De begrooting ran Landbouw.
WOENSDAG 27 NOVEMBER 1935
DAGBLAD VOOR DE PROVINCIE ZEELAND
50 e JAARGANG No. 53
Anti-revolutionaire Partij.
Buitenland
De oorlog in Abessynië.
Belangrijkste Nieuws
BANKETBAKKERIJ van MELLÊ
IJitg.: IN.V. Uitgevers-Maatschappij „Luctor et
Emergo" ter exploitatie van het blad „De Zeeuw".
Bureaux Lange Vorststraat 70, Goes.
Telefoonnummer 11.
Postchèque en Girorekening 41455.
Bijkantoor Middelburg: Fa BOEKHANDEL
J, J. FANOY, Lange Burg B 16, Tel. 28.
Directeur-Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA.
Abonnementsprijs f2.50 per kwartaal,
weekabonnementen voor Middelburg, Goes en
Vlissingcn f0.20. Losse nummers 5 cent.
Advcrtcntiün 30 cent per regel. Ingezonden
mcdcdeclingen 00 cent per regel. Kleine
Advertcntiën Dinsdags en Vrijdags f 0.75, bij
vooruitbetaling. Onder letter of motto f0.85.
Bij contract belangrijke korting.
Prof, Dr H. Visscher heeft Zaterdag 1.1.
in de vergadering te Utrecht, blijkens het
verslag in de bladen, gezegd, dat in een
vergadering van het Centraal Comité van
Anti-Revolutionaire Kiesvereenigingen
plechtig aan hem is beloofd, een Com
missie, die art. 36 van de Nedorlandsche
Geloofsbelijdenis onder de oogen zou zien,
maar dat die belofte nooit is ingelost.
Naar aanleiding daarvan kan worden
medegedeeld, dat thans terzijde gela
ten de bewoordingen, waarin Prof. Vis
scher zoowel die „belofte" als de zaak,
waarop zij betrekking had, samenvatte
in de vergadering van het Centraal Co
mité op 8 December 1928 door den voor
zitter van die vergadering is gezegd, dat
over de besproken geschillen een samen-
spreking moest plaats hebben, maar dat
daarvoor die geschillen aanhangig moes
ten morden gemaakt hij het Centraal Co
mité, dat dan een commissie kon benoe
men, om de punten, waarover geschil be
staat, te bestudeeren, enz. Prof. Visscher
is er echter nimmer toe overgegaan, deze
geschillen aanhangig te maken bij! het
Centraal Comité.
In dit verband wordt tevens bericht,
dat de tijdelijke voorzitter van bet Cen
traal Comité, in een bespreking met de
commissie uit Zeist, welke plaats beeft
gehad onder de leiding van Prof. Dr J.
Sëverijn, in een tweetal conferenties te
Utrecht, zich heeft bereid verklaard, het
Centraal Comité te adviseeren ,een com
missie in te stellen met de opdracht eeni-
ge nader aan te geven punten van prin-
cipieelen aard te onderzoeken en daar
omtrent aan de partij te adviseeren, mits
de actie van de Zeister commissie zou
worden stopgezet,' aangezien anders geen
objectieve en zakelijke voorbereiding van
pen nadere behandeling dezer punten zou
mogelijk zij'n. De Zeister Commissie was
echter daartoe niet bereid.
J. SCHJOUTEN
Tijdelijk voorzitter C.-C.
Samenwerking! met de organisa
ties. De kleine bedrijven onont
beerlijke bronnen van wezenlijke
volkskracht.
Aan de memorie van antwoord inzake
de begrooting van Landbouw enz. is het
volgende ontleend:
Het ligt in het voornemen van den mi
nister, de directie van den Land
bouw zooveel mogelijk in zijn tegen-
woordigen vorm te handhaven.
Over de vraag of en zoo ja, welke wij
zigingen gebracht zullen worden in den
voorlichtingsdienst, wenscht de
minister zich nog te beraden. Zijn aan
dacht is bij voortduring gericht op be
vordering van een zoo goed mogelijke
samenwerking van de instellingen en
diensten zoowel onderling als met de or
ganisaties der landbouwers.
