DE ZEEDW ping! nopjes De Dochter van den Opperrechter eren- ng. iping TWEEDE BLAD Voor den Zondag HET ADRES A. WILKING Gemengd Nieuws. De reis van den heer van Dijk naar Indië. Wat er deze week voorviel wstraat vanaf walltelt leturen, tvoile eeding. Dames- en kmans- de Fa ag 11, ig 13, ï-8 uur. 36. opgeld Zeeland, HTER nderen, als huis- B. W. BER '35, 1 te Krui- Inbeurs", D. v. d. en over- J. VAN JIS EN gen, a/d c.A. (1 ferhuurd Ipr ƒ2,50 [JIS EN gen, aJ& E.A. (201 lerhuurd |l,50 per I en II. Aanvaar de huur Ibetaling llJKE te 1935, sweert, 1 heer C. de Erf- In heer publiek Schuren Atraat C lot 2 /d Oude groot I en II. Igen ge- li de be- jan, doch 136. ld. Am- Jore en ■den erf- litzonde- 1 gelegen Inaal en Ipoorlijn Vlake- lldijk. aan op- it geld: ken Lin- jlekastje, bureau- fcrkisten, len, De- |10 nieu- jgels en pen net- Kruis- |ken en igen en loop zal J VAN ZATERDAG 7 DEC, 1835, Nr 59. DE KNECHT DES HEEREN. En Ik zal u geven tot een ver bond des volks. Jee. 42: 6. Hier is de profetie van den knecht des Heeren. Welk een heerlijke en troostrijke din gen zegt de profeet hier van Hem. Het is alsof in vers na vers Zijn naam ge speld wordt: Jezus, dat is Zaligmaker. De Heere zelf geeft Zijn knecht tot een verbond des volks, Hij zai zijn de Middelaar des ver- honds, in Hem zijn Gods beloften ja en ze zijn in Hem amen. Hij is de waarborg, de zekerheid en de vastheid van het verbond der genade. Hij is in dat verbond de eerste en de laatste, het begin en het einde. Hij is het verbond zelf; inniger en rij ker kan Gods arbeid voor en aan den zondaar niet geteekend worden. Wij heb ben in ons eerste verbondshoofd Adam het verbond moedwillig gebroken. Maar in Christus is van een wankelen of wij ken van het verbond der genade zelfs geen sprake. In Hem is dat verbond vast en onbewogen. W ij maken Christus niet tot een ver bond des volks. Wij, och arme, wat zouden wij, die onzen weg verderven van dag tot dag. Maar hier staat: Ik, Jehovah, zal het doen. Hij stelt den Middelaar voor zon daren. En dat stellen van den Middelaar is een gave; Christus is de gave des Va ders voor verlorenen. Als er zaligheid voor zondaren moge lijk zal zijn, dan moet het Gods werk zijn. En nu is God gekomen: alzoo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zij nen eeniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe. Er is maar één weg en die weg is Christus. Hij is het verbond des volks. Zonder Hem geen zaligheid, buiten Hem geen zaligheid. Maar bij Hem alles, wat voor het le ven en de godzaligheid van noode is. MIDDELBURGSCHE BRIEVEN. Amice, Vandaag, Zaterdag 7 D'ecember 1935, gaan onze gedachten onwillekeurig terug naar Zaterdag 7 December 1929. Het is vandaag precies zes jaar geleden, dat een ware ramp (al was het dan alleen maar een materieel©, in dien zin, dat geen men- sclienlevens te betreuren vielen) onze oude mooie stad trof. Wie herinnert zich niet, dat op dien Zaterdagavond tegen vijven het gerucht van: brand in de Fransche ■bazar! in een ommezien was verspreid. Op alle punten in de stad en al spoedig heel ver daar buiten, kon men zich van de waarheid van dat gerucht overtuigen Het 'hooge gebouw, midden in de Lange Delft staande, brandde als een fakkel die van boven was aangestoken. En de ge- weldige stormwind wakkerde 't vuur aan, speelde 'n fantastisch spel eerst boven in Ingezonden Mededeeling. voor Manufacturen. Dames- en Kinderconfectie Tapijten - Gordijnen Bedden - Ledikanten en aanverwante artikelen is GOES HULST FEUILLETON. 