OEZEEDW
De Bochter van den Opperrechter
TWEEDE BLAD
ten
Staten-Generaal
FEUILLETON
Gemeenteraad van Middelburg.
Savoye-
alles per
f 0,50
f 4,70
per 100.
loteering
stgesteld
msche
door
les
heden
222/4
128
238V2
103V2
25%
108
212V»
182
44V2-5
97
90
29s/s
148/s
29%
811/18
22%
;rd weer
om de
jken. In
.eggings-
ideelen-
irijshou-
2.30 u.
fl!
Is."
w
n:
VAN
DONDERDAG 21 NOV. 1935, Nr 45.
I
TWEEDE KAMER.
Hei Cumulatie-ontwerp aangenomen,
In de gistermiddag voortgezette ver
gadering kwam aan de orde het z.g,
cumulatie-ontwerp.
De heer Zandt (S. G.) schetst de
ergernis, door de cumulatie gegeven, aan
duizenden weririoozen, onder wie velen
met een doctorsbul en die er niet in sla
gen, een betrekking te krijgen.
spreker bespreekt voorts het genieten
van non-activi'teitstractement van Kamer
leden als ambtenaren, onder wie er één
is, over wiens zilveren jubileum als cu-
mulant men gekscherend placht te spre
iken.
Bij het wetsontwerp blijft het moge
lijk, dat een oud-Minister, Kamerlid ge
worden, zijn ministerspensioen blijft ont
vangen en dat iemand twee openbare be
trekkingen tegelijk bekleedt.
In velerlei opzicht gaat 'het wetsont
werp niet ver genoeg, bij voorkeur wat
betreft combinatie van tractement en
pensioen.
Wij stemmen voor het wetsontwerp,
maar betreuren, dat de regeering den
toestand niet afdoende verbetert.
De heer Ling'beek (H.G.S.) zegt, dat
velen zich overdreven voorstellingen van
de cumulatie hebben gemaakt. Men dacht
dat het tegengaan een besparing van rnil-
lioenen zou opleveren.
Af te keuren is, dat reeds verleende
pensioenen onaangetast blijven.
De heer Vervoorn (Platteland) acht
ongerechtvaardigd de royale regeling van
pensioenen en wachtgelden van wethou
ders en Gedeputeerden, hier voorgesteld.
De regeering zegt, dat velen financieele
offers brengen als zij wethouder of Gede
puteerde worden, maar spr. staat tegen
over die offers eenigszins sceptisch. Voor
velen beteekent een benoeming tot wet
houder of Gedeputeerdee een belangrijke
verbetering van positie.
De heer Van Houten (G. D.) zal
stemmen tegen de overgangsbepa
ling, die de bestaande cumulatie be
veiligt. Hij stemt voor bet wetsontwerp,
zelfs als zulke overgangsbepalingen erin
blijven staan. Hij hoopt dan, dat de stem
ming in het land zoo zal worden, dat
over eenigen tijd tot aantasting van de
thans bestaande pensioenen moet wor
den overgegaan.
De heer Westerman (N.H.) zegt,
dat het wetsontwerp de verkregen cumu
laties bijna niet aantast. Hij stemt voor
het wetsontwerp, dat een eerste afbeta
ling is op de rekening, die het Nederland-
sche volk met betrekking tot deze zaak
presenteert.
De heer A1 b a r d a (S.D.) zegt, dat er
in deze zaak veel demagogie is bedreven
Had de regeering het wetsontwerp eerder
ingediend, de demagogie had niet om
zich heen kunnen grijpen. Het is een be
lang van ons geheele volk, dat bekwame
en betrouwbare personen beschikbaa:
zijn voor vertegenwoordigende en be
stuursfuncties, onafhankelijk van de vraag
of zij eigen middelen hebben. Verbindi
men geen pensioen aan zulke functies,
dan kunnen velen die functies niet aan
nemen en zullen anderen en dit is ten
minste even erg die functies niet kun
nen verlaten. Men bedenke, dat velen of
fers hebben gebracht, toen zij zulke func
ties aanvaardden.
Het wetsontwerp gaat te ver, in zoo
verre als het de autonomie van provin
ciën en gemeenten aantast. Deze moeten
zelfstandig blijven ten opzichte van de
bepaling der pensioenen van gedeputee.-
den en wethouders.
