DE ZEEUW
TWEEDE BLAD
Uit de Provincie
Violet Vaughan
Gemeenteraad van Middelburg.
FEUILLETON
—i Slagerspatroonsvereen.
„Z u i d-B e v e 1 a n d". Dinsdag maakte
dezevereeniging een rijtoer naar Arn
hem en Oss, Te Arnhem zou een bezoek
gebracht worden aan een tentoonstelling
van „De Hanze", het slagersvak betref
fende. In verband met den beschikbaren
tijd werd echter na een kort verblijf te
Arnhem doorgereden naar Oss, waar de
exportslagerij van de firma Hartogs te-
zocht werd. In twee groepen werden de
bezoekers dooT dit mooi ingerichte be
drijf rondgeleid.
Na afloop van de rondgang werd door
de directie een lunch aangeboden, waar
bij verschillende producten van de fa
briek met smaak werden genuttigd en
over en weer hartelijke woorden werden
gesproken. Zeer voldaan werd daarna de
terugtocht aanvaard.
Goes. Bevolking. Ingekomen: G. den
Butter en gezin, schipper, van Katten-
dijke, Oude Singel 96; P. A. Romijn,
chauffeur, van Terneuzon, St.-Jacobstraat
8; P. J. van Geest, liefdezuster, van Hil
versum, Kloet.weg 5a; M. G. Ruiter, idem,
van Ginneken, Kloet, weg 5a; J. H. See-
vinck, kleermaker, van Doetinchem, Klei
ne kade 21; H. C. Koch en echtg., chirurg,
van Amsterdam, Stationsweg 31; C. Si-
monse, dienstbode, van Kattendijke, Sta
tionsweg 16; P. Korsuize en gezin, her
bergier, van Wissenkerke, St.-Jacobstr. 28;
A. E, Bosman, reiziger, van Rotterdam,
Wijngaardstraat 13; M. J. Jonker, leerl.-
verpleegster, van Nieuwer-Amstel, Oost-
wal 31; W. Barentsen, techn. ambt. RWS
van Den Helder, Oostwal 85; C. Willem-
stein, geb. Paauwe, zonder beroep, van
Vlissingen, W. Zellenweg 1; N. Paauwe,
dienstbode, van Nisse, v. d. Goeskade 51;
T. Bertossi, granietwerker, van Ginne
ken, Scheldestraat 43; W. van der Endt
en gezin, expediteur, van Kloetinge, Rim-
melandstraat 11; G. C. van Ginneken
en gezin, ijsventer, van Roosendaal,
Scheldestraat 68; M. van Stee en gezin,
melkventer, van Kloetinge, Poelweg IV
no. 1; M. Geldof, dienstbode, van Middel
burg, Kleine Kade 35.
Vertrokken: B. J. Alink, stoker N.S.,
naar Roosendaal, Spoorstraat 206; F. A.
van Hooij en gezin, ondermach. N.S, naar
Vlissingen, Lampsinstr. 13bov.; C. M.
Kloosterman, hulp huish., naar Amster
dam, Wilhelmina-Gasthuis; N. Jansen en
echtg., leerl. mach. N.S., naar Vlissingen,
Lampsinstraat 7bov.; J. de Kramer en
gezin, leerl. mach. N.S., naar Dordrecht,
Amerstraat 5; M. N. J. Dingemanse, naar
Schoondijke, Dorpstraat M 126; P. Sonke
zonder beroep, naar Kapelle, B 71; J. de
Rijke, dienstbode, naar Wemeldinge, C 17;
J. Siereveld en gezin, reiziger, naar Kloe
tinge, B 73; M. E. G. Fokke, kantoorbe
diende, naar Sluis, Hoogstraat 61; M. M.
Rooze, geb. Mulder, zonder beroep, naar
Amsterdam, Valeriusstr. 2921; J. F. Wijs,
arbeider, naar Rotterdam, Hilledijk 133a;
M. M. B. A. Pesch, liefdezuster, naar
Maastricht, „Onder de Bogen"; M. Th.
Campo, idem, Hilversum, Koningsstraat
21; F. G. Evers, leerl. mach. NS., naar
's-Hertogenbosch, G. v. Calcarplein 5; W.
