fTI
H
EE
LnYSENDYK
MVA l
KARAY
tNEN
DE ZEEUW
Uit de Provincie
goed eri
leel f[jn
joeclkoop
TWEEDE BLAD
Staten-Generaal.
Johanna Coninghame.
j Goes. De commissie uit de in
gezetenen over de grenswijzi-
g i n g. Gisteravond vergaderde in de
Raadzaal ten Stadhuize, onder voorzitter
schap van den burgemeester de commis
sie uit de ingezetenen, ter beoordeeling
van het plan tot grenswijziging. Aan
wezig 12 leden. Afwezig de heer W. G.
Koning.
men dal doze menschen meerendoels
groote gezinnen hebben, dan ie nader be
toog hier overbodig. De visscher wil echter
zelfstandig blijven en is met een verdien
ste van f 10 per week tevreden. Zijn er
middelen om deze menschen te helpen?
Volgens insiders zeer zeker. Als de voor
naamste noemt men opheffing der tolmu
ren, alsmede het niet meer rangschikken
van garnalen onder schelpdieren, waar
door uitvoer naar Frankrijk mogelijk zou
zijn.
De vraag in Frankrijk naar garnalen
overtreft verre hot aanbod. Daar zijn de
prijzen zeer hoog en wordt zelfs tot f 2.40
per k.g. betaald. De bespreking met de
Fransche regeering zou hier dus uitkomst
kunnen brengen.
Wat doet intusschen het buitenland?
Wanneer, om een voorbeeld te noemen in
Frankrijk of Duitschland en ook andere
landen een schip door de scheepvaartin
spectie wordt afgekeurd, wordt dit schip
gesloopt en krijgt de schipper een nieuw
schip, met subsidie van de regeering. Het
buitenland, dat wel met zijn vloot is bij
gebleven, tracht de markt te veroveren
ten koste van onze visschers. Zoo vaart
Frankrijk met moderne vaartuigen, be
mand met Belgische en zoo mogelijk Ne-
derlandsche schippers aan boord om het
bedrijf te leeren. Grijpt onze regeering
niet in, bijvoorbeeld door het geven van
bedrijfssteun, dan zal de tijd niet ver meer
zijn, dat voor onze garnalen geen afzet
meer is te vinden.
Ook een flinke propaganda in de groote
steden van ons land voor dit zeer voed
zame en gezonde zeebanket, zou resultaten
kunnen opleveren.
De veerdiensten op de Zuid-Holiandsehe
en Zeeuwsche eilanden.
De N.V. Reederij Van der Schuyt te
Rotterdam heeft aan de Provinciale Sta
ten van Zuid-Holland, Noord-Brabant en
Zeeland een adres gericht inzake de ver-
keersvoorziening in het gebied der Zuid-
Bjo-llandsche en Zeeuwsche Eilanden.
Daaraan is het volgende ontleend:
Nadat met instemming der betrokken
provinciale en gemeentelijke overheidsin
stanties de inrichting van den nieuwen
veerdienst FlakkeeBrabant aan onze
maatschappij was toevertrouwd, werd de
exploitatie medio Mei j.l. aangevangen. De
betreffende autoriteiten hebben geconsta
teerd: a. dat een uitstekende veerverbin-
ding tot stand gebracht werd; b. dat onze
maatschappij zich voor de inrichting be
langrijke kapitaalsuitgaven heeft getroost;
c. dat aan onze maatschappij1 geen subsi
die wordt verstrekt; d. dat meer vervoers
capaciteit en meer afvaarten per dag ge
boden worden dan door onze opdrachtge
vers verlangd werden.
Verschillende autoriteiten hebben adr.
gevraagd, of ook bij! de andere oude veer
diensten een betere exploitatie mogelijk
zou zijn, zonder financieele bijdragen van
het rijk, de provinciën of de gemeenten.
Dit is inderdaad mogelijk.
Voor het Rijk, en voor de provincies Z.-
Holland, N.-Brabant en Zeeland kan het
van belang zijn te weten, dat de exploita
tie van het geheele complex van veerdien
sten Numansdorp—Willemstad, Anna Ja-
oobaZijpe, Hellevoetsluis-Middelharnis,
OoltgensplaatDintelsas en bloc kan
worden uitbesteed met besparing van de
subsidies, mits de betrokken explodtatie-
maatschappiji vrijheid verkrijge lagere
veertarieven te berekenen en mits den
exploitant vergund worde meer vervoers
capaciteit en meer afvaarten te bieden,
dan tot dusver geschiedt.
