Land- en Tuinbouw Het Vrouwenhoekje Voor de jeugd. EERST Sterk slinken en ver Buite De oorlog i xxvn. MAANDAG 21 OC' Dad. Bestuur der Z. L M. (Slot) Urgentieprogramma tuinbouw. Behou dens enkele kleine opmerkingen heeft het Dagel. Bestuur, gehoord het advies van de Tuinbouwcommissie zich vereenigd met het urgentieprogramma voor den tuin bouw, dat door het Landbouw-Gomité is opgesteld. Urgentieprogramma Landbouw. Uitvoe rig werd van gedachten gewisseld over 't ontwerp-urgentie-programma 1935, zoo als dit is vastgesteld in een vergadering van de Dagel. Besturen der drie Centrale Landbouworganisaties en de F. N. Z. Besloten werd het Landbouw-Comitó te verzoeken met kracht aan te dringen op handhaving van de verhoogde monopolie heffingen, daar deze de basis vormen voor een loonend akkerbouwbedrijf. Pachtvraagstuk. Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal werd een adres ge zonden waarin de bezwaren der Z.L.M. tegen het aanhangig gemaakt ontwerp- Pachtwet werden uiteengezet. Verzocht werd het onderhavig ontwerp pachtregeling in te trekken of desnoods het te verwerpen met verzoek aan de re geering zoo spoedig mogelijk een nieuw ontwerp in te dienen dat rekening houdt met de bezwaren en wenschen in het ver zoekschrift geuit, dan wel door amendee ring op het huidige ontwerp dit grondig te veranderen in den vereischten zin. Export consumptieaardappelen. De af- deeling B[oek heeft verzocht te willen be vorderen dat de vastgestelde minimum- maat van 50 mM voor export van con sumptie-aardappelen naar België komt te vervallen, daar deze maatregel funest is voor den export. Uit ingewonnen advies is gebleken dat deze maatregel die door de Nederlandsche Akkerbouwoentrale in overleg met de Bel gische instanties is genomen, vooralsnog niet zal kunnen worden gemist, daar de belangen der pootgoedtelers door ophef fing van dezen maatregel ten zeerste zou den worden geschaad. Grondbelasting. Kennis werd genomen van een schrijven dat de drie Gentr. Land bouworganisaties hebben gezonden aan den Minister van Financiën waarin wordt verzocht om de werking en toepassing der Grondbelasting, welke onbillijk wordt ge acht, in studie te nemen en ten spoedigste te komen met voorstellen tot afschaffing of althans ten minste tot herziening en vermindering van deze belasting. Hoofdbestuurs- en algemeene vergade- ring. Besloten werd de e.v. Hoofdbe stuursvergadering te houden op Maandag 18 November 1935 en de algemeene ver gadering op Dinsdag 3 Dec. 1935 beide te Goes. Verlichting boerenwagens. Het Dagel. Bestuur was van meening dat de nieuwe voorschriften der Motor- en Rijiwielwet, waarbij is bepaald dat voertuigen, waar onder ook boerenwagens vallen, moeten zijn voorzien van een drietal lantaarns van V2 uur na zonsondergang tot A uur voor zonsopgang, groote practische be zwaren meebrengen voor het landbouw bedrijf, inzonderheid ten tijlde van het bietenvervoer. Besloten werd het Landbouw-Comité te verzoeken pogingen aan te wenden om wijziging van dit voorschrift te verkrijgen in dien zin dat deze bepaling eerst van kracht wordt gedurende het tijdvak van 1 uur na zonsondergang tot 1 uur voor zonsopgang. Beperking melksteun. Algemeen was men van oordeel dat het niet meer dan billijk kon worden geacht dat degenen die gedupeerd zijn door het uitstel tot in voering van de