DE ZEEDW TWEEDE BLAD HET ADRES A. WILKING HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor lOct. 4 Voor den Zondag Letterkundige Kroniek De Pastorie aan Zee Gemengd Nieuws Wat er deze week voorviel El LI NG lKERKE GOES t het [.AGING. 10 c.M. beslag, 3500 K.G., met n draaibare zij met voorladder: 275. EINKENSZAND er Waterkeering :en Zimmerman- AART 1935, I uur, in de Di- Par. 1 der A.B. eden: lieu wing en het 0 April 1936 van m-, rijs-, steen- iere werken. 14750.—. vanaf 6 Maart de voornoemde e in den polder :antore van den te Goes, bij ns verkrijgbaar ixemplaar. het Bestuur op rt 1935, des na- en op Maandag voormiddags te de Directiekeet. biedt geen aan- voornoemd: tEEL, Voorzitter. IEEKE, Iris-Ontvanger. 1935. ?F zal HAART 1935, |stede van wijlen 1SE Lz., in den kerke B 140, om Lek verkoopen: ers-lnspan JLies, vosmerrie, lend; Jans, vos- Melkkoeien; 2 md; 2 Vaarzen |c. Springstier m. mnd m. Schets; |ten; 40 Kippen; iwagens m. toe- [Hooihark; Gier- foeg; Coksploeg; blok; Slede; Rol- p; Mangelmolen; scules m. Gew. lorden; Staken; I; Pongers; Kort- fstekers; Lamoe- Fornuis 60 L.; Claverruiters en IDERGEREED- 1p: Victoriakarn; Emmers; Zeef den; y2 Mud. [SRAADi Stoelen; Spiegel Fietsen. Geen VAN ZATERDAG 2 MAART 1935, Nr 129. DAUW DES LEVENS. Ik zal Israël zijn als de dauw. Hoséa 14: 0a. In de taal van het Oosten is dit een belofte met een heerlijken inhoud. Wij begrijpen den rijkdom niet, door dat woord „dauw" hier uitgedrukt. In Palestina druppelen de wolken dauw; een dauw die het best te verge lijken is met onzen motregen. Als het overdag snikheet geweest is dan begint daar 's nachts die dikke mist te vallen, die een heerlijke verkwikking is voor de heele natuur. Deze dauw valt alleen in het heetste en droogste seizoen, als er geen andere neerslag is. En zij komt in zoo grooten overvloed, dat geen enkel gewas aan meer vochtig heid behoefte heeft. Wordt zoo de gedachte, wie God voor Zijn volk is, niet bovenmate heerlijk en troostrijk? Hij is voor Israël als de dauw. Dat wil zeggen: Hij is Israels leven en de fleur en de geur van dat leven. Welk een wondere troost zit er in deze belofte. Juist, als alle andere bronnen zijn ge sloten, als de zon steekt en de aarde droog en hard is, dan zorgt God, dat Israël leven kan. Want het leven is uit Hem en wat uit Hem is, behoudt Hij zelf in het leven. Dan is Zijn leven-behoudende en ver sterkende genade er een, die geregeld komt en in zulk een mate, dat er van verschroeien of verdrogen geen sprake kan zijn. Zoo beteekent die belofte: Ik zal Is raël zijn als de dauw, feitelijk: Ik zal Israël alles zijn! Steekt hen de heete middagzon In 't moerbeidal, Gij zijt hun bron. En stort op hen een milden regen,- Een regen, die hen overdekt, Verkwikt en hen tot zegen strekt. De legende van Uilenspiegel en Lamme Goedzak. KL Uilenspiegel is het beeld van al de eigenschappen die aan bet Vlaamsche volk in een hardnekkigen strijd om de vrijheid de kracht tot volharden gaven. Hij is de getuigenis van zijn moed en zijn dapper vertrouwen, door hem leeren wij dit volk op den harden en zwaren lijdens weg kennen en begrijpen. De beste eigen schappen van bet Vlaamsche volk worden in zijn daden openbaar: groot is zijn mee lijden, onwankelbaar zijn trouw, sterk ook zijn baat tegen degenen .die zijn vader vermoord hebben.... Met een lach weet bij de tranen te verbergen, boog boven zijn leed zingt