Neem 'n "AKKERTJE"
DONDERDAG 17 JANUARI 1935
DAGBLAD VOOR DE PROVINCIE ZEELAND
48e JAARGANG - No. 81
Buitenland
Binnenland
Belangrijkste Nieuws.
ui! too'n nieuw handig «akdoosj®
bij Gevalle kou, Griep, Muenu^
Uit de Provincie.
Uitg.: N.V. Uitgevers-Maatschappij „Luctor et
Emergo" ter exploitatie van het blad „De Zeeuw".
Bureaux Lange Vorststraat 70, Goes.
Telefoonnummer 11.
PoBtchèque en Girorekening 44455.
Bijkantoor Middelburg, Lange Burg. Telef. 259.
Directeur-Hoofdredacteur: R. ZUIDEMA.
Abonnementsprijs f2.50 per kwartaal,
weekabonnementen voor Middelburg, Goes ©ra
Vlissingen f O.gO. Losse nummers 5 cerai
Advertenti&n §0 eest pe? regel Inges -raden
mededeelingon 60 cent per regel Kleine
Advertontiën Dinsdags en Vrijdags f0.75, bij
vooruitbetaling. Onder ietter of motto ÏOJSÖ.
Bij contract belangrijke korting.
Lijkbezorging.
In ons nummer van 8 Januari hebben
wij een en ander gezegd over het vraag
stuk der lijkverbranding.
Wij schreven toen o. m.:
„Voor een goede gezagshand'having is
eerste voorwaarde, dat aan het gesol met
de Begrafeniswet een eind wordt gemaakt.
En aangezien het begraven der lijken
tot de christelijke zeden behoort, volgt uit
de erkenning van de christelijke volksi-
aspiraties dat het mogelijke wordt gedaan
om aan de lijkverbranding een einde te
maken".
Naar aanleiding daarvan schrijft de
liberale „Middelb. Courant", welk orgaan
voortdurend voor de lijkverbranding pro
paganda maakt:
„Wij zouden zeggen: ziedaar nu het
streven van rechts om zijn wil aan an
dersdenkenden op te leggen, in zijn ware
gedaante en zijn naakte leelijkheid ont
huld.
Men zal bij een nauwgezet lezen van
het betoog van „De Zeeuw" geen enkel
argument vinden, waarin op theologische
gronden de lijkverbranding onaanvaard
baar verklaard en diensvolgens, naar zijn
inzichten, verboden moet worden. Het
blad weet natuurlijk te goed, dat zulke
argumenten, zoo zij er al zijn, reeds lang
en deugdelijk weerlegd werden. En het
zou 'heusch niet nagelaten hebben, zulke
argumenten aan te voeren, indien zij er
geweest waren wel wetende, dat men
voor die argumenten zwichten of althans
zwijgen moet.
Maar neen: het gaat hier niet om een
heilig beginsel, doch slechts om een g e-
woonte. Een zede, zoo men wil: een
christelijke zede.
En omdat men het tot dusverre zoo
gewoon was 1 daarom, en daarom alléén
moet de lijkverbranding verboden worden.
Niemand zal het in z'n hoofd halen
tot lijkverbranding te willen dwingen.
Wij eischen slechts de vrijheid in dezen.
Diegenen, welke aldus over hun stof
felijk hulsen wensc'hen te beschikken, moe
ten het volledige recht daartoe hebben.
Aan het gesol met de Begrafeniswet
moet inderdaad een einde komen.
Dat kan slechts op één rechtvaardige
wijze: zonder de rechten van de partijge-
nooten van „De Zeeuw" ook maar een
haartje te krenken, dienen de rechten
van diegenen, welke er anders over den
ken, erkend te worden.
Door een wettelijke regeling van het
reoht tot crematie der dooden".
De toon van dit stukje is zooals we dat
van die zijde gewend zijn: uit de hoogte.
„Deugdelijke argumenten tegen lijkver
branding, zoo zij er ai zijn, werden reeds
lang en deugdelijk weerlegd". Afgedaan!
Het spreekt vanzelf, dat wij in dit
verband niet het vraagstuk van de lijkver
branding gaan bespreken.
Slechts op een paar opmerkingen van
de „Middelb. Crt" vestigen wij even de
aandacht.
Handhaving van de christelijke
zede wordt hier op één lijn gesteld met
het vasthouden aan slechts een ge
woonte.
