DE ZEEDW
'eniploegen
:n peren,
TWEEDE BLAD
'HONIG S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor lOct.
HET ADRES
A. WILKING
Voor den Zondag
Miss Durnford en haar
gezelschapsjuffrouw.
Binnenland.
Wat er deze week voorviel
schuurtje,
:rs-inspan,
ZOON, Goes
iop:
istig gelegen
einen
rischrijving
feutlletön
Uit dan Goeschen Raad.
BETH te Ove-
LTGUSTUS 1934,
I.T.), in de her-
Ved. J. Wabeke
srzoeke van dhr
outsdijk, in het
is
ERF EN TUIN
ectie B no. 1015,
sk tot week voor
en te bekomen
oemden Notaris.
NKERS te Goes
UGUSTUS 1934,
te Kamperland,
van M. 0. van
ieke van de fa-
Ajuffrouw J. C.
ILSE
koopen:
>ed onderhouden
ACHTERTUIN,
lëzer", aan den
'land, groot 8 A.
rzien van elec-
de betaling.
Saterdagen voor
jen tot des n.m.
r J. I. Karelse,
komen ten kan
is.
VAN DUKE te
UGUSTUS 1934,
uur (N.T.) te
je van den heer
te diens ver-
eld publiek ver-
jf baatgevende
.lfvaars en twee
Snijmolen, Krui
en -emmers,
;een verder ten
aangeboden.
ERKE.
Abonnementen
en door
AANDEREN,
eg.
ERBIST te Goes
UGUSTUS 1934,
a verzoeke van
J. VERMUE, in
Ovezande, in het
pen:
ZONING te Ove-
oot 6.40 A., ver-
J. Daelman tot
12 per maand
mg.
daar, groot 2.75
egen, voor alle
schikt, onver-
I7LAND, aldaar,
m Dobbelaar tot
or ƒ35 per jaar.
or zoover ver-
>r huur, bij de
September 1934.
ite ploeg voor
paarden.
etinge, aan den
komen bij J. A.
I, Valckeslot te
It-Mij. „LINDEK"
Biezelingschen
:len of in massa,
en bij den heer
IGH te Wemel-
Augustus, waar
voorwaarden zijn
INSCHRIJVING
5 jaar:
10 A. (1000 ROE)
ID,
id van het Vre-
iij den Segeers-
i eigenaar P.
weg V 25 (al-
jren ten kantore
PSTRA te Mid-
Augustus 1934.
VAN
ZATERDAG 11 AUG. 1994, Nr 299.
T-v» 1
iS -
MET JEZUS ALLEEN.
Een iegelijk die uit de waarheid
heid is, hoort Mijne stem.
Joh. 1837.
Mensch zijn, dat is strijder zijn. Strij
der zijn opent het uitzicht op twee moge
lijkheden: nederlaag of overwinning.
Die mogelijkheden, hoever ze tenslotte
uiteen gaan, liggen in den aanvang vlak
naast elkander. De levensbeslissing hangt
aan kleine momenten.
Waar het voor ons uitloopen zal, hangt
af van de verhouding tot de waarheid, dat
is: van onze ontmoeting met Jezus.
Het verhaal waaruit deze tekst geno
men is. toont dit duidelijk.
Wij zien voor ons een mensch, die de
kans heeft om de zegenbrengende kracht
der waarheid in zijn leven te ervaren maar
die ze laat voorbijgaan. Het erge daar
bij is, dat het zoo begrijpelijk is, want het
is zoo menschelijk.
Daarom is het altijd weer goed om op
de beteekenis van het beslissende oogen-
blik te letten, opdat wij voor dat „men-
schelijke". dat zoo groot gevaar in zich
sluit, op onze hoede zouden zijn.
Ongetwijfeld leefde in het hart van den
Romein het voornemen om het recht te
handhaven. Voornemen en uitvoeren zijn
echter twee.
Jezus lokt Pilatus uit zijn tent: „Zegt
gij dit van u zeiven of hebben het u ande
ren van Mij gezegd?" Als het gaat om de
vraag of Jezus Koning is, beteekent na
praten niets. Eigen gedachten moeten hier
openbaar worden.
Zal Pilatus op Jezus' vraag ingaan?
Wanneer hij dat gedaan had, zou hij den
weg ter overwinning hebben gevonden.