Het is den minister niet mogelijk reeds
thans nauwkeurig mededeelingen te doen
omtrent de groote lijnen, die hij bij
de landbouwcrisispolitiek zal volgen.
Gezien den grooten omvang welken het
huidige samenstel van regelen heeft ver
kregen, heeft hij het wenschelijk geoor
deeld, alvorens zich voor de in de naaste
toekomst te volgen landbouwpolitiek uit
te spreken, zich te doen voorlichten door
een commissie van deskundigen, welke
dezer dagen is benoemd.
De meening van vele leden,
dat het streven er op gericht
moet zijn den steun te bewerk
stelligen, door eenvoudiger
en aan de boeren meer vrlj-
heid latende maatregelen dan
thans het geval is, kan de mi
nister onderschrijven.
De gedachte, dat het opstellen van de
noodige crisismaatregelen en de uitvoe
ring daarvan zouden worden gelegd in
handen van een deskundig bestuurs
lichaam een crisislandbouw
raad, samengesteld uit de vertegen
woordigers der verschillende landbouw
organisaties, moet de minister verwerpen.
De verantwoordelijkheid zou dan immers
niet meer liggen bij den minister, maar
bij de organisaties.
Tegen misstanden, die werden gecon
stateerd, is met kracht opgetreden en zal
ook in de toekomst met kracht worden
opgetreden. De minister wenscht hierbij
echter uitdrukkelijk op te merken, dat
hij gedurende de maanden, dat hij het
bewind voert, geenszins den indruk heeft
gokregon, dat ernstige misstanden aan
wezig zijn.
Bij de beoordeeling van de gevolg
de exportpolitiek dient er reke
ning mede te worden gehouden, dat Ne
derland voor een zeer groot deel van zijn
land- en tuinbouwproductie afhankelijk
is van uitvoer. Het laat zich helaas aan
zien, dat deze uitvoer voorloopig, aan
zienlijk geringer zal zijn dan vóór de
crisis. Door teeltbeperking en omvorming
der productie zal men zich aan de ge
wijzigde omstandigheden moeten aan
passen.
De minister is zich ervan bewust, dat
de steun aan de kleine bedrij
ven niet afdoende is en hij zint dan ook
op middelen tot het verleenen van zoo
danige hulp, dat de kleine bedrijven
onontbeerlijke bronnen van wezenlijke
volkskracht kunnen blijven bestaan.
Het is niet juist, dat de heffingen
op granen worden verhoogd omdat
de prijzen der granen op de wereldmarkt
stegen. De verhooging had plaats omdat
de prijzen zoover gedaald waren, dat met
den bestaanden toeslag en de heffing
niet meer de richtprijzen, zooals deze
waren toegezegd, werden bereikt.
De minister heeft de vraag of de richt
prijs voor de tarwe juist is, in onderzoek
genomen.
Overwogen wordt, nu de aanvankelijk
opgezette beperking van den
melk steun wegens de reeds kenbaar
gemaakte redenen op de eerst aangegeven
wijze en tijd niet zal doorgaan, andere
maatregelen te treffen, waarbij gestreefd
wordt naar een zoodanige beperking van
de melkproductie, dat een melkprijs wordt
verkregen, waarin aangenomen kan wor
den, dat de kosten der heffingen zijn ver
disconteerd.
Met de meeste nauwkeurigheid wordt er
door den minister op gelet, dat niet ten
gevolge van de crisismaatregelen door
de margarineindustrie onrede
lijke winsten worden gemaakt. Door een
voortdurende wisseling van de heffing en
een controle op de prijzen der gebruikte
grondstoffen wordt bereikt, dat aan de
margarine-industrie niet meer dan haar
normale omzetkoersen worden vergoed.
Ondanks den omvang, welken de dis
tributie van goedkoope marga
rine reeds heeft bereikt, gaat de minis
ter ernstig na of in zeer bijzondere om
standigheden tot uitbreiding dier distri
butie moet worden overgegaan.
Ten aanzien van de maatregelen voor
de varkenshouder ij kan worden
medegedeeld, dat de Veehouderij-centrale
in overleg met den minister het bacon-
contract heeft opgezegd. Versobering der
organisatie heeft de veehouderij-centrale
in verband met den afgenomen export
reeds toegepast.
