Gemengd Nieuws.
Het Vrouwenhoekje
Dammen
Door een koe op de horens
genomen. Te Sevenum werd de 18-
jarige dochter van den heer Leysten
(Hees), die in de Steegh koeien wilde
gaan melken, aangevallen door een wild
geworden koe. Het dier nam het meisje
op de horens en slingerde haar de lucht
in, waarna ze tegen de prikkeldraadaf
sluiting werd gegooid.
Voordat er hulp kwam opdagen, had
de koe het meisje deerlijk toegetakeld.
Met vxeeselijke wonden aan beenen en
rug, werd het zwaargewonde meisje op
genomen door landbouwers, die in de
buurt aan 'twerk waren. Haar toestand
is thans redelijk wel.
Door eigen geweer gedood.
Te Reusel is de 27-jarige G. met zijn ge
weer komen te vallen, waardoor een schot
afging en de man in de 'hartstreek getrof
fen werd. De ongelukkige overleed ter
plaatse.
Hygiëne in Turkije. De ge
meenteraad van Istanboel heeft bij veror
dening afgekondigd, dat alle huiseigena
ren de houten luiken voor hun ramen
moeten wegnemen.
De meeste huizen hebben deze licht- en
luchtafsluitende apparaten voor hun ra
men, welke door de doktoren als zeer on
gezond worden aangemerkt, om welke re
den men ze moet laten verwijderen. Op
het protest van de huiseigenaren, die be
weerden dat deze luiken bedelaars en die
ven uit hun huis hielden, werd geen acht
geslagen.
i Een vitaminefabriek. De
eerste vitaminefabriek is te Leningrad in
bedrijf gesteld.
De fabriek is reeds begonnen met de
productie van het vitamine G, dat dient
tegen den scheurbuik.
Binnenkort wordt begonnen met do
productie van vitamine B tegen de Engel-
sche ziekte.
Men denkt weldra 10.000 doses vita
mine B en G per dag te maken.
Het product wordt gefabriceerd uit
dennennaalden, klis en bladeren van
zwarte bessen. De Sowj et-autoriteiten
zijn van meening, dat een patiënt, die aan
scheurt <uik lijdt, 20 doses vitamine C per
maand moet gebruiken. Zij achten 'het
ook een goed geneesmiddel voor spijsver-
teringsziekten. De wijze van productie
wordt streng geheim gehouden.
Een dief, die pech had. Gis
termorgen heeft op den Haagweg te Lei
den een aanrijding plaats gehad tusschen
twee auto's waarvan de eene, een „Stu-
debaker" bestuurd werd door zekeren G.,
zonder vaste woonplaats en de andere
door den heer G. uit Boskoop. Beide
auto's werden zwaar beschadigd.
Het bleek, bij onderzoek, dat de „Stu-
debaker" in Den Haag gestolen was en
dat de bestuurder zich aan diefstal daar
van had schuldig gemaakt. Hij is naar
het Huis van Bewaring te 'ss Gravenhage
overgebracht.
Een bedenkelijk kwaad.
Een euvel, dat het gezinsleven sloopt,
is het z.g. kinderen-kostgangers-euvel. De
kinderen geven dan 's Zaterdags aan
moeder kostgeld, een bedrag, dat soms
na onderhandeling is overeengekomen (I)
of soms ook wel zeer willekeurig door
zoon of dochter wordt bepaald.
"Welk een onnatuurlijk harde klank ligt
er in het woord: kinderen-kostgangers be
sloten. En welk een zieleleed voor ouders,
die kinderen hebben opgevoed, doch later
„kostgangers" overhielden.
De mentaliteit dezer kinderen is wel
als de voornaamste grond voor hun lief
deloos optreden te beschouwen. Anderen
kunnen dit en kunnen dat. zijn ruim van
zakgeld voorzien enz. Zóó willen zij ook
kunnen doen. Men wil kostgeld inbren
gen, andersgaat men de deur uit.
Wordt men werkloos, dan moeten va^-
der en moeder wel zoo goed zijn, gratis
voedsel en kleeding te verschaffen.
Hier voltrekt zich wat Vondel in Jo-
zeph in Dothan neerschreef:
„Och d'ouders teelen 'tkint, en maecken
't groot met smart:
Het fcleene treet op 'tkleet; de groote
treên op 't hart".
