OE ZEEDW TWEEDE BLAD Johanna Coninghame. Uit de Provincie eeds 't nieuw- ettafels, Kap- sau's, Werk- IIËLSE, o. h. ioordstraat te prijs ƒ75 BRS. VAN Orgel- en ïge Noord- elburg. I die lid wil- Chr. Zangver. dir. dhr A. verwacht op ag 7 Juni, in fkade 1, Goes. DM. EN BE- OBSE, Zoute- n zitting den elke maand, afé „De Een- tad strekt: pek 35 cent Spek 55 ek 45 50 Middelburg. 25 ct., Krui- p. K.G. Aller- n mooi nieuw o. Schuimpjes IKKE, Lange- )urg. 20 ct. p. M. 6 ct. Steelpan Vaschemmers, 15 M. voor 10 ijzen. L. 'VAN dstr., M'burg. ÏTE PIANO prijs 150, BRS. VAN Orgelhan- raat L 187, SVROLET SE- d loopend en •eservebanden, DEN BOER, erke. ING VAN !N. EIiNETTEN, M2. Etje Rijwielen, Ictr. lantaarn, I van de hand VTSEN, Span- over de „Vijf ie ruime, van kiene BOVEN- tl No. 169 A. ampsinsstraat, beneden. Ie koop: iRHOUDEN Id. FONTEINE, I Krabbendijke. In mooi Amer, ld", 3®/b spel, ien, voor spot- p, Orgelmaker, eren straat 21, IEN, iber, October. |OD, Buttinge. 1EKHOND, reet ongeveer bij D. Joziasse, pddelburg. mil: ILEURPAARD ISCHAPEN. ïbeele, nr 42. S. TE KOOP, een in zeer &ASSEY HAR- 5, Biggekerke. |ed als nieuwe Prijs ƒ35.—. 7erk. Quakke- en. lin Cultivator, loomkoker 180 zonder ringen. |j, Heinkens- Iraak bij elke |ings van 26 chotjes, zware enz. enz. Jsingel Q 314, zoekt betrek- lanufacturen. [ïappen. Brie- B., Bureau BODE |che Weg D 5, VAN DINSDAG 4 JUNI 1935, Nr 206. VERLAGING VAN DE LOODSGELDEN. Aanpassing aan de devaluatie van den franc. Thans is ingediend het wetsontwerp tot wijziging der wet van 16 Mei 1934 tot nadere wijziging van de wet, houdende bepalingen op den loodsdienst voor zee schepen. De toelichting zegt o.m.: De onlangs plaats gehad hebbende de valuatie van den Belgischen franc heeft voor het verkeer over de Nederlandsche havens, met name van dat over Rotter dam, welke haven reeds vroeger een zwa- ren concurrentiestrijd met Antwerpen had te voeren, zeer ernstige gevolgen. De lage loodstarieven, welke ten gevol ge van de depreciatie van den Belgischen franc voor de Belgische havens gelden, dragen er medj toe bij:, de positie der concurreerende Nederlandsche havens te verslechteren. Bedroegen de Belgische loodsgelden, in guldens uitgedrukt, tot voor korten tijd rond 1/7 van het voor-oorlogsche tarief, thans zijn zij door de nieuwe devaluatie tot ongeveer 1/10 gedaald. Hier te lande is het oude tarief der loodsgelden gehand haafd tot het bij de wet van 16 Mei 193-1 met 20 pet. is verlaagd. Reeds toen is erop gewezen, dat de daarin voorgestelde ver mindering van 20 pet. niet ver genoeg ging in zoover ze geen voldoende tegen wicht vormde tegen de verlaging van de Belgische tarieven. Hoewel de regeering zulks erkende, meende zij destijds om fi- nancieele redenen niet verder te kunnen gaan. Aangezien de ingevoerde tariefsver laging door de Belgische muntverzwak king inmiddels geheel is geneutraliseerd, heeft de regeering gemeend, zich ten aan zien van deze voor de Nederlandsche ha vens zoo gewichtige aangelegenheid op nieuw te moeten beraden. Onder de tegenwoordige verhoudingen is het bedrag der loodsgelden ongetwij feld van niet te onderschatten invloed op de keuze van de havens. Ten einde nu de uit dien hoofde op de Nederlandsche havens drukkende heffing meer in overeenstemming te brengen met dezelfde lasten elders, acht de regeering het noodzakelijk, dat de Nederlandsche loodstarieven op belangrijk lager peil worden gebracht. Zij is van meening, dat onder de gegeven omstandigheden de mate der vermindering zich moet richten naar die van de devaluatie van den Bel gischen franc sinds den oorlog. De regeering meent, dat het wensche- lijlk is, aan de Kroon de bevoegdheid te laten