Wat wil de R. K. Staatspartij
eerste blad
DONDERDAG 5 MAART 1936
DAGBLAD VOOR DE PROVINCIE ZEELAND
50e JAARGANG No. 132
Buitenland.
De oorlog in Abessynië.
De Britsche ambulance
gebombardeerd.
Rijks-automobielcentrale
'ingesteld.
Belangrijkste Nieuws
Binnenland
Uitg.: N.V. Uitgevers Maatschappij „Luctor et
Emergo" ter exploitatie van het blad „De Zeeuw".
Bureaux Lange Vorststraat 70, Goes.
Telefoonnummer 11.
Postchèque en Girorekening 44455
Bijkantoor Middelburg: Fa BOEKHANDEL
j, J. FANOY, Lange Burg B 16, Tel. 28.
Directeur-Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA.
Abonnementsprijs f2.50 per kwartaal,
weekabonnementen voor Middelburg. Goer en
Vlissingen *0.20. Losse nummer* 5 cent.
Advertentiën 30 cent per regel. Ingezonden
mededeelingen 00 cent per regel. Kleine
Advertentiën Dinsdags en Vrijdags f0.75, bij
vooruitbetaling. Onder letter of motto f 0.85.
Bij contract belangrijke korting.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
Dat de politieke toestand uiterst ver
ward is, blijkt wel zeer duidelijk wanneer
men kennis neemt van wat er in het R.
K. kamp gebeurt.
Er is daar een scherpe oppositie tegen
de door het Kabinet Golijn gevoerde po
litiek. Velen zouden niets liever zien dan
dat de R. K. Kamerfractie aan het Kabi
net allen steun ging weigeren. De zakelij
ke opmerking van Prof. Aalberse, dat
men toch geen Kabinet kan ten val bren
gen als men geen beter ministerie in de
plaats kan stellen, maakt op deze oppo
nenten weinig indruk.
„Beter Kamerontbinding zoo rede
neeren zij op grond van ons econo
misch program n u, dan het volgend jaar
nieuwe verkiezingen wanneer het land
nog meer uitgeput zal zijn en de R. K.
Staatspartij feitelijk verzaakt zal hebben
wat zij tevoren in haar vaandel geschre
ven had".
Maar voor een Kabinetscrisis gefor
ceerd wordt, zal men het toch zeker eerst
in eigen kring eens moeten zijn.
Van groot belang is daarom de vraag:
Wat wil de R. K. Staatspartij?
Op den onlangs gehouden landdag kwa
men de innerlijke tegenstellingen duidelijk
aan het licht. Meerdere R. K. bladen b.v.
achtten het noodig er de aandacht op te
vestigen, dat het applaus bij de intrede
van verschillende autoriteiten, niet de
ministers gold.
Verder trok het de aandacht, dat oud-
Minister Steenberghe gelegenheid kreeg
een pleidooi te houden vóór devaluatie en
dat de voorzitter Mr Geseling, niet ondui
delijk liet uitkomen, dat hij het met het
gehouden betoog geheel eens was. Uit het
optreden van Prof. Aalberse bleek ech
ter, dat daarmee toch volstrekt nog niet
het standpunt van de partij en van de
Kamerfractie was weergegeven.
Vandaar, dat er op een daarna te Den
Bosch gehouden partijvergadering veel
belangstelling was voor de door een der
Haagsche afgevaardigden gestelde vraag,
of de R. K. Kamerfractie eenzelfde mee
ning is toegedaan als het partijbestuur,
dat Mr Steenberghe op den landdag toe
stond te spreken over devaluatie.
Op deze concrete vraag werd echter
geen antwoord gegeven.
Toch zou, voor de toekomst van het po
litieke leven, een ondubbelzinnige uit
spraak zeer gewenscht zijn.
Vooral in critieke dagen als wij nu be
leven, is het van belang, dat men weet wat
men aan elkaar heeft.
Badoglio's overwinning.
