DE ZEEUW
TWEEDE BLAD
Miss Durnford en haar
gezelschapsjuffrouw.
FEÜILLETO IM
Gemeenteraad van Middelburg,
VAN
DONDERDAG 30 AUG. 1934, Nr 279.
NATIONAAL-SOCIALISME ALS
GODSDIENST.
De nog bestaande godsdiensten moeten
zoo spoedig mogelijk verdwijnen.
In het tijdschrift „Hocliwacht" heeft
een deelnemer aan een vormingscursus
tot leider voor het z.g. land jaar enkele
merkwaardige bijzonderheden gepubli
ceerd over het wezen en doel van het
Nationaal-Socialisme, zooals dat door den
directeur van het instituut voor de toe
komstige leiders werd uiteengezet.
Wij ontleenen daaraan het volgende:
Het nationaal-socialisme is een g o d s-
dienst en niet enkel een poli
tieke wereldbeschouwing. De
nieuwe, alleen ware godsdienst is geboren
uit bloed en land, uit een Nordischen
geest en een Arische ziel. De nog bestaan
de godsdiensten (Katholicisme en Prote
stantisme) moeten zoo spoedig mogelijk
verdwijnen: wanneer zij zich niet vrijwil
lig ontbinden moeten ze van staatswege
worden opgeheven.
Paragraaf 24 van het partijprogramma
der N.S.D.A.P. is daarin slechts opgeno
men als een lokmiddel om de zwartrok
ken van allerlei schakeeringen voor de
partij te winnen. Voor iedereen, die een
juist inzicht in de zaak heeft, is het dui
delijk, dat nationaal-socialisme en Chris
tendom doodsvijanden zijn. In den natio-
naal-socialistischen staat is het begrip
kerk ondenkbaar. De kerken zijn politieke
instellingen, en daarom moeten ze als
zijnde staatsgevaarlijk, totaal uitgeroeid
worden.
Er bestaat geen gewetensvrijheid meer,
ncch vrijheid om bepaalde leerstellingen
te verkondigen, evenmin dat men kan
denken wat men wil. De totale staat neemt
uitsluitend en alleen de volle verantwoor
ding over voor leer en leven. Iedere andere
denkrichting is staatsgevaarlijk.
Het nationaal-socialisme is de nieuwe
godsdienst, die in de toekomst alleen
recht van bestaan heeft.
Heel de opvoeding is zuiver een aan
gelegenheid van den staat. Noch de kerk,
noch welke andere instantie ook, kan
daarop aanspraak maken. De staat alleen
heeft recht op den totalen mensch.
De rechten van den staat beginnen bij
de geboorte: dan wordt de mensch natio-
naal-socialist. De ouders zijn slechts
plaatsvervangers van den staat en zij
worden slechts geduld, zoolang zij vol
doenden waarborg bieden, dat zij den
kinderen een nationaal-socialistische op
voeding geven. In het andere geval heeft
de staat het recht om de kinderen af te
nemen.
De jeugd is de draagster van de natio
naal-socialistische omwenteling in den
geest der menschen. Bij het opgroeiend
geslacht moet het verband met vroegere
gewoonten en gebruiken totaal worden
vernietigd. Nieuwe, totaal ongehoorde, on
gewone en tot nog toe onbekende vormen
moeten worden aangenomen.
Er bestaan geen individueele rechten
meer, maar alleen het recht der gemeen
schap. De arbeid alleen is van beslissen
de beteekenis, niet de geest. Daaraan
wordt heelemaal geen waarde gehecht.
Daarom kan de Führer alleen iemand
zijn, die zich totaal aan het nationaal-
socialisme geeft en als nationaal-socialist
werkt. Iemand, die critisch te werk gaat,
heeft voor ons reeds afgedaan. Wie niet
bereid is om alles wat voorgehouden
wordt absoluut aan te nemen en in toe
passing te brengen, kan gerust heengaan
en sluit zich daardoor uit van alle rech
ten, waar men als staatsburger aanspraak
op kan maken voor altijd.
