Neem 'n "AKKERTJE"
Buitenland.
PLECHTIGE BIJZETTING
KONING ALBERT I
Belangrijkste Nieuws.
DONDERDAG 22 FEBRUARI 1934
DAGBLAD VOOR DE PROVINCIE ZEELAND
48s JAARGANG - No. kï
van het stoffelijk overschot
van wijlen
bij Vrouwenpijn, Onbehaaglijkheid.
Uitg.: N.V. Uitgevers-Maatschappij „Luctor et
Emergo" ter exploitatie van het blad „De Zeeuw".
Bureaux Lange Vorststraat 70, Goes.
Telefoonnummer 11.
Postchèque en Girorekening 44455.
Bijkantoor Middelburg, Lange Burg. Telef. 259.
Directeur-Hoofdredacteur; R. ZUIDEMA,
De Zeeuw
Abonnementsprijs i?M per kwartaal,
weekabonnementen voor Middelburg, Goes en
Vlissingen £0.20. Losse nummers 5 cent.
Advertentiën: Gewone advertentiën 30 cent per
regel. Ingezonden Mededeeiingen dubbel tariei,
Handeisaavertentiën 25 cent per regel. Kleine
Advertentiën Dinsdags en Vrijdags xQ,7ö. bij
vooruitbetaling. Onder ietter ei motto iO.Sö.
Bij eontraet belangrijke korting.
Autarkie.
De laatste jaren zijn tal van woorden
gemeengoed geworden, waarvan men vroe
ger bijna niet hoorde.
Dit geldt o.m. ook van het woord autar
kie. Enkele jaren geleden was het voor
de massa onbekend en nu wordt soms
zelfs tot in de scheersalons gedebatteerd
over de vraag of autarkie voor ons land
al of niet gewenscht is.
In het laatste nummer van „Stemmen
des Tijds" heeft Dr H. F. J. "Westerveld
aan dit onderwerp een artikel gewijd,
waaruit we enkele aanhalingen willen
doen, omdat er ook in onze provincie niet
zoo weinigen zijn, die meenen, dat de re
geering voor ons land in autarkie heil te
zoeken heeft en die oordeelen, dat door
in de richting van autarkie te gaan, be
tere toestanden kunnen worden verkre
gen.
Autarkie, zegt Dr W., is eigenlijk een
ethisch begrip, dat pas in den laatsten
tijd een economischen inhoud heeft ge
kregen: een staat, die streeft naar zelfge
noegzaamheid, tracht onafhankelijk van
anderen te zijn, alleen door eigen produc
tie in zijn behoeften wil voorzien, wil steu
nen op eigen kracht.
Een politiek, die zich autarkie ten doel
stelt, zal er op uit zijn het eigen land te
voorzien van alles wat noodig is, zal par
tij trekken van de hulpbronnen, die de na
tuur aan een bepaald land heeft geschon
ken.
Niet zoo weinigen meenen, dat in deze
richting, met name voor den land- en
tuinbouw veel zou kunnen worden bereikt.
Er worden, zoo redeneeren zij, tal van
producten aangevoerd, die hier verbouwd
kunnen worden. Laat men daarom een
voudig de grenzen sluiten, geen invoer uit
het buitenland toelaten, en op die wijze
de werkloosheid tegengaan en de produc
tie loonend maken.
De ondeugdelijkheid van dit middel
blijkt al dadelijk hieruit, dat van dezelfde
zijde al het mogelijke wordt gedaan om
den uitvoer van onze producten naar het
buitenland te bevorderen.
Terecht oordeelt Dr Westerveld, dat een
doelbewust streven naar autarkie
voor ons land absoluut te veroordeelen is.
„Ik wijs, zegt hij, allereerst op den fei
telijken toestand, waarin ons land ver
keert. Wij zijn een land, arm aan grond
stoffen. Deze moeten dus uit het buiten
land of de koloniën worden aangevoerd.
De hoeveelheid graan, die in ons land
verbouwd wordt of kan worden verbouwd
is lang niet toereikend om te voorzien in
de oenoefte van onze bevolking van plin.
acht millioen zielen, waarbij ieder jaar
nog 100.000 bijkomen. Blijkens de statis
tische cijfers bedraagt het tarweverbeuLk
in ons land ongeveer 15 millioen H.L per
jaar, terwijl de totale opbrengst zeker
r.coit hooger kan worden dan de h e 1 f t
van deze hoeveelheid. Klemmender nog is
het feit, dat een grondstof als ij z e r-
e r t s hier in het geheel niet gevonden
wordt, dat invoer van hout uit het bui
tenland voor onzen woningbouw absoluut
noodzakelijk is".
