Mcoffie (LyseNdyk CEEL merk DE ZEEUW DIE HEN BUU HEEL LEKKER VINDT TWEEDE BLAD Uit de Provincie. FEUILLETON Eindelijk vereenigd. hield van hem. Men zou veel voorkomen hebben, als men hem bijtijds bij zijn jas had gepakt. Dhr S t r a u b uit Kloetinge begrijpt niet, waarom het hoofdbestuur niet aan Kloetinge, dat voor het nazien der reke ning was aangewezen, gevraagd heeft of zij deze al gezien had. Dhr D i r k s uit Zierikzee meende, dat er een veel beter contact zou bestaan tus- schen voorzitter en secretaris, als deze wat dichter in eikaars buurt woonden en dan elkaar af en toe toe eens wakker kon den schudden. Dbr D u i n -k e r uit Tholen zeide nu al leen nog afbrekende woorden te hebben gehoord. Het gaat nu toch om de toekomst en daarom dringt spr. aan op een verze kering tegen fraude en diefstal. Spr. meent, dat men het quotum niet -moet verho o-gen, maar moet trachten vrijwillige giften te krijgen en verder wachten op hetgeen ouders en nabe staanden zullen willen bijpassen. De heer Dr Orbaan uit Middelburg, vertegenwoordiger in het bestuur van de Provinciale vereeniging tot bestrijding der l.b.c. zeide, dat men nu toch feitelijk is gaan spréken over een openingsrede, waarin toch geenszins alle schuld van anderen is ontkend. Spr. is het er ook volkomen mede eens, dat men te goed van vertrouwen is geweest. Men heeft ten slotte alles gedaan om den secretaris te bereiken, maar bet was aanvankelijk on begrijpelijk dat men niets van hem hoorde er was ten slotte geen contact meer met hem te krijgen. Na nog enkele opmerkingen uit de ver gadering, zeide de heer B e ij e r m a n, secretaris der algemeene vereeniging, dat de Zeeuwsche vereeniging het zelfde heeft ondervonden als andere provinciale ver- eenigingen, n.l. het verkeerde van het stelsel, dat een afdeeling de boeken van den penningmeester naziet. In Limburg was er destijds een tekort van f 60.000. Spr. zelf was destijds penningmeester in Drenthe en stond met klem op een be hoorlijke controle. Het afdoende middel is een accountantsonderzoek van boeken en kas. Men zal uit 'heti gebeurde een les trekken en zeggendat zal nooit meer gebeuren. Men moet nu echter stoppen met critiek, maar samen opbouwen, op dat het mooie werk, opgekomen uit het particulier initiatief kan worden voort gezet. De heer Meulenberg uit Ellewouts- dijtk meende nog, dat als er in Mei ver gaderd moet worden, het wel eigenaardig is, dat men wacht tot September om bij den secretaris aan te kloppen. Spr. be pleit 'het gescheiden houden van de be trekking van secretaris en penningmees ter. Men stapte nu van het eerste punt af. Nu was het woord aan den waarnemen- den secr.-penningmeester, den heer P. L. Abrahamse uit Vlissingen, die een uitvoerig rapport uitbracht over hetgeen hij naar aanleiding van gedrukte jaarver slagen en van de bescheiden, die de fa milie toezond te weten is kunnen komen, 't Bleek, dat er reeds geruimen tijd eigen aardig met name met de reserve is om gesprongen. Ten slotte bleek er met geraamde rente een te kort van f 5525.50. Een Rijksaccountant, die naast den heer Abrahamse de 'bescheiden ge controleerd had verklaarde zich geheel accoord met het rapport, alleen kwam hij tot een andere rente-berekening, en dan tot een tekort van f 5358.84, dat nu werd aangehouden. ■Op een vraag van mej. Callenfels uit Middelburg, waar betaald kan worden door den afdeelingspenningmeester, luid de het antwoord, dat nog vele afdeelin- gen betalen moeten en dat dit kan gebeu ren bij den heer Abrahamse. Uit de begrooting voor den tijd 1 Oct. tot 31 December 1935 bleek er ontvangen te zullen worden f2030 en uitgegeven f 1547. Onder applaus 'bracht de voorzitter hulde aan den heer Abrahamse voor zijn vele arbeid om licht in de zaak te bren gen. Het derde punt, n.l. om een kasgeld- leening aan te gaan, werd toegelicht door Dr Orbaan. Deze wees er op, dat de loopende dienst ook volgende jaren wel