DE ZEEDW 'eniploegen :n peren, TWEEDE BLAD 'HONIG S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor lOct. HET ADRES A. WILKING Voor den Zondag Miss Durnford en haar gezelschapsjuffrouw. Binnenland. Wat er deze week voorviel schuurtje, :rs-inspan, ZOON, Goes iop: istig gelegen einen rischrijving feutlletön Uit dan Goeschen Raad. BETH te Ove- LTGUSTUS 1934, I.T.), in de her- Ved. J. Wabeke srzoeke van dhr outsdijk, in het is ERF EN TUIN ectie B no. 1015, sk tot week voor en te bekomen oemden Notaris. NKERS te Goes UGUSTUS 1934, te Kamperland, van M. 0. van ieke van de fa- Ajuffrouw J. C. ILSE koopen: >ed onderhouden ACHTERTUIN, lëzer", aan den 'land, groot 8 A. rzien van elec- de betaling. Saterdagen voor jen tot des n.m. r J. I. Karelse, komen ten kan is. VAN DUKE te UGUSTUS 1934, uur (N.T.) te je van den heer te diens ver- eld publiek ver- jf baatgevende .lfvaars en twee Snijmolen, Krui en -emmers, ;een verder ten aangeboden. ERKE. Abonnementen en door AANDEREN, eg. ERBIST te Goes UGUSTUS 1934, a verzoeke van J. VERMUE, in Ovezande, in het pen: ZONING te Ove- oot 6.40 A., ver- J. Daelman tot 12 per maand mg. daar, groot 2.75 egen, voor alle schikt, onver- I7LAND, aldaar, m Dobbelaar tot or ƒ35 per jaar. or zoover ver- >r huur, bij de September 1934. ite ploeg voor paarden. etinge, aan den komen bij J. A. I, Valckeslot te It-Mij. „LINDEK" Biezelingschen :len of in massa, en bij den heer IGH te Wemel- Augustus, waar voorwaarden zijn INSCHRIJVING 5 jaar: 10 A. (1000 ROE) ID, id van het Vre- iij den Segeers- i eigenaar P. weg V 25 (al- jren ten kantore PSTRA te Mid- Augustus 1934. VAN ZATERDAG 11 AUG. 1994, Nr 299. T-v» 1 iS - MET JEZUS ALLEEN. Een iegelijk die uit de waarheid heid is, hoort Mijne stem. Joh. 1837. Mensch zijn, dat is strijder zijn. Strij der zijn opent het uitzicht op twee moge lijkheden: nederlaag of overwinning. Die mogelijkheden, hoever ze tenslotte uiteen gaan, liggen in den aanvang vlak naast elkander. De levensbeslissing hangt aan kleine momenten. Waar het voor ons uitloopen zal, hangt af van de verhouding tot de waarheid, dat is: van onze ontmoeting met Jezus. Het verhaal waaruit deze tekst geno men is. toont dit duidelijk. Wij zien voor ons een mensch, die de kans heeft om de zegenbrengende kracht der waarheid in zijn leven te ervaren maar die ze laat voorbijgaan. Het erge daar bij is, dat het zoo begrijpelijk is, want het is zoo menschelijk. Daarom is het altijd weer goed om op de beteekenis van het beslissende oogen- blik te letten, opdat wij voor dat „men- schelijke". dat zoo groot gevaar in zich sluit, op onze hoede zouden zijn. Ongetwijfeld leefde in het hart van den Romein het voornemen om het recht te handhaven. Voornemen en uitvoeren zijn echter twee. Jezus lokt Pilatus uit zijn tent: „Zegt gij dit van u zeiven of hebben het u ande ren van Mij gezegd?" Als het gaat om de vraag of Jezus Koning is, beteekent na praten niets. Eigen gedachten moeten hier openbaar worden. Zal Pilatus op Jezus' vraag ingaan? Wanneer hij dat gedaan had, zou hij den weg ter overwinning hebben gevonden. In plaats daarvan trekt hij zich terug en in ijdele zelfoverschatting, die de klein heid van zijn wezen verraadt, stelt hij zich boven de waarheid en zegt: „Het gaat hier niet om mij, maar om U daarom: „Wat hebt Gij gedaan?" De schijnbare grootheid die Pilatus hier aanneemt, en waarin hij zich afsluit te gen den invloed der waarheid heeft het droevig gevolg, dat hij daardoor buiten den invloed van de waarheid komt te staan. Pilatus' hart was niet rein en hij wilde zich ook niet laten verlossen. De ontmoe ting met Jezus bracht voor hem geen voor deel: hij hoorde niet de stem van de Waarheid. Als er oogenblikken komen in ons leven, waarin wij alleen zijn met Jezus, laten wij dan hooren, hooren met geheel ons hart. Want daardoor zullen wij de waarheid verstaan, en de waarheid zal ons vrijma ken. DE KEUZE TUSSCHEN CHRISTUS EN WODAN. Onder dit opschrift lezen wij in de R.