OEZEEDW De Bochter van den Opperrechter TWEEDE BLAD ten Staten-Generaal FEUILLETON Gemeenteraad van Middelburg. Savoye- alles per f 0,50 f 4,70 per 100. loteering stgesteld msche door les heden 222/4 128 238V2 103V2 25% 108 212V» 182 44V2-5 97 90 29s/s 148/s 29% 811/18 22% ;rd weer om de jken. In .eggings- ideelen- irijshou- 2.30 u. fl! Is." w n: VAN DONDERDAG 21 NOV. 1935, Nr 45. I TWEEDE KAMER. Hei Cumulatie-ontwerp aangenomen, In de gistermiddag voortgezette ver gadering kwam aan de orde het z.g, cumulatie-ontwerp. De heer Zandt (S. G.) schetst de ergernis, door de cumulatie gegeven, aan duizenden weririoozen, onder wie velen met een doctorsbul en die er niet in sla gen, een betrekking te krijgen. spreker bespreekt voorts het genieten van non-activi'teitstractement van Kamer leden als ambtenaren, onder wie er één is, over wiens zilveren jubileum als cu- mulant men gekscherend placht te spre iken. Bij het wetsontwerp blijft het moge lijk, dat een oud-Minister, Kamerlid ge worden, zijn ministerspensioen blijft ont vangen en dat iemand twee openbare be trekkingen tegelijk bekleedt. In velerlei opzicht gaat 'het wetsont werp niet ver genoeg, bij voorkeur wat betreft combinatie van tractement en pensioen. Wij stemmen voor het wetsontwerp, maar betreuren, dat de regeering den toestand niet afdoende verbetert. De heer Ling'beek (H.G.S.) zegt, dat velen zich overdreven voorstellingen van de cumulatie hebben gemaakt. Men dacht dat het tegengaan een besparing van rnil- lioenen zou opleveren. Af te keuren is, dat reeds verleende pensioenen onaangetast blijven. De heer Vervoorn (Platteland) acht ongerechtvaardigd de royale regeling van pensioenen en wachtgelden van wethou ders en Gedeputeerden, hier voorgesteld. De regeering zegt, dat velen financieele offers brengen als zij wethouder of Gede puteerde worden, maar spr. staat tegen over die offers eenigszins sceptisch. Voor velen beteekent een benoeming tot wet houder of Gedeputeerdee een belangrijke verbetering van positie. De heer Van Houten (G. D.) zal stemmen tegen de overgangsbepa ling, die de bestaande cumulatie be veiligt. Hij stemt voor bet wetsontwerp, zelfs als zulke overgangsbepalingen erin blijven staan. Hij hoopt dan, dat de stem ming in het land zoo zal worden, dat over eenigen tijd tot aantasting van de thans bestaande pensioenen moet wor den overgegaan. De heer Westerman (N.H.) zegt, dat het wetsontwerp de verkregen cumu laties bijna niet aantast. Hij stemt voor het wetsontwerp, dat een eerste afbeta ling is op de rekening, die het Nederland- sche volk met betrekking tot deze zaak presenteert. De heer A1 b a r d a (S.D.) zegt, dat er in deze zaak veel demagogie is bedreven Had de regeering het wetsontwerp eerder ingediend, de demagogie had niet om zich heen kunnen grijpen. Het is een be lang van ons geheele volk, dat bekwame en betrouwbare personen beschikbaa: zijn voor vertegenwoordigende en be stuursfuncties, onafhankelijk van de vraag of zij eigen middelen hebben. Verbindi men geen pensioen aan zulke functies, dan kunnen velen die functies niet aan nemen en zullen anderen en dit is ten minste even erg die functies niet kun nen verlaten. Men bedenke, dat velen of fers hebben gebracht, toen zij zulke func ties aanvaardden. Het wetsontwerp gaat te ver, in zoo verre als het de autonomie van provin ciën en gemeenten aantast. Deze moeten zelfstandig blijven ten opzichte van de bepaling der pensioenen van gedeputee.