beperking melksteun op een of andere wijze worden schadeloos ge steld, 't zij1 door een financieele tegemoet koming, 't ziji door een vergrooting der toewijzing van kalveren of extra-steun melkkoeien. Een schrijven werd tot het Landbouw-Comitó gericht met verzoek een zoodanige regeling bij de betreffende instantie te willen bevorderen. Toewijzing mestvarkens aan de pro vincie Zeeland. Het Dagel. Bestuur ver nam met voldoening dat de drie G.L.O. be sloten om er bij de Ned. Veehouderiji-Cen- trale op aan te dringen de toewijzing van mestvarkens aan de provincie Zeeland te verhoogen en dat zij zich kunnen vereeni gen met het voorstel o.a. van de Z.L.M. lom bijl de toewijlzing van mestvarkens eerst de huisslachtingen en de kleine be drijven veilig te stellen en op de over blijvende varkens eventueel een aftrek toe te passen. Het werd onmogelijk geacht de aan Zeeland toegewezen varkens van 37.810 stuks te verdeelen over de varkenshou ders van onze provincie. Het aantal var kens dat Zeeland is toegewezen dient aan zienlijk te worden verhoogd. Toewijzing kalveren 1936. Ten aanzien van de kalvertoewijzing 1936 werd het ge- wenscht geoordeeld om geen onderscheid te maken tusschen een toewijzing van vaars- en van ongeregistreerde stierkalve ren. Een afzonderlijke toewijzing van vaars- en stierkalveren brengt groote practische bezwaren met zich. Voor lang niet alle bedrijven is het b.v. mogelijk ossen te weiden, terwijl zijl bij' het houden van vaarskalveren de mogelijkheid heb ben deze vet te weiden 'of als kalfvaars te verkoopen naar België. In verband met de mededeeling van den Minister van Landbouw en Visscherij dat de melk- steunbeperking in elk geval begint werd een afzonderlijke toewijzing van vaars- en stierkalveren ook niet noodig geoordeeld. Verplichte castratie van stier kalveren. In geval bij de kalvertoewijzing 1936 toch onderscheid! zou worden gemaakt tus schen vaarskalveren en 'ongeregistreerde stierkalveren was het Dagel. Bestuur van de Z.L.M. van oordeel, dat een verplichte castratie van ongeregistreerde stierkalve ren voor de Zeeuwsche toestanden niet kan worden aanvaard. Lid Commissie van Toezicht R. L. W. S. Besloten werd als lid der commissie van Toezicht op de Rijks Landbouw Winter- school te Goes in de vacature van wijlen den heer W. P. Verplanke ter benoeming voor te dragen de heeren: 1. Joh. Ie Clercq te Retranchement, 2. Iz. Luteijn-Leen- houts te Zuidzande. Tewerkstelling landarbeiders. Bespro ken werd de regeling welke is getroffen voor de tewerkstelling van landarbeiders met loontoeslag in de bedrijven. Alhoewel van deze regeling betrekkelijk weinig gebruik is gemaakt, werd besla ten nadere informaties in te winnen, ten einde voor het volgend jaar een betere regeling te verkrijgen en er op aan te dringen dat deze vroeger dan dit jaar be kend zal worden gemaakt, opdat men tij dig gereed kan zijn. Wandversiering. Bijl het inrichten van een vertrek is het juiste hangen van schilderijen, teeke- ningen enz. een probleem op zichzelf. Grootere schilderijen worden liefst zoo gehangen dat men, ervoor staande met de oogen ongeveer 1020 cM boven den onderkant van de lijlst is. Bij1 kleinere schilderijen is het 't beste de hoogte van het oog in het midden te nemen. Het boven elkaar hangen van de schil derijlen is zooveel mogelijk te vermijden. Kan