Voor de betrokken streek zal daarvan
het effect zijn dat de veerdienst-exploita-
tiepolitiek dan niet langer, zooals de com-
missie-v. Boeijen ten aanzien van Goeree-
Overflakkee schrijft: „de normale ontwik
keling van het autoverkeer belet". Inte
gendeel: van en naar Schouwen-Duive-
land en Goeree-Overflakkee en op de
eilanden zelf, zal het autoverkeer zich dau
ontwikkelen, zonder twijfel ten voordeele
van de economische positie van dit ge
west; zonder twijfel echter tevens ten na-
deele van het stoomtrambedrijf der R.T.M.
Op welke wijze die stoomtramdiensten
door autobus en vrachtautodiensten ver-
Iv.gezor.don Mededoeling..
K. #fc
V
vangen kunnen worden, werd voor Goe
ree-Overflakkee nader uitgewerkt in bot
rapport van de commissie-v. Boeijen. Door
moderniseering van haar bedrijf in deze
richting zou de R.T.M. ook in de toekomst
op de eilanden nog een belangrijke rol
kunnen blijven vervullen. Wanneer even
wel de R.T.M. zelve daartoe niet geneigd
of in staat mocht blijken, dan zal men ook
dat gedeelte der verkeersverzorging aan
andere ondernemingen moeten opdragen.
Algemeene vergadering Zeeuwsche
I Polder- en Waterschapsbond.
Op Zaterdag 27 Juli hoopt de Z.P.W.B.
zijn algemeene vergadering te houden. Dit
jaar is hiervoor Sluis uitgekozen. Na af
loop hiervan begeeft men zich met een
extra tram naar Knocke om daar in het
Palace Hotel een gemeenschappelijk noen
maal te houden. Hierna gaat men per
extra tram naar Breskens. Onderweg
1 wordt 50 minuten gestopt bij het Café
„Mère Siska", opdat de deelnemers van
de beroemde wafels en cramiek kunnen
genieten.
De voorzitter opent de vergade
ring. Het secretariaat wordt met goed
vinden der vergadering opgedragen aan
den gemeente-secretaris, den heer Van
Ballegoijen de Jong.
De voorzitter stelt nu het plan tot
grenswijziging aan de orde.
Dhr W. L. B. J. Dekker (A.-R.) ziet
in het voorstel iets zeer antipatielcs. Hier
wordt n.l. door G. S. aangetast de auto
nomie eener gemeente. De Raad van
Goes is daartegen altijd in 't krijt getre
den. Dan moeten wij ons nu daaraan ook
niet mede schuldig maken. Men wil een
derde gemeente, die met Goes en Kloetinge
niets te maken heeft, het loodje laten
leggen. Het Prov. bestuur doet hier een
stap in de verkeerde richting, een rich-
I ting, die tot zeer eigenaardige consekwen-
ties leidt.
Dhr Karhof (R.-K.) vraagt, als zich
bij de inlaag aan het Sas een kolonie
ontwikkelt, of dat geen financiëele ge
volgen kan hebben voor de gemeente
(politie, brandweer, reiniging, onderwijs,
enz.)
Dhr de Kruijter (C.-H.) zegt, dat
Goes wel zeer bescheiden is geweest. Het
wordt van het plan weinig beter. Is hot
niet mogelijk, dat Ged. Staten een groo-
tere strook grond om do inlaag (het toe
komstig zwembassin) aan Goes toestaan?
Spr. acht dit wenscheiijk.
De tegenstelling tuschen Goes on liet
platteland, die Ged. Staten zien, erkent
spr. niet. Daarbij merkt spr. op, dat vele
ingezetenen van Kloetinge in Goes hun
brood verdienen.
Verder vraagt spr.: Hoe gaat het met
de brug te Wilhelminadorp? (verlich
ting, bediening, onderhoud). Thans is dat
voor rekening van den Wilhelminapol-
der, naar spr. meent.