Het gezin, dat van nature een éénheid
moet vormen, valt op die manier uiteen,
het gezinsleven wordt gesloopt. Niets is
natuurlijker dan dat de kinderen het door
hen verdiende geld afgeven. Maar de
ouders moeten anderzijds met verstand
te werk gaan. Wanneer deze niet voor
hun taak berekend zijn, wanneer de ver
dienende kinderen het gevoel zouden
krijgen, dat alles wat zij verdienen als in
'n zinkput verdwijnt, ja dan kan men zich
voorstellen, dat er een wrevelig gevoel
ontstaat bij de kinderen en zij niet gaar
ne het geld meer afgeven. Er moet vreug
de liggen in het eerst verdiende geld, dat
thuis gebracht wordt. Het eerst verdien
de geld is voor moeder. En er zal vreugde
zijn in het hart van een goede, liefheb
bende moeder bij de ontvangst. Niet om
de waarde, maar om bet feit als zooda
nig.
Niet alles opgeëischt echter. Een deel
er van is voor den verdienenden jongen
of het meisje als zakgeld en voor de
spaarbank.
De verstandige moeder leert haar kind
Sparen. Niet alles opmaken, zuinig loeren
zijn. Want er komt een tijd, dat men roe
ping gevoelt tot den huwelijken staat. En
gelukkig degene, die reeds vroegtijdig ge
leerd heeft te zorgen.
Als zoo de zaak wordt opgevat, dat men
zich, ook als men geld verdient, als kind
in huis blijft gevoelen, wanneer de ouders
met verstand en overleg bandelen, wan
neer eenvoud in 't gezin heeft geheerscht
en de zuinigheid wordt betracht, dan zal
in zoo'n gezin de gedachte, dat het kind
„kostgeld betaalt", geen post vatten.
6
16
26
36
46
15
25
35
45
Enkele recepten.
Blinde vinken (4 pers.). Maak
1 ons kalfsgehakt aan met geweekt oud
brood, peper, zout en nootmuskaat.
Wasch vier kalfslapjes van circa 1 ons.
Wrijf ze in met zout en leg op ieder kalfs
lapje een rolletje kalfsgehakt. Bindt ze
met een dun touwtje dicht, haal ze door
wat uitgeklopt eiwit en paneermeel. Bak
ze in wat heete boter vlug aan alle kan
ten bruin, voeg de rest van de boter toe,
en laat ze nog ongeveer één uur zachtjes
stoven met het deksel op de pan. Snijdt
voor het opdoen de touwtjes door.
Tomaten in 'tzout. Hiervoor
neme men enkel gave vruchten, die, als
het kroontje ervan verwijderd is, goed ge-
wasscben worden (niet geschild) in een
Keulschen pot geschikt en overgoten met
pekel, die gemaakt is van 1 pond zout per
5 L. gekookt water.
Tomatenjam. De tomaten eerst
wegen en wasschen, dan stuk snijden en
gaar koken zonder water. Zijn ze goed
gaar, dan 4 ons suiker per pond tomaten
toevoegen en nog eens laten koken, tot de
massa dik is (ongeveer 1 uur). Naar ver
kiezing kan men citroensap bijvoegen,
maar dit niet laten meekoken.
Rijsttaart. 2 ons rijst, 2 ons boe
ter, 2 ons suiker, 1 stokje vanille of een
pakje vanillesuiker of een geraspte ci
troenschil, 2 eieren, 1 L. melk. 1 beschuit.
Kook de rijst met de melk, met de va
nille of citroenschil.
Roer de boter tot ze zoo dun wordt als
dikke room, voeg daarbij steeds roerende
de eierdooiers, dan de rijst en het laatst
helt tot stijf schuim geklopte eiwit.
Neem een springvorm, wrijf dezen met
een kwastje met boter in, bestrooi hem
met de fijngestampte beschuit, ook aan de
kanten. Plaats daarin de massa en bak
de taart ongeveer 1 uur in een matigen
oven.
Een I ge wenken.
Geel geworden klaviertoetsen worden
weer geheel wit als ze e enige malen met
een oplossing van zwavelzuur in water
worden gewreven. De oplossing mag voor
al niet te sterk zijn.
i Wil men een donker colbertcostuum
ontvlekken, dan nemen men eens de proef
met lauw water, waarin een scheutje am
moniak is opgelost. Niet te veel ammo
niak in het water doenl
Met uiensap kan men gemakkelijk
roest van messen wegwrijven. De uien
lucht raakt men kwijt door de messen
af te wasschen in water met aizijn.