P. Ketelaar, dienstbode, naar Amsterdam,
J. Obrechtstraat 2; J. van der Klooster,
boekbinder, naar Amsterdam, Javastraal
1911; Wed. J. van der Reit, zonder be
roep, naar Bergen op Zoom; A. C. en K.
J. Kien, idem, idem: P. P. Glerum, geb.
Bogers, zonder beroep, naar Pladjoe (N.-
Indië); C. L. Kallemein, dienstbode, naar
Eindhoven, Leenderweg 251.
's Gravenpolder. Woensdagavond kwam
de gemeenteraad in openbare zitting bij
een Allereerst werd als waarnemend se
cretaris beëedigd dhr A. Geelhoed. De
volontair dhr Kooman zal aanl.eekening
houden van het gesprokene in den ge
meenteraad. De gemeenterekening over
1932 is door Ged. Staten vastgesteld. Op
voorstel van dhr Oele werd besloten te
schrijven naar den minister van Water
staat in den geest van den Chr. Bestu
renbond te Goes.
De gewenschte wijzigingen van het
ambtenaren-reglement werden aange
bracht. Een wijziging der begrooting 1933
tot een bedrag van f 187.62 werd goed
gekeurd. D1# vergoeding aan de Bijzon
dere school werd vastgesteld op f 8.54
per leerl., is over 122 leerl. f 1041.88. In
mindering komt schoolgeld en voorschot
zoodat nog f 263.95 moet worden voldaan.
3. en W. werden gemachtigd, een
schutting der gemeente bij Verhulst te
herstellen. Drie honden worden nog ai-
geschreven tot een bedrag van f9. De
burgemeester wordt als gevolmachtigde
naar de Waterleiding „Zuid-Beveland"
afgevaardigd; daar hiervan nog nooit 'n
verslag is uitgebracht, zegt hij toe, dit
voortaan te zullen doen.
Een huurcontract met het hoofd der
openbare school voor de woning wordt
op voorstel van dhr Oele gewijzigd. Het
regiem, van orde voor de vergaderingen
van den gemeenteraad heeft op voorstel
van dhr Oele eveneens een verandering
ondergaan. Bij de rondvraag informeert
dhr Verhulst of het niet mogelijk is, nu 't
salaris van den waarn. secretaris te be
palen, Men kan toch moeilijk vergen, dat
hij dit altijd gratis doet. Dhr Oele had
gaarne de vergadering op een ander uur.
Daarna sluiting.
Serooskerkc (W.) Dinsdagvoormiddag
werd de jaarlijksche Provinciale keuring
van Rundvee gehouden. Aangevoerd wa
ren 36 stuks. 5 stieren.
De Provinciale premie werd behaald
door de Cultuur-Mij „Loverendale" met
77 punten; 2e pr. door dhr K. Kluijfhout,
met 74% punt.
25 koeien. Kampioene werd „Emma 4"
met 85 punten, eigenaar dhr H. J. Al-
laart, welke den prijs ontving van de
Coöp. Melkfabriek „Walcheren".
Eveneens werd kampioene „Zwart-
hoorn" met 83 punten, eigenaar dhr W.
C. Allaart, welke den prijs ontving van
de Coöp. „Eiland Walcheren".
Voor eerste kalfskoeien werden de vol
gende prijzen toegekend: le prijs W. C.
Allaart met 80 punten; 2e pr. P. J. Abra
hams® met 78 p3e pr. S. v. d. Broeke
met 77 p.
Voor tweede kalfskoeien: le prijs P. J.
Abrahamse met 77 punten.
3e kalfskoeien: le prijs S. v. d. Broeke
met 78 punten; 2e pr. P. Melis Wz., met
77% p.
4e en 5e kalfskoeien: le prijs C. Meijers
met 83 p.; 2e pr. P. Tavenier met 82 p.;
3e pr. A. Maljaars A.Pz. met 77 p.
Oudere koeien: le prijs H. J. Allaart
met 83 p.; 2e, 3e en 4e pr. A. J. Geschiere
met resp. 82, 78 en 77 p.
Jaarling Vaarzen: le pr. Gebrs Mal
jaars; 2e pr. P. Melis Wz.
Avondvergadering.
De heer Portheine is het eens met
den heer Jeronimus en had ook gaarne
iets meer gezien. Spr. is het met den heer
v. d. Feltz eens, dat men iets meer moet
omschrijven in de overweging tot invoe
ring. Alleen uitbreiding van het Vreem
delingenverkeer is niet voldoende.