Niet ver genoeg gaat het wetsontwerp
in zooverre als het verkregen rechten
handhaaft.
De heer De Visser (C.P.) dient,
HOOFDSTUK I
De rechter en de gevangene.
„Zoo, ben je daar, mijnheer Baxter.
Wel, ik zal er voor zorgen, dat jij1 hier niet
onverrichter zake bent. Jou zal recht ge
daan worden. Juist om die reden heeft de
aller-christelijkste Koning mij benoemd
om recht te spreken."
Eén talrijke menigte was in de Guild
hall te Londen bijeen, korten tijld nadat
Jacobus II den troon beklommen had en
de oogen van de aanwezigen richtten zich
afwisselend naar een vreedzaam-uitziend
predikant, die in de bank der beschul
digden' stond en naar den rechter, die op
zijn zetel had plaats genomen. Bijina alle
toeschouwers toonden teekenen van op
winding, veler gelaat drukte sterken toorn
uit, maar toch durfde niemand aan dien
toorn lucht geven. Allen werd door den
rechter schrik aangejaagd, die met een
verachtelijlken trek op het gelaat en een
glans van wilde vreugde in zijh oogen, het
gelaat van den gevangene, zoowel als van
de jury scherp opnam.
De gevangene was Richard Baxter,
daar het wetsontwerp door amendeering
niet is te verbeteren, een motie in, waar
in de Kamer uitspreekt, dat het wetsont
werp de bestaande cumulatie niet vol
doende tegengaat, en besluit, de beraad
slagingen te schorsen om de regeering
in de gelegenheid te stellen, een wetsont
werp van wijdere strekking in te dienen.
De Kamer verwerpt de motie met
53 tegen 7 stemmen.
De Minister van Binnen
land sche Zaken, de heer D e
Wilde, zegt, dat men in Nederland,
in tegenstelling tot andere landen, van
de politiek niet rijk wordt. Reeds sedert
1922 zijd maatregelen genomen tegen
cumulatie. De heer Albarda zei, dat het
wetsontwerp niet ver genoeg gaat, maar
wat de soc.-demooraten voorstellen, strekt
het minder ver te laten gaan. Overigens
wil spr. de gemeente-besturen vrij laten
om reeds verleende pensioenen te verla
gen.
De heer Van Braambeek (S.D.)
verdedigt een amendement, bedoelende,
uit het wetsontwerp weg te nemen de
regeling der toekenning van wachtgeld
en pensioen aan afgetreden wethouders,
die geheel aan de gemeentebesturen moet
worden overgelaten.
De heer Boon (lib.) verklaart, dat
zijn fractie tegen dit amendement is.
Minister D e W i 1 d e noemt het amen
dement een verzwakking van het wets
ontwerp.
De heer Van Braambeek (S.D.)
trekt zijn amendement in, omdat het toch
geen kans heeft.
De Kamer neemt zonder stemming de
[overgangsbepaling aan, met aanteeke-
ning, dat de G.P., de S.G. en de heeren
Sneevliet (R.S.), Westerman (N.H.), Van
Houten (G.D.) en Vervoorn (Plattel.) te
gen zijn.
De heer Van Braambeek (S.D.)
verdedigt een amendement om te bepalen
dat hiji, die op 13 Juni 1935 in het ge
not was van pensioen als gewezen lid van
Gedep. Staten of als gewezen wethouder
en die sindsdien, doch vóór 19 Nov. 1935
opnieuw als lid van Gedep. Staten der
zelfde provincie of als wethouder der-
zelfde gemeente is opgetreden, als hij
wederom aftreedt, de rechten behoudt,
die hij kon ontleenen aan de verordenin
gen, zooals deze op 13 Juni 1935 van
kracht waren.
Minister De Wilde acht dit
amendement een verbetering, mits eraan
worde toegevoegd: „wanneer er door de
tijdsomstandigheden geen wijziging in
wordt gebracht."
De heer Van Braambeek (S.D.)
brengt die toevoeging aan.
De Minister neemt het amende
ment over.
De Kamer keurt het wetsontwerp zon
der hoofdelijke stemming goed.
Gistermiddag vergaderde de Gemeen
teraad van Middelburg. Bij de opening
was afwezig dhr v. d. Feltz.