De voorzitter antwoordt, dat de
vraag over de aantasting van de autono
mie van een naburige gemeente allereerst
Ged. Staten en den Minister raakt. Het
algemeen belang praevaleert nog altijd
VAN
VRIJDAG 19 JULI 1935, Nr 244.
TWEEDE KAMER.
Steun zeescheepvaart en verlaging
loodsgelden.
De Kamer heeft gisteren de wetsont
werpen inzake steun aan de zeescheep
vaart en verlaging van de loodsgelden z.
!h. st. goedgekeurd.
Het bezuinigingsontwerp.
Daarna werd de 'behandeling van het
wetsontwerp verlaging openbare uitgaven
voortgezet.
Nadat eerst de heer Sneevliet
(Rev. Soc.) enkele critische opmerkingen
had gemaakt, was het woord aan den
heer Schouten (A.R.).
Spr. verklaarde het niet eens te zijn
met de leden, die volgens het voorloopig
verslag meenden, dat 's Rijks inkomsten
moeten worden verhoogd.
De financieele toestand is van dien
aard, dat wij er mef de aanneming van
dit wetsontwerp niet zijn. Verdere maat
regelen zullen met spoed noodig zijn, wamt
het niet-slüiten van het budget brengt
oeconomische, financieele, sociale en an
dere gevaren met zich.
Spr. kan de critiek op het financieele
regeeringsbeleid niet deelen. Hef is niet
eenzijdig en houdt rekening met de draag
kracht -der bevolking. De 'heer Alharda
kan de koopkrachttheorie niet tegen de
regeerin-g uitspelen, want het is- de regee
ring er juisit om te doen, een kleiner deel
van de koopkracht des volks voor de
openbare uitgaven o-p te eischen en dus
een grooter deel der koopkracht te reser
veeren voor het algemeene oeconomische
leven.
De handelspolitiek der regeering
heeft ten doe-1, zooveel -mogelijk van onze
volkshuisvesting in stand te houden. Dat
ze wel eens teleurstelt, is een gevolg van
wereldtoestanden. Spr. heeft in de critiek
geen aanwijzingen voor verbetering van
den export aangetroffen. 'De bui'ten-
landsche dienst van den oeconomischen
voorlichtingsdienst 'behoeft intusschen we'l
eenige verbetering.
Aan concrete gegevens voor werkver
ruiming zal spr. gaarne medewerking
verleenen. Vergelijkingen met andere
landen vallen niet in ons nadeel ui't. Waar
mogelijk meer gebeurt, is dat met een
wissel op -de toekomst, met een methode,
-die wij plegén te noemen wisselruiterij.
'Ook voor de uitvoering van belangrijke
o:penbare werken zal spr. gaarne mede
werking verleenen. De regeering 'heeft
'zich echter ook het oeconomisch nut van
zulke werken voor oogen te stellen, en
er moet ook rekening worden gehouden
met de leeningscapaciteit.
Een andere vraag is of er met ver
korting van den arbeidsduur
veel is te verwerven voor 'het tegengaan
van werkloosheid. In 't algemeen heeft
de vermindering van arbeidstijd geen ge
lijken tred gehouden met verbetering van
techniek en vermeerdering van productie.
Daar werken ook andere factoren. Het
geldt hier een internationaal probleem.
De mogelijkheden om in Nederland de
werkgelegenheid in dit opzicht te vergroo-
ten, schijnen spr. vooralsnog niet groot.
Uitbreiding der industrie is
een levensbelang voor ons volk, en wel
licht de eenige mogelijkheid, thans, voor
ons gelukkig nog -groeiend volk. Waf de
regeering met inachtneming van juiste
beginselen en op oeconomische basis
kan doen voor bevordering van industria
lisatie, mo-et ze -doen. We-lke voorstelling
echter hebben velen, -die daarover spre
ken, hiervan? Wat moet er niet geschie
den om tienduizend arbeiders werk te ver
schaffen. Gemakkelijke leuzen dienaan
gaande zijn in 'strijd met de werkelijk
heid. Wat verstaat men onder actieve
constructieve welvaartspolitiek?
FEUILLETON.
(Vrij naar het Engelsch.)