- den en wethouders. Niet ver genoeg gaat het wetsontwerp in zooverre als het verkregen rechten handhaaft. De heer De Visser (C.P.) dient, HOOFDSTUK I De rechter en de gevangene. „Zoo, ben je daar, mijnheer Baxter. Wel, ik zal er voor zorgen, dat jij1 hier niet onverrichter zake bent. Jou zal recht ge daan worden. Juist om die reden heeft de aller-christelijkste Koning mij benoemd om recht te spreken." Eén talrijke menigte was in de Guild hall te Londen bijeen, korten tijld nadat Jacobus II den troon beklommen had en de oogen van de aanwezigen richtten zich afwisselend naar een vreedzaam-uitziend predikant, die in de bank der beschul digden' stond en naar den rechter, die op zijn zetel had plaats genomen. Bijina alle toeschouwers toonden teekenen van op winding, veler gelaat drukte sterken toorn uit, maar toch durfde niemand aan dien toorn lucht geven. Allen werd door den rechter schrik aangejaagd, die met een verachtelijlken trek op het gelaat en een glans van wilde vreugde in zijh oogen, het gelaat van den gevangene, zoowel als van de jury scherp opnam. De gevangene was Richard Baxter, daar het wetsontwerp door amendeering niet is te verbeteren, een motie in, waar in de Kamer uitspreekt, dat het wetsont werp de bestaande cumulatie niet vol doende tegengaat, en besluit, de beraad slagingen te schorsen om de regeering in de gelegenheid te stellen, een wetsont werp van wijdere strekking in te dienen. De Kamer verwerpt de motie met 53 tegen 7 stemmen. De Minister van Binnen land sche Zaken, de heer D e Wilde, zegt, dat men in Nederland, in tegenstelling tot andere landen, van de politiek niet rijk wordt. Reeds sedert 1922 zijd maatregelen genomen tegen cumulatie. De heer Albarda zei, dat het wetsontwerp niet ver genoeg gaat, maar wat de soc.-demooraten voorstellen, strekt het minder ver te laten gaan. Overigens wil spr. de gemeente-besturen vrij laten om reeds verleende pensioenen te verla gen. De heer Van Braambeek (S.D.) verdedigt een amendement, bedoelende, uit het wetsontwerp weg te nemen de regeling der toekenning van wachtgeld en pensioen aan afgetreden wethouders, die geheel aan de gemeentebesturen moet worden overgelaten. De heer Boon (lib.) verklaart, dat zijn fractie tegen dit amendement is. Minister D e W i 1 d e noemt het amen dement een verzwakking van het wets ontwerp. De heer Van Braambeek (S.D.) trekt zijn amendement in, omdat het toch geen kans heeft. De Kamer neemt zonder stemming de [overgangsbepaling aan, met aanteeke- ning, dat de G.P., de S.G. en de heeren Sneevliet (R.S.), Westerman (N.H.), Van Houten (G.D.) en Vervoorn (Plattel.) te gen zijn. De heer Van Braambeek (S.D.) verdedigt een amendement om te bepalen dat hiji, die op 13 Juni 1935 in het ge not was van pensioen als gewezen lid van Gedep. Staten of als gewezen wethouder en die sindsdien, doch vóór 19 Nov. 1935 opnieuw als lid van Gedep. Staten der zelfde provincie of als wethouder der- zelfde gemeente is opgetreden, als hij wederom aftreedt, de rechten behoudt, die hij kon ontleenen aan de verordenin gen, zooals deze op 13 Juni 1935 van kracht waren. Minister De Wilde acht dit amendement een verbetering, mits eraan worde toegevoegd: „wanneer er door de tijdsomstandigheden geen wijziging in wordt gebracht." De heer Van Braambeek (S.D.) brengt die toevoeging aan. De Minister neemt het amende ment over. De Kamer keurt het wetsontwerp zon der hoofdelijke stemming goed. Gistermiddag vergaderde de Gemeen