Gemengd Nieuws. Het Vrouwenhoekje Dammen Door een koe op de horens genomen. Te Sevenum werd de 18- jarige dochter van den heer Leysten (Hees), die in de Steegh koeien wilde gaan melken, aangevallen door een wild geworden koe. Het dier nam het meisje op de horens en slingerde haar de lucht in, waarna ze tegen de prikkeldraadaf sluiting werd gegooid. Voordat er hulp kwam opdagen, had de koe het meisje deerlijk toegetakeld. Met vxeeselijke wonden aan beenen en rug, werd het zwaargewonde meisje op genomen door landbouwers, die in de buurt aan 'twerk waren. Haar toestand is thans redelijk wel. Door eigen geweer gedood. Te Reusel is de 27-jarige G. met zijn ge weer komen te vallen, waardoor een schot afging en de man in de 'hartstreek getrof fen werd. De ongelukkige overleed ter plaatse. Hygiëne in Turkije. De ge meenteraad van Istanboel heeft bij veror dening afgekondigd, dat alle huiseigena ren de houten luiken voor hun ramen moeten wegnemen. De meeste huizen hebben deze licht- en luchtafsluitende apparaten voor hun ra men, welke door de doktoren als zeer on gezond worden aangemerkt, om welke re den men ze moet laten verwijderen. Op het protest van de huiseigenaren, die be weerden dat deze luiken bedelaars en die ven uit hun huis hielden, werd geen acht geslagen. i Een vitaminefabriek. De eerste vitaminefabriek is te Leningrad in bedrijf gesteld. De fabriek is reeds begonnen met de productie van het vitamine G, dat dient tegen den scheurbuik. Binnenkort wordt begonnen met do productie van vitamine B tegen de Engel- sche ziekte. Men denkt weldra 10.000 doses vita mine B en G per dag te maken. Het product wordt gefabriceerd uit dennennaalden, klis en bladeren van zwarte bessen. De Sowj et-autoriteiten zijn van meening, dat een patiënt, die aan scheurt <uik lijdt, 20 doses vitamine C per maand moet gebruiken. Zij achten 'het ook een goed geneesmiddel voor spijsver- teringsziekten. De wijze van productie wordt streng geheim gehouden. Een dief, die pech had. Gis termorgen heeft op den Haagweg te Lei den een aanrijding plaats gehad tusschen twee auto's waarvan de eene, een „Stu- debaker" bestuurd werd door zekeren G., zonder vaste woonplaats en de andere door den heer G. uit Boskoop. Beide auto's werden zwaar beschadigd. Het bleek, bij onderzoek, dat de „Stu- debaker" in Den Haag gestolen was en dat de bestuurder zich aan diefstal daar van had schuldig gemaakt. Hij is naar het Huis van Bewaring te 'ss Gravenhage overgebracht. Een bedenkelijk kwaad. Een euvel, dat het gezinsleven sloopt, is het z.g. kinderen-kostgangers-euvel. De kinderen geven dan 's Zaterdags aan moeder kostgeld, een bedrag, dat soms na onderhandeling is overeengekomen (I) of soms ook wel zeer willekeurig door zoon of dochter wordt bepaald. "Welk een onnatuurlijk harde klank ligt er in het woord: kinderen-kostgangers be sloten. En welk een zieleleed voor ouders, die kinderen hebben opgevoed, doch later „kostgangers" overhielden. De mentaliteit dezer kinderen is wel als de voornaamste grond voor hun lief deloos optreden te beschouwen. Anderen kunnen dit en kunnen dat. zijn ruim van zakgeld voorzien enz. Zóó willen zij ook kunnen doen. Men wil kostgeld inbren gen, andersgaat men de deur uit. Wordt men werkloos, dan moeten va^- der en moeder wel zoo goed zijn, gratis voedsel en kleeding te verschaffen. Hier voltrekt zich wat Vondel in Jo- zeph in Dothan neerschreef: „Och d'ouders teelen 'tkint, en maecken 't groot met