In plaats daarvan trekt hij zich terug en
in ijdele zelfoverschatting, die de klein
heid van zijn wezen verraadt, stelt hij zich
boven de waarheid en zegt: „Het gaat hier
niet om mij, maar om U daarom: „Wat
hebt Gij gedaan?"
De schijnbare grootheid die Pilatus hier
aanneemt, en waarin hij zich afsluit te
gen den invloed der waarheid heeft het
droevig gevolg, dat hij daardoor buiten
den invloed van de waarheid komt te
staan.
Pilatus' hart was niet rein en hij wilde
zich ook niet laten verlossen. De ontmoe
ting met Jezus bracht voor hem geen voor
deel: hij hoorde niet de stem van de
Waarheid.
Als er oogenblikken komen in ons leven,
waarin wij alleen zijn met Jezus, laten wij
dan hooren, hooren met geheel ons hart.
Want daardoor zullen wij de waarheid
verstaan, en de waarheid zal ons vrijma
ken.
DE KEUZE TUSSCHEN CHRISTUS
EN WODAN.
Onder dit opschrift lezen wij in de
R.-K. „Maasbode" o.m.:
Terwijl het sterke lichaam van Hinden
burg den laatsten strijd tegen den onver-
biddelijken dood streed, trad de evange
lische rijksbisschop Dr Müller aan zijn
sterfbed. Wat daar in dat laatste onder
houd tusschen den zoo diep geloovigen
rijkspresident en den bisschop, die den
hoogen lijder in diens overgang naar het
betere leven geestelijken bijstand verleen
de, besproken werd, is niet bekend. Slechts
één woord van Hindenburg heeft Dr Mül
ler geopenbaard; een woord, dat het leven
van den grooten man volkomen karakte
riseert: „Draag er toch vooral zorg voor,
dat Christus in Duitschland gepredikt
wordt"
Het laatste woord van Hindenburg, die
zijn geheele leven zijn land in ongebro
ken trouw gediend heeft, in tijden van
glorie en van tegenspoed; die zoo sterk
aanvoelde, wat Duitschland bovenal noo-
dig heeft.
Vrij naar het Engelsch.
En nu. waar er in de wankele gezond
heid van de vrouw des huizes een gun
stige keer kwam, waardoor het geheele
gezin scheen op te leven, begon Ruth ver
strooid en afgetrokken te worden en zat
ze te peinzen bij het vuur, terwijl Lucia
haar met klimmende ongerustheid gade
sloeg.
Voelde ze zioh achteruitgezet door het
een of ander? Was ze misschien het da-
gelijksch sloven en zwoegen moe? Lucia
durfde er niet naar vragen. Ruth had nog
nimmer iets geheim voor haar gehouden,
in die vele jaren van samenwerken en
samen zorgen hadden zij elkander leeren
liefhébben en vertrouwen. Daarom wacht
te ze geduldig tot Ruth uit eigen bewe
ging zou spreken. En op een goeden dag
toen ze weer eens rustig bij elkaar waren,
kwam het er dan ook uit. Ze viel met de
deur in huis om er maar gauw doorheen
te zijn.
„Lucia was nu beter en kon het heel
Dan staan wij bij de laatst rustplaats
van Hindenburg te Tannenberg.
De evangelische legerbisschop Dohr
mann brengt een laatsten groet aan den
ouden veldheer. Maar die groet was een
geloofsbelijdenis, een verkondiging van
Christus als Godmensch, als Redder en
Verlosser, als Bron van alle genade. i
Na Dohrmann spreekt de rijksleider I
Hitier. Ook zijn rede wordt door diepen
eerbied en warme sympathie gedragen,
maar aan het eind klinken de schrijnen
de woorden: „Toter Feldherr, geh, nun
ein in Walhall", „Doode veldheer treed
nu het Walhallah binnen".
Schrijnende woorden, uitdagend aan
dit graf, in deze omgeving; tot nadenken
stemmend over de mentaliteit, welke zelfs
aan de doodsbaar van dezen geloovigen,
diep religieuzen christen tot uiting kwam.
Het mysterie Duitschland I
Aan het graf van Hindenburg spraken
twee levensbeschouwingen: de Christe
lijke, welk die van den overledene was,
en de oud-Germaansche, de heidensche,
welke door zoovele leiders van het Derde
Rijk gehuldigd en met alle kracht, zelfs
tyranniek gepropageerd wordt.
