, een sterken man gedaan zijln, terwijl wij in de rechts zaal waren." „Ja, maar mijn Martha heeft dat alles bewerkt. Ik wil rustig zijn en over dit zoek naar de werking dezer wet. De tegenwoordige wet doet niets voor de binnenvaart; zij verdeelt eenvoudig de armoede. Van „ordening" van boven af ver wacht spreker geen resultaat. De heer Kropman (R.K.) sluit zich bij deze critiek aan. Uit de cijfers blijkt, dat de vrachtprijzen door de werking der wet zijn opgedreven en de concurreeren- de vervoermiddelen de vruchten verkrij gen; zooals spoor, vrachtauto en Rijn vaart. Intrekking van de wet op de evenredige vrachtverdeeling ware wenschelijk, tenzij een ingrijpende wijziging tot stand kome. Tenslotte dringt spr. aan op de ver dere rationaliseering en op ordening van het bedrijfsleven. De heer Van Vessem (N.S.B.) be pleit maatregelen in het belang van de middelgroote scheepsbouwbedrijven, cen tra van nationale industrie, waar een goede verhouding tusschen ondernemers en arbeiders heerscht. De heer Gelderman (lib.) is voor stander van industrialisatie, onder ze kere voorwaarden. Wat de contingentee- ring betreft, welke ons 100 150 mil- lioen kost, spr. waarschuwt tegen de ver starrende gevolgen daarvan. Vandaag voortzetting. TWEEDE KAMER. MINISTER DECKERS VERDEDIGT HET LANDBOUWCRISISBELEID. De richtprijs voor tarwe. Een dienst voor kleine boeren. Bij de voortzetting van de behandeling van de begrooting voor het Landbouw crisisfonds, besprak Minister Dec kers verder den z u i v e 1 p o t, waarin zekere heffingen worden gestort en waar van de inhoud kan worden gebruikt ten bate van den zuivelproduceerenden land bouw. Toen spr aan het bewind kwam, trof hem de ingewikkeldheid en ook het eenigszins bureaucratische karakter van den landbouwcrisisdienst. Onderzocht wordt, hoe het stelsel het beste kan wor den ingericht. De landbouwcrisismaatregelen zijn in dertijd genomen toen men nog hoopte, dat zij slechts voor korten tijd zouden behoeven te dienen. Nu duren zij al eeni- ge jaren. Daarom moeten zij worden veranderd. Ons doel zij, het landbouwbedrijf in stand te houden, onder redelijke voor waarden. Wil men verder gaan en zoo steunen, dat de landbouwers geld op zij kunnen leggen, dan is dit niet in over eenstemming met den geest van den wet gever. Men klaagt over de verlaging van den richtprijs voor tarwe, maar spr. vertrouwt, dat wij er met de negen gul den wel zullen komen. De moeilijkheid schuilt in het vinden van een juist ge middelde tusschen groote en middelbe- drijven. De uitkeering aan de kleine boeren is geheel in overeenstemming met de landbouwcrisiswet. Er is geen sprake van, dat zij' moest worden be taald uit de verlaging van den tarwe- richtprijs. Deze beide zaken zijn heele- maal niet aan elkaar gekoppeld. Binnen niet al te langen tijd zal aan spr.''s departement in het leven worden geroepen een dienst voor de kleine boe ren, die zal komen te ressorteeren onder de directie van den landbouw, die bij dit crisiswerk over de geheele lijn zal wor den betrokken. Spr. heeft op het oog de kleine zelf standige boeren. Helpt de landbouw- dienst hen, dan komt vanzelf te vervallen hun tewerkstelling op het eigen bedrijf vanwege Sociale Zaken. De heeren Krol en Hiemstra wensch- ten aanstelling van een bepaald aantal landarbeiders door de boeren als voor waarde voor steun, maar daaraan zit te veel controle vast. Dat den consument zijn crisiswinst wordt ontnomen of onthouden, is niet hard, maar wel is hard, dat kostelijke levensmiddelen worden vernietigd in als, dat uit het landbouwcrisisfonds sui ker uit Suriname wordt gesteund. De heer Bakker (C.H.) prijst de goede werking van de regeling voor ge denatureerde aardappelen en waarschuwt tegen den aandrang des heeren Vervoorn inzake toeslag voor consumptie-aardap pelen wat fraude in de hand zou werken. Vandaag zal de Minister antwoorden. De nieuwe onderdoorgangen en dui kers in den spoorweg bij Vlake, zijn thans zoover gevorderd dat men reeds u>?t het proefrijden is aangevangen. He; ligt in de bedoeling in het begin van den zomer met het omhoog brengen van den spoor weg aan te vangen. Waterschappen. Bij Kon. be sluit zijn benoemd: met ingang van 5 April, tot dijkgraaf van den Hollarepol- Hebben de politie-agenten nog getracht hem in handen te krijgen?" „In elk geval, 't mag dan verraad hee- ten of niet, ik ben blij', dat zij! hem niet gekregen hebben. Jeffreys zou hem zeker laten ophangen, als hij! gegrepen werd." „Ja, dat denk ik ook." „Wel, alles schijlnt rustig." „Ja, niemand kan ontsnappen. Overal soldaten. Het zal wel haast twaalf uur zijn en dan kan ik naar bed gaan." „En ik ook. Wie lost ons af?" „John Gorry." „Ha, John is een vurig aanhanger des Konings. Hij! haat de Dissenters." Hun stappen stierven weg in de verte. De gevangenen hadden ieder woord ge hoord, maar niets kon Willem Ridgeway in zijn vertrouwen doen schokken. „Ik zeg u, Martha is bezig; zijl zal ons redden," zei hij' tot Trelawney. Daar sloeg de klok het middernachte lijk uur. Het hart der beide mannen stond bijna stil. Beiden wendden de oogen naar het venster, maar niemand zag of hoorde iets. „Als er niets komt, zullen wijl zonder hulp trachten te ontsnappen," sprak Tre lawney. „Het venster is slechts vijftien voet van den grond en die afstand zal ons niet hinderen." „Neen, neen, wij willen wachten. Als Martha laat is, dan heeft zij daarvoor een Van verschillende kanten o.a, ook in ons blad, is indertijd scherpe critiek. gt- oefend op den inhoud van de bekende brochure 3 van de N.S.B. bevattende de proeve van een fascistische staatsleer. De leider van de N.S.B. nam echter de brochure tegen „een horde van critici" in bescherming en tot op dit oogenblik werd zij dan ook als een officieele uitgave van de N.S.B. verkrijgbaar gesteld. Thans echter is de brochure ingetrok ken. Mussert is blijkbaar tot de ontdekking gekomen dat de critici gelijk hadden. Of wordt )hdt misschien beter geacht de brochure voor dit oogenblik terug te nemen Hoe dit zij, de Leider blijkt niet onge voelig voor de leiding van politieke tegen standers. Met belangstelling wachten we af de richtlijnen waarvan nu de uitgifte is aangekondigd. der, S. J. Polderman, te Oud-Vossemeer; met ingang van 14 Maart, tot dijkgraaf van den Stad Philippinepolder, A. F. van Hijfte, te Philippine; tot plaatsvervanger van den dijkgraaf van den Alte-kleinpol- der (Noord-Beveland), M. de Regt te Kats; en is aan A. de Waal te Honte- nisse, met ingang van 1 Maart, op zij'1 verzoek eervol ontslag verleend als dijk graaf van den Kruispolder. Koken van mosselen. Men schrijft uit Ierseke aan de N.R.G.: De ouderen herinneren zich nog goed wat een drukte het mosselenkoken en pellen in den oorlogstijd in onze gemeen te gaf. In sommiger verbeelding is die toestand al teruggekeerd. Wat toch is het geval Een bekende firma hier ter plaatse is met een veertigtal jongens en meisjes weer aan het koken van mosselen begon nen. Het mosselvleesch wordt in belang rijke hoeveelheden naar het buitenland vervoerd. Echter niet voor de gewone consumptie, maar daar wil men trach ten uit deze grondstoffen een bepaald praeparaat te bereiden. Wat dit precies is komt men nog niet te weten. Mocht de proef echter slagen, dan wordt hier van voor de Zeeuwsche mosselenplaatsen een groote werkverruiming verwacht. Een groot voordeel is ook, dat hiertoe de pokmosselen kunnen dienen, die wegens het onooglijk uitzicht der schelp niet kun nen worden verzonden, maar die toch puik van visch zijn. Onze correspondent te Ierseke meldt ons, dat de bedoelde firma is de N.V. Oester- en mosselcultuur v.h. Bom-Pikaar aldaar. Middelburg. Gevonden voorwerpen. Wollen Handschoen, Klein, Noordweg R 29; Huissleutel, Labruijere, Begraaf plaats; Stempelschaar, Gornelisse, Bel- linkstr.; Mantelband, Koene, Lange Viele K 234; Knipmes, J. v. d. Berge, Seisweg R 79c; Halsdoekje, Moens, Schuttershof straat K 119; Doos inh. Schoenmakers- tang, Van den Berge, Jasmijnstr. W 127; Heerenhandschoen, Hubrechtse, Arn.pad T 168; Belastingmerk, L. v. d. Hiele, Gra venstr. I 275; Wollen Handschoen, M. de Rijke, Singelstr. N 205; Broche, N. Buijs, Arn.pad T 160; Klein Kamerhondje, Wil lem Biezen, Hoogstraat I 137; Kosteloos belastingmerk, v. d. Ouden, B. v. P.; Me daille, Steketee, Hofplein E- 222; Belas tingmerk, S. Contant, Brakstraat O 273; Notitieboekje, Gilde, N. Vliss.weg E 176, T'abakzak, A. D'avidse, Varkensmarkt I 182; Puntenslijper, P. Boon, Eigenh.str. P 210; Koperen Huissleutel, Toos Ma- cheels, Korte Delft F 22; Bruine D'as, Mej. Rozemond, Gravenstraat I 198; Port. met inh., Hackenberg, L. Burg B 3; Scha kelarmband, Simpelaar, Penninghoek L 49; Pijp, Rogge, L. Noordstr. 