DE ZEEUW
TWEEDE BLAD
Violet Vaughan
FEUILLETON
Uit de Provincie
Zoeklichtjes.
VAN
DINSDAG 8 MEI 1934. No. 183.
MINISTER MARCHANT
OVER DE NIEUWE SPELLING.
Invoering op 1 September a.s.
De kinderen kunnen self hun
leerboekjes corrigeeren.
De Minister van Onderwijs, Mr H. P.
Marchant, heeft gisteravond een radio
rede gehouden over de door hem voorge
stelde nieuwe spelling.
De publicatie ervan, zoo begon Spr.,
had juist ten doel, dat de beschouwingen
er over zouden loskomen. En dit doel is
bereikt. Hij wilde nu aannemelijk ma
ken, dat alles niet zoo vreeselijk is als
het lijkt.
Allerlei is er aangevoerd in die be
schouwingen, maar het heeft hem getrof
fen, dat de jeugd en haar onderwijs
zoo'n kleine plaats innemen in die be
schouwingen. De jeugd is hoofdzaak en
dus valt niet de beteekenis te ontkennen,
dat zij, die de jeugd moeten leeren de
Regeering vroegen met spoed maatrege
len te nemen.
Spr. bracht in herinnering de spelling
van Siegenbeek en de invoering van die
van De Vries en Te Winkel. De ouderen
van nu zullen zeker De Vries en Te Win
kel trouw blijven. Hun zal niets ontno
men worden. Zij zullen er mee kunnen
voortgaan De Vries en Te Winkel te
schrijven. En zoo zal ieder kunnen doen,
die het mooie van schoone „bomen" niet
vermag te zien. Aan eigennamen wordt
niet geraakt. Wie b.v. Gooien heet met
twee o's, blijft zoo heeten....
Niemand heeft tegengesproken, aldus
betoogde de minister verder, dat het in
onze dagen met het schrijven van het Ne-
derlandsch treurig gesteld is. De Vries en
Te Winkel geven den maatstaf van be
schaving aan, sollicitatiebrieven met taal
fouten worden terzijde gelegd, maar er
is zóóveel verschil in schrijfwijze op de
school. En van die slordigheden worden
jongelieden het slachtoffer, die dit niet
verdienen. Spreker wil deze wanorde door
rustgevende orde vervangen.
Vele brieven heeft de minister over de
nieuwe spelling ontvangen één stelde
zelfs een fonkelnieuw lettertype voor!
Vau de leden der commissie van ad
vies zeide spr., dat die vijf geleerden allen
van het vraagstuk een bijzondere studfë
hebben gemaakt. Wie nu de regeling als
geheel aannemelijk acht, voege zich ook
op een enkel onderdeel naar het geheel,
dat is de beteekenis van het compro
mis.
Spr. gaf vervolgens een overzicht van
het nieuwe stelsel, dat spr. „kinderlijk
eenvoudig" noemde; een overzicht, ver
gezeld van een historischen terugblik, van
citaten en voorbeelden, waaraan spr. als
conclusie het oude woord verhond: „er
is niets bestendigs hier beneden".
Van de spelling-De Vries en Te Win
kel zeide de minister, dat die, weten
schappelijk getoetst, maakwerk is ge
weest, afleiding en uitspraak der woor
den zijn afwisselend als aanwijzing voor
de spelling gebruikt. Spr. is er dan ook
vast van overtuigd, dat, als de heeren
De Vries en Te Winkel thans in.de com
missie hadden gezeten,, zij dit compromis
zouden hebben aanvaard.
Dat er geen verschil zou zijn tusschen
bedeion en bede(o)len, noemt spr. geen
argument, want er zijn tallooze gelijkge-
schreven woorden met twee beteekenis-
sen, 1 men denke aan het woord „arm",
aan „ondergaan" en „ondergaan";
het „georganiseerd over 1 e g" heette wel
dra het „over leg" en het grapje van
„zes luizen" inplaats van „zeesluizen" zal
niet opgaan„Zoo" met één o staat
zoo gek niet als men bedenkt, dat men
in het Engelstih en Duitsch ook „so"
schrijft
Voorts behandelde spr. de kwestie van
de buigings-n en van de geslachten, waar
bij hij er o.a. op wees, dat tegenover haan
hen staat, enz., maar dat mevrouw kal-
door E. J. WORBOISE.
