Gemengd Nieuws. Wetenschap en Kunst Het Vrouwenhoekje Dammen DUKOL brengt Voordeel. daarom DUKOL Levensmiddelen met spaarzegel. leden aangenomen wordt, zal blijkens de mededeeling van den Inspeoteur der Di recte belastingen de verminderde op brengst naar schatting ongeveer f 2000 bedragen. De gefingeerde ontvoering. De predikant Askew, van wiens z.g. ont voering onlangs werd melding gemaakt, zal ongetwijfeld een leelijke pijp rooken. Hij had dreigbrieven geschreven aan zijn vrouw en aan de evangeliste Aimee Mac- Pherson, waarin hij 25.000 dollar eischte voor zijn vrijlating. De brieven heetten te zijn geschreven door de bandieten die hem z.g. hadden ontvoerd. Zeer sterk zal Askew worden aan den tand gevoeld over een bedrag van 40 dollar, behoorende tot de kerkfondsen onder zijn beheer, welke 40 dollar zoek zijn. Volgens het verhaal dat Askew na zijn „vrijlating door de roo- vers" aan de politie had opgedischt, had den de bandieten hem deze 40 dollar ont nomen. De politie en justitie zullen nu Askew rekenschap vragen van dat be drag. Askew is in hechtenis en had tegen een borgstelling van 5000 dollar in vrij heid kunnen worden gesteld, maar dat bedrag was niet bijeen te brengen ge weest. Een lugubere geschie denis. Uit Eddyville wordt gemeld: Nadat twee maal de electrische stroom door het lichaam was gegaan van een neger, die op den electrische stoel ter dood moest worden gebracht, weigerde de elec trische installatie. De executie werd uit gesteld en de installatie werd gerepareerd. Aan een anderen gevangene, die in een nevenkamer op zijn ter doodbrenging zat te wachten, werd medegedeeld, dat zijn leven met een uur werd verlengd. Toen de installatie was gerepareerd, ging voor de derde maal de stroom door het lichaam van den neger en verklaarden de doktoren hem voor dood. Door verdwaalden kogel getroffen. Tijdens het Schuttersfeest te Dinxperlo ging een jongen in het na burige Isselburg achter een schiettent, waar men aan het schieten was, de afge dwaalde kogels zoeken. Hier kreeg hij een verdwaalden kogel in het hoofd. Hij moest zwaar gewond naar het ziekenhuis te Emmerik worden overgebracht, waar de kogel verwijderd werd. Overreden en gedood. Gistermiddag reed de 78-jarige A. B. met zijn rijwiel op den Schoterweg te Haar lem. Een naast hem rijdende fietser botste tegen hem op, waardoor de oude man de macht over het stuur verloor en viel. Door een direct achter hem aan rijdende vrachtauto werd hij overreden en ernstig aan het hoofd gewond. Hij1 werd naar het ziekenhuis St. Johannes de Deo gebracht, waar hij bij aankomst is overleden. Moeilijkheden in een werkverschaffing. Men meldt uit Zutfen: Gisteren is een van de te werk gestelden in de werkverschaffing aan de Kijfsdijken onder Voorst na een woorden wisseling met den opzichter geschorst. Hierop hebben veertig andere te werk ge stelden het werk neergelegd. Aan den rijksinspecteur is van een en ander kennis gegeven. STEUN AAN DE VISSCHERIJ. Oestercultuur en garnalenvisscherij. Naar gemeld wordt zijn verschillende nieuwe maatregelen, met betrekking tot de visscherij, op grond van de Landbouw- crisiswet 1933, in voorbereiding. Getracht zal worden door het nemen van verschillende maatregelen onder de Landbouwcrisiswet 1933 het zeevis- scherijbedrijf op een loonender ba sis te brengen. Ten einde aan de prijsdaling van oesters tengevolge van onnoodige on derlinge concurrentie een einde te maken, zal ten opzichte van de oestercultuur de volgende regeling worden getroffen. Handel in consumptie- en zaaioesters zal slechts worden toegestaan aan die kweekers en handelaren, welke zich als georganiseerden bij de in