Hier zijn slechts enkele voorbeelden ge
noemd die met vele te vermeerderen zou
den zijn. Invoer is voor ons land noodza
kelijk en niet minder uitvoer.
Wij leven in zeer bijzondere tijden. En
daarom zijn ook tal van ongewone maat
regelen, die soms schijnen te gaan in de
richting van autarkie, noodzakelijk.
Maar een doelbewust streven naar
autarkie, zooals van sommige zijden wordt
aanbevolen, zou, afgezien van dieper lig
gende bezwaren, een economische dwaas
heid zijn tot schade van land en volk.
EEN GROOTSCHE PLECHTIGHEID TE
BRUSSEL.
Op de ontelbare massa's, die reeds
Dinsdag en Dinsdagnacht voor bet lijk
van den koning in het Paleis van Brussel
defileerden is gisteren nog een stoet van
honderdduizenden gevolgd.
Uit de provincie en het buitenland, voor
namelijk uit Nederland en Frankrijk,
kwamen voor de rouwplechtigheden van
vandaag steeds meer speciale treinen,
particuliere auto's en autocar» aan, waar
van de meeste inzittenden voor de begra
fenis ook nog een laatste maal den ko
ning wilden zien.
Velen werden eerst na acht tot tien uur
gewacht te hebben toegelaten.
Prins Leopold heeft, toen hem gemeld
werd, dat zich nog steeds een reusachtige
file voor het paleis bevond, den wensch te
kennen gegeven, dat aan de bevolking zoo
lang mogelijk gelegenheid zou worden ge
geven, om het stoffelijk overschot te gaan
groeten. Dientengevolge werden de belang
stellenden tot laat in den avond in het
paleis toegelaten.
Alle staatshoofden, buitenlandsche prin
sen en delegaties, die verwacht werden,
alsmede de Jbransche legerchef, generaal
Weygand, zijn Woensdag in Brussel, waar
'n onneschrjjfelijkte drukte heerschte, aan
gekomen.
Prins Hendrik der Nederlanden, die
gistermiddag voor de lijkbaar des koninga
den prachtigen, met oranjelinten versier
den krans van Koningin Wilhelmina de
poneerde, werd op het paleis te Brussel
ontvangen door prins Karei, graaf van
Vlaanderen, met wien hij een kort onder
houd had.
Even later reed de prins naar het ka
steel van Laeken, waar hij koningin Eli
sabeth en den kroonprins en de kroon
prinses de deelneming van de Nederland-
sche Koninklijke Familie overbracht.
De N ederlandsche regeering heeft te
Brussel op de baar van den ontslapen Bel
gischen koning een krans doen nederleg-
gen. Op het lint in de rood-wit-blauwe
kleuren, staan de woorden: „De Neder-
landsche regeering:".
Alle Belgische civiele vliegvelden zullen
vandaag, Vrijdag en Zaterdag van acht
uur des morgens af tot een nader te be
palen uur gesloten zijn. Slechts de op de
gewone lijnen dienst doende vliegtuigen
en de Belgische militaire vliegtuigen zul
len in dien tijd mogen landen. Verder zal
geen enkel burgerlijk vliegtuig gedurende
deze drie dagen luchtfoto's van de stad
Brussel mogen nemen.
Voor alle treinen, die vandaag naar
Brussel vertrokken, werden in verhand
met den grooten toeloop van reizigers, die
de begrafenis van koning Albert wilden
bijwonen, voortreinen ingelegd.
Reeds in de zeer vroege ochtenduren
toonde de Belgische hoofdstad vanmor
gen een ongewoon beeld: in alle richtingen
trokken menschen door de stad, in onge
ordende drommen of in gesloten gelederen
met nog in de hoezen verborgen of reeds
uitgedragen met rouwfloers omhulde vaan
dels. Er heerschte geroezemoes van stem
men, er was af- en aanrijden van taxi's
en particuliere auto's, autobussen uit alle
deelen van België, maar ook van over de
Nederlandsche en Fransche grens zochten
naar geschikte en door de politie aange
wezen parkeer-gelegenheid, maar al deze
drukte, al dit vertier was dof en mat, zon
der bet rumoerige, zonder de uitbundig
heid, die de prettige gemoedelijkheid van
onze Zuidelijke buren kenmerkt.