12) HOOFDSTUK IV. Het huis van den Puritein. „Wie zijt gij?" vroeg de jongeling plot seling. „Ik zou wel willen weten, hoe gij heet. Ook zou ik uw gelaat wel willen zien." „Waarom, heer Ridder?" „Een man is 't altijd aangenaam 't ge laat an een vriendin te zien en haar naam te kennen. Ik twijfel er aan of ik zonder u wel ontsnapt zou zijn. Ik geloof we1, dat ik die kerels in de greppel had k 'nnen wer, en, maar daar mijn handen geboeid waren zou ik mij' niet hebben kunnen verdedigen." Leeren riemen, ba!" „Ja, maar ze zaten stevig om mijn pol sen. Misschien had ik ze kunnen kapot scheuren, maar ik denk 't niet. Maar gij hebt ze net op tijd stuk gesneden. En ik moet zien mijn zwaard ook weer terug te krijgen." de bazar, dreef en perste als het ware het vernielend© vuur met enorm geweid door het geheele gebouw. Wij «tonden opeenge pakt ia diepe verslagenheid met ernstige gezichten in de Lange Delft ter hoogte van de Segeerstraat en zagen het wreede spel aan. Geweldige meterslange steekvlammen uit al de ramen van de bazar, dan vuur- tongetjes langs het hotel Verseput, dan opeens vlammen en nog eens vlammen in Middelburgs mooiste hotel, een van Middelburgs prachtigste gevels een prooi van het vuuxmonster. De zware versierin gen aan den gevel met de zware kroon lijst, eens de trots der bouwers en later onvoldoende gewaardeerd door do bur gera, sloegen met donderend geweld op de straat en nog gretiger greep bet vuur om zich heen, links en rechts radicaal ver woestend. Rechts moesten het de zaken van Oos terhuis en Wiener ook weldra ontgelden en steeds groeide de machtige vlammen zee maar aan, steeg op en werd een drei gende wolk van vuur en rook en vonken. Over een breede strook in Noordoostelijke richting over de stad gaande, waren deze laatste een onophoudelijke bedreiging, overal nieuwe prooi zoekend. En honder den kijkers naar het imponeerend schouw spel, schoten dan weer plotseling weg, naar huis, denkend aan het gevaar der verraderlijke vonkjes, die zich thuis wel eens op een brandbaar plekje konden vasthechten. En al wat brandweer was, of dacht dit te zijn, zoowel uit Koudek.erke en Vlissin- gen, beijverde zich dit geweldige monster te bedwingen. Ondanks de moedige pogin gen leek het op een afstandje meer op het plagen van een ©normen reus, die zich daardoor niet liet weerhouden zijn een maal grootsch opgevatte taak met groote intensiviteit te volvoeren. Een staanplaats op de Markt gaf later een beter overzicht. Met auto's en trams aangevoerd, groeide het publiek steeds aan. Ik herinner me nog de stilte die er soms minuten lang onder de duizenden toeschouwers heerschte, allen onder den indruk van eigen machteloosheid tegen zulke verwoestende elementen: vuur en storm. En het klonk alc een kreet van pijn de massale zucht, die opging toen de in middels volvretende vuurzee ook de fa briek van Kaan had overmeesterd, en straks de brandende stukken voorgevel in de straat ploften om aan de overzijde der straat nieuwen buit te maken. Aan de overzijde der straat, werden ondanks hopelooze brandweerpogingen de zaken van de Jager, de tweede van Wiener en Simon de Wit in de ca'ei st rophe betrokken. Behalve de brandweer te Goes en te Bergen op Zoom, werden die van Rotter dam en Den Haag ook gevraagd hulp te verleenen, Eti ouder buitengewoon on gunstige omstandigheden vertrekt een zware auto-motorspuit 's avonds om half tien uit Rotterdam. Ondanks storm, re gen en slechte wegen wordt Middelburg kort na middernacht bereikt, alhoewel toen reeds 't grootste gevaar geweken werd verklaard. De te middernacht uit Den Haag per trein verzonden spuiten, konden per keerende trein teruggezonden worden. Men was dus wel zeer sterk onder den indruk van eigen machteloosheid op brandweergebied. Gritiek op eigen brand weer en lof over de Bergen op Zoomsche en Rotteidamsche bracht al direct iets positiefs, n.l. een brandweerfonds. Dit fonds door de burgers gevormd zou straks de brandweer een moderne spuit aanbieden. E'er 1929 ten einde spoedde was er ruim f 3000 bijeengebracht. Even voor Kerstdag kwam de Raad nog bijeen om zijn hart eens te luchten over den brand. Een der raadsleden le verde een felle critiek op de brandweer organisatie