Maarschalk Badoglio telegrafeerde gis
teren
„De veldslag in Tembien was in volle
ontwikkeling, toen bij het aanbreken van
den dag op 29 Februari het tweede en
vierde legercorps in het Sjiregebied de
troepen aanvielen van Ras Imroe, het
eenige vijandelijke legercorps, dat aan
het Erythreesche front nog intact was
gebleven. Zeer levendige gevechten had
den plaats vanaf 29 Febr. tot 2 Maart.
De vijand, die in het Noorden werd in
gesloten door het vierde legercorps en in
het Oosten door het tweede, week na een
verbitterden tegenstand, tijdens welken
hij waarlijk uizonderlijke verliezen leed,
gisteren voor een alles omverwerpende
bestorming van het tweede legercorps.
Groepen vluchtelingen begeven zich
naar de doorwaadbare plaatsen van de
Takazze en worden onder machinegeweer-
vuur genomen door de luchtstrijdkrach
ten. Met de overwinning in Sjire is de
ineenstorting van het geheele Abessijn
sche Noordelijk front volkomen. Van de
vier legercorpsen der Abessijnen, die de
JYegus gemobiliseerd had resten nog
slechts armelijke overblijfselen, die op de
vlucht zijn naar het Zuiden."
„Ik wacht tot de vijand komt opdagen",
antwoordde Badoglio aan de journalisten,
die nem vroegen, welke thans zijn voor
nemens waren.
Wat Ras Kassa aangaat, zeide de
maarschalk, hij werd niet verslagen,
maar in de pan gehakt. Over het alge
meen trachten de Abessijnen te ontkomen,
maar zij worden overal verslagen. Het
is niet langer een oorlog, het is een jacht.
Het gerucht wil, dat Ras Seyoem, die
gezworen heeft te sterven, liever dan te
rug te trekken, zich in de grotten van
Tembien zou bevinden. De bevolking van
Tembien heeft zich onderworpen.
Men ziet de overwinningsroes is er wel
bij de Italianen, die zich wanen op deze
wijze de beschaving aan het Abessijnsche
volk te brengen.
De verliezen.
In toonaangevende kringen van het
Italiaansche oppercommando worden
thans de verliezen bekend gemaakt, wel
ke de troepen gedurende de periode van
10 Febr. tot 3 Maart in èe drie gToote
veldslagen van Amba Aradam, Amba
Aladsji en, in den Tembien-sectcr hebben
geleden.
Volgens de cijfers bedraagt het aantal
dooden en gewonden aan Abessynische
zijde niet minder dan 30.000, terwijl de
Italiaansche verliezen daarentegen op
2000 dooden en gewonden worden vast
gesteld.
Bij de vervolging van de uit elkander
geslagen legers van ras Kassa en ras
Seyoem zouden nog 500 Abessyniërs zijn
gedood, terwijl de Italianen er bovendien
in zouden zijn geslaagd 300 Abessyniërs
gevangen te nemen.
De Abessijnen hebben gestreden met
buitengewoon grooten moed en volgens
Europeesche tactiek; zij vielen in tirail-
leurslinie aan en bewogen zich met zeer
vlugge sprongen voorwaarts.
Men schat het aantal soldaten der ge
regelde Abessijnsche troepen die in drie
legercorpsen aan het Noordelijk front
stonden, toen de Italianen hun laatste
aanvallen deden, op 120.000.
Wat de Abessijnen zeggen.
De negus heeft tot een reusachtige bij
eenkomst van Muzelmannen een bood
schap gericht, waarin hij zijn standpunt
uiteenzet ten opzichte van de jongste, in
de Italiaansche oommüniqué's gemelde
overwinningen.
In deze boodschap zegt de keizer o.a.:
„De oorlog is nog pas begonnen. Alle
krachtige mannen moeten naar het front
vertrekken."
„De Ethiopiërs", aldus de negus,
„moeten nooit gelooven, wat de Italianen
ten aanzien van overwinningen, dooden
en gewonden melden. Wanneer de Itali
anen twee Ethiopiërs dooden, zeggen zij,
dat ze een heele divisie vernietigd heb
ben."