-K. „Maasbode" o.m.: Terwijl het sterke lichaam van Hinden burg den laatsten strijd tegen den onver- biddelijken dood streed, trad de evange lische rijksbisschop Dr Müller aan zijn sterfbed. Wat daar in dat laatste onder houd tusschen den zoo diep geloovigen rijkspresident en den bisschop, die den hoogen lijder in diens overgang naar het betere leven geestelijken bijstand verleen de, besproken werd, is niet bekend. Slechts één woord van Hindenburg heeft Dr Mül ler geopenbaard; een woord, dat het leven van den grooten man volkomen karakte riseert: „Draag er toch vooral zorg voor, dat Christus in Duitschland gepredikt wordt" Het laatste woord van Hindenburg, die zijn geheele leven zijn land in ongebro ken trouw gediend heeft, in tijden van glorie en van tegenspoed; die zoo sterk aanvoelde, wat Duitschland bovenal noo- dig heeft. Vrij naar het Engelsch. En nu. waar er in de wankele gezond heid van de vrouw des huizes een gun stige keer kwam, waardoor het geheele gezin scheen op te leven, begon Ruth ver strooid en afgetrokken te worden en zat ze te peinzen bij het vuur, terwijl Lucia haar met klimmende ongerustheid gade sloeg. Voelde ze zioh achteruitgezet door het een of ander? Was ze misschien het da- gelijksch sloven en zwoegen moe? Lucia durfde er niet naar vragen. Ruth had nog nimmer iets geheim voor haar gehouden, in die vele jaren van samenwerken en samen zorgen hadden zij elkander leeren liefhébben en vertrouwen. Daarom wacht te ze geduldig tot Ruth uit eigen bewe ging zou spreken. En op een goeden dag toen ze weer eens rustig bij elkaar waren, kwam het er dan ook uit. Ze viel met de deur in huis om er maar gauw doorheen te zijn. „Lucia was nu beter en kon het heel Dan staan wij bij de laatst rustplaats van Hindenburg te Tannenberg. De evangelische legerbisschop Dohr mann brengt een laatsten groet aan den ouden veldheer. Maar die groet was een geloofsbelijdenis, een verkondiging van Christus als Godmensch, als Redder en Verlosser, als Bron van alle genade. i Na Dohrmann spreekt de rijksleider I Hitier. Ook zijn rede wordt door diepen eerbied en warme sympathie gedragen, maar aan het eind klinken de schrijnen de woorden: „Toter Feldherr, geh, nun ein in Walhall", „Doode veldheer treed nu het Walhallah binnen". Schrijnende woorden, uitdagend aan dit graf, in deze omgeving; tot nadenken stemmend over de mentaliteit, welke zelfs aan de doodsbaar van dezen geloovigen, diep religieuzen christen tot uiting kwam. Het mysterie Duitschland I Aan het graf van Hindenburg spraken twee levensbeschouwingen: de Christe lijke, welk die van den overledene was, en de oud-Germaansche, de heidensche, welke door zoovele leiders van het Derde Rijk gehuldigd en met alle kracht, zelfs tyranniek gepropageerd wordt. Sinds anderhalf jaar botsen deze twee levensbeschouwingen, welke haar conse quenties op elk terrein der menschelijke activiteit met zich brengen, tegen elkaar, en het kan niet verwonderen, dat de ge heele wereld in dien strijd tusschen Chris tus en Wodan onvermijdelijk