zal kunnen doorgaan zonder verlies. Het gaat dus feitelijk alleen om verlies van kapitaal. Als het kapitaal geen bestem- Ingezonden Mededeellng. ming had, dan kon men wellicht afwach ten wat het contact met de familie, die alles zal doen wat zij kan, zal opleveren. Men 'kan dit niet vooruit zeggen, omdat er'ook andere schulden zijn, maar er is waarschijnlijk ook ten deele dekking voor. Men zal dan ook alleen leenen als het beslist noodzakelijk is. Maar de f 2000 voor den ontsmettingsdienst te Vlissingen moet worden betaald. Verder is er direct niet veel meer noodig. Verder kan men bet aanzien en er is dan ook geen ver hooging van het quotum dor afdeelingen noodig. De vergadering keurde goed, dat het hoofdbestuur zal trachten ook zondor het aangaan van een leening de zaken te regelen. Bij de nu volgende bestuursvergadering kwam eerst aan de orde voorziening in de vacature-Plugge, dus iemand uit Wal cheren. Gekozen werd Dr G. Orbaan met 78 van de 83 stemmen. Op een vraag van den voorzitter zeide Dr Orbaan na eenige aarzeling een candidatuur te hebben aanvaard. Het zou niet juist zijn nu te weigeren het nau wer contact met de vereeniging aan te nemen. De voorzitter wenschte niet alleen Dr Orbaan, doch ook de vereeniging ge luk met het nauwer aan zich verbinden van een kracht als Dr Orbaan. In de vacature van den secr.-penningm. moest iemand uit Zuid-Beveland benoemd worden. Bij 'de eerste stemming verkregen de beeren mr van Dusseldorp 37, J. Nieu- wenhuijse 27, A. de Lange 11 en J. Straub 6 stemmen, bij de tweede vrije stemming Mr van Dusseldorp 47, Nieu- wen'huijse 23 en de Lange 5, zoodat Mr R. M. van Dusseldorp, burgemeester van Goes, gekozen was. De voorzitter zeide ifc© weten, dat Mr van Dusseldorp de benoeming zal aan nemen. Ds Beijerman wilde tegen het einde van deze moeilijke vergadering nog eens aandringen, evenals hij vroeger met wij len Dr Plugge besprak, op meer samen werking tusschen hoofdbestuur der Pro vinciale vereeniging en de afdeelingen en ook deze onderling. Dit is noodig. Bij de rondvraag heeft Dr Ittman er i nog op gewezen, dat men heit scbool- artsen-instituut op het platteland nog weer ter hand moet nemen. Men bleef er bij, dat de vergadering in 1936 in Zierikzee moet plaats hebben en zal rekening houden met de opening van het nieuwe wijkgebouw aldaar in April vermoedelijk. Het quotum voor 1935 werd bepaald op 8 cent par lid, dus als vroeger. Dr Ittman bracht ten slotte onder applaus dank aan den voorzatter voor de wijze, waarop hij deze vergadering had geleid. De heer D i e 1 e m a n dankte van zijn zijde voor 'de wijze waarop de aanwezi gen hem de leiding van de werkelijk niet gemakkelijke vergadering hebben verge- makkelijkst. Spr. hoopte ten -slotte allen in Zierikzee weer -terug te zien. Middelburg. Woensdagavond vergader de de afd. Middelburg van den Ned. Ghr. Vrouwenbond onder presidium van Mevr. Brouwer. Dr A. Hijmans, arts te Rotter dam, sprak over: „Huwelijk en Kinder zegen". Hoofdzaak in onze houding is, aldus Spr., dat wij in ideplistischen zin het hu welijk veel te hoog stellen; n.l. het huwe lijk in de werkelijkheid van allen dag, VAN VRIJDAG 1 NOVEMBER 1935, Nr 28. DE DEFENSIE-BEGROOTING. Versohenen is het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer betreffende Hoofd stuk VIII (Defensie) der Rijksbegrooting 1936. Wij lezen er o.a. in: Verscheiden leden vroegen, welke rede nen hebben geleid tot het ontslag van minister Deckers als minister van De fensie. Zij vreesden dat door dit ontslag de continuïteit in heit defensiebeleid is geschaad, wat naar zij meenden in deze begrooting tot uitdrukking komt. Het had de instemming van vele le den, dat de regeering, blijkens de Troon rede en de Memorie van Toelichting tot dit ontwerp, in de gewijzigde internatio nale toestanden aanleiding vindt tot het treffen van bijzondere voorzieningen in zake de verdediging van het