De uitkeeringen aan de tuin
ders zullen zooveel mogelijk worden
bespoedigd.
Indien de vermeerdering der eierenpro-
ductie, welke over eenige weken zal aan
vangen, tengevolge van de verminderde
afzetmogelijkheid naar het buitenland,
tot een sterke prijsdaling aanleiding
mocht geven, hoopt de minister door een
matige uitkeering aan de pluim
vee h o u d e r ij tot instandhouding van
het bedrijf te kunnen bijdragen.
Wat betreft de voornemens der regee
ring tot het tegen gaan van noodlottige
prijsdaling en het bevorderen van den
afzet van visch, kan worden mede
gedeeld, dat het in de bedoeling ligt voor
hands voort te gaan met het nemen van
daartoe strekkende maatregelen door de
Nederlandsche Visscherij centrale. Ten
opzichte van de verbetering van het pro
ductie-apparaat zijn onderzoekingen loo-
pende.
Onder de tegenwoordige omstandig
heden bestaat er naar de meening van
den minister voorhands geen aanleiding,
maatregelen te nemen ter stimuleering
■\an de consumptie van mosse
len.
Afscheid van generaal de Bono.
De Abessyniërs melden overwin
ningen.
Maarschalk de Bono is gisteren ver
trokken naar Massaoea, vanwaar hij, na
zijn opvolger, maarschalk Badoglio, be
groet te hebben, scheep zal gaan naar
Italië.
Badoglio wordt vanmorgen te Mas
saoea verwacht. Hij zal zich onmiddellijk
naar Asmara begeven, waar hem een
feestelijke ontvangst wordt bereid. Daar
na zal hij onverwijld de leiding der mi
litaire operaties op zich nemen.
In sommige kringen van het Italiaan-
sche hoofdkwartier gelooft men, dat Ba
doglio reeds aanwijzing heeft gegeven
voor een reorganisatie der militaire lei
ding aan het Noordelijk front.
Men verwacht, dat de politieke bewer
king der inhoemsche bevolking krachtig
zal worden voortgezet.
Bij zijn vertrek van Asmara naar Mas
saoea, alwaar hij zich naar Italië zal in
schepen, richtte generaal de Bono een
proclamatie tot de troepen, waarin hij
o.a. zeide:
„Nieuwe roem wacht u onder leiding
van mijn opvolger. Fascistisch Italië zal
den Afrikaanschen grond krijgen, die ons
rechtens toekomt."
Volgens een bericht in de Parijsohe
editie van de New York Herald heeft
maarschalk de Bono bij het uitreiken van
decoraties te Asmara gezegd, dat de tac
tiek van de Abessyniërs om teder open
gevecht te ontloopen, de Italiaansche
plannen m de mar heeft gestuurd. De
Bono zeide, dat het belangrijkste gedeelte
van den oorlog nog moest komen, omdat
men tot dusverre nooit meer dan een
handvol Abessynen tegenoverzich heeft
gehad, en dat de Italianen zich hier dan
ook op moesten voorbereiden.
Het is wel een eigenaardig samentref
fen, dat reeds zoo kort nadat generaal
de Bono deze woorden zou hebben ge
sproken, verschillende berichten van gis
teren en hedenmorgen melding maken
van Abessynsche successen.
Dë voornaamste militaire actie vindt
nu weer plaats aan het Zuidelijk
front. Van Addis Abeba komen over
deze actie de meest optimistisch© berich
ten, volgens welke de Italianen zich reeds
tot bij Gerlogoebi en Wal Wal hebben te
ruggetrokken. D'e Abessyniërs schijnen
bij verschillende gevechten met Italiaan
sche afdeelingen, die zich zeer snel zou
den hebben teruggetrokken, tal van ma
terialen en levensmiddelen buit hebben
kunnen maken. Van Italiaansche zijde
wordt hieromtrent nog het zwijgen be
waard. Wel maken de Italianen melding
van een gevecht van de vorige week,
dat in de buurt van D'olo met de troepen
van Ras Desta geleverd is en waar de
Italianen erin slaagden de troepen van
D'esta te verspreiden. Uit dit bericht blijkt
evenwel, dat de Italiaansche stellingen
in Ogaden wel uiterst zwak waren, nu
Desta er in kon slagen een omtrekkende
beweging te maken en tot bij Dolo, vlak
bij Italiaansch Somaliland door te drin
gen.