te stellen cri sisorganisatie aansluiten. De uitvoer van consumptie- en zaaioesters wordt slechts toegestaan aan georganiseerden, die in het bezit zijn van een daartoe door of na mens den minister afgegeven vergunning. Deze vergunning zal slechts worden afge geven, indien ten genoege van genoemde crisisorganisatie wordt aangetoond, dat de uitvoer geschiedt tegen een prijs, welke gelijk is aan, of hooger dan de door den minister vast te stellen minimumprijs. De moeilijkheden, welke zich in de mosselvisscherij voordoen, zijn het gevolg van een scherpe onderlinge concurrentie, welke in de hand wordt gewerkt door overproductie. Door de volgende regeling zal worden getracht aan deze moeilijkhe den een einde te maken. De uitoefening van alle takken van mosselcultuur, de visscherij op mosselen, voor welk doel ook, en van mosselzaad, benevens de handel in mosselen en mos selzaad, zal worden voorbehouden aan georganiseerden, bij een door den minis ter aan te wijzen crisisorganisatie, mits zij in het bezit zijn van een daartoe strek kende vergunning,, afgegeven door of na mens den minister, aan welke vergunning voorwaarden kunnen worden verbonden. De uitvoer van mosselen wordt slechts toegestaan aan georganiseerden, indien ten genoege van de crisisorganisatie wordt aangetoond, dat de mosselen wor den geëxporteerd voor een prijs, gelijk aan of hooger dan de door den minister vast te stellen minimumprijs. Bovendien zal te zijner tijd worden overwogen, welke maatregelen ten aan zien van productiebeperking genomen mogen worden. Teneinde verbetering te brengen in den slechten toestand van de consumptie-gar- nalenvisscherij, zullen de volgende maat regelen worden genomen. De exporteurs van gepelde en ongepel de garnalen en de pellerijen zullen zich als georganiseerden moeten aansluiten bij een door den minister aan te wijzen cri sisorganisatie. De uitvoer van gepelde en ongepelde garnalen wordt gebonden aan een ver gunning. Een dergelijke vergunning wordt uit sluitend uitgereikt aan georganiseerden, wanneer deze ten genoege van de Crisis- organisatie aantoonen, dat de garnalen worden geleverd tegen prijzen, welke ge lijk zijn aan of hooger dan door den mi nister vast te stellen minimumprijzen; bo vendien zal deze vergunning niet worden afgegeven dan nadat de georganiseerde ten genoege van de Crisisorganisatie heeft aangetoond, dat aan de garnalen- visschers een prijs is betaald gelijk aan of hooger dan een door den Minister te bepalen minimumprijs. Alleen georganiseerde pellerijen zullen gepelde garnalen voor de binnenlandsche consumptie mogen afleveren; een vergun ning daartoe wordt slechts afgegeven, in dien zij ten genoege van de Crisisorgani satie hebben aangetoond, dat de gepelde garnalen worden geleverd tegen een prijs, gelijk aan of hooger dan de vastgestelde minimumprijs. Overwogen zal worden in hoeverre een uitbreiding van deze maatregelen nood zakelijk is. UIT HET ZEEUWSCHE VERLEDEN door A. M. Wessels. Uit de Historie van Oostburg. I. Gods almacht heeft, bij Oostburgs wallen Den moed geschraagd, het land gered, En de opgeruide duizendtallen Met éénen wenk verstrooid, verplet. Zoo zong een zekere dichter (J. Faro) toen hij het feit van Oostburgs redding bezong in 1830. Wij laten hier enkele bij^ zonderheden daaromtrent volgen. De open stad Oostburg wordt doorsne den door den grooten straatweg die van Breskens naar Sluis loopt. Een weinig ten zuiden van de plaats, waar de weg in zuid-westelijke richting gaat, had men aan zijn oostelijke zijde tuinen en weilanden, begrensd door een van de vele kreken, die in Zeeuwsch- Vlaanderen worden aangetroffen. Aan de westzijde