teraad van Middelburg. Bij de opening was afwezig dhr v. d. Feltz. De voorzitter deelt mede, dat B. en W. aan den heer Schuddeboom te Haarlem hebben opgedragen een onder zoek in te stellen naar samenvoeging van enkele gemeentediensten. Verder doet Spr. enkele mededeelingen inzake den brandstoffenbijslag aan werkloozen. Het Rijk verleent geen subsidie voor dezen bijslag aan wachtgelders van de meelfabriek. B. en W. doen daarom geen voorstel om be doelde wachtgelders in dezen bijslag te betrekken, aangezien de gemeente alles zou moeten betalen. Dhr Paul vraagt, of het Rijk bezwaar heeft, als de gemeente aan die wacht gelders den bijslag geeft. Do voorzitter: daarnaar is niet speciaal geïnformeerd. Maar het gevolg van zulk een besluit zou zijn, dat het Rijk practisch den geheelen bijslag voor deze menschen zou moeten betalen, ter wijl het nu bezwaar maakt een g e d e e 1- t e daarvan te dragen. Verder genieten de wachtgelders van de wachtgeldrege ling voordeelen, die andere groepen werk loozen niet hebben. Dhr Paul behoudt zich het recht voor er later op terug te komen. Dhr Jeronimus vraagt en verkrijgt toestemming vragen te stellen inzake het een oude puriteinsche geestelijke, die le- gerpredikant geweest was in het Parle- mentsleger tijdens den burgeroorlog, maar overal geëerd en bemind werd om zijn vroomheid, zijn geleerdheid en zijln werken van barmhartigheid. De reohter was Jeffreys, door Kafel II bevorderd en nu de vertrouwde dienaar van den nieu wen koning. „O zeker, jou zal recht gedaan worden," ging Jeffreys met verheffing van stem voort, „daar zal ik voor zorgen. Jiji wou uitstel om je zaak voor te bereiden, niet waar, mijnheer Baxter? Tijd wou je heb ben om leugenachtige getuigen te kunnen oproepen, en tijd om hun leugens aan te vullen met vrome leuterpraat? Maar neen, geen minuut. Oates en Baxter; wie is de slechtste? Als jij', mijnheer Baxter, aan de eene zijde van de schandpaal stond en Oates aan den anderen kant, zouden de twee grootste schurken uit het koninkrijk bij elkaar staan." Baxter antwoordde slechts door een zucht, maar de toeschouwers mompelden onheilspellend. Stilte!" schreeuwde Jeffreys, terwijl hiji oplettend keek naar een man, wiens protest gehoord was. „Denkt ge misschien, dat ik door 't gebrom van honden mij schrik laat aanjagen? O zeker, ik zal op jou letten. Ik zie je, jij, schijnheilige boos wicht, en den een of anderen dag zal je nadere crediet voor het uitdiepen der v e s t en. Weth. Onderdijk beantwoordt de vragen. Spr. zegt, dat inderdaad in de mededeelingen van Gemeentewerken een fout school, waardoor een verkeerd licht is geworpen op de bemoeiingen van den polder Walcheren. Niet bij de uitvoe ring der werken, maar reeds bij de voorbereiding der plannen heeft de Polder Walcheren den wensch ken baar gemaakt om den koker te ver wijderen. Reeds bij het nemen van het besluit van 16 Mei 1934 had de Raad de beschik king over de teakening met een koker van 6 M. De uitvoering van het werk is, zooals bekend, duurder geworden, maar de ver hooging van kosten voor verwijdering van den koker zijn van weinig beteeke- nls in verhouding tot de uitgaven uit anderen hoofde. De uitbaggering van de vesten vroeg het leeuwendeel van de kosten. Spr. ontkent, dat is uitgegaan van een begrooting en kaart van 1932. Deze is later gewijzigd. Dhr Jeronimus zegt, dat men in het algemeen in een blauwdruk niet wij zigt en op de blauwdrukteekening komt een koker van 