De Abessynsche regeering bevestigt,
dat de Italianen Gorahai en Gerlogoebi,
aan het front van Ogaden ontruimd heb
ben en zich terugtrekken naar Wal-Wal
en Wardair. D'e Abessyniërs maken zich
gereed om de beide eerste posten te be
zetten.
Ook aan Fafan hebben naar de cor
respondent te Addis Abeba van het D. N.
B. verneemt de troepen van generaal
Graziani den terugtocht aanvaard, nadat
zij' bijl Annaleh het onderspit hadden
gedolven, hoewel dit van Italiaansche zij
de wordt ontkend. De Abessynsche strijd
krachten hebben een krachtige achter
volging ingezet. De Italianen blijken tij
dens hun zegevierenden opmarseh door
de krachtige Abessynische aanvallen vol
komen te zijn; overrompeld, zoodat zij bij
hun overhaasten terugtocht tal van
vrachtauto's, benevens een' groote hoe
veelheid wapens en munitie in handen
der aanvallers hebben moeten -achterla
ten.
De Abessyniërs zijn thans doende, bun
nieuwe stellingen te versterken.
Het is echter een bekend feit, dat door
de zware en onverwachte regenval de
voorziening van de vooruitgeschoven
Italiaansche tmepen van het noodige op
buitengewoon groote moeilijkheden stuit.
Het is dan clok aan te nemen, dat de Ita
lianen hun troepen terugnemen.
Indien het juist is, dat de Italianen Go
rahai moeten teruggevenzo\u dit een
zware slag beteekenen voor hun prestige.
Op grond van de diverse berichten van
het oorlogstconeel gelooft men m de
Abessynische hoofdstaddat elk oogen-
bhk een grootscheepsche actie kan wor
den verwacht.
„Graziani heeft alle vruchten van zijn
veldtocht van 55 dagen weer verloren",
verklaarde men te Addis Abeba tegenover
den correspondent van United Press.
Te Adis Abeba wordt medegedeeld, dat
bij dezen geslaagden aanval groote voor
raden graan en levensmiddelen, die door
de Italianen waren bijeengebracht, zijn
buitgemaakt, terwijl verscheidene ver
sterkte punten bezet konden worden.
Te Addis Abeba wordt zelfs officieel
medegedeeld, dat de Abessyniërs Gerlo
goebi en Gerahai opnieuw hebben bezet.
Beide steden zijn na hevige gevechten
door de Italianen ontruimd.
Een koerier van het Zuidfront bericht,
dat de aanval der Abessyniërs den Italia
nen volkomen heeft verrast. Talrijke Ita
lianen zijn het slachtoffer geworden van
het machinegeweervuur, waarmede de
Abessyniërs hen hebben bestookt.
Reuter meldt uit Djiboeti:
Volgens berichten van de grens heb
ben de Italianen zich voor Gombortulen
in loopgraven genesteld, na een aantal
gevechten met de Abessyniërs, die zware
verliezen leden.
De Fransche spoorwegadministrateurs
hebben de Abessynen verzocht geen ge
bruik te maken van den spoorweg voor
vervoer van troepen of gewonden, uit
vrees, dat de Italianen den spoorweg zul
len bombardeeren, indien deze wordt ge
bruikt voor troepentransport.
Men verwacht, dat over 10 of 14 dagen
een groote slag aan het Zuidelijk front zal
worden geleverd.
Uit Dessie wordt gemeld:
Twee honderd duizend man zijn in de
omgeving gelegerd, zorgvuldig onttrokken
aan de blikken der vijandelijke lucht
macht. In de afgeloopen dagen trokken
dagelijks tienduizend soldaten, die mee-
rendeels op moderne wijze bewapend en
gekleed zijn, door de stad.