Sinds anderhalf jaar botsen deze twee
levensbeschouwingen, welke haar conse
quenties op elk terrein der menschelijke
activiteit met zich brengen, tegen elkaar,
en het kan niet verwonderen, dat de ge
heele wereld in dien strijd tusschen Chris
tus en Wodan onvermijdelijk party kiest.
De kwestie is niet: pro-Duitsch of anti-
Duitsch, zelfs niet meer pro-nationaal-
socialistlsch of anti-nationaal-socialistisch.
Zoo de zaak aldus stond zouden argu
menten, tezamen met persoonlijke gevoe
lens en sympathieën een rol kunnen
spelen.
De kwestie is zelfs niet meer, of sinds
het nationaal-socialisme aan het bewind
is gekomen een verbetering in de econo
mische situatie is gekomen zoo in en
kele branches door bepaalde maatregelen,
byv. het vrijstellen van belasting voor
binnenlandsche auto's, of de huwelijks
premie, waardoor byv. de meubelfabrie
ken, tijdelijk overigens, een overvloed van
orders hebbon ook niet, of Hitier
persoonlek poogt den algemeenen inter
nationalen toestand gunstiger te oriën-
teeren.
De eenige en exclusieve vraag voor ons
is, of het nationaal-socialisme, zooals het
zich in werkelijkheid voordoet, een onver-
biddelijken strijd tegen Godsdienst en
Kerk voert. Deze vraag moeten wij he
laas onvoorwaardeiyk bevestigend beant
woorden. Het nationaal-socialisme, zoo al
niet als systeem, dan toch zeker door
de leiders, welke het zich gekozen heeft:
Goering, Goebbels, Rosenberg, Baldur von
Schirag, Ley, om slechts de meest op den
voorgrond tredende, vaak echter niet de
gevaarlijkste persoonlijkheden te noemen,
heeft zich gevrijd aan den terugkeer van
Duitschland tot het oud-Germaansche, met
een modern tintje omkleedde heidendom.
En door de machtspositie, welke de lei
ders en ondergeschikte instanties beklee-
den; door de absolutistische middelen,
waarover zy beschikken, wordt elk ver
weer tegen de paganistische propaganda
in de kiem gesmoord.
Onze Goesche Raadsleden komt weer
een woord van hulde toe voor de vlugge
manier, waarop ze Donderdagmiddag de
agenda hebben afgewerkt. Da's nog eens
zaken doenl
Stel u voor. dat men in den Gemeente
raad van onze provinciale hoofdstad
moest praten over de afschaffing van
het commissariaat van politiel Daar wa
ren uren mee gemoeid. Hier volstond
men met de korte verklaring van één der
leden, dat men het jammer vond terwille
van de bezuiniging, dat de Regeering geen
genoegen nam met een hoofdagent als
hoofd van politie en een inspecteur eisch-
te, maar dat de Raad zich toch bleef uit
spreken vóór de opheffing van bedoeld
commissariaat. Natuurlijk is het te be-
zuinigen bedrag nu minder groot, maar r
we moeten tegenwoordig ook voor kleine
bezuinigingen dankbaar zijn. Straks ver
dwijnt dus de Commissaris van Politie
uit Goes en zullen we een inspecteur als
hoofd der politie zien optreden.
Dhr A. Vermaire zag zich de hoogst
belangrijke en verantwoordelijke taak van
voorzitter van het Gasthuisbestuur opge
dragen. Hij nam die taak op zich, maar
deed een krachtig beroep op B. en W. om
het aan de goede en noodzakelijke aa
menwerking en verstandhouding niet te
laten ontbreken. Waarvan toezegging
volgde.
Het zal zeker met blijdschap vernomen
zijn, dat men er in geslaagd is het tekort
over 1933 op 't Gasthuis tot ruim 10.000
gld., zijnde ongeveer de helft van het te
kort over 1932 terug te brengen. Of er
dus ook bezuinigd kon worden en o! de
deskundige rapporten, aan den Raad uit
gereikt, hun geld ook hebben opgebracht!
