DE ZEEDW
TWEEDE BLAD
HET ADRES
A. WILKING
HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor lOct.
4
Voor den Zondag
Letterkundige Kroniek
De Pastorie aan Zee
Gemengd Nieuws
Wat er deze week voorviel
El LI NG
lKERKE
GOES
t het
[.AGING.
10 c.M. beslag,
3500 K.G., met
n draaibare zij
met voorladder:
275.
EINKENSZAND
er Waterkeering
:en Zimmerman-
AART 1935,
I uur, in de Di-
Par. 1 der A.B.
eden:
lieu wing en het
0 April 1936 van
m-, rijs-, steen-
iere werken.
14750.—.
vanaf 6 Maart
de voornoemde
e in den polder
:antore van den
te Goes, bij
ns verkrijgbaar
ixemplaar.
het Bestuur op
rt 1935, des na-
en op Maandag
voormiddags te
de Directiekeet.
biedt geen aan-
voornoemd:
tEEL, Voorzitter.
IEEKE,
Iris-Ontvanger.
1935.
?F zal
HAART 1935,
|stede van wijlen
1SE Lz., in den
kerke B 140, om
Lek verkoopen:
ers-lnspan
JLies, vosmerrie,
lend; Jans, vos-
Melkkoeien; 2
md; 2 Vaarzen
|c. Springstier m.
mnd m. Schets;
|ten; 40 Kippen;
iwagens m. toe-
[Hooihark; Gier-
foeg; Coksploeg;
blok; Slede; Rol-
p; Mangelmolen;
scules m. Gew.
lorden; Staken;
I; Pongers; Kort-
fstekers; Lamoe-
Fornuis 60 L.;
Claverruiters en
IDERGEREED-
1p:
Victoriakarn;
Emmers; Zeef
den; y2 Mud.
[SRAADi
Stoelen; Spiegel
Fietsen. Geen
VAN
ZATERDAG 2 MAART 1935, Nr 129.
DAUW DES LEVENS.
Ik zal Israël zijn als de dauw.
Hoséa 14: 0a.
In de taal van het Oosten is dit een
belofte met een heerlijken inhoud.
Wij begrijpen den rijkdom niet, door
dat woord „dauw" hier uitgedrukt.
In Palestina druppelen de wolken
dauw; een dauw die het best te verge
lijken is met onzen motregen.
Als het overdag snikheet geweest is
dan begint daar 's nachts die dikke mist
te vallen, die een heerlijke verkwikking
is voor de heele natuur.
Deze dauw valt alleen in het heetste
en droogste seizoen, als er geen andere
neerslag is.
En zij komt in zoo grooten overvloed,
dat geen enkel gewas aan meer vochtig
heid behoefte heeft.
Wordt zoo de gedachte, wie God voor
Zijn volk is, niet bovenmate heerlijk en
troostrijk?
Hij is voor Israël als de dauw.
Dat wil zeggen: Hij is Israels leven en
de fleur en de geur van dat leven.
Welk een wondere troost zit er in deze
belofte.
Juist, als alle andere bronnen zijn ge
sloten, als de zon steekt en de aarde
droog en hard is, dan zorgt God, dat
Israël leven kan.
Want het leven is uit Hem en wat uit
Hem is, behoudt Hij zelf in het leven.
Dan is Zijn leven-behoudende en ver
sterkende genade er een, die geregeld
komt en in zulk een mate, dat er van
verschroeien of verdrogen geen sprake
kan zijn.
Zoo beteekent die belofte: Ik zal Is
raël zijn als de dauw, feitelijk: Ik zal
Israël alles zijn!
Steekt hen de heete middagzon
In 't moerbeidal, Gij zijt hun bron.
En stort op hen een milden regen,-
Een regen, die hen overdekt,
Verkwikt en hen tot zegen strekt.
De legende van Uilenspiegel en Lamme
Goedzak.
KL
Uilenspiegel is het beeld van al de
eigenschappen die aan bet Vlaamsche
volk in een hardnekkigen strijd om de
vrijheid de kracht tot volharden gaven.