Een veel-zeggende uitspraak. Maar die
we toch in een liberaal orgaan nog niet
hadden verwacht. En die gelukkig door
vele liberalen niet zonder meer wordt on
derschreven. Een revolutionaire theorie
van het zuiverste water.
Niet minder trekt de aandacht, hoe hier
met het vrijheidsbegrip gesold wordt.
„Wij eischen slechts de vrijheid in de
zen. Diegenen, welke aldus over hun stof
felijk hulsel wenschen te beschikken, moe
ten het volledige recht daartoe hebben".
Deze „vrijheid", dit „volledige recht"
wordt gevraagd voor de lijkverbranders.
Maar die vrijheid zal dan ook, onder
zekere beperkingen in verband met de hy
giëne, moeten worden toegekend aan hen,
die als sommige heidensche volksstammen
hun dooden in een boom binden en ze aan
het gevogelte ten prooi geven.
Waarom niet? Het is immers slechts
een kwestie van „gewoonte", waarbij alle
dwang uit den booze is!
DE VOLKENBOND EN DE SAAR-
KWESTIE.
De Volkenbondsraadsvergadering voor
onbepaalden tijd verdaagd. Toch vandaag
nog dé beslissing?
De vergadering van den volkenbonds
raad, waarin gistermiddag het rapport
Aloisi over den terugkeer van het Saar-
gebied naar Duitschland zou worden aan
genomen, is voor onbepaalden tijd uitge
steld, omdat de Duitsche regeering ver
langt, dat gelijktijdig reeds de datum van
de overdracht van het bestuur van het
Saargebied aan Duitschland zal worden
vastgesteld en de Franschen hiertegen
nog bezwaar maken.
De commissie-Aloisi zal thans in be
spreking met de Duitsche en Fransche
regeeringen over dit meeningsverschil
treden.
Omtrent de reden, waarom de bijeen
komst van den Volkenbondsraad gisteren
ter elfder ure verdaagd is, werd later in
bevoegde kringen te Genève verklaard,
dat deze te zoeken is in het feit, dat de
Fransche regeering de kwestie had op
geworpen der demilitarisatie van het
Saargebied. Volgens de artt. 4244 van
het Verdrag van Versailles moet het ge-
heele Duitsche gebied op den linker Rijn
oever gedemilitariseerd worden en mogen
er geen troepen ondergebracht worden.
Bovendien beweren de Franschen, dat de
demilitarisatie ook de vernietiging in
sluit van alle strategische spoorwegen en
van alle installaties in spoorwegstations,
welke tot het laden en lossen van mili
taire treinen kunnen dienen. Wegen,
bruggen, kanalen, enz. kunnen ook onder
zekere omstandigheden worden be
schouwd als hebbende een strategische
waarde.
Verder moet overeenstemming zijn be
reikt in kwesties als de wijze van beta
ling door Duitschland van de afkoop
som voor de Fransche mijnen in het
Saargebied en de waarborging van de be
langen der ambtenaren in dat gebied.
Zoowel van Duitsche als van Fransche
zijde was men echter optimistisch over
den spoedigen bevredigenden afloop de
zer besprekingen. In het bijzonder werd
van Duitsche zijde verzekerd, dat de Duit
sche regeering de Fransche stelling niet
betwist, dat ook in het Saargebied de de-
militarisatie-bepalingen van het Verdrag
van Versailles van toepassing zijh en
moeten worden nageleefd.
Een accoord schijnt tusschen de Fran-
sche en Duitsche onderhandelaars te zijn,
bereikt, dat echter nog de uitdrukkelijke
goedkeuring van de Duitsche regeering te
Berlijn noodig heeft.
Men verwacht dat de Volkenbondsraad
reeds vandaag zal kunnen bijeenkomen,
om dan tegelijkertijd de beslissing te ne
men over den terugkeer van het Saarge
bied naar Duitschland en over het tijd
stip van overdracht van het bestuur over
het Saargebied aan Duitschland. Als da
tum van overdracht zal waarschijnlijk de
dag van 1 Maart worden vastgesteld.
Hoogverraadsproces te Moskou.
