Neem 'n "AKKERTJE" Buitenland. PLECHTIGE BIJZETTING KONING ALBERT I Belangrijkste Nieuws. DONDERDAG 22 FEBRUARI 1934 DAGBLAD VOOR DE PROVINCIE ZEELAND 48s JAARGANG - No. kï van het stoffelijk overschot van wijlen bij Vrouwenpijn, Onbehaaglijkheid. Uitg.: N.V. Uitgevers-Maatschappij „Luctor et Emergo" ter exploitatie van het blad „De Zeeuw". Bureaux Lange Vorststraat 70, Goes. Telefoonnummer 11. Postchèque en Girorekening 44455. Bijkantoor Middelburg, Lange Burg. Telef. 259. Directeur-Hoofdredacteur; R. ZUIDEMA, De Zeeuw Abonnementsprijs i?M per kwartaal, weekabonnementen voor Middelburg, Goes en Vlissingen £0.20. Losse nummers 5 cent. Advertentiën: Gewone advertentiën 30 cent per regel. Ingezonden Mededeeiingen dubbel tariei, Handeisaavertentiën 25 cent per regel. Kleine Advertentiën Dinsdags en Vrijdags xQ,7ö. bij vooruitbetaling. Onder ietter ei motto iO.Sö. Bij eontraet belangrijke korting. Autarkie. De laatste jaren zijn tal van woorden gemeengoed geworden, waarvan men vroe ger bijna niet hoorde. Dit geldt o.m. ook van het woord autar kie. Enkele jaren geleden was het voor de massa onbekend en nu wordt soms zelfs tot in de scheersalons gedebatteerd over de vraag of autarkie voor ons land al of niet gewenscht is. In het laatste nummer van „Stemmen des Tijds" heeft Dr H. F. J. "Westerveld aan dit onderwerp een artikel gewijd, waaruit we enkele aanhalingen willen doen, omdat er ook in onze provincie niet zoo weinigen zijn, die meenen, dat de re geering voor ons land in autarkie heil te zoeken heeft en die oordeelen, dat door in de richting van autarkie te gaan, be tere toestanden kunnen worden verkre gen. Autarkie, zegt Dr W., is eigenlijk een ethisch begrip, dat pas in den laatsten tijd een economischen inhoud heeft ge kregen: een staat, die streeft naar zelfge noegzaamheid, tracht onafhankelijk van anderen te zijn, alleen door eigen produc tie in zijn behoeften wil voorzien, wil steu nen op eigen kracht. Een politiek, die zich autarkie ten doel stelt, zal er op uit zijn het eigen land te voorzien van alles wat noodig is, zal par tij trekken van de hulpbronnen, die de na tuur aan een bepaald land heeft geschon ken. Niet zoo weinigen meenen, dat in deze richting, met name voor den land- en tuinbouw veel zou kunnen worden bereikt. Er worden, zoo redeneeren zij, tal van producten aangevoerd, die hier verbouwd kunnen worden. Laat men daarom een voudig de grenzen sluiten, geen invoer uit het buitenland toelaten, en op die wijze de werkloosheid tegengaan en de produc tie loonend maken. De ondeugdelijkheid van dit middel blijkt al dadelijk hieruit, dat van dezelfde zijde al het mogelijke wordt gedaan om den uitvoer van onze producten naar het buitenland te bevorderen. Terecht oordeelt Dr Westerveld, dat een doelbewust streven naar autarkie voor ons land absoluut te veroordeelen is. „Ik wijs, zegt hij, allereerst op den fei telijken toestand, waarin ons land ver keert. Wij zijn een land, arm aan grond stoffen. Deze moeten dus uit het buiten land of de koloniën worden aangevoerd. De hoeveelheid graan, die in ons land verbouwd wordt of kan worden verbouwd is lang niet toereikend om te voorzien in de oenoefte van onze bevolking van plin. acht millioen zielen, waarbij ieder jaar nog 100.000 bijkomen. Blijkens de statis tische cijfers bedraagt het tarweverbeuLk in ons land ongeveer 15 millioen H.L per jaar, terwijl de totale opbrengst zeker r.coit hooger kan worden dan de h e 1 f t van deze hoeveelheid. Klemmender nog is het feit, dat een grondstof als ij z e r- e r t s hier in het geheel niet gevonden wordt, dat invoer van hout uit het bui tenland voor onzen woningbouw absoluut noodzakelijk is". Hier zijn slechts enkele voorbeelden ge noemd die met vele te vermeerderen