Men zou kunnen zetten, dat het Vreem
delingenverkeer ook op Zondag toeneemt
en zich concentreert op het centrum van
de gemeente.
'Het tweede bezwaar van den heer v. d.
Feltz achtte spr. niet zoo groot. Deze ver
ordening steunt niet op de Arbeidswet,
dat op de Winkelsluitingswet, die aan de
gemeenteraden zoowel de bevoegdheid
geeft tot verzachting, als tot verscherping
van de wet. Hier doet men het beste door
de opening toe te laten, en het toelaten
van personeel te verbieden.
De heer Hart hoorn gelooft er niets
van, dat Middelburg om het vreemdelin
genverkeer draait. Van een algemeens toe
name van het Vreemdelingenverkeer merkt
spr. niets.
Het voorstel zal ten nadeele van andere
winkeliers zijn, die door de concurrentie
worden gedwongen, hun winkels open te
houden.
•De heer B o a s s o n zou persoonlijk
gaarne een veel uitgebreider vrijheid zien
ingevoerd, maar in B. en W. heeft spr.
zich neergelegd bij hetgeen te bereiken
was. Een groote uitbreiding had-niet veel
kans op goedkeuring door de Kroon. Spr.
verdedigt tegenover de heer v. d. Feltz
het nu weer komen met een voorstel. Het
•gaat nu niet meer om een verzoek van
Ǥn enkeling, maar om adressen van
Vreemdelingenverkeer en Handelsbelang.
Onder de leden van Handelsbelang zijn
zeker ook niet-winkeliers. Maar van de
195 leden, die voor stemden waren 118
winkeliers, van de 34 tegenstemmers wa
ren er 19 winkeliers.
Het is juist, dat niet de organisaties
•zijn gekend, maar wel de grootste der drie.
De beide andere hebben samen niet zoo
veel leden als Handelsbelang alleen. Het
vreemdelingenverkeer neemt door boot- en
wegenverbeteringen zeer toe.
Het vreemdelingenverkeer beperkt zich
hoofdzakelijk tot de Markt en genoemde
straten. Terwijl de souvenirs bijna uit
sluitend in het centrum worden verkocht;
geldt dit niet voor de sigaren. Die worden
overal verkocht. B. en W. kunnen dan
ook niet medegaan met een uitbreiding in
welke richting ook.
Het vreemdelingenverkeer kan door
deze verordening bevorderd worden. Zij,
die hier wat blijven kunnen hier iets koo-
pen en moeten niet naar Veere, Domburg
of Vlissingen gaan om souvenirs. De be
perking is nu zoo groot mogelijk. Wil men
later verder gaan, dan kan men altijd nog
zeggen, tot hier toe en niet verder. Spr.
zeide, dat men niet meer moet vragen,
want dan 'krijgt men het deksel op den
neus. Men dwingt met deze beperkte be
paling niemand tot opening. Ook vroeger
was het aantal geopende winkels zeer ge
ring.
De voorzitter zeide, dat de adres
sen in handen van B. en W. zijn gesteld
om advies. 'Het college had een heel an
dere samenstelling dan vroeger en moest
dus eens nagaan, wat destijds tot afwij
zing aanleiding gaf. Destijds ging het om
ongelimiteerde openstelling op Zondag.
B en W. hebben nu een voorstel ge
daan voor slechts drie maanden voor een
beperkt dee'l der stad, voor enkele win
kels en voor enkele uren. Het is een voor
stel van een streng exeptioneele strekking.
Hef sluit zich in alle opzichten geheel aan
bij den geest van de wet. Er is voortkomen,
dat men dwang uitoefent op filiaalhou
ders. Spr. heeft de vroegere naar voren
gebrachte bezwaren bestudeerd. Het is niet
te ontkennen, dat er hier vreemdelingen
komen op Zondag, al blijft het gelukkig
daarbij rustig in de stad. Spr. heeft doen
nagaan, dat des Zondags gemiddeld 500
600 personen hier komen, deel buitenlan
ders.
In de hotels waren gemiddeld 80 per
sonen. Spr. kreeg, zonder persoonlijke
controle, den indruk, dat het vreemde
lingenverkeer te Middelburg groot is,
grooter dan in andere plaatsen van gelijke
grootte of nog grooter.