het niet anders, dan het grootste schilderij1 beneden plaatsen. Voldoende ruimte om ieder doek blijft echter altijd aan te bevelen. Heeft een schilderij: een sterk uitgesproken lichtval zooals dikwijls bij1 stillevens het geval is, dan kieze men er een plaats voor, waar het licht juist zoo binnenvalt. Een vrij' groot doek van breed formaat hangt gewoonlijk het beste boven een dressoir, een divan, een lage kast, die dan als 't ware de ondersteuning vormt. Een rustige muurbekleeding of kleur is meestal de prettigste achtergrond voor de schilderijen. Teekeningen en grafisch werk (etsen, litho's, houtsneden) worden liefst niet tusschen de schilderijen gehangen. Trou wens het zwart-wit werk doet 't meestal het beste in hall, vestibule of serre. Voor portret- en andere foto's is een intiem hoekje de aangewezen plaats. Om gerechten van kippenvleesch smake lijker en voordeeliger te maken. Het is zonderling, dat in ons land, waar viermaal zooveel kippen als menschen le ven, en elk jaar alleen aan oude hennen circa 8 millioen stuks voor de slacht wor den opgeruimd, 't eten van kippenvleesch toch zóó weinig populair is, dat het aller grootste deel daarvan voor consumptie naar het buitenland wordt uitgevoerd. De reden ervan? Men schijnt in het al gemeen hier te lande van een kip niet die lekkere hapjes te kunnen maken, waar van b.v. de Fransche keuken de knepen kent. Toch zijn, door iedere huisvrouw met eenvoudige middelen verschillende sma kelijke gerechten van deze dieren te ma ken, die hetzij ze iets meer of minder vet zijn, als braad- of als soepkip ver kocht worden. Thans is het de tijd dat deze hennen, die met leggen opgehouden zijn, voor de slacht worden verkocht en het groote aan bod maakt ze goedkoop daarom is het nu ook tijd om kippen te gaan eten. Nu is het de vraag, hoe maken we deze kip smakelijk klaar. Oude, taaie kippen zijn minder geschikt om gebraden te worden en we koken er dus soep van, die heel smakelijk kan zijln, wanneer niet door de grootte van het ge zin „de spoeling te dun" gemaakt moet worden. In dit geval, en ook als men voor 2 of meer dagen kippensoep wil hebben, kan men met behulp van een paar Mag- gi's Bouillonblokjes op voordeelige wijze den slappen smaak van de soep verle vendigen. Met hetzelfde hulpmiddel wordt het gekookte kippenvleesch, dat altijd eenigs- zins flauw is, wat smaak bijgebracht. Het is dan ook niet aan te bevelen om dit betrekkelijk smakelooze vleesch, waar van de geur in de soep is achtergebleven, zonder meer te eten. Het eiwit, de belang rijkste voedingsstof, is er vrijwel geheel in achtergebleven en het loont dus zeker de moeite, om er met een klein beetje werk iets smakelijks van te maken. De recepten, die hier volgen, hebben dan ook alle betrekking op kippenvleesch, waarvan vooraf soep1 gekookt is. zaohtjes gaar gedurende 8 Uren. Voeg, wanneer de kip 2 A uur gekookt heeft, de gewasschen en in stukjes gesneden prei, de selderij1 en de gewasschen rijst toe en ook de in het water opgeloste Maggi's Bouillonblokjes. Kook alles samen nog V» 'A uur. Neem de kip er dan uit, snijd eenige stukjes vleesch van het borstbeen en doe dit weer in de soep. Roer er ook de zeer fijngehakte peterselie door. Kippensoep. (1012 pers.) 1 oude kip, 4 L. water, 6 Maggi's bouillon blokjes, 2 preien, een bosje selderij en peterselie, 2 