party kiest. De kwestie is niet: pro-Duitsch of anti- Duitsch, zelfs niet meer pro-nationaal- socialistlsch of anti-nationaal-socialistisch. Zoo de zaak aldus stond zouden argu menten, tezamen met persoonlijke gevoe lens en sympathieën een rol kunnen spelen. De kwestie is zelfs niet meer, of sinds het nationaal-socialisme aan het bewind is gekomen een verbetering in de econo mische situatie is gekomen zoo in en kele branches door bepaalde maatregelen, byv. het vrijstellen van belasting voor binnenlandsche auto's, of de huwelijks premie, waardoor byv. de meubelfabrie ken, tijdelijk overigens, een overvloed van orders hebbon ook niet, of Hitier persoonlek poogt den algemeenen inter nationalen toestand gunstiger te oriën- teeren. De eenige en exclusieve vraag voor ons is, of het nationaal-socialisme, zooals het zich in werkelijkheid voordoet, een onver- biddelijken strijd tegen Godsdienst en Kerk voert. Deze vraag moeten wij he laas onvoorwaardeiyk bevestigend beant woorden. Het nationaal-socialisme, zoo al niet als systeem, dan toch zeker door de leiders, welke het zich gekozen heeft: Goering, Goebbels, Rosenberg, Baldur von Schirag, Ley, om slechts de meest op den voorgrond tredende, vaak echter niet de gevaarlijkste persoonlijkheden te noemen, heeft zich gevrijd aan den terugkeer van Duitschland tot het oud-Germaansche, met een modern tintje omkleedde heidendom. En door de machtspositie, welke de lei ders en ondergeschikte instanties beklee- den; door de absolutistische middelen, waarover zy beschikken, wordt elk ver weer tegen de paganistische propaganda in de kiem gesmoord. Onze Goesche Raadsleden komt weer een woord van hulde toe voor de vlugge manier, waarop ze Donderdagmiddag de agenda hebben afgewerkt. Da's nog eens zaken doenl Stel u voor. dat men in den Gemeente raad van onze provinciale hoofdstad moest praten over de afschaffing van het commissariaat van politiel Daar wa ren uren mee gemoeid. Hier volstond men met de korte verklaring van één der leden, dat men het jammer vond terwille van de bezuiniging, dat de Regeering geen genoegen nam met een hoofdagent als hoofd van politie en een inspecteur eisch- te, maar dat de Raad zich toch bleef uit spreken vóór de opheffing van bedoeld commissariaat. Natuurlijk is het te be- zuinigen bedrag nu minder groot, maar r we moeten tegenwoordig ook voor kleine bezuinigingen dankbaar zijn. Straks ver dwijnt dus de Commissaris van Politie uit Goes en zullen we een inspecteur als hoofd der politie zien optreden. Dhr A. Vermaire zag zich de hoogst belangrijke en verantwoordelijke taak van voorzitter van het Gasthuisbestuur opge dragen. Hij nam die taak op zich, maar deed een krachtig beroep op B. en W. om het aan de goede en noodzakelijke aa menwerking en verstandhouding niet te laten ontbreken. Waarvan toezegging volgde. Het zal zeker met blijdschap vernomen zijn, dat men er in geslaagd is het tekort over 1933 op 't Gasthuis tot ruim 10.000 gld., zijnde ongeveer de helft van het te kort over 1932 terug te brengen. Of er dus ook bezuinigd kon worden en o! de deskundige rapporten, aan den Raad uit gereikt, hun geld ook hebben opgebracht! Wat blijft het jammer, dat ter zake kun- digen niet eenige jaren eerder, ja direct bij den opzet der nieuwe ziekenhuis-af- deeling hun waardevolle adviezen hebben kunnen gevent Dat had de belaatingbeta^ Iers eenige tienduizenden guldens ge scheeld. Inderdaad, de Gasthuisgeschie denis blijft wel een zeer pijnlijke. Als laatste, maar niet