zou den zijn. Invoer is voor ons land noodza kelijk en niet minder uitvoer. Wij leven in zeer bijzondere tijden. En daarom zijn ook tal van ongewone maat regelen, die soms schijnen te gaan in de richting van autarkie, noodzakelijk. Maar een doelbewust streven naar autarkie, zooals van sommige zijden wordt aanbevolen, zou, afgezien van dieper lig gende bezwaren, een economische dwaas heid zijn tot schade van land en volk. EEN GROOTSCHE PLECHTIGHEID TE BRUSSEL. Op de ontelbare massa's, die reeds Dinsdag en Dinsdagnacht voor bet lijk van den koning in het Paleis van Brussel defileerden is gisteren nog een stoet van honderdduizenden gevolgd. Uit de provincie en het buitenland, voor namelijk uit Nederland en Frankrijk, kwamen voor de rouwplechtigheden van vandaag steeds meer speciale treinen, particuliere auto's en autocar» aan, waar van de meeste inzittenden voor de begra fenis ook nog een laatste maal den ko ning wilden zien. Velen werden eerst na acht tot tien uur gewacht te hebben toegelaten. Prins Leopold heeft, toen hem gemeld werd, dat zich nog steeds een reusachtige file voor het paleis bevond, den wensch te kennen gegeven, dat aan de bevolking zoo lang mogelijk gelegenheid zou worden ge geven, om het stoffelijk overschot te gaan groeten. Dientengevolge werden de belang stellenden tot laat in den avond in het paleis toegelaten. Alle staatshoofden, buitenlandsche prin sen en delegaties, die verwacht werden, alsmede de Jbransche legerchef, generaal Weygand, zijn Woensdag in Brussel, waar 'n onneschrjjfelijkte drukte heerschte, aan gekomen. Prins Hendrik der Nederlanden, die gistermiddag voor de lijkbaar des koninga den prachtigen, met oranjelinten versier den krans van Koningin Wilhelmina de poneerde, werd op het paleis te Brussel ontvangen door prins Karei, graaf van Vlaanderen, met wien hij een kort onder houd had. Even later reed de prins naar het ka steel van Laeken, waar hij koningin Eli sabeth en den kroonprins en de kroon prinses de deelneming van de Nederland- sche Koninklijke Familie overbracht. De N ederlandsche regeering heeft te Brussel op de baar van den ontslapen Bel gischen koning een krans doen nederleg- gen. Op het lint in de rood-wit-blauwe kleuren, staan de woorden: „De Neder- landsche regeering:". Alle Belgische civiele vliegvelden zullen vandaag, Vrijdag en Zaterdag van acht uur des morgens af tot een nader te be palen uur gesloten zijn. Slechts de op de gewone lijnen dienst doende vliegtuigen en de Belgische militaire vliegtuigen zul len in dien tijd mogen landen. Verder zal geen enkel burgerlijk vliegtuig gedurende deze drie dagen luchtfoto's van de stad Brussel mogen nemen. Voor alle treinen, die vandaag naar Brussel vertrokken, werden in verhand met den grooten toeloop van reizigers, die de begrafenis van koning Albert wilden bijwonen, voortreinen ingelegd. Reeds in de zeer vroege ochtenduren toonde de Belgische hoofdstad vanmor gen een ongewoon beeld: in alle richtingen trokken menschen door de stad, in onge ordende drommen of in gesloten gelederen met nog in de hoezen verborgen of reeds uitgedragen met rouwfloers omhulde vaan dels. Er heerschte geroezemoes van stem men, er was af- en aanrijden van taxi's en particuliere auto's, autobussen uit alle deelen van België, maar ook van over de Nederlandsche en Fransche grens zochten naar geschikte en door de politie aange wezen parkeer-gelegenheid, maar al deze drukte, al dit vertier was dof en mat, zon der bet rumoerige, zonder de uitbundig heid, die de prettige gemoedelijkheid van onze Zuidelijke buren kenmerkt. Op de boulevards waren alle groote ma gazijnen en verreweg de meeste winkels gesloten, althans tot één uur in den na middag. Van huis tot huis verkondden de halfstok