bet lied; maar in bet verborgen brandt die onbluschbare vlam, waardoor bij immer tot daden van verzet wordt aangedreven: de assche zijns vaders klopt op zijn hart, en nooit zal bij. den dood van dezen geliefde vergeten, nimmer dat verlies ongewroken laten Om de wille van 't vrije geloof is Klaas, Uilenspiegels vader, gevangen gezet. Het vonnis is bard: te moeten sterven, vrouw en kroost onverzorgd achter te laten in een booze wereldSoetkin, de vrouw van Klaas, klaagt: „Welke misdaad heb ben wij dan bedreven? Wij leefden ge tweeën vreedzaam als eerlijke, kleine lie den; wij beminden elkander, dat weet Gij, Heer God, die ons ziet! Wij stonden vroeg op om te werken en 's avonds aten wij, U dankend, bet zuur gewonnen dagelijksch brood". Maar bet vonnis bleef ongewijzigd: de vlam zou bet lichaam van dezen eerlijken FEUILLETON door GEORGE MAG DONALD. 31) Ofschoon ik begreep, wat hij bedoelde, was het nu de gelegenheid niet er dieper op in te gaan. Ik kon slechts zeggen: „Mijn hart was overvol, ik kon mijn ge voelens niet bedwingen." „Laat mij dan in dien 'Overvloed dee- len," antwoordde hij en wij spraken er niet verder over. We droegen Connie het geheele eiland rond en van drie zijden van de vesting mocht zij naar de zee kijken. Ze mocht over den rand van de borstwering kijken en nog veel meer; totdat bet tijd werd, dat wij' de enkele schapen, die tusscben de ruine liepen te grazen, weer moesten ver laten om den gevaarlijken terugtocht weer te aanvaarden. „Zullen we je maar weer blinddoeken Gonnie?" „Waarom, vader, we kunnen toch niet hooger?" „Neen kind, en al kon dat, dan zou het mensch, di-zer doodklok klepte, op den brandstapel bleef niets over dan bet verkoolde lichaam van Klaas, Uilenspiegels vader. In den donkeren nacht na dien bitteren, donkeren dag, zijn Soetkin en Uilenspie gel naar den brandstapel getogen. Zij heb ben, weenend, vertoefd bij het lijk van den beminde, van den martelaar-om-bet- geloof. Zij hebben iets van de asch geno men en thuis gekomen, beeft Soetkin van een stukje roode en en stukje zwarte zijde een zalkje genaaid, waar zij de assche in deed. Zij deed dit zakje met zijn kostbaren inhoud rusten op Uilenspiegels borst, en sprak: Dat deze assche, die bet hert van mijn man is, dit rood, dat zijn bloed is, dit zwart, dat onze rouw is, steeds op uwe borst blijve, als een vuur van wrake voor zijne beulen! Dat zal, zwoer Uilenspiegel. En bet deerde den aanbrenger niet, dat hij een onschuldige ter dood bad gebracht, maar wel, dat de buit zoo gering was. Moeder en zoon moesten de pijnbank ver duren, de felste pijnen werden ben aan gedaan, maar liefde en haat deden over winnen. De vrouw dacht aan den 'bemin den man, de zoon aan de asch van den vader; en de rechters, na de pijnbank en voldoende beproevingen, spraken bij ge brek aan bewijs moeder en zoon vrij. Sedert dien is bet zwerversleven van Uilenspiegel eerst goed begonnen. Meer dan eens brachten de omstandigheden hem in aanraking met het Prinsenleger, en steeds was zijn doel Oranje i de vriend onzer landen, zooals velen hem noemen in zijn moeizaam werk tot vrijmaking van land en volk den steun te verleenen dien hij geven kon. Zoo wordt Uilenspiegels leven vol avontuur, wijl hij den strijd zoekt en 't hem een lust is uit allerlei verwikkelingen een gunstig resul taat te bejagen. Tegen den Spaanschen dwingeland gaat zijn strijd, en vóór den fieren