De voorzitter deelt mede, dat B.
en W. aan den heer Schuddeboom te
Haarlem hebben opgedragen een onder
zoek in te stellen naar samenvoeging van
enkele gemeentediensten.
Verder doet Spr. enkele mededeelingen
inzake den brandstoffenbijslag
aan werkloozen. Het Rijk verleent
geen subsidie voor dezen bijslag aan
wachtgelders van de meelfabriek. B. en
W. doen daarom geen voorstel om be
doelde wachtgelders in dezen bijslag te
betrekken, aangezien de gemeente alles
zou moeten betalen.
Dhr Paul vraagt, of het Rijk bezwaar
heeft, als de gemeente aan die wacht
gelders den bijslag geeft.
Do voorzitter: daarnaar is niet
speciaal geïnformeerd. Maar het gevolg
van zulk een besluit zou zijn, dat het
Rijk practisch den geheelen bijslag voor
deze menschen zou moeten betalen, ter
wijl het nu bezwaar maakt een g e d e e 1-
t e daarvan te dragen. Verder genieten
de wachtgelders van de wachtgeldrege
ling voordeelen, die andere groepen werk
loozen niet hebben.
Dhr Paul behoudt zich het recht voor
er later op terug te komen.
Dhr Jeronimus vraagt en verkrijgt
toestemming vragen te stellen inzake het
een oude puriteinsche geestelijke, die le-
gerpredikant geweest was in het Parle-
mentsleger tijdens den burgeroorlog,
maar overal geëerd en bemind werd om
zijn vroomheid, zijn geleerdheid en zijln
werken van barmhartigheid. De reohter
was Jeffreys, door Kafel II bevorderd en
nu de vertrouwde dienaar van den nieu
wen koning.
„O zeker, jou zal recht gedaan worden,"
ging Jeffreys met verheffing van stem
voort, „daar zal ik voor zorgen. Jiji wou
uitstel om je zaak voor te bereiden, niet
waar, mijnheer Baxter? Tijd wou je heb
ben om leugenachtige getuigen te kunnen
oproepen, en tijd om hun leugens aan te
vullen met vrome leuterpraat? Maar neen,
geen minuut. Oates en Baxter; wie is de
slechtste? Als jij', mijnheer Baxter, aan
de eene zijde van de schandpaal stond en
Oates aan den anderen kant, zouden de
twee grootste schurken uit het koninkrijk
bij elkaar staan."
Baxter antwoordde slechts door een
zucht, maar de toeschouwers mompelden
onheilspellend.
Stilte!" schreeuwde Jeffreys, terwijl
hiji oplettend keek naar een man, wiens
protest gehoord was. „Denkt ge misschien,
dat ik door 't gebrom van honden mij
schrik laat aanjagen? O zeker, ik zal op
jou letten. Ik zie je, jij, schijnheilige boos
wicht, en den een of anderen dag zal je
nadere crediet voor het uitdiepen
der v e s t en.
Weth. Onderdijk beantwoordt de
vragen. Spr. zegt, dat inderdaad in de
mededeelingen van Gemeentewerken een
fout school, waardoor een verkeerd licht
is geworpen op de bemoeiingen van den
polder Walcheren. Niet bij de uitvoe
ring der werken, maar reeds bij de
voorbereiding der plannen heeft
de Polder Walcheren den wensch ken
baar gemaakt om den koker te ver
wijderen.
Reeds bij het nemen van het besluit
van 16 Mei 1934 had de Raad de beschik
king over de teakening met een koker
van 6 M.
De uitvoering van het werk is, zooals
bekend, duurder geworden, maar de ver
hooging van kosten voor verwijdering
van den koker zijn van weinig beteeke-
nls in verhouding tot de uitgaven uit
anderen hoofde. De uitbaggering van de
vesten vroeg het leeuwendeel van de
kosten.
Spr. ontkent, dat is uitgegaan van een
begrooting en kaart van 1932. Deze is
later gewijzigd.