gehescben en omfloerste vlaggen, dat België rouwt om zijn gestorven vorst. Vanmorgen van vijf uur af voerden de vele extra-treinen, die voor deze gelegen heid een verlaagd tarief hadden, de dui zenden uit alle hoeken van het land aan. Langs den Mechelschen, den Namen- schen, den Waterlooschen Steenweg kwa men in schier onafgebroken file de auto's en autobussen binnen en de politie, bijge staan door de gendarmerie, bad handen vol werk om bet verkeer in goede banen te leiden. Voor het Palels. Reeds zeer vroeg hadden zich duizen den langs den weg geschaard, dien de rouwstoet zou volgen, en vooral langs de korte route van bet Paleis naar de St Gudule was bet zwart van de menschen. Reeds lang voor zeven uur begonnen de officieele delegaties der oud-strijders, die voor den aanvang der eigenlijke begrafe nisplechtigheid den koning de laatste eer zouden mogen bewijzen door langs de baar te defileeren, zich op te stellen. Van elke oud-strijders-organisatie zou aanstonds een uit drie man bestaande de legatie in den rouwstoet meeloopen, maar het aantal oud-strijders dat zich opstelde om aan bet défilé deel te nemen, kon ge voegelijk op 20.000 worden geschat. In diepe stilte werden de gelederen gevormd en wachtten de duizenden tot het oogen- blik, waarop de stoet zich in beweging zou zetten. Tegen half acht werd het stoffelijk over schot van den Koning, dat tot nu toe in de chapelle ardente ten paleize had gerust, naar buiten gedragen en in de kist opge baard voor het paleis. Een eerewacht schaarde zich om de kist, aan weerskan ten waarvan eenige flambouwen brand den, en toen werd op de Place du Tróne bet teeken gegeven, dat de stoet van oud strijders zich in beweging kon zetten om een laatsten blik te werpen op hun vroe- geren aanvoerder en Koning. Zwijgend trokken zij voorbij, eerst de vertegenwoor digsters der moeders en oorlogsweezen, dan de rijtuigen der zwaarst verminkten en daarachter de minder ernstige invali den van den Bond van Oorlogs-invaliden. Het voorbijtrekken der oud-strijders duur de bijna 2Vs uur. Het vertrek van het Palels. Tegen 10 uur verzamelden de Ministers, de leden van den Staatsraad, de leden van de beide Kamers, de generaals en de le geroversten zich in het paleis, waar te gen kwart over tien Kroonprins Leopold zich bij hen voegde om hen te begroeten. Hier verzamelden zich ook de buitenland sche staatshoofden met hun gevolg, ter wijl een deel van de leden van het diplo matieke corps eveneens in het paleis bij eenkwamen, en een ander deel zich recht streeks naar de St Gudule hadden bege ven. 't Was plm. 11 u. (Bruss. tijd) toen, na dat enkele hooge geestelijken de laatste cere moniën hadden verricht, de met zes zwar te paarden, bespannen affuit voorreed en onderofficieren van verschillende wapens de kist op de affuit tilden. Op hetzelfde oogenblik rolde het eerste schot van het salvo van 101 kanonschoten, dat tijdens den tocht naar de St Gudule werd afge vuurd, en even later zette de stoet zich langzaam in beweging. Koning Albert had voorgoed het Paleis te Brussel verlaten en ving zijn laatste tocht door de Belgi sche hoofdstad aan. De klokken van de St Gudule begonnen te luiden. De droeve plechtigheid was be gonnen. Ieder was onder den. indruk van het aangrijpend oogenblik. Velen konden hun ontroering niet meester blijven en barstten in luid snikken uit. Er heerschte langs den weg een plech tige stilte, onderbroken door de regelma tige, sombere dreun der kanonschoten. Men boorde verder alleen paardengetrap pel. De stoet werd geopend door een peleton bereden gendarmerie, gevolgd door de mu ziekkapel der bereden gidsen. Dan kwam de opperbevelhebber der Belgische troe pen, Generaal Van Emelen met zijn staf, en bierachter de buitenlandsche