61.) o
De heer Collier was gaarne bereid,
want om de waarheid te zeggen, hij had
zijn lunch gansch en al vergeten en de
akelige dag had zijn eetlust onaangetast
gelaten. Dus genoot hij ten volle van het
maal, dat Kitty meende te hebben be
steld en dat juffrouw Mason, zonder
acht te slaan op de vreemde orders van
die jonge dame, naar boven had gestuurd.
Ja, mijnheer Collier deed de gerechten
alle eer aan, en toen de lunch beëindigd
was, zeide de heer Paullett: „Nu, mijn
heer, zullen we naar mijn kamer gaan, of
zullen we ons rond het vuur schikken en
daar praten? En is het van dien aard, dat
mijn kleindochter ons beter alleen kan
laten? Wat mijn zoon betreft, wat mij
aangaat, gaat hem zeker aan".
„Ik denk er niet aan, juffrouw Paullett
op de een of andere manier lastig te val
len", zeide de heer Collier, met een bui
ging voor de jonge dame en denkend, hoe
veel ze weg had van een aardig, ondeu
gend, zedig poesje. „Toen ik schreef over
een privé-aangelegenheid, bedoelde ik al
leen dat het op geen enkele wijze in ver
hand stond met uw zaken in de City. Ik
heb niets te zeggen, dat juffrouw Paullett
koen van zichzelf ook kalkoen heet, en
dat de welluidendheids-n der dichters
(Guido Gezelle!) géén buigings-n is. Dich
ters kunnen die n's blijven uitstrooien!
Het zal meevallen aldus- de minister,
want er komen betrekkelijk weinig ver
anderingen. Schoolkinderen zullen ze in
één week onder de knie hebben. Voor den
corrector en den zetter zal het een kwes
tie zijn van enkele uren.
Vervolgens de vraag: zullen we de
nieuwe spelling niet n u invoeren? Waar
om echter de wanorde te laten voortdu
ren? Voor uitstel is geen redelijke grond
aan te voeren. De verwarring stijgt met
den dag. Een overgangstermijn heeft geen
zin. Nu komt men met economische be
zwaren, met het belang van de uitgevers.
Maar bij het kwaad der wanorde heeft
niemand belang! De uitgever moet ook
rekenen met de veranderlijkheid der spel
ling. Twee voorgangers van spr. waren
er reeds mee bezig. Natuurlijk is er re
kening te houden met de belangen der uit
gevers, ook de overheid kan niet ineens
alle leermiddelen veranderen. Inmiddels
blijkt er geen kans op te zijn, dat de uit
gevers de zaak onderling regelen. Men
vroeg om een overgangstermijn van vijf
jaar. Spr. ziet daarin echter niets dan
nadeel; na die vijf jaar zal de strijd op
nieuw ontbranden. De moeilijkbeden kun
nen echter op een andere wijze ondervan
gen worden. Er 'behoeft van kosten geen
sprake te zijn: er is geen beter middel
om de kinderen de nieuwe spelling te
leeren, dan ze de correctie van hun eigen
leerboeken op te dragen!
Overigens kan men gerust verder boe
ken in de spelling van De Vries en Te
Winkel gebruiken en niettemin kan de
nieuwe schrijfwijze doorgevoerd worden.
Geen razzia onder do boeken is noodig,
geen opruiming.
Steun voor de doorvoering is ruim
schoots voldoende gebleken; een lichaam
als het Alg. Ned. Verbond gaf o.a. zijn
adhaesie. Het is een Belgisch en Neder-
landsch belang, dat beide landen tegelijk
dit compromis aanvaarden. Rekent er dus
op aldus de Minister dat met Sep
tember de schrijfwijze van het compro
mis wordt ingevoerd. Anarchie en wan
orde zullen dan door algemeen erkende
orde worden vervangen. Geen 'directie
van een dagblad zal dan de oude spelling
willen handhaven en met het spelletje:
na u! zou men aan ons volk een slechte
dienst bewijzen I
HET JULIANA-KANAAL DOOR
PRINSES JULIANA GEOPEND.