Op de boulevards waren alle groote ma
gazijnen en verreweg de meeste winkels
gesloten, althans tot één uur in den na
middag. Van huis tot huis verkondden de
halfstok gehescben en omfloerste vlaggen,
dat België rouwt om zijn gestorven vorst.
Vanmorgen van vijf uur af voerden de
vele extra-treinen, die voor deze gelegen
heid een verlaagd tarief hadden, de dui
zenden uit alle hoeken van het land aan.
Langs den Mechelschen, den Namen-
schen, den Waterlooschen Steenweg kwa
men in schier onafgebroken file de auto's
en autobussen binnen en de politie, bijge
staan door de gendarmerie, bad handen
vol werk om bet verkeer in goede banen
te leiden.
Voor het Palels.
Reeds zeer vroeg hadden zich duizen
den langs den weg geschaard, dien de
rouwstoet zou volgen, en vooral langs de
korte route van bet Paleis naar de St
Gudule was bet zwart van de menschen.
Reeds lang voor zeven uur begonnen de
officieele delegaties der oud-strijders, die
voor den aanvang der eigenlijke begrafe
nisplechtigheid den koning de laatste eer
zouden mogen bewijzen door langs de
baar te defileeren, zich op te stellen.
Van elke oud-strijders-organisatie zou
aanstonds een uit drie man bestaande de
legatie in den rouwstoet meeloopen, maar
het aantal oud-strijders dat zich opstelde
om aan bet défilé deel te nemen, kon ge
voegelijk op 20.000 worden geschat. In
diepe stilte werden de gelederen gevormd
en wachtten de duizenden tot het oogen-
blik, waarop de stoet zich in beweging zou
zetten.
Tegen half acht werd het stoffelijk over
schot van den Koning, dat tot nu toe in de
chapelle ardente ten paleize had gerust,
naar buiten gedragen en in de kist opge
baard voor het paleis. Een eerewacht
schaarde zich om de kist, aan weerskan
ten waarvan eenige flambouwen brand
den, en toen werd op de Place du Tróne
bet teeken gegeven, dat de stoet van oud
strijders zich in beweging kon zetten om
een laatsten blik te werpen op hun vroe-
geren aanvoerder en Koning. Zwijgend
trokken zij voorbij, eerst de vertegenwoor
digsters der moeders en oorlogsweezen,
dan de rijtuigen der zwaarst verminkten
en daarachter de minder ernstige invali
den van den Bond van Oorlogs-invaliden.
Het voorbijtrekken der oud-strijders duur
de bijna 2Vs uur.
Het vertrek van het Palels.
Tegen 10 uur verzamelden de Ministers,
de leden van den Staatsraad, de leden van
de beide Kamers, de generaals en de le
geroversten zich in het paleis, waar te
gen kwart over tien Kroonprins Leopold
zich bij hen voegde om hen te begroeten.
Hier verzamelden zich ook de buitenland
sche staatshoofden met hun gevolg, ter
wijl een deel van de leden van het diplo
matieke corps eveneens in het paleis bij
eenkwamen, en een ander deel zich recht
streeks naar de St Gudule hadden bege
ven.
't Was plm. 11 u. (Bruss. tijd) toen, na
dat enkele hooge geestelijken de laatste cere
moniën hadden verricht, de met zes zwar
te paarden, bespannen affuit voorreed en
onderofficieren van verschillende wapens
de kist op de affuit tilden. Op hetzelfde
oogenblik rolde het eerste schot van het
salvo van 101 kanonschoten, dat tijdens
den tocht naar de St Gudule werd afge
vuurd, en even later zette de stoet zich
langzaam in beweging. Koning Albert had
voorgoed het Paleis te Brussel verlaten
en ving zijn laatste tocht door de Belgi
sche hoofdstad aan.
De klokken van de St Gudule begonnen
te luiden. De droeve plechtigheid was be
gonnen. Ieder was onder den. indruk van
het aangrijpend oogenblik. Velen konden
hun ontroering niet meester blijven en
barstten in luid snikken uit.
Er heerschte langs den weg een plech
tige stilte, onderbroken door de regelma
tige, sombere dreun der kanonschoten.
Men boorde verder alleen paardengetrap
pel.