zeer vleiende herinnering aan het beleid van het oude Gasthuisbestuur bewaren we de opmer kingen van B. en W., dat in de rekening van 1992 tal van posten zijn overschre den, zonder dat men de moeite nam, hier van goedkeuring aan den Raad te vragen - een symptoom van de mentaliteit, die er zoolang heerschte? en dat ook ver schillende uitgaven op verkeerde posten zijn geboekt. Zullen de belastingbetalers in het te kort der middenstandswoningbouwveree- niging 'n tweede strop, zij 't dan 'n min der erge, krijgen? Vermoedelijk wel, maar mot zekerheid ia hier nog niets te zeg gen. De geheimzinnigheid, die zoo dik wijls het Goesche gemeentebeleid ken merkt (waar worden zooveel geheime zit tingen gehouden als hier?), wordt ook hier betracht. De burgerij krijgt nog steeds geen cijfers te hooren, hoewel al meer dan een jaar verscheidene midden standswoningen leeg staan. De huren schijnen verlaagd te zijn. om huurders te trekken, maar het bedrag werd angstval lig verzwegen. En nu meenden we te hoo ren, dat een paar Raadsleden zijn be noemd in het bestuur dezer vereeniging, welke benoeming zeer waarschijnlijk ook in een geheime zitting moet geschied zijn. Het bestuur mag eenige soepelheid met de huren betrachten, was de laatste my sterieuze mededeeling, die we oppikten. Weth. Goedbloed acht de situatie met deze woningen nog niet zoo ernstig. We hopen van harte, dat hij gelijk heeft, hoe wel er meer reden schijnt te zijn voor een andere conclusie, maar zoolang de cijfers ontbreken, zullen we goed doen, ons van conclusies te onthouden. De café-houders waren Donderdag wel het troetelkind van sommige leden. Eerst bij de behandeling van enkele reclames tegen het vergunningsrecht, hoewel deze reclamanten de noodige gegevens óf niet óf onvolledig inzonden, zqodat er voor oompassie weinig reden was. En later, bij het voorstel van drie Raadsleden om voor de personeele belasting de ca- fé's en restaurants met de winkels gelijk te stellen. Is de tegenwoordige regeling onbillijk vroeg dhr Jonkers. B. en W. antwoord den ontkennend. Ook dhr Jonkers zag die onbillijkheid niet. Maar dhr Simons was er gloeiend van overtuigd, zoodat hij sprak met een ijver en vuur, een betere zaak waardig. Reeds eerder merkten wij op, dat van die onbillijkheid nooit gerept is, toen het rijk deze belasting hief, maar nu de ge meente het doet. wèl. Bovendien het kost heel weinig moeite, om van^elke belasting eenige onbillijkhe den op te sommen, ook van de personee le belasting, die niet alleen voor café- en restauranthouders, maar voor ieder in Goes ceer hoog is, terwijl de kinderaf trek vrij gering genoemd mag worden. Maar deze belasting heeft tenminste ook nog één goede zijde. Zij treft ook zaken van personen, die zelf de beenen hebben genomen en van hen. die 't klaar weten te spelen om tusschen de inkom stenbelasting door te glippen. Ook mag het bedrag van f 2700, dat voor de Gemeentekas teloor zou gaan toch wel een woordje meespreken. Hoe moet dit bedrag worden gevonden? De toestand onzer gemeentefin&ncien ie zeer critiek, vooral als straks de nieuwe belastingregeling wet wordt. En doet het dan niet eigenaardig aan om, waar anders tot het laatste toe moet wor den bezuinigd, nu royaal tg hooren zeg gen: „Laat het geld kostenl" Maken nu heusch de café- en restau ranthouders de groep uit, waar we bij een berooide gemeentekas het e e r s t aan denken moeten? De Koningin en de Prlnsee In Noorwegen Men meldt uit Stockholm aan de N. R. Grt.: Over het algemeen wordt