tot wijziging van het percentage der verlaging, vermits zij: het niet uitgesloten acht, dat, ten gevolge van de wisselende omstandigheden wijzigingen in het voor genomen tarief noodig kunnen worden. In verband met de bepalingen van het met België op 12 Mei 1863 gesloten trac- taat tot afkoop van den Scheldetol, dat de loodsgelden op de Schelde niet hooger mogen zijn dan die, welke geheven wor den op de mondingen van de Maas, zal de thans bestaande reduotie op het loods geld voor schepen, varende onder het loodsbrevet, en bij z.g. 2en call dienen te vervallen. Hiertegen bestaat te minder bezwaar, nu door het sterk verlaagde ta rief de genoten wordende reductie al zeer gering zou zijn. Art. 1 van het wetsontwerp luidt: "Wij behouden ons de bevoegdheid voor, de loodsgelden, zooals deze zijn vastge steld in de tarieven litt. B,, C., D. en E., behoorende bijt de wet van 20 Aug. 1859 en in tarief litt. A., behoorende bij de wet van 6 April 1875, nader vast te stellen op een naar omstandigheden te bepalen verminderd percentage, met dien ver stande, dat dit percentage niet daalt bene den elf. FEUILLETON (Vrij naar het Engelsch.) 30) -^o— Opnieuw maakte de koetsier aanstal ten, zijn zitplaats te verlaten, doch Clau de was hem reeds voor en haalde de schel over met zulk een kracht, dat het geluid tot in de verre uithoeken van het eenzame, verlaten buis weerkaatst scheen te worden. Een oud en onaanzienlijk mannetje kwam haastig aansloffen om de deur te openen en zeide: „Wel meneer Coninghame, ik zei al, dat u het zijn moest, die zóó aan de bel trok. Ge wordt niet verwacht en" met een hoofdbeweging een deur rechts in de donkere, sombere vestibule aanduidend - ,,'t is vandaag niet zoo aangenaam als wel gewenscht mocht worden." „Zoo; nu. reken maar met den koetsier af, Matson." „Dat zou ik gaarne willen, maar ik zou het zelfs niet tot vijf shiling kunnen bren gen; geld is een zeldzaam artikel op Cul vers meneer." Claude haalde de schouders op, betast- Ml NISTER WISSELING IN HET KABINET. Indrukken in parlementaire kringen. Zooals van zelf spreekt, zegt het AI g. H d h 1., waren de meeningen in parle mentaire kringen omtrent de ontslag aanvrage van minister Steenberghe en de gevolgen daarvan voor den poütiekeu toestand in het algemeen, zeer verdeeld. Niettemin was men natuurlijk unaniem van oordeel, dat het kahinet-Golijn, dat thans op een uiterst belangrijk punt van het regeeringsheleid weer homogeen ge worden is, de handhaving van onzen gulden met hardnekkigheid zal voortzet ten. Bet blijkt thans wel zeker, dat de ontslag-aanvrage van minister Steen berghe reeds minstens een week tevoren is geschied. Maar men heeft met de open baarmaking zorgvuldig gewacht, tot de naam van degene, die als opvolger mag worden verwacht, tegelijkertijd kon wor den genoemd.. Van meer dan één zijde vernamen wij als meening', dat de nieuw te benoemen functionaris thans zal heb ben aan te toonen, wat zijn denkbeelden omtrent een ver doorgevoerde industriali satie in de practijk waard zijn. Verder onderstreept men het feit, dat juist nu de beslissing reeds eenigen tijd geleden gevallen is zonneklaar blijkt, dat de re geering ongeacht wisselende stroomingen, in Frankrijk en Zwitserland, aan do handhaving van onze muntpariteit heeft vastgehouden en verder wil vasthouden. Van verschillende zijden hoorden wij als overtuiging, dat minister Steenberghe door het nemen van zijn besluit als man van eer heeft gehandeld en het zijne tot de zuiverheid van onze politieke zeden heeft bijgedragen. Van één kant daarente gen hoorden wij de opinie verkondigen, dat men voor een zich blijven scharen achter de vaan van den minister-presi dent