Alleen het nationaal-socialisme heeft
recht op den totalen mensch. Het bezoe
ken van godsdienstoefeningen van een
vreemdsoortige religie, die vijandig staat
tegenover ons ras en die haar ontstaan
te danken heeft aan een Oostersche cul
tuur, is verboden: dus ook het bijwonen
Vrij naar het Engelsch.
19.) c^-
„Met al haar geld is ze heelemaal niet
grootsch", zeide ze dikwijls tot haar vrien
din, juffrouw Compton. „Nooit schaamt ze
zich over den winkel of haar eenvoudige
afkomst. Toen juffrouw Geen nog thuis
was, hadden ze alleen maar een meisje
voor het ruwe werk. Wijlen juffrouw
Durnford stond zelf achter de toonbank,
als het druk was, hoewel ze voor haar
huishouding moest zorgen en kooken. Hoe
goed herinner ik me nog de varkenscar-
bonaadjes, die we altijd op den vijfden
November aten en als toe-tje warme appel
koeken ter eere van den verjaardag van
mijnheer Durnford."
Ruth had een volkomen overwinning
behaald. Haar ongekunstelde lofspraak op
juffrouw Durnford en wat ze gezegd had
over de blauwe kamer, had Susans hart
gewonnen, ofschoon deze dat woord nooit
zou hebben willen toegegeven.
„Kom, ik zal u nu niet langer ophou
den, juffrouw", zeide ze vriendelijk; „blijf
nu niet te lang meer bij het vuur zitten
van Katholieke of Pfsïest&aiache gods
dienstoefeningen. Wie er heen wil gaan,
mag er gerust heengaan. Maar voor hem
is de toegang tot de nationaal-socialisti
sche volksgemeenschap voor altijd geslo
ten, evenals voor iedereen, die zich ver
zet tegen den wil van den directeur van
het kampwerk.
De Oostersch-Joodsche leer van dat
vreemdsoortig Christendom is de schuld
a. van den ondergang van het Nordische
ras, b. van DuitschlandB vernietiging, c.
van den opgang van het bolschewisme.
Het nationaal-socialisme heeft niet al
leen Duitschland, maar op het laatste
nippertje nog heel de wereld behoed voor
het bolschewisme.
Ieder volk heeft zijn eigen socialisme.
Nationaal-socialisme is geen exportarti
kel. Iedereen, die door woord of geschrift
den totalen staat tegenwerkt, heeft zijn
recht, om in Duitschland te verblijven,
verbeurd. Geen concordaat kan hem be
schermen, want het concordaat veronder
stelt reeds de almacht van den staat.
Alleen om niet alle zwartrokken en
Rome tegen zich te krijgen, blijft para
graaf 24 van het partijprogramma voor-
loopig van kracht, en ook om alle be
weringen, dat Christendom en nationaal-
socialisme twee wereldbeschouwingen
zijn, die vijandig tegenover elkaar staan,
voorloopig alsnog te kunnen ontzenuwen.
Maar in werkelijkheid sluiten nationaal-
socialisme en Christendom elkander a
priori uit.
De leider van het kamp heeft zijn toe
spraak bij de vlaggen- en fakkelparade
nog eens woordelijk herhaald en daaraan
toegevoegd:
„Ik hoop, dat nu ieder van U het
begrepen heeft, dat nationaal-socialisme
en Christendom doodsvijanden zijn, waar-
tusschen geen overeenkomst of vrede ge
sloten kan worden en ook nooit gesloten
zal worden. Wie het daar niet mee eens
is, moet maar onmiddellijk het kamp
verlaten."
Enkelen stonden op an zijn heengegaan.
Eén hunner heeft dit rapport medege
deeld aan een redacteur van het „Vater-
land", die daaraan toevoegt:
Achter deze schermen toont zich het
ware gezicht van het nationaal-socialisme
in het Derde Rijk. Als de leider van het
nieuwe Duitschland beweert, ten aan-
hoore van de geheele wereld, dat het Derde
Rijk gebaseerd is op het positieve Chris
tendom, waarom wordt dan een dergelijk
goddeloos optreden van vooraanstaande
leiders van 't nieuwe Duitschland toege
laten?