Omtrent de officieele indienststelling
van de sluis bij Maasbracht, die toegang
verleent tot het Juliana-kanaal, wordt
nog het volgende gemeld:
De regen striemde neer, toen prinses
Juliana door een druk op de knop, die op
de tafel voor haar in het tijdelijke pa
viljoen, waarin H. M. de Koningin, Prin
ses Juliana en Prins Hendrik hadden
plaats genomen om naar de rede van ir
Kalff te luisteren, was aangebracht, de
sluisdeuren opende en de sleepkraan Cor-
nelie Adriène 34 van W. van Driel alhier,
getrokken door de sleepboot Fiat Volun
tas XVI, de sluis binnenvoer.
De Koningin, de Prinses en de Prins
lieten zich door het Maartsche weer
al schrijven we dan al een week Mei
niet weerhouden om de sluis en het schut
ten van de Gornelie Adriène van dicht bij
te bezien. H. M. liet zich een regenmantel
over het rouwgewaad omhangen en daal
de, vergezeld van de andere vorstelijke
personen, de dames en heeren van haar
hofhouding en de autoriteiten, die haar
en de Prinses en den Prins nadere in
lichtingen gaven, af naar de sluis, hield
zich eenige oogenblikken op onder de
brug en wandelde vervolgens naar de an
dere, de boven-sluisdeuren, waar het
Maasbrachter muziekkorps zich weer had
opgesteld en nu de tonen van het Lim-
burgsche volkslied vroolijk liet weer
klinken.
Binnen het kwartier was de schutkolk
gevuld en voer de sleeptrein het ka
naal in.
Precies volgens het programma, punc
tueel en op de minuut af was alles in zijn
werk gegaan. Ir Kalff, de oud-ministers
Bongaerts en Van IJsselstein, directeur-
niet zou mogen hooren, daar ze, naar ik
vertrouw, weet, wat discreet zijn betee-
kent".
De heer Paullett booj) sij zou zoo noo
dig met eigen leven voor Kitty's discre
tie en voorzichtigheid hebben ingestaan.
De heer Collier begon. „Ik moet u ver
zoeken, enkele jaren terug te gaan in uw
herinnering mijnheer Panlett wel twaalf
of dertien tot den tijd, dat u
zelf nog meer actief aan het zakenleven
deelnam."
„Ik neem er thans in het geheel geen
deel meer aan. Mijn zoon deelt de lakens
uit in de City. Twaalf jaar geleden, ja,
toen was het heel wat anders."
„Dat zal waar zijn, naar hetgeen men
er van hoort, meneer Paullettt. Maar her
innert u zich uit dien tijd natuurlijk
zult u het nog weten de historie van
een jongeman, een zekeren Warneford,
die uw naam misbruikte?"
„Wie zou iets dergelijks vergeten, me
neer Collier? Ik heb me nadien nog dik
wijls afgevraagd, wat er van den onge-
lukkigen jongeman geworden mocht zijn.
Terwille van de familie heb ik destijds
de gerechtelijke vervolging doen staken
en hun, die anders onbescheiden mochten
zijn, is den mond gestopt. Arme jongen,
hij was eigenlijk een kind nog, weinig
ouder dan mijn eigen zoon. Later heb ik
dikwijls moeten denken, dat ik te hard
was geweest in mijn oordeel, doch ja, het
generaal Ringers en de burgemeester van
Maastricht, mr Van Oppen, benevens de
Limburgsche en waterstaatsautoriteiten
en mr dr Frowein, president-directeur
van de staatsmijnen, hadden den tocht
langs de sluis medegemaakt en de Ko
ningin, de Prinses en den Prins op de
bijzonderheden van het groote werk op
merkzaam gemaakt.
Te half drie gaf H. M. het sein tot ver
trek. In auto's werd gereden naar het
station te Sittard. In Maasbracht, in de
nabijheid van de sluis, leverde de rivier
met haar vele gepavoiseerde schepen,
waarop de stoet het volle uitzicht had,
een pittoresk gezicht op. Overal in de dor
pen was de gansche bevolking uitgeloo-
pen, de scholen stonden in de dorpsstraat
geschaard onder leiding van nonnen
veelal en martiale marechaussees, stren
ge rijks- en gemoedelijke dorpsveldwach
ters hielden de orde er in.