het verblijf van de Koningin en Prinses Juliana in Hardanger door goed weer begunstigd. Van Ulvik uit hebben zij1 verschillende kortere en langere tochten in de schoone omstreken gemaakt, o.a. naar Stalheim, Gudvangen en Osa. De PrinseB maakte met enkele leden van haar gevolg een tocht over Eids fjord en Haugastol naar Voss en terug naar Ulvik. Woensdag zyn de vorstelijke bezoekers naar Odda ge reden, waar zij in Grand Hotel overnacht ten om Donderdag over Breifonn naar Ulvik terug te keeren. Geref. Vereen, voor Drankbestrijding. In de gisteren te Groningen voortge zette 34e jaarlijkacha vergadering van de Qaref. Vereen, voor Drankbestrijding stelde de voorzitter aan de orde de ver kiezingen voor eerste en tweede voorzit ter in de vacature wijlen de W. H. Gis pen en van ds A. M. Berkhoff die bedankt heeft. T.a.v. de laatste vacature deed de secre taris voorlezing van een besluit genomen bij meerderheid van stemmen door het hoofdbestuur waarbij de oandidatuur van ds v. Dijk te Groningen in overleg met dezen predikant werd teruggenomen 8n in deze vacature werden candidaat ge steld de heeren J. v. Elshout te Apel doorn en ds W. Meijnhout te Amsterdam, beiden Ghr. Geref. De afd. Zuid-Holland maakte ernstig bezwaar tegen dezen gang van zaken en oordeelde dat het hoofdbestuur zóó han delend, terug kwam op zijn reeds eerder genomen besluit dat tot leden van het moderamen zouden worden gekozen per- Bonen die reeds in het hoofdbestuur zit ting hebben. Zuid-Holland diende daar om dit voorstel weer in. De voorzitter wees op den ernst der omstandigheden, die niet konden worden voorzien. Krachtens het reglement heeft het hoofdbestuur de bevoegdheid om can- didaten terug te nemen en nieuwe te stel len. Tot voorzitter werd daarna gekozen ds J. v. Herksen te Ermelo met 78 stemmen tegen 53 op ds v. Dijk te Groningen. Ds v. Herksen verklaarde in den geest van zijn overleden, onvergetelijken leer meester wijlen ds Gispen, te willen voort- arbeiden. Tot vice-voorzitter werd gekozen de heer J. v. Elshout te Apeldoorn met 64 stemmen tegen 41 op ds v. Dijk te Gro ningen, 13 op ds A. Dubois te Oud-Beijer- land en 2 op ds A. Ponstein te Lisse. Een voorstel-Zuid-Holland om uit te spreken, dat het gewenscht is dat de le den van het moderamen worden gekozen uit die van het hoofdbestuur, werd ver worpen met overgroote meerderheid. De begrooting werd vastgesteld. In 1935 zal de jaarlijksche vergade ring te Rotterdam worden gehouden, in 1936 te Amsterdam en in 1937 te Zwolle. Ingezonden Mededeeling. goed zonder haar klaar spelen. Zij. Ruth, was dus niet langer noodig. Shirley was in moeilijkheden en zij wilde hem niet langer tot last zijn. Ze was besloten een betrekking te zoeken, was zelfs al in on derhandeling met een dame". Dat was de kwestie, die in het begin van dit ver haal ter sprake kwam, de twistappel, die de tot nog toe eensgezinde familie in twee partijen verdeelde. Ieder trachtte Ruth te overtuigen, dat er nog genoeg voor haar te doen over bleef, ook al kon Lucia zich nu meer met het huishouden bezig houden, maar haar besluit stond vast en ze had heel wat doorzettingsvermogen. Na eenige dagen reeds had ze Lucia tot haar inzicht over gehaald. „Het is niet prettig, Lucia", zei- de ze, „maar het is het beste wat ik doen kan en in je hart ben je het met mij eens en daarom moet je dat ook openlijk toe geven en me steunen, als ik weer te gen Shirley over praat", en dat deed Lucia ook. HOOFDSTUK II. Juffrouw Durnford verschijnt ten tooneele. In