Wat blijft het jammer, dat ter zake kun-
digen niet eenige jaren eerder, ja direct
bij den opzet der nieuwe ziekenhuis-af-
deeling hun waardevolle adviezen hebben
kunnen gevent Dat had de belaatingbeta^
Iers eenige tienduizenden guldens ge
scheeld. Inderdaad, de Gasthuisgeschie
denis blijft wel een zeer pijnlijke.
Als laatste, maar niet zeer vleiende
herinnering aan het beleid van het oude
Gasthuisbestuur bewaren we de opmer
kingen van B. en W., dat in de rekening
van 1992 tal van posten zijn overschre
den, zonder dat men de moeite nam, hier
van goedkeuring aan den Raad te vragen
- een symptoom van de mentaliteit, die
er zoolang heerschte? en dat ook ver
schillende uitgaven op verkeerde posten
zijn geboekt.
Zullen de belastingbetalers in het te
kort der middenstandswoningbouwveree-
niging 'n tweede strop, zij 't dan 'n min
der erge, krijgen? Vermoedelijk wel, maar
mot zekerheid ia hier nog niets te zeg
gen. De geheimzinnigheid, die zoo dik
wijls het Goesche gemeentebeleid ken
merkt (waar worden zooveel geheime zit
tingen gehouden als hier?), wordt ook
hier betracht. De burgerij krijgt nog
steeds geen cijfers te hooren, hoewel al
meer dan een jaar verscheidene midden
standswoningen leeg staan. De huren
schijnen verlaagd te zijn. om huurders te
trekken, maar het bedrag werd angstval
lig verzwegen. En nu meenden we te hoo
ren, dat een paar Raadsleden zijn be
noemd in het bestuur dezer vereeniging,
welke benoeming zeer waarschijnlijk ook
in een geheime zitting moet geschied zijn.
Het bestuur mag eenige soepelheid met
de huren betrachten, was de laatste my
sterieuze mededeeling, die we oppikten.
Weth. Goedbloed acht de situatie met
deze woningen nog niet zoo ernstig. We
hopen van harte, dat hij gelijk heeft, hoe
wel er meer reden schijnt te zijn voor een
andere conclusie, maar zoolang de cijfers
ontbreken, zullen we goed doen, ons van
conclusies te onthouden.
De café-houders waren Donderdag wel
het troetelkind van sommige leden. Eerst
bij de behandeling van enkele reclames
tegen het vergunningsrecht, hoewel deze
reclamanten de noodige gegevens óf niet
óf onvolledig inzonden, zqodat er voor
oompassie weinig reden was. En later,
bij het voorstel van drie Raadsleden om
voor de personeele belasting de ca-
fé's en restaurants met de winkels gelijk
te stellen.
Is de tegenwoordige regeling onbillijk
vroeg dhr Jonkers. B. en W. antwoord
den ontkennend. Ook dhr Jonkers zag
die onbillijkheid niet. Maar dhr Simons
was er gloeiend van overtuigd, zoodat hij
sprak met een ijver en vuur, een betere
zaak waardig.
Reeds eerder merkten wij op, dat van
die onbillijkheid nooit gerept is, toen het
rijk deze belasting hief, maar nu de ge
meente het doet. wèl.
Bovendien het kost heel weinig moeite,
om van^elke belasting eenige onbillijkhe
den op te sommen, ook van de personee
le belasting, die niet alleen voor café- en
restauranthouders, maar voor ieder in
Goes ceer hoog is, terwijl de kinderaf
trek vrij gering genoemd mag worden.
Maar deze belasting heeft tenminste
ook nog één goede zijde. Zij treft ook
zaken van personen, die zelf de beenen
hebben genomen en van hen. die 't klaar
weten te spelen om tusschen de inkom
stenbelasting door te glippen.
Ook mag het bedrag van f 2700, dat
voor de Gemeentekas teloor zou gaan
toch wel een woordje meespreken. Hoe
moet dit bedrag worden gevonden? De
toestand onzer gemeentefin&ncien ie
zeer critiek, vooral als straks de
nieuwe belastingregeling wet wordt. En
doet het dan niet eigenaardig aan om,
waar anders tot het laatste toe moet wor
den bezuinigd, nu royaal tg hooren zeg
gen: „Laat het geld kostenl"
Maken nu heusch de café- en restau
ranthouders de groep uit, waar we bij
een berooide gemeentekas het e e r s t aan
denken moeten?