ondanks bet persoonlijke minis terieels meemngsverschil omtrent de de valuatie meer respect zou hebben ge had. Toch nam men daar aan, dat de minister zich bij het toetreden tot het Kabinet niet in die mate op het mone taire vraagstuk zou hebben vastgelegd, dat hij er thans niet op terug mocht komen. Van groot belang achtte men de vraag, of de ontslag-aanvrage met medeweten van de R.K. Staatspartij was geschied. Zeker is, dat in die partij na de indie ning van het bezuinigingsplan tegenge stelde meeningen omtrent devaluatie of handhaving onzer munteenheid zich heb ben geaccentueerd. Misschien is de ver onderstelling dan ook niet te bout, dal na het indienen van het eerste ontwerp betreffende de verlaging van de vaste lasten, waarop naar verluidt nog twee andere ontwerpen moeten volgen, het verschil van meening tusschen minisu ter Steenberghe en de andere leden van het kabinet zich scherper heeft geopen baard. Ook werd er den nadruk op ge legd, dat prof. Gelissen, die zich tevo ren niet altijd als overtuigd anti-deva- luïst getoond heeft, zich blijkbaar thans ook op het standpunt stelt, dat onze munteenheid gehandhaafd moet worden. In parlementaire kringen wacht men thans meer dan ooit met groote belang stelling op de memorie kan antwoord van de regeering op het bezuinigingsi- ontwerp. Naar verluidt, zal het voorloo- pig verslag van de Tweede Kamer op dit ontwerp op zijn hoogst tegen het einde van deze week tegemoet worden gezien. HET C. N. V. EN HET BEZUINIGINGS- ONTWERP. In het gebouw van C. S. B. te Utrecht werd Vrijdag 31 Mei een algemeene be stuursvergadering van het C. N. V. gehou den met introductie voor leden van de hoofdbesturen der bij het C. N. V. aan gesloten organisaties, ter bespreking van het bezuinigingsontwerp der Regeering. Na opening der vergadering door den voorzitter van het C. N. V., den heer Kruithof, hield een der secretarissen, de heer A. Stapelkamp, een referaat over genoemd ontwerp. Na breede bespreking werd een reso lutie aangenomen, waarin het C. N. V. overwegende, dat het brengen van evenwicht tusschen inkomsten en uit gaven van den Staat, volstrekt noodzake lijk is; en erkennende, dat, ter bereiking daarvan gelet op den toestand van 's Rijks te het klein-geld in mijn vestjeszak en wierp den ouden knecht een halve sou- verein toe, waarna hij zich omwendde en op de bewuste deur toeliep, die door een dik en zwaar pluche gordijn was af gesloten. Claude scheen den weg uitstekend te kennen; hij lichtte het gordijn een weinig op, opende de deur, en maakte aanstalte een tweede gordijn op zijde te schuiven, zoo mogelijk nog zwaarder en degelijker dan het eerste; doch het was toch niet dik genoeg, om een scherpe en ongedul dige stem te beletten, zijn oor te bereiken met de woorden: „Dóe die deur dicht! Wie is daar? Ge zult me nog in 't graf helpen met die tocht! O, ben jij het?" luidde de begroeting tot den jongen lord, toen deze verder in het vertrek kwam, dat door een staanlamp en een hoog vuur, dat het er veel te warm maakte, werd verlicht: „Ja vader; en hoe gaat het alles wel?" „Alles wel! En dat vraag je nog hiei, waar alles verkeerd gaat?" Doch Claude had zijn vader den rug toegedraaid op weg naar den armstoel, waar eens zijin moeder gezeten had en van waar ze hem zoo dikwijls verwelkomd had met haar welluidende stem de eenige opwekkende noot in zijn jonge leven, financiën beperking ook van de staats uitgaven noodzakelijk is: betreurt, dat niet gelijktijdig met het „Wetsontwerp tot verlaging van de open bare uitgaven" bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal is ingediend een wets ontwerp tot verlaging der vaste lasten en tot het tegengaan van