smart: Het fcleene treet op 'tkleet; de groote treên op 't hart". Het gezin, dat van nature een éénheid moet vormen, valt op die manier uiteen, het gezinsleven wordt gesloopt. Niets is natuurlijker dan dat de kinderen het door hen verdiende geld afgeven. Maar de ouders moeten anderzijds met verstand te werk gaan. Wanneer deze niet voor hun taak berekend zijn, wanneer de ver dienende kinderen het gevoel zouden krijgen, dat alles wat zij verdienen als in 'n zinkput verdwijnt, ja dan kan men zich voorstellen, dat er een wrevelig gevoel ontstaat bij de kinderen en zij niet gaar ne het geld meer afgeven. Er moet vreug de liggen in het eerst verdiende geld, dat thuis gebracht wordt. Het eerst verdien de geld is voor moeder. En er zal vreugde zijn in het hart van een goede, liefheb bende moeder bij de ontvangst. Niet om de waarde, maar om bet feit als zooda nig. Niet alles opgeëischt echter. Een deel er van is voor den verdienenden jongen of het meisje als zakgeld en voor de spaarbank. De verstandige moeder leert haar kind Sparen. Niet alles opmaken, zuinig loeren zijn. Want er komt een tijd, dat men roe ping gevoelt tot den huwelijken staat. En gelukkig degene, die reeds vroegtijdig ge leerd heeft te zorgen. Als zoo de zaak wordt opgevat, dat men zich, ook als men geld verdient, als kind in huis blijft gevoelen, wanneer de ouders met verstand en overleg bandelen, wan neer eenvoud in 't gezin heeft geheerscht en de zuinigheid wordt betracht, dan zal in zoo'n gezin de gedachte, dat het kind „kostgeld betaalt", geen post vatten. 6 16 26 36 46 15 25 35 45 Enkele recepten. Blinde vinken (4 pers.). Maak 1 ons kalfsgehakt aan met geweekt oud brood, peper, zout en nootmuskaat. Wasch vier kalfslapjes van circa 1 ons. Wrijf ze in met zout en leg op ieder kalfs lapje een rolletje kalfsgehakt. Bindt ze met een dun touwtje dicht, haal ze door wat uitgeklopt eiwit en paneermeel. Bak ze in wat heete boter vlug aan alle kan ten bruin, voeg de rest van de boter toe, en laat ze nog ongeveer één uur zachtjes stoven met het deksel op de pan. Snijdt voor het opdoen de touwtjes door. Tomaten in 'tzout. Hiervoor neme men enkel gave vruchten, die, als het kroontje ervan verwijderd is, goed ge- wasscben worden (niet geschild) in een Keulschen pot geschikt en overgoten met pekel, die gemaakt is van 1 pond zout per 5 L. gekookt water. Tomatenjam. De tomaten eerst wegen en wasschen, dan stuk snijden en gaar koken zonder water. Zijn ze goed gaar, dan 4 ons suiker per pond tomaten toevoegen en nog eens laten koken, tot de massa dik is (ongeveer 1 uur). Naar ver kiezing kan men citroensap bijvoegen, maar dit niet laten meekoken. Rijsttaart. 2 ons rijst, 2 ons boe ter, 2 ons suiker, 1 stokje vanille of een pakje vanillesuiker of een geraspte ci troenschil, 2 eieren, 1 L. melk. 1 beschuit. Kook de rijst met de melk, met de va nille of citroenschil. Roer de boter tot ze zoo dun wordt als dikke room, voeg daarbij steeds roerende de eierdooiers, dan de rijst en het laatst helt tot stijf schuim geklopte eiwit. Neem een springvorm, wrijf dezen met een kwastje met boter in, bestrooi hem met de fijngestampte beschuit, ook aan de kanten. Plaats daarin de massa en bak de taart ongeveer 1 uur in een matigen oven. Een I ge wenken. Geel geworden klaviertoetsen worden weer geheel wit als ze e enige malen met een oplossing van zwavelzuur in water worden gewreven. De oplossing mag voor al niet te sterk zijn. i Wil men een donker