Gistermiddag vergaderde de Gemeente
raad van Middelburg onder voorzitter
schap van weth. Onderdijk. Afwezig met
kennisgeving de heeren Gornelisse en v. d.
Feltz. De voorzitter is met verlof.
Ged. Staten hebben o.a. goedgekeurd
de nieuwe bouwverordening. De beslis
sing over de wederkeerigheidsovereen-
komst inzake brandweer met Vlissingen
is door dit college verdaagd, omdat Vlis
singen hierover nog niet heeft vergaderd.
Verschillende reeds vermelde ingeko
men stukken worden voor kennisgeving
aangenomen.
Het schrijven inzake op wachtgeldstel
ling vakleeraren zal nader worden be
sproken aan het eind der vergadering.
De voorzitter biedt de gemeentereke
ning 1933 aan. De gewone dienst heeft
een werkelijk batig slot van f 39.650.74,
de kapitaaldienst een batig slot van
f 16.357.46.
Ged. Staten hebben enkele begrotings
posten voor 1933 van waterleiding-, gas-
en electriciteitsbedrijf en gemeentewerken
niet goedgekeurd, omdat enkele bedragen
gebracht zijn op den kapitaalsdienst (op
slag en loonen), terwijl zij volgens Ged.
Staten behooren tot den gewonen dienst,
wat in strijd is met een gezond financieel
beleid, krachtens een uitspraak van de
Kroon in een dergelijk geval in 1924.
B. en W. stellen voor om practische re
denen niet in beroep te gaan.
De v o o r z. merkt op, dat de eindwij-
ziging der begrooting 1933 door Ged. Sta
ten reeds is goedgekeurd (gelach) en dat
de gemeenterekening over dat jaar even
eens reeds is goedgekeurd. Het gevolg
zal dus zijn, dat een bedrag van f 9000
ten laste van den dienst 1934 komt. Gaat
en verlies daardoor uw schoonheidsslaap
want jonge menschen hebben veel rust
noodig." Daarmee verliet ze de kamer en
Ruth legde zich ter ruste in het bed,
waarin eens een gravin geslapen had. Ze
was nog gerust in slaap, toen Dorcas haar
den volgenden morgen wakker maakte,
door een theeblaadje naast haar neer te
zetten en de blinden open te doen. De
zachte Octoberzon stroomde de kamer
binnen. Het geheel zag er in het morgen
licht nog mooier en aantrekkelijker uit
dan den vorigen dag.
Hoe vreemd was het, zich aan te kun
nen kleeden zonder telkens onderbroken
te worden door noodkreten uit de kinder
kamer, waar Judy in haar rood-flanellen
nachtjaponnetje om tante riep om een klit
uit 'thaar te kammen of Lot op blöote
voeten en zoo goed als niets aan, lang
zaam en plechtstatig kwam aanwandelen
om te verzoeken zijn flanelletje dicht te
knoopen, omdat zijn vingertjes zoo koud
waren. Zoo gauw mogelijk ging ze naar
het raam en keek naar buiten en nauwe
lijks kon ze een kreet van verrukking
inhouden.
Inplaats van het binnenplaatsje met
de waterton en de oude leege pakkisten
zag Ruth de tennisbaan, die tegen een
groenen heuvel aanlag en overal strekte
zich verder de groene weide uit, nog
vochtig van den morgendauw; een oude
men in beroep, dan kan gedurende vele
maanden de rekening niet worden afge
sloten, terwijl de kans pp suoces twijfel
achtig is.
Dhr M o n d e e 1 heeft er bezwaar tegen
dat zander meer aan den wensch van Ged.
Staten wordt voldaan. Men kan het advies
van de vereen, van Ned. gemeenten vra
gen en vóór 17 Sept. Raadsvergadering
houden. Het is een heel groot verschil, of
de f9000 drukt op één dienstjaar, dan
wel over vele jaren kan worden verdeeld.
Ook mevr. W e ij 1 wil graag vergade
ring vóór 17 Sept.