Onder seizoenplaatsen rekent men zoo
wel badplaatsen als ook Velp, Ede enz.
Middelburg is het bepaald niet, maar het
is wel een drukke vreemdelingenplaats.
Verleden jaar heeft de heer F. B. den Boer
zich tot den Minister gewend, en deze
sohreef aan B. en W., dat als er reden
voor is, bij geen bezwaar tegen eenige
openstelling der winkels gedurende enkele
uren op Zondag zou hebben. Minister Ver
schuur is er niet meer, maar spr. ver
trouwt, dat ook de Minister ad interim
geen bezwaar zal hebben.
Spr. staat aan de zijde van de prin-
cipieele tegenstanders. De Zondag is een
dag van heiligen aard en van groote so
ciale beteekenis. In de Kamer zou hij
zeker tegen verruiming der opening hebben
ges temd, maar hier gaat 't er om of men
gebruik zal maken van een aan den raad
geboden gelegenheid, om een uitzondering
te maken bij bijzondere gelegenheden. Men
kan hier niet uitsluitend principieel tegen
over staan. Spr. schaamt zich zijn begin
sel niet. Bij de toepassing moet men reke
ning houden met de plaatselijke omstan
digheden en de structuur der wet.
Middelburg heeft een zeer gemengde be
volking. Spr. meende de zaak objectief te
moeten beoordeelen en in het voorstel te
berusten en het den raad, zij het met wei
nig enthousiasme, te kunnen aanbevelen.
Men kan van spr. niet verwachten, dat
hij het vreemdelingenverkeer op Zondag
gaat aanmoedigen; maar hier heeft men
met de werkelijkheid te maken. Heel deli
caat is voor spreker de kwestie van het
personeel. Het zou voor hem een bepaalde
moeilijkheid zijn als het verbod van het
hebben van personeel niet toelaatbaar
bleek te zijn. Spr. heeft deze kwestie ook
uitvoerig nagegaan en kwam tot de con
clusie, dat art. 3 verbiedend bet niet
v/erken van het personeel in de verorde
ning 'bepaalt.
Uit sociaal oogpunt is het doen werken
van het personeel af te keuren. Spr.
vreest dat men de goedkeu
ring niet zal krijgen, Spr. is
daardoor in een impasse ge
raakt.
De heer Onderdijk zeide, dat men de
Zondagssluiting moet handhaven; en zeker
geen personeel mag laten werken. Spr.
meende, dat als de juristen het niet eens
zijn, men gerust kan afwachten wat de
regeering zal beslissen. Spr. verdedigt het
idee, dat de winkeliers verklaren zullen
•geen personeel in dienst te zullen laten
komen. Uitbreiding van de verordening
zou spr. afkeuren. Spr. zegt nog, dat Dom
burg toch ook een antirevolutionairen
burgemeester heeft en grootendeels
rcchtsch is.
De heer Portheine wilde wel be
kennen dat de personeelskwestie wellicht
tot twijfel kan aanleiding geven, maar spr.
blijft er bij, dat men zich moet houden aan
de Arbeidswet. Spr. neemt echter bet
risico niet voor zijn rekening en stelt voor
art. 3 te schrappen en In art 2 op te
nemen, dat de winkeliers een vrijwillige
verklaring afleggen geen personeel in
dienst te zullen nemen op Zondag.
De voorzitter zou buiten de ver
ordening om de winkeliers willen laten
verklaren, dat ze geen personeel zullen
nemen op Zondag.
Mevr. W e ij 1 wilde er zich toe bepalen,
den wensch uit te spreken, dat de winke
liers geen personeel zullen hebben. Doen
zij het toch, dan kan men de verordening
wel weer wijzigen.
Do voorzitter wilde eerst de ver
klaring der winkeliers hebbeD.
Spr. stelde voor de kwestie aan te hou
den en te trachten uit deze impasse te
komen.
De heer Jeronimus stelde voor art.
8 te doen vervallen en achter 't eerste lid
van art. 2 te lezen: „Voor zooverre zij' ver
lof hebben van B. en W."
De heer '0 n d e r d ij k zag daarin ge
vaar. Als dit niet wordt goedgekeurd, dan
moet men er weer aan 'beginnen.
'De heer den Hollander merkt op,
dat men de kool en de geit wil sparen.