Oranje, die aan bet hoofd van zijn leger allerwegen den vijand bekampt.. Het Noorden weet na een langen, han gen kamp de vrijheid te veroveren; van Westerschelde tot Ooster-Eems wordt het Spaansche juk afgeschud. Maar ook zuid waarts woont een deel van hetzelfde volk, gesproten uit denzelfden stam! Uilenspie gel is hunner één; zijn strijd was voor de vrijheid, óók de vrijheid van het Zuiden! De uitslag stelde hem teleur: het Zuiden kpn niet, als het Noorden, tot volle vrij heid geraken. Zoo vinden wij onzen held in den toren van Veere; hij werd daar, naar D'e Costers verhaal, bevelhebber en wachter. En bet was hem goed, te wonen onder bet vrije Zeeuwscbe volk. Doch niet voor immer hield bij bet uit binnen zoo nauwe begrenzing: bet kon niet anders, of dit vogelbart moest de vrijheid en de ver lossing van alle banden als zijn rijkste deel begeeren. En met de kracht van een sterk geloof klinkt zijn kreet: „Begraaft men ooit den geest en bet hart van Vlaan deren? Neen! Vlaanderen kan slapen, maar sterven nooit!" Er is alle reden om aan Charles de Cos ters werk de eer te brengen welke bet ver dient. Dit beteekent niet, dat wij elke uiting, elke gedachte onvoorwaardelijk be wonderen; maar ondanks datgene wat wij een vlek noemen, brengen wij aan dit epos een stille hulde. Want dit boek 'blijft toch een kracht, waaraan vertrouwen en hoop van later tijden zich sterken; hier ziet met op het allerduidelijkst welk een aandeel de kleine luyden gehad hebben in den strijd om de vrijheid, een aan deel dat zij hardnekkig en moedwillig op hun schouder hebben genomen. Scherp staat in dit boek geteekend de tegenstelling tusscben Uilenspiegel, bet Zonnekind van Vlaanderen, en den genie- pigen wreedaard Philippus van Spanje, den moordenaar van vele duizenden in de lage landen. Met zijn zonnigen lach heeft Uilenspiegel duizenden voor zich gewonnen en hij heeft zelf aan dat alles oneindig meer vreugde bele.efd dan de Spaansche heerscher aan zijn wreedheid. Zoo zien wij in Uilenspiegel de personifi catie van Vlaanderens trouw, van zijn heldenmoed, zijn bereidheid tot het offer voor elke zaak, die een, offer waard is. En met dat beeld uit een ver ve.-leden, 7 zooals de Goster ons dit voor oogen stelt, stemt het beste in bet Vlaamsche volk nog heden ten dage overeen. A. L. VAN OYEN. j Ingezonden Mededeellng. voor Manufacturen. Damea- en Klnderconfeotle Tapijten Gordijnen Bedden - Ledikanten en aanverwante artikelen la GOES HULST MIDDELBURGSCHE BRIEVEN. Amice, Deze maanden staan wel in het teeken van vergaderen en nog eens vergaderen. Ge kunt bijna geen blad van uw krant opnemen of ge leest van jaarvergaderin- gen en feestvergaderingen. Ons Christe lijk gemeenschapsleven vraagt veel ver gadertijd. Teveel. En het zijn de harde werkers in bet vereenigingsleven, die bo vendien dan nog de last van het organi- seeren van gezellige, feestelijke jaarver gaderingen te torsen hebben. En de critici zijn dan vaak de klaploopers, die alleen maar contributie betalen, zonder zich van bet eigenlijke werk der vereeniging iets aan te trekken, maar wel op de jaarver gadering komen, omdat een tractatie en wat vroolijkheid een mensch wel eens mag hebben op zijn tijd. Zonder nui critiek te willen leveren op bet vele en goede werk, dat door onze Christelijke vereenigingen wordt gepres teerd, mag toch de vraag gesteld of bier niet te centraliseeren zou zijn. Hoeveel