De v o o r z. acht het niet noodzakelijk
hiervoor apart te vergaderen. Op 26 Sept.
móet voor de winkelsluiting worden ver
gaderd.
Dhr Jeronimus geeft in overweging
nu te besluiten in beroep tu gaan. Des
noods kan dan op 26 Sept. het beroep
worden ingetrokken.
Dhr Heemskerk maakt daartegen
bezwaar. Dit is niet de normale weg. B.
en W. moeten toch de meening van den
Raad formuleeren. Spr. steunt het voor
stel van B. en W.
Weth. Boasson is voorstander van
het destijds genomen Raadsbesluit, maar
Spr. merkt op, dat voor het eerst aldus
werd gehandeld. Of de Raad gelijk zou
krijgen bij beroep is niet met zekerheid
te zeggen.
Dhr Jeronimus handhaaft zijn
voorstel. Het is een formeele handhaving
van 'sRaads rechten en vermijdt een ex
tra-Raadsvergadering.
Mevr. W e ij 1 wil de zaak principieel
zien uitgemaakt.
Dhr Paul maakt er aanmerking op,
dat de Raad niet eerder kennis kreeg
van dit schrijden van Ged. Staten.
Met 10 tegen 5 stemmen wordt besloten
n i e t in beroep te gaan.
Ged. Staten hebben bezwaren inge
bracht tegen de schoolgeldregeling voor
het gymnasium (in gebruikgeving van
boeken en leermiddelen). Ged, Staten zijn
van meaning, dat nieuwe uitgaven slechts
bij uiterste noodzaak magen worden ge
creëerd, in verband met den financieelen
toestand der gemeente.
B. en W. stellen voor te antwoorden,
dat bedoelde schoolgeldregeling nagenoeg
gelijk is aan die van de H. B. S. en per
jaar f 1503 meer zal opbrengen dan de
oude. Het bepaalde in art. 7 zal slechts
een zeer gering financieel risioo met zich
brengen. Verzocht word. de verordening
ongewijzigd door te zenden Aldus wordt
besloten.
De fa. Polak vraagt een ijzeren loods
op gehuurd gemeente-terrein te mogen
bouwen. B. en W. stellen voor onder be
paalde voorwaarden daaraan te voldoen.
Dhr den Hollander vraagt of de
loods reeds wordt gebouwd. De v o o r z.
antwoordt, dat hem daarvan niets bekend
is. Het verzoek wordt toegestaan.
De Middelburgsche Bestuurdersbond
komt er tegen op, ,dat de verlenging van
het draineerkanaal der Duinwaterleiding
in werkverschaffing wordt uitgevoerd.
Hier is voilgens dezen Bond sprake van
productief werk. Dit adres komt later aan
de orde.
Ingekomen is een schriftelijk voorstel
van den heer Mes om de adresseerende
bewoners van het Vlissingsch Wagenplein
eenige vergoeding toe te kennen of anders
den bedoelden muur gedeeltelijk af te
breken. Dit zal worden behandeld bij het
desbetreffend punt der agenda.
Te ruim drie uur zijn de ingekomen
stukken afgehandeld.
Aangaan definitieve geld
la e n i n g. Dit voorstel wordt na eenige
bespreking aangenomen. Ook de verkoop
van grond in de Griffioen.
Hierna geheime zitting, die een uur
duurt. Te 4 uur heropening.
Benoeming lid Burg. Arm
bestuur. Benoemd wordt de heer dr
H. Reilingh met 11 st. tegen 4 st. op den
heer W. Feikema.
Tot lid van de commissie van toezicht
van den gemeentelijken dienst der werk
loosheidsverzekering en arbeidsbemidde
ling wordt benoemd de heer A. A. Bre
vet met 8 st. tegen 7 st. op den heer Wal
raven.
Benoeming boekhouder
Gemeentewerken. In antwoord op
een vraag van den heer Paul zegt de
voorzitter, dat de kantoorbediende L.
G, Vader B. en W. heeft verzocht in aan
merking te mogen komen vour de vervul-
grijze pony liep er te grazen.