colbertcostuum ontvlekken, dan nemen men eens de proef met lauw water, waarin een scheutje am moniak is opgelost. Niet te veel ammo niak in het water doenl Met uiensap kan men gemakkelijk roest van messen wegwrijven. De uien lucht raakt men kwijt door de messen af te wasschen in water met aizijn. Als men een snuifje dubbelkoolzure soda bij rabarber doet (als ze al gekookt is) zal men slechts half zooveel suiker noodig hebben als anders. Wollen batoygoed kan gebleekt wor den in waterstofpero'xyde. Nieuwe kleer tjes houdt men wit door lauw zeepsop te gebruiken en ze niet in de zon en niet bij het vuur te drogen. Gelieve alles, deze rubriek betreffende, te adresseeren aan P. Mons, Westerstraat 221, Amsterdam. Probleem 373. Auteur: J. Daane, Zoutelande. 1 2 3 4 5 Zwart 11 sch. op: 8, 13, 14, 10/21, 91 en 30. Wit 11 sch. op: 27, 28, 30, 32, 33, 38, 42, 44, 46, 48 en 49. Wit speelt en wint. Oplossingen. Sept.-problemen vóór 9 Oct. in te zen den aan bovenstaand adres. Kampioenschap van Nederland. (Vervolg rubr. 22 Sept.) Stand na 29. 7ill van zwart. Zwart: B. Dukel. 1 2 3 4 5 47 48 49 50 Wit: A. K. W. Damme. 30. 45—40 De beste voortzetting voor wit is nu 4842. Dan komen slechts twee antwoor den voor zwart in aanmerking. Op 2429 en 20X29 speelt wit 3933 zwart 2934 wit 3329 met schijfwinst. Zwart zal dus in antwoord op 4842 met 1117 moeten voortzetten. Wit 27 21 zwart 16X27 wit 31X11 zwart 6X17 wit 2822. Hierop moet zwart 18X27 (a) slaan met ongeveer gelijk spel. (a) Op zwart 17X28, wit 33 X 22, zwart 18X27, wit 32X21, zwart 26X17, wit 35 —30, 45—40 en 38X7. 30. 31. 27—22 32. 31X11 33. 36—31 34. 31—27 35. 40—34 11—17 18X27 16X7 7—11 12—18 2429 Op 2430 en 20X40 speelt wit 3934 enzoovoort. 36. 33X24 37. 35X44 38. 39—33 20X40 812 Op wit 4440 kan nu zoowel 1924 als 1420 enz. volgen. 38. 15—20 39. 43—39 20—24 40. 48—42 Op 4843 zou zwart 2429, 19X30, 11X33 spelen en 26—31, 3136 na. 40. i 11—16 41. 44—40 6—11 42. 40—35 11—17 43. 28—22 Op 3934 speelt zwart 1721, wit 34 30, zwart 1217, met winst. 43. iii 17X28 44. 33X 22 14—20 D'e verrassing in dezen stand. Op 23 29 kon wit nog 2721, 32X34 spelen. 45. 25X14 19X10 46. 39—34 i i Op 3933 speelt zwart 1014 en 14 —19. 46. 24—29 47. 22—17 12X21 48. 32—28 23X41 49. 34X12 21X43 50. 12—7 41—46 Wit geeft op. 47 48 49 50 Beste jongens en meisjes! Wat deed het me plezier, zooveel brief jes te ontvangen. Meestal de eerste weken na de vacantie gaat bet niet erg, maar dit jaar hoef ik daar in 't geheel niet over te klagen. Ook zijn er weer enkele nieuwelingetjes bijgekomen, die we natuurlijk hartelijk welkom beeten. Wemeldinge. „Blondje". Ik was best tevreden over bet briefje, vooral het stukje dat over het cijfer ging was keu rig. Het beste lijkt me dat het vriendin netje ook maar mee gaat doen. Middelburg. „Klimop." Je zult er wel een heel werk aan hebben, maar ik ben toch benieuwd of je bet voor elkaar krijigt. Ja, dat zijn weer echte werkjes voor de winteravonden. „Vergeet mij' niet." Heb je Woensdag veel bramen ge vonden? Het is nu de tijd ervoor. Met het huiswerk viel bet toch nog al mee, geloof ik. Vind je de nieuwe spelling moeilijk? Goes. „Luistervinkje." Toen ik dat mooie postpapier zag, dacht ik, dat is vast van z'n zusje. Is het zoo? Flink boor, dat je nu ook de groote raadsels op gaat los sen. Jullie sliepen 's avonds zeker wel gauw, toen het neefje er was. „Roze- knopje". Als je de raadsels voor de groo teren nog wat te moeilijk vind mag je ook