betrekkelijk kleine vereenigingen span nen zich in om toch van de jaarvergade ringen iets te maken. En heel vaak wordt er dan heel mooi werk geleverd, waarvan toch maar weinigen genieten. Wat jam mer is voor de medewerkers die er zoo veel moeite voor deden. Ik denk b.v. aan een groep jonge men- scben uit onze stad, die nu op zeer ver dienstelijke wijze reeds tweemaal bet spreekkoor: „Het lied van den Arbeid" hebben opgevoerd, waarvan één keer voor een betrekkelijk kleine groep. Hoeveel tijd en studie liggen er niet achter zoo'n opvoering. Hier moesten nu evenveel bonderden als nu tientallen van hebben kunnen genieten. Dit zou door concentratie misschien kunnen. Waarom zouden verschillende Christelijke vereeni gingen niet gezamenlijk hun jaarvergade ringen houden? Ik denk b.v. aan Patri monium, Mannen- en Kiesvereeniging. (Al schrijvende denk ik nu: Kerk, Staat en Maatschappij1.) Een weinigje econo mie, om met minder inspanning meer re sultaat te krijgen, zou ook voor ons Chris telijk vereenigingsleven geen kwaad ding zijn. Behalve een aanzienlijke werkbespa- ring, zou1 het ook een aanmerkelijke ko's- tenbesparing met zich meebrengen. Maar voorloopig zal bet met deze samenvoe ging wel gaan, als met bet samenvoegen van kleine gemeenten. Iedereen wil graag in eigen koninkrijkje baas blijiven. En be zwaren opblazen en uitbuiten is makke lijker dan overwinnen. Onder de zeer nuttige bijeenkomsten, die worden gehouden, reken ik een verga dering zooals we die hier vorige week in de Hofpleinkerk hadden, waarin Dr Krop, Ned. Herv. predikant te Rotter dam, optrad en sprak over toestanden in den Russischen heilstaat. Velen denken dat het in Rusland zoo erg niet meer is en dat 't in ieder geval al veel beter is dan in den Tsarentijd. Zeer kernachtig beeft eens een Antirevolutionair spreker ge zegd, dat Rusland één groote vennoot schap is die de wereld zoowel mate rieel als geestelijk tracht kapot te maken. En duidelijk heeft ook Dr Krop doen uit komen dat bet in Rusland niet alleen gaat om een economisch stelsel. Het gaat er evenzeer om de uitroeiing van den Ghris- telijken godsdienst. En ondanks den ma terieelst en geestelijken nood van het Russische volk werkt een leger van onge loof spropagandis ten, door Moskou bezol digd, ook in ons land. En van Jezus be vel: predikt bet Evangelie, hebben zij gemaakt: predikt het communisme aan alle volken. Den volgenden avond vertelde Zende ling Ds Merkelijh, in hetzelfde kerkge bouw van de moeilijkheden en zorgen, maar ook van den vooruitgang en den zegen van het zendingswerk op Java. En tegenover de energie van Moskou stelt de Christen zijn geloofskracht en ook zijn geloofsdaad, zich niet alleen uitend in woorden. Het verdient waardeering, dat men in onzen kring bet offeren niet ver leert. Werd den vorigen avond ten be hoeve van de Russische Christenen ruim f 90 gecollecteerd, voor bet zendingswerk op Java werd ruim f 100 bijeengebracht. Van een vereeniging van geheel ande ren aard, n.l. de vereeniging voor veilig verkeer (V.V.V.V.) kan gezegd worden dat zij staat in bet teeken van ieders be langstelling. Dat blijkt wel hieruit, dat in de j.l. Maandag gehouden oprichtingsver gadering 75 leden toetraden. Veilig verkeer. Zoover is het nog niet. Wie dagelijks de kolommen verkeerson gevallen leest, ziet die woorden nog als onvervulbaar ideaal. Geen wet zoo streng als de wetten van het verkeer. De