Dhr Jeronimus zegt, dat men in
het algemeen in een blauwdruk niet wij
zigt en op de blauwdrukteekening komt
een koker van 5% M. voor. Spr. heeft
destijds reeds gezegd, dat de teekeningen
bij een voorstel niet te elfder ure door
Gemeentewerken moeten worden over
gelegd. De Directeur van Gemeentewer
ken heeft aan B. en W. onjuiste inlich
tingen verstrekt. Dit is een ernstig feit.
Weth. Onderdijk zegt, dat dhr Jero
nimus maar aan B. en W. moet over
laten, welke maatregelen zij tegenover
den Directeur zullen nemen. Ieder maakt
wel eens fouten. Gevolgen heeft deze ver
gissing overigens niet gehad, al was het
achteraf beter geweest den Raad tijdig
een gewijzigde raming aan te bieden.
Dhr Jeronimus zegt nog, dat wel
aan den Polder Walcheren In April een
juiste teekening kon worden overgelegd,
maar niet aan den Raad.
Tapverbod. Ingekomen is een adres
van de koffiehuis- en restauranthouders,
met verzoek het tapverbod op Koninginne
dag en kermisdagen te doen vervallen.
Dit wordt in handen van B. en W. ge
steld om advies.
De kermis. Dhr Heemskerk
vraagt wanneer de begrooting voor 1936
wordt behandeld, dit in verband met de
vraag, of er kermis in 1936 zal zijn.
De voorzitter zegt, dat de begroo
ting vóór 1 Jan. a.s. zal worden be
handeld.
Ged. Staten deelen mede, dat den Raad
uitstel van advies geven is verleend tot
3 Dec. inzake salarisverlaging burgemees
ter, enz.
B. en W. hopen den Raad in de ge
legenheid te stellen zich nog vóór 3 Dec.
uit te spreken.
Crediet voor voltooiing
pomp-installatie Oranjezon.
Dhr K g e 1 e r zegt, dat wanneer de
stroomvoorziening eens werd gestagneerd
het zes uur zou duren eer de stoominstal-
latie op gang zou zijn gebracht. Spr.
vraagt deze oude installatie te herzien
en een Dieselmotor aan te schaffen. Kan
dan daarnaast de bestaande electrische
installatie niet tot hooger capaciteit wor
den opgevoerd? Dan zullen de kosten
geringer zijn dan wat nu wordt voor
gesteld, omdat een tweede electrische in
stallatie daar niet noodig is.
Weth. Boas son antwoordt, dat het
in de bedoeling ligt de oude stoominstal-
latie te vervangen door een Diesel-motor.
Voor geval van nood worden de ketels
steeds warm gehouden. Het zal dus geen
zes uur duren eer een stagnatie zou zijn
opgeheven. Ook is er altijd nog het reser
voir in den watertoren, dat voor enkele
uren dienst kan doen.
Het lijkt spr. niet mogelijk in plaats
van de tweede electrische installatie een
Dieselmotor te nemen. Er moeten twee
electrische installaties zijn en voor geval
van nood de Dieselmotor.
Het voorstel wordt aangenomen.
Rooilijn Bleek. Dhr Jeroni
mus heeft bezwaar, dat de gezamen
lijke eigenaren het eens moeten worden
over een aan te wijzen deskundige. Ieder
eigenaar moet dat recht hebben.
Dhr Harthoorn ontwikkelt eenige
bezwaren tegen dit voorstel. Rij verkeer
in de Bleek acht spr. niet noodig. Er zijn
hier voor mij' staan, en dan zullen we eens
zien, wat je gebrom waard is. Wie is bier
ter verdediging van dezen booswicht Ri
chard Baxter?"
Twee advocaten antwoordden, waarop
Jeffreys voortging: „Pollexfen en Wallop,
nietwaar? Wel, jij hebt een gladde tong,
maar jiji zult mij niet overtuigen. Wat heb
je te zeggen?"
De heer Pollexfen begon te spreken,
maar hij' had nauwelijks den mond open
gedaan of Jeffreys viel hem toornig in de
rede
„Ha, Pollexfen, ik ken je maar al te
goed. Ik zal 't je betaald zetten. Jiji bent
de besohermer van die scheurmakers.
Deze hier is een oude schurk, een scheur
maker, een schijnheilige schelm. Hij' heeft
een hekel aan de Liturgie, hij heeft niets
liever dan langdradige, schijnheilige beu
zelpraat. Op die manier wil hij God aan
bidden. Luister maar eens."