koninkrijk. Andere leden wilden er niet toe mede werken, dat de minister m den waan zal komen te verkeeren, dat de geheele volks vertegenwoordiging en het geheele volk roepen om meer bewapening. Ten aanzien van de vraag, of het ge- wenscht is over 'te gaan tot stichting van een fonds om spoedig verbetering te bren gen in den toestand, waarin het mate rieel van de weermacht hier te lande ver keert, gaven verscheiden leden voorshands als hun meening te kennen, dat met de stichting van zulk een fonds de juiste weg niet zou worden bewandeld. Verscheidene leden betreurden, dat de voorzieningen in de maritieme defensie, 'voornamelijk ten behoeve van Ned.-Indië, wellicht nog geruimen tijd op zich zullen laiten wachten. Verscheidene leden achtten de stijging van 'de uitgaven voor de militaire lucht vaart onrustbarend. Afgezien van het voor de inspectie der militaire luchtvaart uitgetrokken bedrag over de noodzakelijkheid waarvan ook zij gaarne nauwkeurig zouden worden inge licht, had -de verhooging der uitgaven voor de militaire luchtvaart de instem ming van verscheiden andere leden. Verscheiden leden drongen er op aan, den aanmaak van materiaal zooveel mo gelijk door de Nederlandsche nijverheid te doen geschieden. Verscheiden leden vestigden er de aan dacht op, dart de regeering heeft toege zegd, een onderzoek te doen instellen naar den omvang van de particuliere wapenfabricage hier te lande; zij vroegen of dit onderzoek inmiddels heeft plaait's gehad. Gaarne zal men vernemen, welke maatregelen zijn getroffen voor de ver dediging van onze Zuidelijke en Ooste lijke provinciën tegen vijandelijke inval len. Men vestigde wederom de aandacht op het betreurens waardige feit, dat zekere par ticuliere werkgevers 'hun per soneel plegen te ontslaan, wan neer dit voor herhalingsoefe ningen ond.er de wapenen moet komen. Verscheiden leden wezen op den groe ten achterstand in den aanbouw van nieuwe -schepen, zoowel voor de Indische vloot als den algemeenen dienst. Deze leden meenden, dat de ge vechtskracht der vloot niet zoo sterk is als ze 'behoort te zijn. Inmiddels zien zij met belangstel ling de nadere voorstellen van -den minis ter inzake materieelverbetering -'tegemoet. Van verschillende zijden werd lof ge bracht aan de opvarenden van de K XVIII. Verse hei-den leden betreur den de opheffing van het voor oefeningsinstituut. Sommige leden vestigden de aandacht op de rnede- deeling van den Minister in de Tweede Kamervergadering van 1 October dat het corps onderofficieren van onze leger macht ten eenenmale verouderd is. Zij achtten de vraag gewettigd, of niet onver wijld in het euvel van een vergrijsd corps onderofficieren -moet worden voorzien. Een verhaal uit het vroegere Rusland. 53) —O-- „Is dat alles!" zeide hij. op- spottenden toon. „Ha, ha, ha! Dat was inderdaad wel de moeite waard, om er zulk een aanbod voor te weigeren, en dat nog wel op een oogenblik, dat je van trouwen sprak. Wees niet zoo kinderachtig. Neem de pen op en schrijf aan den generaal, dat je je bedacht hebt." „Dat kan ik niet doen," zeide Serge met vastberadenheid, „want ik zou de-zen post niet aannemen, al was het mogelijk dien zonder bedrog te verkrijgen. Ik zal tevre den zijn met een plaats als onderwijzend officier in een militaire school." „De zoon van admiraal Batourine on derwijzend officier!" riep zijn vader. „Dat zal niet gebeuren, zoolang ik leef. Denk je misschien dat -de oude Marline zijn doch ter zal laten opsluiten in een militaire school, nadat hij voor haar het vooruit zicht heeft gehad van de schitterende za len van het paleis?" „Ge weet, vader," hernam Serge, „dat de heer Marline de man niet is oan Verscheiden leden vestigden er weder om de aandacht op, -dat sedert het jaar- lijksdh contingent dienstplichtigen werd vastgesteld, de omstandigheden wel zeer gewijzigd zijn. Is het tegenwoordig vast gesteld contingent zoo vroegen deze loden wel voldoende