somber zwijgen verliet dokter Cle veland de kamer. Zijn verstand vertelde hem, dat zijn zuster gelijk had, maar zijn hart verzette zich tegen de scheiding en zijn trots had een pijnlijken stoot ontvan gen. Ruth had hem eigenlijk op een zacht zinnige manier duidelijk gemaakt, zoo redeneerde hij. dat hij een mislukkeling was, nauwelijks in staat in het onderhoud van zich en de zijnen te voorzien, zoodat zijn jongste zuster, die buiten hem alleen op de wereld stond, zich gedwongen zag zijn huis te verlaten om onder vreemden haar brood te gaan verdienen. „Natuurlijk heeft het meisje gelijk", overdacht hij ontstemd. Mocht er mij iets overkomen, dan blijft er alleen het huis en een jaarlijksch inkomen van een klei ne duizend gulden over, afkomstig van een levensverzekering voor Lucia en de kinderen en Mary is pas elf jaar. Ik ben gelukkig sterk, taai en gezond, maar zelfs sterke jonge menschen worden dik wijls in den bloei van het leven wegge rukt, zooals die arme Henderson, die drie jaar jonger was dan ik en die een wedu we met vijf kinderen heeft achtergela ten". Dokter Cleveland vocht -als een dapper man tegen die buien van zwaarmoedig heid, welke hem wel vaker overvielen, maar dikwijls, als hij 's nachts den slaap niet kon vatten en onrustig heen en weer woelde, zond hij een gebed op tot God, dat hij gezond mocht blijven, totdat de kinderen groot genoeg zouden zijn om zelf den levensstrijd te kunnen aanvaar den. Toen dokter Cleveland de kamer ver liet. keek Lucia haar schoonzuster, als om hulp zoekend aan. „Arme Shirley, hij voelt zich geloof ik, erg ongelukkig", zoo ■zuchtte ze. Maar Ruth gaf geen ant woord, ze volgde haar broer in de gang en 'bleef naast «tem staan, terwijl hij zijn hoed afborstelde en dan zijn jas van den haak nam. Zij bood niet aan hem te hel pen. Shirley wilde niet altijd geholpen worden, vooral niet als hij in zoo'n stem ming was; doch met spijt merkte ze op, dat de kraag van zijn jas gerafeld was en de naden kaal waren. „Kon hij maar een nieuwe overjas koopen", dacht ze treurig; „maar door die kolenrekening en die menschen, die de stad verlaten hebben zonder de doktersrekening te betalen - houdt hij niets over om voor zichzelf te besteden". „Moet je veel visite's maken, Shirley?" vroeg ze wat verlegen, daar hij bleef zwij gen. „Nét als gewoonlijk", luide het korte antwoord en toen als hij zich omkeerde om zijn handschoenen te zoeken, ont moetten hun oogen elkaar en het volgend oogenblik had het meisje de armen om zijn hals geslagen. „Lieve Shirley, toe niet zoo kijkan In de politieke wereld is het nu rustig. Het is er vacantietijd. Alleen op sociaal terrein, en dan meer speciaal in den landbouw, is er eenige spanning en on rust. De in enkele deelen onzer provincie aangekondigde staking is wel niet door gegaan, dank zy de tusschenkomst van rijksbemiddelaar en Minister, maar daar mede waren de grieven der landarbeiders niet weggenomen. Nu heeft gisteren de door den Minister aangewezen arbiter Prof. Gerbrandy, uitspraak in het conflict ge daan en daarmede de loonen in de be trokken streek vastgesteld. Laat ons ho pen, dat nu de rust is weergekeerd. In middels worden van de zyde der land arbeiders ook in andere deelen van ons gewest pogingen in 'twerk gesteld, om tot een collectieve arbeidsovereenkomst te geraken. In de afgeloopen week heeft het Duit- sche volk zyn president naar zyn laatste rustplaats gebracht. Feiteiyk ls niet de rijkspresident, maar de veldmaarschalk, de redder van het