Daarop ging Jeffreys weer zitten, hief
zijn oogen op, vouwde zijn handen en be
gon met een zingende neusstem op weer
zinwekkende wij'ze: „Heere, wij' zijn Uw
volk. Uw uitverkoren volk. Uw dierbaar
volk."
„Zoo willen deze Presbyterianen ons
nu laten bidden, en denk je, dat Zijne
Majesteit dit wil toestaan? Bovendien is
de kerel een verrader, een schelm."
„Maar mijnheer Jeffreys," zei Pollex-
reeds voldoende toegangswegen van het
Molenwater naar de stad, Men voert dan
het verkeer naar den gevaarlijken hoek
Spanjaardstraat—St.-Pieterstraat. Voor
voetgangersverkeer is het voorstel niet
noodig.
Dhr Paul wil de rooilijn anders be
palen dan B. en W., zoodat de straat
overal 8 M. breed kan worden, wat in
het voorstel van B. en W. niet kan.
Mevr. W e ij 1 acht een strafbepaling
in dat voorstel onnoodig. Spr. wil ook
tot overeenstemming komen met den
hypotheekgever, teneinde moeilijkheden
te voorkomen.
Weth. Onderdijk meent, dat Ged.
Staten een deskundige van de gezamen
lijke eigenaren zullen eischen. Het zal
wel niet mogelijk zijn van weerszijden
de Bleek te berijden. Alleen vanaf de
zijde van de Spanjaardstraat zal klein
rij verkeer worden toegelaten.
We moeten nu de rooilijn wijzigen.
Anders zou men vanwege de Sociëteit in
de Bleek woningen kunnen neerzetten.
Ook moeten we rekenen met het feit,
dat een hoekpand leeg staat door liqui
datie. We moeten ons waarborgen voor
de toekomst. De verbreeding kan overal
over een lengte van 36 M, worden uit
gevoerd. Ook komt er eenige werkgelegen
heid. Het voorstel van den heer Paul
ging te ver. Dan zou het overblijvende
deel van den tuin van de sociëteit te smal
worden.
De strafbepaling dient volgens de Prov.
Griffie gehandhaafd te worden.
Eventueele moeilijkheden met hypo
theekgevers zullen B. en W. onder het
oog zien.
De voorzitter meent, dat de Raad
niet te maken heefl met hypotheekgevers,
maar alleen met de eigenaren.
Het voorstel wordt na een kleine wijzi
ging aangenomen.
Dhr v. d. Feltz komt ter vergade
ring.
Overplaatsing leerkrachten
Openbaar L.O. Dhr den Hollan
der vindt de belooning van den kweeke-
ling met akte (f25 per maand) zeer laag.
We gaan nu terug tot de kleinste dor
pen. In steden ais Middelburg geven de
besturen der bijz. scholen uit eigen mid
delen f500. De kweekeling krijgt een
volle taak. Een ongeschoolde, jeugdige
arbeider verdient meer dan f25 per
maand. Spr. stelt f 40 per maand voor.
Dhr M o n d e e 1 merkt op, dat we in
crisistijd van den nood een deugd moe-
te maken. Het voorgestelde is een wei
nig fraai figuur. Spr. zal voor f40 stem
men, hoewel dat nog aan den lagen
kant is.
Weth. Boas son zegt, dat het voor
stel is ontstaan uit een samenspreking
met de hoofden der scholen en den in
specteur L.O. Toen aan deze school de
zesde leerkracht moest worden gemist,
moest naar de beste regeling worden ge
zocht. Aan het voorstel zijn zeker be
zwaren verbonden. Een boventallig onder
wijzer zou de gemeente in totaal f 10.000
kosten.
De kweekelingen willen graag practijk
krijgen. Eenige belooning achten B. en
W. echter billijk. De belooning is zoo laag
gesteld, om te voorkomen, dat hoogere
instanties het voorstel niet zouden goed
keuren. Het is de bedoeling om de vier
maanden te rouleeren.
Dhr den Hollander merkt op, dat
er kweekelingen zijn, die reeds 24, 25
jaar zijn en niet kunnen solliciteeren,
omdat ze nog niet in de gelukkige groep
vallen. Ze willen ook wel eens wat ver
dienen. Spr. blijft bij zijn voorstel van
f 40 uit billijkheidsoogpunt.