Naar het Tass-agentschap meldt, zijn
tijdens het onderzoek, dat is ingesteld
naar aanleiding van de ontdekking in
Leningrad van een clandestiene groep
contra-revolutionnairen, die het complot
tot den moord op Kiroff hadden voorbe
reid, nieuwe bijzonderheden aan het licht
gekomen, betreffende de activiteit van
Zinovief, Kamenef en anderen.
In verband met deze ontdekkingen moe
ten thans Zinovief, Kamenef, Federof en
vijftien andere beklaagden terechtstaan
voor het militaire college van het hooge
gerechtshof.
Gisteren is het proces tegen de achttien
beklaagden begonnen.
Vluchtelingen in Frankrijk.
De Fransche regeering heeft maatrege
len getroffen, om uitwijkelingen uit het
Saargebied in de buurt van Toulouse en
Bordeaux onder te brengen. Er zijn voor
bereidingen getroffen om daar in het ge
heel een 5000 uitwijkelingen te plaatsen.
De maatregel heeft echter slechts een
voorloopig karakter, in afwachting van
de definitieve maatregelen, welke de vol
kenbond moet vaststellen.
De verpleging van de uitwijkelingen zal
ook op kosten van den volkenbond ge
schieden.
Te veel openbare feesten in Turkije.
De Turksche regeering heeft een wets
ontwerp in voorbereiding, om verschei
dene openbare feestdagen, waarvan er te
veel naar haar meening in Turkije zijn,
af. te schaffen.
De twee bairams, groote Mohamedaan-
sche feesten, duren verscheidene dagen.
Verder zijn er de vacantiedagen met
Kerstmis en Nieuwjaar, alsmede de feest
dagen van de Protestanten en Orthodo
xen en vele nationale feestdagen ter her
innering aan veldslagen en andere ge
beurtenissen.
Werkloosheid in Zwitserland neemt toe.
Van einde November tot einde Decem
ber 1934 is het aantal werkloozen in Zwit
serland met 15.187 tot 91.196 gestegen.
In vergelijking met einde December 1933
is het aantal werkloozen 3771 minder.
De veertigurenweek in Italië.
Door het invoeren van de veertig-uren
week in Italië hebben tot 12 Januari
160.907 werkloozen werk gevonden;
129.237 in de industrie. 15.985 in den
landbouw, 14.723 in den handel en 962
in bankbedrijven.
Korte Berichten.
i In het gebied van Golomona in Italië
heeft een hevige sneeuwstorm gewoed,
waardoor heit verkeer op vele plaatsen
onderbroken werd. Op sommige plaatsen
ligt de sneeuw 2 a 3 meter hoog.
Pogingen om de spoorlijn van Napels
naar Colomona vrij te maken, hadden tot
nu toe geen succes, daar de sneeuw op
sommige plaatsen 4 meter hoog ligt.
Op de luchtlijn Stamboel-Parijs
moest gisteren tusschen Belgrado en Boe
dapest de dienst gestaakt worden wegens
een hevigen sneeuwstorm.
Da spelling-Marchant in Drenthe.
Sinds het begin van deze maand wor
den alle stukken op de Provinciale Grif
fie van Drenthe in de nieuwe spelling ge
schreven. Het besluit daartoe is genomen
door Ged. Staten.
De Commissaris zelf. mr dr R. H. ba
ron de Vos van Steenwijk is lid van het
hoofdbestuur van de Vereeniging tot ver
eenvoudiging van de spelling.
Handelsverkeer met Rusland.
Men meldt uit Berlijn aan de „N. R.
Crt.":
De uit de heeren van Walree. Molenaar
en Retmeyer bestaande commissie, welke
zich naar Rusland heeft begeven om al
daar te onderhandelen over uitbreiding
van het Nederlandsch-Russisch handels
verkeer is te Moskou aangekomen. De de
legatie werd zeer hartelijk begroet in de
Sowjet-Russische pers. Morgen zullen de
drie heeren worden ontvangen door Ro-
senholz, den volkscommissaris voor den
buitenlandschen handel.
Wijziging van de steunregeling.
De minister van sociale zaken heeft
aan de besturen der onderscheidene ge
meenten een circulaire gezonden van den
volgenden inhoud:
Ingevolge art. 7 van de steunregeling
moeten inkomsten, zoowel van den be
trokkene zelf als van de leden van diens
gezin, welke niet uit arbeid zijn verkre
gen, behoudens enkele uitzonderingen,
ten volle op het steunbedrag in minde
ring worden gebracht. Ik heb termen
kunnen vinden hierin geringe wijziging
te brengen en heb besloten te rekenen van
de eerstvolgende sleunuitkeering af, pen
sioenen, invaliditeitsrente en ongevallen
rente. welke door inwonende gezinsleden
worden genoten, voortaan slechts voor 2'/3
van den steun te doen aftrekken.