In den tuin harkte Andries de dorre
bladeren bij elkaar. Op korten afstand
zaten een merel en zijn wijfje toe te kijken
en groote bruine lijsters hipten onbe
vreesd over het gras. Een roodborstje zat
op een tak en een meesje vloog rakelings
langs hem heen. Hoe frisch en groen en
mooi zag dat alles er uit, wat een ver
schil met Langton Park, zelfs de mus-
schen leken aardiger, dikke, kleine ke
reltjes, met glanzende veeren zoo tam als
'tmaar zijn kon, want er waren geen
katten op de Dene. Juffrouw Durnford
had een antipathie voor het poesenge
slacht en zelfs geen jong katje wilde ze
dulden. Ruth vroeg zich af, of ze haar
hoed op zou durven zetten en naar bui
ten gaan. Toen herinnerde ze zich, dat
juffrouw Durnford haar had gezegd de
Dene als haar thuis te beschouwen en
dat dit bewegelijke dametje na een uit
stapje naar Londen altijd extra lang sliep.
Er was dus geen enkele reden waarom
ze binnen zou blijven. Ver uit de buurt
wilde ze zich toch nog niet wagen.
Een gevoel van opwinding doortrilde
haar. toen ze de glazen deur opende, die
naar den tuin voerde. Het gras was nog
te vochtig, om nu reeds de wildernis te
onderzoeken, daarom ging ze naar den
bloementuin en bewonderde de prachtige
chrysanten en dahlia's en herfstrozen, dis
ling der vacature Van Kamer. Spr. heeft
hem geantwoord, dat daarvoor een ander
met een reeds zelfstandigen werkkring in
aanmerking kwam. Ingevolge advies van
het verificatiebureau zagen B. en W. ook
geen reden voor een salarisverhooging
voor Vader. Wel stellen zij voor een ver
vroegde periodieke verhooging van f 100
toe te kennen. B. en W. zijn bereid in
overleg met het verificatiebureau na te
gaan of nog iets meer dient te geschie
den.
Het voorstel van B. en W. wordt aange
nomen, waardoor met ingang van 15 Aug.
de heer J. M. Geljon is benoemd tot boek
houder van gemeentewerken en reini-
gings- en ontsmettingsdienst.
Nader crediet voor wacht
geldregeling personeel
meelfabriek. Dhr Paul heeft ge
hoord, dat te Vlissingen voor een deel der
werkloozen eenige steunverhooging is be
reikt. Spr. vraagt of dat ook hier moge
lijk is.
Dhr Jeronimus heeft vroeger tegen
een voorstel inzake het personeel van de
meelfabriek gestemd, maar zal nu vóór
stemmen. Spr. ziet nu n.l. geen kans tot
afvoer van werkloozen, wat Spr. vroeger
wel mogelijk aohtte.
De v o o r z. antwoordt, dat het Depar
tement weer termen heeft gevonden tot
medewerking. Het toezichthoudend perso
neel valt niet onder de regeling. Ook niet
de vrijwillig-werkloozen. Aan dhr Paul
antwoordt Spr. dat Vlissingen gedaan
heeft gekregen, dat de loonen boven de
f24 zijn teruggebracht tot de 3e klas, wat
een vermeerdering beteekent van f 0.50
per week, plus f 0.10 per gezinslid. B. en
W, zullen trachten ook voor Middelburg
dit gedaan te krijgen. Zij wachten op
voorstellen der werkloosheidscommissie.
Het voorstel wordt aangenomen.
Nieuwe stemming over
amendement Paul-deBruin
tot wijziging van art. 8 der
verordening politi e-p 9 r s o -
n e 1. Mevr. W e ij 1 had schriftelijk een
voorstelingediend om art. 8, 4e lid te
lezen: Aan de agenten, die op den dag
van vaststelling dezer verordening in haar
dienst zijn, vergoedt de gemeente, indien
voor hen opname in een ziekenhuis of sa
natorium noodzakelijk is, ook de kosten
der verpleging in die inrichtingen, voor
zoover die vergoeding niet plaats heeft
ingevolge het 2e lid van dit artikel.