Als men een snuifje dubbelkoolzure
soda bij rabarber doet (als ze al gekookt
is) zal men slechts half zooveel suiker
noodig hebben als anders.
Wollen batoygoed kan gebleekt wor
den in waterstofpero'xyde. Nieuwe kleer
tjes houdt men wit door lauw zeepsop te
gebruiken en ze niet in de zon en niet bij
het vuur te drogen.
Gelieve alles, deze rubriek betreffende,
te adresseeren aan P. Mons, Westerstraat
221, Amsterdam.
Probleem 373.
Auteur: J. Daane, Zoutelande.
1 2 3 4 5
Zwart 11 sch. op: 8, 13, 14, 10/21, 91
en 30.
Wit 11 sch. op: 27, 28, 30, 32, 33, 38,
42, 44, 46, 48 en 49.
Wit speelt en wint.
Oplossingen.
Sept.-problemen vóór 9 Oct. in te zen
den aan bovenstaand adres.
Kampioenschap van Nederland.
(Vervolg rubr. 22 Sept.)
Stand na 29. 7ill van zwart.
Zwart: B. Dukel.
1 2 3 4 5
47 48 49 50
Wit: A. K. W. Damme.
30. 45—40
De beste voortzetting voor wit is nu
4842. Dan komen slechts twee antwoor
den voor zwart in aanmerking. Op 2429
en 20X29 speelt wit 3933 zwart 2934
wit 3329 met schijfwinst.
Zwart zal dus in antwoord op 4842
met 1117 moeten voortzetten. Wit 27
21 zwart 16X27 wit 31X11 zwart 6X17
wit 2822. Hierop moet zwart 18X27 (a)
slaan met ongeveer gelijk spel.
(a) Op zwart 17X28, wit 33 X 22, zwart
18X27, wit 32X21, zwart 26X17, wit 35
—30, 45—40 en 38X7.
30.
31. 27—22
32. 31X11
33. 36—31
34. 31—27
35. 40—34
11—17
18X27
16X7
7—11
12—18
2429
Op 2430 en 20X40 speelt wit 3934
enzoovoort.
36. 33X24
37. 35X44
38. 39—33
20X40
812
Op wit 4440 kan nu zoowel 1924
als 1420 enz. volgen.
38. 15—20
39. 43—39 20—24
40. 48—42
Op 4843 zou zwart 2429, 19X30,
11X33 spelen en 26—31, 3136 na.
40. i 11—16
41. 44—40 6—11
42. 40—35 11—17
43. 28—22
Op 3934 speelt zwart 1721, wit 34
30, zwart 1217, met winst.
43. iii 17X28
44. 33X 22 14—20
D'e verrassing in dezen stand. Op 23
29 kon wit nog 2721, 32X34 spelen.
45. 25X14 19X10
46. 39—34 i i
Op 3933 speelt zwart 1014 en 14
—19.
46. 24—29
47. 22—17 12X21
48. 32—28 23X41
49. 34X12 21X43
50. 12—7 41—46
Wit geeft op.
47 48 49 50
Beste jongens en meisjes!
Wat deed het me plezier, zooveel brief
jes te ontvangen. Meestal de eerste weken
na de vacantie gaat bet niet erg, maar
dit jaar hoef ik daar in 't geheel niet over
te klagen.
Ook zijn er weer enkele nieuwelingetjes
bijgekomen, die we natuurlijk hartelijk
welkom beeten.
Wemeldinge. „Blondje". Ik was
best tevreden over bet briefje, vooral het
stukje dat over het cijfer ging was keu
rig. Het beste lijkt me dat het vriendin
netje ook maar mee gaat doen.
Middelburg. „Klimop." Je zult er
wel een heel werk aan hebben, maar ik
ben toch benieuwd of je bet voor elkaar
krijigt. Ja, dat zijn weer echte werkjes
voor de winteravonden. „Vergeet mij'
niet." Heb je Woensdag veel bramen ge
vonden? Het is nu de tijd ervoor. Met het
huiswerk viel bet toch nog al mee, geloof
ik. Vind je de nieuwe spelling moeilijk?
Goes. „Luistervinkje." Toen ik dat
mooie postpapier zag, dacht ik, dat is vast
van z'n zusje. Is het zoo? Flink boor, dat
je nu ook de groote raadsels op gaat los
sen. Jullie sliepen 's avonds zeker wel
gauw, toen het neefje er was. „Roze-
knopje". Als je de raadsels voor de groo
teren nog wat te moeilijk vind mag je
ook wel alleen de kleinere oplossen; de
andere kun je dan later eens probeeren.