kopjes rijst, 1 groote eetlepel vol zout. Snijd de schoongemaakte kip in stuk ken en kook ze in het water met zout Gehakt van gekookte kip (68 pers.) (Aan te bevelen, waunee- de kip taai is.) 1 gaar gekookte soepkip, 2 sneden olud wittebrood, 2 Maggi's bouillon blokjes, 12 eieren, 1 kopje kokend wa, ter, peper, zout, noot, vet of boter om te bakken, een beetje paneermeel of bloem. Neem al het vleesch van de goed gaur- gekookte kip en draai dit door den vleeschmolen of hak het goed fijn. Las de Maggi's bouillonblokjes op in het ko kende water, week in deze bouillon het wittebrood en doe het dan biji het vleesch. Voeg de geklopte eieren toe, peper, zout en noot, en maak er met de hand een groote gehaktbal of kleine balletjes van. Wentel deze door paneermeel of bloem. Maak een stuk vet of boter goed warm in een braadslee of diepe pan en bak hierin de gehaktbal aan alle kanten bruin en gaar. Snijd hem daarna in plakken. Jus bij' bovenstaand ge hakt. Een stukje boter of vet een eet lepel vol bloem AL. kokend water, 2 Maggi's Bouillonblokjes. Doe in de braadslee of pan, waarin het gehakt gebraden is nog een stukje boter of vet en voeg de bloem toe. Laat deze, onder roeren lichtbruin worden. Los de Maggi's Bouillonblokjes op in een A L. kokend water en do© dezen bouillon, on der roeren bijl de gebrande bloem. Laat het sausje nog even doorkoken. Is de saus niet bruin genoeg geworden, voeg dan een A lepeltje koffiestroop toe. Gestoofde kip (6 pers.) 1 gaar- gekookte soepkip, Vs L. kokend water, 2 Maggi's bouillonblokjes, 40 gram boter of vet van de kip (vet dat op de soep drijft), 2 eetlepels bloem, wat zout en fijn gehakte peterselie. Snijld de gaargekookte kip in stukken, verwijder het karkas. Smelt de boter of het vet van de kip en roer er de bloem door. Los de Maggi's bouillonblokjes op in het kokende water en giet deze bouillon, roerende bijl de bloem. Laat het sausje even doorkoken. Stoof hierin de stukken kip nog plm. 10 minuten. Voeg, indien noodig nog een beetje zout toe en roer er de fijngehakte peterselie door. Beste Nichtjes en Neefjes! Eindelijk Zaterdag, en daar is de krantl Nu maar gauw lezen wie een prijsje ontvangt Breistertje, Groetje, Parker „Stugkop"; Ford „Hein Konijn"; Tom „Een echte vriend"; Boomklimmer „Legspel", Schrijf- stertje „Kaja"; Juffertje „Legspel"; Blondjes „Een levende brief"; Moeders kleinste „Inktlap"; Snatertje „Inktlap"; Zwartje „Inktlap"; Smid „Een moeilijk jaar"; Nelleke „Zoo'n fijne dag"; Mei bloem „D'at was 't echte"; Blondine „Toen de ster verscheen"; Blauwoogje „D'e vijf de"; Moeders Oudste „Inktlap"; Gras klokje Boerenbontj es en Kralenhandwerk. De oplossingen van de prijsraadsels zijn: 31 Augustus 1: Wij vierden allen blij van zin, bet kroonfeest van de Konin gin. Onderd.: beginnen, St. Fillans, wed strijden, Vlissingen, haven, boot, water, koren, Iki, ijver; 2. Goed begin is 't halve werk. Onderd.: dahlia, vlinder, breien, orgel, westen, gans, dik. 14 September. 1: Te Gèneve zijn dus do besprekingen over oorlog of vrede aan gevangen. Onderd.: Negus, keizer, Italië, Suez, soldaten Oost-Afrika, Genève, vrede, oorlog, bloed, gevangenen, spion, vijand. 2. Dinsdag is het prinsjesdag. Onderd.: Dinsdag, hars, jager, gist, spin, haas, Drente. 28 September. 