5% M. voor. Spr. heeft destijds reeds gezegd, dat de teekeningen bij een voorstel niet te elfder ure door Gemeentewerken moeten worden over gelegd. De Directeur van Gemeentewer ken heeft aan B. en W. onjuiste inlich tingen verstrekt. Dit is een ernstig feit. Weth. Onderdijk zegt, dat dhr Jero nimus maar aan B. en W. moet over laten, welke maatregelen zij tegenover den Directeur zullen nemen. Ieder maakt wel eens fouten. Gevolgen heeft deze ver gissing overigens niet gehad, al was het achteraf beter geweest den Raad tijdig een gewijzigde raming aan te bieden. Dhr Jeronimus zegt nog, dat wel aan den Polder Walcheren In April een juiste teekening kon worden overgelegd, maar niet aan den Raad. Tapverbod. Ingekomen is een adres van de koffiehuis- en restauranthouders, met verzoek het tapverbod op Koninginne dag en kermisdagen te doen vervallen. Dit wordt in handen van B. en W. ge steld om advies. De kermis. Dhr Heemskerk vraagt wanneer de begrooting voor 1936 wordt behandeld, dit in verband met de vraag, of er kermis in 1936 zal zijn. De voorzitter zegt, dat de begroo ting vóór 1 Jan. a.s. zal worden be handeld. Ged. Staten deelen mede, dat den Raad uitstel van advies geven is verleend tot 3 Dec. inzake salarisverlaging burgemees ter, enz. B. en W. hopen den Raad in de ge legenheid te stellen zich nog vóór 3 Dec. uit te spreken. Crediet voor voltooiing pomp-installatie Oranjezon. Dhr K g e 1 e r zegt, dat wanneer de stroomvoorziening eens werd gestagneerd het zes uur zou duren eer de stoominstal- latie op gang zou zijn gebracht. Spr. vraagt deze oude installatie te herzien en een Dieselmotor aan te schaffen. Kan dan daarnaast de bestaande electrische installatie niet tot hooger capaciteit wor den opgevoerd? Dan zullen de kosten geringer zijn dan wat nu wordt voor gesteld, omdat een tweede electrische in stallatie daar niet noodig is. Weth. Boas son antwoordt, dat het in de bedoeling ligt de oude stoominstal- latie te vervangen door een Diesel-motor. Voor geval van nood worden de ketels steeds warm gehouden. Het zal dus geen zes uur duren eer een stagnatie zou zijn opgeheven. Ook is er altijd nog het reser voir in den watertoren, dat voor enkele uren dienst kan doen. Het lijkt spr. niet mogelijk in plaats van de tweede electrische installatie een Dieselmotor te nemen. Er moeten twee electrische installaties zijn en voor geval van nood de Dieselmotor. Het voorstel wordt aangenomen. Rooilijn Bleek. Dhr Jeroni mus heeft bezwaar, dat de gezamen lijke eigenaren het eens moeten worden over een aan te wijzen deskundige. Ieder eigenaar moet dat recht hebben. Dhr Harthoorn ontwikkelt eenige bezwaren tegen dit voorstel. Rij verkeer in de Bleek acht spr. niet noodig. Er zijn hier voor mij' staan, en dan zullen we eens zien, wat je gebrom waard is. Wie is bier ter verdediging van dezen booswicht Ri chard Baxter?" Twee advocaten antwoordden, waarop Jeffreys voortging: „Pollexfen en Wallop, nietwaar? Wel, jij hebt een gladde tong, maar jiji zult mij niet overtuigen. Wat heb je te zeggen?" De heer Pollexfen begon te spreken, maar hij' had nauwelijks den mond open gedaan of Jeffreys viel hem toornig in de rede „Ha, Pollexfen, ik ken je maar al te goed. Ik zal 't je betaald zetten. Jiji bent de besohermer van die scheurmakers. Deze hier is een oude schurk, een scheur maker, een schijnheilige schelm. Hij' heeft een hekel aan de Liturgie, hij heeft niets liever dan langdradige, schijnheilige beu