Op het Sittardsche station stond een
extra-trein met een salonwagen erin voor
de koninklijke gasten gereed om het gezel
schap naar Bom te vervoeren.
De trein met den koninklijken stan
daard op de locomotief legde in een kwar
tier den afstand SittardBorn af.
Minister Kalff nam hier andermaal
het woord om te wijzen op de beteekenis
van de totstandkoming van de kolenha-
ven en de overlaadinrichting.
Na hulde te hebben gebracht aan de
directies van de Nederl. Spoorwegen, zoo
wel als aan den rijkswater.waat, besloot
minister Kalff met den wensch, dat de
nieuwe inrichting de mogelijkheid van
export van Nederlandsche kolen, waar
aan de mijnen zoo groote behoefte hebben,
zal bevorderen.
Prinses Juliana bracht ook hier weei
door op een knop te drukken het me
chaniek van de vernuftige inrichting, die
het mogelijk maakt, een heele wagon ko
len electrisch omhoog te brengen en dan
in een stand te leggen waardoor de wagon
gestort kan worden in bet ruim vau een
schip, in werking.
De wagon werd gestort, daalde, reed
weg en kon onmiddellijk door een volgen
den worden vervangen.
Vol belangstelling hebben de hooge gas
ten de inrichting te Born ook in oogen-
schouw genomen. Geruimen tijd hebben
ze vertoefd in het bedieningshuis van de
overlaadinrichting.
Te ongeveer half vijf is de Koningin
met de Prinses en den Prins en de dames
en heeren van de hofhouding van Bom
naar Sittard vertrokken. Haar salonrij
tuig werd aangehaakt aan den trein van
5.03 u., in de richting Nijmegen
De Koninklijke familie met gevolg is
gisteravond na haar bezoek aan Limburg
met den gewonen trein, waarachter de
salonrijituigen waren gehaakt, te 7 u. 21
aan het station te Arnhem aangekomen,
vanwaar men des ochtends op dezelfde
wijze was vertrokken.
Voor het station stonden de hof auto's
gereed, waarmede de koninklijke familie
de reis naar het Loo voortzette. Een tal
rijke menigte juichte het koninklijke ge
zin, dat ondanks het gure weer in open
auto's had plaats genomen, bij het verla
ten van het station hartelijk toe.
N. C. R. V.
Men verzoekt ons mede te deelen ter
aanvulling van de gepubliceerde radio
programma's, dat a.s. Woensdagavond
(9 Mei) des avonds te 8.15 uur voor de
N.G.R.V.-microfoon belangrijke bestuurs-
mededeelingen aan de leden-luisteraars
zullen worden gedaan bij monde van uen
heer D. Pereboom, lid van het D. B. der
N.C.R.V. te Ede.
Verhooging tarieven N.V. Waterleiding-
Maatschappij Tholen.
Door de Kroon is een belangrijke be
slissing genomen in een eigenaardige
kwestie inzake verhooging der tarieven
van de N.V. Waterleiding-Mij. Tholen. De
gemeenteraad van Poortvliet besloot na
melijk in zijn vergadering van 15 Aug.
1933 de begrooting der gemeente te wij
zigen door aan de uitgaven een post toe te
voegen ad f 747.80 inzake de voorziening
van drinkwater (betaling aan voornoem-
feit was toch eigenlijk heel ernstig en de
gemeenschap moet men toch boven het
individu stellen. In den tijd, dat ik zoo
oud was als hij, zou men het heel anders
getracteerd hebben. Bovendien, zijn eigen
vader was bet, als ik me wel herinner,
die nog het hardste van leer trok en van
geen genade wilde weten."
„Ik weet het maar al te goed, meneer;
maar, als de jonge Warneford nu eens
naar Engeland terugkeerde, zoudt u, stel
eens, dat de wet zulks mogelijk maakte,
hem dan toch nog laten vervolgen?"
„Ik? Wel neenl We moeten allen ver
geven, zooals ook wij op vergiffenis van
onze zonden hopen. Ik ben een oud man,
meneer Collier, en wensch niemand een
kwaad hart toe te dragen. En dezen jon
gen man zeker niet. Ik mag hopen, dat hij
berouw heeft over zijn misstap en als hij
hier was, zou ik hem gaarne zeggen, dat
door alles een streep is gehaald en dat
hij, wat mij' betreft, gerust weer in ons
goede land mag terugkeeren."