De stoet werd geopend door een peleton
bereden gendarmerie, gevolgd door de mu
ziekkapel der bereden gidsen. Dan kwam
de opperbevelhebber der Belgische troe
pen, Generaal Van Emelen met zijn staf,
en bierachter de buitenlandsche leger-de-
legaties. Drie landen hadden delegaties
van bet leger gezonden, n.l. Italië, Enge
land en Frankrijk.
Dan volgden de in bet zwart gekleede
en met alle oorlogsonderscheidingen op de
'borst, bestaande vaandel-delegaties van
oud-strijders. Hun vaandels waren alle
met rouwfloers omhangen.
Dan volgden de delegaties van het leger
van België zelf. Elke leger-eenbeid was
vertegenwoordigd door den corps-com
mandant, een officier van eiken lageren
rang, een onder-luitenant, een sergeant,
een korporaal en een soldaat. Achter deze
delegaties schreden alle Belgische regi
menten. Herinnerde het rouwfloers niet
aan het droeve doel van de aanwezigheid
van deze vaandels, het zou een kleurrijk
schouwspel zijn. Het was een woud van
vaandels.
Dan volgde de geestelijkheid. De kardi
naal Aartsbisschop Van Roey, begeleid
door de bisschoppen en zijn assistenten en
de veertien pastoors van de stad Brussel.
De lijkbaar.
Voorafgegaan door een bereden officier,
die 't bevelhebberslint des Konings droeg,
volgde dan de lijkbaar, met de Belgische
kleuren bedekt. De kist was geplaatst op
een kanon-affuit van het 14e Artillerie
regiment, getrokken door zes zwarte paar
den. Be rouwlinten werden vastgehouden
door den President van den Senaat, den
President van de Kamer, Minister-presi
dent Graaf de Broqueville, den Minister
van Binnenlandsche Zaken, en twee gene
raals. Het affuit was omgeven door de
leden van bet Militaire Huis van den Ko
ning en links en rechts door een haag van
soldaten. Onmiddellijk achter de lijkbaar
werd bet lievelingspaard van Koning Al-
bert aan den teugel geleid.
D'an volgden de leden der Koninklijke
Familie, in de eerste plaats Prins Leopold
en Prins Karei, Graaf van Vlaanderen, de
overige familieleden en de leden van het
Burgerlijk huis van den Koning.
Sommigen in uniform, velen ook in ci
viel gekleed, schreden achter de baar de
buitenlandsche staatshoofden of hun ver
tegenwoordigers. Er was een regeerend
koning in den stoet, n.l. Koning Boris
van Bulgarije, verder een neef van den
Koning van Siam, die zelf verhinderd was.
Het tweede aanwezige staatshoofd was
de President der Fransche Republiek,
Lebrun, die vergezeld was van den Fran-
schen Minister-president Doumergue, Mi
nister Bartbou, Maarschalk Pétain en
eenige leden van zijn gevolg.
Toekomstige regeerende vorsten in den
stoet waren in de- eerste plaats Koning
Albert's schoonzoon, de Prins van Pié-
mont, die zijn vader, den Koning van
Italië vertegenwoordigde, de Prins van
Wales, Kroonprins Olaf van Noorwegen,
en de zoon van den Zweedschen Kroon
prins Gustaaf Adolf, alsmede Prins Ka-
rel van Zweden.
H.M. de Koningin der Nederlanden was
vertegenwoordigd door haar gemaal, Z.
K. H. Prins Hendrik der Nederlanden,
die vergezeld werd door Vice-Admiraal
Rambonnet, Baron van Hardenbroek en
Jhr. Laman Trip, terwijl ook de Neder
landsche gezant zich bij hem had aange
sloten.
Nog vele andere gekroonde staatshoof
den, hadden zich laten vertegenwoordigen.
De staatshoofden werden gevolgd door
de leden van het diplomatieke corps en
hierop volgde de Belgische Ministerraad,
de Ministers van Staat, de hooge rechter
lijke ambtenaren, de militaire attachés, de
hoogere leger-officieren, de gouverneurs
der Belgische provincies, de hooge amb
tenaren, het gemeentebestuur van Brus
sel en daarachter deputaties van andere
gemeenteraden.
Hierop volgden de vertegenwoordigers
der geestelijkheid van alle gezindten, de
legaties van Universiteiten, het consulaire
corps en tenslotte een ontelbare reeks van
delegaties van vereenigingen en corpora
ties op allerlei gebied, ook uit het buiten
land.