Ik kan het best begrijpen dat er wel eens
woorden in voorkomen, die jij nog niet
weet. „Magnolia." Dat jongetje vond het
natuurlijk wat fijn, dat er nog meer kin
deren kwamen om mee te spelen, t' Zou
jammer zijn als je vriendinnetje ging ver
huizen. Ga jij het volgend jaar naar de
Mulo? „Blondine." Ja, het was voor jou
een heel eind naar Middelburg; heb je
terug ook gefietst? De eerste tijd zal het
wel meevallen met het, huiswerk Jullie
beginnen er anders laat mee.
„Schrijfstertje." Hoe kwam het dat je
briefje zoo Iaat was? Kon je het raad
sel eerst ni6t vinden, of had je het ver
geten? Deze keer deed je je naam geen
eer aan.
K a p e 11 e. „Grasklokje." Fijn zeg, dat
je de Prinses gezien hebt; zoo gelukkig
ben ik niet geweest. Had je geen school
dien morgen? Als bet zoo hard waait is
het toch prettig, dat je ook één keer de
wind achter hebt. Het versje is goed.
Serooskerk. „KortenaeiHoe is
het met vader; weer heelemaal beter? Heb
je veel huiswerk voor school of soms ook
al herfstvacantie? „Dikkie." Het was
maar een heele drukte met die aardappe
len. Is bet nu al klaar? Je bad de les al
aardig goed gedaan. Grappig bé, als kin
dertjes pas beginnen te praten.
Bliiggekflrke. „Bjlauwoogje." Was
het niet erg ongezellig op school, nu er
zooveel kinderen weg waren. Het is maar
wat fijn voor moeder, dat ze al zoo'n
groote dochter heeft, die een beetje kan
helpen. „Gideon." Het is voor mij ook
niet zoo gemakkelijk om een naam voor
jou te bedenken. Als we je eens Kastanje
noemen, nu je zoo in de herfst uit de lucht
bent komen vallen?
„Moeders Oudste." Wat een 'feest zeg,
dat je zoo'n lief zusje hebt gekregen. Har
telijk gefeliciteerd hoor. Hoe gaat het met
de hoest, is 'tal heelemaal over? Het
versje heb je goed.
Nieuwdorp. „Breistertje." Ja, bet
is nu echt mooi herfstweer, zoo heerlijk
zonnig iederen dag. Waar gingen jullie
dan naar toe met vader? Het pootje ba
den was zeker het mooiste van alles. „Juf
fertje." Zouden jullie een wedstrijd hou
den? Jammer dat het niet doorgegaan is.
't Viel gelukkig nogal mee met je voet nu
bet zoo gauw beter was. Konden jullie de
eerste raadsels niet vinden? „Vaders hel
per" en „Zonnebloempje". Vader beeft
op zoo'n manier een paar flinke helpers
en jullie hebben succes gehad ook hoor,
Gaat het met de aardappelen ook zoo
goed. De laatste vacantiedagen hebben
jullie niet over bet weer te klagen gehad.
Souburg. „Melkmeisje." Leuk hé,
zoo'n verkleedpartij1. Laat je de volgende
keer ook een foto maken? Ik vind niet dat
je te oud bent hoor. Ja, mijn vacantie was
heel prettig. „Piet Hein." Hindert bet
dat jullie die noten er nu al afgooien?
Dat is al een vroege herfstvacantie. Ja,
de vorige keer bad je ook al moeten
schrijven.
Oudeland e. „Blauwoogje." Vind je
het prettig op school? De overgang is voor
jou dus meteen een verjaardagscadeau,
zorg maar dat je nooit blijft zitten. Hoe
heet die kleine zus?
St. Laurens. „Kernoffel." Ja, het
was verleden week heel wat kou
der geworden. Je moeite is niet vergeefs
geweest, want de raadsels zijn goed.
„Ford." Kon je de woorden van het
versje niet vinden of de regels niet goed
onder elkaar krijigen? Jij' vindt het na
tuurlijk wat prettig, dat je zuster zoo af
en toe eens thuis kan komen. „Nastertje."
Al was niet alles even prettig in de va
cantie, toch merk ik wel, dat je veel ple
zier hebt gehad. Zul je zorgen op het
volgende rapport die cijfers weer inge
haald te hebben? Hoe is het met je broer?