wel alleen de kleinere oplossen; de andere kun je dan later eens probeeren. Ik kan het best begrijpen dat er wel eens woorden in voorkomen, die jij nog niet weet. „Magnolia." Dat jongetje vond het natuurlijk wat fijn, dat er nog meer kin deren kwamen om mee te spelen, t' Zou jammer zijn als je vriendinnetje ging ver huizen. Ga jij het volgend jaar naar de Mulo? „Blondine." Ja, het was voor jou een heel eind naar Middelburg; heb je terug ook gefietst? De eerste tijd zal het wel meevallen met het, huiswerk Jullie beginnen er anders laat mee. „Schrijfstertje." Hoe kwam het dat je briefje zoo Iaat was? Kon je het raad sel eerst ni6t vinden, of had je het ver geten? Deze keer deed je je naam geen eer aan. K a p e 11 e. „Grasklokje." Fijn zeg, dat je de Prinses gezien hebt; zoo gelukkig ben ik niet geweest. Had je geen school dien morgen? Als bet zoo hard waait is het toch prettig, dat je ook één keer de wind achter hebt. Het versje is goed. Serooskerk. „KortenaeiHoe is het met vader; weer heelemaal beter? Heb je veel huiswerk voor school of soms ook al herfstvacantie? „Dikkie." Het was maar een heele drukte met die aardappe len. Is bet nu al klaar? Je bad de les al aardig goed gedaan. Grappig bé, als kin dertjes pas beginnen te praten. Bliiggekflrke. „Bjlauwoogje." Was het niet erg ongezellig op school, nu er zooveel kinderen weg waren. Het is maar wat fijn voor moeder, dat ze al zoo'n groote dochter heeft, die een beetje kan helpen. „Gideon." Het is voor mij ook niet zoo gemakkelijk om een naam voor jou te bedenken. Als we je eens Kastanje noemen, nu je zoo in de herfst uit de lucht bent komen vallen? „Moeders Oudste." Wat een 'feest zeg, dat je zoo'n lief zusje hebt gekregen. Har telijk gefeliciteerd hoor. Hoe gaat het met de hoest, is 'tal heelemaal over? Het versje heb je goed. Nieuwdorp. „Breistertje." Ja, bet is nu echt mooi herfstweer, zoo heerlijk zonnig iederen dag. Waar gingen jullie dan naar toe met vader? Het pootje ba den was zeker het mooiste van alles. „Juf fertje." Zouden jullie een wedstrijd hou den? Jammer dat het niet doorgegaan is. 't Viel gelukkig nogal mee met je voet nu bet zoo gauw beter was. Konden jullie de eerste raadsels niet vinden? „Vaders hel per" en „Zonnebloempje". Vader beeft op zoo'n manier een paar flinke helpers en jullie hebben succes gehad ook hoor, Gaat het met de aardappelen ook zoo goed. De laatste vacantiedagen hebben jullie niet over bet weer te klagen gehad. Souburg. „Melkmeisje." Leuk hé, zoo'n verkleedpartij1. Laat je de volgende keer ook een foto maken? Ik vind niet dat je te oud bent hoor. Ja, mijn vacantie was heel prettig. „Piet Hein." Hindert bet dat jullie die noten er nu al afgooien? Dat is al een vroege herfstvacantie. Ja, de vorige keer bad je ook al moeten schrijven. Oudeland e. „Blauwoogje." Vind je het prettig op school? De overgang is voor jou dus meteen een verjaardagscadeau, zorg maar dat je nooit blijft zitten. Hoe heet die kleine zus? St. Laurens. „Kernoffel." Ja, het was verleden week heel wat kou der geworden. Je moeite is niet vergeefs geweest, want de raadsels zijn goed. „Ford." Kon je de woorden van het versje niet vinden of de regels niet goed onder elkaar krijigen? Jij' vindt het na tuurlijk wat prettig, dat je zuster zoo af en toe eens thuis kan komen. „Nastertje." Al was niet alles even prettig in de va cantie, toch merk ik wel, dat je veel ple zier hebt gehad. Zul je zorgen op het volgende rapport die cijfers