cumulatie van salarissen en pensioenen, waardoor een beter inzicht kan worden verkregen in het complex van maatregelen, die de Regeering noodig acht om het budgetair evenwicht te bereiken; van meening, dat onder erkenning, dat eerstgenoemd wetsontwerp getuigenis af legt van den wenBch der Regeering om bij de noodzakelijke inkrimping van uit gaven zooveel mogelijk vitale volksbelan gen te ontzien, er toch tegen verschil lende hierin opgenomen voorstellen wel zeer ernstige bedenkingen bestaan; dat, ten aanzien van de voorgenomen verlaging van de salarissen van het per soneel in 's Rijks dienst, verwacht mag worden, dat de Regeering ernstig reke ning zal houden met de belangrijke offers door dit personeel in verschillenden vorm reeds eerder gebracht en den moeilijken toestand waarin de laagst bezoldigden verkeeren; dat vertrouwd wordt, dat bij het over wegen van een herziening der pensioenen, de Regeering een zelfde standpunt zal innemen en zal trachten met de Centrale Commissie voor georganiseerd overleg zoowel over de herziening der salarissen als die der pensioenen tot overeenstem ming te komen; dat echter ernstig bezwaar bestaat tegen het voornemen om een gedeelte van het Overheidspersoneel, dat thans onder de Pensioenwet 1922 valt, daaruit te verwij deren; dat de voorgestelde maatregel om bij het lager onderwijs het stelsel van kwee- keling met acte in te voeren onjuist is te achten en dat wanneer op geen andere wijze, b.v. door grootere besparing op het middelbaar-, voorbereidend hoo ger- en hooger onderwijs, de noodzake lijke bezuiniging kan worden verkregen de voorkeur gegeven moet worden aan eenige verlaging der aanvangssalarissen; dat het vertrouwt, dat het voorstel om de uitkeeringen krachtens de Ziekte- en Ongevallenwet te verminderen, zal wor den teruggenomen, resp. niet aanvaard, omdat de regeling dezer aangelegenheid in dit wetsontwerp niet thuis behoort en ook overigens de noodzaak van deze ver laging niet wordt erkend, aangezien de lasten, die de uitvoering der Ziekte- en Ongevallenwet met zich brengen voor zoover zij niet door de arbeiders zelf wor den gedragen onderdeel uitmaken van de loon- en arbeidsvoorwaarden en daarmede ook gerekend wordt bij de vaststelling daarvan; dat ook met leedwezen kennis is ge nomen van de voorstellen ten aanzien van de Invaliditeits- en Ouderdomswet, wijl deze voorstellen den grondslag waar op deze wetten rusten in ernstige mate aantasten en daarom reeds verwerpelijk zijn; dat het van meening blijft, dat de Rijks overheid haar wettelijke verplichtingen tegenover de Invaliditeits- en Ouderdoms wet heeft na te komen, zoo noodig met limiteering in de bijdragen voor de ad ministratiekosten der fondsen en verdee ling der annuïteiten over een langere periode en daarnaast verwacht, dat de Regeering het bedrijfsleven krachtig zal blijven steunen ook door verlaging der vaste lasten. Afdeeling Zeeland van de Vereeniging van Nederlandsche Gemeenten. Zooals wij gisteren meldden hield bovengenoemde afdeeling gisteren haar algemeene vergadering, onder voorzitter schap van den heer M. Fernhout, burge meester van Middelburg. De Commissaris der Koningin zond be richt alleen des middags aanwezig te kunnen zijn. Ter elfder ure was nog bericht inge komen van verhindering van den direc teur der vereen, van Ned. Gemeenten, den heer Jonker. Dit speet den voorzitter ten zeerste. Spr. ging na wat het ontwerp der be- zuinigingswet voor invloed zal hebben waarin het leed reeds zoo'n ruime plaats scheen te hebben ingenomen. Bij zette zich neer tegenover zijn vader, vouwde de handen achter het hoofd en staarde in het vuur. „Nu, zeg eens wat erg mededeelzaam ben je niet. Heb