61) -o-
Nog een ander paar oogen volgden het
paar, Oswald Prendergast, door het
struikgewas voor de scherpe oogen van
de oude oude dames verborgen, staarde
naar Johanna met ernstigen blik.
„Ik wilde, dat je me een arm gaf", zei
Claude. „Ik geloof, dat je je eigenlijk
wel bezeerd hebt, maar dat je het niet
wilt zeggen."
„Ik heb me geen echte pijn gedaan",
gaf ze op zachten, vriendelijken toon ten
antwoord. „Die val was toch werkelijk
niet de moeite waard. Gertrude zou er
om gelachen hebben."
„Je maakte een tamelijk harden smak,
dat kan ik je wel zeggen. Ik heb nog
nooit zoo'n'wonderlijk trapje gezien om
over een hek te komen die afschuwe
lijke steenen liggen meèr in den weg,
dan dat je er nut van hebt. Maar Jo
hanna, het spijt me, dat ik je ontstemd
heb en nog meer spijt het me, dat onze
verwantschap je zoo onaangenaam is."
De jonge man spr£.k op een toon van
beleedigde trots en voegde er bitter aan
toe: „Het is hard, dat de zonden van
Do rogeering kan negatief veel doen, door
afwending van zwaardere lasten: positief
door vertrouwen te wekken in -de Neder-
landsche volkshuishouding. Men beroe-pt
zich dikwijls op anderelanden, Amerika,
Scandinavië, Engeland, (België. Maar naar
verhouding heeft Amerika veel meer
werkloosheid dan wij; en gaat men de
loonen na, dan blijkt, hoe gunstig de toch
ernstige toestand in Nederland nog is.
Het vraagstuk -der vaste lasten is
een netelig vraagstuk. Een deel er van is
een gevolg van door -de overheid genomen
maatregelen of overheidslasten. Alleen
door aanpassing is hier wat te bereiken.
Wat deflatie te beteekenen heeft in
verbinding mef politiek, is spr. niet goed
duidelijk. Regeering en volk hebben te
accepteeren, wat helaas onafwendbaar is;
er is geen -keuze. Hetzelfde -geldt voor zgn.
consequente -deflatie-politiek.
Tegen aantasting van hoofd
sommen heeft spr. overwegend be
zwaar; er vloeit meer schade dan voor
deel uit voort en het beoogde -doel wordt
niet bereikt. Die aantasting zou op één
dag moeten -gebeuren tegen een bepaald
percentage. De -grondwet verbiedt dit voor
rijks-gelden. Voor--de provincie -dan? En
op het terrein der particuliere schulden,
zoo verschillend, vraagt -spr., voor welke
feiten -komt men dan te staan?
Spr. betoogt mef -voorbeelden, -dat
schuldverlaging in het eene -geval betee-
kent winst, in het andere verlies, onder
dezelfde oeconomische omstandigheden.
De tegenstelling tusschen consequente
deflatie en devaluatie aanvaardt
spr. niet. Gewoonlijik wil men -het een èn
het ander.
Dë heer Aalberse had juister gedaan
door te zeggen -dalt bij een deel zijner
fractie het dilemna nog aanwezig is, en
dat -een ander -deel devaluatie wenscht.
De heer Steenberghe staat in de r.k. pers
niet alleen; hij- 'heeft vele medestanders.
Men -gaat er van uit dat devaluatie helpt,
maar men moet dat bewijzen. In Amerika
heeft ze niet geholpen; in Engeland is
verhoudingsgewijs de werkloosheid niet
minder dan hier; het beroep o-p Tsjecho-
slowakije is evenmin juist.
S-pr. zal niet medewerken tot uitstel be
treffende dit wetsontwerp 'tot over andere
wetsontwerpen zal zijn beslist.
-Spr. boopt dat de heer De Geer deva
luatie afwijst. Een redevoering als die
van den heer Aalberse -doet de verwarring
toenemen. Temeer klemt 'dit, om-dat ons
land zeer -kwetsbaar is en we hier leven
op een hoo-ger niveau dan in de meeste
landen. Regeering en vertegenwoordiging
moeten ons volk sterken voor den strijd;
nieuwe hoop en energie zijn noodig.