Hij is de getuigenis van zijn moed en zijn
dapper vertrouwen, door hem leeren wij
dit volk op den harden en zwaren lijdens
weg kennen en begrijpen. De beste eigen
schappen van bet Vlaamsche volk worden
in zijn daden openbaar: groot is zijn mee
lijden, onwankelbaar zijn trouw, sterk
ook zijn baat tegen degenen .die zijn vader
vermoord hebben.... Met een lach weet
bij de tranen te verbergen, boog boven zijn
leed zingt bet lied; maar in bet verborgen
brandt die onbluschbare vlam, waardoor
bij immer tot daden van verzet wordt
aangedreven: de assche zijns vaders klopt
op zijn hart, en nooit zal bij. den dood
van dezen geliefde vergeten, nimmer dat
verlies ongewroken laten
Om de wille van 't vrije geloof is Klaas,
Uilenspiegels vader, gevangen gezet. Het
vonnis is bard: te moeten sterven, vrouw
en kroost onverzorgd achter te laten in
een booze wereldSoetkin, de vrouw
van Klaas, klaagt: „Welke misdaad heb
ben wij dan bedreven? Wij leefden ge
tweeën vreedzaam als eerlijke, kleine lie
den; wij beminden elkander, dat weet Gij,
Heer God, die ons ziet! Wij stonden vroeg
op om te werken en 's avonds aten wij, U
dankend, bet zuur gewonnen dagelijksch
brood".
Maar bet vonnis bleef ongewijzigd: de
vlam zou bet lichaam van dezen eerlijken
FEUILLETON
door
GEORGE MAG DONALD.
31)
Ofschoon ik begreep, wat hij bedoelde,
was het nu de gelegenheid niet er dieper
op in te gaan. Ik kon slechts zeggen:
„Mijn hart was overvol, ik kon mijn ge
voelens niet bedwingen."
„Laat mij dan in dien 'Overvloed dee-
len," antwoordde hij en wij spraken er
niet verder over.
We droegen Connie het geheele eiland
rond en van drie zijden van de vesting
mocht zij naar de zee kijken. Ze mocht
over den rand van de borstwering kijken
en nog veel meer; totdat bet tijd werd, dat
wij' de enkele schapen, die tusscben de
ruine liepen te grazen, weer moesten ver
laten om den gevaarlijken terugtocht
weer te aanvaarden.
„Zullen we je maar weer blinddoeken
Gonnie?"
„Waarom, vader, we kunnen toch niet
hooger?"
„Neen kind, en al kon dat, dan zou het
mensch, di-zer
doodklok klepte, op den brandstapel bleef
niets over dan bet verkoolde lichaam van
Klaas, Uilenspiegels vader.
In den donkeren nacht na dien bitteren,
donkeren dag, zijn Soetkin en Uilenspie
gel naar den brandstapel getogen. Zij heb
ben, weenend, vertoefd bij het lijk van
den beminde, van den martelaar-om-bet-
geloof. Zij hebben iets van de asch geno
men en thuis gekomen, beeft Soetkin van
een stukje roode en en stukje zwarte zijde
een zalkje genaaid, waar zij de assche in
deed. Zij deed dit zakje met zijn kostbaren
inhoud rusten op Uilenspiegels borst, en
sprak:
Dat deze assche, die bet hert van
mijn man is, dit rood, dat zijn bloed is, dit
zwart, dat onze rouw is, steeds op uwe
borst blijve, als een vuur van wrake voor
zijne beulen!
Dat zal, zwoer Uilenspiegel.
En bet deerde den aanbrenger niet, dat
hij een onschuldige ter dood bad gebracht,
maar wel, dat de buit zoo gering was.
Moeder en zoon moesten de pijnbank ver
duren, de felste pijnen werden ben aan
gedaan, maar liefde en haat deden over
winnen. De vrouw dacht aan den 'bemin
den man, de zoon aan de asch van den
vader; en de rechters, na de pijnbank en
voldoende beproevingen, spraken bij ge
brek aan bewijs moeder en zoon vrij.