vaderland, naby Tan nenberg ter ruste gelegd. Zeker is in de eerbiedige hulde, welke het Duitsche volk zyn grooten doode heeft gebracht, door de geheele wereld gedeeld. Jammer, dat deze plechtigheid voor een gedeelte een heidensch karakter droeg. De offervuren rookten en Hitler, de rykskanselier-ryks- president, wenschte den dooden veldheer het Walhalla toe. Hindenburg was nog niet eens ter aarde besteld, toen Goebbels een geweldige ver kiezingsactie aankondigde. Terwyi niets van wat op oppositie lijkt aan het woord mag komen, zullen de Nazi's weer over alle middelen beschikken om de Duitsche kiezers te bewegen straks „Ja" te stem men. De samenzwering is weer bedwon gen en er kan weer een hooge borst op giet Zelfs de kerk moest geknecht. De Füh- rer van de kerk heeft het deze week klaar gespeeld om te besluiten de predikanten den eed van trouw aan Hitier te doen zweren. Men slikt in Duitschland wel on- geloofiyk veel, al weten we, dat er een oppositie in de kerk is, die zich tegen deze goddelooze dwingelandy verheft. Met belangstelling kan afgewacht, hoe dit al les zich verder zal ontwikkelen. De Oostenrijksche regeering heeft ten slotte haar agrément verleend aan de be noeming van von Papen als Duitsch ge zant te Weenen. De oud-vice-kanselier en oud-commissaris voor het Saargebied ver wisselt dus Beriyn als standplaats met de Oostenrijksche hoofdstad, teneinde de opdracht te vervullen om te trachten „de normale en vriendschappelijke betrekkin gen te herstellen met het verwante Oos tenrijksche volk", zooals het in den brief van Hitier heette. Von Papen gaat echter niet als buiten gewoon gezant, zooals in dien brief werd. verklaard. Hy wordt gewoon gezant. Zou het nog komen tot een herstel van de Hahsburgers in Oostenrijk? Te vree zen ia. dat dit weer aanleiding zou ge ven tot allerlei verwikkelingen. Want een restauratie der Hahsburgers zou leiden tot een combinatie met Hongarije, in den vorm bijv. van een personeele unie. En ■herstel van de Hahsburgers zou een be dreiging beteekenen voor het bestaan van de staten, welke uit de vroegere monar chie zijn gevormd. Joegoslaven, Tsjechen noch Roemeniër» zouden bij een herstel van koning Otto zich waarschijnlijk kun nen neerleggen. Ingezonden Mededeeling. voor Manufaoturon. Dames- en Klnderoonfeotle Tapijten Gordijnen Bedden - Ledikanten en aanverwante artikelen Is GOES HULST of je zult je arme zusje zoo'n verdriet doen. Toe, geef me nu een zoen en zeg, dat ik je niet werkelijk pijn gedaan heb, want ik zou nog liever sterven dan dat te doen". „Kom, onzin, nonsens", mopperde haar broer nog ontstemd, want hij was geen man, die zijn gevoelens gemakkelijk toon de en hij had een hekel aan overdreven uitlatingen. „Weet je, dat je me haast doet stikken, dwaas kind" en dokter Cle veland trok zijn boord weer jrecht. „O maar,, lieve Shirley begon Ruth weer, en nu waren er ontegenzeggelijk tranen in haar oogen en stond ze op het punt in snikken uit te barsten; maar dokter Clevelands ontstemming scheen plotseling geweken, hij klopte zijn zuster net zoo vriendelijk op den schouder, als hij eerst Lot gedaan had. „Kom, kom, nu geen gansje zyn. Wel, lieve kind, je hebt me heelemaal geen verdriet gedaan" o, wat een leugen, dokter Cleveland „niet 't kleinste pite- peuter beetje, zooals Judy zegt, alleen" hier werd zyn gezicht weer wat strakker „zoo'n plotselinge koude douche werkt nu niet bepaald opwekkend op een mensch". (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1934 | | pagina 5