Het best en het edelst -gaat 'die strijd,
waar Gods leiding erkend wo-rdt, maar
gepaard met aanpakken en daden. In
nog donkerder tijden 'heeft ons volk aan
die leiding de kracht -ontleend tot
'heroïsche daden.
We moeten in geloof aan God met de re
geering worstelen om herstel; spr. en do
zijnen zijn bereid, de regeering te steunen,
met behoud van politieke -zelfstandigheid
en reöht tot critiek op ondergeschikte
punten.
In de 'groote lijnen -zullen spr. en de
zijnen -de regeerin-g blijven steunen, zoo
lang ze getrouw blijft aan haar eigen
richtlijnen.
De heer De Visser (Comm.) heeft
niets 'dan critiek en dient een motie in
om -de regeering te verzoeken, maatrege
len te treffen voor een heffing in eens.
De motie wordt niet voldoende onder
steund en komt dus niet in 'behandeling.
'De heer Bier erna (lib.) 'betoogt, dat
zeer terecht gewezen is op -het internatio
naal karakter -der crisis, terwijl juist Ne
derland in de eerste plaats is aangewezen
op het internationaal -verkeer.
De pogingen om industrialisatie te be
vorderen, moeten worden toegejuicht. Spr.
heeft echter bij' -de regeering nog -geen
nieuwe richting ten deze waargenomen,
wat ook blijkt uit -de resultaten van het
Werkfonds. Men doet -goed, -zijn verwach
tingen niet te hoog te spannen.
We -moeten welbewust een keuze -doen
tusschen devaluatie en -deflatie. Spr. kan
de regeerin-g vol-gen, -doch -de aanpassing
moet op hortenen termijn tot s-tan-d wor
den gebracht. Het -gemis aan rentabiliteit
van het bedrijfsleven doodt alle energie-.
Niet dat de regeerin-g met ge-kruiste
de vaderen op die manier op de kinderen
verhaald worden."
„Dat is het niet, je weet heel goed,
dat het daarom niet is; maar dokter
Prendergast is zoo goed voor me geweest,
dat ik wel moet doen, wat hij van me
verlangt." Morgen komt hij hier", voegde
ze er aan toe.
„O, gelukkig, daar ben ik blij om. Ik
zou hem wel eens willen spreken. Hij zal
me natuurlijk wel afsnauwen; maar dat
kan ik verdragen als ik wil."
Claude scheen dien avond als door
een kwaden geest bezeten. Hij was trot-
scher dan hij zelf wel wist; en als zoo-
velen van ons vermoedde hij niet, hoe
sterk de vijand wel was, dien hij te be
strijden had.
Was het mogelijk, vroeg hij zichzelf
af, dat Johanna meende, dat hij haar
uit materiëele overweging trouwen wilde,
terwilie van Ashton Court, ter wille vali
de daarbij behoorende duizenden, die, zoo
als zijn vader gezegd had, de Beauclercs
zoo goed te pas zouden komen om het
hoofd weer boven water te brengen? En
terwijl hij wandelde naast de slanke ten
gere meisjesfiguur, voelde hij zich on
tevreden over zichzelf en over Johanna.
Hoe ver was hij de plank misl
In haar eenvoudig trouw hartje was
geen plaats voor zulke gedachten. Het
was, zooals ze zei; ze voelde zich gebon
den evenzeer, neen meer nog dan Dr
armen over elkaar zit en al niet voel
heeft bereikt. Maar dat is niet voldoende.
M.eit grooter kracht moet de aanpassing
ter 'hand worden -genomen. Dan zullen
spr. -en zijn -geestverwanten dit wetsont
werp aanvaarden. Met het -door den heer
Aalberse bedoelde uitstel kunnen zij' zich
niet vereenigen.
Verder voerden nog het woord 'de beu
ren Van Houten (C.D.U.), van den
Tempel (-Soc. Dem.), die een motie
indiende om van verdere salarisverlaging
af te zien, Thijssen (Soc. D-em.) en
Arts (R.K. volksp.).
Van-daag komen de Ministers Colijn en
Oud aan het woord.
DE NOOD DER GARNALENVISSCHERS
In 12 uur per man 1(75 verdiend
A.N.P. Het gaat met -o-nze garnalenvis-
schers niet naar wenscli. Deze eertijds
bloeiende tak van bedrijf verkeert de laat
ste jaren in zulke moeilijke omstandig
heden, dat ingrijpen meer dan noodzake
lijk is ge-bleken.