Men wil het personeel sparen, maar dan
de huisgenooten? Spr. voelt voor het ge-
heele voorstel niets.
De heer Mes zeide destijds vernomen
te hebben van een vooraanstaand jurist,
dat de personeelsbepaling er in moet
staan. Te Sluis staat zij er ook in. Spr.
meende, dat de minister het zelfs eischte.
De geheele verordening
wordt aangenomen met 10 te
gen 6 stemmen.
Met de linkerzijde stemden
de heeren Mes en Jeronimus
voor.
Reorganisatie U. L. O.-o n-
d e r w ij s. De 'heer Portheine
vroeg of er haast bij was.
De heer Boasson zeide: Zeker, ook
voor de ouderen, die nu niet weten, boe
bet gaan zal.
Mevr. W e ij 1 juichte het toe, dat het
rapport komt tot behoud van school G,
die van groot belang is voor Middelburg.
Het is een school, zooals men die elders
onder andere namen heeft.
Spreker is voor het behoud der
afzonderlijke meisjesschool. Te Nijmegen
beeft men afzonderlijke klassen voor jon
gens en meisjes. Voor vjle leerlingen is
het gaan naar R. H. B. S. of gymnasium
geen (bezwaar. Het gaat niet om al deze
scholen dubbel te tellen.
De school heeft wel een bijzonder ka
rakter met leerkrachten met speciale be
voegdheden.
Het is voor de meeste leerlingen het
eindonderwijs.
Met kleine klassen is meer zorg aan
ieder der leerlingen mogelijk.
Spr. bepleitte ook behoud van de 5de
klasse, omdat het voor vele meisjes goed
is ook dit onderwijs te genieten om meer
ontwikkeling te krijgen. De kosten zijn
van deze klasse laag en zijn dus ook geen
bezwaar.
Spr. betreurde bet opheffen van het
vak lichamelijke oefeningen; wellicht is
VAN
DONDERDAG 31 MEI 1934. No. 101.
HET CREDIET VOOR WERK
VERRUIMING.
Voorlooplo Verslag der Eerste Kamer.
Verschenen is het Voorloopig Verslag
der Eerste Kamer over het wetsontwerp
betreffende het z.g. 60 millioen-plan.
Vele leden gaven te kennen, dat zij groo
te waardeering hadden voor de strekking
van dit wetsontwerp.
Deze leden vertrouwden, dat, indien
blijkt, dat gunstige resultaten in de voor
gestelde richting zijn te bereiken, de Re
geering zoo noodig verdere credieten zou
aanvragen.
Verscheidene andere leden konden dit
wetsontwerp niet met algeheele instem
ming begroeten, daar de Regeering van
deze gelegenheid gebruik wil maken om
de loonen der arbeiders nog meer te
drukken.
Vele leden konden zich niet vereenigen
met de loonpolitiek van de Regeering.
De Regeering, zoo zeiden zij, spreekt het.
wel tegen, maar de practijk leidt er toch
toe, dat van hoogerhand loonsverlaging
wordt bevorderd.
Andere leden verklaarden, geenerlei be
zwaar te hebben, dat voor de werken, die
met financiëelen steun der Regeering
zullen worden uitgevoerd, lager loon zal
worden uitbetaald dan voor normaal
werk.
Sommige leden vestigden er de aan
dacht op, dat loonsverlaging verminde
ring van koopkracht beteekent.
Sommige leden betoogden, dat loons
verlaging niet mogelijk is, indien de kos
ten van het levensonderhoud niet tevens
tot daling worden gebracht. Gewezen
werd op het groote verschil, hetwelk hier
te lande nog steeds bestaat tusschen
groot- en kleinhandelsprijzen.
Enkele leden betoogden, dat, indien de
Regeering de loonen wil aantasten, zij
ook op vermindering der lasten bedacht
moet zijn. Alle landen zijn den weg der
devaluatie opgegaan, behalve Zwitser
land en Nederland. De vraag mag wor
den gesteld of Nederland niet in een on
houdbare positie komt te verkeeren.
Eenige leden zouden het op prijs stel
len van de Regeering een uiteenzetting te
mogen ontvangen van de groote lijnen der
door haar te dezen in de naaste toekomst
te volgen politiek. Meer in het bijzonder
zouden zij gaarne worden ingelicht om
trent den stand der onderhandelingen
met Engeland, Frankrijk, België en vooral
met Duitschland.