je haar gezien?" „Ja, ik ben naar Minsterholme geweest en heb haar gezien, een donker, leelijk schepseltje van vijftien jaar." „Hm! Dat zal met de jaren wel beter worden, Claude. Doch, hoe het ook zij, je zal haar moeten nemen voor hetgeen ze is met haar vijfduizend per jaar en het goed. Wat is het voot een buiten?" „Wel een klein beetje welvarender dan dit", antwoordde Claude sarcastisch. „Veel toosch, en een geriefelijk huis om te wonen." „Mooi! En heb je ook dien kwakzalver ontmoet, dien lammen dokter, met zijn nest kinderen, die hij wel dresseeren zal om jou uit je rechten te stooten?" „Malligheid! Ik heb geen rechten. Wat had ik te beteëkenen voor Lady Beau- clerc? En wat de dokter aangaat, ik mag hem wel; hij heeft een innemend gezicht en een paar oogen in zijn hoofd, die hij voor niemand neerslaat. Ik zeg dit geheel van het standpunt van onbelanghebbende, want mij keerde hij spoedig en onbewim peld genoeg den rug toe, en de uitnoodi- voor de gemeenten. Al bestaat er over de wijze van uitvoering van vele maat regelen nog groote onzekerheid, allen zullen het toch eens zijn in den hart- grondigen wensch, dat de wegen, die be treden worden, immers met de oprechte bedoeling, erger te voorkomen, ondor Gods zegen zullen mogen leiden tot be houd van de rechte functioneering van ons staatsbestel en van het daarmede zoo nauw samenhangend gemeentelijk bestel. Het jaarverslag werd goedgekeurd, evenals de rekening over 1934. Tot bestuurslid werd herkozen de heer Mr A. J. van der Hoeven, burgemeester van Tholen. De heer Mr Dr Mes deed nu mede- deelingen over het stichten van een destructor voor afgekeurd vleesch, en deed uitkomen, dat de kosten nog hooger zouden worden dan verleden jaar was geraamd. Daarbij komt, dat Ged. Staten vervoer van de auto's met het vleesch onderweg naar een destructor niet gratis wilden doen plaats hebben op de booten van den Prov. Stoombootdienst. Ook het inschakelen van een destruc- torinstallatio te Overschle zal op groote uitgaven komen. Toch blijft bij de wet bepaald, dat. in 1936 alom een destructie-inrichting zal zijn, en wat er verder zal gebeuren als men dan in Zeeland nog niet gereed is, kan spr. niet beantwoorden. De voorzitter ziet weinig kans op uitstel van invoering van een destructor, omdat overal elders reeds deze zaak ia geregeld. Op den duur zal de straf zijn een massa-ontslag der burgemeesters. (Hilariteit.) Rondvraag. De heer Van Dub- s e 1 d o r p, burgemeester van Goes, vroeg of de vereeniging het goed kan vinden, wat Goes gedaan heeft om te trachten den Keuringsdienst van Waren te be houden. Het is spr. bekend, dat men op heffing zeer zou betreuren. Goes heeft zich gericht tot het bureau van de vereeniging, ora te trachten een dienst in een anderen vorm te behouden. Het gaat om het doen betalen door de belanghebbende fabrikanten, grossiers, handelaren enz. of wel om aandrang van die zijde op de regeering. De heer Strick van Linscho- ten, burgemeester van Krabbendijke, meent, dat de keuring heel wat gemakke lijker is in te richten door de vele ver pakte artikelen. Daardoor kan de keu ringsdienst z.i. met minder kosten wor den voortgezet. De voorzitter meent, dat algeheelo opheffing zeer veel bezwaren met zich zal brengen. Het is spr. bekend, hoe goed het was, dat de keuringsdienst optrad in een zaak, die zijn waren toch ook ver pakt ontving, maar waar is opgetreden en schoon schip gemaakt op een wijze, die ook de volle instemming van het be trokken gemeentebestuur heeft. Spr. stelde voor een advies in den geest van het gesprokene te zenden aan het bestuur der vereeniging waarmede de vergadering zich vereenigde. Dhr Strick van Linschoten bepleitte