De Abessijnsche regeering publiceert
een mededeeling, waarin wordt verklaard
dat het leger van Ras Kassa niet is ver
nietigd. De verliezen, welke dit leger
heeft geleden, zijn slechts gering.
Volgens dit bericht verloren de Abes
sijnen bij de gevechten in Tembien niet
meer dan 3000 man.
„De Italiaansche berichten zijn uit po
litieke overwegingen overdreven, vermoe
delijk met het oog op de komende be
sprekingen van den volkenbond. De ver
liezen van de Italiaansche Inlandsche
troepen bedroegen meer dan 1000 man.
Bovendien zijn twee Italiaansche vlieg
tuigen neergeschoten, de toestellen zijn
geheel vernield en de 14 inzittenden zijn
allen omgekomen."
Waar is de Negus?
Naar te Addis Abeba eerst thans ver-
1 nomen wordt, is de negus op 21 Febr.
van Dessie „naar het Noorden" vertrok
ken.
Na verscheidene dagen niets van het
hoofdkwartier van den keizer te hebben
vernomen, heeft de regeering thans eenige
telegrammen ontvangen, die Vrijdag j.l.
door den negus waren verzonden. Men
maakt hieruit op, dat de keizer er om
technische redenen de voorkeur aan heeft
gegeven zich van correspondentie met de
hoofdstad te onthouden.
Uit de bewuste telegrammen blijkt
niet, waar de keizer thans zijn hoofd
kwartier heeft opgeslagen. „Ergens in
het Noorden van Abessynië" vertoeft hij.
Een Reuter-correspondent verklaart,
dat hij in verband met de strenge censuur
niet de plaats kan noemen, waar het
hoofdkwartier van het leger is geves
tigd.
Uit Dessie wordt gemeld
Een Italiaansch vliegtuig
heeft hedenochtend de Brit
sche ambulance bij Quoram ge
bombardeerd. Een 40- tal bom
men werden afgeworpen. Drie
gewonden, welke in de ambu
lance werden verpleegd zijn
gedood, 4 anderen zijn later
overleden.
Het Italiaansche vliegtuig vloog 10
keer op geringe hoogte boven de ambu
lance. Het kamp was duidelijk aangege
ven met een Roode Kruis-vlag, 40 voet
hoog.
Van het personeel werd niemand ge
wond.
Het schijnt dat 3 tenten, waaronder de
operatietent, geheel of gedeeltelijk werden
verwoest, alsmede verscheidene auto's en
instrumenten.
GENEVE WACHT OP ANTWOORD.
Geen gunstige verwachtingen.
Eden, Flandin en Paul Boncour hebben
Genève weder verlaten.
Genève wacht nu op antwoord uit Rome
en Addis Abeba.
De commissie van achttien heeft haar
taak toevertrouwd eenerzijds aan de com
missie van petroleum-deskundigen en an
derzijds aan de commissie-Westman voor
de naleving der reeds overeengekomen
sanctiebepalingen.
Dteze twee commissies zullen echter
eerst respectievelijk Zaterdag en Vrijdag
haar taak beginnen.
Men had vrij algemeen den indruk, dat
de spoedige inwerkingtreding der petro-
leum-sanctie een in werkelijkheid reeds
besloten zaak is, waarvan alleen nog zal
worden afgezien, indien Mussolini een be
vredigend antwoord op het beroep van de
raadscommissie van dertien aan de oor
log voerende partijen zal geven.
Over de kansen op zulk een bevredi
gend antwoord liepen de meeningen nog
zeer uiteen, doch men scheen tegenover, de
kansen op succes van de vredespoging van
de raadscommissie van dertien gisteren
over het algemeen sceptischer te staan
dan eergisteren.
Italiaansche journalisten meenen, dat
Mussolini bezwaarlijk ervoor te vinden
zal zijn, onder den druk van de bedrei
ging met de petroleum-sanctie onder
handelingen binnen bet kader van den
volkenbond te beginnen.
De Eingelschen hebben nimmer hun
scepticisme in dezen verheeld en gelooven
nog altijd, dat de petroleum-sanctie on
vermijdelijk zal worden.