De Koningin en de Prlnsee In Noorwegen
Men meldt uit Stockholm aan de N.
R. Grt.:
Over het algemeen wordt het verblijf
van de Koningin en Prinses Juliana in
Hardanger door goed weer begunstigd.
Van Ulvik uit hebben zij1 verschillende
kortere en langere tochten in de schoone
omstreken gemaakt, o.a. naar Stalheim,
Gudvangen en Osa. De PrinseB maakte
met enkele leden van haar gevolg een
tocht over Eids fjord en Haugastol naar
Voss en terug naar Ulvik. Woensdag zyn
de vorstelijke bezoekers naar Odda ge
reden, waar zij in Grand Hotel overnacht
ten om Donderdag over Breifonn naar
Ulvik terug te keeren.
Geref. Vereen, voor Drankbestrijding.
In de gisteren te Groningen voortge
zette 34e jaarlijkacha vergadering van de
Qaref. Vereen, voor Drankbestrijding
stelde de voorzitter aan de orde de ver
kiezingen voor eerste en tweede voorzit
ter in de vacature wijlen de W. H. Gis
pen en van ds A. M. Berkhoff die bedankt
heeft.
T.a.v. de laatste vacature deed de secre
taris voorlezing van een besluit genomen
bij meerderheid van stemmen door het
hoofdbestuur waarbij de oandidatuur van
ds v. Dijk te Groningen in overleg met
dezen predikant werd teruggenomen 8n
in deze vacature werden candidaat ge
steld de heeren J. v. Elshout te Apel
doorn en ds W. Meijnhout te Amsterdam,
beiden Ghr. Geref.
De afd. Zuid-Holland maakte ernstig
bezwaar tegen dezen gang van zaken en
oordeelde dat het hoofdbestuur zóó han
delend, terug kwam op zijn reeds eerder
genomen besluit dat tot leden van het
moderamen zouden worden gekozen per-
Bonen die reeds in het hoofdbestuur zit
ting hebben. Zuid-Holland diende daar
om dit voorstel weer in.
De voorzitter wees op den ernst der
omstandigheden, die niet konden worden
voorzien. Krachtens het reglement heeft
het hoofdbestuur de bevoegdheid om can-
didaten terug te nemen en nieuwe te stel
len.
Tot voorzitter werd daarna gekozen ds
J. v. Herksen te Ermelo met 78 stemmen
tegen 53 op ds v. Dijk te Groningen.
Ds v. Herksen verklaarde in den geest
van zijn overleden, onvergetelijken leer
meester wijlen ds Gispen, te willen voort-
arbeiden.
Tot vice-voorzitter werd gekozen de
heer J. v. Elshout te Apeldoorn met 64
stemmen tegen 41 op ds v. Dijk te Gro
ningen, 13 op ds A. Dubois te Oud-Beijer-
land en 2 op ds A. Ponstein te Lisse.
Een voorstel-Zuid-Holland om uit te
spreken, dat het gewenscht is dat de le
den van het moderamen worden gekozen
uit die van het hoofdbestuur, werd ver
worpen met overgroote meerderheid. De
begrooting werd vastgesteld.
In 1935 zal de jaarlijksche vergade
ring te Rotterdam worden gehouden, in
1936 te Amsterdam en in 1937 te Zwolle.
Ingezonden Mededeeling.
goed zonder haar klaar spelen. Zij. Ruth,
was dus niet langer noodig. Shirley was
in moeilijkheden en zij wilde hem niet
langer tot last zijn. Ze was besloten een
betrekking te zoeken, was zelfs al in on
derhandeling met een dame". Dat was
de kwestie, die in het begin van dit ver
haal ter sprake kwam, de twistappel, die
de tot nog toe eensgezinde familie in twee
partijen verdeelde.
Ieder trachtte Ruth te overtuigen, dat
er nog genoeg voor haar te doen over
bleef, ook al kon Lucia zich nu meer met
het huishouden bezig houden, maar haar
besluit stond vast en ze had heel wat
doorzettingsvermogen. Na eenige dagen
reeds had ze Lucia tot haar inzicht over
gehaald. „Het is niet prettig, Lucia", zei-
de ze, „maar het is het beste wat ik doen
kan en in je hart ben je het met mij eens
en daarom moet je dat ook openlijk toe
geven en me steunen, als ik weer te
gen Shirley over praat", en dat deed
Lucia ook.