het behoud der schattingscom missies, die voor de belastingaanslagen van beteekenis zijn. Men kan ze toch be houden zonder presentiegeld, wat f20.000 zal besparen. De heer H u 1 z i n g a, burgemeester van Terneuzen, achtte het nut der schat tingscommissies van veel minder betee kenis dan vroeger. De heer Jhr Van Teylingen, bur gemeester van Oostkapeile, wees op de onvriendelijke wijze waarop da gezond heidscommissies ontbonden zijn; zonder eenig bericht, zonder eenige dankbetui ging, en verwacht voor de schattingscom missies niet veel beter. De heer H u i z i n g a herinnerde aan het jubileum van burgemeester Fernhout en wenschte hem daarmede nog van harte geluk. De heer Fernhout bracht dank voor de mooie bloemenhulde hem namens de afdeeling op 3 Mei gebracht. Spr. ver zekerde zich reeds geheel Zeeuw te voe len en vooral inwoner vair Walcheren. Hierna werd gepauzeerd. Middagvergadering, Des middags te 2 uur werd de ver gadering voortgezet. De voorzitter kon thans ook welkom heeten den Com missaris der Koningin en den spreker, Ir C. van Traa, secretaris van het In ging van tante Isabel wees hij nog scher per van de hand." „D'e idioot, maar het zal hem nog wel eens herouwen; en die gluiperige rechts geleerde is al even erg. 't Is een stelletje avonturiers; maar luister nu Claude, de eenigste kans, die je nog openstaat is een huwelijk met het meisje. Ik zit er dieper in dan ooit; geld, om je naar Ox ford te zenden, is er niet. Zelfs je school geld is niet eens betaald het laatste jaar, je zult dus voor een paar jaar je eigen fortuin zoo'n beetje moeten zoeken, en wie weet, is jou hand wat gelukkiger, dan die van je vader destijds." Ik ben niet van plan om te spelen, of met paarden te gaan gokken, als u dat bedoelt", zeide Claude fier, terwijl bij zich oprichtte en zijn handen resoluut tot vuisten balde. „Én het is ook mijn plan niet, om een paar jaar maar wat rond te hangen, ik zal werken." „Wat zal het zijn, ketellapper of steen- sjouwer"? vroeg zijn vader smalend. „Geen van beide; ofschoon beide baan tjes nog beter zijn dan oneer en schande. Ik ga werken; meneer Brandon heeft me beloofd me te helpen en ik zou wel eens willen weten, waarom ik niet vooruit zou kunnen komen." „Vooruit komen! Je bent wel een knap- 1 pe erfgenaam voor den fraaian titel, die stituut Stad en Landschap in Zuid-Hol land, die gekomen was op aanraden van Ir Witteveen uit Rotterdam, die door een ernstige ziekte verhinderd was aan zijn toezegging gevolg te geven. IrvanTraas sprak over de beteeke nis van uitbreidingsplannen, streekplan nen, lintbebouwing en schoonheidscom missies. Een uitbreidingsplan moet regelend lei den en leidend regelen en mag niet te groot zijn, Het stelsel van eigen bouw maakte een begin aan de lintbebouwing, maar de speculatiebouw is tenslotte voor eigen portemonnaie en daarom moet men aan dien bouw paal en perk stellen. Bij lintbebouwing komt het gevaar, dat de weg te nauw zal worden. Juist voor den eigen bouwer is toezicht en advies noodig. Hoe weinig soms gemeentebesturen van al deze dingen op de hoogte zijn, be wees een burgemeester, die aan spr, vroeg of lintbobouwing iets te maken heeft met een lint. Lintbebouwing 1b las tig voor het verkeer, en voor den weg gebruiker. Spr. kont een geval, dat aan een weg op 9 X.M. afstand zes scholen staan. Ook bijv. waterleiding, bewaking, brandweer zijn duur op die manior. Men komt dan tot vragen als waar de kerk, waar de school moet staan en men mist de gewonachte saamhoorigheid. Ook om dit tegen ta gaan is een uitbreidingsplan gewenscht. Voor hot geheele aanzien van den stedenbouw, maar ook o.a. voor het plaat sen van de woningen in verband met