1: Beter altijd rapen aan eigen disch, dan elders vleesch of visch. Onderd.: signaal, schare, herberg, vijver, belendend, lading, respect, schol, traditie, straf. 2. Storm en regenvlagen, deden de zomer verjagen. Onderd.: mos-, redders, vlag, trommel, regenjas, zegel, grendel, verdorren, gonzen. 12 October. 1: Een doode vlieg doet do zelf des apothekers stinken. Onderd.: delf stof, venster, zeil, noodsein, meel, kei, kapot, kadet. 2. October wijnmaand. Onderd.: Coba, wijn, motor, wand, bord, ben. Goes. „Rozeknopje". D'e verlichting was prachtig en het weerkaatste zoo mooi in het donkere water. Weet je wat ik ook zoo leuk vond, een watervalletje met een schoen er in. „Schrijfstertje". Jij bent de eerste die er over schrijft, dus was het verhaal nog nieuw. Ja, zoo'n middag valt er heel wat te lachen, maar ik ben er niet geweest. „Nelleke". Het was nog een ge lukje dat je het prijsraadsel niet kwijt was. Hoe is het Moeder, al weer wat op geknapt? „Blondine". Doe maar flink je best, je hebt er zelf plezier van en voor Moeder is het ook gemakkelijk. Baarland. „Maurits". 'tWas: wel wat erg dat ik jou brief niet gezien heb, en dan nog wel de eenigsta heer bij al die dames. De tentoonstelling was prachtig hé. Ik heb er ook van genoten. N.- en St. J 0 0 e 1 a n d. „Moeders Jongste". Bij jullie maken ze nu weer eens iets anders dan op andere scholen. Wordt het voor een echte baby? Je was nu heel wat vlugger klaar. Borsselen. „Mappie". De raadsels heb je goed opgelost en nu maar niet meer het briefje vergeten. Fijn dat je weer een vriendinnetje hebt. Het zou wel gezel lig zijn als ze ook nichtje werd. „Zus". Dlat was dus weer een echte feestdag, nog hartelijk gefeliciteerd. Maken jullie die gezellige handwerkjes op school? Zijn de kousen netjes geworden? „Smid". Het verhaal is nog niet zoo gauw uit, dus dat is zeker naar je zin. En jij bent ook al weer aan 't zagen. Ik moest zoo lachen om „het katje". Oudeland e. „Herfstaster". Vind jij het nog niet koud, nu dan ben ik het niet heelemaal met je eens. Heb je de nieuwe pullover ai aan gehad? Nee je had het nog niet verteld. „Blondkopje". Een heele verandering bij jullie, bevalt het goed? Fijn hé, om jarig te zijn. Veel geluk ge- wenscht. „Spring in 'tVeld". Hoe bevalt de verandering op school, is het naar je zin. Een hoed uit Goes, die zal wel mooi zijn. St. Laurens. „Meibloem". Nog har telijk gefeliciteerd met je verjaardag. Wat hadden ze weer een mooie cadeaux uitge zocht Als je het raadsel klaar hebt, stuur het dan maar, ik kan het wel gebruiken. „Kernoffel". Ja, nu de avonden zoo lang zijn komt er veel meer van handwerken. Wat St. Nicolaas betreft ik zal er eens over denken. Heb je al gauw weer een inleiding? „Ford". Dat zou een buiten kansje zijn als je mee mocht naar B. Hebben jullie nog herfstvacantie? Bergen op Zoom. „Corn, de Witt". E.en echte verrassing, die kuikentjes. Er was voor jou weer heel wat te beleven. Kent het paard je al? Jammer dat jullie niet alle raadsels instuurden. „J. P. Coen". De gymnastiekles duurt wel wat erg kort, een kwartier is niet veel. Ik lees je verhalen over school toch wel graag. De groeten van mij aan L. Arnemuiden. „Dikkertje". Bpt briefje had ik Dinsdagmorgen dus prach tig op tijd. Jullie hoeft niet zoo heel veel te leeren, maar zoo'n Zondag valt lang niet altijd mee. „Snatertje." Je hebt nu dus langer school dan in het begin. Zoo'n kinder