De volgende week zullen dus moeilijke
dagen voor de leden van de raadscommis
sie van dertien aanbreken.
Plannen van Flandin.
Uit Genève wordt gemeld dat Flandin
heeft getracht een ruilhandel met Enge
land tot stand te brengen.
Flandin zou zich bereid hebben ver
klaard Engeland in de embargo-kwestie
te steunen, indien Engeland toezeggingen
zou willen doen ten aanzien van de Rijn
land-kwestie.
Eden is naar Londen teruggekeerd met
een document waarin de Franscbe ver
langens worden uiteen gezet.
Het Britsche kabinet zou voor Dinsdag
van die verlangens kennis nemen.
Verder wordt gemeld, dat Flandin al-
voren hij! naar Genève vertrok bij den
Duce beeft geïnformeerd hoe vredesvoor
stellen zouden worden opgenomen. Het
antwoord kan men als volgt samenvat
ten:
Mmsolini zou bereid zijn in onderhan
delingen te treden en de vredesvoorwaar
den te bespreken met de Abessynsche ver
tegenwoordigers te Genève. Hij zou.
dergelijke besprekingen echter alleen
overwegen indien te veren zou vast
staan, dat Italië de heerschappij over be
paalde Abessynsche gebieden behoudt.
Te Genève twijifelt men er niet aan, dat
de Duce bij! een wapenstilstand denkt aan
annexatie van de thans door de Italiaan
sche troepen bezette gebieden.
De commissie van 13 zou dan voor
een moeilijke beslissing staan. Zij' zou
dan hebben te kiezen tusschen twee din
gen. Ten eerste het opgeven der sanctie-
politiek en het tot stand trachten te bren
gen van een regeling die den Volkenbond
als ongewenscht zou moeten voorkomen.
Ten tweede het voortzetten der sanc-
tiepolitiek, speciaal door het afkondigen
van een embargo op petroleum; daarbij
zou men het gevaar loopen dat Italië uit
den Volkenbond treedt.
Waarschuwing van Motta.
Le Journal publiceert een bericht van
den correspondent van het blad te Ge
nève, Nichel Pobers, waarin deze ver
klaart: Van absoluut betrouwbare zijde
vernemen wij, dat de Zwitsersche Minis
ter van Buitenlandsche Zaken Motta gis
teren een zeer dringende demarche heeft
gedaan bij' een aantal leden van de com
missie van 18, om hun aandacht te vesti
gen op de ernstige gevolgen welke de
toepassing van petroleumsancties en het
verlaten van den Volkenbond door Italië
voor de Helvetische republiek kan heb
ben. Motta wijst op de positie van Zwit
serland, indien twee nabuurstaten den
bond zouden hebben verlaten.
Deze positie zou zeer delicaat zdj!n. Hij
uitte de vrees dat zonder Italië en
Duitschland de Volkenbond zou ontaar
den in een coalitie. Als gevolg daarvan
zou het deelnemen van Zwitserland aan
In beheer bij het staatsbedrijf der P.T.T.
Biji K. B. van 2 Maart is ingesteld een
Rijks-Automobieicentrale gevestigd te
's Gravenhage.
Zijl is in beheer bij het Staatsbedrijf der
Posterijen, Telegrafie en Telefonie.
De taak van de centrale bestaat in:
het aanschaffen van automobielen en
motorrij'wielen ten behoeve van Rijksin
stellingen;
het verleenen van bemiddeling bij het
aanschaffen van de voor de Rijksautomo-
bielen en -motorrijwielen benoodigde on-
derdeelen, uitrustingstukken en ver-
bruiksstoffen;
de zorg voor, het onderhoud en de her
stellingen van deze vervoermiddelen;
het houden van toezicht op de uitvoe
ring van de door haar gesloten overeen
komsten en, voor zooveel dit niet door
haar zelf plaats vindt, op het onderhoud
en de herstellingen, waartoe haar o.a. wor
den toegezonden de rekeningen, welke 't
gevolg zijn van het gebruiken van de ver
voermiddelen;
het geven van adviezen, automobielen,
motorrijwielen en hun gebruik betref
fende.