Ik hoorde dat hij weer ziek was. „Mei
bloem". De eerste regels van bet versje
heb je goed, dat is dus vast een begin. Je
kunt bet baast niet begrijpen hé, dat de
zomer alweer voorbij is. Maar de winter
geeft ook veel genoegens. „Vaders
knecht." Heerlijk dat jullie met grootmoe
ders verjaardag weer allen bij elkaar wa
ren, en zij zelf ook weer geheel hersteld
is. Je hebt heel wat tochtjes gemaakt in
de vacantie. Vader' ook nog geholpen?
„Klaverblad." Ik was blij' jullie briefje
weer te ontvangen, de oude bekenden zie
ik altijd graag terug. Ja, nu merk ik wel
dat jullie toch niet altijd gespeeld hebt in
de vacantie.
V e e r e. „Roosje". Prettig, dat jij het
voorbeeld van je vriendinnetje ook gaat
volgen. Je hebt de briefjes goed gelezen,
deze naam is er nog niet. Had je veel
moeite met de raadsels? „Moeders klein
ste". Fijn dat je ook nog uit logeeren
bent geweest, want dat is toch maar wat
leuk in de vacantie. Jullie hoeft anders
niet zoo ver te gaan om uit te zajn. „Voet
baller". Nog hartelijk gefeliciteerd met je
verjaardag. Ja, het stadhuis vond ik erg
mooi. Hoe gaat het tegenwoordig met de
voetballerij'? Doen jullie het nog wel eens?
„Korenhalm". Ik wist niet dat zusje nog
zoo klein was, maar nee, dan kan ze nog
niet praten. Het stond van de week in de
krant van die beelden; 'heb jij ze al gezien?
N.- en St Joosland. „Moeders
jongste". Zoo, ga jij ook eens probeeren
met ons clubje mee te doen? heb al
gezien, dat je de raadsels flink op kunt
lossen, ze waren allemaal goed. Je mag
me ook om de vier weken schrijven en
vertel je me dan eens hoe oud je bent?
Bergen op Z o o m. „Loolaantje".
Het kiekje was een echte verrassing voor
me, jij hebt een sohat van een zusje hoor.
Ja, ik had toen al een eind gefietst maar
hoefde niet terug. „Corn, de Witt". Het
was jammer, dat 'het bezoek zoo kort
duurde, maar ik vond bet toch aardig
jullie eens te zien. In Walcheren heb je
ook nog veel plezier gehad, jullie hebt
toen heel wat afgefietst. „J. P. Koen".
In de Wouwsohe plantage is het mooi he,
daar hebben we toen ook nog een poosje
doorgebracht. Ja, prikkeldraad is altijd
gevaarlijk; deed het veel pijn?
En nu de raadselen.
I. Voor de grooteren.
Hdt geheel bestaat uit 38 letters.
1. 2. 3. is een ander woerd voor wan
neer.
4. 5. is het begin van een sprookje.
6. 7. 8. een oneven 'getal.
0. 10. 11. 12. 18. 14 een viervoetig dier.
15. 16. 17. 18. een ander woord voor
teveel.
19. 20. een lidwoord.
21. 22. 23. 24. 'komt over den Moerdijk.
25. 26. een hulpwerkwoord.
27. 28. 29. 30. 31. 32. een ander woord
voor naloopen.
33. 34. zoo spreek je de r uit.
Een 35. 36. 37. 38. bevat heel wat
water.
H. Voor de kleineren.
'Het geheel bestaat uit 28 'letters.
Een goede 6. 14. 4. 19. 25. is een goed
vriend.
Een 1. 12. 3. 18. 22. dient voor dekking.
13. 7. 21. 16. 2. 19. worden geregen.
Een 5. 26. 8. 28. heeft treden.
11. 15. 17. 20. 24. is een Zeeuwsch
woord voor sloot.
Voor 9. 27. 23. 2. 19. wordt het nu
weer te koud.
Een 20. 4. 10. is hol.
Wie het raadt moet het eens zea keer
vlug achter elkaar zeggen.
Vele groeten van
TANTE DO'LIIE t
RU EN ZIJN VRIEND.
V.
Zonder antwoord af te wachten ging
ze door: „wij hebben zoo'n lieve juffrouw;
eenig gewoon.