en vertolkte daarmee veler gevoelens. Later werd de brandweer georganiseerd en kwam er beter materiaal. Bewees nadien meermalen werkelijk brandweer te zijn. Heel langzaam aan verrezen op de plat gebrande plaatsen, nieuwe forsche ge houwen, maar nog zijn er leelijke open plekken. Weldadig deed het kort geleden ontstane gerucht aan, dat de firma Kaan nu ook gaat herbouwen. Niet alleen ter verfraaiing van onze hoofdstraat, maar in het belang ook van onze stad wen- schen we deze firma met dit plan geluk. Als steeds Uw vriend, STENTOR. „Uw zwaard?" Ja, 't werd me vanmorgen in Guild- holl afgenomen. Ik moet het terug heb ben, wat er ook gebeure! Niet, omdat 't zoo kostbaar is, maar omdat 't al zoovele geslachten in onze familie geweest is. Ik moet 't terug hebben, al zou ik in de Fleetgevangenis moeten inbreken." Hij sprak op kalmen toon, maar met zulk een gerustheid, dat de maagd, of schoon wat hij noemde onmogelijk scheen, niet lachte. „Maar zeg mij', wie gij zijt," ging hij voort, „en zie, hier vlak bij is een licht. Laat mij uw gelaat zien." „Waarom toch?" „Opdat ik u later herkennen kan. Gij hield uw gelaat verborgen langs „The Strand", zoodat ik 't slechts zeer vluchtig gezien heb. Ik ben blij, dat gij 't gedaan hebt, want ik zou niet gaarne gezien heb ben, dat die ruwe kerels u onbeschaamd aangestaard hadden. Maar vertel me nu, hoe gij: heet." „Maria", zei zij. „Maria. Wel dat is de lieflijkste naam die er bestaat, ofschoon 't ons aan een wreede Koningin doet denken. Maar ook de moeder des Heeren droeg dien naam en zoo doet hij' ons ook denken aan rein heid en heiligheid. Maar hoo meer?" Ingezonden Mededeeling. Jecovltol levertraan wetenschappelijk de beste levertraan voor U en Uw kind. Verkrijgbaar bij apothekers en dro» gisten 6 f 0.75 per flacon. Geheime distilleerde- r ijl a n t d e k t. Bij' den dienst der Belast- tingen, Invoerrechten en Accijnzen be stond reeds geruimen tijd het vermoeden, dat er zich te Hillegersberg een geheime distilleerderij bevond. De vermoedens werden sterker en gis teren was de dag gekomen waarop men besloot een afdoend onderzoek in te stel len. Vier belasting-ambtenaren zouden een bezoek brengen aan de boerderij- van L., een perceel dat sterk onder verden king stond. Wijselijk besloot men het on derzoek te verrichten in samenwerking met eenige ambtenaren van de gemeente politie. L. had op zulk een ongewenscht bezoek niet gerekend, zoodat de ambtenaren reeds aanstonds de aanwezigheid consta teerden van 4 flesschen, gevuld met de verboden vloeistof, die aanstonds in be slag zijn genomen, terwijl in de nabijheid een distilleerketel stond. Aanvankelijk scheen het, dat het on derzoek geen verdere resultaten zou op leveren, doch men besloot het onder zoek uit te strekken over de koestal en den zich daar bevindenden inventaris. Serieus gingen de ambtenaren te werk en zoo besloot men dan ook een groote hoeveelheid hooi om te woelen en ge deeltelijk te verwijderen. Dit geschiedde met succes. Er kwam namelijk een vat te voorschijn dat niet minder dan plm. 200 liter gistende vloei stof bevatte. L„ die het onderzoek volgde, werd woe dend. In zijn verbijstering over de ont dekking wendde hij nog pogingen aan om het vat weg te werken, en toen een der ambtenaren deze poging verhinderde, ontstond er plotseling een handgemeen, waaraan spoedig een einde is gemaakt. Tegen L. werd proces-verbaal opge maakt, ook wegens mishandeling van een ambtenaar in functie. De buit is daarna in beslag genomen. P„s e u d o-k ommiezen in actie. Donderdagmorgen zijn te Nieuw- stad vier smokkelaars uit Sittard, die Belgische margarine vervoerden, aange houden door enkele personen, die zich in een arbeiderskeet verscholen hadden en zich voor rijksambtenaren uitgaven. Twee smokkelaars gingen aan den haal. De beide anderen bleven staan doch zij bemerkten spoedig, dat