zelpraat. Op die manier wil hij God aan bidden. Luister maar eens." Daarop ging Jeffreys weer zitten, hief zijn oogen op, vouwde zijn handen en be gon met een zingende neusstem op weer zinwekkende wij'ze: „Heere, wij' zijn Uw volk. Uw uitverkoren volk. Uw dierbaar volk." „Zoo willen deze Presbyterianen ons nu laten bidden, en denk je, dat Zijne Majesteit dit wil toestaan? Bovendien is de kerel een verrader, een schelm." „Maar mijnheer Jeffreys," zei Pollex- reeds voldoende toegangswegen van het Molenwater naar de stad, Men voert dan het verkeer naar den gevaarlijken hoek Spanjaardstraat—St.-Pieterstraat. Voor voetgangersverkeer is het voorstel niet noodig. Dhr Paul wil de rooilijn anders be palen dan B. en W., zoodat de straat overal 8 M. breed kan worden, wat in het voorstel van B. en W. niet kan. Mevr. W e ij 1 acht een strafbepaling in dat voorstel onnoodig. Spr. wil ook tot overeenstemming komen met den hypotheekgever, teneinde moeilijkheden te voorkomen. Weth. Onderdijk meent, dat Ged. Staten een deskundige van de gezamen lijke eigenaren zullen eischen. Het zal wel niet mogelijk zijn van weerszijden de Bleek te berijden. Alleen vanaf de zijde van de Spanjaardstraat zal klein rij verkeer worden toegelaten. We moeten nu de rooilijn wijzigen. Anders zou men vanwege de Sociëteit in de Bleek woningen kunnen neerzetten. Ook moeten we rekenen met het feit, dat een hoekpand leeg staat door liqui datie. We moeten ons waarborgen voor de toekomst. De verbreeding kan overal over een lengte van 36 M, worden uit gevoerd. Ook komt er eenige werkgelegen heid. Het voorstel van den heer Paul ging te ver. Dan zou het overblijvende deel van den tuin van de sociëteit te smal worden. De strafbepaling dient volgens de Prov. Griffie gehandhaafd te worden. Eventueele moeilijkheden met hypo theekgevers zullen B. en W. onder het oog zien. De voorzitter meent, dat de Raad niet te maken heefl met hypotheekgevers, maar alleen met de eigenaren. Het voorstel wordt na een kleine wijzi ging aangenomen. Dhr v. d. Feltz komt ter vergade ring. Overplaatsing leerkrachten Openbaar L.O. Dhr den Hollan der vindt de belooning van den kweeke- ling met akte (f25 per maand) zeer laag. We gaan nu terug tot de kleinste dor pen. In steden ais Middelburg geven de besturen der bijz. scholen uit eigen mid delen f500. De kweekeling krijgt een volle taak. Een ongeschoolde, jeugdige arbeider verdient meer dan f25 per maand. Spr. stelt f 40 per maand voor. Dhr M o n d e e 1 merkt op, dat we in crisistijd van den nood een deugd moe- te maken. Het voorgestelde is een wei nig fraai figuur. Spr. zal voor f40 stem men, hoewel dat nog aan den lagen kant is. Weth. Boas son zegt, dat het voor stel is ontstaan uit een samenspreking met de hoofden der scholen en den in specteur L.O. Toen aan deze school de zesde leerkracht moest worden gemist, moest naar de beste regeling worden ge zocht. Aan het voorstel zijn zeker be zwaren verbonden. Een boventallig onder wijzer zou de gemeente in totaal f 10.000 kosten. De kweekelingen willen graag practijk krijgen. Eenige belooning achten B. en W. echter billijk. De belooning is zoo laag gesteld, om te voorkomen, dat hoogere instanties het voorstel niet zouden goed keuren. Het is de bedoeling om de vier maanden te rouleeren. Dhr den Hollander merkt op, dat er kweekelingen zijn, die reeds 24, 25 jaar zijn en niet kunnen solliciteeren, omdat ze nog niet in de gelukkige groep vallen. Ze willen ook wel