Dhr P a u 1 is voor zoo weinig mogelijk
rouleering en steunt het voorstel-den
Hollander.
Dhr Jeronimus zal tegen dit laat
ste voorstel stemmen. Anders worden we
misschien gedwongen tot maatregelen als
vei deeling van leerlingen over andere
klassen. Een lager salaris in M'burg is
wellicht voor een kweekeling aantrekke
lijker dan een hooger op een dorp, waar
hij' niet woont.
Mevr. W e y 1 wil eenig uitstel, ten
einde bij Ged. Staten en andere gemeen
ten te kunnen informeeren naar het
salaris.
De voorzitter zegt, dat het voor
stel 'het stempel van de tegenwoordige
omstandigheden heeft. Met het verschil
in salaris moeten we niet meer rekenen
fen, „de 'Overleden koning bood Baxter
een bisschopszetel aan; hij' kan dus
geen
„Stilte!" schreeuwde Jeffreys opnieuw.
„Als Zijne Majesteit hem een bisdom
aanbood, waarom heeft de oude dwaas 't
dan niet aanvaard? Is dat niet een bewijs
te meer van zijn goddeloos hart? Want,
dat hij' innerlijk bedorven is, is zeker.
Ja, jij Baxter, jiji samenzwerende schelm,
jij' schijnheilige booswicht, jiji leugenach
tige schelm. O, recht zal er gedaan wor
den, geloof dat maar!"
Daarop trachtte de andere advocaat,
Wallop, te spreken, maar weer viel Jef
freys ook hem in de rede.
„Neen, ik wil u niet laten voortgaan,"
riep hiji uit. „U zit in alle vuile zaakjes,
mijnheer Wallop. De heeren van 't gerecht
moesten zich schamen zulke schelmen bij
te staan. Als u niet weet, wat uw plicht
is, dan zal ik het u leeren."
De heer Wallop trachtte zich te verant
woorden.
„Watl" schreeuwde Jeffreys, „durft u
nog te antwoorden? Ben ik niet door
Zijne Majesteit benoemd om er voor te
zorgen, dat schelmen hun verdiende loon
ontvangen? Gij: wilt me overbluffen, is 't
niet? Ik zal 'tu betaald zetten. Ik zal
jullie allen vroeger of later laten inreke
nen, stinkend aas."
Hierop stond de oude geestelijke op en
met de kwestie stad en dorp, maar van
de al of niet bestaande financieele on
afhankelijkheid.
We moeten niet meer dan strikt noo
dig is vooraf gaan informeeren over
goedkeuring van een voorstel bij Ged.
Staten. Dat is in stiijd met het prestige
van B. en W.
Een bedrag van f25 p. m. kan Spr.
geen belooning noemen. Maar gezien de
omstandigheden is het te accepteeren.
Weth. B 0 a s s o n merkt op, dat de
belooning is voorgesteld in overleg met
den Inspecteur L.O. Verhooging van het
bedrag doet het onkostencijfer per leer
ling stijgen. En dit zal het voorstel min
der acceptabel maken.
Over het amendement-den Hollander
staken de stemmen: 8 tegen 8 (voor de
S.D.A.P. en dhrn den Hollander, Koge-
er en Lambermont, tegen de anderen, ter
wijl dhr de Bruin de vergadering had
verlaten).
Het overig deel van het voorstel wordt
aangenomen.
De badinrichting. Naar aan
leiding van vragen van de fin. comm.
zegt de voorzitter, dat in 1932 695
kostelooze baden door leerlingen van
openbare scholen zijn genomen, in 1933
591, 1934 566 en 1935 (tot 26 Oct.) 522,
wat zeker niet veel is. Leerlingen van
bijz. scholen maakten daarvan geen ge
bruik.
Waar de prijs van het water voor deze
inrichting zeer sterk was gereduceerd,
kwam dit neer op een toelage van de ge
meente van f 0.65 per bad. Nu het bad
huis zal worden geëxploiteerd door een
particulier, ia het beter even af te wach
ten, tot de exploitant met een verzoek
om subsidie komt.