over treder ervan wordt vaak op staanden voet gestraft. Alle pogingen die worden on dernomen om bet verkeer veiliger te ma ken verdienen toejuiching. Dat men op de scholen er mee begint is zeker uitnemend, toch is bet mij wel eens opgevallen, dat ouderen vaak onvoorzichtiger zijn op dit gebied dan schoolkinderen. Het verkeer heeft de laatste jaren zulke geweldige uit breidingen ondergaan, dat we ons aan die gewij'zigde omstandigheden moeten aanpassen. Groetend, STENTOR. i Een trouwpartij met hin dernissen. Bij de Woensdagsche trouwerij op het Maastrichtsche stad huis was ook een paartje, waarvan de vrouw schijnbaar niet geheel vrij uitging want toen man en vrouw bun „jawoord" hadden en de bandteekeningen geplaatst waren, wenkte de politie de bruid om eens naderbij te komen. Alras bleek dat zij uit bet bewakings gebied was uitgewezen en thans te Maas tricht vertoevende, daarin wederom was teruggekeerd. Zij kon echter getuigen, dat zij voor dezen plechtigen dag van haar leven een dag verlof had gekregen om terug te kee- ren, doch zij moest toch even mee naar het bureau. Dé bruidegom ging ook mee en tot groote ontsteltenis bleek dat deze nog 21 dagen moest opknappen. De politie was echter niet hardvoch tig en gaf bun vrijheid eerst hun witte broodsweken door te brengen, voor dat manlief zijn straf zou ondergaan. Geheimzinnig geval. De Bussumsche politie beeft per auto een 28-jarig Amsterdammer naar bet bureau gebracht, die in genoemde gemeente waarschijnlijk op ernstige wijze is mis handeld. De man had een wonde aan zijn hoofd, doch was niet in staat tot het ge ven van eenige inlichtingen over hetgeen er met hem was gebeurd. Van het bureau is bij overgebracht naar bet Wil'helmina- gasthuis, waar bij is overleden. De politie zal thans trachten vast te stellen of voor den dood van bet slacht offer een of meer personen aansprakelijk moeten worden gesteld. Geheimzinnige nachte lijke bezoeker. Reeds meerdere ma len bad de beer K. te Someren bemerkt, dat gedurende zijn afwezigheid iemand in zijn woning kwam. Alhoewel alles goed werd afgesloten, werd toch telkens ontdekt, dat potjes en pannetjes waren Ingezonden Mededeellng. toch voor vandaag te laat zijn. Ik ben alleen bang, dat je bij het gezicht van den afgrond duizelig zult worden, als we naar beneden gaan." „Maar ik zal niet duizelig worden, va der." „Ben je daar zoo zeker van?" „Ja, u draagt me toch." „Maar als ik zou uitglijden? Dat kon toch gebeuren, niet?" „Dan zou ik in den afgrond vallen, en fluisterde zij, „als ik door te sterven evenveel beter wordt als sinds ik van bet paard ben gevallendan zou ik tevre den zijn." Ik trachtte te glimlachen, want ik kon niet spreken. We namen haar op en, ofschoon met eenige beving van mijn kant, gelukte bet, haar zonder een en kele misstap naar beneden te dragen. Mijn vrouw was er zenuwachtig van, en loosde een zucht van verlichting, toen we goed en wel op veilig terrein waren aan gekomen. „Hè, ik ben blij', dat bet voorbij is," zeide ze. „Ik ook," antwoordde ik, terwijl we de draagbaar neerzetten. „Arm vadertje, wat zullen uw armen een pijn doen! En mijnheer Percivale." Deze antwoordde door een grooten steen op te nemen en dezen ver weg te slingeren in de diepte. We zagen hem met een barden slag beneden op de klip>- pen in stukken springen. „Mijn armen zijin nog best, hoor." Toen we thuiskwamen, bad ik de vol doening dat mijn