Ik moge u verzoeken hiermede bij de
volgende uitkeering rekening te doen
houden.
Minimumprijzen voor tuinbouwproducten
in het binnenland.
Verscheidene tuindersorganisaties heb
ben besloten een krachtige actie te gaan
voeren, teneinde van regeeringswege te
verkrijgen, dat voor de tuinbouwproduc
ten, die in het binnenland worden ge
plaatst. een minimumprijs wordt vastge
steld, die niet beneden den productieprijs
ligt. Binnenkort zullen de centrale tuin
dersorganisaties in gecombineerde verga
dering worden bijeengeroepen, om defini
tief over deze voor de tuinders zoo ge
wichtige kwestie te beslissen.
Nederlandsche wol in militaire kleeding.
Op initiatief van de Hollandsche Maat
schappij van Landbouw wordt een proef
genomen met verwerking van inlandsche
wol in militair laken. De Nederlandsche
Wolfederatie heeft de geheele proef voor
haar rekening genomen. Een fabrikant
heeft opdracht gekregen drie verschillen
de mengpercentages en bewerkingen toe
toe passen, op een hoeveelheid wol, waar
van in totaal 900 M. laken wordt gemaakt.
Dit laken zal, indien eenigszins mogelijk,
dit jaar in de practijk worden gebruikt;
het resultaat van de proef zal niet eerder
dan in Januari 1936 bekend zijn.
Uitvoer van kreeft naar Frankrijk.
Het Tweede Kamerlid, de heer Drop,
heeft aan den minister van Economische
Zaken de volgende vragen gesteld:
Is het waar, dat door de Fransche Re
geering het invoerquantum is bepaald
voor schaaldieren, waaronder kreeft, voor
het eerste halfjaar 1935?
Is vanwege de Nederlandsche, Regee
ring over de vaststelling van het bedoelde
contingent overleg gepleegd en is daarbij
rekening gehouden met het feit, dat b.v.
op de Zeeuwsche Stroomen het visschen
naar kreeft vóór 1 April verboden is?
Moet de minister niet toegeven, dat, in
dien de eerste vraag bevestigend moet
worden beantwoord, het gevaar bestaat
dat, als de Nederlandsche kreeftvissche-
rij kan aanvangen, het vastgestelde quan
tum reeds zoover is uitgevoerd, dat daar
door uitvoer van door Nederlandsche vis-
sohers gevangen kreeft niet meer mogelijk
of slechts zeer beperkt mogelijk zal zijn?
Wil de Minister verder mededeelen of
de voor uitvoer naar Frankrijk bestemde
kreeft aan een maat gebonden is en in
dien dit niet het geval is, of dan niet de
kans groot is, dat uit andere landen inge
voerde kreeft welke invoer geen m&at-
voorschriften kent op het voor Neder
land vastgestelde contingent naar Frank
rijk zal worden uitgevoerd?
Indien het in de vierde vraag gestelde
bevestigende beantwoording moet vinden,
is de Minister dan bereid, te bevorderen,
dat voor den invoer van kreeft hier te
lande een maatbepaling tot stand komt,
gelijk die voor in Nederland rechtstreeks
aangevoerde kreeft bestaat, en ook te
bevorderen, dat de vischtijden naar kreeft
bijv. op de Zeeuwsche Stroomen zoodanig
worden gewijzigd, dat ook de Nederland
sche kreeftvisscherij op het invoercontin
gent naar Frankrijk zal kunnen uitvoe
ren?
PARTICULIERE LIEFDADIGHEID
BIJ WERKLOOZENSTEUN.
De Minister van Sociale Zaken licht
de nieuwe regeling toe.