weer inge haald te hebben? Hoe is het met je broer? Ik hoorde dat hij weer ziek was. „Mei bloem". De eerste regels van bet versje heb je goed, dat is dus vast een begin. Je kunt bet baast niet begrijpen hé, dat de zomer alweer voorbij is. Maar de winter geeft ook veel genoegens. „Vaders knecht." Heerlijk dat jullie met grootmoe ders verjaardag weer allen bij elkaar wa ren, en zij zelf ook weer geheel hersteld is. Je hebt heel wat tochtjes gemaakt in de vacantie. Vader' ook nog geholpen? „Klaverblad." Ik was blij' jullie briefje weer te ontvangen, de oude bekenden zie ik altijd graag terug. Ja, nu merk ik wel dat jullie toch niet altijd gespeeld hebt in de vacantie. V e e r e. „Roosje". Prettig, dat jij het voorbeeld van je vriendinnetje ook gaat volgen. Je hebt de briefjes goed gelezen, deze naam is er nog niet. Had je veel moeite met de raadsels? „Moeders klein ste". Fijn dat je ook nog uit logeeren bent geweest, want dat is toch maar wat leuk in de vacantie. Jullie hoeft anders niet zoo ver te gaan om uit te zajn. „Voet baller". Nog hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag. Ja, het stadhuis vond ik erg mooi. Hoe gaat het tegenwoordig met de voetballerij'? Doen jullie het nog wel eens? „Korenhalm". Ik wist niet dat zusje nog zoo klein was, maar nee, dan kan ze nog niet praten. Het stond van de week in de krant van die beelden; 'heb jij ze al gezien? N.- en St Joosland. „Moeders jongste". Zoo, ga jij ook eens probeeren met ons clubje mee te doen? heb al gezien, dat je de raadsels flink op kunt lossen, ze waren allemaal goed. Je mag me ook om de vier weken schrijven en vertel je me dan eens hoe oud je bent? Bergen op Z o o m. „Loolaantje". Het kiekje was een echte verrassing voor me, jij hebt een sohat van een zusje hoor. Ja, ik had toen al een eind gefietst maar hoefde niet terug. „Corn, de Witt". Het was jammer, dat 'het bezoek zoo kort duurde, maar ik vond bet toch aardig jullie eens te zien. In Walcheren heb je ook nog veel plezier gehad, jullie hebt toen heel wat afgefietst. „J. P. Koen". In de Wouwsohe plantage is het mooi he, daar hebben we toen ook nog een poosje doorgebracht. Ja, prikkeldraad is altijd gevaarlijk; deed het veel pijn? En nu de raadselen. I. Voor de grooteren. Hdt geheel bestaat uit 38 letters. 1. 2. 3. is een ander woerd voor wan neer. 4. 5. is het begin van een sprookje. 6. 7. 8. een oneven 'getal. 0. 10. 11. 12. 18. 14 een viervoetig dier. 15. 16. 17. 18. een ander woord voor teveel. 19. 20. een lidwoord. 21. 22. 23. 24. 'komt over den Moerdijk. 25. 26. een hulpwerkwoord. 27. 28. 29. 30. 31. 32. een ander woord voor naloopen. 33. 34. zoo spreek je de r uit. Een 35. 36. 37. 38. bevat heel wat water. H. Voor de kleineren. 'Het geheel bestaat uit 28 'letters. Een goede 6. 14. 4. 19. 25. is een goed vriend. Een 1. 12. 3. 18. 22. dient voor dekking. 13. 7. 21. 16. 2. 19. worden geregen. Een 5. 26. 8. 28. heeft treden. 11. 15. 17. 20. 24. is een Zeeuwsch woord voor sloot. Voor 9. 27. 23. 2. 19. wordt het nu weer te koud. Een 20. 4. 