jukje is wel een prettig werkje. Mogen jullie er een patroontje op borduren? „Bobby." En nu waren er nog wel die het raadsel voor de grooteren het gemak kelijkst vonden. De brief was nog op tijd. Wonen die neefjes ook in A.? Krabbend ijl ke. „Heliotrope". Wat kan jij mooi teekenen. Ik vind het erg leuk dat jiji er mij1 een stuurde. Nee, het is nu nog niet koud genoeg, om zoo dicht bij de kachel te zitten. Biggekerke. „Moeders Oudste." Wil je vader van miji ook nog feliciteeren. Ge zellig dat jullie langs G. haar huis naar school moeten; nu zal ze je wel niet ver geten. Is broertje al wat gegroeid? „Ma deliefje." Het briefje was keurig, je zult het best leeren hoor. Nu zusje al zoover is, zal ze wel gauw los loopen. „Ooms knechtje." Jammer dat de konijnen maar zoo weinig opbrachten; misschien dat het met Kerst beter gaat. Ik zal niets verklap pen. „Blauwoogje." De anderen vragen ook al of het verhaal nog lang duurt; nu ik kan je gerust stellen, voorloopig is het nog niet uit. Heb je moeder flink gehol pen? „Sneeuwwitje." Wat een mooie plan ten zijn dat; 't is fijn als ze ook gaan bloeien hé. 't Is wel gemakkelijk om alles op de kaart na te kunnen kijken. Wemeldinge. „Blondjes". Wel ge makkelijk dat jullie de raadsels in dat boekje schrijven; dan raken ze niet zoo gauw weg. Heb je het verhaal ook uitge knipt? Ik ben benieuwd of de muts nu goed geworden is. „Zwartje". Met go'ed weer is zoo'n tochtje op het water wel mooi. Ben jij' ook wel eens met die boot mee geweest? Dat raadsel was wel klein, maar ze vonden het toch niet allemaal gemakkelijk. N i s s e. „Fietsertje." Wat een brief vol verrassingen was dat. Het is een heel mooi kiekje en ik ben er erg blij mee. Gaat je zus nog niet meedoen? Je hebt er een heel werk aan gehad om dat ge dicht over te schrijven. Wie heeft het ge maakt? K a p e 11 e. „Grasklokje." Ik denk niet dat er iets veranderen zou, als M. er zelf naar toe ging. Ja, hij! heeft wel heel veel te verantwoorden. Alle menschen zullen er ook wel niet mee juichen. Veere. „Margriet." Ja, dat is voor ieder kind een verrassing als zijn naam in de krant staat voor een prijsje. Wel gezellig hé, zoo eens een paar dagen uit. Dat foutje heb ik maar 'Over het hoofd gezien. „Moeders Kleinste." Het is maar goed dat je dat mooie post niet iedere week gebruikt, dan zou het wel erg gauw op zijn. Weet je wat je nu eens doen moest? In 't vervolg ook de oplossingen van de groote raadsels inzenden. Het zal best meevallen. „Voetballer." Eén heele rust zal het zijn, als al het buitenwerk klaar is. Als alle jongens er over den ken als jij', ziet de toekomst er voor ons land niet slecht uit. „Roosje". Ja, ver leden week Zondag was het een heerlijke dag; toen konden we weer eens van het zonnetje genieten. Hebben jullie ook herfstvacantie? Gap in ge. „Sneeuwklokje." Nu de lange avonden er zijln, wordt er weer heel wat gehandwerkt. Moet je thuis ook voor school werken. Wat voor teekeningen maak je? Seroo'skerke. „Parker". Het zou wel fijn zijn als je nu nog examen mocht doen; in ieder geval was je dan een jaar eerder. Het spreekwoord begrijp ik nu wel. Jullie hebt nu flinke wintervoorraad. „Tom". Jij zult je 's avonds wel niet ver velen nu je zooveel te knutselen hebt, Moet dat eerste een verrassing woTden? dan zal ik het niet verklappen. Hartelijk dank voor het