Sedert dien is bet zwerversleven van
Uilenspiegel eerst goed begonnen. Meer
dan eens brachten de omstandigheden
hem in aanraking met het Prinsenleger,
en steeds was zijn doel Oranje i de
vriend onzer landen, zooals velen hem
noemen in zijn moeizaam werk tot
vrijmaking van land en volk den steun
te verleenen dien hij geven kon. Zoo wordt
Uilenspiegels leven vol avontuur, wijl hij
den strijd zoekt en 't hem een lust is uit
allerlei verwikkelingen een gunstig resul
taat te bejagen. Tegen den Spaanschen
dwingeland gaat zijn strijd, en vóór den
fieren Oranje, die aan bet hoofd van zijn
leger allerwegen den vijand bekampt..
Het Noorden weet na een langen, han
gen kamp de vrijheid te veroveren; van
Westerschelde tot Ooster-Eems wordt het
Spaansche juk afgeschud. Maar ook zuid
waarts woont een deel van hetzelfde volk,
gesproten uit denzelfden stam! Uilenspie
gel is hunner één; zijn strijd was voor de
vrijheid, óók de vrijheid van het Zuiden!
De uitslag stelde hem teleur: het Zuiden
kpn niet, als het Noorden, tot volle vrij
heid geraken. Zoo vinden wij onzen held
in den toren van Veere; hij werd daar,
naar D'e Costers verhaal, bevelhebber en
wachter. En bet was hem goed, te wonen
onder bet vrije Zeeuwscbe volk. Doch niet
voor immer hield bij bet uit binnen zoo
nauwe begrenzing: bet kon niet anders, of
dit vogelbart moest de vrijheid en de ver
lossing van alle banden als zijn rijkste
deel begeeren. En met de kracht van een
sterk geloof klinkt zijn kreet: „Begraaft
men ooit den geest en bet hart van Vlaan
deren? Neen! Vlaanderen kan slapen,
maar sterven nooit!"
Er is alle reden om aan Charles de Cos
ters werk de eer te brengen welke bet ver
dient. Dit beteekent niet, dat wij elke
uiting, elke gedachte onvoorwaardelijk be
wonderen; maar ondanks datgene wat wij
een vlek noemen, brengen wij aan dit
epos een stille hulde. Want dit boek 'blijft
toch een kracht, waaraan vertrouwen en
hoop van later tijden zich sterken; hier
ziet met op het allerduidelijkst welk een
aandeel de kleine luyden gehad hebben
in den strijd om de vrijheid, een aan
deel dat zij hardnekkig en moedwillig op
hun schouder hebben genomen.
Scherp staat in dit boek geteekend de
tegenstelling tusscben Uilenspiegel, bet
Zonnekind van Vlaanderen, en den genie-
pigen wreedaard Philippus van Spanje,
den moordenaar van vele duizenden in
de lage landen. Met zijn zonnigen lach
heeft Uilenspiegel duizenden voor zich
gewonnen en hij heeft zelf aan dat alles
oneindig meer vreugde bele.efd dan de
Spaansche heerscher aan zijn wreedheid.
Zoo zien wij in Uilenspiegel de personifi
catie van Vlaanderens trouw, van zijn
heldenmoed, zijn bereidheid tot het offer
voor elke zaak, die een, offer waard is.
En met dat beeld uit een ver ve.-leden, 7
zooals de Goster ons dit voor oogen stelt,
stemt het beste in bet Vlaamsche volk
nog heden ten dage overeen.
A. L. VAN OYEN. j
Ingezonden Mededeellng.
voor Manufacturen.
Damea- en Klnderconfeotle
Tapijten Gordijnen
Bedden - Ledikanten en
aanverwante artikelen la
GOES HULST
MIDDELBURGSCHE BRIEVEN.
Amice,
Deze maanden staan wel in het teeken
van vergaderen en nog eens vergaderen.
Ge kunt bijna geen blad van uw krant
opnemen of ge leest van jaarvergaderin-
gen en feestvergaderingen. Ons Christe
lijk gemeenschapsleven vraagt veel ver
gadertijd. Teveel. En het zijn de harde
werkers in bet vereenigingsleven, die bo
vendien dan nog de last van het organi-
seeren van gezellige, feestelijke jaarver
gaderingen te torsen hebben. En de critici
zijn dan vaak de klaploopers, die alleen
maar contributie betalen, zonder zich van
bet eigenlijke werk der vereeniging iets
aan te trekken, maar wel op de jaarver
gadering komen, omdat een tractatie en
wat vroolijkheid een mensch wel eens
mag hebben op zijn tijd.