van den dijk, over welken de straatweg aanvankelijk liep, zag men bouw- en weilanden, doorsneden door twee rechte westwaarts loopende dijken, Het poldertje dat tusschen die twee dijken ligt, wordt evenwijdig met de dijken, in het midden doorsneden door een wa tergang. Even voorbij den noordelijksten der zooeven vermelde dwarsdijken, verliet de straatweg, rechtsaf, den dijk en door sneed schuin het genoemde poldertje, en het was op die plaats, dat aan de west zijde een herberg stond. In deze was de wacht der Nederlanders ondergebracht, die zich hoofdzakelijk hadden geposteerd achter den noordelijk sten der beide dwarsdijken. De Belgen bevonden zich achter den zuidelijksten aan de overzijde. Het geschut der onzen, zegt Dr H. A. Callenfels, was geplaatst voor de genoem de herberg en alzoo op den straatweg, juist waar deze den zuidelijk loopenden dijk verlaat, om een tip van het genoemde poldertje af te snijden, en aan den zui delijken dwarsdijk gekomen (achter welke de Belgen lagen) dien schuins te door snijden. Op dit laatste punt hadden de Belgen geschut geplaatst, terwijl oostelijker eeni- ge hutten, aan de Belgische scherpschut ters tot dekking dienden biji het naderen der Nederlanders. In den avond van 22 Oct. 1830 kwam een troep van circa 70 Belgen, onder bevel van een z.g. kapitein Solexio Marechal, strekkende tot geleide van een commissa^ ris van het Provinciaal bewind te Brussel, n.l. Gregoire. Zij eischte van de Regeering der stad, dat deze het gemelde bestuur van Brus sel erkennen zou, waartegen de burge meester ernstige bedenkingen koesterde. Dat gaf oponthoud. De bende opstan delingen was nog niet in de geheele stad doorgedrongen, daar zij bemerkte, dat de burgerij1 gewapend was. Voorzichtigheids halve had men aan het einde der lange Zuidstraat, voor het Armhuis, halt ge houden. De commissaris had zich, vergezeld van eenige manschappen, die hem tot lijf wacht dienden, naar het stadhuis bege ven, teneinde van den Raad te verkrijgen, hetgeen de burgemeester niet had willen toegeven. Hij liet laatstgenoemde, die in hun handen geraakt was, als gijzelaar bij de zijnen. Eindelijk, daar hij1 ook met den Raad niet verder kwam er waren slechts en kele leden van den Raad aanwezig, die werden bijgestaan door den advocaat Mr J. Egberts Risseeuw liet hij den bur gemeester uit zijn gijzeling naar het stad huis komen. Toen rukte een detachement der 10de af deeling Nederlanders, 50 man sterk, onder kapitein Groeneveld, Oostburg bin nen. Onmiddellijk sloten zich talrijke ge wapende burgers bij Groeneveld aan. Het duurde niet lang, of men geraakte slaags. Een hevig vuur werd geopend vooral in de lange Zuidstraat, met het gevolg, dat vier Belgen, onder welke kapi tein Marechal, sneuvelden. De overigen, ten zeerste door deze vast beradenheid verrast, vluchtten langs Wa terlandkerkje en Oudeman weg, in een kar hunne gekwetsten met zich voerende, van welke nog eenigen aan hunne wonden bezweken. Dertien van de bende der opstandelin gen werden krijgsgevangen gemaakt en daags daarna door onze gewapende bur gers, onder bevel van den luitenant der schutterij A. J. Callenfels, naar Bres kens gebracht, want de troep krijgslieden, die zoo ter rechter tijd hulp had verleend, was reeds in den vroegen morgen afge trokken. Groot was de indruk die deze gebeurte nis op de gemoederen der bewoners van Noord-Nederland maakte. Het was de eerste nadrukkelijke tegenstand die de op standelingen ontmoetten! Generaal Ghas- só deed zich eerst den 21en te Antwerpen gelden. Woedend waren de Belgen, voor zoover zij met den opstand sympathiseerden, over dit verlies. Deze schande moest