zij- bedrogen wa ren. Een der pseudo-kommiezen werd zelfs door hen herkend. In den loop van den dag hebben mare chaussees in verband daarmee de gebr. P. en zekeren G. B., zijnde de vermoede lijke pseudo-kommiezen, aangehouden. Vleeschvergiftiging. Als gevolg van het nuttigen van .blikvleesch heeft zich vermoedelijk een geval van vleeschvergiftiging voorgedaan hij- de fa milie P. te Winssum. Het resteerende vleesoh is onmiddellijk ter onderzoek op gezonden. Trouwlustige weduwe opgelicht. De politie te 's Gravenhage heeft een 44-jarigen bankwerker gearres teerd die een weduwe heeft opgelicht voor ongeveer f 750, onder trouwbeloften. Hij! had haar a.m. verteld, dat hij: officier ter koopvaardij was. Ingezonden Mededeeling. Naast de alom bekende z.o.Genevem thans een nieuw type (extra droog) „Dat zeg ik u niet." „Waarom niet?" „Mijn naam beteekent niets voor u. Waarom ook? Ik zal u naar een veilige plaats leiden en dan ziet gij mij' nooit terug." „Neen, dat is onmogelijk." „Daar kunt gij niets aan doen. Boven dien, ik kan nooit iets voor u heteekenen. Gij zijt een bloedverwant van den bis schop van Bristol. Zelfs zulken als wij hebben van de Trelawneys van Cornwal- lis gehoord. Wat beteekent dus een arm meisje als ik ben voor u?" „Dat is voor mij het raadselachtige. Soms sp-reekt u als een voorname dame en dan weer alsof u de dochter van een winkelier waart." „En wat, als ik de 'dochter van een winkelier was?" „Dan zou ik toch altijd met een dank baar hart aan u blijven denken; maar laat mij uw gelaat zien en dan kan ik u zeggen of ik gelijk heb." „Zoo," antwoordde zij1 lachend. „Kunt u mij vertellen of ik een voorname dame ben door enkel "mijn gelaat te zien?" „Laat mij1 uw handeen en uw gezicht zien en ik zal 't u zeggen." „Nu, ik zal er de proef van nemen. Hier is licht en er is niemand in de na- De heer J. J. G. van Dij-k, lid van de Tweede Kamer, ia van zijn reis naar Ned.-Indië in het Vaderland terugge keerd en heeft hier zijn werkzaamheden weer hervat. Omtrent de Indische reis lezen wij nog in „De Banier": Maandag 28 Oct. j.l. is Exc. van Dijk naar Singapore, waar hij eenige dagen vertoeven wilde vertrokken, om dan met de Johan van Oldenbarneveldt naar Nederland terug te keeren. Namens de G.S.P. heeft Mr v. Helsdin- gen hem uitgeleide gedaan en hem nog eens bedankt voor de prettige kennisma king persoonlijk, maar niet het minst met de G.S.P. Want hij! heeft deze -partij Z8er aan zich verplicht door de bereidwilligheid, waarmede hij: zich leende voor het hou den van „praat-avonden", causerieën naar aanleiding van hem gestelde vragen, Zulke praatavo-nden heeft hij gehouden in de afdeelingen Medan, Batavia, Djocja, Solo en Soerabaja. Ook in Singapore waar echter geen afdeeling G. S. P. be staat. Wij! zeggen niet te veel met deze cau serieën „zeer geslaagd" te noemen. Z'ijln persoon en de wij-ze van optreden, van toespreken, zijn gemakkelijke omgang worden overal zeer geroemd en er is één roep over zijn kennis van politieke vraag stukken, en de gemakkelijkheid, waar mede hij! de kern der vraagstukken óók der Indische vraagstukken wist te be naderen. Zijn „vacantie-reis" is uitgegroeid tot een „studie-reis", zooals hij zich die wel niet zal hebben gedroomd. De lust om allerlei wetenswaardigs te zien, door autoriteiten zich te laten voor lichten, met allerlei instanties conferen ties te houden, was zóó groot, dat vele dagen één aaneenschakeling van confe renties werden. De wijze waarop hij zich over de defen sie-aangelegenheden, c-ver vloot en ma rine liet voorlichten, deel weieens de gedachte opkomen, of hij wellicht be stemd zal zijn voor de nóg steeds vacante Ministers-zetel van Defensie. Wel is waar heet deze voor een R.