De-ze visschers zijn een apart volkje.
Men kan het beschouwen als een groote
familie, een volk dat met zeer weinig ge
noegen neemt. Zij zijn nooit veeleischend
geweest: een schamel stukje brood was en
is vo-or hen voldoende. De laatste jaren
kan echter ook dat schamel stukje brood
niet meer worden verdiend, zoo groot is
de bittere armoede, die onder deze men
schen geleden wordt. Als gevolg daarvan
is men in Januari van dit jaar overge
gaan tot organisatie. De aandacht van de
regeering is -c-p den bedrijfstak gevestigd,
met het gevolg, dat er voor -de garnalen
een minimumprijs "is vastgesteld van 15
ct. per K.G. Dit besluit is 1 Juli j.l. in
werking getreden. Het gevolg daarvan
was, dat reeds de eerste dagen ho-nderden
kilogrammen garnalen vernietigd mo-esten
worden, omdat -deze minimumprijs niet
werd gehaald. Een kleine verbetering is
o-ntstaan door de openstelling van de Bel
gische grens-, doch o-ok daarmede zijn de
visschers n-o-g niet voldoende geholpen,
aangezien de vangsten niet groot genoeg
zil-n.
Wij zijn ter overtuiging dezer dagen
mee ter vischvangst gegaan. Des nachts
verlieten wij de haven van Ylissingen met
de Vii 34 en vischten kort daarna o-nder
de kust van Westkapelle. De terugkeer
geschiedde 's middags te 12 uur.
In deze 12 uren bedroeg de vangst 4-0
K.G. garnalen en wat visch. Daarvoor
werd ontvangen 40 maal 15 ct. is f 6 plus
f 7 vo-or de visch, of in totaal f 13. Daar
van gaat af circa f 6 voor olie, kolen enz.,
zo-odat er o-verbleef, circa f7. Deze f7
moesten in vieren worden verdeeld, zo-odat
per man f 1.75) was verdiend. Daarbij
kwam dat deze vangst niet een van de
minste was. Integendeel. Er.zijn verschil
lende visschers die niet meer dan 45
gulden per week verdienen. Daar komt bij,
dat het schip mo-et onderhouden worden,
netten mo-eten wo-rden vernieuwd enz. Het
risico van het verloren gaan van netten
is zeer gro-ot. Zo-o had o-nze schipper pas
4 weken geleden zijn netten verspeeld, wat
hem f 250 ko-stte. Het is natuurlijk onmo
gelijk voor deze menschen een dergelijke
uitgave te do-en, zoodat nieuwe netten op
cre-diet m-o-eten worden gekocht. De schip
per heeft in het algemeen momenteel een
schuld van 4 tot 5000 gulden, waarvan
hij' minstens 5 pet. rente moet betalen.
Acht schepen van de vloot te Vlissingen,
welke 21 schepen telt, zijn niet meer vol
doende zeewaardig. Feitelijk zijn deze
scheepjes gedoemd om gesloopt te worden,
doch door de moeilijke omstandigheden
m-c-gen zij nog varen, mits zij- binnen de
riviergrens blijven. Vabzelfsprekend is het
risico van deze visschers zeer groot en is
de kans op ongelukken lang niet denkbeel
dig.
De toestand waarin deze menschen ver-
keeren is dan ook meer dan droevig.
Wo-rden deze menschen dan niet ge
steund? zal men vragen. Zeer zeker wordt
hier gesteund. Hierbij- is de gemeente
Vlissingen, vergeleken bijvoorbeeld met
Arnemui-den en Breskens, niet de minste.
Als per week f 6 is verdiend, krijgt de
visscher van Maatschappelijk Hulpbetoon
voor de waarde van f 4 steun in bonnen
v-o-or levensmiddelen. Ho-oger dan dit be
drag kan men echter niet gaan. Bedenkt
Prendergast eigen kinderen om aan zijn
wenschen gevolg te geven; en de ge
dachte hem verdriet te kunnen doen,
woog als een zware last.