vrouw en dochter zich weer met de zee verzoend hadden, zoodat we veilig naar Kilkhaven konden terug- keeren. Dit deden we dan ook, drie dagen daarna, en Percivale nam Turner's plaats in bet rijtuig in. HOOFDSTUK XX. Het was prettig weer in de pastorie te komen, die ons een nieuw tehuis was geworden en dit genoegen werd nog ver hoogd door de uitbundige verwelkoming van Dora en de jongens. Connie's baby kraaide luid bij het zien van Connie. De droeve herinneringen boorden thans tot het verleden. Ze zouden ons niet meer kwellen. Op den terugweg was ik even bij den smid uitgestapt, die kort voor ons ver trek plotseling ziek geworden was. Thans bevond ik, dat bij in zoo verre hersteld was, dat hij zijn werk kon doen. Zijln moeder vertelde mij, dat bij geregeld aan vallen kreeg, maar dat bij er altijd weer spoedig boven op kwam. Ik vreesde ech ter, dat bet een waarschuwing was van het naderend einde. „Heusch dominee," zei ze, „Joe hoefde niet ziek te zijn, bet is alles zijn eigen schuld." „Hoe bedoelt u dat," vroeg ik. „Ik kan me toch moeilijk voorstellen, dat bij zelf de schuld is van zijn zwakke gezond heid." „Hij is een wel opgevoede jongen, mijn Joe," antwoordde zij, „maar hij heeft nog niet geleerd, wat ik jaren geleden heb moeten leeren".' „Wat dan?" vroeg ik. „Om een beslissing te nemen en er dan bij te blijven. Om het één of het ander te doen." Ze was een vrouw met een overhan gende bovenlip en een streng gezicht en als ze sprak, werd die lip nog langer. Sloot ze baar mond weer, nadat ze iets gezegd bad, dan leek het, alsof die lip twee derde van haar gelaat besloeg on der haar neus. „Maar wat wil hij dan niet doen?" „Dat doet er niet toe. Als hij maar blijft bij de beslissing, die hij genomen beeft." „Maar wat voor beslissing?" „Ik heb er hem niet toe aangezet an we Deze week is de Minister van Staat, oud-gouverneur-generaal Idenburg, een groote onder ons, een man, die allerwe gen achting en respect afdwong, ons ont vallen. Inderdaad een groot verlies. Zijn leven toch stond in bet teeken van trouw, trouw aan zijn hemelschen Koning, trouw aan zijn belijdenis tot in de hoogste amb ten toe. Een man, die zich zijn overtui ging nooit geschaamd heeft, ook al was soms boon zijn deel. Moge zijn voorbeeld, zijn eenvoud, zijn godsvrucht ons, vooral ook onze jonge menschen, aansporen om ook die trouw te betoonen tegenover God en menschen, op de plaats, waar we zijn gesteld., De menschen, ook de leiding gevende, vallen weg, maar het werk blijft. Op sympathieke, sobere wijze is de heer Idenburg in Eerste en Tweede Ka mer herdacht, een herdenking, waarbij de regeering zich bij monde van de Minis ters aansloot. Ons parlement heeft weer een drukke werkweek achter den rug. De Eerste Kal mer keurde na een soms vrij uitvoerige behandeling de begrootingen van Wa terstaat, Koloniën en Sociale Zaken goed, terwijl de Tweede zich onledig hield met de bespreking van de verbindendverkla ring van de ondernemersovereenkom sten. Dit wetje mocht ten slotte een groote meerderheid verwerven. Opmerkelijk, dat tegenstemmers waren: liberalen, Staat kundig Gereformeerden en Communisten. Fèn uitslag, die wel wat zegt. nu het om sociaal-economische politiek ging! In bet Saargebied heeft men gisteren uitbundig feest gevierd. Nadat 's daags te voren de laatste vreemde troepen waren vertrokken, had gisteren de over dracht over bet Saarland aan de Duit- sche