1 (sigaren winkel); Portemonnaie, Kortekaas, Seis- straat M 59; Kosteloos Belastingmerk, Geljon, Oude Vliss.weg V 29; Klein hondje, P. L. Snoep, N. Vliss.weg E 82; D'amesport. met inh., Tollenaar, Lelie straat S 149f; Sigarettenpijp in étui, L. Volmer, Penninghoek L 50; Muts, B. v. P., Kinderport., W. Verhage, Arn.voetpad T 141; Heerenrijwiel, B v. P. i De brandweer tweemaal gealarmeerd. Gisterenmorgen was goede reden. Ik vertrouw haar volko men." De minuten gingen langzaam voorbij;, terwijl Trelawney steeds ongeduldiger Werd. „Ik wacht niet langer," riep hij uit, „nog eenige uren en het is dag en dan is alle hoop op redding vervlogen." „Wacht, zeg ik u. Martha zal ons niet in den steek laten. Kijk, kijk!" Een kluwen touw viel aan de voeten van Trelawney. „Heb ik het niet gezegd?" riep de boer. „Hoe zal ik God ooit genoeg voor mijn Martha kunnen danken?" Trelawney trok het touw naar zich toe. Eerst ging het heel gemakkelijk, maar hij gevoelde spoedig, dat er iets zwaarders aan was vastgemaakt. Jal dat was een dikker touw! Hij ging voort met trekken, doch ein delijk bleef het vastzitten. Hij spande alle krachten in, maar 'ttouw bewoog zich niet meer. „Hal" riep hij uit, „wij kunnen naar 't venster opklimmen, en dan 't touw vast maken aan de tralie, die nog vastzit. Wilt gij eerst gaan?" „Neen. Gij zijt knapper dan ik; maar toch redt gij ons niet, maar Martha!" (Wordt vervolgd.) Ingezonden Mededeeling. alles nadenken. Ik gevoel behoefte om God te danken voor Zijn goedertierenheden". Willem Ridgeway zette zich op het stroo in den hoek van de cel, terwijl Trelawney trachtte alles nog eens na te gaan, wat er gebeurd was, doch zijn geest weigerde te werken. Niets werd hem duidelijk. Soms dacht hij er over om nog vóór middernacht te ontvluchten. Als het venster slechts vijftien voet van den grond was, kon hij! dien val best wagen. Maar de schildwachten? De stad was vol soldaten des Konings. Neen, hij zou de instructies, die hem op zoo vreemde wijze waren toegezonden, wel moeten vol gen. Langzaam ging de tijd voorbij. Zij! hoor den de oude torenklok elf slaan en de echo's stierven weg in de verte. Toen werd alles weer stil. „Hoor! wat is dat?" Zij hoorden stemmen van mannen in de nabijheid. „Dat is Martha niet," fluisterde Willem „Wees kalm, 'tis nog geen tijd. Luis ter!" „Dezen dag zal ik nooit vergeten," zei de een, „al word ik honderd jaar oud." „En ik evenmin," hernam de ander. „Ach, denk 't u eens in, bijha honderd. En velen kende ik. Met sommigen hunner heb ik als jongen gespeeld. Goede, god- vreezende mannen, die rustig hun werk verrichtten en God trachtten te dienen. Ik heb hen daar buiten zien hangen met verwrongen gelaatstrekken. O, die gezich ten vergeet ik nooit wéér!" „Neen, ik ook niet; maar toch som migen van hen vochten tegen den Ko ning." „Ja, dat is waar. Maar houdt gij! dan zooveel van den Koning, Willem Jory?" „Van een paapschen leugenaar hou den? Hoe zou ik dat kunnen! Denk maar eens aan wat hijl gedaan heeft. Ik heb gehoord, hoe de voorname lords in Lon den alle moeite hebben aangewend om te bewerken, dat Lady Alide Lisle niet le vend verbrand zou worden. En dat Jef freys zoo onbarmhartig optreedt, is het werk van den Koning. „Bewijs hun geen genade, Jeffreys," heeft hijl gezegd, toen hijl Jeffreys naar hier zond. Bovendien denk aan wat de mannen des Konings ge daan hebben. Overal omkooperij en be derf. Als men geld heeft, kan men ge makkelijk een gevangene in vrijheid doen stellen. En dan zijn honderden als slaven verkocht, nog voor hun zaak gerechtelijk onderzocht was. En dat in een vrij chris tenland!" „Ik heb gehoord, dat de oude Peter den rechter vreeselijk heeft doen schrik ken." „Ja, dat heb ik ook gehoord. Maar zij hebben den man niet gevangen genomen.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1936 | | pagina 2