leger-de- legaties. Drie landen hadden delegaties van bet leger gezonden, n.l. Italië, Enge land en Frankrijk. Dan volgden de in bet zwart gekleede en met alle oorlogsonderscheidingen op de 'borst, bestaande vaandel-delegaties van oud-strijders. Hun vaandels waren alle met rouwfloers omhangen. Dan volgden de delegaties van het leger van België zelf. Elke leger-eenbeid was vertegenwoordigd door den corps-com mandant, een officier van eiken lageren rang, een onder-luitenant, een sergeant, een korporaal en een soldaat. Achter deze delegaties schreden alle Belgische regi menten. Herinnerde het rouwfloers niet aan het droeve doel van de aanwezigheid van deze vaandels, het zou een kleurrijk schouwspel zijn. Het was een woud van vaandels. Dan volgde de geestelijkheid. De kardi naal Aartsbisschop Van Roey, begeleid door de bisschoppen en zijn assistenten en de veertien pastoors van de stad Brussel. De lijkbaar. Voorafgegaan door een bereden officier, die 't bevelhebberslint des Konings droeg, volgde dan de lijkbaar, met de Belgische kleuren bedekt. De kist was geplaatst op een kanon-affuit van het 14e Artillerie regiment, getrokken door zes zwarte paar den. Be rouwlinten werden vastgehouden door den President van den Senaat, den President van de Kamer, Minister-presi dent Graaf de Broqueville, den Minister van Binnenlandsche Zaken, en twee gene raals. Het affuit was omgeven door de leden van bet Militaire Huis van den Ko ning en links en rechts door een haag van soldaten. Onmiddellijk achter de lijkbaar werd bet lievelingspaard van Koning Al- bert aan den teugel geleid. D'an volgden de leden der Koninklijke Familie, in de eerste plaats Prins Leopold en Prins Karei, Graaf van Vlaanderen, de overige familieleden en de leden van het Burgerlijk huis van den Koning. Sommigen in uniform, velen ook in ci viel gekleed, schreden achter de baar de buitenlandsche staatshoofden of hun ver tegenwoordigers. Er was een regeerend koning in den stoet, n.l. Koning Boris van Bulgarije, verder een neef van den Koning van Siam, die zelf verhinderd was. Het tweede aanwezige staatshoofd was de President der Fransche Republiek, Lebrun, die vergezeld was van den Fran- schen Minister-president Doumergue, Mi nister Bartbou, Maarschalk Pétain en eenige leden van zijn gevolg. Toekomstige regeerende vorsten in den stoet waren in de- eerste plaats Koning Albert's schoonzoon, de Prins van Pié- mont, die zijn vader, den Koning van Italië vertegenwoordigde, de Prins van Wales, Kroonprins Olaf van Noorwegen, en de zoon van den Zweedschen Kroon prins Gustaaf Adolf, alsmede Prins Ka- rel van Zweden. H.M. de Koningin der Nederlanden was vertegenwoordigd door haar gemaal, Z. K. H. Prins Hendrik der Nederlanden, die vergezeld werd door Vice-Admiraal Rambonnet, Baron van Hardenbroek en Jhr. Laman Trip, terwijl ook de Neder landsche gezant zich bij hem had aange sloten. Nog vele andere gekroonde staatshoof den, hadden zich laten vertegenwoordigen. De staatshoofden werden gevolgd door de leden van het diplomatieke corps en hierop volgde de Belgische Ministerraad, de Ministers van Staat, de hooge rechter lijke ambtenaren, de militaire attachés, de hoogere leger-officieren, de gouverneurs der Belgische provincies, de hooge amb tenaren, het gemeentebestuur van Brus sel en daarachter deputaties van andere gemeenteraden. Hierop volgden de vertegenwoordigers der geestelijkheid van alle gezindten, de legaties van Universiteiten, het consulaire corps en tenslotte een ontelbare reeks van delegaties van vereenigingen en corpora ties op allerlei gebied, ook uit het buiten land. De onafzienbare stoet werd gesloten door twee afdeelingen van het eerste gid- senregiment, twee afdeelingen van het 6e en 14e artillerie-regiment