HOOFDSTUK II.
Juffrouw Durnford
verschijnt ten tooneele.
In somber zwijgen verliet dokter Cle
veland de kamer. Zijn verstand vertelde
hem, dat zijn zuster gelijk had, maar zijn
hart verzette zich tegen de scheiding en
zijn trots had een pijnlijken stoot ontvan
gen.
Ruth had hem eigenlijk op een zacht
zinnige manier duidelijk gemaakt, zoo
redeneerde hij. dat hij een mislukkeling
was, nauwelijks in staat in het onderhoud
van zich en de zijnen te voorzien, zoodat
zijn jongste zuster, die buiten hem alleen
op de wereld stond, zich gedwongen zag
zijn huis te verlaten om onder vreemden
haar brood te gaan verdienen.
„Natuurlijk heeft het meisje gelijk",
overdacht hij ontstemd. Mocht er mij iets
overkomen, dan blijft er alleen het huis
en een jaarlijksch inkomen van een klei
ne duizend gulden over, afkomstig van
een levensverzekering voor Lucia en de
kinderen en Mary is pas elf jaar. Ik ben
gelukkig sterk, taai en gezond, maar
zelfs sterke jonge menschen worden dik
wijls in den bloei van het leven wegge
rukt, zooals die arme Henderson, die drie
jaar jonger was dan ik en die een wedu
we met vijf kinderen heeft achtergela
ten".
Dokter Cleveland vocht -als een dapper
man tegen die buien van zwaarmoedig
heid, welke hem wel vaker overvielen,
maar dikwijls, als hij 's nachts den slaap
niet kon vatten en onrustig heen en weer
woelde, zond hij een gebed op tot God,
dat hij gezond mocht blijven, totdat de
kinderen groot genoeg zouden zijn om
zelf den levensstrijd te kunnen aanvaar
den.
Toen dokter Cleveland de kamer ver
liet. keek Lucia haar schoonzuster, als
om hulp zoekend aan. „Arme Shirley, hij
voelt zich geloof ik, erg ongelukkig", zoo
■zuchtte ze. Maar Ruth gaf geen ant
woord, ze volgde haar broer in de gang
en 'bleef naast «tem staan, terwijl hij zijn
hoed afborstelde en dan zijn jas van den
haak nam. Zij bood niet aan hem te hel
pen. Shirley wilde niet altijd geholpen
worden, vooral niet als hij in zoo'n stem
ming was; doch met spijt merkte ze op,
dat de kraag van zijn jas gerafeld was en
de naden kaal waren.
„Kon hij maar een nieuwe overjas
koopen", dacht ze treurig; „maar door
die kolenrekening en die menschen, die
de stad verlaten hebben zonder de
doktersrekening te betalen - houdt hij
niets over om voor zichzelf te besteden".
„Moet je veel visite's maken, Shirley?"
vroeg ze wat verlegen, daar hij bleef zwij
gen.
„Nét als gewoonlijk", luide het korte
antwoord en toen als hij zich omkeerde
om zijn handschoenen te zoeken, ont
moetten hun oogen elkaar en het volgend
oogenblik had het meisje de armen om
zijn hals geslagen.
„Lieve Shirley, toe niet zoo kijkan
In de politieke wereld is het nu rustig.
Het is er vacantietijd. Alleen op sociaal
terrein, en dan meer speciaal in den
landbouw, is er eenige spanning en on
rust. De in enkele deelen onzer provincie
aangekondigde staking is wel niet door
gegaan, dank zy de tusschenkomst van
rijksbemiddelaar en Minister, maar daar
mede waren de grieven der landarbeiders
niet weggenomen. Nu heeft gisteren de
door den Minister aangewezen arbiter Prof.
Gerbrandy, uitspraak in het conflict ge
daan en daarmede de loonen in de be
trokken streek vastgesteld. Laat ons ho
pen, dat nu de rust is weergekeerd. In
middels worden van de zyde der land
arbeiders ook in andere deelen van ons
gewest pogingen in 'twerk gesteld, om
tot een collectieve arbeidsovereenkomst
te geraken.