uit- gewischt! Oostburg moest voorbeeldig ge straft worden, want men meende, dat men te Oostburg opzettelijk de Belgen had op gehouden, om hen aan de Nederlandsche troepen over te leveren. Oostburg kon zich dus voor hun wraak wachtenl Ja, het was reeds bepaald en bekend, w i e der Oostburgers hiervoor zouden moeten boeten, en dat hun hoof den als zegeteekenen op pieken door da stad zouden worden rondgedragen. Dat zou dus een bloedige wraak zijn! (Wordt vervolgd.) BIJBELSCHE ONKUNDE. In de „Rott. Kerkbode" wijst Dr Cal- lenbach op een merkwaardig gesprek in het boek van Viruly: „Wij vlogen naar Indië". Deze vloog eens met drie Amsterdam mers naar Indië. Enthousiast waren zij voor al het prentbriefkaartenmooi van Cote d'Azur, St Pieter, Aeropolis, Sphinx, Nijl, Piramiden, maar voor 't fijnere mooi van Palestina hadden ze nauwelijks een blik over. Naar de heilige plaatsen, die Viruly hen aanwees, keken zij met even veel ironie, alsof hij ze de kool aanwees die hen gestoofd was met het verhaal, dat ze daaruit geboren waren. „Dat daar is Jericho!" „Wat waar?" „Dat daar! Jericho!!" O" ffw Hij keek er naar als naar Hoogezand, Sappemeer of Zuidbroek. Nog eenmaal probeerde ik het over het motorgeraas heen. „Die rivier dé,Ar: de Jordaanl!" „Welk dier?" „Die rivier! Dat is de Jor! daan!!!" Hij nam plichtmatig een kiekje, maar de gehoopte ontroering was verre. Hij moest het dan maar zelf weten. En als hij tóch Amsterdammer wasEn ik wees hem een in den Jor daan uitmondend ravijn. „Daar! de Rozengracht!" „Wat?" „De Ro! zenn! gracht!" Hij keek er naar en nam weer een kiekje; hij geloofde het nota bene. Er was nóg een ravijn. „Daar! De tweede! De Lelie!! Dwars! straat!" Toen waren wij helaas gebrouilleerd. De temperatuur van de bloemen. In de Fransche Academie der Weten schappen heeft professor Blaringhem de uitkomsten meegedeeld van zijn naspeu ringen over de temperatuur van de bloe men. Hij vermeldde eenige aanvallen van koorts, vooral bij narcissen, Oost-Indi sche kers, pompoen en andijvie. Maar de meeste bloemen vertonnen, vooral in den staat van knop, een temperatuur, die eenige graden hooger is dan de omrin gende. Dit verschijnsel is bij de lathyrus des ochtends tusschen tien en twaalf uur gemakkelijk waar te nemen. De manne lijke bloemen van de één- en tweehuizige planten zijn warmer dan de vrouwelijke bloemen in denzelfden staat van ontplooi ing. In een en dezelfde soort komen dui delijke verschillen voor tusschen naast elkander gekweekte bloemen. Voorzichtig met de zon! Het lijkt ons niet overbodig over te ne men, wat dr J. Kuiper onlangs schreef in het Tijdschrift voor de Ziekenver pleging: Met hoe groote vreugde ook wij eiken dag de zon aan den hemel zien verschij nen, toch moeten we bedenken, dat zij ons met hare weldaden ook kan overstelpen. Enkele jaren geleden werd ik in een Zwitsersch hotel gevraagd naar een jon gen man te gaan zien, „die zijn rug zoo gebrand had". De jongeman had op een hoogte van 1800 meter een bad genomen en was toen een paar uren op zijn buik in de zon gaan liggen. Gevolg: hooge temperatuur, braken, tweede graadsver branding van den geheelen rug, van den nek tot aan het bekken, hevige pijnen, onmogelijkheid om op den rug te liggen. Dat zonnebad kostte hem eenige dagen van zijn vacantie. En wat zien wij in ons land, waar we zoo naar de zon kunnen verlangen, ge beuren als ze ons eens op hare tropische wijze bedenkt? Dan zien we onnoozele halzen (in dubbelen zin) zich blootstel len aan hare werking, uren achtereen, zóó, dat dagen lange ongeschiktheid tot werken volgt op een „dagje" aan zee of op hel water doorgebracht. Eens kwam er een