en een peleton bereden gendarmerie. De trommels, die niet geroerd werden, waren, evenals de vaandels, omfloersd. Langs den weg, dien de stoet volgde, verdrongen de menschen zich voor de vensters en op de balcbns. Zelfs in de dak goten hadden sommigen plaats genomen. Er was een onbeschrijfelijk groote belang stelling. De plechtigheid in de St Gudule. In dichte drommen stonden de men schen achter de afzetting, die op het plein van de St Gudule was versterkt door hek ken langs de trottoirs te plaatsen. Waar het affuit met het stoffelijk overschot van den Koning naderde, nijgden zich de hoofden en stonden de soldaten stram in de houding, terwijl de officieren den sa bel presenteerden. Het was een droef eentonig gebimbam over bet stille kerkplein. Het affuit hield halt voor den hoofd ingang van de kerk, waar de lijkkist ont vangen werd door den Deken van de St Gudule en andere geestelijken, die de kist droegen naar de katafalk. Op de katafalk werden tuniek, helm en zwaard van den Koning gelegd. In de kerk was overigens alles omfloersd en ook de drie ingangen waren voorzien van rouw-baldakijnen. Bij het hoofd-altaar was een troon op gericht voor de Koninklijke familie en daarachter waren de plaatsen voor de vreemde staatshoofden en hun vertegen woordigers. De diplomaten en autoritei ten en overige genoodigden vonden nau welijks een plaats in de kerk, zoodat er voor toegang van een deel van het pu bliek geen sprake was. De dienst werd geleid door den. Kar dinaal-Aartsbisschop van Mecbelen, Kar dinaal Van Roey. De Mis werd uitge voerd door bet beroemde koor van de St Romtooutskerk te Mechelen. De plechtig heid in de St Gudule eindigde met een op gedempten toon in mineur gespeelde Brabangonne van het muziekkorps der grenadiers. Naar Laeken. Na afloop van den rouwdienst begeleid den de Kardinaal en de overige geestelij ken bet lijk van den Koning tot aan den uitgang van de kerk. De hoogste autoriteiten en buitenland sche vertegenwoordigers stapten voor een der zijgangen in rijtuigen, die ben naar de kerk in Laeken brachten. De thans kleiner geworden lijkstoet volgde weldra. Langs den gebeelen weg stonden troepen geschaard. Bij bet naderen van de kerk te Laeken reed bet gedeelte van den stoet, dat bet stoffelijk overschot voorafging, de Park laan in, zoodat de troepen, die het affuit volgden, erlangs konden defileeren. De muziekkorpsen defileerden niet mee, doch stelden zich ter zijde op en brachten treur muziek ten gehoore. Vervolgens werd bet lijk de kerk bin nengedragen, waar bet opnieuw door den Kardinaal en de Bisschoppen werd ont vangen. Na de absolutie werd de kist onder doodsche stilte door onder-officieren van verschillende wapenen opgenomen en naar de Koninklijke Grafkelder gedragen. Op hetzelfde oogenblik klonk het eerste kanonschot van een salvo van 21 schoten, die de wereld kond deden, dat het stoffe lijk overschot van Albert I, Koning der Belgen, één der meest geliefde vorsten van Europa, diep betreurd door het ge- heele volk, dat heden op wel zeer treffen de wijze aan zijn droefheid had uiting gegeven, was bijgezet in het grafgewelf van zijn verwanten en voorvaderen. Geruchten over herstel der Oostenrijksche monarchie. Omtrent het mogelijke herstel van de monarchie in Oostenrijk hebben in som mige politieke kringen verschillende ge ruchten de ronde gedaan. Volgens een dezer geruchten zou Prins Otto van Habsburg het voornemen hebben van Brussel uit per vliegtuig naar Oosten rijk te vertrekken. Het slot te Steenok- kerzeel en ook de vliegvelden worden evenwel op discrete wijze door de Belgi sche geheime politie bewaakt, meldt het „Vad." Binnenland. Beantwoorde vragen over de huurverla- ging van met rijksvoorschot gebouwde woningen. De toestand in