In de afgeloopen week heeft het Duit-
sche volk zyn president naar zyn laatste
rustplaats gebracht. Feiteiyk ls niet de
rijkspresident, maar de veldmaarschalk,
de redder van het vaderland, naby Tan
nenberg ter ruste gelegd. Zeker is in de
eerbiedige hulde, welke het Duitsche volk
zyn grooten doode heeft gebracht, door
de geheele wereld gedeeld. Jammer, dat
deze plechtigheid voor een gedeelte een
heidensch karakter droeg. De offervuren
rookten en Hitler, de rykskanselier-ryks-
president, wenschte den dooden veldheer
het Walhalla toe.
Hindenburg was nog niet eens ter aarde
besteld, toen Goebbels een geweldige ver
kiezingsactie aankondigde. Terwyi niets
van wat op oppositie lijkt aan het woord
mag komen, zullen de Nazi's weer over
alle middelen beschikken om de Duitsche
kiezers te bewegen straks „Ja" te stem
men. De samenzwering is weer bedwon
gen en er kan weer een hooge borst op
giet
Zelfs de kerk moest geknecht. De Füh-
rer van de kerk heeft het deze week klaar
gespeeld om te besluiten de predikanten
den eed van trouw aan Hitier te doen
zweren. Men slikt in Duitschland wel on-
geloofiyk veel, al weten we, dat er een
oppositie in de kerk is, die zich tegen
deze goddelooze dwingelandy verheft. Met
belangstelling kan afgewacht, hoe dit al
les zich verder zal ontwikkelen.
De Oostenrijksche regeering heeft ten
slotte haar agrément verleend aan de be
noeming van von Papen als Duitsch ge
zant te Weenen. De oud-vice-kanselier en
oud-commissaris voor het Saargebied ver
wisselt dus Beriyn als standplaats met
de Oostenrijksche hoofdstad, teneinde de
opdracht te vervullen om te trachten „de
normale en vriendschappelijke betrekkin
gen te herstellen met het verwante Oos
tenrijksche volk", zooals het in den brief
van Hitier heette.
Von Papen gaat echter niet als buiten
gewoon gezant, zooals in dien brief werd.
verklaard. Hy wordt gewoon gezant.
Zou het nog komen tot een herstel van
de Hahsburgers in Oostenrijk? Te vree
zen ia. dat dit weer aanleiding zou ge
ven tot allerlei verwikkelingen. Want een
restauratie der Hahsburgers zou leiden
tot een combinatie met Hongarije, in den
vorm bijv. van een personeele unie. En
■herstel van de Hahsburgers zou een be
dreiging beteekenen voor het bestaan van
de staten, welke uit de vroegere monar
chie zijn gevormd. Joegoslaven, Tsjechen
noch Roemeniër» zouden bij een herstel
van koning Otto zich waarschijnlijk kun
nen neerleggen.
Ingezonden Mededeeling.
voor Manufaoturon.
Dames- en Klnderoonfeotle
Tapijten Gordijnen
Bedden - Ledikanten en
aanverwante artikelen Is
GOES
HULST
of je zult je arme zusje zoo'n verdriet
doen. Toe, geef me nu een zoen en zeg,
dat ik je niet werkelijk pijn gedaan heb,
want ik zou nog liever sterven dan dat
te doen".
„Kom, onzin, nonsens", mopperde haar
broer nog ontstemd, want hij was geen
man, die zijn gevoelens gemakkelijk toon
de en hij had een hekel aan overdreven
uitlatingen. „Weet je, dat je me haast
doet stikken, dwaas kind" en dokter Cle
veland trok zijn boord weer jrecht.
„O maar,, lieve Shirley begon Ruth
weer, en nu waren er ontegenzeggelijk
tranen in haar oogen en stond ze op het
punt in snikken uit te barsten; maar
dokter Clevelands ontstemming scheen
plotseling geweken, hij klopte zijn zuster
net zoo vriendelijk op den schouder, als
hij eerst Lot gedaan had.
„Kom, kom, nu geen gansje zyn. Wel,
lieve kind, je hebt me heelemaal geen
verdriet gedaan" o, wat een leugen,
dokter Cleveland „niet 't kleinste pite-
peuter beetje, zooals Judy zegt, alleen"
hier werd zyn gezicht weer wat strakker
„zoo'n plotselinge koude douche werkt
nu niet bepaald opwekkend op een
mensch".
(Wordt vervolgd.)