om te voorzien in de behoeften der oo-rlogsorganisatóes? Verscheiden leden vestigden de aan dacht op de aanzienlijke uitbreiding van het corps politietroepen. Zij konden niet inzien, waarvoor deze uitbreiding noo dig is. Eenige leden vroegen of niet een aan tal militaire hospitalen kan. worden op geheven. Verscheiden leden drongen er wederom op aan, het loodswezen van het departe ment van Defensie over te brengen naar Waterstaat. PROV. ZEEUWSCHE VEREENIGING „HET GROENE KRUIS". Een tekort van ruim f5350. Benoeming van twee bestuurs leden. Donderdagmiddag heeft in de bovenzaal van de Sociëteit „De Vergenoeging" op de Markt te Middelburg een buitenge wone vergadering plaats gehad van de Provinciale Zeeuwsche Vereeniging „Het Groene Kruis", voornamelijk in verband met de gebeurtenissen der laatste maanden. De vice-voorzitter, de heer C. D i e 1 e- man uit Tholen, heette in het bijzonder welkom den inspecteur der Volksgezond heid, Dr Bantjes en den secretaris-gene raal der Alg. Ned. Ver. „Het Groene Kruis", Ds Beijerman, en wees er op, dat wij hier missen den jovialen toon, waar mede immer nu wijlen de voorzitter zijn openingswoord kruidde. Nu is dat voor altijd verstomd, Dr Plugge is niet meer Wij willen nog een stille hulde brengen aan hem, die gedurende ruim 19 jaar de leider der vereeniging is geweest. Nadat de aanwezigen als teeken van eerbiedige hulde eenigen tijd waren op gestaan, wees de voorzitter er op, dat het leven nu eenmaal zijn eischen stelt en dus ook een vereeniging moet voortgaan, al bracht de piëteit mede, dat de oor spronkelijk bepaalde datum voor het hou den van de algemeene vergadering eeni gen tijd werd verschoven. Maar toen het wat heel lang begon te duren en eenig nader schrijven van den secretaris omtrent de te houden ver gadering maar steeds uitbleef en nie mand anders iets van zich liet hooren, heeft spr. zelf den schijnbaar afgebro ken draad der gemeenschap gehecht. Het bleek, dat de secretaris een door spr. gewilde hoofdbestuursvergadering heeft gesaboteerd, althans, dat hij de sa botage in scène heeft gezet. Een onder houd met den heer Abrahamse gaf hem en spr. aanleiding op 21 September een spoedeischende vergadering van het hoofdbestuur te beleggen, waarop de secretaris, ondanks een aangeteekend dringende uitnoodiging, afwezig was, doch in een verontschuldigend schrijven zeide, dat hij stellig in een volgende vergadering aanwezig zou zijn, om dan te komen tot de volledige afwikkeling der administratie. Als bij ingeving rees snel de gedachte aan een malversatie op monetair gebied. Impulsief vormde zich bij den heer Abrahamse de gedachte om zich en corps te begeven naar Krabbendijke om daar te beproeven den vogel, gelijk men dat uitdrukt, op zijn nest te verrassen. En thousiast ging het bestuur er heen, maar terneergeslagen keerde bet terug, want hij was gevlogen. De verdaagde vergadering werd op 28 September voortgezet en ook toen had de secretaris beloofd te komen met zijn boeken en bescheiden, maar hij kwam Ingezonden Mededeeling. „Ba! bal ba!" viel de admiraal hem in de rede, „wat doet je eensklaps de grootheid dezer wereld verachten?" „Het heeft den Heer behaagd," ant woordde Serge met een ernstige, schoon eenigszins bevende stem, „mij den rijkdom zijner liefde te openbaren, -die kostbaarder is dan alle aardsche eer. Het is nu mijn eenige begeerte mijn leven te wijden aan bet verkondigen van Zijn genade." Er volgde stilte, een stilte, gelijk aan die, welke een groote uitbarsting voor afgaat. De admiraal was sprakeloos van verbazing. „Is het zoo?" riep hij eindelijk met een stem, waaruit evenzeer wanhoop als toorn sprak. „Ik had het moeten verwach ten. Ze hebben mijn zoon bedorven, zoo als vroeger mijn. vrouw!" Hij stond op en liep een oogenblik heen en weer door de kamer, met gebogen hoofd en gebalde vuisten; vervolgens voor Serge stilstaande, zeide bij: „'Je zult dadelijk aan generaal