-Kath. te zijn gere serveerd, maar in een Ministerie is altijd wal verschuiving mogelijk.en het zou volstrekt niet zóó verwonderlijk zijü als men op een oud-Minister van Oorlog, die bovendien door zijn jongste reis door Indië zich zóó grondig mogelijk heeft georiënteerd in de toestand van le ger en vloot van Ned.-Indië en van de defensie-mogelijkheden als men op zulk een man beslag legt, voor deze vooral in deze tij-den zoo belangrijke functie. Maar dit ter zijde. Wij wilden in deze asterisk slechts uiting geven aan onze veldoening en dankbaarheid voor het versterkte con tact met de A. R. Partij-. Hjet is al weer geruimen tijd geleden dat Dr van Boetselaar van Dubbeldam in ons midden was. Wanneer mogen we weer een vertegenwoordiger der Chr.- Historische Unie in ons midden zien? Wij) zullen het zeer op prijs stellen indien het persoonlijk contact met onze geestverwante partijen op deze wijze wordt voortgezet. Exc. Van Dijk wenschen wij- een goe de reis, een behouden aankomst in Ne derland, waar hij1 midden in de begroo- tingsbehandeling valt. Na zijn kennismaking met Indië zal de Indische begrooting hem in het ver volg meer interesseeren dan tot nog toe. En al zal hij1 waar Dr Rutgers voor de A.R. Partij: als koloniale specialiteit is aangewezen vermoedelijk wel niet in openbare vergadering der Staten-Gene- raal het woord voeren, hij zal niet nala ten bij aankomst het door hem waarge- nomene door te geven aan Dr Rutgers en wat nog méér zegt: aan Dr Colij-n. En deze zal de scherpzinnigheid van zijn zegsman kennende wel veel waarde hechten aan de gegevens die hem door zijn bemiddeling zullen wo-rden ver strekt. En daarmede kan Indië alleen maar gebaat zijn. Excellentie van Dijk, wij wenschen U Gods zegen toe op Uw arbeid, en voor Uw persoon en gezin. bijheid." Zij schoof den doek naar achteren en stond in het licht van een venster. De kaarsen, die in de kamer brandden, gaven geen schitterend licht; maar toch genoeg om den jongen Benedictus Tre- lawney haar gelaatstrekken te onthullen. Ook merkte hij op, dat zij slank was, zoodat hij, ofschoon zes voet lang, zich nauwelijks behoefde te buigen, om zijn gelaat op één hoogte met het hare te brengen. Zoover hij er over oordeelen kon was zij niet ouder dan achttien of negentien jaar en had zij een gelaat, dat, eens ge zien, niet spoedig weer vergeten werd. Ook scheen 't telkens te veranderen, ter wijl de jonge Trelawney er naar zag. Toen hij 't voor 't eerst zag, leken het de trekken van een zorgeloos, gelukkig meisje. Hij zag een paar groote, grijze oogen, vol dartelen spot, een paar roode lippen, half-open door den helderen lach, zoodat een dubbele rij helder-witte tan den zichtbaar werden. Hij zag een gelaat, blozend door de opwinding van het avon tuur en gekroond door een overvloed van glanzend bruin haar, dat, in weerwil van al haar pogingen, in weelderige lokken over haar schouders golfde. „Een eigenzinnig meisje, dat uit het Terwijl het Fransche parlement zoo ongeveer de geheele week in rumoerige stemming bijeen is (terwijl we dit schrij ven is de positie van den bekwamen mi nister Lavai nog steeds niet zeker) ver gadert onze Tweede Kamer om rustig de diverse begrootingen voor 1936 af te doen, Hier gelukkig niets van opwinding of sensatie. Het eene hoofdstuk na het an dere komt onder het mes en verschillende zijn reeds afgehandeld. De dagen en avonden bleken zelfs voor de Kamer nog geen uren genoeg te tel len. In den nacht van Woensdag op Don derdag werd tot vier uur doorvergaderd en Minister Coiijn was genoodzaakt zijn defensie-begrooting in dit vroege morgen uur te verdedigen. Opmerkelijk was, -dat riu ook enkele vrijz.-democraten vóór deze begrooting stemden. Blijkbaar hebben do gebeurtenissen der laatste maanden hen tot andere en meer nuchtere gedachten gebracht. Ook de heer Duys, die zich kort geleden van de soc.