autoriteiten plaats. Zelfs Hitler was overgekomen om aan de feestelijkheden luister bij te zetten. Het is voor de Saar- landers nu maar te hopen, dat ze straks ook ondervinden mogen, door dezen over gang in economisch opzicht zeker niet slechter geworden te zijn. Overigens staat de internationale po litiek voor een groot deel in het teeken van reizen maken. De Oostenrijksche af gevaardigden zijn van hun reis naar Pa rijs en Londen weer huiswaarts gekeerd, terwijl nu weer de Engelsche minister Simon te Parijs vertoeft en straks een visite aan Berlijn zal brengen. Misschien maar dat is nog niet zeker staat ook Moscou nog op bet program. Er wordt dus in de genoemde hoofd steden heel wat klaar gemaakt. We kun nen niet anders dan den hartgrondigen wenscb uitspreken, dat dit alles den we reldvrede ten goede moge komen en het oorlogsgevaar zal doen afwenden of al thans minder dreigend maken. Wat Italië tegen Abessynië in 't schild voert, is nog steeds niet duidelijk. Het transport van troepen houdt aan, al be weert Italië ook, dat het daarin eenige beperking beeft gebracht. Bijzonder ingewikkeld is bet Abessy- nisch probleem wel. Vele belangen krui sen daar elkaar. Ligt bet nu wellicht in de bedoeling van Italië om dezen Gordiaanscben knoop zoo noodig met het zwaard door te hakken? verzet, kastdeuren waren geopend en der gelijke. Om dit geheim te ontsluieren nam K. den gemeenteveldwachter in den arm. Deze nu stelde zich verdekt in de wo ning van K. op, terwijl K. zelf bet dorp inging. De veldwachter had nog niet zoo heel lang gewacht, toen iemand een sleutel in 'bet deurslot der woning van K. stak, de deur opende en binnen kwam. De eene kamer na de andere werd doorzocht tot dat de ongewenschte bezoeker ten slotte bij den veldwachter terecht kwam. Het bleek te zijn de 31-jarige buurman S., iemand die reeds eerder met de gevange nis beeft kennis gemaakt. S. werd door den veldwachter gearres teerd. Dte aangehoudene heeft bekend meer dere malen in de woning van K. kleine diefstallen van geld, etenswaren en der gelijke te hebben gepleegd. Hij was nog tot 4 maanden voorwaardelijk veroor deeld wegens vroeger gepleegden dief stal, zoodat hij nu wel voor geruimen tijd zal worden opgeborgen. varen er geen van tweeën goed bij als ik gebonden ben, maar hij moet doen, zooals hij zelf verkiest. Zoo langzamerhand kon ik mij begrij pen, dat de smid altijd zoo donker keek, wanneer er niet meer zonneschijn in huis was, dan het gelaat van zijn eigen moe der weerspiegelde. Er zijn weinig dingen, die een man zoo voor zijn werk geschikt maken als een zonnig thuis, onverschil lig of het nu zijn vrouw, moeder of zuster is, die dat zonnetje doet schijnen. En bet gezicht van Joe's moeder was zeker niet zonnig. Ongetwijfeld was het dat wel geweest, toen ze naar hem keek als kleine jongen. Waarom toch verdwijnt de vreug de, als de kinderen ouder worden? „Wel, ik mag niet vragen. Maar ik ben bang, dat uw zoon het lang niet goed inaakt. Aanvallen als hij ze beeft, doen altijd veel kwaad.En als er dan nog iets is, dat hem hindert, dan zal hij ze stellig niet te boven komen." Ik deed verder geen moeite er achter te komen, wat haar zoon drukte en stellig zijn ziektetoestand verergerde. Ik liep de smederij in en sprak met hem af hem den volgenden morgen bij de kerk te ont moeten. (Wördt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1935 | | pagina 5