N. schrijven, ofje zult geen nacht meer onder dit dak vertoeven." Deze woorden waren met een doffe stem uitgesproken, waarin zich verkropte woede liet hooren. „Vader, ik smeek n!" riep Serge. „Schrijf nog vanavond," herhaalde de admiraal, ofen hijl wees naar de deur. weer niet. Dr Orbaan had bij informatie bij een jurist vernomen, dat het bestuur met het bezoek aan Krabbendijke cor rect had gehandeld. Men begreep nu, dat er in de admini stratie een onregelmatigheid school, al kende men door het ontbreken van elk gegeven de juiste toedracht niet. Op ad vies van Mr Adriaanse werd tot den secretaris een schrijven gericht, een ul timatum om hem een laatste kans te bieden de geheimzinnige zaak tot klaar heid en het zakelijk beleid tot afwikke ling te brengen. De meening werd ge opperd, dat een speciale vriend hem nog eens op het verkeerde van zijn hande ling zou kunnen wijzen, en daarom richt te spr. een privé en confidentiëel schrij ven tot hem, dat hem echter niet meer bereikt heeft, doch dat in handen is ge komen van de familie. Voor den inhoud heeft de schoonzoon spr. nog zijn erken telijkheid betuigd. Een minnelijke schikking leek de meest gewenschte oplossing, omdat een gerech telijke inmenging wel den persoon van den secretaris zou kunnen treffen, maar geen waarborg gaf, dat men op de gel den de hand zou kunnen leggen. En juist in dit onderdeel dezer zaak lag voor het bestuur het zwaartepunt. De ontknooping van de zaak had een vlugger verloop dan men zich bad voorge steld, doch bet resultaat was verbijste rend, toen do tijding werd vernomen, dat de secretaris op den dag, waarop bet be stuur hem in conferentie te Middelburg verwachtte, de wijk bad genomen naar bet buitenland. Na vele omzwervingen heeft bij zich tenslotte aan de wrekende hand der aardsche gerechtigheid onttrokken. Onwillekeurig gaat bet menschelijk gevoel met deernis uit naar zijn zwaar beproefde kinderen en hoog bejaarde ouders, op wier hoofd de schande neerkomt, -die de vader en zoon niet beeft durven dragen en op laakbare wijze van zich beeft ge worpen. Intusscben is met volle medewerking van -den schoonzoon door beschikbaarstel ling van de gevonden bescheiden een beeld kunnen geschapen worden, dat vrijwel de werkelijkheid nabij komt. Komende tot de schuldvraag zeide spr., dat het geheele beleid van den penning meester werd gevoerd in een sfeer van vertrouwen. Bij wien is ooit de gedachte opgekomen aan een monetaire onrecht matigheid in het beleid van iemand als de secretaris penningmeester? Er was geen zweem van wantrouwen, totdat men opeens op bet aller onverwachts en als met lamheid geslagen voor het naakte feit kwam te staan. Het is wel weer gebleken dat men moet leven volgens de spreuk: „Wees vertrouwd en vertrouwt niemand". Spr. vertrouwde op een rustige en be zadigde wijze van behandeling der kwes tie, die een zeer donkere schaduw op de vereeniging werpt. Spr. vroeg machtiging om dit jaar geen bestuursleden periodiek te doen aftreden, maar daarmee te wachten tot het volgende voorjaar. Vanwege de rechtbank is een juridisch bewindvoerder aangesteld o-m te kunnen vaststellen welk aandeel tot het deficit aan de vereeniging kan ten deel vallen. D'hr F r e 1 i e r uit Krabbendijke ont kende, dat alleen den secretaris-penning^- meester schuld treft. Als men zegt, dat ook reeds voor 1933 de zaak niet in orde was, dan ligt dit toch ook aan hen, die dit niet zagen. Spr. betreurde het, dat er reeds zoo spoedig na het verdwijnen in een courantenbericht over fraude werd geschreven. Toen leefde de secretaris nog, al weet spreker niet of hij bet nog gelezen beeft. De laatste jaren was hij zichzelf niet meer. -Dbr I t t m a n n uit Brouwershaven zeide, dat men niet voldoende heeft nage gaan of -het geld overeenkomstig het re glement rentegevend werd 'belegd. D© se cretaris was de hoofdschuldige, maar ook de algemeene vergadering en bet hoofd bestuur