Johanna liet zich dien avond niet meer
zien. Gertrude vond haar te bed liggen
met een bleek gezichtje. Ze vertelde op
Gertrudes ongeruste vragen, dat ze van
een muur was gevallen en dat ze erg moe
was. De slag had haar ook een beetje
duizelig gemaakt. Gertrude was maar half
tevreden met -dat antwoord en vermoed
de, dat er wel iets meer achter stak; maar
ze bracht haar een kopje thee, dekte haar
toe met een doek en betoonde haar d-e
kleine attenties-, die zonder woorden
uiting geven aan sympathie. Toen ze de
kamer wilde verlaten, riep Johanna haar
terug.
„Ga eens een o-ogenblik zitten, Gertrude,
ik heb je iets te vertellen."
Gertrudes hart klopte met versnelde
slagen en plots- herinnerde ze zich weer,
'hoe Charlio met zijn kruk naar die twee
menschenkin-deren had gewezen, die als
zwarte silhouetten afstaken tegen den hel
deren hemel.
f,Je zag me met Claude Coninghame
loo-pen vanmiddag.. Ik kon er niets aan
-doen; hij vroeg me met hem mee te gaan
en zei, dat hij zich niet kon begrijpen,
waarom ik niet tegen hem wilde spreken.
Toen vertelde hij me van al zijn zorgen,
van -den droeven toestand, waarin zijn va
der verkeert, zijn thuis, zoo droef en een
zaam. Hij vertelde het me, omdat ik, als
zijn eenige familielid in de wereld, naar
hij meende, wel wat sympathie kon be-
toonen."
„Dat vind ik ook", zei Gertrude wat
kort.
,,Nu, morgen komt je vader hier, dan
zal ik 'het hem vertellen en hem om raad
vragen. Zie je, niet zoo eens of tweemaal,
maar verscheidene keeren, als je vader
met me sprak, heeft hij me verteld van
mijn grootmoeders testament en de be
sliste wenschen, die het inhield en ik vind,
dat Glau-de die wel een beetje meer mocht
respecteeren."
„Kom, Johanna, dat is nu werkelijk
onredelijk; ik vind, dat je wel eens wat
al te principieel bent; ik bedoel, jë staart
je zoo blind op plicht en recht, dat je
vervelend en saai wordt. Het is jou
schuld toch niet, dat de Fenella hier
binnen gevallen is. Ik zou het veel ge
woner opnemen, als ik jou was; het is
verkeerd je zoo opzichtig op een afstand
te houden, omdat..."
„Nu, Trade ga voort."
„Het zou wel eens den indruk kunnen
wekken, dat je bang bent voor je neef."
„Bang!"
„Johanna, je bent toch wel het on
schuldigste wezentje, dat ik ooit gezien
heb. Zie je dan niet in, dat hij wel eens
zou kunnen denken, dat jij meent, dat
hij' met je wil trouwen om Ashton Court
en je geld?"
„Met me trouwen!" riep Johanna uit;
dan vervolgde ze op zachten, droeven
toon: „O, ik begrijp, wat je bedoelt."
Johanna wendde het hoofd af, maar
Gertrude boog zich over haar heen, kuste
haar en zei vroolijk:
„Het zal best in orde komen, hoor. Kom
Johanna, kop hups, zooals ik je altijd
voorhield in den tijd, dat plagen mijn
liefste werk was. Je schijnt net ais Witje-
Witje gevallen te zijn, al is je nekje ge
lukkig heel gebleven, en mijnheer Boe
kenwurm is er boos om en meent, dat
alle timmerlui in den vorm van dokters,
uit de buurt, een, twee, drie opgetrom
meld moeten worden om je weer te
maken. Maar nu in ernst, heb je je ern
stig bezeerd?"
„Neen, ik voel me alleen maar een
beetje door elkaar geschud en wat blau-
wo-plek-achtig. Het was dwaas van me
te vallen, terwijl jij en ik al zoo vaak
over dat ding zijn geklauterd je weet
wel, die soort borstwering tusschen de
heuvels."
„O ja. Arme tante Helen heeft er eens
op gezeten, dat ze voor nog achteruit
durfde en door de vereende krachten van
Cissy en mij weer naar beneden gehol
pen moest worden."
(Wordt vervolgd.)