De onafzienbare stoet werd gesloten
door twee afdeelingen van het eerste gid-
senregiment, twee afdeelingen van het 6e
en 14e artillerie-regiment en een peleton
bereden gendarmerie. De trommels, die
niet geroerd werden, waren, evenals de
vaandels, omfloersd.
Langs den weg, dien de stoet volgde,
verdrongen de menschen zich voor de
vensters en op de balcbns. Zelfs in de dak
goten hadden sommigen plaats genomen.
Er was een onbeschrijfelijk groote belang
stelling.
De plechtigheid in de St Gudule.
In dichte drommen stonden de men
schen achter de afzetting, die op het plein
van de St Gudule was versterkt door hek
ken langs de trottoirs te plaatsen. Waar
het affuit met het stoffelijk overschot van
den Koning naderde, nijgden zich de
hoofden en stonden de soldaten stram in
de houding, terwijl de officieren den sa
bel presenteerden.
Het was een droef eentonig gebimbam
over bet stille kerkplein.
Het affuit hield halt voor den hoofd
ingang van de kerk, waar de lijkkist ont
vangen werd door den Deken van de St
Gudule en andere geestelijken, die de kist
droegen naar de katafalk. Op de katafalk
werden tuniek, helm en zwaard van den
Koning gelegd. In de kerk was overigens
alles omfloersd en ook de drie ingangen
waren voorzien van rouw-baldakijnen.
Bij het hoofd-altaar was een troon op
gericht voor de Koninklijke familie en
daarachter waren de plaatsen voor de
vreemde staatshoofden en hun vertegen
woordigers. De diplomaten en autoritei
ten en overige genoodigden vonden nau
welijks een plaats in de kerk, zoodat er
voor toegang van een deel van het pu
bliek geen sprake was.
De dienst werd geleid door den. Kar
dinaal-Aartsbisschop van Mecbelen, Kar
dinaal Van Roey. De Mis werd uitge
voerd door bet beroemde koor van de St
Romtooutskerk te Mechelen. De plechtig
heid in de St Gudule eindigde met een
op gedempten toon in mineur gespeelde
Brabangonne van het muziekkorps der
grenadiers.
Naar Laeken.
Na afloop van den rouwdienst begeleid
den de Kardinaal en de overige geestelij
ken bet lijk van den Koning tot aan den
uitgang van de kerk.
De hoogste autoriteiten en buitenland
sche vertegenwoordigers stapten voor een
der zijgangen in rijtuigen, die ben naar
de kerk in Laeken brachten. De thans
kleiner geworden lijkstoet volgde weldra.
Langs den gebeelen weg stonden troepen
geschaard.
Bij bet naderen van de kerk te Laeken
reed bet gedeelte van den stoet, dat bet
stoffelijk overschot voorafging, de Park
laan in, zoodat de troepen, die het affuit
volgden, erlangs konden defileeren. De
muziekkorpsen defileerden niet mee, doch
stelden zich ter zijde op en brachten treur
muziek ten gehoore.
Vervolgens werd bet lijk de kerk bin
nengedragen, waar bet opnieuw door den
Kardinaal en de Bisschoppen werd ont
vangen.
Na de absolutie werd de kist onder
doodsche stilte door onder-officieren van
verschillende wapenen opgenomen en naar
de Koninklijke Grafkelder gedragen.
Op hetzelfde oogenblik klonk het eerste
kanonschot van een salvo van 21 schoten,
die de wereld kond deden, dat het stoffe
lijk overschot van Albert I, Koning der
Belgen, één der meest geliefde vorsten
van Europa, diep betreurd door het ge-
heele volk, dat heden op wel zeer treffen
de wijze aan zijn droefheid had uiting
gegeven, was bijgezet in het grafgewelf
van zijn verwanten en voorvaderen.
Geruchten over herstel der Oostenrijksche
monarchie.
Omtrent het mogelijke herstel van de
monarchie in Oostenrijk hebben in som
mige politieke kringen verschillende ge
ruchten de ronde gedaan. Volgens een
dezer geruchten zou Prins Otto van
Habsburg het voornemen hebben van
Brussel uit per vliegtuig naar Oosten
rijk te vertrekken. Het slot te Steenok-
kerzeel en ook de vliegvelden worden
evenwel op discrete wijze door de Belgi
sche geheime politie bewaakt, meldt het
„Vad."
Binnenland.
Beantwoorde vragen over de huurverla-
ging van met rijksvoorschot gebouwde
woningen.