„Nu,, meneer, berouw over zijn daad
heeft hij, diep berouw, dat kan ik u wel
zeggen. Hij heeft trouwens in de jaren
van ballingschap en vernedering zijn
hoop leeren stellen op Christus, en hij is
een ander mensch geworden. Hij keerde
echter reeds zeven jaar geleden naar En
geland terug, want zijn hart trok hem
naar de plaats, waar hij het levenslicht
aanschouwen mocht. Zijn vader evenwel
de N.V. van verhooging van de drinkwa- i
tertarieven), zulks als gevolg van een
raadsbesluit van 16 Mei 1933, om de ver
hooging dier tarieven voor 1933 ten laste
der gemeentekas te brengen.
Gedeputeerde Staten van Zeeland wei
gerden bij besluit van 25 Aug. 1933 be
doelde begrootings-wijziging goed te keu
ren, aangezien Ged. Staten er overwe
gend bezwaar tegen hadden dat in dezen
tijd, nu de grootst mogelijke zuinigheid
den gemeentebesturen geboden is, de on
derhavige uitgaaf zonder dat daarvoor
gegronde redenen aanwezig waren, ten
laste van de gemeente werd gebracht. De
gemeenteraad ging van deze beslissing in
beroep bij de Kroon. Dit beroep is thans
ongegrond verklaard o.m. uit overweging,
dat de gemeenteraad, door de verhooging
van de waterleidingtarieven ten laste van
de gemeente te brengen, een bepaalde
groep ingezetenen, te weten de bij de wa
terleiding aangeslotenen, zou bevoordee-
len ten koste van de belastingbetalers en
dat niet voldoende aannemelijk is ge
maakt dat het om redenen van billijk
heid, in verband met den gang van zaken
met betrekking tot de drinkwatervoorzie
ning te Poortvliet, op den weg van de ge
meente zoude liggen, tot dezen maatregel
over te gaan, en aldus de gemeente in de
tegenwoordige tijdsomstandigheden zon
der noodzaak tot het doen van een voor
haar niet onbelangrijke uitgave te nopen.
Ongeluk bij het voetballen.
Een lid van de voetbalvereeniging R. C. S.
te Souburg, wonende te Vlissingen, heeft
Zondag bij een wedstrijd te Veere, een been
gebroken. Hij werd overgebracht naar het
ziekenhuis „Bethesda".
De noodbijdegarnalen-
visschers. We hebben onlangs mee
gedeeld, dat de garnalenvisschers zwaar
getroffen werden doordat de Fransche
regeering den invoer van garnalen had
verboden. Thans dreigt de slag nog
grooter te worden, daar officieel verluidt,
dat de Belgische regeering binnenkort
den invoer van garnalen zal contingentee
ren. Alle garnaleninvoer in België zal dan
afhankelijk worden gesteld van een mi-
nisterieele vergunning, terwijl bovendien
per k.g. nog een belasting daarop zal
moeten betaald worden.
In vrijheid gesteld. Door
de Rechtbank te Middelburg is de invrij
heidstelling bevolen van J. P., chauffeur
en A. B., werkman, beiden te Goes, die
eenigen tijd geleden door de politie te
Goes werden aangehouden en ter beschik
king van de Justitie te Middelburg wer
den gesteld als verdacht van heling en
diefstal van aardappelen en steenkolen.
'Vereen. Ziekenhuisver-
pleginginZeeuwsc h-V laan
deren. Zaterdagmiddag hield boven
staande vereeniging haar eerste jaarver
gadering te Terneuzen.
De heer M. de Jonge, voorzitter heette
allen welkom. Door voorzichtig beheer is
het gelukt, de soliditeit der vereeniging
te verzekeren, wat ook tot uiting komt in
het te nemen besluit tot het vormen van
een reservefonds. Een goed reservefonds
is noodzakelijk, o.a. bij epidemieën.
De controle-commissie bracht verslag
uit. Het batig slot op 31 December 1933
was f 2259,37.
De voorzitter las het jaarverslag voor,
opgemaakt door den penningmeester J.