Dhr Paul is verheugd over het voort
bestaan van de badinrichting. D'at niet
meer kostelooze baden door schoolkinde
ren werden genomen, kwam door de wei
nige bekendheid met de regeling.
Dhr Portheine vraagt of de canon
van f0.30 per M2. niet aan den hoogen
kant is. Spr. stelt een verlaging tot 20
cent voor.
Weth. Onderdijk zegt, dat B. en
W. wel wat voor vermindering voelden,
maar dan zouden voorwaarden gesteld
moeten worden. En daarvoor voelde de
exploitant niet. Vandaar dat toen een za
kelijk standpunt werd ingenomen. Wil
men de canon verlagen, om de exploita
tie mogelijk te maken, dan staat Spr.
daar sympathiek tegenover.
Dhr Paul is tegen verkapte subsi
dies.
Dhr Harthoorn vindt het voorstel-
Portheine wel sympathiek.
Dhr Paul: het gaat om een bedrag
van f 18,80.
Dhr v. d. Feltz wil liever ook geen
precedent scheppen. Later kan gespro
ken worden over verstrekken van koste
looze baden tegen vergoeding door de
gemeente.
Weth. B o a s s 0 n merkt op, dat de
badinrichting nu door een particulier ten
eigen hate wordt uitgeoefend. Dit is an
ders dan vroeger.
Het voorstel-Portheine wordt verwor
pen met 12 tegen 4 st. (de heeren Je
ronimus, Portheine, Lambermont en
Harthoorn).
De andere voorstellen werden z. h. st.
aangenomen.
Nadat overeenkomstig het betreffende
voorstel ontheffing was verleend van een
aanslag in de Straatbelasting 1935, was
de agenda afgehandeld.
Ophalen van vuil. Dhr Onder
dijk herinnert er aan, dat een der wen-
schen van Ged. Staten in verband met
de begrooting 1935 was het zoo spoedig
mogelijk wijzigen van het aantal opha
lingen van het huisvuil van 3 op 2.
Spr. heeft deze kwestie met den direc
teur van den reinigingsdienst besproken
en het bleek mogelijk als men overging
tot aanschaffing van 2 nieuwe wagens
van 5 kub. M. inhoud, ad f 1400 per stuk.
Het is reeds gebleken, dat Ged. Staten
daartegen geen bezwaar hebben en ook
de Commissie van Bijstand voor de Ge
meentewerken en de reiniging vereenigt
er zich mede. De besparing zal ongeveer
f 1500 per jaar bedragen.
Mevr. W e ij 1 zegt, dat deze bezuiniging
zeker aanlokkelijk is, maar voor de huis
vrouwen heeft de vermindering van 3
op 2 keer ophalen groote bezwaren. Zou
er niet een andere oplossing zijn. Is het
begon te spreken.
„Mijnheer de rechter," zoo begon hij,
„de Dissenters hebben 't ten zeerste in mij
afgekeurd, dat ik met achting en eer
bied over bisschoppen sprak.
„Nou, nou!" riep Jeffreys uit, „Bax
ter pleitende voor bisschappen, dat is in
derdaad een mooie grap. Ik weet wat
jullie met bisschoppen bedoelt: teemende,
huiohelende Presbyterianen.'1
„Mijnbeer," hernam Baxter, „als u mij
laat spreken, zal ik bewijzen
„Bewijzen, ja, ik twijfel er niet aan,"
brulde de rechter. „Je wou bewijzen dat
de duivel een engel des lichts was en dat
Koning Jacobus een valsche schelm was
evenals jij1. Richard, Richard, meen je,
dat wijl je zullen toelaten het gerecht te
vergiftigen? Richard, je bent een oude
booswicht. Je hebt wel een karrevracht
boeken geschreven en ieder boek zit even
vol verleiding als een ei vol voedsel. Maar
ik zal 't je betaald zetten. Ik zie hier velen
van je broederschap om te hooren, wat er
met hun machtigen Don geschieden zal.
Ja, en daar naast je staat de vrome, go-
leerde Dr Bates. Maar ik zal jullie allen
verpletteren. Spreken? Neen, jij zult niet
spreken. Jij1 zult recht ontvangen van een
christelijk rechter niet van een pres-
byteriaanschan huichelaar die door
een christelijk Koning aangesteld is."
(Wordt vervolgd.)