hel binnendringen van de zon, is voorlich ting van deskundigen zeer gewenscht. Het is bij de uitbreiding niet altijd mogelijk met de gemeentegrens te reke nen en dan verdienen streekplannen de voorkeur, waarvan spr. enkele voorbeel den uit de praktijk naar voren brengt. Spr. verwacht inzake den woningbouw in de toekomst niet veel verbetering, maar men moet waken tegen verdere afbraak, daarbij gesteund door de pro vinciale welstandscommissies. In kleine gemeenten is het vormen van schoonheidscomm. dikwijls zeer lastig. Van de gelegenheid om met den in leider van gedachten te wisselen, maakte gebruik de heer Bisschop, die meen de, dat er t.och wel verschillende soorten van lintbebouwing zijn. Naast die van aaneengeEÏóteri blokken woningen, zijn ook de op eenigen afstand van elkaar staande buitenhuisjes mogelijk. Spr. vraagt of dit laatste toch wel zoo is af te keuren. Spr. juicht schoonheidscommissies zeer toe, maar de bond Heemschut heeft meer malen ook in spr.'s woonplaats goede adviezen gegeven. Spr. vraagt ook hoe do inleider denkt over toepassing van het systeem van gebroken kappen om meer plaats in de woningen te krijgen en het aanwenden van valsche gevels. De heer Van Voorthuijsen wees op de heerschende, verkeerde opvatting, dat mooie, aesthetische bouw ook duur moet zijn. De heer Ir van Traa wees er op, dat men toch nimmer zekerheid zal krij gen, dat men bebouwing krijgt zooals men wil, en dat men niet vergeten mag, dat er allerlei wegen zijn, die voor be bouwing absoluut ongeschikt zijn. Het bouwen met een gebroken kap hangt gewoonlijk af van de vraag of het voordeeliger is of niet. Spr. waardeert het werk van Heem schut ten volle, maar die vereeniging kan toch nimmer zoo goed met de plaat selijke omstandigheden op de hoogte zijn als de Zeeuwsche commissie. De Commissaris der Konin- g i n bracht dank voor do welkomstwoor den en de uitnoodiging. Spr. zeide tot zijn spijt dos morgens verhinderd te zijn geweest door een conferentie van Ged. Staten met de directie van „De Schelde" te Vlissingen. De vergadering van heden middag trok hem zeer aan, omdat het ging over zulk een belangwekkend onder werp. Groote gemeenten hebben een uitbrei dingsplan en ook enkele kleinere, zoo als Haamstede, Renesse cn Burgh, Koude- korke en Biggekerke, maar waarom vol gen gemeenten als Oostkapeile en Vrouwe- polder, waar het toch ook van groot be lang is, niet? Spr. wijst er op, dat de kuststreek van Westelijk Z.-Vlaanderen je wacht. Een titel inderdaad! Met leege kasten en kelders en schulden en el lende 1" Claude deed geen poging zijn vader in de rede te vallen. Hij wist te goed, dat als hij in dergelijke stemming was, waar in bijtend sarcasme en de bitterheid van een mislukt leven zijn gemoed verkilden, zwijgen het beste was. Hij' leerde reeds van zijn zachte, geduldige moeder, hoe men die uitbarstingen van zijn vader moest bejegenen; en bij zoo'n oogenblik was het hem steeds, of hij haar stem hoorde. Zelfs nu scheen ze hem voortdu rend in te fluisteren; „Geduld, mijn zoon, geduld komt alles te boven," En inder daad, zij had er wel behoefte aan gehad in haar leven. Sedert den dag, dat haar echtgenoot, vrij onverwacht den vorigen eigenaar van Beauclerc in diens rechten en titel was opgevolgd, ha.dden slechte gewoonten haar intrede gedaan; en ver kwisting en spel hadden in enkele jaren de toch reeds verminderde inkomsten van het goed geheel opgeslokt. Bet was een droeve omgeving geweest, waarin Claude was opgegroeid slechts verlicht door de heilige geloofsovertuiging van zijn moe der en haar voorbeeld was haar zoon tot redding geworden. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1935 | | pagina 5