10. is hol. Wie het raadt moet het eens zea keer vlug achter elkaar zeggen. Vele groeten van TANTE DO'LIIE t RU EN ZIJN VRIEND. V. Zonder antwoord af te wachten ging ze door: „wij hebben zoo'n lieve juffrouw; eenig gewoon. En ik zit naast een meisje dat Grietje heet; vind je het geen leuke naam? Toe, Rudi, maak m'n kettinkje eens los, m'n haar zit er tusschen en dat doet telkens zoo'n pijin." Voorzichtig schoof Ru het slotje los en peuterde het krulletje er tusschenuit. „Het is een beetje kapot; zal ik het maar in m'n zak steken?" „Da's goed hoor," en weg was Leni naar de andere meisjes toe. Ru draaide zich om en zag toen dat de jongens van zijn klas naar hem stonden te kijken en begomiv-. te lachen. Een beetje verward liet hij het kettinkje door z'n vingers glijden; wat zou hij doen, naar ze toie gaan? „Hij heet Rudi" hoorde hij1 nu een van de anderen zeggen; hé, wat vervelend, dat hadden ze natuurlijk van Leni gehoord, hij had er zelf geen erg in gehad, maar die had natuurlijk Rudi gezegd. Onwillekeurig keek hij om, en zag Leni daar te midden van een groepje meisjes; van een van haar had ze de klompjes aan en nu deed ze malle pogingen om er op te loopen. Liefst was hif er ook maar naar toe ge gaan; ze hadden zoo'n pret; naar de jon gens durfde hij niet goied te kijken; hij voelde dat ze om hem standen te lachen, maar waarom, dat begreep hij niet. Gelukkig kwam op dat oogenblik de hoofdonderwijzer, die met hem over Indië ging praten en zoo was Ru spoedig de jongens vergeten. Dries was van plan geweest direct naar den nieuweling toe te gaan; maar toen het zusje kwam, was hij bij de andere jon gens gebleven. „Moet je hem eens lief bij; z'n zusje zien staan; ze zegt Rudi tegen hem; wat een babynaam; jongens hebben jullie bem wel booren zingen, net een meisje." Daan schaterde van de pret en ook de andere jongens lachten, doch toen Ru keek, had Daan zich gauw omgedraaid. „Ja, doe niet zoo flauw," zei Dries boos. „Nou vraag jij dan maar of je de aap mag zien!" „Houd je mond hoor," riep Dries, met een vuist dreigend, en dat hielp, want al was Daan ouder en giooter, en moest bij altijd stiekum plagen, als bet op vechten aankwam was bijl de bangste van alle maal. Kwaad liep Dries weg en wierp nog een woendenden blik op Ru, die hij nu plots als de oorzaak beschouwde dat hij de vo rige week voor spot haa gestaan. Aan de koffietafel had Leni bet heel druk met verhalen over school en ook Ru deed z'n best veel te vertellen, zoodat Va der er niets van merkte dat er iets haper de, maar Moeder vermoedde iets. Zij was er wel bang voor geweest, dat het voor Ru niet mee zou vallen; Leni paste zich veel gemakkelijker aan; maar ze vroeg niets, dat zou hem maar hinde ren. Om vier uur stond mevrouw Terborg aan den overkant van den weg; op bet schoolplein was het nu heel stil, alleen uit de voorste lokalen hoorde ze af en toe het geluid van een stem; toen wat gestom mel in de klas, de buitendeuren gingen open en daar kwamen de kinderen. Mevrouw wachtte op Leni, maar nog voor zij kwam was Ru er al; direct bij' de voordeur zag hij haar staan. „Hè, fijn dat U er bent, zullen we een wande ling maken? Ik heb gister met Wil al een mooi weggetje ontdekt." Wat verwianderd keek mevrouw haar jongen aan. „Even op Leni wachten, Ru." „Waarom nou, zij gaat natuurlijk met die kinderen mee." En ja, daar kwam ze al aan, met een beele schaar vriendinnetjes. „Moe, mag ik met Grietje mee, ze woont op een boerderij en er zijn wel meer dan honderd kuikentjes. Haar vader is gister bij ons op visite geweest," voegde ze er ter verduidelijking aan toe. „Mag het?" „Ja, ga dan maar; voorziohtig zijn hoor, en niet te laat thuis." Glimlachend keek mevrouw bef vroo- lijke groepje na, maar Ru stak gauw zijn arm door de hare en trok haar mee het aangeduide weggetje in. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1934 | | pagina 6