Aangedrongen werd op krachtige be
scherming van de Nederlandsche indu
strie tegen de destructieve concurrentie
van het buitenland.
Ten aanzien van de steunverlee-
n i n g werd de opmerking gemaakt, dat
het bedrag van den steun het loon op
den voet volgt. Zoo is tengevolge van
de daling van het loon de steun in Twente
reeds verlaagd van f 13 tot f 11, en in
dien het loon verder moet dalen, zal ook
de steun nogmaals worden verminderd.
Naar het oordeel van sommige leden kan
dit niet worden gedoogd, aangezien dit
een ethisch ontoelaatbare handeling zou
zijn,
Eenige leden hadden bezwaar, dat de
voor de uit te voeren werken benoodigde
gelden door leening op langen termijn
zullen worden verkregen. Zij achtten het
onjuist, dat deze lasten naar de toekomst
worden verschoven.
Verscheidene leden wenschten te wor
den ingelicht aangaande den aard der
werken, welker uitvoering de Regeering
voornemens is te bevorderen.
Eenige leden maakten bezwaar tegen
de samenstelling van het bestuur van
het Werkfonds, aangezien daarin geen
vertegenwoordigers van de vakcentrales
zitting zullen hebben.
door E. J. WORBOISE.
76.)
Hij kon het briefje, zonder iemand
overlast aan te doen, in handen stellen
van een plaatsengever en hij smaakte het
genoegen, het eenige oogenblikken latei-
veilig in handen van den voorganger te
zien. De dienst ging rustig voort, totdat
de predikant gelegenheid had, aan zijln
verzoek te voldoen. Met een kort inleidend
woord richtte hij zich tot zijn hoorders,
waarop allen zich opnieuw in gebed ver-
eenigden, daarbij voorgegaan door den
predikant. Daarna was de bijeenkomst
geëindigd. Gesterkt en getroost verliet de
heer Metcalfe het kerkgebouw. Bij den
uitgang werd hij aangeklampt door een
van zijn klerken, die blijkbaar den dienst
had bijgewoond.
„Jij hier, Whittaker!" zeide hij, „ik had
niet gedacht, je hier te ontmoeten".
„Ik u ook niet, meneer," klonk het be
leefd. „Ik dacht dat u rechtstreeks naai'
huis was gegaan."
„Ik kwam hier toevallig binnen, en
toen ik den voorganger zoo ernstig hoor
de bidden voor de zieken in zijn gemeente,
zond ik hem een briefje, om hem te vra
gen ook een smeeking op te zenden voor
het herstel van een vriend den heer
Warneford, weet je, over wien ik zoo
diep bezorgd ben."
Whittaker zag verbaasd op. „Dat ver
heugt me meneer; om u de waarheid te
zeggen, ik ben, voor de dienst begon,
eveneens bij den predikant geweest, om
te vragen, voor hem te bidden".
„Wist je er dus alles van? Wel, ik moet
zeggen, dat ik bet heel hartelijk van je
vind Whittaker en de goede God zal
het ons niet kwalijk nemen, dat er nu
tweemaal voor Warnefords herstel ge
beden is."
„Stellig niet, meneer; de Almachtige
heeft voor ons allen een open oor."
„Dus je denkt, dat Hij ons gebed hoe
ren zal, Whittaker?"
„Dat doet Hij zeker, meneer; alleen
moeten we niet verwachten, dat Zijn weg
altijd de onze is. In Zijn wijsheid kan Hij
wel eens heel anders beschikken, dan wij
menschen zouden denken, dat goed is."
De heer Felix ging daarop naar huis
met een vast vertrouwen, dat Williams
zaak thans in Gods handen veilig was.
„Want", zoo sprak hij tot zijn dochter, „ik
heb over hem tot God gebeden".
HOOFDSTUK. XXXII.
Violet betrad den overloop, die tot de
ziekenkamer toegang gaf en daar, in de
schemering, vond ze Daisy, die afwezig
in den tuin staarde.
„Hoe gaat het er nu mee?" vroeg ze
in angstige spanning. Aan Daisy's doods
bleek, bedroefd gelaat kon ze welhaast het
antwoord raden.