bet mijnbedrijf. Heffing van invoerrecht op buitenlandsche ko len gevraagd. Minister Verschuur naar Rome. Buitenland. De bijzetting van het stoffelijk overschot van Koning Albert. Sneeuwstorm in Gonotantinopel. Uitbreiding van de Oostenrijksche en Hongaarscbe legers? Politieke moord in Frankrijk. Uitbreiding van de Oostenrijksche en Hongaarsche legers? In politieke kringen te Weenen ver luidt, dat er internationale onderhande lingen gaande zijn tot versterking van bet Oostenrijksche bondsleger. Dit zou van de in bet verdrag van St. Germain vastge stelde sterkte van 30.000 man op 60.t/uQ gebracht worden. Ook op het geoied van het materiaal zouden de Oostennj.vsche regeering toezeggingen gedaan worden. Volgens de Oostenrijksche regeering is uit de jonste onlusten gebleken, dat de sterkte van leger en politie onvoldoen de is. Ook voor Hongarije zou uitbreiding van de bewapening voorgenomen zijn, en wel van 35.000 op 70.000 man. Hardnekkig vrijgezellendom in Italië. Ondanks alle krachtige pogingen om de vrijgezellen te bewegen in bet huwelijk te treden, geven talrijke jongemannen in Ita lië er de voorkeur aan, ongehuwd te blij ven. In Rome alleen zijn ruim 160.000 meer vrijgezellen dan gehuwde mannen. De fascistische regeering heeft reeds veel gedaan om het tot stand komen van de huwelijken aan te moedigen. Vrijgezel len moeten behalve hun inkomsten-belas ting nog een vrij hooge extra-belasting betalen. Voor de betrekkingen hij de be stuurslichamen wordt aan de gehuwde mannen de voorkeur gegeven. Naar verluidt, is Mussolini voornemens nieuwe maatregelen te nemen tot uitbrei ding van het aantal huwelijken. Overschot op de Britsche begrooting? De voorspelling, dat de begrooting van inkomsten van het rijk in werkelijkheid verre zou worden overschreden schijnt waarheid te zullen worden. Thans reeds is bijna 89 millioen pd st. meer geïnd; ge middeld wordt 15 millioen pd st. per week meer geïnd dan geraamd was, terwijl de vorige week zelfs een overschot op de ra ming te zien heeft gegeven van 2734 mil lioen pd st. Aangezien de vooruitzichten met het oog op de inkomstenbelasting gelijk blij ven acht men het vrijwel zeker, dat de be grooting van inkomsten een flink over schot te zien zal geven. Sneeuwstorm in Constantinopel. Naar uit Constantinopel wordt gemeld, hebben hevige sneeuwstormen ernstige schade aangericht in en om Constantino pel. De koude eischt tal van slachtoffers. Op sommige plaatsen lag de sneeuw vijf tien voet hoog. In het dorp Kartal, op korten afstand van Konstantinopel, moesten de bewoners binnenshuis blijven uit vrees voor honge rige wolven, die naar het dorp waren ge komen. Politie en militairen, gewapend met machinegeweren, moesten te hulp ko men. 33 wolven werden gedood. Mysterieuze moord in Frankrijk. In de nabijheid van Dyon is langs de spoorlijn het geheel verminkte lijk gevon den van den heer Prince, raadsheer van het hof van beroep te Parijs. De heer Prince was door een dringend telegram naar Dyon geroepen, omdat zijn moeder ernstig ziek zou zijn. Later is ge bleken, dat dit telegram vervalscht was. Er is alle reden aan te nemen, dat hier misdaad in het spel is. D'eze moord heeft een ontzaglijken in druk gemaakt. De bladen deelen mede, dat de vermoor de magistraat geboord bad moeten wor den als een der voornaamste getuigen in bet administratief onderzoek naar het uitstellen van de vervolgingen van Sta- vinsky. Alle bladen zijn bet er over eens, dat de heer Prince in een hinderlaag werd gelokt, toen men hem naar Dyon riep, waar zijn moeder volstrekt niet ziek wad. I'M li 1*1 Het vermoorden van den heer Prince doet juist op tijd een geduchten beschul diger verdwijnen.

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1934 | | pagina 1