raadsel. „Zonnebloem." Nu weet ik al wat meer van 'je. Wat fijn dat je zelf een tuintje hebt; zijn er 's zomers veel bloemen in? Is het hondje van alle maal, en hoe heet het? „Dikkie". Het ge beurt maar een enkele keer dat iemand een raadsel instuurt. Het hindert niets hoor, als je dat niet kunt. Was het Maandag een prettige dag? Souburg. „Boomklimmer." Dat over komt mijl ook wel eens als ik een brief moet schrijven. Je was wel laat, maar nog niet te laat. Déze week geef ik een raadsel voor al lemaal. De gevraagde woorden onder elkaar plaatsen (het cijfer er achter beteekent uit hoeveel letters het woord moet be staan). De eerste letters vormen een bekende plaats uit de Vad Geschiedenis. Een plaats in Friesland (10), een jon gensnaam (5), blauwe vloeistof (4), een hoofdstad van een provincie (10), weer do vloeistof (4), niet klein (5), plaats in Drente (5), niet vierkant (4), een vracht (6), een soort noot (5), een getal (3). Ingezonden door „Tom". DE TWEELING VAN HET BOSCHHUIS Als Dik er nu maar was; het kon eigen- genlijlk best van niet; stel je voor dat tante niet was gaan rusten; hè, daar had den ze heelemaal nog niet aan gedacht. Moeder zat aan het tuintafeltje te naaien, Jannie had een handwerkje; Iki speelde met haar pop en zelf had ze een boek, waar ze maar niet verder mee kwam. „Wat zou Dik nu doen?" Hè, Han voelde haar gezicht heet wor den toen moeder dat vroeg; zou ze het weten? Ssst, kwamen ze daar aan? Han hoorde fietsen, maar nee, het waren andere menschen. EVen later weer en meteen herkende ze Hen's stem; moeder had het ook gehoord. Een beetje verwonderd keek ze op. „Daar heb je de jongens al weer terug; het is toch nog vroeg, ze zullen.Ver der kwam ze niet, haar naaiwerk gleed op den grond en voor ze goied wist wat er gebeurde, was Dik aan komen rennen, sloeg z'n armen om haar hals en zoende haar zoo stijf, dat ze haast geen adem kon halen. „Maar Dik, waar kom je opeens van daan? Tante heeft je toch niet wegge stuurd, en wisten jullie er van, Hen?" Nu kwam het heele verhaal, dat Dik het zoo saai had gevonden en naar huis verlangde. „Wat zal tante vreeselijk ongerust zijn, nu je zoo maar weggeloopen bent; je had het toch eerst wel kunnen vragen." Tot groot vermaak van de anderen ver telde Dik dat hiji een brief op tafel had ge legd. „Hoe kwam je op- dat idee?" vroeg moe der verbaasd. „O, in de krant stond een verhaal van een juffrouw die weggeloopen was en die had het ook gedaan." Moeder had moeite om ernstig te blie ven, maar ze wou niet lachen, omdat ze wel een beetje boos was op Dik, die tegen over oom en tante toch wel erg raar had gedaan. Toen vader even later thuis kwam, was hij, er niets over te spreken. Hij! zou dadelijk schrijVen en Dik moest er ook een briefje Dij doen. Dat vond Dik niet zo'o heel erg, want bij was veel te blijl dat hij weer thuis was. „Als het niet zooveel geld kostte", dreigde vader met een lachend gezicht, „zouden we je zoo weer terug sturen." Voor het eerst in z'n leven was Dik blij' dat ze niet veel geld hadden. Hen bedacht dat het toch wel erg ake lig voor Dik was, nu hij gedacht had heer lijk uit te gaan, terwijl hijl het zoo saai had gehad. Stel je voor, op reis! Ze hadden hier ook wel veel plezier en 't was hier erg mooi; toch zou hij' 't wat prettig vinden in de vacantie echt op reis te gaan; maar dan