De Minister van Sociale Zaken heeft
aan de besturen van onderscheidene ge
meenten een circulaire gezonden, waar
aan wij het volgende ontleenen:
In het vierde lid mm art. 7 der steun
regeling, vervat in het besluit van 15 Ja
nuari 1932 wordt bepaald, dat inkomsten
welke niet uit arbeid zijn verkregen, ten
volle op den steun in mindering moeten
worden gébracht. Ten gevolge hiervan
werden voorheen alle giften en uitkeerin-
gen van andere zijde verkregen, geheel van
den steun afgetrokken. Voor eenigen tijd
héb i!k 'hierin ten aanzien van uitkeerin-
gen vanwege diaconie, parochiaal arm
bestuur of liefdadigheidsvereeniging reeds
eenig verruiming toegestaan.
Ik ben thans 'bereid, de particuliere
liefdadigheid nog ruimere gelegenheid te
bieden aan ondersteunde werkloozen hulp
te verleenen; hiertoe kan ik uiteraard
slechts overgaan in 'het vertrouwen, dat
van particuliere zijde de noodige mede
werking zal worden verkregen ter voor
koming van ongewensohte toestanden.
De hulp toöh, die wordt verleend, mag
er nimmer toe leiden, dat de prikkel tot
het zoeken en aanvaarden van werk weg
genomen wordt. Met het oog hierop moet
ik aan de verruiming der regeling als be
doeld de voorwaarde verbinden, dat, in
dien men van particuliere zijde boven de
uitkeeringen volgens de steunregeling aan
onderstaande werkloozen, hulp wil ver
leenen, men zich van die zijde, hetzij per
soonlijk, hetzij door tusschenkomst van de
ondersteunden ter zake in verbinding stelt
met het betrokken gemeentelijk orgaan
van steunverleening. Op dit. orgaan toch
rust naast de zorg voor de werkloozen de
plicht er voor te waken, dat de 'hulp, die
wordt verleend, geen nadeelige gevolgen
heeft voor de betrokkenen en geen schade
aan het bedrijfsleven 'berokkent door ver
mindering van arbeidslust.
Een maatstaf aan te geven, waarnaar
het orgaan de gevallen zou kunnen beoor-
deelen, acht ik in het algemeen noch wen-
schelijk, noch practisch mogelijk.
Wel wijs ik erop, dat van particuliere
zijde somwijlen in verband met hun bij
zondere omstandigheden hulp wordt ver
leend aan werkende arbeiders. Worden
dergelijke personen werkloos en komen zij
alsdan in ondersteuning volgens de steun
regeling, dan kan deze particuliere steun
indien zij dien blijven ontvangen, zonder
meer hij de bepaling van den steun hui
ten beschouwing worden gelaten.
Voorts vinde geen aftrek op den steun
plaats indien in speciale noodgevallen van
andere zijde extra hulp wordt verleend,
b.v. bij gebrek aan kleeding 'en dekking,
ziekte van een kind, waarvoor extra melk
noodig is, en in het groote aantal van an
dere vergelijkbare gevallen.
Heeft echter de particuliere steun een
meer regelmatig karakter, dan zal
in het overleg hiervoor bedoeld, nauwge
zet dienen te worden nagegaan, of zoo
danige hulp niet het gevolg zal kunnen
hebben, dat de arbeidsprikkel wordt weg
genomen. Meent 't orgaan, dat daarvoor
geen vrees behoeft te bestaan, dan kan
ook dan de extra hulp bij de berekening
van den steun buiten beschouwing gelaten
worden.
Is het orgaan echter van meening, dat
meer hulp tot verkeerde gevolgen zou lei
den, dan ontrade het om in dat geval te
gemoetkoming te verleenen. Wordt van
andere zijde in dat geval dan toch hulp
verleend, dan worde die hulp voor het
volle bedrag van den steun afgetrokken.
Dit geschiede ook indien een particuliere
instantie niet bereid mocht zijn om met
het orgaan overleg te plegen.
Ik spreek nogmaals het vertrouwen
uit, dat nu het mogelijk zal zijn, dat de
particuliere 'hulp zich zooveel beter zal
kunnen ontplooien, men van particuliere
zijde tot contact en overleg bereid zal zijn.
Wat aldus voor hulp van particuliere
zijde geldt, zal uiteraard evenzeer gelden
voor hulp, welke wordt verstrekt vanwege
de kerkelijke of burgerlijke armbesturen.
De vorenstaande regeling geldt ook voor
hen, die 'bij een van Rijkswege gesubsidi
eerde werkverschaffing zijn geplaatst. Het
is evenwel gewenscht, dat het ooilege van
Binnenland.
Opbrengst van de rijksmiddelen in 1934.