„Nog precies hetzelfde! Geen verande
ring. Hij is nog altijd in een toestand van
verwarring, alleen de pols wordt gaande
weg zwakker en ze zeggen, dat het zoo
wel door zal gaan totdat
„Ik moet hem nog eens zien, Daisy. Je
weet, dat de dokter er op tegen was, dat
ik bij zijn bed kwam, omdat hij mij al
door in verband scheen te brengen met de
moeilijkheden, waarin hij verkeerde, Dr
Dalton zeide, dat hij mijn naam aldoor in
één adem noemde met zijn verblijf bij
den heer Barker, en daarom deed ik be
ter, weg te blijven. Doch nu hebben we
toch niets te vreezen, wel? Mag ik binnen
gaan?"
„Natuurlijk, Violet. Hij is buiten ken
nis en je aanwezigheid kan hem dus op
geenerlei wijze beïnvloeden. O, Violet, hij
zal nooit meer met ons sprekenl"
Stil schoof het meisje het ziekenver
trek binnen. Geen gerucht werd daar ver
nomen. Mevrouw Warneford en de ver
pleegster zaten onbeweeglijk ter weerszij
den van het bed, waarop, als levenloos, de
zieke lag uitgesterkt.
Fluisterend wisselden de drie vrouwen
enkele woorden, waarop Violet de plaats
der verpleegster innam, opdat deze zich
eens wat vertreden kon en daarna een
dutje doen, om weer frisch te zijn als men
haar noodig mocht hebben. In haar hart
geloofde de goede vrouw echter niet, dat
men haar diensten nog zou behoeven.
„Want," zooals ze beneden tegen het keu
kenmeisje zeide, „als ze me vannacht nog
noodig hebben, zal het alleen zijn, om
hem „af te leggen"."
Intusschen waakten mevrouw Warne
ford en Violet bij den zieke. Edgar had
Daisy bij de trap aangetroffen en had
haar overgehaald, mede naar de zitkamer
te gaan om wat te gebruiken. En daar
na lag ze op de sofa en hij sprak met haar
over den zegen voor hen, wier aardsche
strijd gestreden is en die gaan toeven in
het oord, waar geen moeite en leed ge
kend worden.
De uren gingen voorbij, uren, waarin
als bet ware een menschenleeftijd van
leed en onrust worden saamgevat; en nog
steeds flikkerde het lampje, nog steeds
gaf dat uitgeputte lichaam een zwak tee-
ken van leven, ofschoon de zieke maar
niet tot bewustzijn kwam. Mevrouw War
neford scheen boven haar gewone zwak
heden te zijln uitgegroeid; slechts een
enkele maal wrong ze haar handen en in
haar hart welde de kreet op: „mijn jon
gen, mijn jongen!"
Doch dan verborg ze haar gelaat in de
dekens, zoodat alleen God den bitteren
strijd zag, het snijdende leed. Wat Violet
betreft, ook zij had thans alle hoop laten
varen en telkens moest ze zich zelf toe
fluisteren: „beter zoo, beter zoo. Het moet
zoo het beste zijn, anders zou God het niet
laten gebeuren. Waarom zou ik rouwen,
nu al het leed voorbij is, de strijd gestre
den en de zege behaald? Ja als het an
ders geweest was! Ach neen! God neemt
hem stellig tot zich om hem meer leed te
besparen."
En de nacht was aan 't voorbijgaan en
spoedig zou de nieuwe dag aanbreken.
De verpleegster, die, omdat Violet geen
bloedverwante van den zieke was, haar
precies gezegd had, wat ze er van dacht,
had haar gewaarschuwd, dat „de groote
verandering" waarschijnlijk kort voor
den dageraad zou plaats hebben. Voort
kropen de uren, doch nog steeds klopte
het bloed in de zwakke polsen. Violet be
gon zich af te vragen, of de dag dan nim
mer zou beginnen. Mevrouw Warneford
was reeds geruimen tijd van uitputting
in haar stoel achterover gezakt en Violet
had haar voorzichtig een kussen in den
rug gestopt, zoodat ze wat kon slapen.
Van tijd tot tijd schrikte de afgetobde
vrouw wakker en dan boog ze zich met
angstigen blik over den zieke, of het nog
niet reeds was afgeloopen. Doch dan stel
de Violet haar gerust, met de mededee-
ling, dat nog altijd de pols leven toonde.
(Wordt vervolgd.)