Door dit amendement wordt er naar ge
streefd den agenten een deel van hun ver
kregen rechten te doen behouden, terwijl
anderzijds op den duur dit recht dan van
zelf zal ophouden te bestaan.
Het amendement Paul-de Bruin wordt
verworpen met 9 tegen 6 st. (Vóór
dhrn Paul, de Bruin, Wondergem, Mon-
deel, Kögeler en Heemskerk.)
In behandeling komt nu het voorstel
van Mevr. Weijl. De voorstelster verdedigt
dit. Er is van de agenten meer gekort dan
van andere groepen personeel. Spr. kan
er mee mee gaan dat een deel van de uit
zonderingspositie der agenten t.o.v. de
ziekenhuisverpleging wordt prijsgegeven,
maar een deel wil Spr. toch voor de nu
in dienst zijnden handhaven.
Dhr Jeronimus steunt dit voorstel.
Dhr Paul zal, nu zijrn voorstel is ver
worpen, stemmen vóór het voorstel van
mevr. Weijl.
Dhr de Bruin verklaart hetzelfde.
Spr. merkt nog op, naar aanleiding van
een verklaring van den voorzitter in een
vorige vergadering, dat de salarissen in
genoemde andere gemeenten f 4 a f 6 per
week booger waren dan hier. Daar is dus
minder behoefte aan vergoeding voor zie
kenhuisopname.
De v o o r z. merkt op, dat men met
vergelijkingen voorzichtig moet zijn. Ove
rigens noem* Spr. het voorstel van Mevr.
Weijl in wezen precies hetzelfde als het
verworpene.
Het beteekent voor de gemeente prac-
tisch ook voorloopig geheel hetzelfde. Het
principieel bezwaar blijft, ook tegen dit
voorstel. Het politie-personeel wordt een
zijdig bevoordeeld boven andere groepen
gemeente-personeel. Dit mag niet besten
digd blijven met een beroep op verkregen
rechten. Don zou een onrechtvaardige toe
stand ten eeuwigen dage bestendigd moe
ten blijven en mag een ongelijkheid nooit
opgeheven worden. B. en W. handhaven
hun oorspronkelijk voorstel.
Dhr den Hallander wil ook zoo
weinig mogelijk ongelijkheid tusschen de
verschillende groepen van het gemeente-
personeel. Het amendement van mevr.
Weijl dient voor alle groepen personeel
te gelden. Het brengt door de achterdeur
binnen, wat we door de voordeur uitdra
gen. De bezuiniging wordt er door weg-
^öwsrkti
Mevr. W e ij 1 wil de billijkheid zooveel
mogelijk betrachten. Er is toch reeds een
belangrijke bezuiniging bereikt. Het be
zwaar tegenover andere groepen van per
soneel gevoelt Spr., maar van twee kwa
den moet het minst kwade worden geko
zen.
Het voorstel van mevr. Weijl wordt
aangenomen met 8 tegen 7 st. (Te
gen dhrn Harthoorn, v. Roo, den Hollan
der, Fortheine, Mes, Onderdijk, en Boas
son.)
Definitieve vaststelling verordening po
litie-personeel heeft hierna plaats.
Beslissing op adres no
pens beweerd geleden scha
de bij uitvoering verbete
ringsverken Blauwendijk.
Dhr Mes verdedigt hierbij zijn voorstel,
dat hierboven reed" is vermeld.
Spr. is vol lot' over de verbetering aan
den Blauwendijk. Toch vermindert zij de
waarde der betrokken woningen. Het uit
zicht vanuit de benedenhuizen is sterk
achteruit gegaan.
De voorzitter: bent U op, visite ge
weest?
Dhr Mes: Ja. Op billijkheidsgronden
wil Spr. eenige vergoeding toekennen. De
perceelen zijn in waarde achteruit ge
gaan.
Interruptie: Wat zag je er vroe
ger?
De voorz.: Toen is hij niet op visite
geweest.