De toestand in bet mijnbedrijf. Heffing
van invoerrecht op buitenlandsche ko
len gevraagd.
Minister Verschuur naar Rome.
Buitenland.
De bijzetting van het stoffelijk overschot
van Koning Albert.
Sneeuwstorm in Gonotantinopel.
Uitbreiding van de Oostenrijksche en
Hongaarscbe legers?
Politieke moord in Frankrijk.
Uitbreiding van de Oostenrijksche en
Hongaarsche legers?
In politieke kringen te Weenen ver
luidt, dat er internationale onderhande
lingen gaande zijn tot versterking van bet
Oostenrijksche bondsleger. Dit zou van de
in bet verdrag van St. Germain vastge
stelde sterkte van 30.000 man op 60.t/uQ
gebracht worden. Ook op het geoied van
het materiaal zouden de Oostennj.vsche
regeering toezeggingen gedaan worden.
Volgens de Oostenrijksche regeering is
uit de jonste onlusten gebleken, dat de
sterkte van leger en politie onvoldoen
de is.
Ook voor Hongarije zou uitbreiding van
de bewapening voorgenomen zijn, en wel
van 35.000 op 70.000 man.
Hardnekkig vrijgezellendom in Italië.
Ondanks alle krachtige pogingen om de
vrijgezellen te bewegen in bet huwelijk te
treden, geven talrijke jongemannen in Ita
lië er de voorkeur aan, ongehuwd te blij
ven. In Rome alleen zijn ruim 160.000
meer vrijgezellen dan gehuwde mannen.
De fascistische regeering heeft reeds
veel gedaan om het tot stand komen van
de huwelijken aan te moedigen. Vrijgezel
len moeten behalve hun inkomsten-belas
ting nog een vrij hooge extra-belasting
betalen. Voor de betrekkingen hij de be
stuurslichamen wordt aan de gehuwde
mannen de voorkeur gegeven.
Naar verluidt, is Mussolini voornemens
nieuwe maatregelen te nemen tot uitbrei
ding van het aantal huwelijken.
Overschot op de Britsche begrooting?
De voorspelling, dat de begrooting van
inkomsten van het rijk in werkelijkheid
verre zou worden overschreden schijnt
waarheid te zullen worden. Thans reeds
is bijna 89 millioen pd st. meer geïnd; ge
middeld wordt 15 millioen pd st. per week
meer geïnd dan geraamd was, terwijl de
vorige week zelfs een overschot op de ra
ming te zien heeft gegeven van 2734 mil
lioen pd st.
Aangezien de vooruitzichten met het
oog op de inkomstenbelasting gelijk blij
ven acht men het vrijwel zeker, dat de be
grooting van inkomsten een flink over
schot te zien zal geven.
Sneeuwstorm in Constantinopel.
Naar uit Constantinopel wordt gemeld,
hebben hevige sneeuwstormen ernstige
schade aangericht in en om Constantino
pel. De koude eischt tal van slachtoffers.
Op sommige plaatsen lag de sneeuw vijf
tien voet hoog.
In het dorp Kartal, op korten afstand
van Konstantinopel, moesten de bewoners
binnenshuis blijven uit vrees voor honge
rige wolven, die naar het dorp waren ge
komen. Politie en militairen, gewapend
met machinegeweren, moesten te hulp ko
men. 33 wolven werden gedood.
Mysterieuze moord in Frankrijk.
In de nabijheid van Dyon is langs de
spoorlijn het geheel verminkte lijk gevon
den van den heer Prince, raadsheer van
het hof van beroep te Parijs.
De heer Prince was door een dringend
telegram naar Dyon geroepen, omdat zijn
moeder ernstig ziek zou zijn. Later is ge
bleken, dat dit telegram vervalscht was.
Er is alle reden aan te nemen, dat hier
misdaad in het spel is.
D'eze moord heeft een ontzaglijken in
druk gemaakt.
De bladen deelen mede, dat de vermoor
de magistraat geboord bad moeten wor
den als een der voornaamste getuigen
in bet administratief onderzoek naar het
uitstellen van de vervolgingen van Sta-
vinsky. Alle bladen zijn bet er over eens,
dat de heer Prince in een hinderlaag
werd gelokt, toen men hem naar Dyon
riep, waar zijn moeder volstrekt niet ziek
wad. I'M li 1*1
Het vermoorden van den heer Prince
doet juist op tijd een geduchten beschul
diger verdwijnen.