A. Meertens. De contributie-betaling ving
aan op 1 Febr. 1933. In dit jaar werd de
propaganda voortgezet met het gevolg,
dat te Axel, Zaamslag en Hoek afdeelin-
gen werden gesticht, terwijl in den loop
van het jaar ook te Sas van Gent en te
Schoondijke leden werden ingeschreven.
In 1933 werden 21 propagandatochten
gedaan en werden in vele plaatsen ver
gaderingen gehouden. Het ledental be
droeg op 31 Dec. 1933 2968, waarvan 2762
betalende^,. Het aantal opnamen in 1933
was 33. Gemiddelde kosten per geval;
f 47,29 en per dag f 3.10.
Beide verslagen werden goedgekeurd.
De aftredende bestuursleden, dhrn J.
Deij en J. Verlinde werden, herbenoemd.
Tot nieuw bestuurslid werd gekozen
dhr Dregmans van Hoek.
Voorstel bestuur: verhoogen der uit-
keering, n.l. het te vergoeden aantal lig
dagen te brengen van 25 op 30 a f 2.75
per dag, maximum, f 82.50; het bedrag
der bijkomende kosten te verhoogen van
is nog even verbitterd als voorheen, en
voor hem heeft men zijn wederkomst
angstvallig geheim gehouden. Als u hem
nu zelfs vergeeft, willen wij hopen, dat dit
een verzachtenden invloed op zijn hart zal
hebben."
„Wat doet de jongeman, meneer?"
„Op het oogenblik ligt hij ziek bij' mij
thuis; doch voor de twee laatste jaren
is hij in dienstbetrekking geweest bij1 een
zeer soliede firma in King Williamstreet.
Hij begon zijn loopbaan met niet meer
dan portier, slechts door zijn ijver, be
kwaamheid en beschaafd optreden is hij
spoedig vooruitgekomen. Eerst kort ge
leden is hij in moeilijkheden gekomen
door een hoogst eigenaardige zaak, waar
bij men hem van diefstal verdacht; geluk
kig is zijn onschuld aan het licht geko
men. Gisteren pas doch de schok is
zoo groot geweest, dat bij alle andere din
gen de jongeman er ziek van gewor
den is."
„Och, 'och, wat een ongeluk. De arme
kerel I Vertel u er eens alles van, meneer
Collier."
De rechtsgeleerde deed zijn verhaal,
op zijn eigen sobere, welsprekende ma
nier, waaraan hij zijn grooten naam
en de erkentelijkheid van velen te danken
had.
De heer Paullet was diep begaan met
den ongelukkigen Wilkinson. „O, zeg hem
toch vooral, dat van mijn kant alles, alles
In een van de bladen werd onlangs de
vraag gesteld of het geen aanbeveling zou
verdienen de werklooze jeugd gelegenheid
te geven een bepaalden tijd in militairen
dienst door te brengen.
Geen kwaad idee, dunkt me.
Een 30 jaar geleden, toen de jaarlijk-
sche lichtingen veel grooter waren dan
nu, en de diensttijd langer, wat uit
den aard der zaak op de werkloosheid der
jonge menscben niet zonder invloed was
bestond ook reeds de gelegenheid voor
hen, die dit wensch ten voor eenige maan
den „bij te teekenen". En er waren toen
meerderen, die, omdat ze anders thuis
werkloos rond zouden slenteren, er de
voorkeur aan gaven nog wat in de ka
zerne te blijven, waar ze voedsel hadden
en kleeding en zakgeld, lichamelijke oefe
ning en een meer of minder beperkte dag
taak.
Ik zou zoo zeggen: er is veel voor om
opnieuw de gelegenheid om te dienen
open te stellen.
De kosten zullen zeker niet hooger zijn
dan bij steunverleening of werkverschaf
fing en in de plaats van den altijd demo
raliseerenden lediggang is er gewenning
aan orde en tucht en dus sterking van
de volkskracht.
OPMERKER.
f 15 tot f 20 per geval werd aangenomen.
Voorstel bestuur: stichten reservefond
sen, n.l.: Ie in het reservefonds te stor
ten f 1000 en 2e in het fonds, waaruit te
betalen een toeslag aan opgenomenen in
Sanatoria te storten f 500, werd even
eens aangenomen.