Dhr Mes wijst er op, dat de menschen
beneden wonen en dus den last wel dege
lijk ondervinden.
Dhr Jeronimus zal het voorstel-
Mes niet steunen, al betreurt hij het, dat
niet over de geheele lengte een hek is aan
gebracht.
Dhr Hartboorn acht een vergoe
ding voor twee perceelen wel op haar
plaats.
Dhr den Hollander gelooft ook,
dat van eenigen achteruitgang der panden
gesproken kan worden. Maar wordt ook
aan de gemeente iets betaald, als 'n pand
in waarde stijgt door werken der gemeen
te? Werd vergoeding gegeven, dan gelooft
Spr. niet, dat de buur zou worden ver
laagd.
Dhr Paul gelooft niet, dat de Over
heid er aan kan beginnen in gevallen als
deze schadevergoeding toe te kennen. Er
worden wel eens wegen verlegd, stations
opgeheven enz., waardoor soms menschen
Ingezonden Mededeeling.
daar nog in volle pracht bloeiden. De
muur was dicht begroeid met Japansche
wingerd, die rood en goud glansde in de
morgenzon. Toen keek ze eens in de kas
sen, waar een grijze, gespierde man aan
het werk was. Ze vermoedde, dat het Ben
ton moest zijn. Hij kwam naar haar toe,
en leidde baar rond. Hij noemde baar de
namen van de verschillende planten en
sprak zoo beleefd en onderhoudend met
haar, dat ze een en al belangstelling was.
„Als ik een man was", zei ze plotseling,
terwijl Benton een takje Venushaar af
sneed en bij de heliitropen voegde, die
bij voor haar geplukt had, „zou ik het
liefst van alles tuinman zijn. Wat heer
lijk, om altijd tusschen die prachtige bloe
men te leven."
„Het vak is niet zoo kwaad", gaf Ben
ton toe, maar er klonk geen sprankje
geestdrift in zijn stem, hoewel hij zijn
betrekking voor geen geld tsr wereld met
iemand had willen ruilen, „doch het heeft
ook zijn nadeelen. Daar heb je bijvoor
beeld de nachten, dat ik bang ben, dat er
wat mét de kassen gebeuren zal, dat An
dries vergeten heeft de ramen te sluiten
en dan die wormen en slakken en al dat
akelige ongedierte, dat mijn beste plan
ten opeet, en mij het leven zuur maakt
om nog maar niet eens te spreken van de
rheumatiek, die het altijd op tuinlieden
voorzien heeft." Benton zuchtte diep.
Toen merkte hij op, dat Andries hem wel
noodig zou hebben en bij dezen wenk be
dankte Ruth hem en ging weg.
Een groene deur gaf toegang tot den
straatweg, maar ze was op slot. Ruth
wandelde dus de paden maar wat op en
neer. Het gekir van de duiven op de plaats
voor de stallen trok haar aandacht, juist
wilde ze binnengaan, toen een fiets, die
tegen den muur stond, haar aandacht
trok. Het volgend oogenblik hoorde ze
'tgeklapwiek van wegvluchtende vogels
en iemand in een bruin tweed jacht-
costuum stond voor haar, dezelfde man,
met wien juffrouw Durnford den vorigen
dag gesproken had. Ruth had geen tijd
om om te keeren, want mijnheer Hilton
had haar reeds gezien, nam zijn hoed
af en kwam tot haar verbazing naar haar
toe. „Wat een heerlijken morgen", open
de hij het gesprek, „heeft u genoten van
uw vroege wandeling. Ik ben van Med-
field komen fietsen en heb Dick's poot
onderzocht, maar er mankeert niets aan;
hij is niet zoo jong meer, die arme oude
jongen, ik denk, dat hij wat rheumatiek
heeft; zijn poot is wat stijf. „Ik zou wel
eens willen weten", ging hij voort, op
kijkend naar de ramen van het huis, „of
juffrouw Durnford al op is. Ik ben van
plan me zelf voor het ontbijt uit te noo-
digen."
(Wordt vervolgd.)