Naar men gelooft, wachten deze troe
pen op de komst van den negus, alvorens
naar het front te vertrekken.
De ark des Verbonds.
Uit Addis Abeba werd gemeld, dat de
Ark des Verbonds uit de St. Georges-ba-
siliek werd medegenomen, teneinde het
vertrouwen en den moed der soldaten aan
te wakkeren.
Een van Reuters correspondenten
heeft evenwel een bezoek aan Aksoem
gebracht, en deelt mede, dat de tafelen
met de tien geboden, die God Mozes heeft
gegeven, nog steeds te Aksoem worden
bewaard. Zij zijn echter niet van steen,
maar van hout en hun aantal is in den
loop der jaren gestegen.
De correspondent bracht een bezoek
aan de Mariakerk, waar volgens de le
gende de tafelen zijn geborgen uit de
Arke der Verbonds, die de Koningin van
Sheba gekregen heeft van Koning Sa
lomo.
Na onderhandelingen met den priester
en een belangrijke gift aan de kerk, kreeg
de correspondent toegang tot een kamer
met een hooge balken zoldering, waarin
tegen den achterwand een gordijn, hing,
dat eerbiedig opziji werd geschoven. Het
verborg een dubbele deur, waarachter de
tafelen lagen. De priester zeide: Dit zijn
de tafelen der wet, die God den menschen
heeft gegeven; het zijn er vij'f of zes, ze
zijn geschreven in het Gées (een oude
naam voor Abessynië, die nog gebruikt
wordt voor de taal, waarin de heilige hoe
ken geschreven zijn, welke taal niet meer
gesproken wordt); niemand mag ze zien
dan buitengewoon heilige lieden, die
nooit een vrouw hebben aangeraakt, zelfs
de priesters-bewaarders mogen ze nooit
zien.
Het Noordelijk front.
In het Noorden duurt de actie op het
Tembien-plateau voort. Ook de strijd te
gen Abessynsche guerilla-troepen in
Tigre blijft nog steeds veel van de Itali
aansche krachten vergen.
De militaire medewerker van de „Daly
Telegraph", generaal-majoor Temperley,
behandelt de kwestie van de verzorging
der Italiaansche troepen in bedenkelijken
toon en hij' noemt de geruchten omtrent
een ineenstorting van de voorziening der
troepen met levensmiddelen en materiaal
geloofwaardig.
Hij1 vermoedt, dat één der eerste han
delingen van den nieuwen opperbevel
hebber, maarschalk Badoglio, zal zijn,
het aantal soldaten aan het front te ver
minderen. Hij voegt er aan toe: de tijd
verstrijkt en de regens en de druk der
sancties moeten binnenkort hun invloed
doen gelden.
De Italianen dienen sneller resul
taten te bereiken.
De „Daily Telegraph" schrijft, dat de
nieuwe Italiaansche opperbevelhebber in
Abessynië, Maarschalk Badoglio, defini
tieve instructies uit Rome heeft ontvan
gen, om een nieuw offensief te beginnen,
dat van den uitersten Westhoek van Eri-
threa langs de grens van 'den Soedan zou
leiden en welks doel zou zijn de bezetting
van het gebied rond het Tanameer.
Tot nu toe is Rome vermoedelijk niet
geneigd geweest een dergelijk offensief
te beginnen, omdat het einddoel ervan in
de Britsche belangenzone ligt.
Deze laatste overweging schijnt thans
echter o'p den achtergrond te zijn gedron
gen door de andere overweging dat in
Abessynië snelle resultaten dienen te
worden bereikt, voordat de druk der
sancties te overweldigend zou worden.
OPROER IN BRAZILIË BEDWONGEN.
Natal nog in handen der oproerlingen.
Gemeld wordt, dat de communistische
opstand is onderdrukt. Te Olinda werden
de rebellen verslagen; in Pernambuco
moesten zij zich terugtrekken in de ka
zernes, waar zij thans omsingeld zijn.
Te Rio de Janeiro en in de overige
groote steden is alles kalm.
Uit Natal zijn geen verdere berichten
ontvangen. De regeerings-getrouwe gou
verneur is aan boord van een Mexi-
Binnenland.