zuster bij me; ze kon niet werken, want haar armen wa ren verbrand. Hoe dat kwam? Ze had „een tijdje op het water vertoefd. Dat „tijdje" bleek te zijn van 's morgens 8 tot nagenoeg zonsondergang! De armen waren van den schoudertop af tot aan den pols toe sterk rood en gezwollen, met tal van groote blaren bezet. Vijf da gen zijn noodig geweest om de ergste ge volgen dezer verbranding te doen' ver dwijnen. In de bergen ziet men 's zomers ook vaak dames en heeren met verbrand ge laat, de dames daarenboven met verbran de armen. De zon brandt gemakkelijk door dunne mouwen heen. Om deze ont sierende en pijnlijke stoornissen te voor komen moet men: le. zich tegen de zon beschermen, 2e. als men eenigen tijd aan fel zon licht is blootgesteld en men voelt, dat de huid van gelaat of armen gloeit, niet met water aan die deelen der huid komen. Thuis gekomen van een tocht, mag men dus niet eens lekker gelaat en armen wasschen, anders is de ellende niet te overzien. Men veegt dus het gelaat met een drogen doek voorzichtig af. Mocht men op den weg naar huis met stof besto ven zijn, dan kan men dit met een weinig zoete olie afwasschen. Men kan door het gelaat in te smeren met een dun laagje neo-neo-zon, een zalf, de brandende zonnstralen tegenhouden. Ingezonden Mededeeling. Hors d'oeuvre (eenvoudig). Benoo- digd voor 4 personen: 1 ons gepelde gar nalen, 1 gemarineerde haring, 1 ons ge sneden makreel, 1 kropje sla. 3 hardge kookte eieren, 1 tomaat, 12 stukjes ge roosterd brood van bijvoorbeeld 3 dunne sneedjes zonder korst, 75 gram boter. Bereiding: Leg op een grooten schotel een vleeschschotel bijvoorbeeld, of den schotel van de soepterrine een vinger doekje of een linnen kleedje en plaats daarop 6 gelijke kleine kristallen schaal tjes, schoteltjes of schelpen. Leg in het eerste schaaltje een bedje van frissche slablaadjes en doe hierop de garnalen. Garneer het bergje garnalen met mayonnaise, waarover wat fijnge hakte peterselie wordt gestrooid. Leg op het tweede schaaltje eveneens een bedje van slabladeren en doe hierop de dun uitgesneden makreel. Vul het derde schaaltje met de in moot jes gesneden haring, omring ze met schijf jes hard gekookt ei en tomaat. Schik op het vierde schaaltje de rest van de hard gekookte eieren met de in plakjes gesneden tomaat en garneer hier en daar met een frisch slablaadje. Gebruik het vijfde schaaltje voor de stukjes geroosterd brood, die dakpansge wijze over elkaar gelegd moeten worden. Leg op het laatste schaaltje de boter in kleine balletjes, waarover wat fijn ge hakte peterselie is gestrooid. Tomatensila. Benoodigd: 1 pond tomaten, 1 hard gekookt ei, 1 krop sla, zout, peper, 1 lepel slaolie. 2 lepels azijn. Bereiding: De tomaten in kokend water dompelen, dan de velletjes verwijderen, en ze in schijven snijden. Met de schoon gemaakte en gewasschen sla in den sla bak doen. Een saus maken van ei, olie, zout, peper en azijn; hiermee de sla ver mengen. Chocolavla met room. Maak hiertoe een chocolavla met minder cho cola er in. dan gewoonlijk wordt gedaan; nog fijner is, de chocola te vervangen door Fosco. Laat de vla geheel koud worden, zonder dat er een vel op komt. Klop slag room zeer stijf en leg het er als een laag op. Ook kan de stijfgeslagen room door de vla gemengd worden, wanneer deze eenigszins afgekoeld is. Zet bloemen op de juiste plaats. Bloemen hebben een goede standplaats noodig, d.w.z. ze moeten zóó worden neer gezet, dat men er het meest van geniet. Bloemen met rechte stengels, zooals b.v. irissen, mogen nooit hoog staan. Men kijkt dan tegen de stengels aan, en ook tegen den onderkant van de bloemen en het mooie van deze soort