Zonder nui critiek te willen leveren op
bet vele en goede werk, dat door onze
Christelijke vereenigingen wordt gepres
teerd, mag toch de vraag gesteld of bier
niet te centraliseeren zou zijn. Hoeveel
betrekkelijk kleine vereenigingen span
nen zich in om toch van de jaarvergade
ringen iets te maken. En heel vaak wordt
er dan heel mooi werk geleverd, waarvan
toch maar weinigen genieten. Wat jam
mer is voor de medewerkers die er zoo
veel moeite voor deden.
Ik denk b.v. aan een groep jonge men-
scben uit onze stad, die nu op zeer ver
dienstelijke wijze reeds tweemaal bet
spreekkoor: „Het lied van den Arbeid"
hebben opgevoerd, waarvan één keer voor
een betrekkelijk kleine groep.
Hoeveel tijd en studie liggen er niet
achter zoo'n opvoering. Hier moesten nu
evenveel bonderden als nu tientallen van
hebben kunnen genieten. Dit zou door
concentratie misschien kunnen. Waarom
zouden verschillende Christelijke vereeni
gingen niet gezamenlijk hun jaarvergade
ringen houden? Ik denk b.v. aan Patri
monium, Mannen- en Kiesvereeniging.
(Al schrijvende denk ik nu: Kerk, Staat
en Maatschappij1.) Een weinigje econo
mie, om met minder inspanning meer re
sultaat te krijgen, zou ook voor ons Chris
telijk vereenigingsleven geen kwaad ding
zijn. Behalve een aanzienlijke werkbespa-
ring, zou1 het ook een aanmerkelijke ko's-
tenbesparing met zich meebrengen. Maar
voorloopig zal bet met deze samenvoe
ging wel gaan, als met bet samenvoegen
van kleine gemeenten. Iedereen wil graag
in eigen koninkrijkje baas blijiven. En be
zwaren opblazen en uitbuiten is makke
lijker dan overwinnen.
Onder de zeer nuttige bijeenkomsten,
die worden gehouden, reken ik een verga
dering zooals we die hier vorige week
in de Hofpleinkerk hadden, waarin Dr
Krop, Ned. Herv. predikant te Rotter
dam, optrad en sprak over toestanden in
den Russischen heilstaat. Velen denken
dat het in Rusland zoo erg niet meer is
en dat 't in ieder geval al veel beter is dan
in den Tsarentijd. Zeer kernachtig beeft
eens een Antirevolutionair spreker ge
zegd, dat Rusland één groote vennoot
schap is die de wereld zoowel mate
rieel als geestelijk tracht kapot te maken.
En duidelijk heeft ook Dr Krop doen uit
komen dat bet in Rusland niet alleen gaat
om een economisch stelsel. Het gaat er
evenzeer om de uitroeiing van den Ghris-
telijken godsdienst. En ondanks den ma
terieelst en geestelijken nood van het
Russische volk werkt een leger van onge
loof spropagandis ten, door Moskou bezol
digd, ook in ons land. En van Jezus be
vel: predikt bet Evangelie, hebben zij
gemaakt: predikt het communisme aan
alle volken.
Den volgenden avond vertelde Zende
ling Ds Merkelijh, in hetzelfde kerkge
bouw van de moeilijkheden en zorgen,
maar ook van den vooruitgang en den
zegen van het zendingswerk op Java. En
tegenover de energie van Moskou stelt
de Christen zijn geloofskracht en ook zijn
geloofsdaad, zich niet alleen uitend in
woorden. Het verdient waardeering, dat
men in onzen kring bet offeren niet ver
leert. Werd den vorigen avond ten be
hoeve van de Russische Christenen ruim
f 90 gecollecteerd, voor bet zendingswerk
op Java werd ruim f 100 bijeengebracht.
Van een vereeniging van geheel ande
ren aard, n.l. de vereeniging voor veilig
verkeer (V.V.V.V.) kan gezegd worden
dat zij staat in bet teeken van ieders be
langstelling. Dat blijkt wel hieruit, dat in
de j.l. Maandag gehouden oprichtingsver
gadering 75 leden toetraden.