De particuliere liefdadigheid en de werk-
loozensteun.
Huiszoeking bij het paleis voor volksvlijt
te Amsterdam.
Wijziging steunregeling.
Teraardebestelling minister Kalff.
Buitenland.
Op 1 Maart overdracht van het Saarge
bied?
Hoogverraadsproces te Moskou.
B. en W. in een desbetreffend geval met
den betrokken inspecteur voor de werk
verschaffing overleg pleegt.
i aa
DE DOOD VAN MINISTER KALFF»
Over het werk van wijlen minister Ir.
J. A. Kalff zegt „De Vrijheid" o.m.:
Ondanks den recenten overgang van de
posterijen met da radio naar het in ander
opzicht ontlaste departement van Binnen-
landsche Zaken, tart de omvang der werk
zaamheden, waarmede de minister van
Waterstaat zich belast ziet, elke beschrij
ving. Er is een tijd geweest, waarin nog
niet aan de droogmaking van een groot
deel der Zuiderzee gedacht werd; waarin
van staatsmijnen nog geen sprake was;
waarin de spoorwegen nog niet ten gevol
ge van de felle concurrentie der andere
verkeersmiddelen en van den drukkenden
crisisnood met tekorten van tientallen
millioenen te worstelen hadden en geen
ministers van Waterstaat of Financiën
zich maar iets van een drukkende staats
garantie behoefden aan te trekken; waar
in het autoverkeer nog niet een revolutie
teweeg brac'ht in het verkeersvraagstuk
en de uitdrukking „coördinatie van het
verkeer" nog moest worden uitgevonden;
waarin nog niemand van een luchtvaart
dienst droomde; waarin last not least
het nijpende probleem der bijkans
400.000 werkloozen nog geen schier ener-
veerende eisohgn stelde aan de regeering
in het algemeen en de ministers van So
ciale Zaken en Waterstaat in het bijzon
der. In dien rustigen tijd had het hoofd
van het departement van Waterstaat wel
eens een rustig uurtje, wel eens een zorge-
loozen dag, wel eens een vacantieweék
zonder eenige beslommering.
Voor welk een reuzentaak staat echter
thans het hoofd van het departement!
Reeds bijkans een jaar geleden, vóór de
behandeling der Zuiderzeebegrooting voor
1935, is minister Kalff bijkans van ver
moeienis neergezonken. Met ijzeren zelf-
beheerscbing 'beeft bij nochtans deze be
grooting verdedigd, om daarna heel even
rust te nemen. Doch reeds spoedig daar
na arbeidde hij weder op zijn departe
ment, stond hij opnieuw achter de groene
tafel. Insiders kunnen slechts de grootste
waardeering voor deze zeldzame, de eigen
persoon in de waagschaal stellende toe
wijding hebben.
Outsiders.... ach, ook den heer Kalff
beeft de demagogie niet gespaard. Nog
slechts kort geleden werd hij in het or
gaan der grootste nationaal-socialistische
partij van Nederland „minister Diesel"
betiteld, hoewel men kon en moest weten
dat de minister ten opzichte van de Die-
seltreinen voor een fait accompli stond,
toen 'hij zijn ambt aanvaardde. Bij de
jongste waterstaatsbegrooting is dit
voorzoover het toen nog onbekend mocht
zijn ten duidelijkste aan den dag ge
komen. De minister heeft al het mogelijke
gedaan om schade van de spoorwegen en
den staat af te wenden, om de verant
woordelijkheidsvraag zoo scherp mogelijk
te stellen; ook voor zijn beleid in dit op
zicht is ons volk hem erkentelijkheid
schuldig".
De Stoomtram Walcheren.
Naar aanleiding van het bericht over
het verleenen van ontslag aan een drietal
leden van het personeel van de Stoom
tram Walcheren, vernemen wij nader, dat
dit een gevolg is van de inkrimping van
het trambedrijf maar dat deze personen
wachtgeld krijgen tot dat hun pensioen
kan ingaan.
Aanranding.
Gisteravond kwam de winkelbediende
G., uit Grauw terug naar Hulst, toen hij
nabij 't Jagertje door iemand werd aan
geroepen. Naderbij gekomen kreeg G. een
hevigen slag tegen het hoofd. Hij sprong
van zijn bakfiets en diende den aanran
der een paar flinke klappen toe. waar-