niet bijl tante Leida, of ze moesten met z'n tweeën zijn. Weet je wat, Dik moest vanavond maar met Boudewijn gaan fietsen; hij was nog niet zoo vaak op z'n nieuwe fiets geweest, en hij kon dan onderwijl zelf even naar Oom Kees gaan. Moeder was wel een beetje geschrokken toen ze hoorde wat er gebeurd was. Oom had z'n enkel verstuikt, een jongen had hem aangereden en nu mocht hij heele maal niet loopen. Het was gelukkig niet zoo heel erg aan gekomen, maar oom was al oud en dan beterde het niet zoo vlug meer. Hen vond Oom op een gemakkelijke stoel in de voorkamer; hij was wat blij hem te zien; Oom hield wel van een praatje en Ben had heel wat te vertellen. 'tViel Hen wel een beetje mee, want O'om zag er zoo gewoon uit. „Wanneer is het gebeurd met uw been; is het al lang?" „Laat eens kijken; het was geloof ik in den avond dat je moe thuis kwam; er kwam een jongen voorbij' op de fiets, juist toen ik den weg overstak: hij' reed erg hard, maar maakte wel gauw dat hij' weg kwam. Dat was niet erg netjes. Maar ge lukkig kwam even later de dokter voorbij, die heeft me overeind geholpen en me naar binnen gebracht." (Wordt vervolgd.) Uitg.: N.V. Uitgeven Emergn" ter exploitati Bureaux Lange Tcicfooi Postchèquo cn Bijkantoor Middelb J. J. FANOY, Lani Directeur-Hoofdrec Dit nummer best SPREKEND Er zijn er, die ot van de uitvoering v« de S.D.A.P. in uitzii nununer van j.l. Zat timistisch denken. Het geld is er wel Als men 't maar hat Voor hen, die zoo kan het goed zijn k< de volgende cijfers: „Volgens de statist vermogen te R o 111 ver inkomen, dat in 1914 geleidelijk ste in 1921/22, daarna w millioen in 1926/27, te stijgen tot 394.8 m 1934/35 gedaald tot In vier jaren tijds achteruit geloopen rr den of mot bijna komen in het 30.28 daalde. Het aantal aanges duizend, in 1930/31 draagt over 1934/35 De inkomens bove maal gevoelig achtei Bij de groep van is in vier jaren tijd 70 verminderd. Het totaal aantal 159.996 bedragende, daald tot 108.858. Het te Rotterdam dat sedert 1925/26 we vertoonde, is na achtereenvolgens 61, lioen gulden, zcv?dat is teruggevallen met I is gedaald tot 667 m Vergeleken met gen te Rotterdam millioen of met rui: in het geheele met 25.94 Dit zijn sprekend wel tot eenige voo stemmen. 31 ge 11 Weinig ni< Van het oorlogs; nieuws. Uit Asmara meldt marsch der Italiane: zonder strijd zal verl< sa aanzienlijke strijd geving verzamelt. Df kalm aan, geleidelijl en ravijnen rond Adi Kleine Abessynsch met het den Italiaa die zich nog langzaai Makallé voortbeweg Naar verluidt zoude: door gisteren weer leden hebben. D'e toestand aan kalm. De Ethiopiërs heb pur te versterken Italiaansche opmarsc houden. Versterkingen zijn Onder de Abessyni rar moet scheurbui uit Berbera zijn me gezonden. D'e correspondent in de Suez Kanaal behalve dat de Ita ondervinden met de der de Italiaansche elephantiasis is uitg wordt gekenmerkt d' in de beenen, maar nezen worden. Ook len van longontsteki doeningen, hoewel h ria is, die vooral ov Naar Reuter uit P neraal de Bono ee: vaardigd, waarin maakt aan de slave: lianen bezette gebied heid worden gesteld. t ADD'IS ABEBA, perley schrijft in di dat de Italianen ind: in 'het tegenwoordig waarschijnlijk minst zullen hebben om ken, daar hun van droge maanden ter I

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1935 | | pagina 6