De Tweede Kamer over do begroeting
van Sociale Zaken.
Memorie van Antwoord inzake de Land-
bouwbegrooting.
Minister Colijn blijft defensie beheeren.
Buitenland.
De oorlog in Abessynië. Successen voor
de Abessyniërs. De Italianen moeten
in het Zuiden terugtrekken.
De politieke toestand in Frankrijk. Radio
rede van Minister Laval.
Oproer in Brazilië bedwongen.
caansch oorlogsschip, dat toevallig in de
haven lag, gevlucht.
Twee kruisers zijn naar 't Noorden ver
trokken, om te helpen, den opstand te
bedwingen.
De regeeringstroepen hebben de mili
taire kazernes van Socorro, die tot dus
ver een van de belangrijkste steunpunten
der opstandelingen in de stad Pernam
buco waren, bezet. In regeeringskringen
meent men, dat daarmede de opstand zoo
goed als onderdrukt is.
De stad Natal bevindt zich echter nog
steeds in handen van de opstandelingen,
hoewel men er ook hier in slaagt, lang
zaam den opstand te onderdrukken.
Het Duitsche luchtschip „Graf Zeppe
lin" bevindt zich nog steeds in de lucht,
aangezien de bemanning niet durft te
landen vanwege de woelingen.
Tot Donderdag heeft het luchtschip
een voldoenden voorraad brandstof aan
boord.
Laval voor de radio. Geen devaluatie.
Gisteravond heeft Laval, de Fransche
minister-president, voor de radio', een
koirte uiteenzetting gegeven van hetgeen
zdjh regeering heeft tot stand gebracht.
De financieele toestand van Frankrijk
was slecht toen de regeering haar taak
aanvaardde. Be frank was in gevaar. De
door de regeering terstond genomen
maatregelen brachten verbetering in den
toestand, welke in milliarden valt uit te
drukken.
Na vier weken kwam er reeds een kri
tiek lo's, die de bereikte resultaten in ge
vaar bracht.. Het parlement, vervolgde
Laval, moet nu zeggen of het ons werk
goed keurt. Weer dreigt de politiek haar
spel te spelen, maar er is een snel votum
noodig wil er niet opnieuw een ernstige
toestand ontstaan.
De regeering zal geen nieuwe devalua
tie aanvaarden. De kleiné spaarders, de
eenvoudige menschen zouden van nieuwe
devaluatie het slachtoffer zijn. Ik, zeide
Laval, wijs devaluatie af, die in enkele
maanden de oogenblikkelijke voordeelen
zou te niet doen. Het parlement moet uit
spraak doen: dat het beseffe,' dat het lot
van den frank op het spel staat.
De ochtendbladen van vandaag zijn het
er algemeen over eens, dat het niet te
verwachten is, dat de regeering bij de
Donderdag a.s. te houden Kamerzitting
in de minderheid zal blijven, nu de rad.
socialisten zich er mee accoord hebben
verklaard de kwes'tie der strijd-organi-
satie pas na de financieele debatten aan
de orde te stellen.
Met vrij groote zekerheid wordt ver
wacht, dat Laval ook in deze laatste aan
gelegenheid de meerderheid zal verkrij
gen, aangezien de maatregelen, welke ge
nomen zijn, voor de handhaving van de
openbare orde zeer zeker in overeenstem
ming zuilen zijn met de wenschen der
radicaal-socialisten.
Incident in de Belgische Kamer.
In de Belgische Kamerzitting van gis
teren werd van de tribune af een serpen
tine met de Italiaansche en Belgische
kleuren naar beneden geworpen met de
vermelding erop: „Weg met de sancties;
leve Italië".
De persoon, die zich hieraan heeft
schuldig gemaakt, is een Waalsch arbei
der, die te Luik woont. Bij het verhoor
verklaarde hij zeer veel van Italië te
houden. Proces-verbaal werd tegen hem
opgemaakt.
Met 128 stemmen voor, vijf tegen en
22 onthoudingen werd de 'houding der re
geering met betrekking tot de sancties
goedgekeurd.