En ik zit naast een meisje dat Grietje
heet; vind je het geen leuke naam? Toe,
Rudi, maak m'n kettinkje eens los, m'n
haar zit er tusschen en dat doet telkens
zoo'n pijin."
Voorzichtig schoof Ru het slotje los en
peuterde het krulletje er tusschenuit. „Het
is een beetje kapot; zal ik het maar in
m'n zak steken?" „Da's goed hoor," en
weg was Leni naar de andere meisjes toe.
Ru draaide zich om en zag toen dat de
jongens van zijn klas naar hem stonden
te kijken en begomiv-. te lachen.
Een beetje verward liet hij het kettinkje
door z'n vingers glijden; wat zou hij doen,
naar ze toie gaan?
„Hij heet Rudi" hoorde hij1 nu een van
de anderen zeggen; hé, wat vervelend, dat
hadden ze natuurlijk van Leni gehoord,
hij had er zelf geen erg in gehad, maar
die had natuurlijk Rudi gezegd.
Onwillekeurig keek hij om, en zag Leni
daar te midden van een groepje meisjes;
van een van haar had ze de klompjes aan
en nu deed ze malle pogingen om er op
te loopen.
Liefst was hif er ook maar naar toe ge
gaan; ze hadden zoo'n pret; naar de jon
gens durfde hij niet goied te kijken; hij
voelde dat ze om hem standen te lachen,
maar waarom, dat begreep hij niet.
Gelukkig kwam op dat oogenblik de
hoofdonderwijzer, die met hem over Indië
ging praten en zoo was Ru spoedig de
jongens vergeten.
Dries was van plan geweest direct naar
den nieuweling toe te gaan; maar toen
het zusje kwam, was hij bij de andere jon
gens gebleven.
„Moet je hem eens lief bij; z'n zusje
zien staan; ze zegt Rudi tegen hem; wat
een babynaam; jongens hebben jullie bem
wel booren zingen, net een meisje."
Daan schaterde van de pret en ook de
andere jongens lachten, doch toen Ru
keek, had Daan zich gauw omgedraaid.
„Ja, doe niet zoo flauw," zei Dries boos.
„Nou vraag jij dan maar of je de aap
mag zien!"
„Houd je mond hoor," riep Dries, met
een vuist dreigend, en dat hielp, want al
was Daan ouder en giooter, en moest bij
altijd stiekum plagen, als bet op vechten
aankwam was bijl de bangste van alle
maal.
Kwaad liep Dries weg en wierp nog een
woendenden blik op Ru, die hij nu plots
als de oorzaak beschouwde dat hij de vo
rige week voor spot haa gestaan.
Aan de koffietafel had Leni bet heel
druk met verhalen over school en ook Ru
deed z'n best veel te vertellen, zoodat Va
der er niets van merkte dat er iets haper
de, maar Moeder vermoedde iets.
Zij was er wel bang voor geweest, dat
het voor Ru niet mee zou vallen; Leni
paste zich veel gemakkelijker aan; maar
ze vroeg niets, dat zou hem maar hinde
ren.
Om vier uur stond mevrouw Terborg
aan den overkant van den weg; op bet
schoolplein was het nu heel stil, alleen
uit de voorste lokalen hoorde ze af en toe
het geluid van een stem; toen wat gestom
mel in de klas, de buitendeuren gingen
open en daar kwamen de kinderen.
Mevrouw wachtte op Leni, maar nog
voor zij kwam was Ru er al; direct
bij' de voordeur zag hij haar staan. „Hè,
fijn dat U er bent, zullen we een wande
ling maken? Ik heb gister met Wil al een
mooi weggetje ontdekt."
Wat verwianderd keek mevrouw haar
jongen aan.
„Even op Leni wachten, Ru."
„Waarom nou, zij gaat natuurlijk met
die kinderen mee."
En ja, daar kwam ze al aan, met een
beele schaar vriendinnetjes.
„Moe, mag ik met Grietje mee, ze woont
op een boerderij en er zijn wel meer dan
honderd kuikentjes. Haar vader is gister
bij ons op visite geweest," voegde ze er
ter verduidelijking aan toe. „Mag het?"
„Ja, ga dan maar; voorziohtig zijn
hoor, en niet te laat thuis."
Glimlachend keek mevrouw bef vroo-
lijke groepje na, maar Ru stak gauw zijn
arm door de hare en trok haar mee het
aangeduide weggetje in.
(Wordt vervolgd.)