Voor zoover betreft het Staatstoezicht
der P.T.T. strekken de vorengenoemde
bemoeiingen zich tevens uit tot rijwielen
en aanverwante transportmiddelen.
den bond, ais neutraal land, groote moei
lijkheden ondervinden en zou de volks
beweging in Zwitserland tegen den Vol
kenbond een werkelijk gevaar kunnen
worden.
Melk voor de militairen.
Het aantal Franscbe militairen, dat de
zen winter naar een hospitaal moest wor
den overgebracht met mazelen en influen
za, heeft ongerustheid veroorzaakt.
Naar aanleiding hiervan is er een ern
stig onderzoek ingesteld naar de medi
sche diensten. Eenige Kamerleden wen-
sohen echter nog een anderen maatregel.
Zij willen den soldaat bij zijn rantsoen
een voldoende hoeveelheid melk geven.
„Zijn gezondheid, zoo zeggen zij, kunnen
wij bevorderen door het drinken van melk
en wij helpen tegelijkertijd de boeren, die
getroffen worden door het geringe ver
bruik van melk. De graan- en wijnmark
ten zijn reeds geholpen doordat het leger
groote hoeveelheden dezer producten be
trekt; waarom zouden wij niet hetzelfde
doen met de melk?"
Van der Lubbe en de brand in den
Rijksdag.
Het Volk ontleent aan Die deutsche Re
volution, het blad van de oppositioneele
nationaal socialistische groep van Otto
Strasser een relaas van zekeren Heinz
Jürges, die beweert een van de mannen
te zijn die aan de voorbereiding van de
brandstichting in den Rijksdag hebben
deelgenomen.
Jürges, die zich verborgen houdt in
Zuid-Amerika vertelt in zijn „onthullin
gen" hoe hij in opdracht van Göbbels als
tolk fungeerde (Jürges verstaat Neder-
landsoh) bij een bespreking tusschen Hei
nes, Ernst en Van der Lubbe, welke geleid
zou hebben tot de brandstichting door den
laatste.
De staking der liftbedienden.
Bamhrick, de leider van de staking,
heeft op een groote vergadering o.m. uit
geroepen: „Indien er morgen nog geen
vergelijk is getroffen, dan zullen we het
bevel geven de heele stad omver te halen.
De stakers dringen aan op een algemeene
staking, geldig voor de heele stad.
In verband met de moeilijkheden, ver
oorzaakt door de staking onder de lift
bedienden te New-York kan nog worden
meegedeeld, dat de politie niet minder
dan 600 gevallen van geweldpleging heeft
geconstateerd. Bij vechtpartijen zijn heel
wat menschen gewond. Pogingen tot be
middeling zijn niet geslaagd. Volgens de
politie ondervindt men in 1472 torenhui
zen of andere groote gebouwen zwaar de
gevolgen van de staking.
De kabinetsvorming in Japan.
De Keizer heeft den Minister van Bui
tenlandsche Zaken Herota opdracht gege
ven tot de vorming van een nieuwe regee
ring.
Deze opdracht heeft reeds de goedkeu
ring der militairen verworven. Debetrek
kingen tusschen Herota en 'het leger zijn
tot dusver uitstekend geweest. Men ge
looft dat Herota zich met succes van zijn
taak zal kwijten.
Weer sabotage op Britsche oorlogs
schepen.
Bij de Britsche Marine hebben zich
twee nieuwe gevallen van sabotage voor
gedaan en wel op den slagkruiser Re
pulse, die binnenkort de Middellandsohe
Zeevloot zal versterken, en aan boord van
de duikboot H XXV lil.
Binnenland.
De Tweede Kamer over de onderwijlzei s-
kloosterlingen en de steunuitkeeringen
aan de werkloozen.
Rijiks-automobielcentrale ingesteld.
Protest tegen bet anti-semitisme van de
N.S.B.
Buitenland.
De Italiaansche overwinning in Abessy
nië.
Italiaansche bomaanval op de Engelsche
ambulance.
Genève in afwachting. De mogelijkheid
van een petroleum-embargo.
De staking van liftjongens te New-York.