eens wat ver dienen. Spr. blijft bij zijn voorstel van f 40 uit billijkheidsoogpunt. Dhr P a u 1 is voor zoo weinig mogelijk rouleering en steunt het voorstel-den Hollander. Dhr Jeronimus zal tegen dit laat ste voorstel stemmen. Anders worden we misschien gedwongen tot maatregelen als vei deeling van leerlingen over andere klassen. Een lager salaris in M'burg is wellicht voor een kweekeling aantrekke lijker dan een hooger op een dorp, waar hij' niet woont. Mevr. W e y 1 wil eenig uitstel, ten einde bij Ged. Staten en andere gemeen ten te kunnen informeeren naar het salaris. De voorzitter zegt, dat het voor stel 'het stempel van de tegenwoordige omstandigheden heeft. Met het verschil in salaris moeten we niet meer rekenen fen, „de 'Overleden koning bood Baxter een bisschopszetel aan; hij' kan dus geen „Stilte!" schreeuwde Jeffreys opnieuw. „Als Zijne Majesteit hem een bisdom aanbood, waarom heeft de oude dwaas 't dan niet aanvaard? Is dat niet een bewijs te meer van zijn goddeloos hart? Want, dat hij' innerlijk bedorven is, is zeker. Ja, jij Baxter, jiji samenzwerende schelm, jij' schijnheilige booswicht, jiji leugenach tige schelm. O, recht zal er gedaan wor den, geloof dat maar!" Daarop trachtte de andere advocaat, Wallop, te spreken, maar weer viel Jef freys ook hem in de rede. „Neen, ik wil u niet laten voortgaan," riep hiji uit. „U zit in alle vuile zaakjes, mijnheer Wallop. De heeren van 't gerecht moesten zich schamen zulke schelmen bij te staan. Als u niet weet, wat uw plicht is, dan zal ik het u leeren." De heer Wallop trachtte zich te verant woorden. „Watl" schreeuwde Jeffreys, „durft u nog te antwoorden? Ben ik niet door Zijne Majesteit benoemd om er voor te zorgen, dat schelmen hun verdiende loon ontvangen? Gij: wilt me overbluffen, is 't niet? Ik zal 'tu betaald zetten. Ik zal jullie allen vroeger of later laten inreke nen, stinkend aas." Hierop stond de oude geestelijke op en met de kwestie stad en dorp, maar van de al of niet bestaande financieele on afhankelijkheid. We moeten niet meer dan strikt noo dig is vooraf gaan informeeren over goedkeuring van een voorstel bij Ged. Staten. Dat is in stiijd met het prestige van B. en W. Een bedrag van f25 p. m. kan Spr. geen belooning noemen. Maar gezien de omstandigheden is het te accepteeren. Weth. B 0 a s s o n merkt op, dat de belooning is voorgesteld in overleg met den Inspecteur L.O. Verhooging van het bedrag doet het onkostencijfer per leer ling stijgen. En dit zal het voorstel min der acceptabel maken. Over het amendement-den Hollander staken de stemmen: 8 tegen 8 (voor de S.D.A.P. en dhrn den Hollander, Koge- er en Lambermont, tegen de anderen, ter wijl dhr de Bruin de vergadering had verlaten). Het overig deel van het voorstel wordt aangenomen. De badinrichting. Naar aan leiding van vragen van de fin. comm. zegt de voorzitter, dat in 1932 695 kostelooze baden door leerlingen van openbare scholen zijn genomen, in 1933 591, 1934 566 en 1935 (tot 26 Oct.) 522, wat zeker niet veel is. Leerlingen van bijz. scholen maakten daarvan geen ge bruik. Waar de prijs van het water voor deze inrichting zeer sterk was gereduceerd, kwam dit neer op een toelage van de ge meente van f 0.65 per bad. Nu het bad huis zal worden geëxploiteerd door een particulier, ia het beter even af te wach ten, tot de exploitant met een verzoek om subsidie komt. Dhr Paul is verheugd over het voort bestaan van de badinrichting. D'at niet meer