Veilig verkeer. Zoover is het nog niet.
Wie dagelijks de kolommen verkeerson
gevallen leest, ziet die woorden nog als
onvervulbaar ideaal. Geen wet zoo streng
als de wetten van het verkeer. De over
treder ervan wordt vaak op staanden voet
gestraft. Alle pogingen die worden on
dernomen om bet verkeer veiliger te ma
ken verdienen toejuiching. Dat men op de
scholen er mee begint is zeker uitnemend,
toch is bet mij wel eens opgevallen, dat
ouderen vaak onvoorzichtiger zijn op dit
gebied dan schoolkinderen. Het verkeer
heeft de laatste jaren zulke geweldige uit
breidingen ondergaan, dat we ons aan die
gewij'zigde omstandigheden moeten
aanpassen.
Groetend,
STENTOR.
i Een trouwpartij met hin
dernissen. Bij de Woensdagsche
trouwerij op het Maastrichtsche stad
huis was ook een paartje, waarvan de
vrouw schijnbaar niet geheel vrij uitging
want toen man en vrouw bun „jawoord"
hadden en de bandteekeningen geplaatst
waren, wenkte de politie de bruid om
eens naderbij te komen.
Alras bleek dat zij uit bet bewakings
gebied was uitgewezen en thans te Maas
tricht vertoevende, daarin wederom was
teruggekeerd.
Zij kon echter getuigen, dat zij voor
dezen plechtigen dag van haar leven een
dag verlof had gekregen om terug te kee-
ren, doch zij moest toch even mee naar
het bureau.
Dé bruidegom ging ook mee en tot
groote ontsteltenis bleek dat deze nog 21
dagen moest opknappen.
De politie was echter niet hardvoch
tig en gaf bun vrijheid eerst hun witte
broodsweken door te brengen, voor dat
manlief zijn straf zou ondergaan.
Geheimzinnig geval. De
Bussumsche politie beeft per auto een
28-jarig Amsterdammer naar bet bureau
gebracht, die in genoemde gemeente
waarschijnlijk op ernstige wijze is mis
handeld. De man had een wonde aan zijn
hoofd, doch was niet in staat tot het ge
ven van eenige inlichtingen over hetgeen
er met hem was gebeurd. Van het bureau
is bij overgebracht naar bet Wil'helmina-
gasthuis, waar bij is overleden.
De politie zal thans trachten vast te
stellen of voor den dood van bet slacht
offer een of meer personen aansprakelijk
moeten worden gesteld.
Geheimzinnige nachte
lijke bezoeker. Reeds meerdere ma
len bad de beer K. te Someren bemerkt,
dat gedurende zijn afwezigheid iemand
in zijn woning kwam. Alhoewel alles
goed werd afgesloten, werd toch telkens
ontdekt, dat potjes en pannetjes waren
Ingezonden Mededeellng.
toch voor vandaag te laat zijn. Ik ben
alleen bang, dat je bij het gezicht van den
afgrond duizelig zult worden, als we
naar beneden gaan."
„Maar ik zal niet duizelig worden, va
der."
„Ben je daar zoo zeker van?"
„Ja, u draagt me toch."
„Maar als ik zou uitglijden? Dat kon
toch gebeuren, niet?"
„Dan zou ik in den afgrond vallen, en
fluisterde zij, „als ik door te sterven
evenveel beter wordt als sinds ik van bet
paard ben gevallendan zou ik tevre
den zijn."
Ik trachtte te glimlachen, want ik kon
niet spreken. We namen haar op en,
ofschoon met eenige beving van mijn
kant, gelukte bet, haar zonder een en
kele misstap naar beneden te dragen.
Mijn vrouw was er zenuwachtig van, en
loosde een zucht van verlichting, toen we
goed en wel op veilig terrein waren aan
gekomen.
„Hè, ik ben blij', dat bet voorbij is,"
zeide ze.
„Ik ook," antwoordde ik, terwijl we de
draagbaar neerzetten.
„Arm vadertje, wat zullen uw armen
een pijn doen! En mijnheer Percivale."