zit juist in het hart, dat naar den kant toe teerder van kleur wordt, terwijl de buitenste bladeren de prachtige fel oranje tongetjes laten zien. Bloemen met zeer lange stengels,, zoo als helianthen, zonnebloemen, papavers, ridderspoor, gladiolen, chrysanten, ko men prachtig uit wanneer ze staan in 'n grooten zwaren pot op den grond, ergens bij den haard, bij de tuindeuren, bij de piano. Een klein potje met. viooltjes, blauwe gentiaan, lathyrus of de eenvoudige, maar altijd bekoorlijke madeliefjes staat goed op een laag. smal boekenkastje, op een schoorsteen, op een theetafel, waar het een vriendelijk plekje schept. Plisseeren. Er is een vernuftig apparaatje uitge vonden en in den handel gebracht, waar mee men zelf kon plisseeren. Voor de huisvrouw in de groote stad misschien niet van zoo groot belang, daartegenover voor de kleinere plaatsen zeer zeker van practisch nut. Met geringe moeite en zon der dat bijzondere handigheid vereischt wordt, kan men in verschillende stoffen zooals wol, katoen of zijde, zoowel ragfijn plissé als verschillende soorten van plooien aanbrengen. Het kaarsrecht en scherp vouwen van de stof geschiedt door middel van stalen pennen, die men slechts tusschen twee houders te schuiven heeft. De vereischte breedte regelt men zelf. Het fixeeren der plooien gebeurt, doordat men de iets vochtig gemaakte stof stevig perst met een warm strijkijzer. Voor grooter plisseerwerk van weinig nut, maar voor ruches en strookjes ab soluut voldoende, en daarbij niet duur in aanschaf. Gelieve alles, deze rubriek betreffende, te adresseeren aan P. Mons, Westerstraat 221, Amsterdam. Oplossing probleem 361. Auteur: G. W. Spittuler, A'dam. Stand. Zwart 10 sch. op: 4, 6, 18/20, 23, 28/30, 35 en dam op 34. Wit 11 sch. op: 11, 16, 26, 27, 37, 39, 42/45 en 50. Oplossing. Wit: 42—38 27—22 38—32 16—11 11 X13 45X3. Z-wart: 6X17 18X27 27X40 34X31 31X9. Oplossing probleem 362. Auteur: G. Zwart, Zaandam. Stand. Zwart 10 sch. op: 7, 9, 11/13, 15, 18, 27, 31 en 36. Wit 10 sch. op: 22, 23, 25, 29, 34, 35, 38, 41, 44, en 47. Oplossing. Wit:2217 47—42 29—24 38—32 25 X3 3X44 35X44. Zwart: 11X22 36X47 18X49 47X20, 27X38 49X40. Oplossing probleem 363. Auteur: J. Daane, Zoutelande. Stand. Zwart 11 sch. op: 4, 5, 7, 9, 12/15, 21, 31 en 36. Wit 11 sch. op: 18, 23/25, 34, 38, 42, 44, 47/49. Oplossing. Wit: 49—43 23—18 47—41 42—37 37 X10 25X3 3X25. Zwart: 13X22 12X23 of 22X13 36X47 47 X 49 49 X 20 5X14. Oplossing probleem 364. Auteur: J. Rendering, Amsterdam. Stand. Zwart 7 sch. op: 13/15, 20, 26, 31, 45 en dam op 11. Wit 11 sch. op: 12, 29, 30, 34, 37/39, 43, 44, 48 en 49. Oplossing. Wit: 39—33 29—24 12—8 8X10 43— 39 30—24. Zwart: 11X50 20X40 31X33 15X4 33 X44. Goede oplossingen. Ontvangen van: S. Blaas, S. Bosselaar, D. Hugense, P. de Visser, A. Willemse, Aagtekerke; J. Daane, Zoutelande; Jan de Visser, Westkapelle; A. J. Moggré Jz., nrs 361, 363, 364, Schoondijke; H. K. Al- laart, nrs 361, 363, 364, Ritthem; D. de Hullu, nrs 361, 363, 364, Oostburg, J. Scheele, Zaamslag; P. Boone, nrs 361/363 te NieuwdorpJ. Almekinders, nrs 361, 363, 364, Oostburg. Onze prijzen. De prijs over het 2e kwartaal werd ge wonnen door S. Blaas, Aagtekerke. Door den prijswinnaar werd een dam bord met schijven gekozen. Een dezer da gen volgt toezending. Probleem 368. Auteur: J. Daane, Zoutelande. 1 2 8 4 5 Zwart 10 sch. op: 4, 7/9, 14, 18, 22, 23, 29, 45 en dam op 28. Wit 12 sch. op: 25, 27, 30, 34, 35, 38, 40, 42, 43, 47, 49 en 50. Wit speelt en wint. Oplossingen. Aug.-problemen vóór 4 Sept. in te zen den aan bovenstaand adres.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1934 | | pagina 6