-dem, Kamerfractie ■heeft losgemaakt, liet zijn vóór hooren. We gaan vooruit I Eenige opschudding bracht, vooral te Amsterdam, de opvoering van het too- neelstuk „De Beul". De N.S.B. sloeg er zelfa een politiek slaatje uit en liet o.a. te Goes Donderdagavond een biljet ver spreiden, waarin gelaakt werd dat „De Zeeuw" de toelating van dat stuk niet afkeurde, terwijl juist in het nummer, dat enkele uren tevoren was versohenen, een dergelijke afkeuring voorkwaml Naieve- ling-en beweren, dat de N. S. B.'ers nu zullen erkennen, vóór hun beurt gepraat te hebben! Intusschen blijft het te betreuren, dat dit schandelijk stuk in de hoofdstad des lands, nog wel met subsidie der gemeente werd vertoond. In Amsterdam is blijkbaar veel mogelijk! Wat de buitenlandsche gebeurtenissen betreft, kan wel worden opgemerkt, dat de oorlog in Abessynië, waar de vele dui zenden inlanders te wapen zijn geloopea, om den machtigen indringer terug te dringen, nog weinig opgeschoten is. De Italianen worden blijkbaar door de re gens en door de guerilla-benden der Fthiopiërs zóó gehinderd, dat ze niet ver der kunnen of durven en de Abessyniërs, die tijd noodig hadden, om zich wat be ter te wapenen, haasten zich evenmin. D'e Negus vertoeft nu al eenige dagen in het hoofkwartier (hij is bijna het slachtoffer van een bomaanval geworden) zoodat misschien een plan de campagne is opge maakt. Van Engelsch-Fransche zijde schijnt men bezig te zijn aan het opstellen van bemiddelingsvoorstellen. Wij weten natuurlijk niet, in hoeverre Rome dergelijke voorstellen aannemelijk zal achten. Maar het weet wel dat het zal hebben te kiezen tusschen deze voor stellen als basis van onderhandelingen en een petroleum- en benzine-embargo, dat de reeds bereikte successen in ge vaar brengt, maar evenzeer het gevaar oproept, dat in Italië zelf de stemming zal omslaan. In Duitschland is de kerkstrijd bijzon der verscherpt. Wat daar gebeurt, is voor ons, Nederlanders, wel buitengewoon leerzaam. Speciaal de orthodoxen, zij, die zich de Duitsche belijdeniskerk noemen, moeten het ontgelden. Ze zijn nu geheel onder controle van den Staat geplaatst. Gelukkig komt er reactie en verzet te gen dit schandelijk despotisme van den nationaal-socialistischen Staat, die alles wil knechten. Het gebeurde ligt geheel in de lijn van de nationaal—socialistische leer van den totaal-Staat: er is voor Duitschland slechts één levensbeschou wing, niet alleen op politiek gebied, maar ook op het terrein der godsdienstige en kerkelijke opvattingen. Alleen de natio- naal-soeialistische leer heeft recht van toestaan. Komt zij in botsing met leer, dogma of moraal, van de kerk, dan wijkt niet de partijstaat, maar de kerk. De kerk heeft eenvoudig te zwij'gen en zich te onderwerpen en haar leer te verlooche nen. In den totaal-Staat moet zoo noodig ook Christus tot zwijgen gebracht wor den. De ernstigste kerkvervolging, welke men zich kan indenkenl Droeve tijden, waarin wij leven. ouderlijk huis is weggeloopen, en uit lou ter nieuwsgierigheid zich bij den oploop heeft aangesloten", was de eerste indruk van Trelawney; maar vóórdat deze ge dachte voor goed bij hem post gevat had, zag hij haar oogen schitteren van toorn en haar gelaatstrekken verwrongen als van pijn. Daarop volgde weer een uit drukking van verdriet en wanhoop. Een blik van onuitsprekelijk verlangen en diepe droefheid kwam uit haar oogen en hij zag haar lippen trillen, alsof zij op 't punt stond in tranen uit te barsten. „Ik weet niet wat ik er van denken moet", sprak Benedictus half tot zich zelf, half tot het meisje. „Goeden avond, heer Trelawney", zei zij. ,,'kBen dwaas genoeg geweest u de vrijheid terug te geven. Ga nu heen, vóór ik berouw krijg en u aan de politie overlever." „Heengaan!" riep Trelawney. „En dat, vóór ik u gezegd heb of gij een voorname dame zijt of een keukenmeid? Heengaan, vóór ik weet hoe gij heet en hoe wij elkaar weer kunnen ontmoeten?" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1935 | | pagina 5