Deze antwoordde door een grooten
steen op te nemen en dezen ver weg te
slingeren in de diepte. We zagen hem
met een barden slag beneden op de klip>-
pen in stukken springen. „Mijn armen
zijin nog best, hoor."
Toen we thuiskwamen, bad ik de vol
doening dat mijn vrouw en dochter zich
weer met de zee verzoend hadden, zoodat
we veilig naar Kilkhaven konden terug-
keeren. Dit deden we dan ook, drie dagen
daarna, en Percivale nam Turner's
plaats in bet rijtuig in.
HOOFDSTUK XX.
Het was prettig weer in de pastorie te
komen, die ons een nieuw tehuis was
geworden en dit genoegen werd nog ver
hoogd door de uitbundige verwelkoming
van Dora en de jongens. Connie's baby
kraaide luid bij het zien van Connie. De
droeve herinneringen boorden thans tot
het verleden. Ze zouden ons niet meer
kwellen.
Op den terugweg was ik even bij den
smid uitgestapt, die kort voor ons ver
trek plotseling ziek geworden was. Thans
bevond ik, dat bij in zoo verre hersteld
was, dat hij zijn werk kon doen. Zijln
moeder vertelde mij, dat bij geregeld aan
vallen kreeg, maar dat bij er altijd weer
spoedig boven op kwam. Ik vreesde ech
ter, dat bet een waarschuwing was van
het naderend einde.
„Heusch dominee," zei ze, „Joe hoefde
niet ziek te zijn, bet is alles zijn eigen
schuld."
„Hoe bedoelt u dat," vroeg ik. „Ik kan
me toch moeilijk voorstellen, dat bij zelf
de schuld is van zijn zwakke gezond
heid."
„Hij is een wel opgevoede jongen, mijn
Joe," antwoordde zij, „maar hij heeft nog
niet geleerd, wat ik jaren geleden heb
moeten leeren".'
„Wat dan?" vroeg ik.
„Om een beslissing te nemen en er dan
bij te blijven. Om het één of het ander te
doen."
Ze was een vrouw met een overhan
gende bovenlip en een streng gezicht en
als ze sprak, werd die lip nog langer.
Sloot ze baar mond weer, nadat ze iets
gezegd bad, dan leek het, alsof die lip
twee derde van haar gelaat besloeg on
der haar neus.
„Maar wat wil hij dan niet doen?"
„Dat doet er niet toe. Als hij maar
blijft bij de beslissing, die hij genomen
beeft."
„Maar wat voor beslissing?"
„Ik heb er hem niet toe aangezet an we
Deze week is de Minister van Staat,
oud-gouverneur-generaal Idenburg, een
groote onder ons, een man, die allerwe
gen achting en respect afdwong, ons ont
vallen. Inderdaad een groot verlies. Zijn
leven toch stond in bet teeken van trouw,
trouw aan zijn hemelschen Koning, trouw
aan zijn belijdenis tot in de hoogste amb
ten toe. Een man, die zich zijn overtui
ging nooit geschaamd heeft, ook al was
soms boon zijn deel. Moge zijn voorbeeld,
zijn eenvoud, zijn godsvrucht ons, vooral
ook onze jonge menschen, aansporen om
ook die trouw te betoonen tegenover God
en menschen, op de plaats, waar we zijn
gesteld., De menschen, ook de leiding
gevende, vallen weg, maar het werk
blijft.
Op sympathieke, sobere wijze is de
heer Idenburg in Eerste en Tweede Ka
mer herdacht, een herdenking, waarbij de
regeering zich bij monde van de Minis
ters aansloot.
Ons parlement heeft weer een drukke
werkweek achter den rug. De Eerste Kal
mer keurde na een soms vrij uitvoerige
behandeling de begrootingen van Wa
terstaat, Koloniën en Sociale Zaken goed,
terwijl de Tweede zich onledig hield met
de bespreking van de verbindendverkla
ring van de ondernemersovereenkom
sten. Dit wetje mocht ten slotte een groote
meerderheid verwerven. Opmerkelijk, dat
tegenstemmers waren: liberalen, Staat
kundig Gereformeerden en Communisten.
Fèn uitslag, die wel wat zegt. nu het om
sociaal-economische politiek ging!