kostelooze baden door schoolkinde ren werden genomen, kwam door de wei nige bekendheid met de regeling. Dhr Portheine vraagt of de canon van f0.30 per M2. niet aan den hoogen kant is. Spr. stelt een verlaging tot 20 cent voor. Weth. Onderdijk zegt, dat B. en W. wel wat voor vermindering voelden, maar dan zouden voorwaarden gesteld moeten worden. En daarvoor voelde de exploitant niet. Vandaar dat toen een za kelijk standpunt werd ingenomen. Wil men de canon verlagen, om de exploita tie mogelijk te maken, dan staat Spr. daar sympathiek tegenover. Dhr Paul is tegen verkapte subsi dies. Dhr Harthoorn vindt het voorstel- Portheine wel sympathiek. Dhr Paul: het gaat om een bedrag van f 18,80. Dhr v. d. Feltz wil liever ook geen precedent scheppen. Later kan gespro ken worden over verstrekken van koste looze baden tegen vergoeding door de gemeente. Weth. B o a s s 0 n merkt op, dat de badinrichting nu door een particulier ten eigen hate wordt uitgeoefend. Dit is an ders dan vroeger. Het voorstel-Portheine wordt verwor pen met 12 tegen 4 st. (de heeren Je ronimus, Portheine, Lambermont en Harthoorn). De andere voorstellen werden z. h. st. aangenomen. Nadat overeenkomstig het betreffende voorstel ontheffing was verleend van een aanslag in de Straatbelasting 1935, was de agenda afgehandeld. Ophalen van vuil. Dhr Onder dijk herinnert er aan, dat een der wen- schen van Ged. Staten in verband met de begrooting 1935 was het zoo spoedig mogelijk wijzigen van het aantal opha lingen van het huisvuil van 3 op 2. Spr. heeft deze kwestie met den direc teur van den reinigingsdienst besproken en het bleek mogelijk als men overging tot aanschaffing van 2 nieuwe wagens van 5 kub. M. inhoud, ad f 1400 per stuk. Het is reeds gebleken, dat Ged. Staten daartegen geen bezwaar hebben en ook de Commissie van Bijstand voor de Ge meentewerken en de reiniging vereenigt er zich mede. De besparing zal ongeveer f 1500 per jaar bedragen. Mevr. W e ij 1 zegt, dat deze bezuiniging zeker aanlokkelijk is, maar voor de huis vrouwen heeft de vermindering van 3 op 2 keer ophalen groote bezwaren. Zou er niet een andere oplossing zijn. Is het begon te spreken. „Mijnheer de rechter," zoo begon hij, „de Dissenters hebben 't ten zeerste in mij afgekeurd, dat ik met achting en eer bied over bisschoppen sprak. „Nou, nou!" riep Jeffreys uit, „Bax ter pleitende voor bisschappen, dat is in derdaad een mooie grap. Ik weet wat jullie met bisschoppen bedoelt: teemende, huiohelende Presbyterianen.'1 „Mijnbeer," hernam Baxter, „als u mij laat spreken, zal ik bewijzen „Bewijzen, ja, ik twijfel er niet aan," brulde de rechter. „Je wou bewijzen dat de duivel een engel des lichts was en dat Koning Jacobus een valsche schelm was evenals jij1. Richard, Richard, meen je, dat wijl je zullen toelaten het gerecht te vergiftigen? Richard, je bent een oude booswicht. Je hebt wel een karrevracht boeken geschreven en ieder boek zit even vol verleiding als een ei vol voedsel. Maar ik zal 't je betaald zetten. Ik zie hier velen van je broederschap om te hooren, wat er met hun machtigen Don geschieden zal. Ja, en daar naast je staat de vrome, go- leerde Dr Bates. Maar ik zal jullie allen verpletteren. Spreken? Neen, jij zult niet spreken. Jij1 zult recht ontvangen van een christelijk rechter niet van een pres- byteriaanschan huichelaar die door een christelijk Koning aangesteld is." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1935 | | pagina 5