gaan niet vrij uit. De voorzitter zeide, dat het be richt in de pers niet van het hoofdbestuur uitging. Dhr F r e 1 i e r zeide, dat de secretaris een zwaar kruis te dragen heeft gehad. Zoo zag hij zijn school, van een met zes leerkrachten in 20 jaar tot een éénmans- school terug lo-open. Dit mag niet alles vergoelijken, maar ieder te Krabbendijke „Ik kan niet schrijven," zeide Serge -op een toon, die van een onwankelbaar be sluit getuigde. De generaal schoot woedend met opge heven hand op zijn zoon toe. Er had een vreeselijke worsteling in Serge's ziel plaats. Ditmaal kreeg de vijand de overhand. Het was te veel voor zijn hoogmoed. Met een gloeiend gelaat en bewogen stem riep bijl: „Gij vergeet, dat ik geen kind meer ben. Ik ben meerderjarig en bijgevolg meester van mijn handelingen." „Het is dus niet genoeg, dat ik bij mijn onderhoorigen wederspannigheid ontmoet, mijn zoon zelfs verzet zich tegen zijn vader. Ga uit mijn oogen!" Serge ging inderdaad de kamer uit, maar zooals Petrus naar buiten was ge gaan, nadat hij zijn Meester verloochend had. Hij ging naar buiten en weende. In den gang ontmoette hij Tatiana, die aan de deur geluisterd had en bevende naar hem toekwam; maar hij zond haar met een wenk weg, en liep naar zijn eigen kamer, waar hij zich opsloot. Dezelfde jonge man met het driftig karakter, die zooeven zijn vader in het aangezicht weerstaan had, wierp zich op de knieën en schreide als een kind. Hij was inderdaad diep gevallen. Al had hij niet zooals Petrus zijn Meester verloo chend, al had hij zich niet geschaamd zijn geloof te belijden, hij had toch den naam, dien hij droeg, bezoedeld door drif tig te worden en zijn vader niet met den verschuldigden eerbied te behandelen; hij had zich een onwaardig discipel ge toond van een Meester, die zachtmoedig wa§ en nederig van hart. De tranen van Serge waren toen als die van Petrus, tranen van berouw. Na dat hij zich vernederd had voor zijn hemelschen Vader, stond hij op, om zich te vernederen voor den aardschen vader, dien hij beleedigd had. Deze was niet meer in de eetzaal. Serge klopte aan de deur van zijn kamer, en geen antwoord krijgend, ging hij naar binnen. Zijn vader zat met den rug naar de deur gekeerd. Hij schreef een brief. „Vader", zeide Serge op verlegen toon „ik ben oneerbiedig jegens u geweest. Ik vraag er u vergeving voor." De grijsaard keerde zich om, en wierp hem een blik toe, waarin verbazing en ongeloovigheid vereenigd waren. Nog nooit had zijn zoon hem vergeving ge vraagd. „Je bekent dat je ongelijk gehad hebt", zeide hij op minachtenden toon. „Indien jij wilt, dat ik aan je berouw gelooven zal, schrijf dan aan generaal N.; hier is papier." „Ik bekend, dat ik ongelijk, ja groot ongelijk gehad heb, om tegen u te spre ken, zooals ik gedaan heb. Ik heb er oprecht berouw over, maar ik kan niet op mijn besluit terugkomen... ik kan niet aan generaal N. schrijven." „In dat geval weet ik niet wat ik van je berouw denken moet. Een mooie gods dienst, die je leert ongehoorzaam te zijn jegens je vader! Pak je goed... je zult morgen naar Gorochino vertrekken." Serge boog het hoofd en verliet de kamer. Het ware nutteloos hiertegen iets in te brengen. Het besluit van zijn vader stond vast. Zijn eigen verkeerdheid had hem zelfs het recht ontnomen zijn mede lijden in te roepen. Den volgenden morgen stond hij vroeg op, kleedde zich, en schelde om Fedor, Inplaats van deze verscheen Tatiana op den drempel der deur. „Laat mijn koffer hier brengen", zeide hij kortaf. „Maar", zeide Tatiana met een be zorgd gelaat, „wat beteekent dit alles? Zijne Excellentie is gisterenavond erg boos geweest; men heeft u verdriet aan gedaan. Daarom wilt gij vertrekken." „Mijn vader zendt mij naar Gorochino", antwoordde Serge; „ik kan u niet uit leggen waarom. Ik moet met den snel trein van vier uur vertrekken." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1935 | | pagina 5