In bet Saargebied heeft men gisteren
uitbundig feest gevierd. Nadat 's daags
te voren de laatste vreemde troepen
waren vertrokken, had gisteren de over
dracht over bet Saarland aan de Duit-
sche autoriteiten plaats. Zelfs Hitler was
overgekomen om aan de feestelijkheden
luister bij te zetten. Het is voor de Saar-
landers nu maar te hopen, dat ze straks
ook ondervinden mogen, door dezen over
gang in economisch opzicht zeker niet
slechter geworden te zijn.
Overigens staat de internationale po
litiek voor een groot deel in het teeken
van reizen maken. De Oostenrijksche af
gevaardigden zijn van hun reis naar Pa
rijs en Londen weer huiswaarts gekeerd,
terwijl nu weer de Engelsche minister
Simon te Parijs vertoeft en straks een
visite aan Berlijn zal brengen. Misschien
maar dat is nog niet zeker staat
ook Moscou nog op bet program.
Er wordt dus in de genoemde hoofd
steden heel wat klaar gemaakt. We kun
nen niet anders dan den hartgrondigen
wenscb uitspreken, dat dit alles den we
reldvrede ten goede moge komen en het
oorlogsgevaar zal doen afwenden of al
thans minder dreigend maken.
Wat Italië tegen Abessynië in 't schild
voert, is nog steeds niet duidelijk. Het
transport van troepen houdt aan, al be
weert Italië ook, dat het daarin eenige
beperking beeft gebracht.
Bijzonder ingewikkeld is bet Abessy-
nisch probleem wel. Vele belangen krui
sen daar elkaar.
Ligt bet nu wellicht in de bedoeling van
Italië om dezen Gordiaanscben knoop zoo
noodig met het zwaard door te hakken?
verzet, kastdeuren waren geopend en der
gelijke.
Om dit geheim te ontsluieren nam K.
den gemeenteveldwachter in den arm.
Deze nu stelde zich verdekt in de wo
ning van K. op, terwijl K. zelf bet dorp
inging.
De veldwachter had nog niet zoo heel
lang gewacht, toen iemand een sleutel in
'bet deurslot der woning van K. stak, de
deur opende en binnen kwam. De eene
kamer na de andere werd doorzocht tot
dat de ongewenschte bezoeker ten slotte
bij den veldwachter terecht kwam. Het
bleek te zijn de 31-jarige buurman S.,
iemand die reeds eerder met de gevange
nis beeft kennis gemaakt.
S. werd door den veldwachter gearres
teerd.
Dte aangehoudene heeft bekend meer
dere malen in de woning van K. kleine
diefstallen van geld, etenswaren en der
gelijke te hebben gepleegd. Hij was nog
tot 4 maanden voorwaardelijk veroor
deeld wegens vroeger gepleegden dief
stal, zoodat hij nu wel voor geruimen tijd
zal worden opgeborgen.
varen er geen van tweeën goed bij als ik
gebonden ben, maar hij moet doen, zooals
hij zelf verkiest.
Zoo langzamerhand kon ik mij begrij
pen, dat de smid altijd zoo donker keek,
wanneer er niet meer zonneschijn in huis
was, dan het gelaat van zijn eigen moe
der weerspiegelde. Er zijn weinig dingen,
die een man zoo voor zijn werk geschikt
maken als een zonnig thuis, onverschil
lig of het nu zijn vrouw, moeder of zuster
is, die dat zonnetje doet schijnen. En
bet gezicht van Joe's moeder was zeker
niet zonnig. Ongetwijfeld was het dat wel
geweest, toen ze naar hem keek als kleine
jongen. Waarom toch verdwijnt de vreug
de, als de kinderen ouder worden?
„Wel, ik mag niet vragen. Maar ik ben
bang, dat uw zoon het lang niet goed
inaakt. Aanvallen als hij ze beeft, doen
altijd veel kwaad.En als er dan nog iets
is, dat hem hindert, dan zal hij ze stellig
niet te boven komen."
Ik deed verder geen moeite er achter
te komen, wat haar zoon drukte en stellig
zijn ziektetoestand verergerde. Ik liep de
smederij in en sprak met hem af hem den
volgenden morgen bij de kerk te ont
moeten.
(Wördt vervolgd.)