Begrooting 1934 wordt vastgesteld.
Middelburg. Gisterenavond heeft het
bestuur van de Middelburgsche Turnver-
eeniging „Wilhelmina", op den dag van
haar 15-jarig bestaan gerecipieerd in het
gebouw der C. J. M. V.
Van vele zijden waren bloemen gezon
den.
Van onbekende vrienden van Wilhel
mina was een voorzittershamer toege
zonden. Voor de op Zaterdag 16 Juni te
houden wedstrijden schonk de G.J.M.V.
een zilveren lauwerkrans en zegden de
burgemeester en ook mr J. Adriaanse een
medaille toe. Van vele corporaties kwa
men een of meer afgevaardigden hun op
wachting maken.
Meer in het bijzonder willen wij op
turngebied noemen den heer W. de Graaf,
tweede voorzitter van het K. N. G. V.
Daarnaast zij de komst gemeld van de
volledige oommissie van bijstand van het
C.J.M.V., wier voorzitter, mr R. M. van
Dusseldorp, er op wees, dat Wilhelmina
de sport beoefent ontdaan van alle uit
wassen en daarnaast ook zorgt voor het
geestelijk welzijn harer leden.
De heer J. F. Vermeulen voerde het
woord namens de Chr. Padvinders, waar
na ds J. W. Dippel zijn groote waardee
ring en ook die van den Kerkeraad der
Ned. Herv. Gemeente voor het werk van
de jubilaresse naar voren bracht. Als
laatste gast en spreker noemen wij ma
joor G. Berghuijs, die met zijn adjudant,
luitenant W. K. de Feijter, aanwezig
was.
Serooskerke (W.). Maandagmiddag werd
Raadsvergadering gehouden. Afwezig met
kennisgeving de heer Hoegen.
Ingekomen is de afwijzende beschik
king van den Minister van Sociale Zaken
inzake Rijkssubsidie voor het aanleggen
eener ijsbaan. De Minister acht het van
te weinig economische waarde om dit werk
te subsidieeren.
Naar aanleiding van deze ongunstige
beschikking deelt de voorzitter mede, dat
na eene bespreking met den voorzitter der
IJavereeniging, B. en W. voorstellen, het
bedrag, dat voor dit doel reeds door den
Raad uit de gemeentekas in principe was
toegezegd, gestand te doen onder voor
waarde, dat de IJsvereeniging zich zou
verbinden alle werkloozen, die ten tijde
der uitvoering van dit werk als werkzoe
kenden staan ingeschreven, en voor zoo-
er zij ingevolge de geldende steunrege
ling worden of zouden worden gesteund,
te werk zullen worden gesteld. De voorzit
ter deelt nog mede, dat B. en W. de IJs-
vergeten is. Zooals ik hoop, dat God ook
mij vergeven zal in datgene, wat ik ver
keerd deed. God is genadig, meneer Col
lier."
„Ja, oneindig genadig, daar Hij zijn
eenigen Zoon, onzen Heiland, gegeven
heeft, om onze zonden te verzoenen In
Hem worden al onze zonden uitge-
wischt."
Een eigenaardig licht kwam er in de
doffe, droefgeestige oogen van Arthur
Paullet; het was een blik vol verlangen,
welke den rechtsgeleerde ten zeerste trof.
De droeve oogen schenen te vragen: „Kan
het waar zijn? 0, geef mij daar de verze
kerdheid van."
De heer Collier borg dit op in zijn her
innering en kort daarop nam hij' afscheid.
Den jongen Paullet noodigde hij uit, eens
spoedig met zijn nichtje op Brixtonhill le
komen, om kennis te maken met zijn
vrouw.
Toen hij weg was', merkte Kitty op:
„wat een innemend mensch, grootvader!
We moeten stellig eens gauw van de uit-
noo-diging gebruik maken om naar Brix
tonhill te gaan. Dan kunnen we dien me
neer Warneford ook eens ontmoeten. Het
lijkt wel een episode uit een roman, zijn
geschiedenis. Ik zou wel eens willen we
ten, of er in het werkelijke leven veel van
die dingen gebeuren."
„Heel wat meer, dan in de boeken,
KittyI" (Wordt vervolgd.)