De admiraliteit beoordeelt deze aange
legenheid zeer ernstig.
Korte Berichten.
De nieuwe Zeppelin L. Z. 129 welke
Hindenburg is gedoopt, heeft gisteren de
eerste proefvlucht gemaakt.
1 Tengevolge van een dichten mist wa
ren gisteren de luchtdiensten tusschen
Groyden en het vasteland van Europa
geheel gedesorganiseerd.
i Een cycloon die het eiland Sicilië
heeft geteisterd, heeft waarschijnlijk aan
zienlijke schade en groote verliezen aan
menschenlevens veroorzaakt. Vijf vis-
scherssohepen zijn vergaan, terwijl men
aangaande het lot der twintig opvarenden
in het onzekere verkeert. Dertien andere
visschersschepen worden nog vermist. Te
Palermo werden twintig personen in het
ziekenhuis opgenomen die tijdens' den
storm ernstige verwondingen hadden op-
geloopen.
President Roosevelt heeft aangekon
digd, dat hij in het congres binnenkort
nieuwe maatregelen zal voorstellen tot
hulp aan de werkloozen. De totale kosten
hiervan zullen 1 a 2 milliard bedragen.
i D'e Oostenrijksche Prins Starhem
berg is te Rome aangekomen. Hij zal van
avond door Mussolini worden ontvangen.
Dte Oostenrijksche bondskanselier
Schusohnigg zal 12 of 13 dezer een be
zoek brengen aan Boedapest.
Minister Beek zal vanmorgen de Bel
gische hoofdstad weer verlaten. In zijn
onderhoud met de journalisten zeide de
Poolsehe minister nog, dat minister-pre
sident van Zeeland, vergezeld van zijn
echtgenoote, 14 of 15 Maart a.s. een be
zoek zal brengen aan Warschau.
Te Tavanto (Italië) zijn tijdens een
ontzettenden storm, welke nog niet te
schatten schade aanrichtte, driehonderd
personen gewond. Tal van rivieren zijn
buiten 'haar oevers getreden, tengevolge
waarvan vele huizen instortten.
HUURVERLAGING VAN DE
WONINGWETWONINGEN.
Vragen van den heer Kampschöer
beantwoord.
'Op vragen van 'het Tweede Kamerlid,
den heer Kampschöer, betreffende ver
vroeging van den datum van 1 Januari
1934, genoemd in de ministerieele cir
culaire van 30 Juni 1935, in zake verla
ging van de huren der Woningwetwonin
gen, heeft de minister van Sociale- Zaken
o.a. geantwoord.
Ter zake van de aansprakelijkheid der
gemeenten voor de kosten van huurver-
lagingen dienen twee tijdvakken te wor
den onderscheiden, n.l.
a. het tijdvak voor 1 Januari 1934,
toen overeenkomstig het systeem van de
Woningwet de gemeenten, hetzij als risi
codragende tusschenpersonen tusschen
vereenigingen en Rijk, hetzij als onmid
dellijk belanghebbenden bij door haar
met Rijkssteun gebouwde woningen, aan
sprakelijk waren voor de minimum huur,
en b. het tijdvak na 1 Januari 1934, toen
de regeering maatregelen overwoog om te
komen tot een algemeene verlaging van
de huren van met rijkssteun gebouwde
woningwetwoningen, welke aansloot bij
het algemeen regeeringsbeleid. Door deze
maatregelen werden de gemeenten geheel
of ten deele ontheven van de aansprake
lijkheid voor de kosten der uit dien
hpofde noodig geachte huurverlagingsn
De gemeenten die voor 1 Januari 1934
tot huurverlaging overgingen, kenden de
gevolgen daarvan.
De minister kan geen vrijheid vinden
tot vervroeging van den datum van 1
Januari 1934 over te gaan.
DE BOEKDRUKKERS EN DE
SPELLING.
Naar aanleiding van de mededeelin
gen van den Minister van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen in de Memo
rie van Antwoord aan de Eerste Kamer
over de Onderwijsbegrooting inzake de
spelling, heeft de Federatie der werkge-